Ambtelijke Binding - VGVZ
Ambtelijke Binding - VGVZ
Ambtelijke Binding - VGVZ
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
4.2. TIJDSBEELDEN 115<br />
en de kerkelijke en levensbeschouwelijke instellingen mandateren. 16 Voor een<br />
geestelijk verzorger die niet is geautoriseerd door een kerkelijke of levensbeschouwelijke<br />
instelling is in deze verantwoordelijkheidsverdeling geen plaats.<br />
De niet door een dergelijk genootschap gemandateerde geestelijk verzorger<br />
wordt niet ‘ter beschikking gesteld door een erkend levensbeschouwelijk genootschap’,<br />
representeert derhalve slechts zichzelf en valt daarmee buiten de<br />
door de overheid bedoelde wetgeving en de daaraan verbonden financieringsgrondslag.<br />
De commissie-Hirsch Ballin is dus van mening dat de aard en de inhoud<br />
van het werk van een geestelijk verzorger door de levensbeschouwelijke achtergrondgenootschappen<br />
wordt bepaald. De borging van deze verantwoordelijkheid<br />
komt voor de commissie tot uitdrukking doordat men als genootschap<br />
geautoriseerde geestelijk verzorgers ter beschikking stelt voor het werk in de<br />
instelling. Alleen op basis van die borging kan de overheid faciliteren c.q. financieren.<br />
De borging krijgt formeel haar beslag in een autorisatie d.w.z. het<br />
staan in het ambt. Uit deze verantwoordelijkheidsverdeling blijkt dat het niet<br />
aan de overheid is nadere inhoudelijke bepalingen ten aanzien van de aard en<br />
de inhoud van de werkzaamheden van de geestelijk verzorger te geven. De<br />
overheid garandeert ‘slechts’ dat al haar burgers toegang hebben tot geestelijke<br />
verzorging op die momenten in hun leven dat zij door afhankelijkheid van<br />
een instelling hun grondrecht tot vormgeving van hun levensbeschouwing niet<br />
kunnen uitoefenen omdat de reguliere geestelijke verzorging waarmee zij zich<br />
verwant voelen ‘niet of verminderd bereikbaar is’. 17<br />
Sinds de publicatie van het rapport-Hirsch Ballin is er het nodige veranderd.<br />
Voor een aantal geestelijk verzorgers werkzaam in zorginstellingen is<br />
het in de praktijk niet meer vanzelfsprekend dat zij hun werk verrichten als<br />
ambtsdrager. Een toenemend aantal geestelijk verzorgers werkzaam in zorginstellingen<br />
18 werkt zonder ambtelijke binding. 19 Daarmee lopen zij uit de pas<br />
met collega geestelijk verzorgers werkzaam bij justitie of bij de krijgsmacht. Bij<br />
justitie en defensie is het onmogelijk te werken zonder ambtelijke binding. Het<br />
is opmerkelijk dat dit uitgangspunt in de zorg niet strikt is gehanteerd. Welke<br />
factoren liggen daaraan ten grondslag? Hoe komt het dat in de zorg een andere<br />
praktijk is ontstaan dan bij justitie en defensie? Ter verklaring moet zeker<br />
gedacht worden aan de relatieve zelfstandigheid in vergelijking met justitie en<br />
16In het geval van de krijgsmacht en de justitiële instellingen is de overheid tevens werkgever.<br />
17Hirsch Ballin 1988: 49.<br />
18Naar het precieze aantal zorginstellingen moet nader onderzoek worden verricht. Te verwachten<br />
is dat het aantal instellingen afneemt als gevolg van fusies. Zo waren er volgens de Nationale<br />
Atlas Volksgezondheid van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu in Nederland in<br />
februari 2005 140 ziekenhuislocaties en 38 buitenpoliklinieken. Deze zijn georganiseerd in 94<br />
organisaties waarvan 8 academische ziekenhuisinstellingen (www.rivm.nl). Volgens gegevens van<br />
het IKC was dat aantal in 2007 al teruggelopen tot 109 (www.ikcnet.nl). Dit is een algemene trend<br />
in alle typen zorginstellingen. Een onderzoek van het Trimbosinstituut spreekt over 110 algemene<br />
ziekenhuizen per 1 januari 1996 (Van der Loo e.a. 1998: 7).<br />
19Op dit punt moet nader onderzoek gedaan worden. Hoeveel geestelijk verzorgers werken<br />
er in de zorg? Hoeveel van deze geestelijk verzorgers in de zorg werken met een ambtelijke<br />
binding en hoeveel werken er zonder ambtelijke binding? Het rapport Overheid, godsdienst en<br />
levensbeschouwing van de commissie-Hirsch Ballin ging in 1988 uit van ongeveer 850 instellingen<br />
voor gezondheidszorg waar 700 à 800 personen als geestelijk verzorger werkzaam waren. Daarbij<br />
werd geen onderscheid gemaakt tussen fulltimers en parttimers (Hirsch Ballin 1998: 107).