management management - Management Scope
management management - Management Scope
management management - Management Scope
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
<strong>management</strong><br />
special in samenwerking met accenture<br />
High<br />
performance<br />
business<br />
oktober 2012
Inhoud<br />
10<br />
14<br />
24<br />
32<br />
40<br />
5 voorwoord<br />
Hoe word je een high performance<br />
business?<br />
6 de wereldeconomie<br />
We leven in een tijd van transitie en<br />
onzekerheid. Dat biedt naast problemen<br />
ook nieuwe kansen.<br />
10 unilever-ceo paul polman<br />
‘Bedrijven die slechts bezig zijn met de<br />
resultaten van vandaag, redden het niet.’<br />
14 onderzoek<br />
AEX-bedrijven presteren zeker niet slecht,<br />
maar het zijn nog geen high performers.<br />
18 feiten & cijfers<br />
Hoe doen Nederlandse bedrijven het ten<br />
opzichte van hun internationale concurrenten?<br />
20 asml<br />
Portret van een groeibriljant uit Veldhoven.<br />
23 high performer<br />
Wat doe je om met je team te excelleren?<br />
Zie ook pagina 37 en 50.<br />
24 rondetafeldiscussie<br />
Topcommissarissen Frans Koffrie en<br />
Michiel Boersma over de uphill battle<br />
om de beste te worden.<br />
30 op grote hoogte<br />
Zie ook pagina 38 en 48.<br />
32 alexander rinnooy kan<br />
‘We moeten het innovatief vermogen<br />
aanjagen om ons op het wereldtoneel<br />
staande te houden.’<br />
40 brasil foods<br />
De vleesproducent wil uitgroeien tot een<br />
multinational zoals Unilever en Nestlé.<br />
44 sander van ‘t noordende<br />
‘Het gaat om de juiste combinatie van<br />
langetermijnvisie en besluitvorming op<br />
de korte termijn.’<br />
colofon<br />
MANAGEMENT SCOPE<br />
A meeting of minds, is een uitgave van <strong>Scope</strong><br />
Business Media, Amstelzijde 85a, 1184 TZ<br />
Amstelveen.<br />
DIRECTEUR/UITGEVER<br />
Walter Vesters<br />
HOOFDREDACTIE<br />
Quinty Danko<br />
EINDREDACTIE<br />
Nicole Gommers<br />
REDACTIECOÖRDINATIE<br />
Chantal Doezie<br />
VORMGEVING<br />
Thielenpeters<br />
BEELD COVER<br />
Aad Goudappel<br />
oktober 2012<br />
MEDEWERKERS<br />
Marco Bakker, Erik Bouwer, Lex Draijer,<br />
Nicole Gommers, Aad Goudappel, Paul<br />
Groothengel, Linda Huijsmans, Sebastiaan<br />
Westerweel, Kick Smeets, Anouck Wolf,<br />
Marike van Zanten<br />
MEDEWERKERS ACCENTURE<br />
Nicole van Det, Barend van Doorn,<br />
Joost de Haas, Paul van der Heijden,<br />
Peter Zuyderduyn<br />
ADMINISTRATIE EN REDACTIE<br />
Postbus 23, 1190 AA Ouderkerk aan de<br />
Amstel, T 020 311 37 99<br />
© 2012 Niets in deze uitgave mag worden<br />
vermenigvuldigd en/of openbaar gemaakt<br />
door middel van druk, fotokopie of op welke<br />
andere wijze dan ook, zonder schriftelijke<br />
toestemming van de uitgever.
NIEUWE<br />
ONZEKERHEDEN,<br />
NIEUWE KANSEN<br />
Hoe doen de grootste ondernemingen<br />
van Nederland het in<br />
tijden van onzekerheid? Zelf<br />
schreven de bestuursvoorzitters<br />
van AkzoNobel, DSM, Philips, Shell en Unilever<br />
eind vorig jaar nog een brandbrief aan de<br />
politiek, met als belangrijkste boodschap: ‘Onze<br />
welvaart is geen vanzelfsprekendheid, maar<br />
moet steeds opnieuw verdiend worden. Reden<br />
dus voor alle hens aan dek.’ Hoe is het deze ondernemingen<br />
sindsdien vergaan? Hebben ze<br />
terrein gewonnen of juist verloren? Wie zijn de<br />
topperformers en wat kun je van ze leren? Hoe<br />
word je een high performance business; een onderneming<br />
die gedurende een langere periode<br />
keer op keer zijn concurrenten verslaat?<br />
In ons High Performance Business-onderzoek<br />
vergelijken we de prestaties van de Nederlandse<br />
ondernemingen met die van hun directe<br />
mondiale concurrenten. De prestaties van AEXbedrijven<br />
zijn zeker niet slecht. Er is sprake van<br />
winst en groei. Maar een vergelijking met internationale<br />
concurrenten laat een minder rooskleurig<br />
beeld zien: AEX-bedrijven lopen achter<br />
bij hun internationale collega’s in vrijwel elke industrie<br />
en op meerdere aspecten. Kortom, we verliezen<br />
in Nederland concurrerend vermogen.<br />
Hoe komt het toch dat Nederland het minder<br />
doet dan de internationale concurrentie? In deze<br />
special gaan we met topbestuurders en bestuurders<br />
van de toekomst op zoek naar antwoorden.<br />
Met feiten, cijfers, interviews en casestudies van<br />
high performers laten we zien waar we wél goed in<br />
zijn, en aan wie we een voorbeeld kunnen nemen<br />
in een toenemend onzeker en volatiel economisch<br />
klimaat.<br />
Anja Montijn-Groenewoud is<br />
managing director van Accenture Nederland.<br />
voor<br />
woord<br />
Accenture Special 2012 . 5
analyse<br />
De beslissenDe<br />
bergetappe<br />
Deze tijd wordt gekenmerkt door transitie, onzekerheid<br />
en volatiliteit. Navigeren is moeilijker dan ooit, maar<br />
juist tijdens een zware bergetappe liggen er kansen om<br />
het verschil te maken.<br />
tekst Tim de Bie en Sander van Ginkel illustratie Aad Goudappel<br />
6 . <strong>management</strong> scope<br />
e wereldeconomie beïnvloedt<br />
ons meer dan ooit. Wie economische<br />
ontwikkelingen goed<br />
kan voorspellen, heeft een<br />
voordeel ten opzichte van de<br />
concurrentie. Maar voorspellen<br />
is lastig. Economen en onderzoekers kunnen hun<br />
visie en bevindingen maar moeilijk vertalen naar<br />
het bedrijfsleven. Tegelijkertijd hebben mensen uit<br />
het bedrijfsleven moeite om te bepalen hoe zij het<br />
beste in kunnen spelen op een ander economisch<br />
klimaat.<br />
De weDerzijDSe<br />
AfhANkelijkheiD<br />
vAN lANDeN worDT<br />
STeeDS GroTer<br />
Het is de kunst om een brug te slaan tussen onderzoek<br />
en de dagelijkse bedrijfsvoering. De grootste<br />
uitdaging bij het begrijpen van de wereld om ons<br />
heen ligt in het maken van vertaalslagen: van macro<br />
naar micro, van mondiaal naar de eigen lokale<br />
praktijk. Welke vraagstukken moeten Nederlandse<br />
bedrijven als uitgangspunt nemen voor hun nieuwe<br />
visies, ambities en plannen?<br />
crIsIs<br />
In de zomer van 2007 veroorzaakte een barstende<br />
bubbel in de Amerikaanse huizenmarkt de meest<br />
dramatische crisis in tientallen jaren. Eerst werden<br />
de financiële instellingen geraakt. Vervolgens sloeg<br />
de crisis over op de reële economie en kregen veel<br />
bedrijven met krimp te maken. Bedrijven kondigden<br />
drastische bezuinigingsmaatregelen aan,<br />
de werkloosheid liep op en daarmee het risico op<br />
sociale onrust. Maar crises en economische recessies<br />
zijn op zich niets nieuws. Ze maken deel uit<br />
van economische cycli, net als lange perioden van<br />
aanhoudende groei en welvaart. Wat omhoog gaat,<br />
moet op een gegeven moment ook weer naar beneden<br />
komen. Ook de economie is niet immuun<br />
voor deze fundamentele natuurwet.<br />
Accenture Special 2012 . 7
analyse<br />
Toch lijkt deze crisis anders dan voorgaande. Zelfs<br />
wanneer de overheidsschulden zijn afgebouwd en<br />
de groei van de wereldwijde economie weer aantrekt,<br />
is het maar de vraag of de ontstane volatiliteit,<br />
onzekerheid en complexiteit zullen verdwijnen.<br />
Dit komt doordat onze wereld meer connected<br />
is dan ooit. Lokale gebeurtenissen kunnen grote<br />
impact hebben, iets wat ook wel bekend staat als<br />
het butterfly effect. Zo hadden de aardbeving en<br />
de daaropvolgende tsunami in Japan vergaande<br />
gevolgen voor de gehele auto-industrie. Vele Japanse,<br />
maar ook Europese en Amerikaanse automerken<br />
hadden last van deze ramp doordat<br />
Japan een belangrijke leverancier is van onderdelen<br />
voor overzeese fabrieken. Maar liefst twintig<br />
procent van de auto-onderdelen voor goedkopere<br />
auto’s komt uit Japan.<br />
Deze toenemende verbondenheid geldt niet<br />
alleen op de markten voor producten en diensten,<br />
maar ook voor de kapitaal-, grondstoffen-,<br />
energie- en arbeidsmarkt. Landen als China,<br />
Duitsland en Japan hebben nog steeds grote<br />
overschotten op de handelsbalans, terwijl landen<br />
als Frankrijk, Spanje en de VS juist te kampen<br />
hebben met structurele tekorten. Zo hebben<br />
Durf iS hArD NoDiG<br />
wANNeer De<br />
oNzekerheiD GrooT iS<br />
de Chinezen voor meer dan 1250 miljard dollar<br />
aan Amerikaans schuldpapier in handen. Omdat<br />
steeds meer handelsbarrières verdwijnen, wordt<br />
de wederzijdse afhankelijkheid van landen groter.<br />
KwetsbaarheId<br />
Europa is misschien nog wel het meest sprekende<br />
voorbeeld van dit butterfly effect. Hoewel<br />
de Europese marktintegratie en de euro voor een<br />
significante toename van de welvaart hebben gezorgd,<br />
heeft het de onderlinge afhankelijkheden<br />
tussen lidstaten enorm versterkt. Problemen in<br />
een afzonderlijke lidstaat kunnen eenvoudig een<br />
domino-effect binnen de gehele EU op gang brengen.<br />
Als Griekenland uit de euro verdwijnt, zal dat<br />
enorme gevolgen hebben voor de andere lidstaten<br />
en niemand is in staat om precies te voorspellen<br />
wat de gevolgen van zo’n exit zijn.<br />
De kwetsbaarheid wordt versterkt door het<br />
feit dat Europa wel een monetaire unie is, maar<br />
vooralsnog beperkte instrumenten heeft om een<br />
gezamenlijk financieel economisch beleid uit te<br />
oefenen. Om tot een gezamenlijk beleid te komen<br />
zullen de lidstaten, en met name de twee<br />
grootste machten Duitsland en Frankrijk, het<br />
onderling eens moeten worden over de te varen<br />
koers. Dat leidt tot trage en niet altijd eensgezinde<br />
besluitvorming. Hierdoor lijkt het herstellen<br />
van het evenwicht in Europa eerder een kwestie<br />
van jaren dan van enkele vergaderingen in Parijs,<br />
Berlijn of Brussel.<br />
solIdarIteIt<br />
Europa is op haar beurt weer connected met de<br />
rest van de wereld en heeft invloed op de groei van<br />
andere economieën. Dat wordt bijvoorbeeld zichtbaar<br />
in de groeicijfers van de opkomende economieën.<br />
De groei daar, in 2010 nog 7,4 procent, is<br />
inmiddels afgezakt tot 5,3 procent.<br />
In tegenstelling tot Europa, waar de economie<br />
momenteel met 0,3 procent krimpt, boekt de VS<br />
vooruitgang. De twee procent economische groei<br />
wordt niet door overheidsbeleid, maar in toenemende<br />
mate door de vraag van de private sector<br />
gedreven. Een kleinere overheid en veel nieuwe<br />
banen in het bedrijfsleven zorgen ervoor dat de<br />
werkloosheid langzaam afneemt. Er is een belangrijk<br />
verschil in de wijze waarop de VS en Europa<br />
de crisis bestrijden. Dat wordt veroorzaakt<br />
doordat de Verenigde Staten een fiscale unie vormen,<br />
de Amerikaanse centrale bank een groter<br />
mandaat heeft en de Amerikanen een groter solidariteitsgevoel<br />
hebben dan Europeanen. Daar-<br />
door kan geld van belastingbetalers in New York<br />
zonder problemen via Washington naar werklozen<br />
in bijvoorbeeld Michigan vloeien. De Amerikanen<br />
stimuleerden de private sector door snel<br />
en grootschalig ingrijpen van het ministerie van<br />
Financiën en de Amerikaanse centrale bank. Zo<br />
reserveerde de Federal Reserve (Fed) 1.200 miljard<br />
dollar om het bankenstelsel te steunen en het<br />
Congres autoriseerde daarnaast nog eens zevenhonderd<br />
miljard dollar om giftige leningen op<br />
te kopen. Dergelijke een-tweetjes zijn in Europa<br />
momenteel ondenkbaar.<br />
Kansen creëren<br />
Overheden hebben de komende jaren weinig<br />
ruimte voor stimulerend begrotingsbeleid door de<br />
noodzakelijke afbouw van de schulden. Het wordt<br />
steeds duidelijker dat stimuleringsmaatregelen<br />
slechts een tijdelijk effect hebben en maar een deel<br />
van de problemen aanpakken. Bovendien zullen<br />
ze op enig moment hun grens hebben bereikt. Het<br />
zijn daarom de bedrijven zelf die de groei op gang<br />
moeten gaan brengen. Maar hoe gaan bedrijven<br />
dat klaarspelen?<br />
Veel ondernemingen worstelen met de vraag<br />
hoe ze het beste kunnen inspelen op de toenemende<br />
volatiliteit en onzekerheid. Voor het nemen<br />
van grote beslissingen is kwaliteit en volledigheid<br />
van informatie van belang, maar de<br />
omstandigheden dwingen bedrijven steeds vaker<br />
om sneller beslissingen te nemen op basis van<br />
meer en ondoorzichtigere informatie dan voorheen.<br />
Die omstandigheden maken bestuurders<br />
soms aarzelend, en sommigen hopen dat volatiliteit<br />
en onzekerheid een tijdelijk fenomeen zijn.<br />
Ook de Nederlandse bedrijven moet leren<br />
omgaan met deze snel veranderende omstandigheden.<br />
Ze lijken daar vooralsnog meer moeite<br />
mee te hebben dan hun internationale concurrenten,<br />
zo blijkt uit analyses van Accenture.<br />
Gelukkig zijn er voldoende aanknopingspunten<br />
voor de toekomst, zolang bedrijven leren<br />
omgaan met deze onzekerheid en volatiliteit. De<br />
kunst is juist om uit te vinden wat die onzekerheid<br />
nu precies inhoudt en op welke gebieden volatiliteit<br />
kan optreden.<br />
Dit vraagt wel om durf – een deugd die, net als<br />
ambitie, harder nodig is wanneer onzekerheden<br />
groter zijn. Aanpassingsvermogen, wendbaarheid<br />
en creativiteit zijn noodzakelijk. Onzekerheid<br />
en volatiliteit bieden immers ook kansen:<br />
wanneer marktomstandigheden uitdagend zijn,<br />
doen zich over het algemeen de beste kansen<br />
voor om het verschil te maken. De Tour de Fran-<br />
wANNeer De omSTANDiGheDeN<br />
moeilijk zijN, DoeN<br />
zich De BeSTe kANSeN voor<br />
ce wordt ten slotte ook niet in de vlakke etappes<br />
beslist, maar in de bergen.<br />
Kansen verzIlveren<br />
Het is daarom de hoogste tijd om strategieën en<br />
kwaliteiten opnieuw tegen het licht te houden en te<br />
durven herzien. Het gaat om het nemen van fundamentele<br />
stappen die van onzekerheden kansen<br />
maken, om zo nieuwe groeimogelijkheden te creeren.<br />
Daarbij hoort daadkrachtig inspelen op de<br />
nieuwste trends in innovatie, met open vizier kijken<br />
naar de kansen in opkomende markten, anticiperen<br />
op continue veranderingen in de markt<br />
en de juiste partners vinden om marktsynergie te<br />
creëren. Maar ook het ontwikkelen van het juiste<br />
talent en leiderspotentieel om de kansen die zich<br />
morgen aandienen te kunnen verzilveren.<br />
Tim de Bie is strategieconsultant<br />
bij Accenture Nederland.<br />
Sander van Ginkel is<br />
managing director strategie van<br />
Accenture Nederland.<br />
8 . <strong>management</strong> scope Accenture Special 2012 . 9
Inter<br />
vIew<br />
‘ onze navigatie<br />
staat juist<br />
afgesteld’<br />
‘we moeten ons richten op datgene dat een lange toekomst<br />
garandeert’, aldus unilever-topman Paul Polman. en dus groeit<br />
het concern door in opkomende markten producten voor<br />
weinig aan te bieden. ‘we blijven dicht bij de consument.’<br />
interview Anja montijn-Groenewoud tekst Nicole Gommers Fotografie marco Bakker<br />
f you want to go fast, go alone.<br />
If you want to go far, go with<br />
others.’ Op de vraag wat Unilever-topman<br />
Paul Polman graag<br />
in zijn vrije tijd doet – marathons lopen<br />
– haalt hij een Afrikaans gezegde aan,<br />
om meteen de vergelijking te trekken<br />
tussen hardlopen en zijn leiderschapsstijl.<br />
‘Ik ben geen sprinter, maar een<br />
duurloper.’ Polmans visie draait geheel<br />
om de lange termijn. ‘Alleen prestaties<br />
die leiden tot duurzame groei moeten<br />
beloond worden. Bedrijven die slechts<br />
bezig zijn met de resultaten van vandaag,<br />
zullen het uiteindelijk niet redden.’<br />
De groei en toekomstbestendigheid<br />
waar Polman aan refereert, haalt<br />
Unilever momenteel vooral uit opkomende<br />
markten. ‘Europa is een saga die<br />
maar voortduurt’, verzuchtte Polman<br />
onlangs tegen analisten na afloop van<br />
de presentatie van de jongste kwartaalcijfers<br />
van het concern. De voortwoekerende<br />
Europese crisis mag dan een<br />
zucht losmaken bij Polman, het sprookje<br />
van de fabrikant van fast moving consumer<br />
goods is dankzij het succes in de<br />
emerging markets lang zo gitzwart niet<br />
als voor veel andere bedrijven. Unilever<br />
laat groei zien – dubbele cijfers zelfs in<br />
de landen die nog niet zo lang geleden<br />
louter te boek stonden als ‘ontwikkelingslanden’,<br />
terwijl de omzet in Europa<br />
daalt door de angst van de consument<br />
om geld uit te geven en de oplopende<br />
werkloosheid. ‘Europa vormt maar een<br />
vijfde van mijn problemen’, liet Polman<br />
zich na de presentatie van de cijfers tegen<br />
een FD-journalist ontvallen. Ook<br />
tijdens ons gesprek met Polman benadrukt<br />
hij de ongekende groeikansen<br />
buiten Europa. ‘Het mag duidelijk zijn<br />
dat de economische machtsverhoudingen<br />
aan het verschuiven zijn naar het<br />
oosten en zuiden. Unilever haalt momenteel<br />
meer dan 55 procent van de<br />
omzet uit de opkomende markten. Europa<br />
is goed voor twintig procent van<br />
onze omzet en vier procent daarvan<br />
komt uit Zuid-Europa. De opkomende<br />
markten laten weliswaar een klein verval<br />
in hun groei zien, maar de situatie<br />
is nog steeds erg goed vergeleken bij<br />
Europa. De middenklasse in de opkomende<br />
markten groeit enorm, met zo’n<br />
150 miljoen zielen per jaar, en dat biedt<br />
Unilever veel kans om te groeien. Het is<br />
van groot belang ons te blijven richten<br />
op de consument en deze ook ten tijde<br />
van crisis te blijven voorzien van goede<br />
producten die waarde toevoegen.’<br />
° Unilever heeft veel profijt van de<br />
gunstige ontwikkelingen in de emerging<br />
markets, maar zijn er ook mogelijkheden<br />
om te profiteren van de crisis? ‘Unilever<br />
richt zich zowel op de bovenkant als<br />
op het midden en de onderkant van de<br />
markt. In opkomende markten verkopen<br />
wij producten voor een paar roepie<br />
of real. Zo blijven we dicht bij de consument,<br />
wat juist in deze tijd belangrijk is.<br />
Paul Polman (56)<br />
Opleiding<br />
1979 Economics & finance,<br />
University Cincinatti<br />
1977 Bedrijfseconomie, Universiteit Groningen<br />
Loopbaan<br />
2009 - heden ceo Unilever<br />
2008 - 2009 evp en zonedirecteur Nestlé SA<br />
(VS, Canada, Caraïben en<br />
Latijns-Amerika)<br />
2006 - 2008 cfo Nestlé SA<br />
2001 - 2006 Group president Procter &<br />
Gamble Europe<br />
1998 - 2001 President Global Fabric Care<br />
Procter & Gamble<br />
1995 - 1998 Vicevoorzitter en directeur<br />
Procter & Gamble UK<br />
Nevenfuncties<br />
President Kilimanjaro Blind Trust, lid executive<br />
committee WBCSD, niet-uitvoerend bestuurder<br />
The Dow Chemical Company.<br />
Interesses<br />
Lezen, marathons lopen en bergbeklimmen<br />
Thuis<br />
Getrouwd, drie kinderen<br />
10 . <strong>management</strong> scope Accenture Special 2012 . 11
Ze hebben ons hard nodig. Overigens gebruiken<br />
we dit model nu ook steeds meer<br />
in Europa, waar we al diverse producten<br />
in de winkel hebben liggen voor slechts<br />
een euro. Daarnaast is het van belang te<br />
blijven investeren in de toekomst: niet alleen<br />
in productontwikkeling, maar ook<br />
in onze mensen. Aankopen en acquisities<br />
zijn gunstiger geworden. Zo hebben wij<br />
geïnvesteerd in onze ijsbusiness, bijvoorbeeld<br />
door overnames in Griekenland,<br />
Roemenië en Scandinavië.’<br />
° Waar Unilever het goed doet, presteren<br />
AEX-bedrijven juist minder dan<br />
hun internationale peers, zo blijkt uit onderzoek<br />
van Accenture. Ze zijn bovendien<br />
vooral bezig met vandaag en minder met<br />
de toekomst. Hebben we in Nederland<br />
wel genoeg ambitie, of heerst hier een zesjescultuur?<br />
‘Dat is te kort door de bocht.<br />
Nederland heeft een groot aantal multinationals<br />
die internationaal zeer sterk<br />
aanwezig zijn. Denk aan Heineken, Philips,<br />
Shell, DSM, AkzoNobel en Unilever.<br />
Het zijn prestatiegedreven organisaties<br />
die op veel gebieden toonaangevend zijn,<br />
bijvoorbeeld op het gebied van duurzaamheid.’<br />
° Daar noemt u inderdaad de paradepaarden.<br />
Maar moeten niet meer<br />
bedrijven een sterkere prestatiecultuur<br />
ontwikkelen? Of is dat te Angelsaksisch?<br />
‘Geen enkel bedrijf kan bestaan zonder<br />
resultaat. Maar bedrijven moeten zich<br />
vooral richten op datgene dat een langetermijntoekomst<br />
garandeert. Het is van<br />
belang intern duidelijk een strategie neer<br />
te zetten, op basis waarvan de structuur<br />
volgt. Prestaties moeten worden beloond<br />
wanneer ze niet slechts voor een kortetermijnpiek<br />
zorgen, maar ook voor duurzame<br />
groei.’<br />
° Bedrijven acteren in een wereldeconomie<br />
met verschuivende machtsblokken,<br />
zoals de opkomende economieën.<br />
Onderzoek van Accenture laat zien dat<br />
Unilever hier goed op inspeelt, maar veel<br />
andere Nederlandse bedrijven blijven<br />
achter. Hoe verklaart u dat? ‘Je ziet dat<br />
veel Nederlandse multinationals al inspelen<br />
op de economische machtsverhoudingen,<br />
die verschuiven naar het<br />
oosten en zuiden. Denk bijvoorbeeld aan<br />
de focus van Heineken om in Azië meer<br />
voet aan de grond te krijgen. Unilever is<br />
van oudsher al sterk in deze markten en<br />
moet deze positie verder uitbreiden. Wij<br />
verwachten dat op termijn ongeveer 75<br />
procent van onze omzet uit deze markten<br />
zal komen. De wereldbevolking zal met<br />
twee miljard groeien en de meeste mensen<br />
worden geboren in de opkomende<br />
markten.’<br />
° Unilever wil in 2020 75 procent<br />
van haar omzet uit opkomende economieën<br />
halen. Welke rol zal de westerse<br />
markt voor Unilever over tien jaar spelen?<br />
‘Alle markten zijn belangrijk voor Unilever.<br />
Als we in Europa niet groeien, zal<br />
onze ambitie om te verdubbelen lastiger<br />
worden. Europa is momenteel goed voor<br />
twintig procent van onze omzet en dit zal<br />
naar mate onze omzet in de opkomende<br />
markten groeit, verder afnemen. De bevolking<br />
neemt af, de koopkracht daalt<br />
en kosten blijven stijgen. Niet een ideale<br />
omgeving om een bedrijf te laten groeien.<br />
Neemt niet weg dat we de lat hoog<br />
leggen en harder willen groeien dan de<br />
markt, in welke regio dan ook. Er zijn<br />
nog steeds legio kansen om te groeien in<br />
westerse markten en die grijpen we dan<br />
ook.’<br />
° Hoe belangrijk is duurzaamheid<br />
voor de groei van onze economie en hoe<br />
kan duurzaamheid in bedrijven worden<br />
bevorderd? ‘Duurzaamheid is cruciaal<br />
voor de economie en biedt enorme<br />
kansen voor bedrijven. Sterker nog, de<br />
meeste bedrijven nemen al het voortouw<br />
ten opzichte van overheden. Bedrijven<br />
die blijven doorgaan met de huidige<br />
manier van zakendoen, zullen geen langetermijnbestaansrecht<br />
hebben. Consumenten,<br />
overheden en ngo’s eisen van<br />
bedrijven dat ze bijdragen aan oplossingen,<br />
en niet aan het probleem. Voor<br />
Unilever heeft zich dat vertaald naar het<br />
Unilever Sustainable Living Plan. Het<br />
plan begint steeds meer vruchten af te<br />
werpen door versnelde innovaties en het<br />
stelt ons in staat om sterkere relaties op<br />
te bouwen met consumenten, klanten<br />
en gemeenschappen, onze medewerkers<br />
te enthousiasmeren en kosten te verlagen.<br />
Het Sustainable Living Plan staat<br />
centraal in onze strategie om onze omzet<br />
te verdubbelen en tegelijkertijd onze<br />
milieuvoetafdruk te verkleinen. Het is<br />
voor ons de enige manier van zakendoen.<br />
Bevorderen van duurzaamheid<br />
kan op vele manieren. Bedrijven hebben<br />
leiders nodig die de stap naar duurzaamheid<br />
durven te maken. Nederland kent<br />
al veel van deze toonaangevende bedrijven,<br />
zoals DSM en Philips met ceo’s als<br />
Feike Sijbesma en Frans van Houten,<br />
maar er moeten nog velen bij. Een goed<br />
voorbeeld van krachtenbundeling is de<br />
Dutch Sustainable Growth Coalition.<br />
Hierin komen Nederlandse multinationals<br />
bij elkaar, om van elkaar te leren<br />
op het gebied van duurzaamheid en om,<br />
nog belangrijker, andere bedrijven te inspireren<br />
hetzelfde pad te volgen.’<br />
° Wat zou de rol van de politiek moeten<br />
zijn als het gaat om het thema duurzaamheid?<br />
‘De politiek moet bedrijven<br />
stimuleren om duurzaamheid centraal<br />
te stellen in hun bedrijfsvoering. Het<br />
moet hand in hand gaan met werkgelegenheidsverschaffing.<br />
Een stimulerend<br />
en initiërend beleid vanuit de diverse<br />
overheden is dringend gewenst, noodzakelijk<br />
zelfs, om de slag naar duurzaamheid<br />
te versnellen. Een mooi voorbeeld<br />
is de oproep van alle ceo’s in de Dutch<br />
Sustainable Growth Coalition aan de<br />
vooravond van Rio+20. Hier zijn, mede<br />
op aandringen van het bedrijfsleven,<br />
de eerste stappen gezet om onderhandelingen<br />
te starten over het tot stand<br />
brengen van sustainable development<br />
goals (sdg’s). Deze zouden zich moeten<br />
richten op terugdringing van armoede<br />
en voedselonzekerheid; vermindering<br />
van CO2-uitstoot en watergebruik, behoud<br />
van biodiversiteit, bescherming<br />
van bossen en verhoging van gebruik<br />
van hernieuwbare energie en recycling.<br />
Een concreet tijdpad is noodzakelijk om<br />
deze uitgangspunten uiterlijk in 2015 om<br />
te zetten in meetbare doelstellingen die<br />
per 2030 bereikt moeten zijn, en die door<br />
alle VN-lidstaten dienen te worden onderschreven.<br />
De sdg’s zouden een kader<br />
voor samenwerking met het bedrijfsleven<br />
moeten bevatten. De mogelijkheden<br />
voor publiek-private samenwerking op<br />
het gebied van duurzame ontwikkeling<br />
moeten maximaal worden benut. Zo<br />
worden we allemaal winnaars.’<br />
° Er is een duidelijk spanningsveld<br />
tussen de belangen van aandeelhouders<br />
en de duurzaamheidsgedachte van Unilever.<br />
In hoeverre zijn aandeelhouders klaar<br />
voor het gedachtegoed van Unilever? Aandeelhouders<br />
die geloven in onze langetermijnstrategie<br />
zijn van grote waarde voor<br />
ons bedrijf. Als we doorgaan zoals onze<br />
cijfers nu laten zien kunnen we aan het<br />
einde van het jaar vijftig miljard omzet<br />
rapporteren, dat is twaalf miljard meer<br />
dan drie jaar geleden. Dat is duurzame<br />
groei. Aandeelhouders worden uiteindelijk<br />
beloond wanneer wij zorgen voor<br />
onze consumenten. Aandeelhouders die<br />
snel geld willen verdienen en gericht zijn<br />
‘euroPA iS<br />
GeeN iDeAle<br />
omGeviNG<br />
om eeN BeDrijf<br />
Te lATeN<br />
GroeieN’<br />
op de korte termijn kunnen beter ergens<br />
anders in investeren.’<br />
° Een groeiende populatie en verbeterde<br />
levensstandaard bedreigen de<br />
wereldwijde voedselvoorziening. Vermoedelijk<br />
hebben we zeventig procent meer<br />
voedsel nodig in 2050. Hoe gaat Unilever<br />
met deze uitdaging om? ‘In het Unilever<br />
Sustainable Living Plan hebben wij een<br />
commitment afgegeven om met een extra<br />
vijfhonderdduizend kleine boeren samen<br />
te werken. Het zijn vaak deze mensen<br />
die met honger naar bed gaan. Dit<br />
stelt ons in staat om enerzijds het leven<br />
van de boer en zijn familie te verbeteren<br />
en anderzijds landbouwmethoden te<br />
optimaliseren, waardoor betere oogsten<br />
ontstaan. Duurzaamheid snijdt dus aan<br />
meerdere kanten, betere economische<br />
vooruitzichten voor de boer, duurzame<br />
productie van gewassen en milieu en<br />
een goed aanbod van grondstoffen voor<br />
Unilever. Win-win-win. Naast onze eigen<br />
initiatieven zijn we actief betrokken<br />
bij de zogeheten B20, waarin we advies<br />
uitbrengen aan de G20 op het gebied van<br />
food security. Unilever neemt hier een<br />
leidende rol.’<br />
° Uit eerdere berichtgeving blijkt dat<br />
Unilever zichzelf als doel heeft gesteld om<br />
in 2020 de omzet te verdubbelen van veertig<br />
naar tachtig miljard. Toch is de omzet<br />
de afgelopen jaren minder hard gegroeid<br />
dan die van de concurrentie. Hoe verklaart<br />
u dat en welke acties heeft u daarop<br />
ondernomen? ‘Wij hebben geen deadline<br />
gekoppeld aan onze verdubbeling. Het is<br />
een langetermijnstreven en vooral een<br />
mindset. Als je kijkt naar onze omzet<br />
drie jaar geleden en die van nu, zie je een<br />
IntervIew<br />
groei van bijna twaalf miljard. Onze navigatie<br />
staat juist afgesteld, dat blijkt ook<br />
weer uit onze recente halfjaarcijfers. In<br />
2011 waren we ook nog het best presenterende<br />
bedrijf op de AEX. Een model<br />
dat bijdraagt aan de samenleving is erg<br />
motiverend.’<br />
° Om bij de top in de sector te blijven<br />
behoren heeft u de beste mensen nodig.<br />
Hoe slaagt een bedrijf als Unilever<br />
daar in? ‘Unilever staat in vele landen,<br />
waaronder Nederland, nummer één als<br />
het gaat om het beste fast moving consumer<br />
goods-bedrijf om voor te werken.<br />
Dat geeft al aan dat we op juiste weg zijn<br />
om aantrekkelijk te zijn voor talenten<br />
en studenten. Daarnaast hebben we een<br />
leadership-programma waarin we onze<br />
mensen continu trainen en begeleiden<br />
om zich persoonlijk te ontwikkelen, onze<br />
strategie tot leven te brengen en over te<br />
brengen op andere medewerkers.’<br />
° Innovatie, dichter bij de consument<br />
staan en talent ontwikkelen staan hoog op<br />
Unilevers agenda. Wat hebben deze drie<br />
aspecten met elkaar te maken? ‘Alle drie<br />
de punten maken een belangrijk deel uit<br />
van onze strategie. Innovatie is cruciaal<br />
om consumenten te blijven voorzien in<br />
steeds veranderende behoeften en wensen.<br />
Meer dan dertig procent van onze<br />
omzet komt inmiddels uit nieuwe innovaties.<br />
Door dichtbij de consument te<br />
staan weten we direct wat de behoefte is.<br />
Het zijn de medewerkers van Unilever<br />
die het moeten waarmaken en daarvoor<br />
hebben we talenten nodig die begrijpen<br />
wat we willen bewerkstelligen en te allen<br />
tijde de consument centraal zetten in de<br />
manier waarop we werken. De consument<br />
bepaalt uiteindelijk hoe succesvol<br />
we zijn als bedrijf.’<br />
Anja Montijn-Groenewoud is<br />
managing director van Accenture Nederland.<br />
12 . <strong>management</strong> scope Accenture Special 2012 . 13
positionering voor de toekomst<br />
onder<br />
zoeK<br />
aeX-beDrijven<br />
zijn geen<br />
sterspelers<br />
De prestaties van de meeste AeX-bedrijven zijn niet<br />
slecht: er is groei, er worden winsten gerealiseerd.<br />
maar hoe goed is vijf procent groei als internationale<br />
concurrenten dubbele cijfers halen?<br />
maximaal<br />
100%<br />
50%<br />
minimaal<br />
0%<br />
industrie gemiddelde<br />
50%<br />
huidige prestaties<br />
Brasil Foods<br />
tekst jasper van der linden<br />
illustratie Aad Goudappel<br />
ASML<br />
industrie<br />
gemiddelde<br />
AEX<br />
Concurrenten<br />
High Performance<br />
Businesses<br />
maximaal<br />
100%<br />
onderzoeksmethode<br />
In het Accenture High Performance Business-onderzoek zijn de prestaties van AEX-bedrijven<br />
vergeleken met hun internationale concurrenten. In de studie worden de prestaties gemeten<br />
over de periode vanaf 2005 tot en met het tweede kwartaal van 2012. Recente prestaties wegen<br />
daarin aanzienlijk zwaarder dan resultaten die verder in het verleden liggen. Daarnaast wordt<br />
ook het toekomstperspectief bekeken. De onderzochte AEX-bedrijven worden vervolgens<br />
vergeleken met peers in hun eigen sector: 330 bedrijven in 29 sectoren. Data zijn afkomstig<br />
van Standard & Poor’s en Bloomberg. In de analyse zijn alle AEX-bedrijven meegenomen,<br />
behalve Corio en Unibail Rodamco. Deze bedrijven hebben een ander verdienmodel en<br />
kunnen daardoor niet worden gebenchmarkt met de HPB-onderzoeksmethodologie.<br />
De huidige prestaties zijn geanalyseerd op basis van vier prestatie-indicatoren:<br />
1. Aandeelhouderswaarde creatie (TRS, total return to shareholders)<br />
2. Rendement op investeringen (ROIC, return on invested capital)<br />
3. Omzetgroei<br />
4. Consistentie van de resultaten (hier is gekeken hoe vaak het bedrijf in een periode van<br />
zeven jaar bovengemiddeld presteert wat betreft TRS, ROIC en omzetgroei)<br />
De positionering voor de toekomst wordt gemeten op basis van vier prestatie-indicatoren:<br />
5. Toekomstige groeiverwachting door de markt (future value)<br />
6. Winstpotentieel<br />
7. Positionering in groeimarkten<br />
8. Vermogen om groei te financieren<br />
een rol spelen in de wereldeconomie,<br />
dat is topsport.<br />
Het tempo ligt hoog, de<br />
spelsituatie verandert doorlopend<br />
en behendigheid bepaalt de kans<br />
op een overwinning. In een wereld waarin<br />
verandering en onzekerheid doorlopend<br />
overheersen, is het realiseren van<br />
high performance bepaald geen gemakkelijke<br />
opgave.<br />
Het World Economic Forum concludeerde<br />
afgelopen maand dat Nederland<br />
tot de meest concurrerende economieën<br />
ter wereld behoort. Nederland valt onder<br />
meer op door het grote internationale<br />
vertrouwen, een goede kredietrating en<br />
lage inflatie. Verder wordt de infrastructuur<br />
geprezen, met havens die op een<br />
tweede plaats staan.<br />
Als we Nederland echter vergelijken<br />
met Duitsland, zien we twee belangrijke<br />
zaken: Duitsland is minder afhankelijk<br />
van Europa en Duitse producten zijn<br />
competitiever dan Nederlandse producten.<br />
Duitsland exporteert maar veertig<br />
procent van het Bruto Binnenlands Product<br />
naar landen in de eurozone, terwijl<br />
dat voor Nederland ongeveer twee derde<br />
is. Daardoor is Duitsland veel minder<br />
gevoelig voor problemen binnen de eurozone<br />
en profiteert het van de vraag uit<br />
Amerika en vooral Azië.<br />
Maar wat betekenen deze uiteenlopende<br />
beschouwingen voor het Nederlandse<br />
bedrijfsleven en hoe staat zij er<br />
eigenlijk voor? Het Accenture High Performance<br />
Business-onderzoek vergelijkt<br />
de prestaties van AEX-bedrijven met de<br />
prestaties van hun internationale concurrenten.<br />
Daarbij wordt zowel teruggeblikt<br />
als vooruitgekeken.<br />
High performance businesses zijn bedrijven<br />
die hun concurrenten continu<br />
overtreffen. Ze behoren tot een kleine<br />
groep topbedrijven binnen hun sector.<br />
Om een high performance business te<br />
zijn, moet een bedrijf tot de beste 25 procent<br />
op het vlak van huidige performance<br />
behoren én tot de beste 25 procent op het<br />
vlak van positionering voor de toekomst<br />
binnen zijn eigen industrie gerekend<br />
kunnen worden. Bedrijven die tot deze<br />
groep behoren, zitten in de kopgroep.<br />
MInder concurrerend<br />
Op alle acht prestatie-indicatoren scoren<br />
AEX-bedrijven gemiddeld lager dan<br />
hun concurrenten. Met uitzondering<br />
uitblinkers<br />
shell blijft ambitieus<br />
1. Aandeelhouderswaarde creatie<br />
Shell is sinds kort wat betreft omzet<br />
het grootste bedrijf ter wereld en<br />
domineert de AEX. De TRS steeg in<br />
2011 met zestien procent, waar de<br />
industrie een vooruitgang liet zien<br />
van slechts drie procent. De winst<br />
steeg vorig jaar tot bijna 24 miljard<br />
euro, ruim acht miljard meer dan een<br />
jaar eerder. Shell genereert hierdoor<br />
meer waarde voor de aandeelhouders<br />
(TRS) dan de meeste concurrenten<br />
binnen de industrie. Waar concurrenten<br />
als BP, Eni en Repsol in de<br />
jaren 2009 en 2010 hun dividend fors<br />
verlaagden, bleef Shell het dividend<br />
juist verhogen.<br />
ryanair profiteert van crisis<br />
2. Rendement op investeringen (ROIC)<br />
Prijsvechter Ryanair heeft geprofiteerd<br />
van de voordelen als nieuwe<br />
toetreder. De ROIC van Ryanair is<br />
bijna tweemaal zo hoog als het gemiddelde<br />
binnen de industrie, omdat<br />
Ryanair haar assets efficiënter weet in<br />
te zetten dan haar concurrenten. Het<br />
bedrijf maakt gebruik van goedkope<br />
luchthavens, heeft een jong en goedkoop<br />
personeelsbestand en is goed<br />
in kostenbeheersing. Daarmee komt<br />
Ryanair tot een goed rendement op<br />
iedere geïnvesteerde euro.<br />
asMl blijft investeren<br />
3. Omzetgroei<br />
ASML is de sterspeler van de AEX.<br />
Het bedrijf werkt met hoogopgeleid<br />
personeel, innoveert doorlopend en<br />
groeit als kool: sinds 2006 jaarlijks<br />
met zestien procent. ASML heeft een<br />
marktaandeel van tachtig procent<br />
verworven. In juli 2012 stelde ASML<br />
grote klanten in staat aandeelhouder<br />
en investeerder te worden in de<br />
nieuwste ASML-machines, die chips<br />
met meer capaciteit voor snellere<br />
smartphones kunnen produceren.<br />
ASML haalde op deze manier onder<br />
meer Intel binnen als investeerder<br />
voor een bedrag van 3,3 miljard euro.<br />
Accenture Special 2012 . 15
onderzoeK<br />
colgate is<br />
concurrenten te slim af<br />
4. Consistentie<br />
Jaar in jaar uit presteert Colgate-<br />
Palmolive op ROIC, TRS en<br />
omzetgroei beter dan de concurrentie.<br />
Het dividend is inmiddels<br />
gedurende 49 opeenvolgende jaren<br />
verhoogd. Colgate’s sterke aanwezigheid<br />
in opkomende markten is<br />
goed voor meer dan de helft van de<br />
totale omzet. Het bedrijf biedt succesvol<br />
tegenwicht aan bijvoorbeeld<br />
Procter & Gamble in Latijns-Amerika,<br />
maar wapent zich ook prima<br />
tegen een zwakkere vraag uit de<br />
VS en Europa. Nieuwe innovatieve<br />
producten zorgen voor wereldwijde<br />
risicospreiding, ook in volumes.<br />
winnaarsmentaliteit<br />
bij ab Inbev<br />
5. Toekomstig bedrijfspotentieel<br />
De grootste brouwer ter wereld en<br />
concurrent van Heineken. Voor de<br />
overname van Grupo Modelo, de<br />
producent van het bekende Coronabier,<br />
kon AB Inbev razendsnel<br />
twintig miljard uit de markt trekken<br />
bij zowel aandeelhouders als<br />
banken. Er werd voor 7,5 miljard<br />
dollar aan obligaties uitgegeven en<br />
AB InBev had al een extra bankkrediet<br />
geregeld van veertien miljard<br />
dollar.<br />
vopak balanceert talentvol<br />
6. Winstpotentieel<br />
Koninklijke Vopak is wereldmarktleider<br />
op het gebied van opslag<br />
en aan- en afvoer van vloeibare<br />
olieproducten en gassen. Vopak heeft<br />
de hoogste EBITA-marge binnen<br />
zijn industrie en verwacht verdere<br />
groei in de nabije toekomst. Volgens<br />
analisten heeft Vopak de potentie om<br />
haar operating margin de komende<br />
drie jaar te verdubbelen. Vopak<br />
maakt perfect gebruik van de geografische<br />
onbalans tussen productie<br />
en consumptie en de onderneming<br />
wordt weinig beïnvloed door de<br />
volatiele olieprijs.<br />
16 . <strong>management</strong> scope<br />
van ASML bevindt geen van de bedrijven<br />
zich op beide dimensies – huidige prestaties<br />
en positionering voor de toekomst −<br />
aan de top. AEX-bedrijven waren de afgelopen<br />
zeven jaar gemiddeld minder<br />
winstgevend dan hun concurrenten en<br />
groeiden minder hard. Zo groeiden de<br />
internationale concurrenten de afgelopen<br />
zeven jaar gemiddeld 25,3 procent harder<br />
dan bedrijven aan de AEX. Opvallend detail<br />
is dat AEX-bedrijven verder achterop<br />
zijn geraakt na de uitbraak van de crisis<br />
in 2008, zowel op huidige prestaties als op<br />
positionering voor de toekomst.<br />
Het resultaat van de prestaties van<br />
AEX-bedrijven is zichtbaar in een lagere<br />
aandelenwaarde en de geringe investeringsbereidheid<br />
van banken en investeerders.<br />
De total return to shareholders is<br />
over de laatste zeven jaar gemiddeld bijna<br />
dertien procent lager dan die van buitenlandse<br />
bedrijven. De AEX-bedrijven<br />
kunnen niet over voldoende kapitaal beschikken<br />
om met de concurrentie mee te<br />
groeien. Daarnaast zijn ze minder sterk<br />
actief in opkomende markten, waardoor<br />
ze minder goed in staat zijn om de klappen<br />
op te vangen in West-Europa.<br />
veel dIvIdend<br />
Toch hebben Nederlandse bedrijven tot<br />
2009 relatief veel dividend uitgekeerd.<br />
Verschillende AEX-bedrijven hebben<br />
hun beleid inmiddels bijgesteld, maar<br />
het vrijkomende kapitaal is tot nu toe<br />
meer aangewend voor herstellen van de<br />
financiële huishouding dan voor investeringen.<br />
De resultaten van de HPB-studie<br />
bevestigen dit: de cashpositie verslechterde<br />
voor vrijwel alle bedrijven in 2008.<br />
De high performers herstelden na 2009<br />
en kregen weer oog voor investeringen.<br />
Door de teruglopende winsten en het uitkeren<br />
van dividend bleef er weinig geld<br />
over voor investeringen, bijvoorbeeld<br />
in r&d. De AEX-bedrijven brachten na<br />
2009 hun investeringen terug naar het<br />
niveau van 2007. High performers verhoogden<br />
juist de r&d-budgetten: in 2010<br />
en 2011 investeerden ze ten opzichte van<br />
hun omzet tweemaal zoveel.<br />
hoe nu verder?<br />
Meekomen in de wereldeconomie is top-<br />
sport. De uitkomsten van het Accentureonderzoek<br />
laten zien dat voor vrijwel alle<br />
AEX-bedrijven de lat hoog ligt. Hoe te<br />
komen tot betere prestaties? Allereerst<br />
zullen Nederlandse bedrijven hun investeringsagenda<br />
op orde moeten brengen<br />
zodat ze, voordat de lifecycle van hun huidig<br />
succes afloopt, een nieuw succes in de<br />
grondverf hebben staan. Op de tweede<br />
plaats kan een aangepaste en geoptimaliseerde<br />
strategie pas tot goede resultaten<br />
leiden als de organisatie zelf in staat is tot<br />
een effectieve en succesvolle executie van<br />
de plannen. Het gaat dan om mensen en<br />
middelen, om beweeglijkheid en leiderschap.<br />
Permanente onzekerheid en volatiliteit<br />
vragen om grote wendbaarheid<br />
en flexibiliteit. High performers zijn daar<br />
keer op keer succesvol in: ze zijn agile.<br />
non-stoP InnovatIe<br />
Bedrijven die een succesvol product of<br />
baanbrekende technologie op de markt<br />
brengen, krijgen vaak te maken met een<br />
geleidelijk verloop van het succes van<br />
een innovatie. Dit gaat vaak volgens een<br />
vast patroon; early adopters zorgen voor<br />
een snelle uptake. Na de acceptatie door<br />
een grotere groep gebruikers zwakt de<br />
groei af. High performers zijn succesvol<br />
in het goed op elkaar laten aansluiten van<br />
opeenvolgende innovaties, waardoor ze<br />
kunnen blijven groeien. Het is zaak om<br />
een nieuwe groeicurve te realiseren voordat<br />
verzadiging bereikt is.<br />
Bedrijven moeten er rekening mee<br />
houden dat innovaties en groeicurves<br />
elkaar steeds sneller opvolgen. De<br />
AlleeN ASml<br />
BeviNDT<br />
zich AAN De<br />
ABSoluTe ToP<br />
houdbaarheid van intellectueel eigendom<br />
is beperkt en nieuwe technologie<br />
ontwikkelt zich steeds sneller en breder.<br />
De vorm (en de duur) van een groeicurve<br />
is bovendien onvoorspelbaar,<br />
want van de ene op de andere dag kan<br />
een succesvol product worden gemaakt<br />
of gebroken.<br />
De tijd dat nieuwe inzichten nog voornamelijk<br />
van de eigen onderzoeksafdeling<br />
afkomstig zijn ligt achter ons en samenwerking<br />
met klanten, universiteiten<br />
en toeleveranciers is noodzakelijk. Deze<br />
ideeën moeten vervolgens sneller worden<br />
vertaald in concrete producten en sneller<br />
op de markt worden geïntroduceerd om<br />
de innovatie succesvol te maken. Ondernemingen<br />
die jaar in jaar uit succesvol<br />
zijn, slagen erin om een groot percentage<br />
van hun omzet te genereren met producten<br />
of diensten die ze vrij recentelijk<br />
geïntroduceerd hebben. Het bekendste<br />
voorbeeld hiervan is Apple, dat de iPhone<br />
introduceerde omdat niet mp3-spelers<br />
maar smartphones de grootste concurrent<br />
bleken te worden van de iPod. Op<br />
het moment dat de iPhone de early adoptersfase<br />
was gepasseerd, was Apple al begonnen<br />
met de introductie van de eerste<br />
generatie iPad.<br />
Voor een goede groeicurve kunnen<br />
bedrijven niet zonder een topidee. Maar<br />
naast een snelle realisatie van een tweede<br />
of volgende curve is ook marktinzicht<br />
onontbeerlijk. Het kunnen zetten van<br />
de volgende stap vraagt om voldoende<br />
kracht, schaalgrootte en de juiste mensen.<br />
Organisaties moeten tijdig anticiperen op<br />
bedreigingen voor het eerste succes, zoals<br />
een ongewenst verloop in de top van het<br />
bedrijf, het verlopen van patenten of het<br />
verliezen van exclusiviteit.<br />
hIgh PerforMers zIjn flexIbel<br />
Agility is een typisch <strong>management</strong>begrip:<br />
vaag en complex, en het is de vraag of ie-<br />
dere executive het over de betekenis eens<br />
is. Waar veel executives het in ieder geval<br />
wél over eens zijn, is dat veel bedrijven<br />
niet meer in staat zijn om snel te reageren.<br />
Door eindeloze kostbesparingen is<br />
de lenigheid van veel ondernemingen<br />
geslonken. Ze hebben bij het doorvoeren<br />
van hyperefficiency veel flexibiliteit<br />
ingeleverd. Denk aan de wereldwijde<br />
supply chains van bijvoorbeeld Japanse<br />
hardwareproducenten. Ook Europese bedrijven<br />
liepen vast door gebrek aan half-<br />
fabricaten toen Japan te maken kreeg met<br />
sterke aardbevingen.<br />
ASML daarentegen zorgt voor de<br />
broodnodige flexibiliteit via een ecosysteem<br />
van partners dat goed meebeweegt.<br />
ASML kan gemakkelijk en tijdig op- en<br />
afschalen wanneer het wat moeilijker of<br />
juist harder gaat.<br />
Investeren In veranderIng<br />
High performers gedijen goed in veranderlijke<br />
omstandigheden. Ze beschouwen<br />
aanhoudende onzekerheid als een doorlopende,<br />
positieve uitdaging. Voor hen<br />
levert onzekerheid méér opties op − en ze<br />
waken ervoor om te veel op lean-zijn te<br />
vertrouwen. In plaats daarvan excelleren<br />
ze in vier eigenschappen. Ze zijn goed in<br />
anticiperen: het ontwikkelen van een visie<br />
ten aanzien van ontwikkelingen zoals<br />
vergrijzing, veranderende consumentenvoorkeuren<br />
of opkomende markten. Ze<br />
zijn ook omgevingsbewust en goed in<br />
staat om trends waar te nemen, te analyseren<br />
en te vertalen naar bedrijfsvoering.<br />
Agile bedrijven zijn er bedreven in hun<br />
processen en structuren regelmatig aan<br />
te passen. Zij zorgen tijdig voor het juiste<br />
talent in de organisatie, wisselen ideeën<br />
sneller uit en komen eerder in actie dan<br />
hun concurrenten.<br />
Dat laatste – eerder in actie komen –<br />
brengt ons bij de meest belangrijke eigenschap<br />
van agile ondernemingen. Zij zijn<br />
bovenal responsief: gericht op snel beslissen,<br />
vlot reageren en het heft in handen<br />
nemen. Responsiviteit is geen onderwerp<br />
dat men voor morgen op de boardroomagenda<br />
laat zetten, iedereen kan er<br />
vandaag mee beginnen. Kortom, onzekerheid<br />
is een continue bron van nieuwe<br />
kansen.<br />
unilever: duurzame<br />
groeikampioen<br />
7. Positionering in groeimarkten<br />
Unilever-ceo Paul Polman heeft<br />
gekozen voor een duidelijke focus:<br />
minder merken en meer gerichtheid<br />
op opkomende economieën.<br />
Analisten zijn enthousiast, de doelstellingen<br />
zijn ambitieus: Unilever<br />
mikt op een verdubbeling van de<br />
omzet. Unilever groeit vergeleken<br />
met de Europese markt drie keer zo<br />
hard in opkomende markten, waar<br />
het nu al 56 procent van de omzet<br />
vandaan haalt. Het bedrijf is daardoor<br />
beter in staat de klappen van<br />
de crisis in Europa op te vangen,<br />
terwijl concurrenten als Danone,<br />
PepsiCo en Procter & Gamble<br />
drastisch in het personeelsbestand<br />
moeten snijden.<br />
vimpelcom,<br />
rising star in telecom<br />
8. Vermogen om groei te financieren<br />
VimpelCom is in de telecombusiness<br />
de vijfde speler na China<br />
Mobile, Vodafone, Telefónica en<br />
América Móvil. Het bedrijf heeft<br />
tien brands die wereldwijd goed<br />
zijn voor 782 miljoen klanten.<br />
VimpelCom heeft een hoge marktverwachting:<br />
de geschatte relatieve<br />
future value was in 2011 vijf maal<br />
zo groot als die van haar concurrenten.<br />
Het bedrijf legt het accent<br />
op regio’s waar de mobiele markt<br />
de komende jaren sterk zal groeien<br />
(zoals Rusland, Oekraïne, Azië en<br />
delen van Afrika). Het bedrijf is<br />
daarnaast goed voorbereid op de<br />
transformatie van telecom- naar<br />
dataservicesleverancier.<br />
Jasper van der Linden is<br />
strategieconsultant bij Accenture Nederland.<br />
Accenture Special 2012 . 17
HigH perFormance business: key FinDings infographic<br />
top-10 high performers tussen 2005 en 2012<br />
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10<br />
SABIC<br />
Chemie<br />
Saoedi-Arabië<br />
Samsung<br />
Elektronica<br />
Zuid-Korea<br />
China Construction<br />
Bank<br />
Banken<br />
China<br />
TJX<br />
Warenhuizen<br />
VS<br />
Prestaties van bedrijven per regio in de wereld<br />
Top 25%<br />
Bovengemiddeld<br />
Ondergemiddeld<br />
Laatste 25%<br />
32<br />
23<br />
19<br />
13<br />
87<br />
3<br />
1<br />
1<br />
bedrijven<br />
in VS &<br />
Canada<br />
Colgate<br />
HPC<br />
VS<br />
6<br />
bedrijven<br />
in Zuid-<br />
Amerika<br />
hPb-onderzoeksmethodologie<br />
In de Accenture HPB-studie zijn de prestaties van AEX-bedrijven vergeleken<br />
met hun internationale concurrenten. In de studie worden de prestaties<br />
gemeten over de periode vanaf 2005 tot en met het tweede kwartaal van 2012.<br />
Recente prestaties wegen daarin aanzienlijk zwaarder dan resultaten die verder<br />
in het verleden liggen. Daarnaast wordt ook het toekomstperspectief bekeken.<br />
De onderzochte AEX-bedrijven worden vervolgens vergeleken met hun<br />
‘peers’: 330 bedrijven in 29 sectoren. Data is afkomstig van Standard & Poor’s<br />
(Capital IQ) en Bloomberg.<br />
BG<br />
Olie & gas<br />
VK<br />
148<br />
39,0%<br />
2008<br />
BHP Billiton<br />
Metaal<br />
Australië<br />
bedrijven in<br />
Noord- en<br />
West-Europa<br />
Coca Cola<br />
Levensmiddelen<br />
VS<br />
ICBC<br />
Banken<br />
China<br />
23 9 5<br />
42<br />
35<br />
48<br />
42<br />
11<br />
17<br />
10<br />
bedrijven in<br />
Zuid-Europa<br />
Telenor<br />
Telecom<br />
Noorwegen<br />
Gemiddelde HPB-score van een AEX-bedrijf van 2008 tot nu<br />
33,9%<br />
2009<br />
28,5%<br />
2010<br />
daarvan in<br />
Nederland<br />
2<br />
4<br />
2<br />
27,0%<br />
2011<br />
2<br />
1<br />
3<br />
bedrijven in<br />
het Midden-<br />
Oosten<br />
29,8%<br />
2012<br />
de 10 snelste stijgers in het afgelopen jaar<br />
Shootmedia<br />
18 . <strong>management</strong> scope<br />
Accenture Special 2012 . 19<br />
4<br />
3<br />
1<br />
37%<br />
Mitac<br />
Navigatie<br />
Taiwan<br />
30<br />
bedrijven in<br />
Japan, Zuid-Korea,<br />
Singapore, Hong<br />
Kong en Rusland<br />
100<br />
7<br />
3<br />
13<br />
7<br />
8<br />
bedrijven in<br />
China, India<br />
3<br />
bedrijven in<br />
Australië<br />
75<br />
50<br />
25<br />
0<br />
2<br />
1<br />
HPB-score<br />
35%<br />
Lloyds<br />
Banken<br />
VK<br />
De<br />
gemiddelde<br />
HPB-score is<br />
50%<br />
30% 30% 29% 29%<br />
Technip<br />
Grondstoffen<br />
Services<br />
Frankrijk<br />
Telecom<br />
Rendement op<br />
investeringen<br />
(ROIC)<br />
Aandeelhouderswaarde<br />
creatie<br />
(TRS)<br />
Kellogg<br />
Levensmiddelen<br />
VS<br />
35%<br />
Fugro<br />
Grondstoffen<br />
Services<br />
Nederland<br />
resultaten per industrie<br />
Winstmarge afgelopen jaar<br />
Bier en<br />
drank<br />
Omzetgroei<br />
ABI<br />
Bier en drank<br />
België<br />
Olie en gas<br />
24% 24% 24% 23%<br />
Citigroup<br />
Banken<br />
VS<br />
Technologie<br />
Nippon Steel<br />
Metaal<br />
Japan<br />
Levensmiddelen<br />
Beiersdorf<br />
Levensmiddelen<br />
Duitsland<br />
Financiële<br />
dienstverlening<br />
Consistentie<br />
Huidige prestaties Toekomstig<br />
bedrijfs potentieel<br />
Positionering voor de<br />
toekomst<br />
81,1%<br />
82,4%<br />
78,3%<br />
50,5%<br />
46,7%<br />
50,8% 42,2%<br />
25%<br />
hPb-score per prestatie-indicator<br />
High performers<br />
51,8%<br />
3%<br />
84,4%<br />
31,5%<br />
Concurrenten<br />
1%<br />
1%<br />
51,1%<br />
39,8%<br />
21% 20% 17%<br />
2%<br />
Omzetgroei afgelopen jaar<br />
1%<br />
73,2%<br />
51,3%<br />
34,1%<br />
35,3%<br />
51,5%<br />
-6%<br />
77,3%<br />
50,7%<br />
44,2%<br />
40,7%<br />
AEX<br />
8%<br />
4%<br />
Winst potentieel<br />
51,0%<br />
15%<br />
13%<br />
11%<br />
74,4%<br />
72,9%<br />
Singapore<br />
Airlines<br />
Luchtvaart<br />
Singapore<br />
Elektronica<br />
Luchtvaart<br />
Positionering in<br />
groeimarkten<br />
Vermogen<br />
om groei te<br />
financieren
case<br />
asml verkruimelt<br />
concurrentie<br />
ASml is een high performance business bij uitstek. De<br />
producent van lithografiemachines heeft al zijn concurrenten<br />
weggevaagd. met name dankzij continue investeringen in<br />
r&d en de durf om risico’s te nemen. tekst Paul Groothengel<br />
eind 2008 hees ASML de<br />
stormbal. De omzet was in<br />
twee maanden met meer<br />
dan dertig procent in elkaar<br />
geklapt. En dus gooide ASML alle freelancers<br />
eruit en vroeg voor elfhonderd<br />
werknemers werktijdverkorting aan bij<br />
Sociale Zaken. Ruim een jaar later was<br />
dankzij de aantrekkende vraag naar<br />
onder andere iPhones, Blackberry’s en<br />
tablets de vraag naar de lithografiemachines<br />
van ASML alweer zo hoog, dat de<br />
r&d-ingenieurs moesten bijspringen in<br />
de fabriek. Deze zomer nam chipfabrikant<br />
Intel een belang van vijftien procent<br />
in toeleverancier ASML, en investeert Intel<br />
bovendien 829 miljoen euro in onderzoek<br />
naar en ontwikkeling van nieuwe<br />
lithografiemachines. Totale investering:<br />
3,3 miljard euro.<br />
Kortom, het kan verkeren in de uiterst<br />
volatiele chipsector. Dat is direct zichtbaar<br />
in de grillige resultaten van ASML.<br />
Ook beleggers kunnen hierover meepraten,<br />
de beurskoers van ASML jojode<br />
de afgelopen vijf jaar tussen de 11 en 45<br />
euro, en ging het laatste jaar in een rechte<br />
streep omhoog. ASML is zeer afhankelijk<br />
van de vraag naar apparaten die bol<br />
staan van de chips. De afgelopen jaren<br />
zijn die chips steeds sneller, kleiner, slimmer,<br />
energiezuiniger en beter betaalbaar<br />
geworden, een ontwikkeling waaraan<br />
ASML met haar lithografiemachines een<br />
belangrijke bijdrage heeft geleverd.<br />
uItbreIdIng MarKtaandeel<br />
De voormalige Philips-dochter ASML<br />
(voluit Advanced Semiconductor Materials<br />
Lithography) was in 2011 goed voor<br />
een omzet van 5,6 miljard euro, in een<br />
chipsector waar in dezelfde periode wereldwijd<br />
zo’n 250 miljard euro werd omgezet.<br />
De multinational telt inmiddels 55<br />
vestigingen in zestien landen.<br />
Het bedrijf werd in 1984 opgericht als<br />
een joint venture tussen ASM International<br />
en Philips, met als doel een steppermachine<br />
van Philips op de markt te<br />
brengen. Oorspronkelijk was de startup<br />
De BeurSkoerS<br />
vAN<br />
ASml GiNG<br />
heT lAATSTe<br />
jAAr iN eeN<br />
rechTe STreeP<br />
omhooG<br />
gevestigd in een houten noodgebouwtje<br />
op het voormalige Natlab-terrein van<br />
Philips, het terrein dat nu is uitgegroeid<br />
tot de huidige Eindhovense High-Tech<br />
Campus.<br />
Na de eerste successen bracht Philips<br />
zijn dochter in 1995 naar de beurs. Onder<br />
leiding van topman Willem Maris<br />
en toptechnoloog Martin van den Brink<br />
werd de productiecapaciteit in Veldhoven<br />
verdubbeld. In 1998 was ASML<br />
opgeklommen tot de tweede plek op de<br />
wereldranglijst van chipmachineverkopers.<br />
In 1999 kocht ASML een branchegenoot,<br />
het Amerikaanse MaskTools. Het<br />
marktaandeel was toen opgelopen tot 37<br />
procent.<br />
Op 21 mei 2001 fuseerde ASML met<br />
Silicon Valley Group Lithography en betrad<br />
met succes de Japanse markt. Dat<br />
was pikant en veelzeggend, want dat was<br />
nou net de thuismarkt van de directe (en<br />
grootste) concurrenten Nikon en Canon.<br />
In 2002 werd ASML wereldmarktleider<br />
in chipmachines, een positie die gestaag<br />
werd uitgebreid. Nu is het marktaandeel<br />
van ASML gestegen tot boven de tachtig<br />
procent.<br />
De meeste klanten van ASML zitten in<br />
Azië: vorig jaar leverde ASML 66 procent<br />
van haar machines af in deze regio,<br />
25 procent in de VS (Intel) en negen pro-<br />
cent in Europa. ASML geeft veel geld uit<br />
aan onderzoek en ontwikkeling; in 2011<br />
werd bijna zeshonderd miljoen euro aan<br />
r&d uitgegeven, meer dan tien procent<br />
van de totale omzet.<br />
Wat verklaart de geweldige groei van<br />
ASML? Enerzijds de spectaculair groeiende<br />
vraag naar chips: fabrikanten van<br />
smartphones, tablets, pc’s en andere elektronica<br />
lanceren om de haverklap nieuwe<br />
generaties. Dat vergt niet alleen meer<br />
chips, maar ook chips die steeds meer<br />
kunnen en steeds sneller werken. Leidend<br />
in de chipsector is het aloude adagium<br />
van de Amerikaan Gordon Moore<br />
(mede-oprichter van Intel) uit 1965: deze<br />
Wet van Moore zegt dat het aantal transistors<br />
in een geïntegreerde schakeling<br />
door de technologische vooruitgang elke<br />
anderhalf jaar verdubbelt. Een cruciale<br />
factor in die groei is de verbetering van<br />
de lithografische resolutie van de chipmachines.<br />
En daar komen we bij de tweede<br />
verklaring voor de groei van ASML:<br />
niet alleen de totale markt is enorm gegroeid,<br />
in die markt wist ASML dermate<br />
te excelleren op technologisch vlak, dat<br />
het zijn concurrenten vrijwel heeft weggevaagd.<br />
Van iedere vijf lithografiemachines<br />
die chipproducenten als Intel en<br />
Samsung bestellen, komen er inmiddels<br />
meer dan vier uit de stal van ASML.<br />
rIsIco’s neMen<br />
Lithografie is een van de technisch meest<br />
complexe processen bij de fabricage van<br />
halfgeleiders. ASML is wereldwijd een<br />
technologische koploper op dit terrein.<br />
Dat is volgens insiders vooral te danken<br />
aan één Willie Wortel: dat is de toptechneut<br />
Martin van den Brink (55) die al<br />
vanaf de start in 1984 de technologieafdeling<br />
van ASML leidt, sinds 1995 vicepresident<br />
technology is en sinds 1999 in de<br />
raad van bestuur zit, met technologie en<br />
Score Score High Performance High Performance Business Businesses ASML<br />
Huidige prestatiesHuidige<br />
prestaties ASML<br />
1. Aandeelhouderswaarde Aandeelhouderswaarde creatie (TRS) creatie<br />
2. Rendement op investeringen Winstgevendheid<br />
(ROIC)<br />
3. Omzetgroei<br />
Omzetgroei<br />
marketing in zijn portefeuille. Met zijn<br />
vindingen stelde Van den Brink de halfgeleiderindustrie<br />
in staat steeds meer lijnen<br />
te etsen op een vierkante centimeter<br />
silicium.<br />
In december vorig jaar ontving Van<br />
den Brink een eredoctoraat van de Universiteit<br />
van Amsterdam, vanwege ‘zijn<br />
grote verdiensten en succes voor de halfgeleiderindustrie’.<br />
Hij wist, aldus de UvA,<br />
‘door zijn visie en ongeëvenaarde durf<br />
een continue stroom van innovaties naar<br />
20 . <strong>management</strong> scope Accenture Special 2012 . 21<br />
ASML<br />
4. Consistentie<br />
Consistentie<br />
Positionering voor ASML de toekomst voor de toekomst<br />
5. Toekomstig Toekomstige bedrijfspotentieel groeiverwachting<br />
6. Winstpotentieel Positionering in groeimarkten<br />
7. Positionering Toekomstige in groeimarkten winstgevendheid<br />
8. VermogenKapitaal om groeiom te financieren groei te financieren<br />
minimaal<br />
0%<br />
industrie<br />
gemiddelde<br />
50%<br />
maximaal<br />
100%
een industriële schaal te brengen, ook als<br />
de wetenschap zelf nog terughoudend<br />
is.’ Van den Brink bleef er bescheiden<br />
onder, blijkt uit een interview dat hij gaf<br />
aan het Eindhovens Dagblad: ‘Ik wil niet<br />
meer claimen dan ik ben. Het succes van<br />
ASML kent vele vaders.’ Over risico’s nemen<br />
zei hij: ‘Als we alleen dingen zouden<br />
doen waar we tevoren zeker van zijn, dan<br />
maken we geen meter voortgang. Het gaat<br />
erom de juiste balans te vinden tussen<br />
risico nemen versus de rem erop. Je niet<br />
laten leiden door een fata morgana, maar<br />
reëel inschatten welke kansen een bepaalde<br />
richting heeft.’<br />
Intel staPt In asMl<br />
Op dit moment werkt ASML hard aan de<br />
nieuwe EUV-techonologie (extreme ultraviolet<br />
technology, zie kader). Er is al ruim<br />
een miljard euro in de ontwikkeling hiervan<br />
gestoken, zegt Van den Brink. ‘Ons<br />
doel is dat we met deze nieuwe machines<br />
in 2013 tenminste honderd wafers per<br />
uur kunnen belichten. Bij EUV maken we<br />
gebruik van licht uit plasma, opgewekt uit<br />
tin. Dat is een ingewikkeld proces. Toch<br />
weet ik zeker dat we deze en nog een paar<br />
hordes zullen nemen en dat EUV de toekomst<br />
heeft. Deze technologie gaat ons<br />
de komende tien jaar chips brengen met<br />
details tot onder de tien nanometer.’ Dat<br />
die EUV-technologie cruciaal is, weet<br />
ook Intel, ASML’s grootste klant. Begin<br />
juli werd de internationale chipsector<br />
opgeschud door spectaculair nieuws: Intel<br />
neemt een belang van vijftien procent<br />
in ASML. ASML haalt hiermee geld binnen<br />
voor verder onderzoek naar extreme<br />
ultraviolet technology en silicon wafer<br />
technology. Beide technologieën moeten<br />
tussen 2015 en 2020 in gebruik worden<br />
genomen. De kosten voor deze stappen<br />
zijn zo groot dat ze nauwelijks meer zijn<br />
op te brengen door een enkele onderneming.<br />
Een woordvoerder van ASML zei<br />
bij de bekendmaking van de deal met Intel:<br />
‘We willen dat de hele industrie meedoet.<br />
Het draait eigenlijk allemaal om<br />
het spreiden van de risico’s.’ Een maand<br />
later tekende twee andere klanten, het<br />
Taiwanese TSMC en het Zuid-Koreaanse<br />
Samsung, een soortgelijke deal, waarbij<br />
ze acht procent van ASML kochten en<br />
beide voor 276 miljoen euro investeren<br />
in het onderzoeksprogramma van ASML.<br />
Deze vergaande samenwerking tussen<br />
ASML en haar klanten moet ertoe leiden<br />
dat de Wet van Moore de komende jaren<br />
nog steeds opgaat. Door deze samenwerking<br />
met cruciale afnemers zijn de<br />
laatste concurrenten van de techneuten<br />
uit Veldhoven op verdere achterstand<br />
geraakt. Het enige dat de concurrenten<br />
de technologie van asMl<br />
ASML maakt wafer steppers, volautomatische apparaten die met<br />
sterk geconcentreerd licht lijntjes trekken in schijven (wafers)<br />
gemaakt van silicium. Die lijntjes vormen de honderden miljoenen<br />
elektronische schakelingen in een chip. Uit één schijf haalt<br />
chipfabrikant Intel honderden chips. De kunst in deze sector is om<br />
steeds meer schakelingen kwijt te kunnen op een siliciumschijf;<br />
dat krijgt ASML voor elkaar door steeds dunnere lijntjes te<br />
tekenen. De nauwkeurigheid van die lijntjes wordt uitgedrukt in<br />
nanometers, een miljoenste van een millimeter.<br />
De strategie van AMSL is om dat voor de nieuwste machines te<br />
doen met extreme ultraviolet technology. Hierbij wordt gewerkt<br />
met extreem ultraviolet licht, waardoor het licht niet meer wordt<br />
gebundeld via tientallen lenzen, maar wordt geconcentreerd<br />
via tientallen spiegels. Zo kan de machine nog dunnere lijntjes<br />
trekken, de kleinste componenten zijn niet groter dan zestien<br />
nanometer. Ter vergelijking: een mensenhaar heeft een dikte van<br />
tachtigduizend nanometer.<br />
ASML-technologie zit dus in de haarvaten van smartphones,<br />
tablets, pc’s, laptops en webservers: elke nanometer vooruitgang<br />
die de ASML-ingenieurs in Veldhoven boeken, levert snellere,<br />
zuinigere chips op die ook nog eens voordeliger zijn om te maken.<br />
De prijs voor ASML’s nieuwste generatie wafer steppers kan<br />
oplopen tot zo’n zeventig miljoen euro.<br />
Nikon en Canon nog overeind houdt, is<br />
het risico<strong>management</strong> van afnemers: zorg<br />
dat je nooit afhankelijk wordt van één oppermachtige<br />
leverancier. Daar staat tegenover<br />
dat het voor de chipfabrikanten<br />
heel kostbaar en ingewikkeld is om hun<br />
productielijnen structureel af te stemmen<br />
op twee verschillende leveranciers.<br />
Het Taiwanese TSMC heeft om die reden<br />
al ondubbelzinnig gekozen voor ASML.<br />
Formeel houdt Intel nog wel vast aan zijn<br />
strategie van duale levering, maar dat zal<br />
de Japanse concurrenten van ASML niet<br />
geruststellen, zeker niet na de deal tussen<br />
Intel en ASML. Hooguit kunnen ze in de<br />
toekomst oudere chipmachines blijven leveren<br />
voor minder ingewikkelde processen.<br />
Door de deal met Intel ziet de toekomst<br />
voor ASML er zonniger uit dan<br />
ooit. Ook voor de regio Eindhoven is de<br />
samenwerking goed nieuws: ASML zal<br />
het aantal ingenieurs moeten uitbreiden<br />
met duizend tot twaalfhonderd man.<br />
Deels zullen die ingenieurs op de loonlijst<br />
van ASML komen, deels komen ze terecht<br />
bij bedrijven in de toeleverende keten. De<br />
werknemers van ASML hoeven er voorlopig<br />
niet vanuit te gaan dat hun werkgever<br />
binnenkort werktijdverkorting voor hen<br />
moet aanvragen. Alhoewel, in de grillige<br />
chipsector weet je dat maar nooit.<br />
‘ inspirerende<br />
verhalen op<br />
de werkvloer’<br />
philip Lacor (42) is<br />
directeur enterprise<br />
business unit<br />
Vodafone Nederland,<br />
verantwoordelijk<br />
voor alle sales- en<br />
marketingactiviteiten<br />
voor de zakelijke markt.<br />
Eerder werkte hij voor<br />
Dell en GE Plastics. Lacor<br />
studeerde aan de TU<br />
Delft en INSEAD.<br />
easy to do business. Dat is een van de<br />
pijlers achter ons succes. Op de Nederlandse<br />
zakelijke markt winnen we gestaag<br />
marktaandeel. Onder meer omdat we het<br />
onze klanten zo makkelijk mogelijk maken.<br />
Zo bieden we onze grote, wereldwijd opererende<br />
klanten één contract en één accountmanager.<br />
En leveren we 24/7 webcare voor al<br />
onze klanten. Voor kleinere ondernemers en<br />
zzp’ers hebben we VastOpMobiel, waarbij ze<br />
telefoontjes naar hun vaste nummer rechtstreeks<br />
op hun mobiel kunnen ontvangen,<br />
zonder vaste lijn en dure doorschakelkosten.<br />
Gemak dient onze klant.<br />
WE WILLEN ONS OOK op de arbeidsmarkt onderscheiden.<br />
Vodafone biedt een great place to<br />
work. We sturen niet op aanwezigheid, maar<br />
op output en performance. Mobiel werken is<br />
onze norm. Zelf heb ik geen vast bureau, ik<br />
schuif iedere dag ergens anders aan. Dat vindt<br />
iedereen normaal, en zo hoor ik direct wat er<br />
bij onze mensen speelt. Mijn leiderschapsstijl?<br />
Ik probeer helder te zijn in onze strategie en<br />
als rolmodel te fungeren in de contacten met<br />
medewerkers, klanten en strategische partners.<br />
ONZE MENSEN KRIJGEN veel verantwoordelijkheid,<br />
en vinden het tegelijk fijn om door<br />
hun manager intensief gecoacht te worden.<br />
Zeker generatie Y staat open voor verbetering.<br />
Verantwoordelijkheid en coaching zijn zaken<br />
die hen wezenlijk motiveren. Net als het samen<br />
vieren van successen.<br />
Smeets<br />
EEN pAAR JAAR GELEDEN ben ik op de werk- Kick<br />
vloer begonnen met story telling. Laatst deden<br />
we dat met als thema epic battles. Het ene na Fotografie<br />
het andere inspirerende verhaal kwam los.<br />
Mijn verhaal? Ik refereerde aan een speech van<br />
Barack Obama: One voice can make a differen- Groothengel<br />
ce. Dat probeer ik mijn mensen in hun contac- Paul<br />
ten met klanten ook voor te houden.’ Tekst<br />
22 . <strong>management</strong> scope Accenture Special 2012 . 23<br />
hIgh<br />
Perfor<br />
Mer
onde<br />
tafel<br />
Hoogvliegers<br />
hoe creëer je een high<br />
performance business?<br />
met een mondiale mix,<br />
flexibiliteit en vooral<br />
eersteklas <strong>management</strong>.<br />
Topcommissarissen michiel<br />
Boersma en frans koffrie<br />
over een uphill battle.<br />
interview Sander van Ginkel<br />
tekst marike van zanten<br />
Fotografie Anouck wolf<br />
24 . <strong>management</strong> scope<br />
Frans koffrie, michiel boersma en sander van ginkel<br />
Accenture Special 2012 . 25
onde tafel<br />
26 . <strong>management</strong> scope<br />
et gesprek vindt plaats bij ProRail in<br />
Utrecht, waar Michiel Boersma president-commissaris<br />
is. Hoewel het gesprek<br />
is gewijd aan high performance<br />
organizations in het algemeen en daarmee een<br />
bredere scope heeft, kunnen we het niet nalaten<br />
om Boersma even te vragen hoe vaak het winterweer<br />
en de bladeren op het spoor de vergaderagenda<br />
bij ProRail beheersen. ‘Daar hebben<br />
we het vaak over en daarbij ben ik niet zozeer<br />
geïnteresseerd in een probleemanalyse van het<br />
verleden, maar in de vraag hoe we de problemen<br />
kunnen oplossen’, antwoordt hij. ‘Dat lukt niet in<br />
één of twee jaar, dat is een langdurig proces. Maar<br />
het zit in de genen van de mensen in deze organisatie<br />
om het uiteindelijk toch voor elkaar te krijgen.’<br />
Als president-commissaris heeft Boersma zeer<br />
regelmatig tussentijds contact met Marion Goutvan<br />
Sinderen, president-directeur van ProRail.<br />
‘We zijn als commissarissen zeer betrokken bij<br />
deze onderneming, in alle geledingen. Daar moet<br />
je overigens ook de juiste balans in zien te vinden.<br />
Je blijven afvragen: is dit nu de rol van de bestuurder,<br />
of van de raad van commissarissen? Plus zorgen<br />
dat je de informatie krijgt die je nodig hebt.’<br />
De voormalig topman van energiebedrijf Essent<br />
is onder meer president-commissaris bij de Telegraaf<br />
Media Groep – waar hij eveneens vaak contact<br />
heeft met topman Herman van Campenhout<br />
– en commissaris bij PostNL: beide concerns worstelen<br />
met hun strategisch perspectief in een snel<br />
veranderende markt. Bij PostNL speelde ook nog<br />
eens een leiderschapswissel.<br />
Ook Frans Koffrie heeft ervaring met intensieve<br />
commissariaten. De oud-topman van Corporate<br />
Express (het vroegere Buhrmann, in 2008<br />
overgenomen door het Amerikaanse Staples)<br />
stapte als commissaris van Wessanen zelfs tijdelijk<br />
in de rol van ceo na het vertrek van topman Ad<br />
Veenhof. Inmiddels is hij president-commissaris<br />
van het bedrijf, dat de afgelopen jaren een transformatie<br />
doormaakte van traditioneel voedings-<br />
concern naar specialist in biologische en duurzame<br />
producten. Boersma en Koffrie kennen de<br />
uphill battle om een high performance organization<br />
te creëren dus beide uit eigen ervaring, zowel<br />
in de rol van bestuurder als die van toezichthouder.<br />
Sander van Ginkel, managing director strategie<br />
bij Accenture Nederland, bespreekt met hen<br />
de kansen en bedreigingen voor het Nederlandse<br />
bedrijfsleven.<br />
° AEX-bedrijven presteren minder dan hun<br />
internationale peers, zo blijkt uit onderzoek van<br />
Accenture, al zijn er een paar uitblinkers. Wat onderscheidt<br />
volgens jullie een high performance organization<br />
van de rest?<br />
Boersma: ‘Nederlandse bedrijven met een goede<br />
geografische mix in hun business en veel omzet<br />
buiten Europa presteren, mits aangestuurd door<br />
first class bestuurders, relatief beter.’<br />
Koffrie: ‘Neem Unilever: de helft van de omzet<br />
komt inmiddels uit de emerging markets en dat zie<br />
je terug in de groei.’<br />
Boersma: ‘Een flexibel businessmodel is ook<br />
van belang. ASML is als offshoot van Philips zo<br />
succesvol, omdat het zich heeft gepositioneerd als<br />
kern in een netwerk van strategische en financiële<br />
partners. De top richt de blik naar buiten. Onlangs<br />
hebben ze zelfs twee grote klanten als aandeelhouder<br />
binnengehaald, om de innovatie te versnellen.<br />
Philips daarentegen wilde vroeger alles zélf kunnen.<br />
Net als Shell, waar ik ooit verantwoordelijk<br />
was voor de downstream technologiearm. Nu is<br />
die enigszins trotse houding losgelaten, merk ik<br />
in mijn gesprekken met Shell-mensen. Ze doen<br />
dingen samen met mensen uit India, ze luisteren<br />
naar de klant en ze innoveren volop. Voor mij is<br />
Shell dan ook nog steeds het beste bedrijf ter wereld,<br />
je moet alleen nog een paar jaar geduld hebben<br />
om de echte resultaten te zien. Natuurlijk kun<br />
je ook morgen al resultaat boeken, als je de kosten<br />
naar beneden brengt. Maar bij het realiseren van<br />
een strategische omslag gaat het om meer: nieuwe<br />
dingen in gang zetten, groei realiseren.’<br />
° Innovatie is dus een belangrijke driver voor<br />
high performance organizations?<br />
Boersma: ‘Een bedrijf dat niet innoveert en naar<br />
de markt luistert, is dood. DSM heeft de afgelopen<br />
twintig jaar juist een enorme transformatie<br />
doorgemaakt: van petrochemisch bedrijf naar<br />
voedings- en geneesmiddelenconcern. Ook DSM<br />
wil niet alles zelf doen en gebruikt het geld uit desinvesteringen<br />
om wereldwijd nieuwe competenties<br />
te kopen. Dat is overigens niet bij álle bedrijven<br />
een succesvolle strategie. Sommige doen veel te<br />
snel acquisities, kijk naar Ahold. Uiteindelijk moeten<br />
ze zich dan weer terugtrekken op hun eigen<br />
markt. Triest, al die waardevernietiging.’<br />
Koffrie: ‘Veel Nederlandse bedrijven hebben<br />
een fout gemaakt bij het uitvoeren van hun acquisitiestrategie…<br />
en ik mag dat zeggen, want ik heb<br />
die fout destijds zelf ook gemaakt: ze creëerden<br />
een collectie gekochte bedrijven in plaats van een<br />
eenheid. Echte overlevers kenmerken zich door<br />
een sterke cultuur, integreren de gekochte bedrijven<br />
in hun eigen bedrijfsmodel en weten zo synergie<br />
te creëren. Ze lopen dus een minder hoog afbreukrisico.<br />
De bedrijven die de ene na de andere<br />
overname pleegden vanwege hun hoge beurskoers,<br />
liepen uiteindelijk vast.’<br />
Boersma: ‘Een mooi voorbeeld van een succesvol<br />
overnamebedrijf is Jumbo. Eerst kochten ze<br />
Super de Boer, daarna C1000. Iedere week openen<br />
ze een of twee nieuwe winkels: een militaire operatie.<br />
Ze hebben ook een heel eigen bedrijfsmodel:<br />
de Zeven Waarheden, waarin iedereen wordt<br />
getraind. Als familiebedrijf heeft Jumbo ook een<br />
sterke cultuur: de vrouw van grondlegger Karel<br />
van Eerd bezoekt bijna iedere winkelopening.’<br />
° Jumbo heeft ook drie zware commissarissen<br />
aangetrokken. Hoe belangrijk is een dergelijke timing<br />
vanuit high performance-oogpunt?<br />
Koffrie: ‘Bij een acquisitiestrategie hoort ook ander<br />
toezicht. Jumbo heeft bewust een zware board<br />
opgetuigd om te kunnen expanderen. Een wijze<br />
beslissing.’<br />
‘een<br />
one-tier<br />
board kan<br />
krachtiger<br />
optreden’<br />
Frans Koffrie (60) is<br />
oud-bestuursvoorzitter<br />
van Corporate<br />
Express. Daarvoor<br />
vervulde hij verschillende<br />
functies bij<br />
Vroom & Dreesmann<br />
en Triumph<br />
Adler en had hij<br />
zitting in de raad van<br />
bestuur van VRG<br />
Groep en KNP BT.<br />
Koffrie was van 2009<br />
tot 2010 interimceo<br />
van Wessanen,<br />
waar hij sinds 2001<br />
al commissaris was.<br />
Inmiddels vervult<br />
hij er de functie van<br />
president-commissaris<br />
en is hij verder<br />
toezichthouder<br />
bij Nyenrode Universiteit.<br />
Boersma: ‘Van Eerd is nog steeds voorzitter van<br />
de raad, maar de drie zwaargewichten brengen de<br />
ervaring binnen die Jumbo kan helpen bij de groei.<br />
Een hele slimme move.’<br />
Koffrie: ‘Laurus is juist weer een negatief voorbeeld<br />
in de supermarktwereld: dat bedrijf wilde<br />
destijds ook snel expanderen, maar dat liep helemaal<br />
fout.’<br />
° Terwijl ook daar zwaargewichten in de raad<br />
van commissarissen zaten. Zien jullie andere voorbeelden<br />
van hoe het níet moet?<br />
Koffrie: ‘Air France-KLM: De Nederlandse kant<br />
doet het redelijk goed, maar aan de Franse kant<br />
zijn grote problemen, onder meer door de grote invloed<br />
van de Franse politiek. Dat heeft uiteindelijk<br />
een negatief effect op de waardecreatie.’<br />
Boersma: ‘KPN is ook een voorbeeld. Dat bedrijf<br />
heeft jarenlang de aandeelhouder gepleased.<br />
Een strategie heb ik nooit gezien. Pas nu Ad<br />
(Scheepbouwer, red.) weg is, komt het strategische<br />
vraagstuk op tafel. Vodafone daarentegen heeft zich<br />
de afgelopen vijftien jaar van een klein bedrijfje tot<br />
een wereldspeler ontwikkeld. TomTom was aanvankelijk<br />
succesvol, maar heeft zich te lang gecon-<br />
Accenture Special 2012 . 27
onde tafel<br />
Michiel Boersma<br />
(65) begon zijn carrière<br />
bij Shell en was<br />
van 2003 tot 2009<br />
ceo van energiebedrijf<br />
Essent. Na zijn<br />
terugtreden vestigde<br />
hij zich als onafhankelijk<br />
adviseur<br />
en is hij onder meer<br />
voorzitter van de<br />
raad van commissarissen<br />
bij ProRail<br />
en TMG, commissaris<br />
bij PostNL,<br />
voorzitter van de<br />
raad van toezicht<br />
van VieCuri Medisch<br />
Centrum voor<br />
Noord-Limburg en<br />
non-executive director<br />
bij de Finse Neste<br />
Oil Corporation.<br />
Boersma schreef als<br />
co-auteur het boek<br />
Ster-ondernemingen<br />
– Vijf groeistrategieën<br />
in een veranderend<br />
businesslandschap.<br />
‘Bestuurders<br />
moet je<br />
opvoeden’<br />
28 . <strong>management</strong> scope<br />
centreerd op één product en onvoldoende vooruitgekeken.<br />
Je moet je strategie tijdig aanpassen.’<br />
° Wat is het ultieme geheim dat het verschil<br />
maakt tussen succes en falen, tussen high performance<br />
en low performance?<br />
Koffrie: ‘De kwaliteit van het <strong>management</strong> is van<br />
doorslaggevende betekenis. Unilever weet onder<br />
een topman als Paul Polman in een moeilijke markt<br />
als Europa toch nog te groeien, waar anderen krimpen.<br />
Blijkbaar is er sprake van een <strong>management</strong>effect,<br />
waardoor Unilever het beter doet dan de concurrent.’<br />
Boersma: ‘Toen Polman bij Unilever begon,<br />
heeft hij het grootste deel van zijn <strong>management</strong><br />
vervangen. Peter Voser doet het bij Shell inmiddels<br />
met een derde tot de helft minder van de top-250<br />
managers. Grote organisaties zijn vaak verstard. Je<br />
kunt een high performance organization dan ook<br />
niet creëren volgens het boekje. Je hebt topmanagers<br />
nodig die oog hebben voor verandering en<br />
daar snel op reageren.’<br />
° Welke rol spelen commissarissen bij die onmisbare<br />
leiderschapskwaliteit?<br />
Boersma: ‘De raad van commissarissen moet<br />
allereerst veel tijd en aandacht aan het benoe-<br />
mingsproces besteden. Ben je zeker van die man<br />
of vrouw? Wanneer je alleen een paar referenties<br />
natrekt, krijg je iets voorgekookts op je bord. Pas<br />
als je een kandidaat-ceo zelf een aantal keer interviewt,<br />
kun je er met voorbeelden proberen achter<br />
te komen of iemand over de juiste eigenschappen<br />
beschikt. Een ceo moet openstaan voor signalen<br />
van buitenaf: de klant, zijn eigen omgeving, zakelijke<br />
partners, toeleveranciers. Hij moet ook de eigen<br />
business begrijpen. Iemand die niets heeft met<br />
een bank, daar moet je geen ceo van maken. Pas als<br />
je geïnteresseerd bent in de processen en het product,<br />
kun je er optimaal op inspelen. Een ceo moet<br />
ook gevoel voor sociale en politieke veranderingen<br />
hebben. Hij moet altijd twee stappen verder zijn<br />
dan de omgeving, in scenario’s denken, kunnen<br />
anticiperen. En goed kunnen communiceren, zowel<br />
naar binnen als naar buiten. Dat alles laat zich<br />
vangen met de term emotional intelligence. Mensen<br />
met een hoog EQ komen verder dan mensen<br />
met een hoog IQ. Je hebt méér nodig dan alleen<br />
een slimme vrouw of vent. Zeker in deze snel veranderende<br />
tijd.’<br />
Koffrie: ‘Hij of zij moet ook aansprekend zijn<br />
voor de jongere generaties, die zijn opgegroeid<br />
met it. Vroeger konden mensen de baas zijn omdat<br />
ze een informatievoorsprong hadden, nu is<br />
informatie voor iedereen beschikbaar. Jonge mensen<br />
voelen zich niet meer aangesproken door een<br />
hiërarchische aansturing. Dus een ceo moet goed<br />
communiceren, mensen de ruimte geven en kunnen<br />
motiveren. Je kijkt als commissaris bij de benoeming<br />
en beoordeling van het <strong>management</strong> ook<br />
naar de fase waarin de onderneming zich bevindt,<br />
ja. Ceo’s moeten eigenlijk niet langer dan zes, zeven<br />
of maximaal acht jaar zitten.’<br />
° Wachten Nederlandse commissarissen te<br />
lang met het naar huis sturen van bestuurders?<br />
Boersma: ‘Soms nemen raden van commissarissen<br />
te laat hun verantwoordelijkheid. In ons<br />
governancemodel kan de ceo een ontslagbeslissing<br />
via de aandeelhoudersvergadering vertragen.<br />
Commissarissen zien vaak op tegen zo’n proces en<br />
stellen die beslissing dan soms nog maar even uit.<br />
Daarnaast hebben ze die ceo zelf aangenomen, dat<br />
maakt het ook moeilijker om hem aan te spreken.<br />
Ook de dynamiek in de top speelt een rol. Sommige<br />
raden zijn sterk op elkaar ingespeeld: when<br />
the chips are down vormen ze één front naar buiten.<br />
Raden van commissarissen zullen dus alleen<br />
tot ontslag besluiten als het water ze tot aan de<br />
lippen staat. De Angelsaksische one-tier board is<br />
slagvaardiger: als de ceo niet adequaat reageert op<br />
de zorgpunten, is hij zo weg. Vervolgens ga je als<br />
board op zoek naar iemand die het wél kan. Maar<br />
het ontslag van een bestuurder moet natuurlijk wel<br />
het laatste redmiddel zijn, ook al vanuit het oogpunt<br />
van continuïteit. Je kunt moeilijk elke vier<br />
jaar weer een andere bestuurder benoemen. Dus<br />
kun je hem beter opvoeden. Gelukkig zijn er veel<br />
bestuurders die openstaan voor overleg met de<br />
commissarissen, goed luisteren en adequaat reageren.’<br />
Koffrie: ‘Maar als dat niet goed gaat, heb je als<br />
raad van commissarissen in het Nederlandse bestuursmodel<br />
alleen de nucleaire optie: de ceo wegsturen.<br />
Tussendoor ingrijpen is lastig, want je hebt<br />
niet dezelfde informatie als de bestuurders. In een<br />
one-tier board heb je toegang tot de onderneming:<br />
je kunt rechtstreeks praten met mensen, zonder<br />
dat het als spionage wordt ervaren, zoals hier. Je<br />
kunt daadkrachtiger opereren, merkte ik in de<br />
Amerikaanse board waarin ik zitting heb gehad. Ik<br />
ben dan ook een groot voorstander van de one-tier<br />
board. Je stuurt bijna mee en je kunt sneller reageren.’<br />
Boersma: ‘In de Finse one-tier board waarin ik<br />
zit, ben ik ook nauwer bij de dagelijkse activiteiten<br />
betrokken dan bij mijn Nederlandse two-tier<br />
boards. We hebben in Nederland ook nog eens te<br />
maken met een overlegcultuur. Als de ondernemingsraad<br />
vraagtekens zet bij de strategie, wordt<br />
deze nogal eens aangepast, soms ten koste van de<br />
slagvaardigheid. Nederlandse commissarissen houden<br />
zich tegenwoordig overigens veel meer bezig<br />
met strategie dan vroeger. Toen was de jaarlijkse<br />
strategievergadering vaak een verplicht nummer.<br />
Nu entameren commissarissen zelf een discussie<br />
over de vraag of het bedrijf nog steeds op de<br />
goede weg is.’<br />
° Zoals bij de Telegraaf Media Groep?<br />
Ook Koffrie werpt zich even op als interviewer: ‘Ja,<br />
TMG wilde juist verbreden naar elektronische media,<br />
jullie kochten Hyves en nu gaan jullie je toch<br />
weer op de printmarkt richten. Full circle…’<br />
Boersma: ‘Momenteel liggen alle kranten op<br />
hun rug, doordat de inkomsten uit abonnementen<br />
en advertenties dalen. Als je dan als grootste<br />
krant van Nederland een opportunity ziet om te<br />
consolideren, moet je die grijpen. Maar consolideren<br />
is nog geen strategie. Het gaat om visie: hoe<br />
zal de markt zich de komende tien tot vijftien jaar<br />
ontwikkelen? TMG wil een multimediaal bedrijf<br />
worden, dus naast print ook radio, tv en internet.<br />
Maar zo’n nieuwe strategie realiseer je niet van de<br />
ene op de andere dag. Je kunt een krant wel op een<br />
iPad zetten, maar eigenlijk is dat medium daar niet<br />
voor gemaakt. Jonge mensen lezen gewoon steeds<br />
minder kranten. Ik kan mijn kinderen van rond<br />
de dertig wel een abonnement op een krant geven,<br />
maar voor ze die openslaan hebben ze het nieuws<br />
al op internet gelezen. Jammer, want kranten bevatten<br />
waardevolle opiniërende artikelen. Aan de<br />
andere kant staat er vaak ook een hoop nonsens<br />
in. Ik lees zelf ook niet alle kranten: van sommige<br />
krijg je een azijnsmaak in je mond. Hoe dan ook:<br />
het medialandschap zal de komende jaren ingrijpend<br />
veranderen. Dat vraagt om een duidelijke<br />
visie, met soms een consolidatie en soms een acquisitie.’<br />
Koffrie: ‘Aan Wessanen zie je hoe een strategische<br />
heroriëntatie ook fout kan gaan. Wessanen<br />
was in de jaren tachtig een miniconglomeraat op<br />
het gebied van voeding. Conglomeraten waren<br />
toen in de mode. Maar op een gegeven moment<br />
was de vraag: wat voor bedrijf willen we eigenlijk<br />
zijn? Toen bleek dat elke divisie te klein was in<br />
de eigen markt. Er moest dus meer focus worden<br />
aangebracht. Dat proces heeft wel twintig jaar geduurd:<br />
elke keer werd er weer een bedrijfsonderdeel<br />
verkocht. Daar werd op zich goed geld voor<br />
betaald, dat werd teruggegeven aan de aandeelhouder.<br />
Maar terugkijkend, en ik ben daar voor<br />
een deel bij geweest, is er te lang verzuimd om<br />
een nieuwe core business op te bouwen. Je kunt<br />
wel focus nastreven, maar je moet ook benoemen<br />
waaróp je je wilt focussen. Ondanks dat er geleerde<br />
mensen bij zaten, heeft het lang geduurd voordat<br />
we die strategische draai maakten. Pas de laatste<br />
jaren is de strategie helder: Europees marktleider<br />
worden in biologische voeding. Een niche, maar<br />
wel één waarin toekomst zit.’ Future positioning<br />
dus. Laat dat nu ook nét een van de belangrijkste<br />
kenmerken van high performance organizations<br />
zijn.’<br />
Sander van Ginkel is<br />
managing director strategie van<br />
Accenture Nederland.<br />
Accenture Special 2012 . 29
30 . <strong>management</strong> scope<br />
oP grote hoogte<br />
Rotterdam is één van de belangrijkste havens van Europa<br />
met een jaarlijkse overslag van zo’n 430 miljoen ton.<br />
De haven is kenmerkend voor de Nederlandse handelsgeest<br />
en een belangrijk kruispunt van goederenstromen. Het is<br />
de toegangspoort tot de Europese markt van meer dan<br />
350 miljoen consumenten.<br />
Shell Special / september 2012 . 31
Inter<br />
vIew<br />
‘ Nederland heeft<br />
meer ambitie<br />
dan vroeger’<br />
De afgelopen decennia heeft het vliegwiel van de Nederlandse<br />
economie soepel gedraaid. Alexander rinnooy kan, tot voor<br />
kort voorzitter van de Sociaal-economische raad, ziet nog<br />
steeds volop kansen. interview Sander van Ginkel tekst marike van zanten Fotografie lex Draijer<br />
e spreken Alexander Rinnooy Kan<br />
op een breuklijn van zijn carrière,<br />
vlak voor zijn terugtreden als voorzitter<br />
van de Sociaal-Economische<br />
Raad (SER). Zes jaar lang was hij het<br />
boegbeeld van het advies- en overlegorgaan<br />
van werkgevers, werknemers en<br />
kroonleden. Een roerige periode, met<br />
een wereldwijde financiële crisis die<br />
uitmondde in een double dip, spanningen<br />
tussen de sociale partners – mede<br />
als gevolg van een diepe identiteitscrisis<br />
bij de FNV – en een bijl aan de wortels<br />
van het poldermodel door polarisering<br />
en solidariteitserosie in de samenleving.<br />
Op het Malieveld zijn voorlopig<br />
alleen nog popconcerten te zien, maar<br />
voor hoelang nog? En wat zijn de gevolgen<br />
van dit alles voor de groei van<br />
het bedrijfsleven en onze Nederlandse<br />
concurrentiepositie? President François<br />
Hollande mag ons overlegmodel dan<br />
omarmen om de Franse economie vlot<br />
te trekken, maar werkt het ook nog in<br />
eigen land? En hoe kunnen we het innovatief<br />
vermogen aanjagen en het talent<br />
ontplooien dat nodig is om ons ook<br />
binnen Europa en op het wereldtoneel<br />
staande te houden als high performing<br />
economie? Het zijn thema’s die de aimabele<br />
Rinnooy Kan nauw aan het hart<br />
liggen.<br />
° Hoe belangrijk is flexibiliteit voor<br />
het Nederlandse bedrijfsleven, in de huidige<br />
volatiele omgeving? ‘Bij het aanpassingsvermogen<br />
van het Nederlandse<br />
bedrijfsleven gaat het om vragen als in<br />
‘heT kAN eN<br />
moeT BeTer,<br />
mAAr heT íS<br />
ook Al BeTer<br />
DAN heT wAS’<br />
32 . <strong>management</strong> scope Accenture Special 2012 . 33
IntervIew<br />
hoeverre ondernemingen in staat zijn<br />
om mee te ademen met de bewegingen<br />
in de markt. Maar ook: is het jonge talent<br />
dat je rekruteert tijdens de vooropleiding<br />
voldoende geëquipeerd om met<br />
verandering om te gaan? Flexibiliteit<br />
hangt ook samen met de manier waarop<br />
een nationale cultuur positief inspeelt<br />
op verandering. Nederland kan terugkijken<br />
op dertig jaar succesvolle verandering.<br />
In de jaren zeventig en begin<br />
jaren tachtig van de vorige eeuw waren<br />
we in Griekse cijfers beland. Sindsdien<br />
hebben we een lange weg afgelegd die<br />
naar een relatief sterke positie binnen<br />
Europa heeft geleid. Dat suggereert<br />
dat Nederland zichzelf een methodiek<br />
heeft aangeleerd om zich aan te passen,<br />
zonder dat dat ten koste gaat van harmonieuze<br />
arbeidsverhoudingen. In dit<br />
land komt een staking zelden voor. En<br />
wanneer dat wel het geval is, heeft het<br />
iets huiselijks. Dat is een interessante<br />
mix voor een land: kunnen veranderen,<br />
maar op een fatsoenlijke manier, die<br />
rekening houdt met de slachtoffers van<br />
die verandering. Denemarken, Zweden<br />
en Oostenrijk hebben een soortgelijke<br />
sociaal-economische mix.’<br />
° Maar staan die harmonieuze arbeidsverhoudingen<br />
niet onder druk door<br />
de polarisering in de Nederlandse samenleving?<br />
En is de rol van de SER als<br />
aanjager van groei daarmee niet uitgespeeld?<br />
‘Een van de onderwerpen waarmee<br />
de SER zich zou moeten bezighouden,<br />
is de laatste jaren niet tot zijn recht<br />
gekomen: de modernisering van de<br />
arbeidsmarkt en in het verlengde daarvan<br />
flexibiliteit, zekerheid en een lastig<br />
‘ STAkeN iN<br />
NeDerlAND<br />
heefT ieTS<br />
huiSelijkS’<br />
thema als ontslagrecht. Daarover moet<br />
een gesprek tussen de sociale partners<br />
gevoerd worden en een politieke discussie.<br />
Op veel andere deelterreinen<br />
heeft het systeem uitstekend gefunctioneerd,<br />
onder relatief moeilijke omstandigheden.<br />
Want de politiek is de afgelopen<br />
jaren nogal onevenwichtig geweest<br />
en straalt een zeker ongeduld en wantrouwen<br />
uit naar adviserende instituties.<br />
Bovendien was er sprake van een<br />
groot verschil tussen het werkgevers- en<br />
werknemersperspectief. Als de ene partij<br />
de wind in de rug heeft en de andere<br />
partij wind tegen krijgt en in een diepe<br />
herbezinning belandt, dan zijn de kansen<br />
voor het Nederlandse overlegmodel<br />
niet optimaal. Dat is wel het geval als je<br />
gezamenlijk vaststelt dat de politiek van<br />
plan is iets doms te doen en vermoedt<br />
dat je samen tot een beter alternatief<br />
kunt komen.’<br />
° Wat betekent dat voor groei en<br />
onze concurrentiepositie? ‘Ik hoop dat<br />
de FNV de herbezinning kan afronden<br />
en met hun nieuwe voorzitter Ton<br />
Heerts toe is aan het hervatten van de<br />
overlegtraditie. Je mag vervolgens hopen<br />
dat werkgevers en werknemers serieus<br />
gaan proberen om vanuit een hernieuwde<br />
gezamenlijke bereidheid een<br />
basis te leggen voor de groeisprint die<br />
Nederland goed kan gebruiken. Daarin<br />
zou de SER zijn traditionele rol kunnen<br />
vervullen. Ik hoop dat de partijen zich<br />
goed bedenken voor ze een waardevolle<br />
erfenis overboord gooien. De afgelopen<br />
dertig jaar heeft ons overlegmodel goed<br />
gewerkt en is het in staat gebleken om<br />
zich voortdurend aan te passen. Het<br />
heeft er wellicht voor gezorgd dat Nederland<br />
als geen ander heeft geprofiteerd<br />
van het Europese integratieproces.<br />
Nu zijn er opnieuw aanpassingen nodig:<br />
een herpositionering van Europa binnen<br />
de wereld en van Nederland binnen<br />
Europa. Dan is het op zijn minst<br />
verstandig om je oude schoenen niet<br />
weg te mikken, voor je zicht hebt op een<br />
nieuw paar. Groei en concurrentiepositie<br />
zijn overigens niet alleen afhankelijk<br />
van de relatie tussen werkgevers en<br />
werknemers.’<br />
° Welke factoren spelen verder een<br />
rol? ‘Bijvoorbeeld zaken die een land<br />
tot een aantrekkelijke vestigingslocatieen<br />
groei-economie maken. Nederland<br />
doet het qua vestigingsklimaat gewoon<br />
goed: niet alleen in fiscaal opzicht, maar<br />
ook wat betreft de kwaliteit van wonen<br />
en werken, een prettige omgeving om<br />
kinderen op te voeden, internationale<br />
scholen en cultuur.’ Tongue in cheek:<br />
‘Neem alleen al het Concertgebouw<br />
(waarvan hij zelf voorzitter van de raad<br />
van commissarissen is, red.). En we zijn<br />
ook nog eens goedkoper dan Londen.<br />
Daarmee zijn we aantrekkelijk als vestigingslocatie<br />
voor de hoofdkantoren<br />
van internationale concerns. De vestiging<br />
van internationale hoofdkantoren<br />
brengt allerlei vormen van dienstverlening<br />
en daarmee aantrekkelijke<br />
werkgelegenheid met zich mee. Een belangrijke<br />
boodschap voor het nieuwe<br />
kabinet is dan ook: probeer nog meer<br />
hoofdkantoren naar Nederland te halen<br />
en zorg dat de bestaande blijven. Zeker<br />
ook AEX-ondernemingen. Nederlands<br />
talent heeft toch net een iets sneller en<br />
kansrijker start in dit soort bedrijven.<br />
Toen ABN Amro uit Nederland leek te<br />
gaan verdwijnen, maakten we ons ernstig<br />
zorgen over de ontwikkeling van financieel<br />
talent in Nederland. Want wat<br />
gebeurt er als Nederlanders niet langer<br />
beslissen over de toekomstige bemensing<br />
in de top van dergelijke multinationale<br />
ondernemingen?’<br />
° Hoe belangrijk is innovatie voor<br />
de groeikracht van onze economie en hoe<br />
kunnen we die bevorderen? ‘Cruciaal en<br />
een grote opgave voor elk land. Je kunt<br />
de juiste voorwaarden voor innovatie<br />
creëren, maar je kunt alleen maar hopen<br />
dat dat ook wat oplevert. Het moet<br />
toch ontstaan op microniveau: bij de<br />
ondernemingen zelf. Daarmee moet je<br />
als land een beetje geluk hebben. We<br />
zijn jarenlang onder de indruk geweest<br />
van Finland, terwijl Zweden in onze<br />
perceptie minder succesvol was. Dat<br />
kwam doordat Nokia het beter deed<br />
dan Ericsson. Toen Nokia minder ging<br />
presteren, was Finland meteen ook niet<br />
meer zo’n lichtend voorbeeld. Deson-<br />
danks is het interessant om na te denken<br />
hoe je als land de condities voor<br />
innovatie kunt maximaliseren. Ikzelf<br />
heb deel uitgemaakt van twee innovatieplatforms,<br />
die inmiddels een vervolg<br />
hebben gekregen in het topsectorenbeleid.<br />
Nederland is daarmee afgestapt<br />
van generiek beleid om innovatie te stimuleren<br />
en heeft ervoor gekozen om de<br />
helft van de middelen in te zetten voor<br />
specifieke sectoren. En nu maar hopen<br />
dat de gemaakte keuzes succesvol zijn.<br />
Ik zeg het met optimisme, maar er zijn<br />
geen garanties. Het denken over het stimuleren<br />
van innovatie door de overheid<br />
is ook onderdeel van een permanente<br />
cyclus. In de jaren tachtig waren we er<br />
in Nederland van overtuigd dat industriebeleid<br />
de goede route was. Maar na<br />
de RSV-enquête riep iedereen ineens<br />
dat de overheid toch nooit slimmer kan<br />
zijn dan de markt en dat je beter iedereen<br />
een goede opleiding kunt geven en<br />
er verder maar het beste van moet hopen.<br />
Misschien klinkt dit cynisch, maar<br />
het zou me niets verbazen als we opnieuw<br />
in een dergelijke cyclus zouden<br />
belanden. Laten we voorlopig hopen dat<br />
de sectoren die Nederland als kansrijk<br />
heeft aangemerkt wereldwijd succesvol<br />
zullen zijn. Daarnaast is er nog steeds<br />
generiek beleid nodig: het optuigen van<br />
een kenniseconomie door het scheppen<br />
van een goede infrastructuur voor fundamenteel<br />
onderzoek en onderwijs van<br />
hoog niveau.’<br />
° In Nederland is ASML een goed<br />
voorbeeld van een innovatief bedrijf…<br />
‘Ja, super! Dat is nou precies wat je<br />
graag wilt zien. Mooi was destijds ook<br />
de beslissing van Danone om de r&d-<br />
alexander rinnooy Kan<br />
(62)<br />
Opleiding<br />
Wiskunde, Universiteit Leiden<br />
Econometrie, Universiteit van<br />
Amsterdam<br />
Loopbaan<br />
2012 - heden Hoogleraar economie<br />
en bedrijfskunde, UvA<br />
2006 - 2012 Voorzitter SER<br />
1996 - 2006 Lid raad van bestuur<br />
ING Groep<br />
1995 - 1996 Voorzitter VNO-NCW<br />
1991 - 1995 Voorzitter VNO<br />
(Verbond van<br />
Nederlandse<br />
Ondernemingen)<br />
1986 - 1989 Rector magnificus<br />
Erasmus Universiteit<br />
Rotterdam<br />
1983 - 1986 Directeur<br />
Econometrisch<br />
Instituut te Rotterdam<br />
1980 - 1991 Hoogleraar<br />
operationeel onderzoek,<br />
Erasmus Universiteit<br />
Rotterdam<br />
Nevenfuncties<br />
Onder meer voorzitter van de<br />
raad van commissarissen van<br />
De Nederlandsche Bank en Het<br />
Concertgebouw, voorzitter van de<br />
raad van toezicht van het AMC, lid<br />
raad van toezicht van het Kröller-<br />
Müller Museum en lid van de raad<br />
van commissarissen van Sara Lee<br />
Interesses<br />
Lezen, muziek, theater<br />
Thuis<br />
Getrouwd, drie kinderen<br />
34 . <strong>management</strong> scope Accenture Special 2012 . 35
IntervIew<br />
activiteiten in Nederland te vestigen.<br />
Dat is een van onze zwaktes: te weinig<br />
grote, internationale bedrijven kiezen<br />
ervoor om hun r&d-activiteiten in Nederland<br />
te concentreren, ondanks de<br />
aanwezigheid van hoogwaardige kennisinstituten.<br />
Van belang daarbij is een<br />
goede mix tussen fundamenteel en toegepast<br />
onderzoek. ASML is in elk geval<br />
een schitterend voorbeeld van een bedrijf<br />
dat groot is geworden én gebleven<br />
in Eindhoven, the smartest region in the<br />
world. Daar mogen we trots op zijn. En<br />
er zijn meer bedrijven met die ambitie.’<br />
° Hebben we in Nederland wel genoeg<br />
ambitie, of heerst hier een zesjescultuur?<br />
‘Er is meer ambitie dan vroeger.<br />
Die zesjescultuur heeft te maken met<br />
de inrichting van ons onderwijssysteem.<br />
Als je op de middelbare school<br />
met een 5,8 op een goede universiteit<br />
kunt studeren, waarom zou je dan een<br />
5,9 halen? Je doorbreekt die zesjescultuur<br />
door scholieren duidelijk te maken<br />
dat het boeken van goede resultaten<br />
wél uitmaakt voor hun toekomst. Op<br />
de universiteiten zie je tegenwoordig<br />
overigens een ambitieuzer klimaat dan<br />
ik mij herinner uit mijn universitaire jaren<br />
van voor 1990. Dus daar is echt al<br />
iets veranderd. Er komen Nederlandse<br />
sollicitanten bij grote Nederlandse ondernemingen<br />
met cv’s waar je steil van<br />
achterover slaat. Wat daar al aan internationale<br />
en praktische ervaring op<br />
staat: ongelooflijk! Dus het kan, moet<br />
en zal beter, maar het ís ook al beter dan<br />
het was.’<br />
° Moeten ook bedrijven een sterker<br />
prestatiecultuur ontwikkelen? Of is dat<br />
te Angelsaksisch? ‘We hebben lang gedacht<br />
dat Angelsaksische economieën<br />
en ondernemingen, die primair worden<br />
gedreven door aandeelhoudersbelang,<br />
de toekomst hadden. Maar die hebben<br />
niet het alleenrecht op succes. De Global<br />
Competitiveness Index kent zowel<br />
Angelsaksische als meer Rijnlandse representanten,<br />
waaronder Noord-Europese<br />
landen met een grote publieke sector,<br />
een egalitair klimaat en een zwakke<br />
inkomensspreiding. Dat vind ik een<br />
‘ meNSeN zijN<br />
GeSchrokkeN<br />
vAN De riSico’S<br />
vAN GloBAli-<br />
SeriNG’<br />
interessant gegeven voor de toekomst.<br />
Want we hebben ons in het verleden<br />
verkeken op de plussen van een ongelijke<br />
inkomensverdeling, die mensen motiveerde<br />
om nog harder te werken dan<br />
ze al deden. Overigens er is op zichzelf<br />
niets mis met prestatie. Het gaat om hoe<br />
je die prestatie bevordert en deze tot een<br />
gezamenlijke ambitie maakt. Dat laatste<br />
schept belangrijke kansen voor Nederland.<br />
Onze werknemers hebben minder<br />
de neiging te vertrouwen op de blauwe<br />
ogen of de krachtige toespraak van de<br />
grote leider. Maar áls ze eenmaal overtuigd<br />
zijn, dan scoren ze heel goed op<br />
productiviteit en creativiteit. Bovendien<br />
zijn in Nederland de grenzen tussen<br />
werknemerschap en ondernemerschap<br />
aan het vervagen. Bedrijven die het ondernemerschap<br />
van hun medewerkers<br />
aanspreken, slagen relatief goed in het<br />
ontwikkelen van nieuwe producten en<br />
diensten en in het permanent verbeteren<br />
van bestaande processen: sociale innovatie.’<br />
° Bedrijven acteren in een wereldeconomie<br />
met verschuivende machtsblokken,<br />
zoals de emerging markets.<br />
Welke uitdagingen liggen er op dat gebied?<br />
‘Nederland heeft altijd de mentaliteit<br />
van een handelsnatie gehad. Toen<br />
ik nog veel reisde, viel me dat steeds<br />
weer op. Waar ter wereld je ook komt:<br />
als je een tegel oplicht, dan zit er een<br />
aantal ondernemende Nederlanders<br />
onder. Maar de laatste tijd is het gevoel<br />
dat de wereld onze markt is, niet meer<br />
universeel aanwezig in Nederland. Veel<br />
mensen zijn geschrokken van de risico’s<br />
van globalisering en beschouwen het<br />
inmiddels als een mixed blessing. Be-<br />
grijpelijk, maar introversie – laat staan<br />
protectionisme – is niet het antwoord.<br />
Onze toekomst is voor een groot deel<br />
afhankelijk van de mate waarin Nederland<br />
zich blijft openstellen naar de<br />
wereld om zich heen. Dat geldt ook ten<br />
aanzien van Europa. Veel zaken kunnen<br />
we alleen maar realiseren als deel<br />
van dat grotere geheel. Europa is de afgelopen<br />
twintig jaar een succesverhaal<br />
geweest en de formule is even kansrijk<br />
voor de toekomst. We moeten nu alleen<br />
actief bevorderen dat Europa weer een<br />
geloofwaardige partij wordt in de wereldeconomie.’<br />
° Terug naar Nederland. U bent<br />
sinds kort voorzitter van de raad van<br />
commissarissen van De Nederlandsche<br />
Bank. Wat kunnen banken doen om de<br />
groeiambities van ondernemingen te<br />
helpen realiseren? ‘Wat banken overal<br />
doen: de reële economie aan de gang<br />
houden.’<br />
° Maar doen ze dat ook? ‘De aansluiting<br />
tussen de financiële economie<br />
en de reële economie heeft de afgelopen<br />
jaren te wensen overgelaten en niet alleen<br />
in Nederland. Er zijn additionele<br />
hervormingen nodig om de financiële<br />
sector weer de olie in de machine te laten<br />
zijn. Als banken verstandig zijn, nemen<br />
ze die opgave serieus.’<br />
° Is er na de SER ook weer tijd voor<br />
andere leuke dingen, zoals eh… de politiek?<br />
Hij glimlacht breed: ‘Wel tijd, maar<br />
de vraag is vooral: aandacht. Daar kan<br />
ik op dit moment niets verstandigs over<br />
zeggen. Maar ik heb niet te klagen over<br />
nevenfuncties en mijn nieuwe functie<br />
bij DNB is tijdrovend. Ik zal me hoe dan<br />
ook niet vervelen.’<br />
Sander van Ginkel is<br />
managing director strategie van<br />
Accenture Nederland.<br />
‘ Geen enkel<br />
antwoord is<br />
het juiste’<br />
Marjolein Slappendel (36)<br />
is managing director in het<br />
acquisitions & divestments<br />
team van ING Groep en<br />
daar verantwoordelijk voor<br />
het divestmentprogramma<br />
van de Noord- en<br />
Zuid-Amerikaanse<br />
verzekeringsactiviteiten van<br />
ING. Slappendel studeerde<br />
economie en geschiedenis.<br />
Na haar MBA op Stanford<br />
werkte ze negen jaar<br />
voor Merrill Lynch als<br />
investment banker.<br />
onzekerheid is inherent aan mijn vak:<br />
mergers & acquisitions leveren per<br />
definitie verandering op voor alle betrokkenen.<br />
Een belangrijk onderdeel van mijn<br />
werk is rekening te houden met verschillende<br />
scenario’s. Onderhandelingen zijn een soort<br />
schaakspel, waarbij ik probeer twee of drie<br />
stappen vooruit te lopen.<br />
ONS TEAM HEEFT ALS TAAK de wereldwijde<br />
verzekeringstak van ING Groep af te stoten.<br />
Strategie ontwikkelen, executie verzorgen:<br />
welke onderdelen en in welke soorten transacties?<br />
Verkoop of klaarstomen voor een stand<br />
alone future als beursgenoteerd bedrijf? Performance<br />
is van groot belang, ook voor een<br />
bedrijf dat straks op eigen benen moet kunnen<br />
staan.<br />
ExcELLEREN? DAT BETEKENT een goede deal<br />
waarbij je met alle stakeholders tot een winwin<br />
oplossing probeert te komen. Er is bijvoorbeeld<br />
altijd een sociaal aspect, dat om een<br />
dialoog met het personeel en het <strong>management</strong><br />
vraagt. Het een is niet belangrijker dan het<br />
ander: zonder mensen geen business! Je moet<br />
ernaar streven dat alle belangen zo veel mogelijk<br />
convergeren. Mijn uitdaging is zoeken<br />
naar het optimale punt in dat complexe proces.<br />
Belangrijk is dat je echt luistert naar wat<br />
er gezegd wordt en begrijpt wat anderen drijft.<br />
TIJDENS DE dotcom bubble volgde ik mijn<br />
MBA aan Stanford: aan ondernemers geen gebrek.<br />
Ik vind eigen initiatief en intern ondernemerschap<br />
erg belangrijk, maar het hoeft niet<br />
altijd ‘groot’ te zijn. Door een MBA krijg je oog Westerweel<br />
voor wat diversiteit echt betekent. Veel discussies<br />
in de classroom en geen enkel antwoord is Sebastiaan<br />
het juiste. Dat inzicht gebruik ik nog steeds.<br />
Een high performer? Ik heb de neiging me vast Fotografie<br />
te bijten. Hardlopen is een goede manier om<br />
alles op nul te zetten en me ergens anders op te Bouwer<br />
richten. Het is belangrijk om dingen ook los te Erik<br />
kunnen laten.’ Tekst<br />
36 . <strong>management</strong> scope Accenture Special 2012 . 37<br />
hIgh<br />
Perfor<br />
Mer
oP grote hoogte<br />
Het innovatieve karakter van Nederland komt tot uiting in de<br />
High Tech Campus van Eindhoven waar een R&D-ecosysteem<br />
van meer dan negentig bedrijven en ruim achtduizend onderzoekers,<br />
ontwikkelaars en ondernemers elkaar ontmoeten en werken<br />
aan de technologieën en producten van morgen.<br />
38 . <strong>management</strong> scope<br />
Shell Special Accenture / september Special 2012 . 39
case<br />
kempHanen<br />
Fuseren tot<br />
kipkluiFgigant<br />
De Braziliaanse pluimvee- en vleesproducent Brasil foods<br />
wist zijn omzet in de laatste twee jaar met veertig procent<br />
op te schroeven. Dat is knap, omdat Brasil foods drie<br />
jaar geleden ontstond uit een fusie tussen twee gezworen<br />
vijanden. tekst Paul Groothengel<br />
ruim 1,6 miljard kippen en<br />
kalkoenen. Tien miljoen<br />
varkens en runderen. Zoveel<br />
dieren verwerkten de<br />
110.000 werknemers van Brasil Foods in<br />
2010 tot allerlei hapklare, diepgevroren<br />
vleesproducten. Daarnaast produceert<br />
deze gigant ook pasta’s en pizza’s, margarine,<br />
toetjes en soja. Bij elkaar fabriceert<br />
Brasil Foods meer dan drieduizend producten,<br />
die worden verkocht in meer dan<br />
honderdveertig landen.<br />
Brasil Foods is een van de grootste ondernemingen<br />
van Brazilië en staat in de<br />
top-10 van ’s werelds grootste voedingsproducenten.<br />
Het bedrijf heeft naast<br />
tientallen slachterijen ook zuivel- en<br />
margarinefabrieken in elf Braziliaanse<br />
deelstaten en daarbuiten in Nederland,<br />
het VK, Roemenië en Rusland. In Nederland<br />
is het eigenaar van producent<br />
en distributeur Plusfood, dat vanuit Den<br />
Bosch een Europees netwerk van verkoopkantoren<br />
van Brasil Foods aanstuurt<br />
en kip- en vleesproducten produceert op<br />
een productielocatie in Oosterwolde.<br />
geruchtMaKende fusIe<br />
Het zijn al met al duizelingwekkende cijfers<br />
voor een bedrijf dat feitelijk pas drie<br />
jaar bestaat. Brasil Foods is een fusiepro-<br />
duct: in 2009 bundelden de aartsrivalen<br />
Perdigão en Sadia hun krachten. Het was<br />
alsof Coca-Cola en Pepsi samengingen.<br />
Het nieuwe bedrijf zou meteen de op<br />
een na grootste voedselproducent van<br />
Brazilië worden, alleen concurrent JBS<br />
Friboi is groter. En dus lagen de Braziliaanse<br />
mededingingsautoriteiten dwars.<br />
Zij vreesden dat de samenvoeging van<br />
de grootmachten Perdigão en Sadia tot<br />
te veel marktmacht zou kunnen leiden op<br />
de Braziliaanse markt, met nadelige gevolgen<br />
voor consumenten en toeleveranciers.<br />
Ook de Braziliaanse consumentenvereniging<br />
Idec vreesde dat de fusie zou<br />
leiden tot hogere voedselprijzen en alleen<br />
heT BeDrijf<br />
BeSTAAT<br />
feiTelijk PAS<br />
Drie jAAr,<br />
mAAr lAAT<br />
DuizeliNGwekkeNDe<br />
cijferS zieN<br />
maar bedoeld was om de aandeelhouders<br />
te plezieren. Het onderzoek of de fusie al<br />
dan niet mocht doorgaan, duurde twee<br />
jaar. Het samengaan van de twee partijen<br />
werd pas in juli 2011 formeel goedgekeurd.<br />
De toenadering tussen de twee rivalen<br />
oogstte vanaf het moment van bekendmaking<br />
verbazing, en dat was ook<br />
logisch. Hun onderlinge concurrentie<br />
duurde al decennia. Perdigão (‘patrijs’<br />
in het Portugees) was in 1934 opgericht<br />
door Italiaanse immigranten, die onder<br />
die naam een kruidenierswinkel begonnen.<br />
Met succes, het winkeltje groeide uit<br />
tot een grote producent en verwerker van<br />
kip en vlees, die de hele voedingsketen<br />
(van kippenfokkerij tot kipkluifjes in de<br />
winkel) in handen had. In de jaren negentig<br />
verkochten de eigenaars een groot<br />
deel van hun aandelen aan een groep investeerders,<br />
die Perdigão herstructureerden<br />
en moderniseerden. In 2008 had het<br />
aan de Braziliaanse aandelenmarkt Bovespa<br />
genoteerde Perdigão 59.000 mensen<br />
in dienst.<br />
Sadia (dat ‘gezond’ betekent in het<br />
Portugees) heeft een soortgelijke geschiedenis.<br />
Opgericht in de jaren veertig,<br />
specialiseerde Sadia zich aanvankelijk in<br />
de verwerking en verkoop van graan en<br />
varkensproducten, om in latere jaren uit<br />
te breiden naar kip en rundvlees. Sadia<br />
zette sterk in op de ontwikkeling van Amerken,<br />
en exporteerde al in de jaren<br />
tachtig diepvrieskip naar het Midden-<br />
Oosten en rundvleesproducten naar Europa<br />
en de VS. Het bedrijf was daarnaast<br />
een van de eerste producenten van diepvries-<br />
en kant-en-klaarmaaltijden. In<br />
2008 werkten bij het eveneens aan de Bovespa<br />
genoteerde Sadia 48.000 mensen.<br />
De twee kemphanen schaakten op<br />
dezelfde borden, maar besloten in 2001<br />
om de handen op een deelgebied ineen<br />
te slaan: ze vormden een joint venture,<br />
die gericht was op export naar nieuwe<br />
markten in Afrika en Rusland. Die joint<br />
venture klapte binnen een jaar uit elkaar,<br />
omdat beide partners het niet eens<br />
konden worden over de te varen koers.<br />
Vier jaar later bracht Sadia een vijandig<br />
overnamebod uit op Perdigão, dat<br />
direct werd afgewezen. Een anonieme<br />
werknemer vertelde een journalist van<br />
de Dow Jones International News in<br />
2006 ‘dat hij nog nooit twee bedrijven<br />
had gezien die elkaar zo intens haatten<br />
als Sadia en Perdigão’.<br />
Dat er in 2009 toch een fusie uit de<br />
bus kwam, had een tamelijk verbazingwekkende<br />
reden: de cfo van Sadia had,<br />
op Vestia-achtige wijze, zijn hand overspeeld<br />
met een uitbundige inkoop van<br />
financiële producten waarmee hij zich in<br />
wilde dekken tegen wisselkoersrisico’s.<br />
Op zich logisch, gezien alle exportactiviteiten<br />
van Sadia. Maar toen de Braziliaanse<br />
munt in de uitbrekende crisis van<br />
2008 dertig procent van zijn waarde verloor,<br />
keerde de hedge zich tegen Sadia en<br />
ontstond een verlies van 1,1 miljard euro.<br />
Voor het eerst in 65 jaar rapporteerde<br />
Score Score High Performance High Performance Business Businesses BRF<br />
Huidige prestaties Huidige prestaties BRF<br />
1. Aandeelhouderswaarde Aandeelhouderswaarde creatie (TRS) creatie<br />
2. Rendement op investeringen Winstgevendheid<br />
(ROIC)<br />
3. Omzetgroei<br />
Omzetgroei<br />
4. Consistentie<br />
Consistentie<br />
Positionering Positionering voor de BRF toekomst voor de toekomst<br />
5. Toekomstig Toekomstige bedrijfspotentieel groeiverwachting<br />
6. Winstpotentieel Positionering in groeimarkten<br />
7. Positionering Toekomstige in groeimarkten winstgevendheid<br />
8. VermogenKapitaal om groeiom te financieren groei te financieren<br />
de onderneming rode cijfers. Sterker, ze<br />
dreigde kopje onder te gaan. Terwijl Sadia<br />
bedrijfsmatig kerngezond was (nomen<br />
est omen), moest het snel op zoek<br />
naar een kapitaalkrachtige partner.<br />
Perdigão, dat al een tijd op zoek was naar<br />
geschikte overnamekandidaten, bedacht<br />
zich geen moment. Topman José Antonio<br />
do Prado Fay ging in maart 2009 op<br />
de koffie bij Sadia en drie maanden later<br />
was er een akkoord. Wat dus pas twee<br />
40 . <strong>management</strong> scope Accenture Special 2012 . 41<br />
BRF<br />
minimaal<br />
0%<br />
industrie<br />
gemiddelde<br />
50%<br />
maximaal<br />
100%
jaar later werd bekrachtigd door de Braziliaanse<br />
mededingingsautoriteiten. Wat<br />
formeel een fusie was, was in feite (zoals<br />
dat vaker gaat) een overname door Perdigão,<br />
met financiële steun van de Braziliaanse<br />
ontwikkelingsbank, die graag een<br />
ijzersterke nationale speler zag ontstaan<br />
die de internationale concurrentie aan<br />
zou kunnen.<br />
KennIs van Ketens en Klanten<br />
De voordelen van de fusie – schaalvoordelen,<br />
stafdiensten in elkaar geschoven,<br />
et cetera – werden snel geïncasseerd. Brasil<br />
Foods raamt de synergievoordelen tot<br />
nu toe op vierhonderd miljoen euro; daar<br />
komt in 2012 en 2013 naar verwachting<br />
nog eens negenhonderd miljoen euro bij.<br />
Het nieuwe Brasil Foods wist de omzet<br />
tussen 2009 en 2011 met veertig procent<br />
te laten groeien tot ruim 9,3 miljard euro.<br />
De kracht van het concern is volgens topman<br />
Fay dat het diepgaande kennis heeft<br />
van de integrale voedselketens waarin het<br />
actief is, dat het weet wat consumenten<br />
willen (zoals meer gemaksproducten) en<br />
dat het in staat is gebleken – met name<br />
vanuit Sadia – om sterke merken te bouwen<br />
en te beheren. Daarnaast werkt het<br />
met uitgekiende productie- en logistieke<br />
systemen; belangrijk, want als er voor<br />
bijvoorbeeld de productie van tienduizend<br />
pizza’s kip Hawaï, tienduizend plakjes<br />
kippenborst nodig zijn, moet Brasil<br />
Foods in de andere productieprocessen<br />
ook de vleugels, levertjes en poten van<br />
die tienduizend kippen kwijt kunnen.<br />
De strategie van Brasil Foods is om de<br />
omzet in de komende vijf jaar grofweg<br />
te verdubbelen naar vijftig miljard brl.<br />
Waar moet die groei vandaan komen? In<br />
42 . <strong>management</strong> scope<br />
de eerste plaats van de Braziliaanse thuismarkt,<br />
waar Brasil Foods meer dan de<br />
helft van zijn omzet vandaan haalt. Die<br />
thuismarkt telt zo’n tweehonderd miljoen<br />
consumenten, en vormt de negende economie<br />
ter wereld. De laatste jaren groeit<br />
de Braziliaanse economie met gemiddeld<br />
vijf procent per jaar. De uitdijende<br />
middenklasse zag haar koopkracht in die<br />
periode met hetzelfde percentage stijgen<br />
en laat het steeds breder hangen. Zo<br />
neemt de verkoop van elektronica, auto’s,<br />
witgoed en vakanties structureel toe. De<br />
hardwerkende middenklasse kiest steeds<br />
vaker voor makkelijke diepvriesmaaltijden,<br />
een trend die Brasil Foods enorm<br />
in de kaart speelt. De Braziliaanse consumptie<br />
van varkensvlees is nog tamelijk<br />
laag en zal volgens insiders de komende<br />
jaren stijgen. Brasil Foods wil de komende<br />
jaren inspelen op deze trends, met<br />
name met herkenbare A-merken want de<br />
doorgaans merkloyale Brazilianen houden<br />
niet van huismerken; die maken nog<br />
geen vijf procent uit van het totale productaanbod<br />
van supermarkten.<br />
loKale leverancIers<br />
Aan de aanbodkant (Brasil Foods werkt<br />
met twintigduizend lokale leveranciers<br />
van met name pluimvee, varkens en<br />
runderen) profiteert niet alleen Brasil<br />
Foods, maar de gehele Braziliaanse voedingssector<br />
van het stimulerende agrobeleid<br />
van de Braziliaanse overheid. Was<br />
Brazilië in de jaren tachtig nog een netto-importeur<br />
van agrarische producten,<br />
nu is dat beeld totaal omgedraaid. Met<br />
dank aan het werk van Embrapa, het<br />
nationale agri-onderzoeksinstituut dat<br />
er met innovatieve stimulansen in is ge-<br />
brazilië derde vleesleverancier<br />
voor nederland<br />
Ook Nederlandse importeurs en retailers weten<br />
de producten van Brasil Foods en zijn lokale<br />
concurrenten te vinden. Volgens het CBS is Brazilië<br />
de derde vleesleverancier voor Nederland. Van al het<br />
in Nederland ingevoerde vlees komt vijftien procent<br />
uit Brazilië. Alleen Duitsland (26 procent) en België<br />
(21 procent) leveren meer vlees. Albert Heijn zegt<br />
dat een kleine vijf procent van het vlees dat ze in haar<br />
schappen aanbiedt, afkomstig is uit Zuid-Amerika,<br />
met name uit Brazilië.<br />
Bron: Boerderij Magazine, 31 maart 2011<br />
slaagd grote delen van het enorme Braziliaanse<br />
vasteland om te toveren van<br />
een gortdroge savanne tot voedingsrijke<br />
akkers en veeteeltgronden. Zo zorgde<br />
introductie en beplanting van een Afrikaanse<br />
grassoort ervoor dat de Braziliaanse<br />
veeboeren hun runderen veel beter<br />
konden voeden. En pluimveeboeren<br />
profiteerden van de steeds grotere lokale<br />
graanoogsten.<br />
exPort naar chIna en IndIa<br />
Door de metamorfose van het Braziliaanse<br />
platteland konden Braziliaanse<br />
agribedrijven hun traditionele export<br />
van producten als koffie en sinaasappels<br />
uitbreiden met vlees, sojabonen en suiker.<br />
Die export is logischerwijs – naast<br />
groeiende vraag op de Braziliaanse<br />
huismarkt – het tweede speerpunt waar<br />
Brasil Foods de komende jaren zijn<br />
geprog-nosticeerde groei uit wil halen.<br />
Waar marktleider JBS vooral de Amerikaanse<br />
markt bedient, zoekt Brasil<br />
Foods verdere expansie in opkomende<br />
markten, met name China en India. Nu<br />
al is het bedrijf de grootste pluimveeexporteur<br />
ter wereld en uitgegroeid tot<br />
de op twee na grootste uitvoerder van<br />
Brazilië, na oliemaatschappij Petrobras<br />
en mijngigant Vale do Rio Doce. Daarbij<br />
baseert Brasil Foods zijn product- en<br />
merkaanbod deels op de lokale vraag;<br />
zo is er voor de afzetmarkten in het<br />
Midden-Oosten een aparte halal productenlijn.<br />
Uiteindelijk wil Brasil Foods<br />
uitgroeien tot een multinational zoals<br />
Unilever en Nestlé, met productielocaties<br />
in de belangrijkste afzetmarkten die<br />
A-merken produceren voor lokale consumenten.<br />
Mae wil ook door het glazen plafond<br />
Nu heeft ze niet eens een dak boven haar hoofd<br />
Plan steunt in 50 ontwikkelingslanden kinderen als Mae, met speciale aandacht voor meisjes.<br />
Want meisjes zijn de belangrijkste schakel in het doorbreken van de armoedespiraal.<br />
Steun een meisje en geef haar die kans.<br />
Ga naar www.plannederland.nl
Inter<br />
vIew<br />
‘ veranderingen<br />
sluipen je leven<br />
binnen’<br />
De wereldwijde volatiele markt vraagt om beslissingen op<br />
het scherpst van de snede, aldus Sander van ’t Noordende<br />
van Accenture. ‘Agile zijn zit ’m in de juiste combinatie van<br />
langetermijnvisie en snelle besluitvorming. met stapje voor<br />
stapje reageren kom je er niet.’<br />
tekst linda huijsmans Fotografie Anouck wolf<br />
ander van ’t Noordende,<br />
group chief executive <strong>management</strong><br />
consulting bij<br />
Accenture, is zelf een goed<br />
voorbeeld van de bewegelijkheid<br />
van de business waar hij in werkt.<br />
Hij woont en werkt in New York. Dit<br />
interview zou daarom via een videoverbinding<br />
op het kantoor van Accenture<br />
aan de Zuidas plaatsvinden. Maar<br />
na wat lastminute wijzigingen in zijn<br />
agenda treffen we elkaar aan het eind<br />
van een zomerse middag in zijn huis<br />
in Amsterdam. Daardoor heeft hij, tussen<br />
dit interview en een business review<br />
door, ook even tijd om met zijn moeder<br />
te eten.<br />
Het is een hectisch leven, maar Sander<br />
van ’t Noordende, die in zijn functie<br />
medeverantwoordelijk is voor de strate-<br />
44 . <strong>management</strong> scope<br />
gische groei van Accenture, is niet anders<br />
gewend. ‘Dat hoort bij een organisatie<br />
die opereert in een wereld die steeds<br />
sneller verandert.’<br />
° Veranderingen zijn er altijd geweest,<br />
maar in deze tijd gaan ze veel sneller<br />
dan voorheen, stelt u. Hoe komt dat?<br />
‘De wereld kent veel meer verschillende<br />
gezichten dan twee tot vier jaar geleden.<br />
Aanvankelijk leken ontwikkelingen behoorlijk<br />
overzichtelijk. Als gevolg van de<br />
financiële crisis ging alles in een duikvlucht<br />
naar beneden; eerst de banken,<br />
toen de bedrijven. Ik was in die periode<br />
zelf verantwoordelijk voor de resources<br />
operating group en die branche werd als<br />
een van de laatste geraakt. De situatie<br />
was duidelijk; iedereen had er last van<br />
en iedereen moest alle zeilen bijzetten.<br />
Vervolgens pompten overheden enorme<br />
hoeveelheden geld in hun economieën,<br />
waarop alles weer omhoog ging. Opnieuw<br />
ging iedereen dezelfde kant op,<br />
alleen op een wat prettiger manier. Nu<br />
zijn we op een punt aangekomen waarop<br />
het uitzicht veel gevarieerder is omdat<br />
de situatie per sector en per geografisch<br />
gebied zich anders ontwikkelt. Zo staat<br />
de financiële dienstverlening wereldwijd<br />
nog zwaar onder druk. Een van de oorzaken<br />
is de beroerde situatie in Europa<br />
en vooral de manier waarop wij daarmee<br />
omgaan. Het is behoorlijk gênant dat we<br />
het zo ver hebben laten komen, maar de<br />
manier waarop we het proberen op te<br />
lossen is zo mogelijk nog gênanter. Too<br />
little just in time; net op tijd doen we net<br />
te weinig. Zo rollen we van het ene incident<br />
naar het andere. Dat is bijna niet<br />
sander van ’t noordende (49)<br />
Opleiding<br />
TU Eindhoven, technische<br />
bedrijfskunde, specialisatie<br />
bedrijfsfinanciering en marketing<br />
Loopbaan<br />
2011 - heden Group chief executive<br />
<strong>management</strong> consulting<br />
Lid executive leadership<br />
team<br />
2006 - 2011 Group chief executive<br />
resources operating group<br />
Lid executive leadership<br />
team<br />
2003 - 2006 Managing director resources<br />
operating group in Frankrijk,<br />
België en Nederland<br />
2001 - 2003 Country managing director<br />
Accenture Nederland<br />
1999 - 2001 Partner Andersen<br />
Consulting (voorloper van<br />
Accenture)<br />
1990 - 1999 Senior manager Andersen<br />
Consulting, utilities praktijk<br />
1990 Marketing manager<br />
Financieele Dagblad<br />
1987 - 1990 Staf consultant bij Arthur<br />
Andersen<br />
Nevenfunctie<br />
Penningmeester European Hockey League<br />
Accenture Special 2012 . 45
IntervIew<br />
meer uit te leggen aan de rest van de wereld.<br />
Daar komt bij dat Europa niet langer<br />
het centrum van de wereld is, zoals<br />
we eeuwenlang gewend waren. Amerika<br />
heeft het afgelopen jaar veel beter<br />
gepresteerd en de opkomende markten<br />
groeien nog steeds. Iets minder hard dan<br />
we gewend zijn misschien, maar toch.’<br />
° U signaleert een aantal ‘megatrends’<br />
die het gezicht van de wereld de<br />
komende tijd gaan bepalen. Welke zijn<br />
dat? ‘Wereldwijd heeft iedereen te maken<br />
met ontwikkelingen als globalisering,<br />
verstedelijking, grondstoffenschaarste,<br />
vergrijzing, noem maar op. Binnen onze<br />
tak van sport is de consumerization van<br />
ict een belangrijke ontwikkeling. Vroeger<br />
waren het bedrijven die over de<br />
beste technologie beschikten, maar met<br />
de komst van tablets en andere mobiele<br />
devices loopt de consument voorop. Een<br />
andere ontwikkeling is cloud computing;<br />
die onmetelijke computerpower die tot<br />
onze beschikking staat. En tot slot is er<br />
de ontwikkeling van big data ofwel de<br />
analytics. Dat is de technologie die het<br />
mogelijk maakt om uit die steeds groter<br />
wordende berg aan informatie waardevolle<br />
inhoud te destilleren waarmee we<br />
onze klanten beter kunnen bedienen, de<br />
besluitvorming versnellen of processen<br />
te optimaliseren.’<br />
° Daar ontstaan ook weer andere<br />
vragen, over bijvoorbeeld privacy<br />
en veiligheid. Wat doe je als je, zoals<br />
Amazon bijvoorbeeld onlangs in delen<br />
van Amerika, door een stroomstoring<br />
onbereikbaar wordt? Dan ligt de verkoop<br />
stil en loop je bovendien de kans<br />
dat je klanten verliest aan de concurrent.<br />
‘We worden steeds afhankelijker<br />
van technologie en daar moeten we<br />
ons rekenschap van geven. Naarmate<br />
de technologie voortschrijdt, worden<br />
onze verwachtingen hoger en daarmee<br />
de afhankelijkheid ervan. Bedrijven die<br />
technologie leveren moeten daarop inspelen.<br />
Een van onze retailcliënten doet<br />
zaken met Amazon. Wij hebben de infrastructuur<br />
van die klant zo ingericht<br />
dat als Amazon wegvalt, een andere<br />
‘cloudleverancier’ direct bijspringt. Dat<br />
bedoel ik met die rekenschap. Als je als<br />
bedrijf gebruikmaakt van technologie,<br />
moet je heel goed nadenken over wat<br />
je doet als die, om wat voor reden dan<br />
ook, wegvalt. Op het moment dat jouw<br />
site uit de lucht is, ervaren klanten dat<br />
alsof je de deur in hun gezicht dicht<br />
gooit. Daar moet je een antwoord op<br />
hebben.’<br />
° Hoe moet je als bedrijf een strategie<br />
bepalen als je als een schip op<br />
een woeste zee vaart en steeds nieuwe,<br />
‘ eeN<br />
werelDwijD<br />
oPerereND<br />
BeDrijf<br />
heefT NieTS<br />
AAN ééN<br />
STrATeGie’<br />
steeds hogere golven op je af ziet rollen?<br />
‘Je moet bewegelijk zijn, agile, en<br />
snel kunnen inspringen op wat er in je<br />
omgeving gebeurt. Dat wil niet zeggen<br />
dat je van de ene trend naar de andere<br />
moet springen. Het betekent wel dat<br />
je je sensors aan moet zetten; kijk wat<br />
er waar in de wereld gebeurt. Een retailklant<br />
in Amerika merkte bijvoorbeeld<br />
dat de kleine reisverpakkingen<br />
van shampoo, tandpasta en dergelijke<br />
plotseling veel beter verkochten. Na<br />
onderzoek concludeerde het bedrijf dat<br />
veel van hun klanten last hadden van<br />
de crisis. Als die klant vijf dollar moet<br />
betalen voor een grote fles shampoo,<br />
kan hij dat niet meer ergens anders aan<br />
uitgeven. Koopt de klant iets van vijftig<br />
cent, dan houdt hij meer geld over. Dat<br />
bedrijf heeft een marketingprogramma<br />
gemaakt om daarop in te kunnen spelen,<br />
door bijvoorbeeld aan het begin<br />
van de maand andere producten in de<br />
aanbieding te doen dan aan het eind.<br />
Dat vind ik een mooi voorbeeld van<br />
agility.’<br />
° In de praktijk zijn veel bedrijven,<br />
zeker als ze wereldwijd opereren,<br />
zo groot en daardoor ook zo log dat het<br />
niet zo simpel is om snel op dergelijke<br />
relatief kleine en lokale veranderingen<br />
te reageren. ‘Er zit energie in je bedrijf.<br />
De vraag is: waar stop je die energie in?<br />
Schaalgrootte biedt voordelen, want je<br />
beschikt over een breed budget en veel<br />
kennis. Als je die weet te combineren<br />
met lokaal ondernemerschap, ben je in<br />
staat heel lenig te opereren. Het is belangrijk<br />
om signalen vanuit de markt<br />
goed op te vangen en vervolgens te interpreteren.<br />
Daar zijn we weer terug bij<br />
de analytics; waarom doen Japanners<br />
tien dagen over een aankoopbeslissing<br />
en Amerikanen minder dan tien<br />
minuten? En als die Japanner opeens<br />
teruggaat naar vijf dagen; wat gebeurt<br />
daar dan? Die veranderingen moet je<br />
kunnen registreren en je moet in staat<br />
zijn daar snel een antwoord op te formuleren.<br />
Juist de balans tussen lokaal<br />
ondernemerschap en centrale, heldere<br />
randvoorwaarden voor het hele<br />
bedrijf is belangrijk. Je moet niet één<br />
marketingstrategie formuleren die er<br />
vanuit gaat dat wat goed is voor Philadelphia,<br />
ook wel zal werken in Bangalore.<br />
Je kunt wel grote lijnen uitzetten<br />
over goed werkgeverschap, fatsoenlijke<br />
arbeidsomstandigheden, eerlijk<br />
en duurzaam zaken doen. Binnen die<br />
randvoorwaarden kun je het lokale ondernemerschap<br />
de vrijheid geven die<br />
het nodig heeft.’<br />
° Dat de wereld steeds diverser<br />
wordt, moet ook consequenties hebben<br />
voor bijvoorbeeld leiderschap. In de<br />
boardrooms zitten mensen op basis van<br />
wat ze in het verleden gepresteerd hebben,<br />
met vaardigheden die toen relevant<br />
waren. De huidige crisis stelt andere<br />
eisen. De wil om te veranderen kan er<br />
dan wel zijn, maar is dat wel mogelijk?<br />
‘Het is niet simpel, maar het is ook niet<br />
moeilijk. We moeten het niet overdrijven.<br />
Veel dingen veranderen, maar veel<br />
dingen zijn nog steeds belangrijk: gezond<br />
verstand en op een nette manier<br />
zakendoen. Wel ligt er meer nadruk op<br />
de genoemde agility, risk<strong>management</strong><br />
en diversiteit. Leidinggeven vanuit hierarchie<br />
werkt niet meer, dat maakt<br />
steeds meer plaats voor meritocratie.<br />
Daarin kijk je gezamenlijk naar wat er<br />
om je heen gebeurt, iedereen doet zijn<br />
zegje. We maken een plan en dat voe-<br />
ren we samen uit. Een moderne leider<br />
is in staat binnen zijn bedrijf een cultuur<br />
te creëren waarin veel verschillende<br />
mensen zich thuis voelen.’<br />
° U zegt dus eigenlijk: veranderingen<br />
zijn er altijd geweest, alleen gaan ze<br />
tegenwoordig sneller dan vroeger. ‘De<br />
Albert Heijn van 1970 zag er ook anders<br />
uit dan die van 1980. Er was een<br />
tijd dat ik heel sceptisch was over het<br />
fenomeen mobiele telefoon. Wat moest<br />
ik daar mee? Nu houd ik videovergaderingen<br />
via mijn tablet. Onlangs was<br />
ik in de Applestore in New York en liet<br />
me het verschil uitleggen tussen een<br />
iPhone3 en een iPhone4. Na de uitleg<br />
reageerde ik sceptisch: ‘Dus allemaal<br />
dingen die je niet echt nodig hebt?’<br />
Daarop zei de verkoper: ‘Wait ’till you<br />
have it, sir.’ Dat is de kern. Veranderingen<br />
sluipen je leven binnen. Daarom<br />
moet de strategie van je bedrijf bestaan<br />
uit ‘one foot in today, one foot in tomorrow’.<br />
° Hoe bereidt u zich voor op een<br />
wereld die over tien jaar onherkenbaar<br />
veranderd zal zijn? ‘Niet stapje voor<br />
stapje. Het gaat om de combinatie van<br />
de langetermijnvisie en je kortetermijnbesluitvorming.<br />
Stel: we hebben<br />
honderd te investeren. Op dit moment<br />
zijn we in de VS even groot als in Europa,<br />
dan ligt het voor de hand om allebei<br />
vijftig te geven. Maar als we op de<br />
lange termijn een grote speler in Azië<br />
willen worden, moeten Europa en de<br />
VS het met veertig doen en krijgt Azië<br />
‘ leiDiNG-<br />
GeveN vANuiT<br />
hiërArchie<br />
werkT NieT’<br />
IntervIew<br />
nu twintig en dat bouwen we langzaam<br />
uit. Volatiliteit betekent; meer gezichten,<br />
meerdere antwoorden. Je komt er<br />
niet door voor het hele bedrijf over de<br />
hele wereld één strategie te formuleren.<br />
Je moet gedetailleerder kijken; waar<br />
kunnen we in de kosten snijden, waar<br />
zitten juist groeimogelijkheden, waar<br />
hebben we talent nodig en waar hebben<br />
we misschien mensen te veel. Dat<br />
is een continu proces.’<br />
° Uit de door Accenture uitgevoerde<br />
studie High Performance in The Netherlands<br />
blijkt dat de Nederlandse AEXbedrijven<br />
het niet geweldig doen, vergeleken<br />
met hun internationale peers. In<br />
Europa als geheel doet onze buurman<br />
Duitsland het bijvoorbeeld een stuk beter.<br />
Wat zou er in uw opinie beter moeten<br />
in Nederland? ‘Vooropgesteld, we<br />
hebben veel om trots op te zijn; hoe het<br />
land er bij ligt, hoe we met elkaar omgaan,<br />
hoe het hier allemaal werkt. Op<br />
lijstjes van landen waar het goed zakendoen<br />
is, scoren we nog altijd hoog. Wat<br />
ik wel jammer vind, is dat er in de politiek<br />
een polarisatie plaatsvindt. Daar is<br />
Nederland niet uniek in, maar bij ons is<br />
het nog nooit zo extreem geweest. Dat<br />
roept vragen op. Wat het Nederlandse<br />
bedrijfsleven betreft denk ik, zonder te<br />
pretenderen dat ik alle AEX-bedrijven<br />
goed ken, dat we in het verleden iets te<br />
genereus zijn geweest voor onze aandeelhouders.<br />
Uit ons onderzoek blijkt<br />
ook dat de Nederlandse AEX-bedrijven<br />
relatief meer dividend hebben uitgekeerd<br />
en meer eigen aandelen hebben<br />
aangekocht dan hun internationale collega’s.<br />
We moeten meer gaan investeren<br />
in het bedrijf zelf, met het oog op de<br />
toekomst. Dat is die foot in tomorrow.<br />
Investeren in groei is uiteindelijk is dan<br />
ook goed voor de aandeelhouders. Die<br />
balans moeten AEX-bedrijven terug<br />
zien te krijgen. Frans van Houten doet<br />
dat bijvoorbeeld met Philips heel goed.<br />
Hij maakt het bedrijf meer agile door<br />
de nadruk op het lokale ondernemerschap<br />
en cultuurverandering te leggen.<br />
Ik vind hem een fantastisch voorbeeld<br />
van een ceo die het beestje een naam<br />
geeft en aan de slag gaat.’<br />
46 . <strong>management</strong> scope Accenture Special 2012 . 47
oP grote hoogte<br />
De Amsterdamse Zuidas is het hoogwaardige kennis-<br />
en zakencentrum van Nederland en staat symbool voor<br />
het veelzijdige bedrijfsleven in ons land.<br />
48 . <strong>management</strong> scope<br />
Shell Special Accenture / september Special 2012 . 49
hIgh<br />
Perfor<br />
Mer<br />
50 . <strong>management</strong> scope<br />
‘ we helpen onze<br />
klanten met<br />
bezuinigen’<br />
Frank Heemskerk (43) is<br />
lid van de raad van bestuur<br />
van ingenieursbureau<br />
Royal HaskoningDHV.<br />
Daarvoor was hij<br />
staatssecretaris<br />
van Economische<br />
Zaken en Kamerlid<br />
voor de PvdA.<br />
Heemskerk begon<br />
zijn loopbaan bij<br />
ABN Amro, waar<br />
hij uiteenlopende<br />
functies had.<br />
we zijn met bijna achtduizend professionals<br />
in 35 landen actief. Naast<br />
Nederland en het Verenigd Koninkrijk heeft<br />
Royal HaskoningDHV sterke marktposities<br />
in Afrika, het Midden-Oosten en in Zuidoost-Azië.<br />
In het ontwerpen van havens,<br />
vliegvelden en tunnels behoren we echt tot<br />
de wereldtop. Voor verdere groei mikken we<br />
met name op opkomende markten.<br />
WE pROBEREN ONS NIET alleen van onze<br />
concurrenten te onderscheiden door het leveren<br />
van hoogwaardige kwaliteit, maar ook<br />
door onze klanten te helpen met bezuinigen.<br />
Bijvoorbeeld door aan een project meerdere<br />
functies te geven. Zo bedachten we voor de<br />
Universiteit Nijmegen een sportveld op een<br />
parkeergarage. Toen de gemeente Nijmegen<br />
ons vroeg iets te bedenken voor het soms<br />
hoge waterpeil van de rivier de Waal, hebben<br />
onze ingenieurs een ruimere bocht geconstrueerd<br />
waardoor het waterpeil zakt en<br />
tegelijk in de ontstane ruimte een kunstmatig<br />
eiland gecreëerd, wat weer goed is voor<br />
de leefomgeving. Dat zijn twee vliegen in<br />
één klap.<br />
IN DE RAAD vAN BESTUUR ben ik behalve<br />
voor ict ook verantwoordelijk voor onze<br />
businesslines watertechnologie en rivieren,<br />
delta’s en kusten. Ik probeer onze ingenieurs<br />
te inspireren om snelheid te maken, zich<br />
niet alleen te verliezen in technologische<br />
perfectie. Het gaat er ook om ons rendement<br />
te verbeteren en om datgene te doen<br />
wat onze klanten willen. Daarvoor moet je<br />
vooral goed kunnen luisteren naar je klant<br />
en niet direct met eigen oplossingen komen.<br />
WE MOTIvEREN ONZE MENSEN door ze<br />
zelfstandig te laten werken en een duidelijk<br />
doel voor ogen te houden. En vooral door ze<br />
mogelijkheden te bieden zichzelf continu te<br />
verbeteren.’<br />
Tekst Paul Groothengel Fotografie Kick Smeets