26.09.2013 Views

management management - Management Scope

management management - Management Scope

management management - Management Scope

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

<strong>management</strong><br />

special in samenwerking met accenture<br />

High<br />

performance<br />

business<br />

oktober 2012


Inhoud<br />

10<br />

14<br />

24<br />

32<br />

40<br />

5 voorwoord<br />

Hoe word je een high performance<br />

business?<br />

6 de wereldeconomie<br />

We leven in een tijd van transitie en<br />

onzekerheid. Dat biedt naast problemen<br />

ook nieuwe kansen.<br />

10 unilever-ceo paul polman<br />

‘Bedrijven die slechts bezig zijn met de<br />

resultaten van vandaag, redden het niet.’<br />

14 onderzoek<br />

AEX-bedrijven presteren zeker niet slecht,<br />

maar het zijn nog geen high performers.<br />

18 feiten & cijfers<br />

Hoe doen Nederlandse bedrijven het ten<br />

opzichte van hun internationale concurrenten?<br />

20 asml<br />

Portret van een groeibriljant uit Veldhoven.<br />

23 high performer<br />

Wat doe je om met je team te excelleren?<br />

Zie ook pagina 37 en 50.<br />

24 rondetafeldiscussie<br />

Topcommissarissen Frans Koffrie en<br />

Michiel Boersma over de uphill battle<br />

om de beste te worden.<br />

30 op grote hoogte<br />

Zie ook pagina 38 en 48.<br />

32 alexander rinnooy kan<br />

‘We moeten het innovatief vermogen<br />

aanjagen om ons op het wereldtoneel<br />

staande te houden.’<br />

40 brasil foods<br />

De vleesproducent wil uitgroeien tot een<br />

multinational zoals Unilever en Nestlé.<br />

44 sander van ‘t noordende<br />

‘Het gaat om de juiste combinatie van<br />

langetermijnvisie en besluitvorming op<br />

de korte termijn.’<br />

colofon<br />

MANAGEMENT SCOPE<br />

A meeting of minds, is een uitgave van <strong>Scope</strong><br />

Business Media, Amstelzijde 85a, 1184 TZ<br />

Amstelveen.<br />

DIRECTEUR/UITGEVER<br />

Walter Vesters<br />

HOOFDREDACTIE<br />

Quinty Danko<br />

EINDREDACTIE<br />

Nicole Gommers<br />

REDACTIECOÖRDINATIE<br />

Chantal Doezie<br />

VORMGEVING<br />

Thielenpeters<br />

BEELD COVER<br />

Aad Goudappel<br />

oktober 2012<br />

MEDEWERKERS<br />

Marco Bakker, Erik Bouwer, Lex Draijer,<br />

Nicole Gommers, Aad Goudappel, Paul<br />

Groothengel, Linda Huijsmans, Sebastiaan<br />

Westerweel, Kick Smeets, Anouck Wolf,<br />

Marike van Zanten<br />

MEDEWERKERS ACCENTURE<br />

Nicole van Det, Barend van Doorn,<br />

Joost de Haas, Paul van der Heijden,<br />

Peter Zuyderduyn<br />

ADMINISTRATIE EN REDACTIE<br />

Postbus 23, 1190 AA Ouderkerk aan de<br />

Amstel, T 020 311 37 99<br />

© 2012 Niets in deze uitgave mag worden<br />

vermenigvuldigd en/of openbaar gemaakt<br />

door middel van druk, fotokopie of op welke<br />

andere wijze dan ook, zonder schriftelijke<br />

toestemming van de uitgever.


NIEUWE<br />

ONZEKERHEDEN,<br />

NIEUWE KANSEN<br />

Hoe doen de grootste ondernemingen<br />

van Nederland het in<br />

tijden van onzekerheid? Zelf<br />

schreven de bestuursvoorzitters<br />

van AkzoNobel, DSM, Philips, Shell en Unilever<br />

eind vorig jaar nog een brandbrief aan de<br />

politiek, met als belangrijkste boodschap: ‘Onze<br />

welvaart is geen vanzelfsprekendheid, maar<br />

moet steeds opnieuw verdiend worden. Reden<br />

dus voor alle hens aan dek.’ Hoe is het deze ondernemingen<br />

sindsdien vergaan? Hebben ze<br />

terrein gewonnen of juist verloren? Wie zijn de<br />

topperformers en wat kun je van ze leren? Hoe<br />

word je een high performance business; een onderneming<br />

die gedurende een langere periode<br />

keer op keer zijn concurrenten verslaat?<br />

In ons High Performance Business-onderzoek<br />

vergelijken we de prestaties van de Nederlandse<br />

ondernemingen met die van hun directe<br />

mondiale concurrenten. De prestaties van AEXbedrijven<br />

zijn zeker niet slecht. Er is sprake van<br />

winst en groei. Maar een vergelijking met internationale<br />

concurrenten laat een minder rooskleurig<br />

beeld zien: AEX-bedrijven lopen achter<br />

bij hun internationale collega’s in vrijwel elke industrie<br />

en op meerdere aspecten. Kortom, we verliezen<br />

in Nederland concurrerend vermogen.<br />

Hoe komt het toch dat Nederland het minder<br />

doet dan de internationale concurrentie? In deze<br />

special gaan we met topbestuurders en bestuurders<br />

van de toekomst op zoek naar antwoorden.<br />

Met feiten, cijfers, interviews en casestudies van<br />

high performers laten we zien waar we wél goed in<br />

zijn, en aan wie we een voorbeeld kunnen nemen<br />

in een toenemend onzeker en volatiel economisch<br />

klimaat.<br />

Anja Montijn-Groenewoud is<br />

managing director van Accenture Nederland.<br />

voor<br />

woord<br />

Accenture Special 2012 . 5


analyse<br />

De beslissenDe<br />

bergetappe<br />

Deze tijd wordt gekenmerkt door transitie, onzekerheid<br />

en volatiliteit. Navigeren is moeilijker dan ooit, maar<br />

juist tijdens een zware bergetappe liggen er kansen om<br />

het verschil te maken.<br />

tekst Tim de Bie en Sander van Ginkel illustratie Aad Goudappel<br />

6 . <strong>management</strong> scope<br />

e wereldeconomie beïnvloedt<br />

ons meer dan ooit. Wie economische<br />

ontwikkelingen goed<br />

kan voorspellen, heeft een<br />

voordeel ten opzichte van de<br />

concurrentie. Maar voorspellen<br />

is lastig. Economen en onderzoekers kunnen hun<br />

visie en bevindingen maar moeilijk vertalen naar<br />

het bedrijfsleven. Tegelijkertijd hebben mensen uit<br />

het bedrijfsleven moeite om te bepalen hoe zij het<br />

beste in kunnen spelen op een ander economisch<br />

klimaat.<br />

De weDerzijDSe<br />

AfhANkelijkheiD<br />

vAN lANDeN worDT<br />

STeeDS GroTer<br />

Het is de kunst om een brug te slaan tussen onderzoek<br />

en de dagelijkse bedrijfsvoering. De grootste<br />

uitdaging bij het begrijpen van de wereld om ons<br />

heen ligt in het maken van vertaalslagen: van macro<br />

naar micro, van mondiaal naar de eigen lokale<br />

praktijk. Welke vraagstukken moeten Nederlandse<br />

bedrijven als uitgangspunt nemen voor hun nieuwe<br />

visies, ambities en plannen?<br />

crIsIs<br />

In de zomer van 2007 veroorzaakte een barstende<br />

bubbel in de Amerikaanse huizenmarkt de meest<br />

dramatische crisis in tientallen jaren. Eerst werden<br />

de financiële instellingen geraakt. Vervolgens sloeg<br />

de crisis over op de reële economie en kregen veel<br />

bedrijven met krimp te maken. Bedrijven kondigden<br />

drastische bezuinigingsmaatregelen aan,<br />

de werkloosheid liep op en daarmee het risico op<br />

sociale onrust. Maar crises en economische recessies<br />

zijn op zich niets nieuws. Ze maken deel uit<br />

van economische cycli, net als lange perioden van<br />

aanhoudende groei en welvaart. Wat omhoog gaat,<br />

moet op een gegeven moment ook weer naar beneden<br />

komen. Ook de economie is niet immuun<br />

voor deze fundamentele natuurwet.<br />

Accenture Special 2012 . 7


analyse<br />

Toch lijkt deze crisis anders dan voorgaande. Zelfs<br />

wanneer de overheidsschulden zijn afgebouwd en<br />

de groei van de wereldwijde economie weer aantrekt,<br />

is het maar de vraag of de ontstane volatiliteit,<br />

onzekerheid en complexiteit zullen verdwijnen.<br />

Dit komt doordat onze wereld meer connected<br />

is dan ooit. Lokale gebeurtenissen kunnen grote<br />

impact hebben, iets wat ook wel bekend staat als<br />

het butterfly effect. Zo hadden de aardbeving en<br />

de daaropvolgende tsunami in Japan vergaande<br />

gevolgen voor de gehele auto-industrie. Vele Japanse,<br />

maar ook Europese en Amerikaanse automerken<br />

hadden last van deze ramp doordat<br />

Japan een belangrijke leverancier is van onderdelen<br />

voor overzeese fabrieken. Maar liefst twintig<br />

procent van de auto-onderdelen voor goedkopere<br />

auto’s komt uit Japan.<br />

Deze toenemende verbondenheid geldt niet<br />

alleen op de markten voor producten en diensten,<br />

maar ook voor de kapitaal-, grondstoffen-,<br />

energie- en arbeidsmarkt. Landen als China,<br />

Duitsland en Japan hebben nog steeds grote<br />

overschotten op de handelsbalans, terwijl landen<br />

als Frankrijk, Spanje en de VS juist te kampen<br />

hebben met structurele tekorten. Zo hebben<br />

Durf iS hArD NoDiG<br />

wANNeer De<br />

oNzekerheiD GrooT iS<br />

de Chinezen voor meer dan 1250 miljard dollar<br />

aan Amerikaans schuldpapier in handen. Omdat<br />

steeds meer handelsbarrières verdwijnen, wordt<br />

de wederzijdse afhankelijkheid van landen groter.<br />

KwetsbaarheId<br />

Europa is misschien nog wel het meest sprekende<br />

voorbeeld van dit butterfly effect. Hoewel<br />

de Europese marktintegratie en de euro voor een<br />

significante toename van de welvaart hebben gezorgd,<br />

heeft het de onderlinge afhankelijkheden<br />

tussen lidstaten enorm versterkt. Problemen in<br />

een afzonderlijke lidstaat kunnen eenvoudig een<br />

domino-effect binnen de gehele EU op gang brengen.<br />

Als Griekenland uit de euro verdwijnt, zal dat<br />

enorme gevolgen hebben voor de andere lidstaten<br />

en niemand is in staat om precies te voorspellen<br />

wat de gevolgen van zo’n exit zijn.<br />

De kwetsbaarheid wordt versterkt door het<br />

feit dat Europa wel een monetaire unie is, maar<br />

vooralsnog beperkte instrumenten heeft om een<br />

gezamenlijk financieel economisch beleid uit te<br />

oefenen. Om tot een gezamenlijk beleid te komen<br />

zullen de lidstaten, en met name de twee<br />

grootste machten Duitsland en Frankrijk, het<br />

onderling eens moeten worden over de te varen<br />

koers. Dat leidt tot trage en niet altijd eensgezinde<br />

besluitvorming. Hierdoor lijkt het herstellen<br />

van het evenwicht in Europa eerder een kwestie<br />

van jaren dan van enkele vergaderingen in Parijs,<br />

Berlijn of Brussel.<br />

solIdarIteIt<br />

Europa is op haar beurt weer connected met de<br />

rest van de wereld en heeft invloed op de groei van<br />

andere economieën. Dat wordt bijvoorbeeld zichtbaar<br />

in de groeicijfers van de opkomende economieën.<br />

De groei daar, in 2010 nog 7,4 procent, is<br />

inmiddels afgezakt tot 5,3 procent.<br />

In tegenstelling tot Europa, waar de economie<br />

momenteel met 0,3 procent krimpt, boekt de VS<br />

vooruitgang. De twee procent economische groei<br />

wordt niet door overheidsbeleid, maar in toenemende<br />

mate door de vraag van de private sector<br />

gedreven. Een kleinere overheid en veel nieuwe<br />

banen in het bedrijfsleven zorgen ervoor dat de<br />

werkloosheid langzaam afneemt. Er is een belangrijk<br />

verschil in de wijze waarop de VS en Europa<br />

de crisis bestrijden. Dat wordt veroorzaakt<br />

doordat de Verenigde Staten een fiscale unie vormen,<br />

de Amerikaanse centrale bank een groter<br />

mandaat heeft en de Amerikanen een groter solidariteitsgevoel<br />

hebben dan Europeanen. Daar-<br />

door kan geld van belastingbetalers in New York<br />

zonder problemen via Washington naar werklozen<br />

in bijvoorbeeld Michigan vloeien. De Amerikanen<br />

stimuleerden de private sector door snel<br />

en grootschalig ingrijpen van het ministerie van<br />

Financiën en de Amerikaanse centrale bank. Zo<br />

reserveerde de Federal Reserve (Fed) 1.200 miljard<br />

dollar om het bankenstelsel te steunen en het<br />

Congres autoriseerde daarnaast nog eens zevenhonderd<br />

miljard dollar om giftige leningen op<br />

te kopen. Dergelijke een-tweetjes zijn in Europa<br />

momenteel ondenkbaar.<br />

Kansen creëren<br />

Overheden hebben de komende jaren weinig<br />

ruimte voor stimulerend begrotingsbeleid door de<br />

noodzakelijke afbouw van de schulden. Het wordt<br />

steeds duidelijker dat stimuleringsmaatregelen<br />

slechts een tijdelijk effect hebben en maar een deel<br />

van de problemen aanpakken. Bovendien zullen<br />

ze op enig moment hun grens hebben bereikt. Het<br />

zijn daarom de bedrijven zelf die de groei op gang<br />

moeten gaan brengen. Maar hoe gaan bedrijven<br />

dat klaarspelen?<br />

Veel ondernemingen worstelen met de vraag<br />

hoe ze het beste kunnen inspelen op de toenemende<br />

volatiliteit en onzekerheid. Voor het nemen<br />

van grote beslissingen is kwaliteit en volledigheid<br />

van informatie van belang, maar de<br />

omstandigheden dwingen bedrijven steeds vaker<br />

om sneller beslissingen te nemen op basis van<br />

meer en ondoorzichtigere informatie dan voorheen.<br />

Die omstandigheden maken bestuurders<br />

soms aarzelend, en sommigen hopen dat volatiliteit<br />

en onzekerheid een tijdelijk fenomeen zijn.<br />

Ook de Nederlandse bedrijven moet leren<br />

omgaan met deze snel veranderende omstandigheden.<br />

Ze lijken daar vooralsnog meer moeite<br />

mee te hebben dan hun internationale concurrenten,<br />

zo blijkt uit analyses van Accenture.<br />

Gelukkig zijn er voldoende aanknopingspunten<br />

voor de toekomst, zolang bedrijven leren<br />

omgaan met deze onzekerheid en volatiliteit. De<br />

kunst is juist om uit te vinden wat die onzekerheid<br />

nu precies inhoudt en op welke gebieden volatiliteit<br />

kan optreden.<br />

Dit vraagt wel om durf – een deugd die, net als<br />

ambitie, harder nodig is wanneer onzekerheden<br />

groter zijn. Aanpassingsvermogen, wendbaarheid<br />

en creativiteit zijn noodzakelijk. Onzekerheid<br />

en volatiliteit bieden immers ook kansen:<br />

wanneer marktomstandigheden uitdagend zijn,<br />

doen zich over het algemeen de beste kansen<br />

voor om het verschil te maken. De Tour de Fran-<br />

wANNeer De omSTANDiGheDeN<br />

moeilijk zijN, DoeN<br />

zich De BeSTe kANSeN voor<br />

ce wordt ten slotte ook niet in de vlakke etappes<br />

beslist, maar in de bergen.<br />

Kansen verzIlveren<br />

Het is daarom de hoogste tijd om strategieën en<br />

kwaliteiten opnieuw tegen het licht te houden en te<br />

durven herzien. Het gaat om het nemen van fundamentele<br />

stappen die van onzekerheden kansen<br />

maken, om zo nieuwe groeimogelijkheden te creeren.<br />

Daarbij hoort daadkrachtig inspelen op de<br />

nieuwste trends in innovatie, met open vizier kijken<br />

naar de kansen in opkomende markten, anticiperen<br />

op continue veranderingen in de markt<br />

en de juiste partners vinden om marktsynergie te<br />

creëren. Maar ook het ontwikkelen van het juiste<br />

talent en leiderspotentieel om de kansen die zich<br />

morgen aandienen te kunnen verzilveren.<br />

Tim de Bie is strategieconsultant<br />

bij Accenture Nederland.<br />

Sander van Ginkel is<br />

managing director strategie van<br />

Accenture Nederland.<br />

8 . <strong>management</strong> scope Accenture Special 2012 . 9


Inter<br />

vIew<br />

‘ onze navigatie<br />

staat juist<br />

afgesteld’<br />

‘we moeten ons richten op datgene dat een lange toekomst<br />

garandeert’, aldus unilever-topman Paul Polman. en dus groeit<br />

het concern door in opkomende markten producten voor<br />

weinig aan te bieden. ‘we blijven dicht bij de consument.’<br />

interview Anja montijn-Groenewoud tekst Nicole Gommers Fotografie marco Bakker<br />

f you want to go fast, go alone.<br />

If you want to go far, go with<br />

others.’ Op de vraag wat Unilever-topman<br />

Paul Polman graag<br />

in zijn vrije tijd doet – marathons lopen<br />

– haalt hij een Afrikaans gezegde aan,<br />

om meteen de vergelijking te trekken<br />

tussen hardlopen en zijn leiderschapsstijl.<br />

‘Ik ben geen sprinter, maar een<br />

duurloper.’ Polmans visie draait geheel<br />

om de lange termijn. ‘Alleen prestaties<br />

die leiden tot duurzame groei moeten<br />

beloond worden. Bedrijven die slechts<br />

bezig zijn met de resultaten van vandaag,<br />

zullen het uiteindelijk niet redden.’<br />

De groei en toekomstbestendigheid<br />

waar Polman aan refereert, haalt<br />

Unilever momenteel vooral uit opkomende<br />

markten. ‘Europa is een saga die<br />

maar voortduurt’, verzuchtte Polman<br />

onlangs tegen analisten na afloop van<br />

de presentatie van de jongste kwartaalcijfers<br />

van het concern. De voortwoekerende<br />

Europese crisis mag dan een<br />

zucht losmaken bij Polman, het sprookje<br />

van de fabrikant van fast moving consumer<br />

goods is dankzij het succes in de<br />

emerging markets lang zo gitzwart niet<br />

als voor veel andere bedrijven. Unilever<br />

laat groei zien – dubbele cijfers zelfs in<br />

de landen die nog niet zo lang geleden<br />

louter te boek stonden als ‘ontwikkelingslanden’,<br />

terwijl de omzet in Europa<br />

daalt door de angst van de consument<br />

om geld uit te geven en de oplopende<br />

werkloosheid. ‘Europa vormt maar een<br />

vijfde van mijn problemen’, liet Polman<br />

zich na de presentatie van de cijfers tegen<br />

een FD-journalist ontvallen. Ook<br />

tijdens ons gesprek met Polman benadrukt<br />

hij de ongekende groeikansen<br />

buiten Europa. ‘Het mag duidelijk zijn<br />

dat de economische machtsverhoudingen<br />

aan het verschuiven zijn naar het<br />

oosten en zuiden. Unilever haalt momenteel<br />

meer dan 55 procent van de<br />

omzet uit de opkomende markten. Europa<br />

is goed voor twintig procent van<br />

onze omzet en vier procent daarvan<br />

komt uit Zuid-Europa. De opkomende<br />

markten laten weliswaar een klein verval<br />

in hun groei zien, maar de situatie<br />

is nog steeds erg goed vergeleken bij<br />

Europa. De middenklasse in de opkomende<br />

markten groeit enorm, met zo’n<br />

150 miljoen zielen per jaar, en dat biedt<br />

Unilever veel kans om te groeien. Het is<br />

van groot belang ons te blijven richten<br />

op de consument en deze ook ten tijde<br />

van crisis te blijven voorzien van goede<br />

producten die waarde toevoegen.’<br />

° Unilever heeft veel profijt van de<br />

gunstige ontwikkelingen in de emerging<br />

markets, maar zijn er ook mogelijkheden<br />

om te profiteren van de crisis? ‘Unilever<br />

richt zich zowel op de bovenkant als<br />

op het midden en de onderkant van de<br />

markt. In opkomende markten verkopen<br />

wij producten voor een paar roepie<br />

of real. Zo blijven we dicht bij de consument,<br />

wat juist in deze tijd belangrijk is.<br />

Paul Polman (56)<br />

Opleiding<br />

1979 Economics & finance,<br />

University Cincinatti<br />

1977 Bedrijfseconomie, Universiteit Groningen<br />

Loopbaan<br />

2009 - heden ceo Unilever<br />

2008 - 2009 evp en zonedirecteur Nestlé SA<br />

(VS, Canada, Caraïben en<br />

Latijns-Amerika)<br />

2006 - 2008 cfo Nestlé SA<br />

2001 - 2006 Group president Procter &<br />

Gamble Europe<br />

1998 - 2001 President Global Fabric Care<br />

Procter & Gamble<br />

1995 - 1998 Vicevoorzitter en directeur<br />

Procter & Gamble UK<br />

Nevenfuncties<br />

President Kilimanjaro Blind Trust, lid executive<br />

committee WBCSD, niet-uitvoerend bestuurder<br />

The Dow Chemical Company.<br />

Interesses<br />

Lezen, marathons lopen en bergbeklimmen<br />

Thuis<br />

Getrouwd, drie kinderen<br />

10 . <strong>management</strong> scope Accenture Special 2012 . 11


Ze hebben ons hard nodig. Overigens gebruiken<br />

we dit model nu ook steeds meer<br />

in Europa, waar we al diverse producten<br />

in de winkel hebben liggen voor slechts<br />

een euro. Daarnaast is het van belang te<br />

blijven investeren in de toekomst: niet alleen<br />

in productontwikkeling, maar ook<br />

in onze mensen. Aankopen en acquisities<br />

zijn gunstiger geworden. Zo hebben wij<br />

geïnvesteerd in onze ijsbusiness, bijvoorbeeld<br />

door overnames in Griekenland,<br />

Roemenië en Scandinavië.’<br />

° Waar Unilever het goed doet, presteren<br />

AEX-bedrijven juist minder dan<br />

hun internationale peers, zo blijkt uit onderzoek<br />

van Accenture. Ze zijn bovendien<br />

vooral bezig met vandaag en minder met<br />

de toekomst. Hebben we in Nederland<br />

wel genoeg ambitie, of heerst hier een zesjescultuur?<br />

‘Dat is te kort door de bocht.<br />

Nederland heeft een groot aantal multinationals<br />

die internationaal zeer sterk<br />

aanwezig zijn. Denk aan Heineken, Philips,<br />

Shell, DSM, AkzoNobel en Unilever.<br />

Het zijn prestatiegedreven organisaties<br />

die op veel gebieden toonaangevend zijn,<br />

bijvoorbeeld op het gebied van duurzaamheid.’<br />

° Daar noemt u inderdaad de paradepaarden.<br />

Maar moeten niet meer<br />

bedrijven een sterkere prestatiecultuur<br />

ontwikkelen? Of is dat te Angelsaksisch?<br />

‘Geen enkel bedrijf kan bestaan zonder<br />

resultaat. Maar bedrijven moeten zich<br />

vooral richten op datgene dat een langetermijntoekomst<br />

garandeert. Het is van<br />

belang intern duidelijk een strategie neer<br />

te zetten, op basis waarvan de structuur<br />

volgt. Prestaties moeten worden beloond<br />

wanneer ze niet slechts voor een kortetermijnpiek<br />

zorgen, maar ook voor duurzame<br />

groei.’<br />

° Bedrijven acteren in een wereldeconomie<br />

met verschuivende machtsblokken,<br />

zoals de opkomende economieën.<br />

Onderzoek van Accenture laat zien dat<br />

Unilever hier goed op inspeelt, maar veel<br />

andere Nederlandse bedrijven blijven<br />

achter. Hoe verklaart u dat? ‘Je ziet dat<br />

veel Nederlandse multinationals al inspelen<br />

op de economische machtsverhoudingen,<br />

die verschuiven naar het<br />

oosten en zuiden. Denk bijvoorbeeld aan<br />

de focus van Heineken om in Azië meer<br />

voet aan de grond te krijgen. Unilever is<br />

van oudsher al sterk in deze markten en<br />

moet deze positie verder uitbreiden. Wij<br />

verwachten dat op termijn ongeveer 75<br />

procent van onze omzet uit deze markten<br />

zal komen. De wereldbevolking zal met<br />

twee miljard groeien en de meeste mensen<br />

worden geboren in de opkomende<br />

markten.’<br />

° Unilever wil in 2020 75 procent<br />

van haar omzet uit opkomende economieën<br />

halen. Welke rol zal de westerse<br />

markt voor Unilever over tien jaar spelen?<br />

‘Alle markten zijn belangrijk voor Unilever.<br />

Als we in Europa niet groeien, zal<br />

onze ambitie om te verdubbelen lastiger<br />

worden. Europa is momenteel goed voor<br />

twintig procent van onze omzet en dit zal<br />

naar mate onze omzet in de opkomende<br />

markten groeit, verder afnemen. De bevolking<br />

neemt af, de koopkracht daalt<br />

en kosten blijven stijgen. Niet een ideale<br />

omgeving om een bedrijf te laten groeien.<br />

Neemt niet weg dat we de lat hoog<br />

leggen en harder willen groeien dan de<br />

markt, in welke regio dan ook. Er zijn<br />

nog steeds legio kansen om te groeien in<br />

westerse markten en die grijpen we dan<br />

ook.’<br />

° Hoe belangrijk is duurzaamheid<br />

voor de groei van onze economie en hoe<br />

kan duurzaamheid in bedrijven worden<br />

bevorderd? ‘Duurzaamheid is cruciaal<br />

voor de economie en biedt enorme<br />

kansen voor bedrijven. Sterker nog, de<br />

meeste bedrijven nemen al het voortouw<br />

ten opzichte van overheden. Bedrijven<br />

die blijven doorgaan met de huidige<br />

manier van zakendoen, zullen geen langetermijnbestaansrecht<br />

hebben. Consumenten,<br />

overheden en ngo’s eisen van<br />

bedrijven dat ze bijdragen aan oplossingen,<br />

en niet aan het probleem. Voor<br />

Unilever heeft zich dat vertaald naar het<br />

Unilever Sustainable Living Plan. Het<br />

plan begint steeds meer vruchten af te<br />

werpen door versnelde innovaties en het<br />

stelt ons in staat om sterkere relaties op<br />

te bouwen met consumenten, klanten<br />

en gemeenschappen, onze medewerkers<br />

te enthousiasmeren en kosten te verlagen.<br />

Het Sustainable Living Plan staat<br />

centraal in onze strategie om onze omzet<br />

te verdubbelen en tegelijkertijd onze<br />

milieuvoetafdruk te verkleinen. Het is<br />

voor ons de enige manier van zakendoen.<br />

Bevorderen van duurzaamheid<br />

kan op vele manieren. Bedrijven hebben<br />

leiders nodig die de stap naar duurzaamheid<br />

durven te maken. Nederland kent<br />

al veel van deze toonaangevende bedrijven,<br />

zoals DSM en Philips met ceo’s als<br />

Feike Sijbesma en Frans van Houten,<br />

maar er moeten nog velen bij. Een goed<br />

voorbeeld van krachtenbundeling is de<br />

Dutch Sustainable Growth Coalition.<br />

Hierin komen Nederlandse multinationals<br />

bij elkaar, om van elkaar te leren<br />

op het gebied van duurzaamheid en om,<br />

nog belangrijker, andere bedrijven te inspireren<br />

hetzelfde pad te volgen.’<br />

° Wat zou de rol van de politiek moeten<br />

zijn als het gaat om het thema duurzaamheid?<br />

‘De politiek moet bedrijven<br />

stimuleren om duurzaamheid centraal<br />

te stellen in hun bedrijfsvoering. Het<br />

moet hand in hand gaan met werkgelegenheidsverschaffing.<br />

Een stimulerend<br />

en initiërend beleid vanuit de diverse<br />

overheden is dringend gewenst, noodzakelijk<br />

zelfs, om de slag naar duurzaamheid<br />

te versnellen. Een mooi voorbeeld<br />

is de oproep van alle ceo’s in de Dutch<br />

Sustainable Growth Coalition aan de<br />

vooravond van Rio+20. Hier zijn, mede<br />

op aandringen van het bedrijfsleven,<br />

de eerste stappen gezet om onderhandelingen<br />

te starten over het tot stand<br />

brengen van sustainable development<br />

goals (sdg’s). Deze zouden zich moeten<br />

richten op terugdringing van armoede<br />

en voedselonzekerheid; vermindering<br />

van CO2-uitstoot en watergebruik, behoud<br />

van biodiversiteit, bescherming<br />

van bossen en verhoging van gebruik<br />

van hernieuwbare energie en recycling.<br />

Een concreet tijdpad is noodzakelijk om<br />

deze uitgangspunten uiterlijk in 2015 om<br />

te zetten in meetbare doelstellingen die<br />

per 2030 bereikt moeten zijn, en die door<br />

alle VN-lidstaten dienen te worden onderschreven.<br />

De sdg’s zouden een kader<br />

voor samenwerking met het bedrijfsleven<br />

moeten bevatten. De mogelijkheden<br />

voor publiek-private samenwerking op<br />

het gebied van duurzame ontwikkeling<br />

moeten maximaal worden benut. Zo<br />

worden we allemaal winnaars.’<br />

° Er is een duidelijk spanningsveld<br />

tussen de belangen van aandeelhouders<br />

en de duurzaamheidsgedachte van Unilever.<br />

In hoeverre zijn aandeelhouders klaar<br />

voor het gedachtegoed van Unilever? Aandeelhouders<br />

die geloven in onze langetermijnstrategie<br />

zijn van grote waarde voor<br />

ons bedrijf. Als we doorgaan zoals onze<br />

cijfers nu laten zien kunnen we aan het<br />

einde van het jaar vijftig miljard omzet<br />

rapporteren, dat is twaalf miljard meer<br />

dan drie jaar geleden. Dat is duurzame<br />

groei. Aandeelhouders worden uiteindelijk<br />

beloond wanneer wij zorgen voor<br />

onze consumenten. Aandeelhouders die<br />

snel geld willen verdienen en gericht zijn<br />

‘euroPA iS<br />

GeeN iDeAle<br />

omGeviNG<br />

om eeN BeDrijf<br />

Te lATeN<br />

GroeieN’<br />

op de korte termijn kunnen beter ergens<br />

anders in investeren.’<br />

° Een groeiende populatie en verbeterde<br />

levensstandaard bedreigen de<br />

wereldwijde voedselvoorziening. Vermoedelijk<br />

hebben we zeventig procent meer<br />

voedsel nodig in 2050. Hoe gaat Unilever<br />

met deze uitdaging om? ‘In het Unilever<br />

Sustainable Living Plan hebben wij een<br />

commitment afgegeven om met een extra<br />

vijfhonderdduizend kleine boeren samen<br />

te werken. Het zijn vaak deze mensen<br />

die met honger naar bed gaan. Dit<br />

stelt ons in staat om enerzijds het leven<br />

van de boer en zijn familie te verbeteren<br />

en anderzijds landbouwmethoden te<br />

optimaliseren, waardoor betere oogsten<br />

ontstaan. Duurzaamheid snijdt dus aan<br />

meerdere kanten, betere economische<br />

vooruitzichten voor de boer, duurzame<br />

productie van gewassen en milieu en<br />

een goed aanbod van grondstoffen voor<br />

Unilever. Win-win-win. Naast onze eigen<br />

initiatieven zijn we actief betrokken<br />

bij de zogeheten B20, waarin we advies<br />

uitbrengen aan de G20 op het gebied van<br />

food security. Unilever neemt hier een<br />

leidende rol.’<br />

° Uit eerdere berichtgeving blijkt dat<br />

Unilever zichzelf als doel heeft gesteld om<br />

in 2020 de omzet te verdubbelen van veertig<br />

naar tachtig miljard. Toch is de omzet<br />

de afgelopen jaren minder hard gegroeid<br />

dan die van de concurrentie. Hoe verklaart<br />

u dat en welke acties heeft u daarop<br />

ondernomen? ‘Wij hebben geen deadline<br />

gekoppeld aan onze verdubbeling. Het is<br />

een langetermijnstreven en vooral een<br />

mindset. Als je kijkt naar onze omzet<br />

drie jaar geleden en die van nu, zie je een<br />

IntervIew<br />

groei van bijna twaalf miljard. Onze navigatie<br />

staat juist afgesteld, dat blijkt ook<br />

weer uit onze recente halfjaarcijfers. In<br />

2011 waren we ook nog het best presenterende<br />

bedrijf op de AEX. Een model<br />

dat bijdraagt aan de samenleving is erg<br />

motiverend.’<br />

° Om bij de top in de sector te blijven<br />

behoren heeft u de beste mensen nodig.<br />

Hoe slaagt een bedrijf als Unilever<br />

daar in? ‘Unilever staat in vele landen,<br />

waaronder Nederland, nummer één als<br />

het gaat om het beste fast moving consumer<br />

goods-bedrijf om voor te werken.<br />

Dat geeft al aan dat we op juiste weg zijn<br />

om aantrekkelijk te zijn voor talenten<br />

en studenten. Daarnaast hebben we een<br />

leadership-programma waarin we onze<br />

mensen continu trainen en begeleiden<br />

om zich persoonlijk te ontwikkelen, onze<br />

strategie tot leven te brengen en over te<br />

brengen op andere medewerkers.’<br />

° Innovatie, dichter bij de consument<br />

staan en talent ontwikkelen staan hoog op<br />

Unilevers agenda. Wat hebben deze drie<br />

aspecten met elkaar te maken? ‘Alle drie<br />

de punten maken een belangrijk deel uit<br />

van onze strategie. Innovatie is cruciaal<br />

om consumenten te blijven voorzien in<br />

steeds veranderende behoeften en wensen.<br />

Meer dan dertig procent van onze<br />

omzet komt inmiddels uit nieuwe innovaties.<br />

Door dichtbij de consument te<br />

staan weten we direct wat de behoefte is.<br />

Het zijn de medewerkers van Unilever<br />

die het moeten waarmaken en daarvoor<br />

hebben we talenten nodig die begrijpen<br />

wat we willen bewerkstelligen en te allen<br />

tijde de consument centraal zetten in de<br />

manier waarop we werken. De consument<br />

bepaalt uiteindelijk hoe succesvol<br />

we zijn als bedrijf.’<br />

Anja Montijn-Groenewoud is<br />

managing director van Accenture Nederland.<br />

12 . <strong>management</strong> scope Accenture Special 2012 . 13


positionering voor de toekomst<br />

onder<br />

zoeK<br />

aeX-beDrijven<br />

zijn geen<br />

sterspelers<br />

De prestaties van de meeste AeX-bedrijven zijn niet<br />

slecht: er is groei, er worden winsten gerealiseerd.<br />

maar hoe goed is vijf procent groei als internationale<br />

concurrenten dubbele cijfers halen?<br />

maximaal<br />

100%<br />

50%<br />

minimaal<br />

0%<br />

industrie gemiddelde<br />

50%<br />

huidige prestaties<br />

Brasil Foods<br />

tekst jasper van der linden<br />

illustratie Aad Goudappel<br />

ASML<br />

industrie<br />

gemiddelde<br />

AEX<br />

Concurrenten<br />

High Performance<br />

Businesses<br />

maximaal<br />

100%<br />

onderzoeksmethode<br />

In het Accenture High Performance Business-onderzoek zijn de prestaties van AEX-bedrijven<br />

vergeleken met hun internationale concurrenten. In de studie worden de prestaties gemeten<br />

over de periode vanaf 2005 tot en met het tweede kwartaal van 2012. Recente prestaties wegen<br />

daarin aanzienlijk zwaarder dan resultaten die verder in het verleden liggen. Daarnaast wordt<br />

ook het toekomstperspectief bekeken. De onderzochte AEX-bedrijven worden vervolgens<br />

vergeleken met peers in hun eigen sector: 330 bedrijven in 29 sectoren. Data zijn afkomstig<br />

van Standard & Poor’s en Bloomberg. In de analyse zijn alle AEX-bedrijven meegenomen,<br />

behalve Corio en Unibail Rodamco. Deze bedrijven hebben een ander verdienmodel en<br />

kunnen daardoor niet worden gebenchmarkt met de HPB-onderzoeksmethodologie.<br />

De huidige prestaties zijn geanalyseerd op basis van vier prestatie-indicatoren:<br />

1. Aandeelhouderswaarde creatie (TRS, total return to shareholders)<br />

2. Rendement op investeringen (ROIC, return on invested capital)<br />

3. Omzetgroei<br />

4. Consistentie van de resultaten (hier is gekeken hoe vaak het bedrijf in een periode van<br />

zeven jaar bovengemiddeld presteert wat betreft TRS, ROIC en omzetgroei)<br />

De positionering voor de toekomst wordt gemeten op basis van vier prestatie-indicatoren:<br />

5. Toekomstige groeiverwachting door de markt (future value)<br />

6. Winstpotentieel<br />

7. Positionering in groeimarkten<br />

8. Vermogen om groei te financieren<br />

een rol spelen in de wereldeconomie,<br />

dat is topsport.<br />

Het tempo ligt hoog, de<br />

spelsituatie verandert doorlopend<br />

en behendigheid bepaalt de kans<br />

op een overwinning. In een wereld waarin<br />

verandering en onzekerheid doorlopend<br />

overheersen, is het realiseren van<br />

high performance bepaald geen gemakkelijke<br />

opgave.<br />

Het World Economic Forum concludeerde<br />

afgelopen maand dat Nederland<br />

tot de meest concurrerende economieën<br />

ter wereld behoort. Nederland valt onder<br />

meer op door het grote internationale<br />

vertrouwen, een goede kredietrating en<br />

lage inflatie. Verder wordt de infrastructuur<br />

geprezen, met havens die op een<br />

tweede plaats staan.<br />

Als we Nederland echter vergelijken<br />

met Duitsland, zien we twee belangrijke<br />

zaken: Duitsland is minder afhankelijk<br />

van Europa en Duitse producten zijn<br />

competitiever dan Nederlandse producten.<br />

Duitsland exporteert maar veertig<br />

procent van het Bruto Binnenlands Product<br />

naar landen in de eurozone, terwijl<br />

dat voor Nederland ongeveer twee derde<br />

is. Daardoor is Duitsland veel minder<br />

gevoelig voor problemen binnen de eurozone<br />

en profiteert het van de vraag uit<br />

Amerika en vooral Azië.<br />

Maar wat betekenen deze uiteenlopende<br />

beschouwingen voor het Nederlandse<br />

bedrijfsleven en hoe staat zij er<br />

eigenlijk voor? Het Accenture High Performance<br />

Business-onderzoek vergelijkt<br />

de prestaties van AEX-bedrijven met de<br />

prestaties van hun internationale concurrenten.<br />

Daarbij wordt zowel teruggeblikt<br />

als vooruitgekeken.<br />

High performance businesses zijn bedrijven<br />

die hun concurrenten continu<br />

overtreffen. Ze behoren tot een kleine<br />

groep topbedrijven binnen hun sector.<br />

Om een high performance business te<br />

zijn, moet een bedrijf tot de beste 25 procent<br />

op het vlak van huidige performance<br />

behoren én tot de beste 25 procent op het<br />

vlak van positionering voor de toekomst<br />

binnen zijn eigen industrie gerekend<br />

kunnen worden. Bedrijven die tot deze<br />

groep behoren, zitten in de kopgroep.<br />

MInder concurrerend<br />

Op alle acht prestatie-indicatoren scoren<br />

AEX-bedrijven gemiddeld lager dan<br />

hun concurrenten. Met uitzondering<br />

uitblinkers<br />

shell blijft ambitieus<br />

1. Aandeelhouderswaarde creatie<br />

Shell is sinds kort wat betreft omzet<br />

het grootste bedrijf ter wereld en<br />

domineert de AEX. De TRS steeg in<br />

2011 met zestien procent, waar de<br />

industrie een vooruitgang liet zien<br />

van slechts drie procent. De winst<br />

steeg vorig jaar tot bijna 24 miljard<br />

euro, ruim acht miljard meer dan een<br />

jaar eerder. Shell genereert hierdoor<br />

meer waarde voor de aandeelhouders<br />

(TRS) dan de meeste concurrenten<br />

binnen de industrie. Waar concurrenten<br />

als BP, Eni en Repsol in de<br />

jaren 2009 en 2010 hun dividend fors<br />

verlaagden, bleef Shell het dividend<br />

juist verhogen.<br />

ryanair profiteert van crisis<br />

2. Rendement op investeringen (ROIC)<br />

Prijsvechter Ryanair heeft geprofiteerd<br />

van de voordelen als nieuwe<br />

toetreder. De ROIC van Ryanair is<br />

bijna tweemaal zo hoog als het gemiddelde<br />

binnen de industrie, omdat<br />

Ryanair haar assets efficiënter weet in<br />

te zetten dan haar concurrenten. Het<br />

bedrijf maakt gebruik van goedkope<br />

luchthavens, heeft een jong en goedkoop<br />

personeelsbestand en is goed<br />

in kostenbeheersing. Daarmee komt<br />

Ryanair tot een goed rendement op<br />

iedere geïnvesteerde euro.<br />

asMl blijft investeren<br />

3. Omzetgroei<br />

ASML is de sterspeler van de AEX.<br />

Het bedrijf werkt met hoogopgeleid<br />

personeel, innoveert doorlopend en<br />

groeit als kool: sinds 2006 jaarlijks<br />

met zestien procent. ASML heeft een<br />

marktaandeel van tachtig procent<br />

verworven. In juli 2012 stelde ASML<br />

grote klanten in staat aandeelhouder<br />

en investeerder te worden in de<br />

nieuwste ASML-machines, die chips<br />

met meer capaciteit voor snellere<br />

smartphones kunnen produceren.<br />

ASML haalde op deze manier onder<br />

meer Intel binnen als investeerder<br />

voor een bedrag van 3,3 miljard euro.<br />

Accenture Special 2012 . 15


onderzoeK<br />

colgate is<br />

concurrenten te slim af<br />

4. Consistentie<br />

Jaar in jaar uit presteert Colgate-<br />

Palmolive op ROIC, TRS en<br />

omzetgroei beter dan de concurrentie.<br />

Het dividend is inmiddels<br />

gedurende 49 opeenvolgende jaren<br />

verhoogd. Colgate’s sterke aanwezigheid<br />

in opkomende markten is<br />

goed voor meer dan de helft van de<br />

totale omzet. Het bedrijf biedt succesvol<br />

tegenwicht aan bijvoorbeeld<br />

Procter & Gamble in Latijns-Amerika,<br />

maar wapent zich ook prima<br />

tegen een zwakkere vraag uit de<br />

VS en Europa. Nieuwe innovatieve<br />

producten zorgen voor wereldwijde<br />

risicospreiding, ook in volumes.<br />

winnaarsmentaliteit<br />

bij ab Inbev<br />

5. Toekomstig bedrijfspotentieel<br />

De grootste brouwer ter wereld en<br />

concurrent van Heineken. Voor de<br />

overname van Grupo Modelo, de<br />

producent van het bekende Coronabier,<br />

kon AB Inbev razendsnel<br />

twintig miljard uit de markt trekken<br />

bij zowel aandeelhouders als<br />

banken. Er werd voor 7,5 miljard<br />

dollar aan obligaties uitgegeven en<br />

AB InBev had al een extra bankkrediet<br />

geregeld van veertien miljard<br />

dollar.<br />

vopak balanceert talentvol<br />

6. Winstpotentieel<br />

Koninklijke Vopak is wereldmarktleider<br />

op het gebied van opslag<br />

en aan- en afvoer van vloeibare<br />

olieproducten en gassen. Vopak heeft<br />

de hoogste EBITA-marge binnen<br />

zijn industrie en verwacht verdere<br />

groei in de nabije toekomst. Volgens<br />

analisten heeft Vopak de potentie om<br />

haar operating margin de komende<br />

drie jaar te verdubbelen. Vopak<br />

maakt perfect gebruik van de geografische<br />

onbalans tussen productie<br />

en consumptie en de onderneming<br />

wordt weinig beïnvloed door de<br />

volatiele olieprijs.<br />

16 . <strong>management</strong> scope<br />

van ASML bevindt geen van de bedrijven<br />

zich op beide dimensies – huidige prestaties<br />

en positionering voor de toekomst −<br />

aan de top. AEX-bedrijven waren de afgelopen<br />

zeven jaar gemiddeld minder<br />

winstgevend dan hun concurrenten en<br />

groeiden minder hard. Zo groeiden de<br />

internationale concurrenten de afgelopen<br />

zeven jaar gemiddeld 25,3 procent harder<br />

dan bedrijven aan de AEX. Opvallend detail<br />

is dat AEX-bedrijven verder achterop<br />

zijn geraakt na de uitbraak van de crisis<br />

in 2008, zowel op huidige prestaties als op<br />

positionering voor de toekomst.<br />

Het resultaat van de prestaties van<br />

AEX-bedrijven is zichtbaar in een lagere<br />

aandelenwaarde en de geringe investeringsbereidheid<br />

van banken en investeerders.<br />

De total return to shareholders is<br />

over de laatste zeven jaar gemiddeld bijna<br />

dertien procent lager dan die van buitenlandse<br />

bedrijven. De AEX-bedrijven<br />

kunnen niet over voldoende kapitaal beschikken<br />

om met de concurrentie mee te<br />

groeien. Daarnaast zijn ze minder sterk<br />

actief in opkomende markten, waardoor<br />

ze minder goed in staat zijn om de klappen<br />

op te vangen in West-Europa.<br />

veel dIvIdend<br />

Toch hebben Nederlandse bedrijven tot<br />

2009 relatief veel dividend uitgekeerd.<br />

Verschillende AEX-bedrijven hebben<br />

hun beleid inmiddels bijgesteld, maar<br />

het vrijkomende kapitaal is tot nu toe<br />

meer aangewend voor herstellen van de<br />

financiële huishouding dan voor investeringen.<br />

De resultaten van de HPB-studie<br />

bevestigen dit: de cashpositie verslechterde<br />

voor vrijwel alle bedrijven in 2008.<br />

De high performers herstelden na 2009<br />

en kregen weer oog voor investeringen.<br />

Door de teruglopende winsten en het uitkeren<br />

van dividend bleef er weinig geld<br />

over voor investeringen, bijvoorbeeld<br />

in r&d. De AEX-bedrijven brachten na<br />

2009 hun investeringen terug naar het<br />

niveau van 2007. High performers verhoogden<br />

juist de r&d-budgetten: in 2010<br />

en 2011 investeerden ze ten opzichte van<br />

hun omzet tweemaal zoveel.<br />

hoe nu verder?<br />

Meekomen in de wereldeconomie is top-<br />

sport. De uitkomsten van het Accentureonderzoek<br />

laten zien dat voor vrijwel alle<br />

AEX-bedrijven de lat hoog ligt. Hoe te<br />

komen tot betere prestaties? Allereerst<br />

zullen Nederlandse bedrijven hun investeringsagenda<br />

op orde moeten brengen<br />

zodat ze, voordat de lifecycle van hun huidig<br />

succes afloopt, een nieuw succes in de<br />

grondverf hebben staan. Op de tweede<br />

plaats kan een aangepaste en geoptimaliseerde<br />

strategie pas tot goede resultaten<br />

leiden als de organisatie zelf in staat is tot<br />

een effectieve en succesvolle executie van<br />

de plannen. Het gaat dan om mensen en<br />

middelen, om beweeglijkheid en leiderschap.<br />

Permanente onzekerheid en volatiliteit<br />

vragen om grote wendbaarheid<br />

en flexibiliteit. High performers zijn daar<br />

keer op keer succesvol in: ze zijn agile.<br />

non-stoP InnovatIe<br />

Bedrijven die een succesvol product of<br />

baanbrekende technologie op de markt<br />

brengen, krijgen vaak te maken met een<br />

geleidelijk verloop van het succes van<br />

een innovatie. Dit gaat vaak volgens een<br />

vast patroon; early adopters zorgen voor<br />

een snelle uptake. Na de acceptatie door<br />

een grotere groep gebruikers zwakt de<br />

groei af. High performers zijn succesvol<br />

in het goed op elkaar laten aansluiten van<br />

opeenvolgende innovaties, waardoor ze<br />

kunnen blijven groeien. Het is zaak om<br />

een nieuwe groeicurve te realiseren voordat<br />

verzadiging bereikt is.<br />

Bedrijven moeten er rekening mee<br />

houden dat innovaties en groeicurves<br />

elkaar steeds sneller opvolgen. De<br />

AlleeN ASml<br />

BeviNDT<br />

zich AAN De<br />

ABSoluTe ToP<br />

houdbaarheid van intellectueel eigendom<br />

is beperkt en nieuwe technologie<br />

ontwikkelt zich steeds sneller en breder.<br />

De vorm (en de duur) van een groeicurve<br />

is bovendien onvoorspelbaar,<br />

want van de ene op de andere dag kan<br />

een succesvol product worden gemaakt<br />

of gebroken.<br />

De tijd dat nieuwe inzichten nog voornamelijk<br />

van de eigen onderzoeksafdeling<br />

afkomstig zijn ligt achter ons en samenwerking<br />

met klanten, universiteiten<br />

en toeleveranciers is noodzakelijk. Deze<br />

ideeën moeten vervolgens sneller worden<br />

vertaald in concrete producten en sneller<br />

op de markt worden geïntroduceerd om<br />

de innovatie succesvol te maken. Ondernemingen<br />

die jaar in jaar uit succesvol<br />

zijn, slagen erin om een groot percentage<br />

van hun omzet te genereren met producten<br />

of diensten die ze vrij recentelijk<br />

geïntroduceerd hebben. Het bekendste<br />

voorbeeld hiervan is Apple, dat de iPhone<br />

introduceerde omdat niet mp3-spelers<br />

maar smartphones de grootste concurrent<br />

bleken te worden van de iPod. Op<br />

het moment dat de iPhone de early adoptersfase<br />

was gepasseerd, was Apple al begonnen<br />

met de introductie van de eerste<br />

generatie iPad.<br />

Voor een goede groeicurve kunnen<br />

bedrijven niet zonder een topidee. Maar<br />

naast een snelle realisatie van een tweede<br />

of volgende curve is ook marktinzicht<br />

onontbeerlijk. Het kunnen zetten van<br />

de volgende stap vraagt om voldoende<br />

kracht, schaalgrootte en de juiste mensen.<br />

Organisaties moeten tijdig anticiperen op<br />

bedreigingen voor het eerste succes, zoals<br />

een ongewenst verloop in de top van het<br />

bedrijf, het verlopen van patenten of het<br />

verliezen van exclusiviteit.<br />

hIgh PerforMers zIjn flexIbel<br />

Agility is een typisch <strong>management</strong>begrip:<br />

vaag en complex, en het is de vraag of ie-<br />

dere executive het over de betekenis eens<br />

is. Waar veel executives het in ieder geval<br />

wél over eens zijn, is dat veel bedrijven<br />

niet meer in staat zijn om snel te reageren.<br />

Door eindeloze kostbesparingen is<br />

de lenigheid van veel ondernemingen<br />

geslonken. Ze hebben bij het doorvoeren<br />

van hyperefficiency veel flexibiliteit<br />

ingeleverd. Denk aan de wereldwijde<br />

supply chains van bijvoorbeeld Japanse<br />

hardwareproducenten. Ook Europese bedrijven<br />

liepen vast door gebrek aan half-<br />

fabricaten toen Japan te maken kreeg met<br />

sterke aardbevingen.<br />

ASML daarentegen zorgt voor de<br />

broodnodige flexibiliteit via een ecosysteem<br />

van partners dat goed meebeweegt.<br />

ASML kan gemakkelijk en tijdig op- en<br />

afschalen wanneer het wat moeilijker of<br />

juist harder gaat.<br />

Investeren In veranderIng<br />

High performers gedijen goed in veranderlijke<br />

omstandigheden. Ze beschouwen<br />

aanhoudende onzekerheid als een doorlopende,<br />

positieve uitdaging. Voor hen<br />

levert onzekerheid méér opties op − en ze<br />

waken ervoor om te veel op lean-zijn te<br />

vertrouwen. In plaats daarvan excelleren<br />

ze in vier eigenschappen. Ze zijn goed in<br />

anticiperen: het ontwikkelen van een visie<br />

ten aanzien van ontwikkelingen zoals<br />

vergrijzing, veranderende consumentenvoorkeuren<br />

of opkomende markten. Ze<br />

zijn ook omgevingsbewust en goed in<br />

staat om trends waar te nemen, te analyseren<br />

en te vertalen naar bedrijfsvoering.<br />

Agile bedrijven zijn er bedreven in hun<br />

processen en structuren regelmatig aan<br />

te passen. Zij zorgen tijdig voor het juiste<br />

talent in de organisatie, wisselen ideeën<br />

sneller uit en komen eerder in actie dan<br />

hun concurrenten.<br />

Dat laatste – eerder in actie komen –<br />

brengt ons bij de meest belangrijke eigenschap<br />

van agile ondernemingen. Zij zijn<br />

bovenal responsief: gericht op snel beslissen,<br />

vlot reageren en het heft in handen<br />

nemen. Responsiviteit is geen onderwerp<br />

dat men voor morgen op de boardroomagenda<br />

laat zetten, iedereen kan er<br />

vandaag mee beginnen. Kortom, onzekerheid<br />

is een continue bron van nieuwe<br />

kansen.<br />

unilever: duurzame<br />

groeikampioen<br />

7. Positionering in groeimarkten<br />

Unilever-ceo Paul Polman heeft<br />

gekozen voor een duidelijke focus:<br />

minder merken en meer gerichtheid<br />

op opkomende economieën.<br />

Analisten zijn enthousiast, de doelstellingen<br />

zijn ambitieus: Unilever<br />

mikt op een verdubbeling van de<br />

omzet. Unilever groeit vergeleken<br />

met de Europese markt drie keer zo<br />

hard in opkomende markten, waar<br />

het nu al 56 procent van de omzet<br />

vandaan haalt. Het bedrijf is daardoor<br />

beter in staat de klappen van<br />

de crisis in Europa op te vangen,<br />

terwijl concurrenten als Danone,<br />

PepsiCo en Procter & Gamble<br />

drastisch in het personeelsbestand<br />

moeten snijden.<br />

vimpelcom,<br />

rising star in telecom<br />

8. Vermogen om groei te financieren<br />

VimpelCom is in de telecombusiness<br />

de vijfde speler na China<br />

Mobile, Vodafone, Telefónica en<br />

América Móvil. Het bedrijf heeft<br />

tien brands die wereldwijd goed<br />

zijn voor 782 miljoen klanten.<br />

VimpelCom heeft een hoge marktverwachting:<br />

de geschatte relatieve<br />

future value was in 2011 vijf maal<br />

zo groot als die van haar concurrenten.<br />

Het bedrijf legt het accent<br />

op regio’s waar de mobiele markt<br />

de komende jaren sterk zal groeien<br />

(zoals Rusland, Oekraïne, Azië en<br />

delen van Afrika). Het bedrijf is<br />

daarnaast goed voorbereid op de<br />

transformatie van telecom- naar<br />

dataservicesleverancier.<br />

Jasper van der Linden is<br />

strategieconsultant bij Accenture Nederland.<br />

Accenture Special 2012 . 17


HigH perFormance business: key FinDings infographic<br />

top-10 high performers tussen 2005 en 2012<br />

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10<br />

SABIC<br />

Chemie<br />

Saoedi-Arabië<br />

Samsung<br />

Elektronica<br />

Zuid-Korea<br />

China Construction<br />

Bank<br />

Banken<br />

China<br />

TJX<br />

Warenhuizen<br />

VS<br />

Prestaties van bedrijven per regio in de wereld<br />

Top 25%<br />

Bovengemiddeld<br />

Ondergemiddeld<br />

Laatste 25%<br />

32<br />

23<br />

19<br />

13<br />

87<br />

3<br />

1<br />

1<br />

bedrijven<br />

in VS &<br />

Canada<br />

Colgate<br />

HPC<br />

VS<br />

6<br />

bedrijven<br />

in Zuid-<br />

Amerika<br />

hPb-onderzoeksmethodologie<br />

In de Accenture HPB-studie zijn de prestaties van AEX-bedrijven vergeleken<br />

met hun internationale concurrenten. In de studie worden de prestaties<br />

gemeten over de periode vanaf 2005 tot en met het tweede kwartaal van 2012.<br />

Recente prestaties wegen daarin aanzienlijk zwaarder dan resultaten die verder<br />

in het verleden liggen. Daarnaast wordt ook het toekomstperspectief bekeken.<br />

De onderzochte AEX-bedrijven worden vervolgens vergeleken met hun<br />

‘peers’: 330 bedrijven in 29 sectoren. Data is afkomstig van Standard & Poor’s<br />

(Capital IQ) en Bloomberg.<br />

BG<br />

Olie & gas<br />

VK<br />

148<br />

39,0%<br />

2008<br />

BHP Billiton<br />

Metaal<br />

Australië<br />

bedrijven in<br />

Noord- en<br />

West-Europa<br />

Coca Cola<br />

Levensmiddelen<br />

VS<br />

ICBC<br />

Banken<br />

China<br />

23 9 5<br />

42<br />

35<br />

48<br />

42<br />

11<br />

17<br />

10<br />

bedrijven in<br />

Zuid-Europa<br />

Telenor<br />

Telecom<br />

Noorwegen<br />

Gemiddelde HPB-score van een AEX-bedrijf van 2008 tot nu<br />

33,9%<br />

2009<br />

28,5%<br />

2010<br />

daarvan in<br />

Nederland<br />

2<br />

4<br />

2<br />

27,0%<br />

2011<br />

2<br />

1<br />

3<br />

bedrijven in<br />

het Midden-<br />

Oosten<br />

29,8%<br />

2012<br />

de 10 snelste stijgers in het afgelopen jaar<br />

Shootmedia<br />

18 . <strong>management</strong> scope<br />

Accenture Special 2012 . 19<br />

4<br />

3<br />

1<br />

37%<br />

Mitac<br />

Navigatie<br />

Taiwan<br />

30<br />

bedrijven in<br />

Japan, Zuid-Korea,<br />

Singapore, Hong<br />

Kong en Rusland<br />

100<br />

7<br />

3<br />

13<br />

7<br />

8<br />

bedrijven in<br />

China, India<br />

3<br />

bedrijven in<br />

Australië<br />

75<br />

50<br />

25<br />

0<br />

2<br />

1<br />

HPB-score<br />

35%<br />

Lloyds<br />

Banken<br />

VK<br />

De<br />

gemiddelde<br />

HPB-score is<br />

50%<br />

30% 30% 29% 29%<br />

Technip<br />

Grondstoffen<br />

Services<br />

Frankrijk<br />

Telecom<br />

Rendement op<br />

investeringen<br />

(ROIC)<br />

Aandeelhouderswaarde<br />

creatie<br />

(TRS)<br />

Kellogg<br />

Levensmiddelen<br />

VS<br />

35%<br />

Fugro<br />

Grondstoffen<br />

Services<br />

Nederland<br />

resultaten per industrie<br />

Winstmarge afgelopen jaar<br />

Bier en<br />

drank<br />

Omzetgroei<br />

ABI<br />

Bier en drank<br />

België<br />

Olie en gas<br />

24% 24% 24% 23%<br />

Citigroup<br />

Banken<br />

VS<br />

Technologie<br />

Nippon Steel<br />

Metaal<br />

Japan<br />

Levensmiddelen<br />

Beiersdorf<br />

Levensmiddelen<br />

Duitsland<br />

Financiële<br />

dienstverlening<br />

Consistentie<br />

Huidige prestaties Toekomstig<br />

bedrijfs potentieel<br />

Positionering voor de<br />

toekomst<br />

81,1%<br />

82,4%<br />

78,3%<br />

50,5%<br />

46,7%<br />

50,8% 42,2%<br />

25%<br />

hPb-score per prestatie-indicator<br />

High performers<br />

51,8%<br />

3%<br />

84,4%<br />

31,5%<br />

Concurrenten<br />

1%<br />

1%<br />

51,1%<br />

39,8%<br />

21% 20% 17%<br />

2%<br />

Omzetgroei afgelopen jaar<br />

1%<br />

73,2%<br />

51,3%<br />

34,1%<br />

35,3%<br />

51,5%<br />

-6%<br />

77,3%<br />

50,7%<br />

44,2%<br />

40,7%<br />

AEX<br />

8%<br />

4%<br />

Winst potentieel<br />

51,0%<br />

15%<br />

13%<br />

11%<br />

74,4%<br />

72,9%<br />

Singapore<br />

Airlines<br />

Luchtvaart<br />

Singapore<br />

Elektronica<br />

Luchtvaart<br />

Positionering in<br />

groeimarkten<br />

Vermogen<br />

om groei te<br />

financieren


case<br />

asml verkruimelt<br />

concurrentie<br />

ASml is een high performance business bij uitstek. De<br />

producent van lithografiemachines heeft al zijn concurrenten<br />

weggevaagd. met name dankzij continue investeringen in<br />

r&d en de durf om risico’s te nemen. tekst Paul Groothengel<br />

eind 2008 hees ASML de<br />

stormbal. De omzet was in<br />

twee maanden met meer<br />

dan dertig procent in elkaar<br />

geklapt. En dus gooide ASML alle freelancers<br />

eruit en vroeg voor elfhonderd<br />

werknemers werktijdverkorting aan bij<br />

Sociale Zaken. Ruim een jaar later was<br />

dankzij de aantrekkende vraag naar<br />

onder andere iPhones, Blackberry’s en<br />

tablets de vraag naar de lithografiemachines<br />

van ASML alweer zo hoog, dat de<br />

r&d-ingenieurs moesten bijspringen in<br />

de fabriek. Deze zomer nam chipfabrikant<br />

Intel een belang van vijftien procent<br />

in toeleverancier ASML, en investeert Intel<br />

bovendien 829 miljoen euro in onderzoek<br />

naar en ontwikkeling van nieuwe<br />

lithografiemachines. Totale investering:<br />

3,3 miljard euro.<br />

Kortom, het kan verkeren in de uiterst<br />

volatiele chipsector. Dat is direct zichtbaar<br />

in de grillige resultaten van ASML.<br />

Ook beleggers kunnen hierover meepraten,<br />

de beurskoers van ASML jojode<br />

de afgelopen vijf jaar tussen de 11 en 45<br />

euro, en ging het laatste jaar in een rechte<br />

streep omhoog. ASML is zeer afhankelijk<br />

van de vraag naar apparaten die bol<br />

staan van de chips. De afgelopen jaren<br />

zijn die chips steeds sneller, kleiner, slimmer,<br />

energiezuiniger en beter betaalbaar<br />

geworden, een ontwikkeling waaraan<br />

ASML met haar lithografiemachines een<br />

belangrijke bijdrage heeft geleverd.<br />

uItbreIdIng MarKtaandeel<br />

De voormalige Philips-dochter ASML<br />

(voluit Advanced Semiconductor Materials<br />

Lithography) was in 2011 goed voor<br />

een omzet van 5,6 miljard euro, in een<br />

chipsector waar in dezelfde periode wereldwijd<br />

zo’n 250 miljard euro werd omgezet.<br />

De multinational telt inmiddels 55<br />

vestigingen in zestien landen.<br />

Het bedrijf werd in 1984 opgericht als<br />

een joint venture tussen ASM International<br />

en Philips, met als doel een steppermachine<br />

van Philips op de markt te<br />

brengen. Oorspronkelijk was de startup<br />

De BeurSkoerS<br />

vAN<br />

ASml GiNG<br />

heT lAATSTe<br />

jAAr iN eeN<br />

rechTe STreeP<br />

omhooG<br />

gevestigd in een houten noodgebouwtje<br />

op het voormalige Natlab-terrein van<br />

Philips, het terrein dat nu is uitgegroeid<br />

tot de huidige Eindhovense High-Tech<br />

Campus.<br />

Na de eerste successen bracht Philips<br />

zijn dochter in 1995 naar de beurs. Onder<br />

leiding van topman Willem Maris<br />

en toptechnoloog Martin van den Brink<br />

werd de productiecapaciteit in Veldhoven<br />

verdubbeld. In 1998 was ASML<br />

opgeklommen tot de tweede plek op de<br />

wereldranglijst van chipmachineverkopers.<br />

In 1999 kocht ASML een branchegenoot,<br />

het Amerikaanse MaskTools. Het<br />

marktaandeel was toen opgelopen tot 37<br />

procent.<br />

Op 21 mei 2001 fuseerde ASML met<br />

Silicon Valley Group Lithography en betrad<br />

met succes de Japanse markt. Dat<br />

was pikant en veelzeggend, want dat was<br />

nou net de thuismarkt van de directe (en<br />

grootste) concurrenten Nikon en Canon.<br />

In 2002 werd ASML wereldmarktleider<br />

in chipmachines, een positie die gestaag<br />

werd uitgebreid. Nu is het marktaandeel<br />

van ASML gestegen tot boven de tachtig<br />

procent.<br />

De meeste klanten van ASML zitten in<br />

Azië: vorig jaar leverde ASML 66 procent<br />

van haar machines af in deze regio,<br />

25 procent in de VS (Intel) en negen pro-<br />

cent in Europa. ASML geeft veel geld uit<br />

aan onderzoek en ontwikkeling; in 2011<br />

werd bijna zeshonderd miljoen euro aan<br />

r&d uitgegeven, meer dan tien procent<br />

van de totale omzet.<br />

Wat verklaart de geweldige groei van<br />

ASML? Enerzijds de spectaculair groeiende<br />

vraag naar chips: fabrikanten van<br />

smartphones, tablets, pc’s en andere elektronica<br />

lanceren om de haverklap nieuwe<br />

generaties. Dat vergt niet alleen meer<br />

chips, maar ook chips die steeds meer<br />

kunnen en steeds sneller werken. Leidend<br />

in de chipsector is het aloude adagium<br />

van de Amerikaan Gordon Moore<br />

(mede-oprichter van Intel) uit 1965: deze<br />

Wet van Moore zegt dat het aantal transistors<br />

in een geïntegreerde schakeling<br />

door de technologische vooruitgang elke<br />

anderhalf jaar verdubbelt. Een cruciale<br />

factor in die groei is de verbetering van<br />

de lithografische resolutie van de chipmachines.<br />

En daar komen we bij de tweede<br />

verklaring voor de groei van ASML:<br />

niet alleen de totale markt is enorm gegroeid,<br />

in die markt wist ASML dermate<br />

te excelleren op technologisch vlak, dat<br />

het zijn concurrenten vrijwel heeft weggevaagd.<br />

Van iedere vijf lithografiemachines<br />

die chipproducenten als Intel en<br />

Samsung bestellen, komen er inmiddels<br />

meer dan vier uit de stal van ASML.<br />

rIsIco’s neMen<br />

Lithografie is een van de technisch meest<br />

complexe processen bij de fabricage van<br />

halfgeleiders. ASML is wereldwijd een<br />

technologische koploper op dit terrein.<br />

Dat is volgens insiders vooral te danken<br />

aan één Willie Wortel: dat is de toptechneut<br />

Martin van den Brink (55) die al<br />

vanaf de start in 1984 de technologieafdeling<br />

van ASML leidt, sinds 1995 vicepresident<br />

technology is en sinds 1999 in de<br />

raad van bestuur zit, met technologie en<br />

Score Score High Performance High Performance Business Businesses ASML<br />

Huidige prestatiesHuidige<br />

prestaties ASML<br />

1. Aandeelhouderswaarde Aandeelhouderswaarde creatie (TRS) creatie<br />

2. Rendement op investeringen Winstgevendheid<br />

(ROIC)<br />

3. Omzetgroei<br />

Omzetgroei<br />

marketing in zijn portefeuille. Met zijn<br />

vindingen stelde Van den Brink de halfgeleiderindustrie<br />

in staat steeds meer lijnen<br />

te etsen op een vierkante centimeter<br />

silicium.<br />

In december vorig jaar ontving Van<br />

den Brink een eredoctoraat van de Universiteit<br />

van Amsterdam, vanwege ‘zijn<br />

grote verdiensten en succes voor de halfgeleiderindustrie’.<br />

Hij wist, aldus de UvA,<br />

‘door zijn visie en ongeëvenaarde durf<br />

een continue stroom van innovaties naar<br />

20 . <strong>management</strong> scope Accenture Special 2012 . 21<br />

ASML<br />

4. Consistentie<br />

Consistentie<br />

Positionering voor ASML de toekomst voor de toekomst<br />

5. Toekomstig Toekomstige bedrijfspotentieel groeiverwachting<br />

6. Winstpotentieel Positionering in groeimarkten<br />

7. Positionering Toekomstige in groeimarkten winstgevendheid<br />

8. VermogenKapitaal om groeiom te financieren groei te financieren<br />

minimaal<br />

0%<br />

industrie<br />

gemiddelde<br />

50%<br />

maximaal<br />

100%


een industriële schaal te brengen, ook als<br />

de wetenschap zelf nog terughoudend<br />

is.’ Van den Brink bleef er bescheiden<br />

onder, blijkt uit een interview dat hij gaf<br />

aan het Eindhovens Dagblad: ‘Ik wil niet<br />

meer claimen dan ik ben. Het succes van<br />

ASML kent vele vaders.’ Over risico’s nemen<br />

zei hij: ‘Als we alleen dingen zouden<br />

doen waar we tevoren zeker van zijn, dan<br />

maken we geen meter voortgang. Het gaat<br />

erom de juiste balans te vinden tussen<br />

risico nemen versus de rem erop. Je niet<br />

laten leiden door een fata morgana, maar<br />

reëel inschatten welke kansen een bepaalde<br />

richting heeft.’<br />

Intel staPt In asMl<br />

Op dit moment werkt ASML hard aan de<br />

nieuwe EUV-techonologie (extreme ultraviolet<br />

technology, zie kader). Er is al ruim<br />

een miljard euro in de ontwikkeling hiervan<br />

gestoken, zegt Van den Brink. ‘Ons<br />

doel is dat we met deze nieuwe machines<br />

in 2013 tenminste honderd wafers per<br />

uur kunnen belichten. Bij EUV maken we<br />

gebruik van licht uit plasma, opgewekt uit<br />

tin. Dat is een ingewikkeld proces. Toch<br />

weet ik zeker dat we deze en nog een paar<br />

hordes zullen nemen en dat EUV de toekomst<br />

heeft. Deze technologie gaat ons<br />

de komende tien jaar chips brengen met<br />

details tot onder de tien nanometer.’ Dat<br />

die EUV-technologie cruciaal is, weet<br />

ook Intel, ASML’s grootste klant. Begin<br />

juli werd de internationale chipsector<br />

opgeschud door spectaculair nieuws: Intel<br />

neemt een belang van vijftien procent<br />

in ASML. ASML haalt hiermee geld binnen<br />

voor verder onderzoek naar extreme<br />

ultraviolet technology en silicon wafer<br />

technology. Beide technologieën moeten<br />

tussen 2015 en 2020 in gebruik worden<br />

genomen. De kosten voor deze stappen<br />

zijn zo groot dat ze nauwelijks meer zijn<br />

op te brengen door een enkele onderneming.<br />

Een woordvoerder van ASML zei<br />

bij de bekendmaking van de deal met Intel:<br />

‘We willen dat de hele industrie meedoet.<br />

Het draait eigenlijk allemaal om<br />

het spreiden van de risico’s.’ Een maand<br />

later tekende twee andere klanten, het<br />

Taiwanese TSMC en het Zuid-Koreaanse<br />

Samsung, een soortgelijke deal, waarbij<br />

ze acht procent van ASML kochten en<br />

beide voor 276 miljoen euro investeren<br />

in het onderzoeksprogramma van ASML.<br />

Deze vergaande samenwerking tussen<br />

ASML en haar klanten moet ertoe leiden<br />

dat de Wet van Moore de komende jaren<br />

nog steeds opgaat. Door deze samenwerking<br />

met cruciale afnemers zijn de<br />

laatste concurrenten van de techneuten<br />

uit Veldhoven op verdere achterstand<br />

geraakt. Het enige dat de concurrenten<br />

de technologie van asMl<br />

ASML maakt wafer steppers, volautomatische apparaten die met<br />

sterk geconcentreerd licht lijntjes trekken in schijven (wafers)<br />

gemaakt van silicium. Die lijntjes vormen de honderden miljoenen<br />

elektronische schakelingen in een chip. Uit één schijf haalt<br />

chipfabrikant Intel honderden chips. De kunst in deze sector is om<br />

steeds meer schakelingen kwijt te kunnen op een siliciumschijf;<br />

dat krijgt ASML voor elkaar door steeds dunnere lijntjes te<br />

tekenen. De nauwkeurigheid van die lijntjes wordt uitgedrukt in<br />

nanometers, een miljoenste van een millimeter.<br />

De strategie van AMSL is om dat voor de nieuwste machines te<br />

doen met extreme ultraviolet technology. Hierbij wordt gewerkt<br />

met extreem ultraviolet licht, waardoor het licht niet meer wordt<br />

gebundeld via tientallen lenzen, maar wordt geconcentreerd<br />

via tientallen spiegels. Zo kan de machine nog dunnere lijntjes<br />

trekken, de kleinste componenten zijn niet groter dan zestien<br />

nanometer. Ter vergelijking: een mensenhaar heeft een dikte van<br />

tachtigduizend nanometer.<br />

ASML-technologie zit dus in de haarvaten van smartphones,<br />

tablets, pc’s, laptops en webservers: elke nanometer vooruitgang<br />

die de ASML-ingenieurs in Veldhoven boeken, levert snellere,<br />

zuinigere chips op die ook nog eens voordeliger zijn om te maken.<br />

De prijs voor ASML’s nieuwste generatie wafer steppers kan<br />

oplopen tot zo’n zeventig miljoen euro.<br />

Nikon en Canon nog overeind houdt, is<br />

het risico<strong>management</strong> van afnemers: zorg<br />

dat je nooit afhankelijk wordt van één oppermachtige<br />

leverancier. Daar staat tegenover<br />

dat het voor de chipfabrikanten<br />

heel kostbaar en ingewikkeld is om hun<br />

productielijnen structureel af te stemmen<br />

op twee verschillende leveranciers.<br />

Het Taiwanese TSMC heeft om die reden<br />

al ondubbelzinnig gekozen voor ASML.<br />

Formeel houdt Intel nog wel vast aan zijn<br />

strategie van duale levering, maar dat zal<br />

de Japanse concurrenten van ASML niet<br />

geruststellen, zeker niet na de deal tussen<br />

Intel en ASML. Hooguit kunnen ze in de<br />

toekomst oudere chipmachines blijven leveren<br />

voor minder ingewikkelde processen.<br />

Door de deal met Intel ziet de toekomst<br />

voor ASML er zonniger uit dan<br />

ooit. Ook voor de regio Eindhoven is de<br />

samenwerking goed nieuws: ASML zal<br />

het aantal ingenieurs moeten uitbreiden<br />

met duizend tot twaalfhonderd man.<br />

Deels zullen die ingenieurs op de loonlijst<br />

van ASML komen, deels komen ze terecht<br />

bij bedrijven in de toeleverende keten. De<br />

werknemers van ASML hoeven er voorlopig<br />

niet vanuit te gaan dat hun werkgever<br />

binnenkort werktijdverkorting voor hen<br />

moet aanvragen. Alhoewel, in de grillige<br />

chipsector weet je dat maar nooit.<br />

‘ inspirerende<br />

verhalen op<br />

de werkvloer’<br />

philip Lacor (42) is<br />

directeur enterprise<br />

business unit<br />

Vodafone Nederland,<br />

verantwoordelijk<br />

voor alle sales- en<br />

marketingactiviteiten<br />

voor de zakelijke markt.<br />

Eerder werkte hij voor<br />

Dell en GE Plastics. Lacor<br />

studeerde aan de TU<br />

Delft en INSEAD.<br />

easy to do business. Dat is een van de<br />

pijlers achter ons succes. Op de Nederlandse<br />

zakelijke markt winnen we gestaag<br />

marktaandeel. Onder meer omdat we het<br />

onze klanten zo makkelijk mogelijk maken.<br />

Zo bieden we onze grote, wereldwijd opererende<br />

klanten één contract en één accountmanager.<br />

En leveren we 24/7 webcare voor al<br />

onze klanten. Voor kleinere ondernemers en<br />

zzp’ers hebben we VastOpMobiel, waarbij ze<br />

telefoontjes naar hun vaste nummer rechtstreeks<br />

op hun mobiel kunnen ontvangen,<br />

zonder vaste lijn en dure doorschakelkosten.<br />

Gemak dient onze klant.<br />

WE WILLEN ONS OOK op de arbeidsmarkt onderscheiden.<br />

Vodafone biedt een great place to<br />

work. We sturen niet op aanwezigheid, maar<br />

op output en performance. Mobiel werken is<br />

onze norm. Zelf heb ik geen vast bureau, ik<br />

schuif iedere dag ergens anders aan. Dat vindt<br />

iedereen normaal, en zo hoor ik direct wat er<br />

bij onze mensen speelt. Mijn leiderschapsstijl?<br />

Ik probeer helder te zijn in onze strategie en<br />

als rolmodel te fungeren in de contacten met<br />

medewerkers, klanten en strategische partners.<br />

ONZE MENSEN KRIJGEN veel verantwoordelijkheid,<br />

en vinden het tegelijk fijn om door<br />

hun manager intensief gecoacht te worden.<br />

Zeker generatie Y staat open voor verbetering.<br />

Verantwoordelijkheid en coaching zijn zaken<br />

die hen wezenlijk motiveren. Net als het samen<br />

vieren van successen.<br />

Smeets<br />

EEN pAAR JAAR GELEDEN ben ik op de werk- Kick<br />

vloer begonnen met story telling. Laatst deden<br />

we dat met als thema epic battles. Het ene na Fotografie<br />

het andere inspirerende verhaal kwam los.<br />

Mijn verhaal? Ik refereerde aan een speech van<br />

Barack Obama: One voice can make a differen- Groothengel<br />

ce. Dat probeer ik mijn mensen in hun contac- Paul<br />

ten met klanten ook voor te houden.’ Tekst<br />

22 . <strong>management</strong> scope Accenture Special 2012 . 23<br />

hIgh<br />

Perfor<br />

Mer


onde<br />

tafel<br />

Hoogvliegers<br />

hoe creëer je een high<br />

performance business?<br />

met een mondiale mix,<br />

flexibiliteit en vooral<br />

eersteklas <strong>management</strong>.<br />

Topcommissarissen michiel<br />

Boersma en frans koffrie<br />

over een uphill battle.<br />

interview Sander van Ginkel<br />

tekst marike van zanten<br />

Fotografie Anouck wolf<br />

24 . <strong>management</strong> scope<br />

Frans koffrie, michiel boersma en sander van ginkel<br />

Accenture Special 2012 . 25


onde tafel<br />

26 . <strong>management</strong> scope<br />

et gesprek vindt plaats bij ProRail in<br />

Utrecht, waar Michiel Boersma president-commissaris<br />

is. Hoewel het gesprek<br />

is gewijd aan high performance<br />

organizations in het algemeen en daarmee een<br />

bredere scope heeft, kunnen we het niet nalaten<br />

om Boersma even te vragen hoe vaak het winterweer<br />

en de bladeren op het spoor de vergaderagenda<br />

bij ProRail beheersen. ‘Daar hebben<br />

we het vaak over en daarbij ben ik niet zozeer<br />

geïnteresseerd in een probleemanalyse van het<br />

verleden, maar in de vraag hoe we de problemen<br />

kunnen oplossen’, antwoordt hij. ‘Dat lukt niet in<br />

één of twee jaar, dat is een langdurig proces. Maar<br />

het zit in de genen van de mensen in deze organisatie<br />

om het uiteindelijk toch voor elkaar te krijgen.’<br />

Als president-commissaris heeft Boersma zeer<br />

regelmatig tussentijds contact met Marion Goutvan<br />

Sinderen, president-directeur van ProRail.<br />

‘We zijn als commissarissen zeer betrokken bij<br />

deze onderneming, in alle geledingen. Daar moet<br />

je overigens ook de juiste balans in zien te vinden.<br />

Je blijven afvragen: is dit nu de rol van de bestuurder,<br />

of van de raad van commissarissen? Plus zorgen<br />

dat je de informatie krijgt die je nodig hebt.’<br />

De voormalig topman van energiebedrijf Essent<br />

is onder meer president-commissaris bij de Telegraaf<br />

Media Groep – waar hij eveneens vaak contact<br />

heeft met topman Herman van Campenhout<br />

– en commissaris bij PostNL: beide concerns worstelen<br />

met hun strategisch perspectief in een snel<br />

veranderende markt. Bij PostNL speelde ook nog<br />

eens een leiderschapswissel.<br />

Ook Frans Koffrie heeft ervaring met intensieve<br />

commissariaten. De oud-topman van Corporate<br />

Express (het vroegere Buhrmann, in 2008<br />

overgenomen door het Amerikaanse Staples)<br />

stapte als commissaris van Wessanen zelfs tijdelijk<br />

in de rol van ceo na het vertrek van topman Ad<br />

Veenhof. Inmiddels is hij president-commissaris<br />

van het bedrijf, dat de afgelopen jaren een transformatie<br />

doormaakte van traditioneel voedings-<br />

concern naar specialist in biologische en duurzame<br />

producten. Boersma en Koffrie kennen de<br />

uphill battle om een high performance organization<br />

te creëren dus beide uit eigen ervaring, zowel<br />

in de rol van bestuurder als die van toezichthouder.<br />

Sander van Ginkel, managing director strategie<br />

bij Accenture Nederland, bespreekt met hen<br />

de kansen en bedreigingen voor het Nederlandse<br />

bedrijfsleven.<br />

° AEX-bedrijven presteren minder dan hun<br />

internationale peers, zo blijkt uit onderzoek van<br />

Accenture, al zijn er een paar uitblinkers. Wat onderscheidt<br />

volgens jullie een high performance organization<br />

van de rest?<br />

Boersma: ‘Nederlandse bedrijven met een goede<br />

geografische mix in hun business en veel omzet<br />

buiten Europa presteren, mits aangestuurd door<br />

first class bestuurders, relatief beter.’<br />

Koffrie: ‘Neem Unilever: de helft van de omzet<br />

komt inmiddels uit de emerging markets en dat zie<br />

je terug in de groei.’<br />

Boersma: ‘Een flexibel businessmodel is ook<br />

van belang. ASML is als offshoot van Philips zo<br />

succesvol, omdat het zich heeft gepositioneerd als<br />

kern in een netwerk van strategische en financiële<br />

partners. De top richt de blik naar buiten. Onlangs<br />

hebben ze zelfs twee grote klanten als aandeelhouder<br />

binnengehaald, om de innovatie te versnellen.<br />

Philips daarentegen wilde vroeger alles zélf kunnen.<br />

Net als Shell, waar ik ooit verantwoordelijk<br />

was voor de downstream technologiearm. Nu is<br />

die enigszins trotse houding losgelaten, merk ik<br />

in mijn gesprekken met Shell-mensen. Ze doen<br />

dingen samen met mensen uit India, ze luisteren<br />

naar de klant en ze innoveren volop. Voor mij is<br />

Shell dan ook nog steeds het beste bedrijf ter wereld,<br />

je moet alleen nog een paar jaar geduld hebben<br />

om de echte resultaten te zien. Natuurlijk kun<br />

je ook morgen al resultaat boeken, als je de kosten<br />

naar beneden brengt. Maar bij het realiseren van<br />

een strategische omslag gaat het om meer: nieuwe<br />

dingen in gang zetten, groei realiseren.’<br />

° Innovatie is dus een belangrijke driver voor<br />

high performance organizations?<br />

Boersma: ‘Een bedrijf dat niet innoveert en naar<br />

de markt luistert, is dood. DSM heeft de afgelopen<br />

twintig jaar juist een enorme transformatie<br />

doorgemaakt: van petrochemisch bedrijf naar<br />

voedings- en geneesmiddelenconcern. Ook DSM<br />

wil niet alles zelf doen en gebruikt het geld uit desinvesteringen<br />

om wereldwijd nieuwe competenties<br />

te kopen. Dat is overigens niet bij álle bedrijven<br />

een succesvolle strategie. Sommige doen veel te<br />

snel acquisities, kijk naar Ahold. Uiteindelijk moeten<br />

ze zich dan weer terugtrekken op hun eigen<br />

markt. Triest, al die waardevernietiging.’<br />

Koffrie: ‘Veel Nederlandse bedrijven hebben<br />

een fout gemaakt bij het uitvoeren van hun acquisitiestrategie…<br />

en ik mag dat zeggen, want ik heb<br />

die fout destijds zelf ook gemaakt: ze creëerden<br />

een collectie gekochte bedrijven in plaats van een<br />

eenheid. Echte overlevers kenmerken zich door<br />

een sterke cultuur, integreren de gekochte bedrijven<br />

in hun eigen bedrijfsmodel en weten zo synergie<br />

te creëren. Ze lopen dus een minder hoog afbreukrisico.<br />

De bedrijven die de ene na de andere<br />

overname pleegden vanwege hun hoge beurskoers,<br />

liepen uiteindelijk vast.’<br />

Boersma: ‘Een mooi voorbeeld van een succesvol<br />

overnamebedrijf is Jumbo. Eerst kochten ze<br />

Super de Boer, daarna C1000. Iedere week openen<br />

ze een of twee nieuwe winkels: een militaire operatie.<br />

Ze hebben ook een heel eigen bedrijfsmodel:<br />

de Zeven Waarheden, waarin iedereen wordt<br />

getraind. Als familiebedrijf heeft Jumbo ook een<br />

sterke cultuur: de vrouw van grondlegger Karel<br />

van Eerd bezoekt bijna iedere winkelopening.’<br />

° Jumbo heeft ook drie zware commissarissen<br />

aangetrokken. Hoe belangrijk is een dergelijke timing<br />

vanuit high performance-oogpunt?<br />

Koffrie: ‘Bij een acquisitiestrategie hoort ook ander<br />

toezicht. Jumbo heeft bewust een zware board<br />

opgetuigd om te kunnen expanderen. Een wijze<br />

beslissing.’<br />

‘een<br />

one-tier<br />

board kan<br />

krachtiger<br />

optreden’<br />

Frans Koffrie (60) is<br />

oud-bestuursvoorzitter<br />

van Corporate<br />

Express. Daarvoor<br />

vervulde hij verschillende<br />

functies bij<br />

Vroom & Dreesmann<br />

en Triumph<br />

Adler en had hij<br />

zitting in de raad van<br />

bestuur van VRG<br />

Groep en KNP BT.<br />

Koffrie was van 2009<br />

tot 2010 interimceo<br />

van Wessanen,<br />

waar hij sinds 2001<br />

al commissaris was.<br />

Inmiddels vervult<br />

hij er de functie van<br />

president-commissaris<br />

en is hij verder<br />

toezichthouder<br />

bij Nyenrode Universiteit.<br />

Boersma: ‘Van Eerd is nog steeds voorzitter van<br />

de raad, maar de drie zwaargewichten brengen de<br />

ervaring binnen die Jumbo kan helpen bij de groei.<br />

Een hele slimme move.’<br />

Koffrie: ‘Laurus is juist weer een negatief voorbeeld<br />

in de supermarktwereld: dat bedrijf wilde<br />

destijds ook snel expanderen, maar dat liep helemaal<br />

fout.’<br />

° Terwijl ook daar zwaargewichten in de raad<br />

van commissarissen zaten. Zien jullie andere voorbeelden<br />

van hoe het níet moet?<br />

Koffrie: ‘Air France-KLM: De Nederlandse kant<br />

doet het redelijk goed, maar aan de Franse kant<br />

zijn grote problemen, onder meer door de grote invloed<br />

van de Franse politiek. Dat heeft uiteindelijk<br />

een negatief effect op de waardecreatie.’<br />

Boersma: ‘KPN is ook een voorbeeld. Dat bedrijf<br />

heeft jarenlang de aandeelhouder gepleased.<br />

Een strategie heb ik nooit gezien. Pas nu Ad<br />

(Scheepbouwer, red.) weg is, komt het strategische<br />

vraagstuk op tafel. Vodafone daarentegen heeft zich<br />

de afgelopen vijftien jaar van een klein bedrijfje tot<br />

een wereldspeler ontwikkeld. TomTom was aanvankelijk<br />

succesvol, maar heeft zich te lang gecon-<br />

Accenture Special 2012 . 27


onde tafel<br />

Michiel Boersma<br />

(65) begon zijn carrière<br />

bij Shell en was<br />

van 2003 tot 2009<br />

ceo van energiebedrijf<br />

Essent. Na zijn<br />

terugtreden vestigde<br />

hij zich als onafhankelijk<br />

adviseur<br />

en is hij onder meer<br />

voorzitter van de<br />

raad van commissarissen<br />

bij ProRail<br />

en TMG, commissaris<br />

bij PostNL,<br />

voorzitter van de<br />

raad van toezicht<br />

van VieCuri Medisch<br />

Centrum voor<br />

Noord-Limburg en<br />

non-executive director<br />

bij de Finse Neste<br />

Oil Corporation.<br />

Boersma schreef als<br />

co-auteur het boek<br />

Ster-ondernemingen<br />

– Vijf groeistrategieën<br />

in een veranderend<br />

businesslandschap.<br />

‘Bestuurders<br />

moet je<br />

opvoeden’<br />

28 . <strong>management</strong> scope<br />

centreerd op één product en onvoldoende vooruitgekeken.<br />

Je moet je strategie tijdig aanpassen.’<br />

° Wat is het ultieme geheim dat het verschil<br />

maakt tussen succes en falen, tussen high performance<br />

en low performance?<br />

Koffrie: ‘De kwaliteit van het <strong>management</strong> is van<br />

doorslaggevende betekenis. Unilever weet onder<br />

een topman als Paul Polman in een moeilijke markt<br />

als Europa toch nog te groeien, waar anderen krimpen.<br />

Blijkbaar is er sprake van een <strong>management</strong>effect,<br />

waardoor Unilever het beter doet dan de concurrent.’<br />

Boersma: ‘Toen Polman bij Unilever begon,<br />

heeft hij het grootste deel van zijn <strong>management</strong><br />

vervangen. Peter Voser doet het bij Shell inmiddels<br />

met een derde tot de helft minder van de top-250<br />

managers. Grote organisaties zijn vaak verstard. Je<br />

kunt een high performance organization dan ook<br />

niet creëren volgens het boekje. Je hebt topmanagers<br />

nodig die oog hebben voor verandering en<br />

daar snel op reageren.’<br />

° Welke rol spelen commissarissen bij die onmisbare<br />

leiderschapskwaliteit?<br />

Boersma: ‘De raad van commissarissen moet<br />

allereerst veel tijd en aandacht aan het benoe-<br />

mingsproces besteden. Ben je zeker van die man<br />

of vrouw? Wanneer je alleen een paar referenties<br />

natrekt, krijg je iets voorgekookts op je bord. Pas<br />

als je een kandidaat-ceo zelf een aantal keer interviewt,<br />

kun je er met voorbeelden proberen achter<br />

te komen of iemand over de juiste eigenschappen<br />

beschikt. Een ceo moet openstaan voor signalen<br />

van buitenaf: de klant, zijn eigen omgeving, zakelijke<br />

partners, toeleveranciers. Hij moet ook de eigen<br />

business begrijpen. Iemand die niets heeft met<br />

een bank, daar moet je geen ceo van maken. Pas als<br />

je geïnteresseerd bent in de processen en het product,<br />

kun je er optimaal op inspelen. Een ceo moet<br />

ook gevoel voor sociale en politieke veranderingen<br />

hebben. Hij moet altijd twee stappen verder zijn<br />

dan de omgeving, in scenario’s denken, kunnen<br />

anticiperen. En goed kunnen communiceren, zowel<br />

naar binnen als naar buiten. Dat alles laat zich<br />

vangen met de term emotional intelligence. Mensen<br />

met een hoog EQ komen verder dan mensen<br />

met een hoog IQ. Je hebt méér nodig dan alleen<br />

een slimme vrouw of vent. Zeker in deze snel veranderende<br />

tijd.’<br />

Koffrie: ‘Hij of zij moet ook aansprekend zijn<br />

voor de jongere generaties, die zijn opgegroeid<br />

met it. Vroeger konden mensen de baas zijn omdat<br />

ze een informatievoorsprong hadden, nu is<br />

informatie voor iedereen beschikbaar. Jonge mensen<br />

voelen zich niet meer aangesproken door een<br />

hiërarchische aansturing. Dus een ceo moet goed<br />

communiceren, mensen de ruimte geven en kunnen<br />

motiveren. Je kijkt als commissaris bij de benoeming<br />

en beoordeling van het <strong>management</strong> ook<br />

naar de fase waarin de onderneming zich bevindt,<br />

ja. Ceo’s moeten eigenlijk niet langer dan zes, zeven<br />

of maximaal acht jaar zitten.’<br />

° Wachten Nederlandse commissarissen te<br />

lang met het naar huis sturen van bestuurders?<br />

Boersma: ‘Soms nemen raden van commissarissen<br />

te laat hun verantwoordelijkheid. In ons<br />

governancemodel kan de ceo een ontslagbeslissing<br />

via de aandeelhoudersvergadering vertragen.<br />

Commissarissen zien vaak op tegen zo’n proces en<br />

stellen die beslissing dan soms nog maar even uit.<br />

Daarnaast hebben ze die ceo zelf aangenomen, dat<br />

maakt het ook moeilijker om hem aan te spreken.<br />

Ook de dynamiek in de top speelt een rol. Sommige<br />

raden zijn sterk op elkaar ingespeeld: when<br />

the chips are down vormen ze één front naar buiten.<br />

Raden van commissarissen zullen dus alleen<br />

tot ontslag besluiten als het water ze tot aan de<br />

lippen staat. De Angelsaksische one-tier board is<br />

slagvaardiger: als de ceo niet adequaat reageert op<br />

de zorgpunten, is hij zo weg. Vervolgens ga je als<br />

board op zoek naar iemand die het wél kan. Maar<br />

het ontslag van een bestuurder moet natuurlijk wel<br />

het laatste redmiddel zijn, ook al vanuit het oogpunt<br />

van continuïteit. Je kunt moeilijk elke vier<br />

jaar weer een andere bestuurder benoemen. Dus<br />

kun je hem beter opvoeden. Gelukkig zijn er veel<br />

bestuurders die openstaan voor overleg met de<br />

commissarissen, goed luisteren en adequaat reageren.’<br />

Koffrie: ‘Maar als dat niet goed gaat, heb je als<br />

raad van commissarissen in het Nederlandse bestuursmodel<br />

alleen de nucleaire optie: de ceo wegsturen.<br />

Tussendoor ingrijpen is lastig, want je hebt<br />

niet dezelfde informatie als de bestuurders. In een<br />

one-tier board heb je toegang tot de onderneming:<br />

je kunt rechtstreeks praten met mensen, zonder<br />

dat het als spionage wordt ervaren, zoals hier. Je<br />

kunt daadkrachtiger opereren, merkte ik in de<br />

Amerikaanse board waarin ik zitting heb gehad. Ik<br />

ben dan ook een groot voorstander van de one-tier<br />

board. Je stuurt bijna mee en je kunt sneller reageren.’<br />

Boersma: ‘In de Finse one-tier board waarin ik<br />

zit, ben ik ook nauwer bij de dagelijkse activiteiten<br />

betrokken dan bij mijn Nederlandse two-tier<br />

boards. We hebben in Nederland ook nog eens te<br />

maken met een overlegcultuur. Als de ondernemingsraad<br />

vraagtekens zet bij de strategie, wordt<br />

deze nogal eens aangepast, soms ten koste van de<br />

slagvaardigheid. Nederlandse commissarissen houden<br />

zich tegenwoordig overigens veel meer bezig<br />

met strategie dan vroeger. Toen was de jaarlijkse<br />

strategievergadering vaak een verplicht nummer.<br />

Nu entameren commissarissen zelf een discussie<br />

over de vraag of het bedrijf nog steeds op de<br />

goede weg is.’<br />

° Zoals bij de Telegraaf Media Groep?<br />

Ook Koffrie werpt zich even op als interviewer: ‘Ja,<br />

TMG wilde juist verbreden naar elektronische media,<br />

jullie kochten Hyves en nu gaan jullie je toch<br />

weer op de printmarkt richten. Full circle…’<br />

Boersma: ‘Momenteel liggen alle kranten op<br />

hun rug, doordat de inkomsten uit abonnementen<br />

en advertenties dalen. Als je dan als grootste<br />

krant van Nederland een opportunity ziet om te<br />

consolideren, moet je die grijpen. Maar consolideren<br />

is nog geen strategie. Het gaat om visie: hoe<br />

zal de markt zich de komende tien tot vijftien jaar<br />

ontwikkelen? TMG wil een multimediaal bedrijf<br />

worden, dus naast print ook radio, tv en internet.<br />

Maar zo’n nieuwe strategie realiseer je niet van de<br />

ene op de andere dag. Je kunt een krant wel op een<br />

iPad zetten, maar eigenlijk is dat medium daar niet<br />

voor gemaakt. Jonge mensen lezen gewoon steeds<br />

minder kranten. Ik kan mijn kinderen van rond<br />

de dertig wel een abonnement op een krant geven,<br />

maar voor ze die openslaan hebben ze het nieuws<br />

al op internet gelezen. Jammer, want kranten bevatten<br />

waardevolle opiniërende artikelen. Aan de<br />

andere kant staat er vaak ook een hoop nonsens<br />

in. Ik lees zelf ook niet alle kranten: van sommige<br />

krijg je een azijnsmaak in je mond. Hoe dan ook:<br />

het medialandschap zal de komende jaren ingrijpend<br />

veranderen. Dat vraagt om een duidelijke<br />

visie, met soms een consolidatie en soms een acquisitie.’<br />

Koffrie: ‘Aan Wessanen zie je hoe een strategische<br />

heroriëntatie ook fout kan gaan. Wessanen<br />

was in de jaren tachtig een miniconglomeraat op<br />

het gebied van voeding. Conglomeraten waren<br />

toen in de mode. Maar op een gegeven moment<br />

was de vraag: wat voor bedrijf willen we eigenlijk<br />

zijn? Toen bleek dat elke divisie te klein was in<br />

de eigen markt. Er moest dus meer focus worden<br />

aangebracht. Dat proces heeft wel twintig jaar geduurd:<br />

elke keer werd er weer een bedrijfsonderdeel<br />

verkocht. Daar werd op zich goed geld voor<br />

betaald, dat werd teruggegeven aan de aandeelhouder.<br />

Maar terugkijkend, en ik ben daar voor<br />

een deel bij geweest, is er te lang verzuimd om<br />

een nieuwe core business op te bouwen. Je kunt<br />

wel focus nastreven, maar je moet ook benoemen<br />

waaróp je je wilt focussen. Ondanks dat er geleerde<br />

mensen bij zaten, heeft het lang geduurd voordat<br />

we die strategische draai maakten. Pas de laatste<br />

jaren is de strategie helder: Europees marktleider<br />

worden in biologische voeding. Een niche, maar<br />

wel één waarin toekomst zit.’ Future positioning<br />

dus. Laat dat nu ook nét een van de belangrijkste<br />

kenmerken van high performance organizations<br />

zijn.’<br />

Sander van Ginkel is<br />

managing director strategie van<br />

Accenture Nederland.<br />

Accenture Special 2012 . 29


30 . <strong>management</strong> scope<br />

oP grote hoogte<br />

Rotterdam is één van de belangrijkste havens van Europa<br />

met een jaarlijkse overslag van zo’n 430 miljoen ton.<br />

De haven is kenmerkend voor de Nederlandse handelsgeest<br />

en een belangrijk kruispunt van goederenstromen. Het is<br />

de toegangspoort tot de Europese markt van meer dan<br />

350 miljoen consumenten.<br />

Shell Special / september 2012 . 31


Inter<br />

vIew<br />

‘ Nederland heeft<br />

meer ambitie<br />

dan vroeger’<br />

De afgelopen decennia heeft het vliegwiel van de Nederlandse<br />

economie soepel gedraaid. Alexander rinnooy kan, tot voor<br />

kort voorzitter van de Sociaal-economische raad, ziet nog<br />

steeds volop kansen. interview Sander van Ginkel tekst marike van zanten Fotografie lex Draijer<br />

e spreken Alexander Rinnooy Kan<br />

op een breuklijn van zijn carrière,<br />

vlak voor zijn terugtreden als voorzitter<br />

van de Sociaal-Economische<br />

Raad (SER). Zes jaar lang was hij het<br />

boegbeeld van het advies- en overlegorgaan<br />

van werkgevers, werknemers en<br />

kroonleden. Een roerige periode, met<br />

een wereldwijde financiële crisis die<br />

uitmondde in een double dip, spanningen<br />

tussen de sociale partners – mede<br />

als gevolg van een diepe identiteitscrisis<br />

bij de FNV – en een bijl aan de wortels<br />

van het poldermodel door polarisering<br />

en solidariteitserosie in de samenleving.<br />

Op het Malieveld zijn voorlopig<br />

alleen nog popconcerten te zien, maar<br />

voor hoelang nog? En wat zijn de gevolgen<br />

van dit alles voor de groei van<br />

het bedrijfsleven en onze Nederlandse<br />

concurrentiepositie? President François<br />

Hollande mag ons overlegmodel dan<br />

omarmen om de Franse economie vlot<br />

te trekken, maar werkt het ook nog in<br />

eigen land? En hoe kunnen we het innovatief<br />

vermogen aanjagen en het talent<br />

ontplooien dat nodig is om ons ook<br />

binnen Europa en op het wereldtoneel<br />

staande te houden als high performing<br />

economie? Het zijn thema’s die de aimabele<br />

Rinnooy Kan nauw aan het hart<br />

liggen.<br />

° Hoe belangrijk is flexibiliteit voor<br />

het Nederlandse bedrijfsleven, in de huidige<br />

volatiele omgeving? ‘Bij het aanpassingsvermogen<br />

van het Nederlandse<br />

bedrijfsleven gaat het om vragen als in<br />

‘heT kAN eN<br />

moeT BeTer,<br />

mAAr heT íS<br />

ook Al BeTer<br />

DAN heT wAS’<br />

32 . <strong>management</strong> scope Accenture Special 2012 . 33


IntervIew<br />

hoeverre ondernemingen in staat zijn<br />

om mee te ademen met de bewegingen<br />

in de markt. Maar ook: is het jonge talent<br />

dat je rekruteert tijdens de vooropleiding<br />

voldoende geëquipeerd om met<br />

verandering om te gaan? Flexibiliteit<br />

hangt ook samen met de manier waarop<br />

een nationale cultuur positief inspeelt<br />

op verandering. Nederland kan terugkijken<br />

op dertig jaar succesvolle verandering.<br />

In de jaren zeventig en begin<br />

jaren tachtig van de vorige eeuw waren<br />

we in Griekse cijfers beland. Sindsdien<br />

hebben we een lange weg afgelegd die<br />

naar een relatief sterke positie binnen<br />

Europa heeft geleid. Dat suggereert<br />

dat Nederland zichzelf een methodiek<br />

heeft aangeleerd om zich aan te passen,<br />

zonder dat dat ten koste gaat van harmonieuze<br />

arbeidsverhoudingen. In dit<br />

land komt een staking zelden voor. En<br />

wanneer dat wel het geval is, heeft het<br />

iets huiselijks. Dat is een interessante<br />

mix voor een land: kunnen veranderen,<br />

maar op een fatsoenlijke manier, die<br />

rekening houdt met de slachtoffers van<br />

die verandering. Denemarken, Zweden<br />

en Oostenrijk hebben een soortgelijke<br />

sociaal-economische mix.’<br />

° Maar staan die harmonieuze arbeidsverhoudingen<br />

niet onder druk door<br />

de polarisering in de Nederlandse samenleving?<br />

En is de rol van de SER als<br />

aanjager van groei daarmee niet uitgespeeld?<br />

‘Een van de onderwerpen waarmee<br />

de SER zich zou moeten bezighouden,<br />

is de laatste jaren niet tot zijn recht<br />

gekomen: de modernisering van de<br />

arbeidsmarkt en in het verlengde daarvan<br />

flexibiliteit, zekerheid en een lastig<br />

‘ STAkeN iN<br />

NeDerlAND<br />

heefT ieTS<br />

huiSelijkS’<br />

thema als ontslagrecht. Daarover moet<br />

een gesprek tussen de sociale partners<br />

gevoerd worden en een politieke discussie.<br />

Op veel andere deelterreinen<br />

heeft het systeem uitstekend gefunctioneerd,<br />

onder relatief moeilijke omstandigheden.<br />

Want de politiek is de afgelopen<br />

jaren nogal onevenwichtig geweest<br />

en straalt een zeker ongeduld en wantrouwen<br />

uit naar adviserende instituties.<br />

Bovendien was er sprake van een<br />

groot verschil tussen het werkgevers- en<br />

werknemersperspectief. Als de ene partij<br />

de wind in de rug heeft en de andere<br />

partij wind tegen krijgt en in een diepe<br />

herbezinning belandt, dan zijn de kansen<br />

voor het Nederlandse overlegmodel<br />

niet optimaal. Dat is wel het geval als je<br />

gezamenlijk vaststelt dat de politiek van<br />

plan is iets doms te doen en vermoedt<br />

dat je samen tot een beter alternatief<br />

kunt komen.’<br />

° Wat betekent dat voor groei en<br />

onze concurrentiepositie? ‘Ik hoop dat<br />

de FNV de herbezinning kan afronden<br />

en met hun nieuwe voorzitter Ton<br />

Heerts toe is aan het hervatten van de<br />

overlegtraditie. Je mag vervolgens hopen<br />

dat werkgevers en werknemers serieus<br />

gaan proberen om vanuit een hernieuwde<br />

gezamenlijke bereidheid een<br />

basis te leggen voor de groeisprint die<br />

Nederland goed kan gebruiken. Daarin<br />

zou de SER zijn traditionele rol kunnen<br />

vervullen. Ik hoop dat de partijen zich<br />

goed bedenken voor ze een waardevolle<br />

erfenis overboord gooien. De afgelopen<br />

dertig jaar heeft ons overlegmodel goed<br />

gewerkt en is het in staat gebleken om<br />

zich voortdurend aan te passen. Het<br />

heeft er wellicht voor gezorgd dat Nederland<br />

als geen ander heeft geprofiteerd<br />

van het Europese integratieproces.<br />

Nu zijn er opnieuw aanpassingen nodig:<br />

een herpositionering van Europa binnen<br />

de wereld en van Nederland binnen<br />

Europa. Dan is het op zijn minst<br />

verstandig om je oude schoenen niet<br />

weg te mikken, voor je zicht hebt op een<br />

nieuw paar. Groei en concurrentiepositie<br />

zijn overigens niet alleen afhankelijk<br />

van de relatie tussen werkgevers en<br />

werknemers.’<br />

° Welke factoren spelen verder een<br />

rol? ‘Bijvoorbeeld zaken die een land<br />

tot een aantrekkelijke vestigingslocatieen<br />

groei-economie maken. Nederland<br />

doet het qua vestigingsklimaat gewoon<br />

goed: niet alleen in fiscaal opzicht, maar<br />

ook wat betreft de kwaliteit van wonen<br />

en werken, een prettige omgeving om<br />

kinderen op te voeden, internationale<br />

scholen en cultuur.’ Tongue in cheek:<br />

‘Neem alleen al het Concertgebouw<br />

(waarvan hij zelf voorzitter van de raad<br />

van commissarissen is, red.). En we zijn<br />

ook nog eens goedkoper dan Londen.<br />

Daarmee zijn we aantrekkelijk als vestigingslocatie<br />

voor de hoofdkantoren<br />

van internationale concerns. De vestiging<br />

van internationale hoofdkantoren<br />

brengt allerlei vormen van dienstverlening<br />

en daarmee aantrekkelijke<br />

werkgelegenheid met zich mee. Een belangrijke<br />

boodschap voor het nieuwe<br />

kabinet is dan ook: probeer nog meer<br />

hoofdkantoren naar Nederland te halen<br />

en zorg dat de bestaande blijven. Zeker<br />

ook AEX-ondernemingen. Nederlands<br />

talent heeft toch net een iets sneller en<br />

kansrijker start in dit soort bedrijven.<br />

Toen ABN Amro uit Nederland leek te<br />

gaan verdwijnen, maakten we ons ernstig<br />

zorgen over de ontwikkeling van financieel<br />

talent in Nederland. Want wat<br />

gebeurt er als Nederlanders niet langer<br />

beslissen over de toekomstige bemensing<br />

in de top van dergelijke multinationale<br />

ondernemingen?’<br />

° Hoe belangrijk is innovatie voor<br />

de groeikracht van onze economie en hoe<br />

kunnen we die bevorderen? ‘Cruciaal en<br />

een grote opgave voor elk land. Je kunt<br />

de juiste voorwaarden voor innovatie<br />

creëren, maar je kunt alleen maar hopen<br />

dat dat ook wat oplevert. Het moet<br />

toch ontstaan op microniveau: bij de<br />

ondernemingen zelf. Daarmee moet je<br />

als land een beetje geluk hebben. We<br />

zijn jarenlang onder de indruk geweest<br />

van Finland, terwijl Zweden in onze<br />

perceptie minder succesvol was. Dat<br />

kwam doordat Nokia het beter deed<br />

dan Ericsson. Toen Nokia minder ging<br />

presteren, was Finland meteen ook niet<br />

meer zo’n lichtend voorbeeld. Deson-<br />

danks is het interessant om na te denken<br />

hoe je als land de condities voor<br />

innovatie kunt maximaliseren. Ikzelf<br />

heb deel uitgemaakt van twee innovatieplatforms,<br />

die inmiddels een vervolg<br />

hebben gekregen in het topsectorenbeleid.<br />

Nederland is daarmee afgestapt<br />

van generiek beleid om innovatie te stimuleren<br />

en heeft ervoor gekozen om de<br />

helft van de middelen in te zetten voor<br />

specifieke sectoren. En nu maar hopen<br />

dat de gemaakte keuzes succesvol zijn.<br />

Ik zeg het met optimisme, maar er zijn<br />

geen garanties. Het denken over het stimuleren<br />

van innovatie door de overheid<br />

is ook onderdeel van een permanente<br />

cyclus. In de jaren tachtig waren we er<br />

in Nederland van overtuigd dat industriebeleid<br />

de goede route was. Maar na<br />

de RSV-enquête riep iedereen ineens<br />

dat de overheid toch nooit slimmer kan<br />

zijn dan de markt en dat je beter iedereen<br />

een goede opleiding kunt geven en<br />

er verder maar het beste van moet hopen.<br />

Misschien klinkt dit cynisch, maar<br />

het zou me niets verbazen als we opnieuw<br />

in een dergelijke cyclus zouden<br />

belanden. Laten we voorlopig hopen dat<br />

de sectoren die Nederland als kansrijk<br />

heeft aangemerkt wereldwijd succesvol<br />

zullen zijn. Daarnaast is er nog steeds<br />

generiek beleid nodig: het optuigen van<br />

een kenniseconomie door het scheppen<br />

van een goede infrastructuur voor fundamenteel<br />

onderzoek en onderwijs van<br />

hoog niveau.’<br />

° In Nederland is ASML een goed<br />

voorbeeld van een innovatief bedrijf…<br />

‘Ja, super! Dat is nou precies wat je<br />

graag wilt zien. Mooi was destijds ook<br />

de beslissing van Danone om de r&d-<br />

alexander rinnooy Kan<br />

(62)<br />

Opleiding<br />

Wiskunde, Universiteit Leiden<br />

Econometrie, Universiteit van<br />

Amsterdam<br />

Loopbaan<br />

2012 - heden Hoogleraar economie<br />

en bedrijfskunde, UvA<br />

2006 - 2012 Voorzitter SER<br />

1996 - 2006 Lid raad van bestuur<br />

ING Groep<br />

1995 - 1996 Voorzitter VNO-NCW<br />

1991 - 1995 Voorzitter VNO<br />

(Verbond van<br />

Nederlandse<br />

Ondernemingen)<br />

1986 - 1989 Rector magnificus<br />

Erasmus Universiteit<br />

Rotterdam<br />

1983 - 1986 Directeur<br />

Econometrisch<br />

Instituut te Rotterdam<br />

1980 - 1991 Hoogleraar<br />

operationeel onderzoek,<br />

Erasmus Universiteit<br />

Rotterdam<br />

Nevenfuncties<br />

Onder meer voorzitter van de<br />

raad van commissarissen van<br />

De Nederlandsche Bank en Het<br />

Concertgebouw, voorzitter van de<br />

raad van toezicht van het AMC, lid<br />

raad van toezicht van het Kröller-<br />

Müller Museum en lid van de raad<br />

van commissarissen van Sara Lee<br />

Interesses<br />

Lezen, muziek, theater<br />

Thuis<br />

Getrouwd, drie kinderen<br />

34 . <strong>management</strong> scope Accenture Special 2012 . 35


IntervIew<br />

activiteiten in Nederland te vestigen.<br />

Dat is een van onze zwaktes: te weinig<br />

grote, internationale bedrijven kiezen<br />

ervoor om hun r&d-activiteiten in Nederland<br />

te concentreren, ondanks de<br />

aanwezigheid van hoogwaardige kennisinstituten.<br />

Van belang daarbij is een<br />

goede mix tussen fundamenteel en toegepast<br />

onderzoek. ASML is in elk geval<br />

een schitterend voorbeeld van een bedrijf<br />

dat groot is geworden én gebleven<br />

in Eindhoven, the smartest region in the<br />

world. Daar mogen we trots op zijn. En<br />

er zijn meer bedrijven met die ambitie.’<br />

° Hebben we in Nederland wel genoeg<br />

ambitie, of heerst hier een zesjescultuur?<br />

‘Er is meer ambitie dan vroeger.<br />

Die zesjescultuur heeft te maken met<br />

de inrichting van ons onderwijssysteem.<br />

Als je op de middelbare school<br />

met een 5,8 op een goede universiteit<br />

kunt studeren, waarom zou je dan een<br />

5,9 halen? Je doorbreekt die zesjescultuur<br />

door scholieren duidelijk te maken<br />

dat het boeken van goede resultaten<br />

wél uitmaakt voor hun toekomst. Op<br />

de universiteiten zie je tegenwoordig<br />

overigens een ambitieuzer klimaat dan<br />

ik mij herinner uit mijn universitaire jaren<br />

van voor 1990. Dus daar is echt al<br />

iets veranderd. Er komen Nederlandse<br />

sollicitanten bij grote Nederlandse ondernemingen<br />

met cv’s waar je steil van<br />

achterover slaat. Wat daar al aan internationale<br />

en praktische ervaring op<br />

staat: ongelooflijk! Dus het kan, moet<br />

en zal beter, maar het ís ook al beter dan<br />

het was.’<br />

° Moeten ook bedrijven een sterker<br />

prestatiecultuur ontwikkelen? Of is dat<br />

te Angelsaksisch? ‘We hebben lang gedacht<br />

dat Angelsaksische economieën<br />

en ondernemingen, die primair worden<br />

gedreven door aandeelhoudersbelang,<br />

de toekomst hadden. Maar die hebben<br />

niet het alleenrecht op succes. De Global<br />

Competitiveness Index kent zowel<br />

Angelsaksische als meer Rijnlandse representanten,<br />

waaronder Noord-Europese<br />

landen met een grote publieke sector,<br />

een egalitair klimaat en een zwakke<br />

inkomensspreiding. Dat vind ik een<br />

‘ meNSeN zijN<br />

GeSchrokkeN<br />

vAN De riSico’S<br />

vAN GloBAli-<br />

SeriNG’<br />

interessant gegeven voor de toekomst.<br />

Want we hebben ons in het verleden<br />

verkeken op de plussen van een ongelijke<br />

inkomensverdeling, die mensen motiveerde<br />

om nog harder te werken dan<br />

ze al deden. Overigens er is op zichzelf<br />

niets mis met prestatie. Het gaat om hoe<br />

je die prestatie bevordert en deze tot een<br />

gezamenlijke ambitie maakt. Dat laatste<br />

schept belangrijke kansen voor Nederland.<br />

Onze werknemers hebben minder<br />

de neiging te vertrouwen op de blauwe<br />

ogen of de krachtige toespraak van de<br />

grote leider. Maar áls ze eenmaal overtuigd<br />

zijn, dan scoren ze heel goed op<br />

productiviteit en creativiteit. Bovendien<br />

zijn in Nederland de grenzen tussen<br />

werknemerschap en ondernemerschap<br />

aan het vervagen. Bedrijven die het ondernemerschap<br />

van hun medewerkers<br />

aanspreken, slagen relatief goed in het<br />

ontwikkelen van nieuwe producten en<br />

diensten en in het permanent verbeteren<br />

van bestaande processen: sociale innovatie.’<br />

° Bedrijven acteren in een wereldeconomie<br />

met verschuivende machtsblokken,<br />

zoals de emerging markets.<br />

Welke uitdagingen liggen er op dat gebied?<br />

‘Nederland heeft altijd de mentaliteit<br />

van een handelsnatie gehad. Toen<br />

ik nog veel reisde, viel me dat steeds<br />

weer op. Waar ter wereld je ook komt:<br />

als je een tegel oplicht, dan zit er een<br />

aantal ondernemende Nederlanders<br />

onder. Maar de laatste tijd is het gevoel<br />

dat de wereld onze markt is, niet meer<br />

universeel aanwezig in Nederland. Veel<br />

mensen zijn geschrokken van de risico’s<br />

van globalisering en beschouwen het<br />

inmiddels als een mixed blessing. Be-<br />

grijpelijk, maar introversie – laat staan<br />

protectionisme – is niet het antwoord.<br />

Onze toekomst is voor een groot deel<br />

afhankelijk van de mate waarin Nederland<br />

zich blijft openstellen naar de<br />

wereld om zich heen. Dat geldt ook ten<br />

aanzien van Europa. Veel zaken kunnen<br />

we alleen maar realiseren als deel<br />

van dat grotere geheel. Europa is de afgelopen<br />

twintig jaar een succesverhaal<br />

geweest en de formule is even kansrijk<br />

voor de toekomst. We moeten nu alleen<br />

actief bevorderen dat Europa weer een<br />

geloofwaardige partij wordt in de wereldeconomie.’<br />

° Terug naar Nederland. U bent<br />

sinds kort voorzitter van de raad van<br />

commissarissen van De Nederlandsche<br />

Bank. Wat kunnen banken doen om de<br />

groeiambities van ondernemingen te<br />

helpen realiseren? ‘Wat banken overal<br />

doen: de reële economie aan de gang<br />

houden.’<br />

° Maar doen ze dat ook? ‘De aansluiting<br />

tussen de financiële economie<br />

en de reële economie heeft de afgelopen<br />

jaren te wensen overgelaten en niet alleen<br />

in Nederland. Er zijn additionele<br />

hervormingen nodig om de financiële<br />

sector weer de olie in de machine te laten<br />

zijn. Als banken verstandig zijn, nemen<br />

ze die opgave serieus.’<br />

° Is er na de SER ook weer tijd voor<br />

andere leuke dingen, zoals eh… de politiek?<br />

Hij glimlacht breed: ‘Wel tijd, maar<br />

de vraag is vooral: aandacht. Daar kan<br />

ik op dit moment niets verstandigs over<br />

zeggen. Maar ik heb niet te klagen over<br />

nevenfuncties en mijn nieuwe functie<br />

bij DNB is tijdrovend. Ik zal me hoe dan<br />

ook niet vervelen.’<br />

Sander van Ginkel is<br />

managing director strategie van<br />

Accenture Nederland.<br />

‘ Geen enkel<br />

antwoord is<br />

het juiste’<br />

Marjolein Slappendel (36)<br />

is managing director in het<br />

acquisitions & divestments<br />

team van ING Groep en<br />

daar verantwoordelijk voor<br />

het divestmentprogramma<br />

van de Noord- en<br />

Zuid-Amerikaanse<br />

verzekeringsactiviteiten van<br />

ING. Slappendel studeerde<br />

economie en geschiedenis.<br />

Na haar MBA op Stanford<br />

werkte ze negen jaar<br />

voor Merrill Lynch als<br />

investment banker.<br />

onzekerheid is inherent aan mijn vak:<br />

mergers & acquisitions leveren per<br />

definitie verandering op voor alle betrokkenen.<br />

Een belangrijk onderdeel van mijn<br />

werk is rekening te houden met verschillende<br />

scenario’s. Onderhandelingen zijn een soort<br />

schaakspel, waarbij ik probeer twee of drie<br />

stappen vooruit te lopen.<br />

ONS TEAM HEEFT ALS TAAK de wereldwijde<br />

verzekeringstak van ING Groep af te stoten.<br />

Strategie ontwikkelen, executie verzorgen:<br />

welke onderdelen en in welke soorten transacties?<br />

Verkoop of klaarstomen voor een stand<br />

alone future als beursgenoteerd bedrijf? Performance<br />

is van groot belang, ook voor een<br />

bedrijf dat straks op eigen benen moet kunnen<br />

staan.<br />

ExcELLEREN? DAT BETEKENT een goede deal<br />

waarbij je met alle stakeholders tot een winwin<br />

oplossing probeert te komen. Er is bijvoorbeeld<br />

altijd een sociaal aspect, dat om een<br />

dialoog met het personeel en het <strong>management</strong><br />

vraagt. Het een is niet belangrijker dan het<br />

ander: zonder mensen geen business! Je moet<br />

ernaar streven dat alle belangen zo veel mogelijk<br />

convergeren. Mijn uitdaging is zoeken<br />

naar het optimale punt in dat complexe proces.<br />

Belangrijk is dat je echt luistert naar wat<br />

er gezegd wordt en begrijpt wat anderen drijft.<br />

TIJDENS DE dotcom bubble volgde ik mijn<br />

MBA aan Stanford: aan ondernemers geen gebrek.<br />

Ik vind eigen initiatief en intern ondernemerschap<br />

erg belangrijk, maar het hoeft niet<br />

altijd ‘groot’ te zijn. Door een MBA krijg je oog Westerweel<br />

voor wat diversiteit echt betekent. Veel discussies<br />

in de classroom en geen enkel antwoord is Sebastiaan<br />

het juiste. Dat inzicht gebruik ik nog steeds.<br />

Een high performer? Ik heb de neiging me vast Fotografie<br />

te bijten. Hardlopen is een goede manier om<br />

alles op nul te zetten en me ergens anders op te Bouwer<br />

richten. Het is belangrijk om dingen ook los te Erik<br />

kunnen laten.’ Tekst<br />

36 . <strong>management</strong> scope Accenture Special 2012 . 37<br />

hIgh<br />

Perfor<br />

Mer


oP grote hoogte<br />

Het innovatieve karakter van Nederland komt tot uiting in de<br />

High Tech Campus van Eindhoven waar een R&D-ecosysteem<br />

van meer dan negentig bedrijven en ruim achtduizend onderzoekers,<br />

ontwikkelaars en ondernemers elkaar ontmoeten en werken<br />

aan de technologieën en producten van morgen.<br />

38 . <strong>management</strong> scope<br />

Shell Special Accenture / september Special 2012 . 39


case<br />

kempHanen<br />

Fuseren tot<br />

kipkluiFgigant<br />

De Braziliaanse pluimvee- en vleesproducent Brasil foods<br />

wist zijn omzet in de laatste twee jaar met veertig procent<br />

op te schroeven. Dat is knap, omdat Brasil foods drie<br />

jaar geleden ontstond uit een fusie tussen twee gezworen<br />

vijanden. tekst Paul Groothengel<br />

ruim 1,6 miljard kippen en<br />

kalkoenen. Tien miljoen<br />

varkens en runderen. Zoveel<br />

dieren verwerkten de<br />

110.000 werknemers van Brasil Foods in<br />

2010 tot allerlei hapklare, diepgevroren<br />

vleesproducten. Daarnaast produceert<br />

deze gigant ook pasta’s en pizza’s, margarine,<br />

toetjes en soja. Bij elkaar fabriceert<br />

Brasil Foods meer dan drieduizend producten,<br />

die worden verkocht in meer dan<br />

honderdveertig landen.<br />

Brasil Foods is een van de grootste ondernemingen<br />

van Brazilië en staat in de<br />

top-10 van ’s werelds grootste voedingsproducenten.<br />

Het bedrijf heeft naast<br />

tientallen slachterijen ook zuivel- en<br />

margarinefabrieken in elf Braziliaanse<br />

deelstaten en daarbuiten in Nederland,<br />

het VK, Roemenië en Rusland. In Nederland<br />

is het eigenaar van producent<br />

en distributeur Plusfood, dat vanuit Den<br />

Bosch een Europees netwerk van verkoopkantoren<br />

van Brasil Foods aanstuurt<br />

en kip- en vleesproducten produceert op<br />

een productielocatie in Oosterwolde.<br />

geruchtMaKende fusIe<br />

Het zijn al met al duizelingwekkende cijfers<br />

voor een bedrijf dat feitelijk pas drie<br />

jaar bestaat. Brasil Foods is een fusiepro-<br />

duct: in 2009 bundelden de aartsrivalen<br />

Perdigão en Sadia hun krachten. Het was<br />

alsof Coca-Cola en Pepsi samengingen.<br />

Het nieuwe bedrijf zou meteen de op<br />

een na grootste voedselproducent van<br />

Brazilië worden, alleen concurrent JBS<br />

Friboi is groter. En dus lagen de Braziliaanse<br />

mededingingsautoriteiten dwars.<br />

Zij vreesden dat de samenvoeging van<br />

de grootmachten Perdigão en Sadia tot<br />

te veel marktmacht zou kunnen leiden op<br />

de Braziliaanse markt, met nadelige gevolgen<br />

voor consumenten en toeleveranciers.<br />

Ook de Braziliaanse consumentenvereniging<br />

Idec vreesde dat de fusie zou<br />

leiden tot hogere voedselprijzen en alleen<br />

heT BeDrijf<br />

BeSTAAT<br />

feiTelijk PAS<br />

Drie jAAr,<br />

mAAr lAAT<br />

DuizeliNGwekkeNDe<br />

cijferS zieN<br />

maar bedoeld was om de aandeelhouders<br />

te plezieren. Het onderzoek of de fusie al<br />

dan niet mocht doorgaan, duurde twee<br />

jaar. Het samengaan van de twee partijen<br />

werd pas in juli 2011 formeel goedgekeurd.<br />

De toenadering tussen de twee rivalen<br />

oogstte vanaf het moment van bekendmaking<br />

verbazing, en dat was ook<br />

logisch. Hun onderlinge concurrentie<br />

duurde al decennia. Perdigão (‘patrijs’<br />

in het Portugees) was in 1934 opgericht<br />

door Italiaanse immigranten, die onder<br />

die naam een kruidenierswinkel begonnen.<br />

Met succes, het winkeltje groeide uit<br />

tot een grote producent en verwerker van<br />

kip en vlees, die de hele voedingsketen<br />

(van kippenfokkerij tot kipkluifjes in de<br />

winkel) in handen had. In de jaren negentig<br />

verkochten de eigenaars een groot<br />

deel van hun aandelen aan een groep investeerders,<br />

die Perdigão herstructureerden<br />

en moderniseerden. In 2008 had het<br />

aan de Braziliaanse aandelenmarkt Bovespa<br />

genoteerde Perdigão 59.000 mensen<br />

in dienst.<br />

Sadia (dat ‘gezond’ betekent in het<br />

Portugees) heeft een soortgelijke geschiedenis.<br />

Opgericht in de jaren veertig,<br />

specialiseerde Sadia zich aanvankelijk in<br />

de verwerking en verkoop van graan en<br />

varkensproducten, om in latere jaren uit<br />

te breiden naar kip en rundvlees. Sadia<br />

zette sterk in op de ontwikkeling van Amerken,<br />

en exporteerde al in de jaren<br />

tachtig diepvrieskip naar het Midden-<br />

Oosten en rundvleesproducten naar Europa<br />

en de VS. Het bedrijf was daarnaast<br />

een van de eerste producenten van diepvries-<br />

en kant-en-klaarmaaltijden. In<br />

2008 werkten bij het eveneens aan de Bovespa<br />

genoteerde Sadia 48.000 mensen.<br />

De twee kemphanen schaakten op<br />

dezelfde borden, maar besloten in 2001<br />

om de handen op een deelgebied ineen<br />

te slaan: ze vormden een joint venture,<br />

die gericht was op export naar nieuwe<br />

markten in Afrika en Rusland. Die joint<br />

venture klapte binnen een jaar uit elkaar,<br />

omdat beide partners het niet eens<br />

konden worden over de te varen koers.<br />

Vier jaar later bracht Sadia een vijandig<br />

overnamebod uit op Perdigão, dat<br />

direct werd afgewezen. Een anonieme<br />

werknemer vertelde een journalist van<br />

de Dow Jones International News in<br />

2006 ‘dat hij nog nooit twee bedrijven<br />

had gezien die elkaar zo intens haatten<br />

als Sadia en Perdigão’.<br />

Dat er in 2009 toch een fusie uit de<br />

bus kwam, had een tamelijk verbazingwekkende<br />

reden: de cfo van Sadia had,<br />

op Vestia-achtige wijze, zijn hand overspeeld<br />

met een uitbundige inkoop van<br />

financiële producten waarmee hij zich in<br />

wilde dekken tegen wisselkoersrisico’s.<br />

Op zich logisch, gezien alle exportactiviteiten<br />

van Sadia. Maar toen de Braziliaanse<br />

munt in de uitbrekende crisis van<br />

2008 dertig procent van zijn waarde verloor,<br />

keerde de hedge zich tegen Sadia en<br />

ontstond een verlies van 1,1 miljard euro.<br />

Voor het eerst in 65 jaar rapporteerde<br />

Score Score High Performance High Performance Business Businesses BRF<br />

Huidige prestaties Huidige prestaties BRF<br />

1. Aandeelhouderswaarde Aandeelhouderswaarde creatie (TRS) creatie<br />

2. Rendement op investeringen Winstgevendheid<br />

(ROIC)<br />

3. Omzetgroei<br />

Omzetgroei<br />

4. Consistentie<br />

Consistentie<br />

Positionering Positionering voor de BRF toekomst voor de toekomst<br />

5. Toekomstig Toekomstige bedrijfspotentieel groeiverwachting<br />

6. Winstpotentieel Positionering in groeimarkten<br />

7. Positionering Toekomstige in groeimarkten winstgevendheid<br />

8. VermogenKapitaal om groeiom te financieren groei te financieren<br />

de onderneming rode cijfers. Sterker, ze<br />

dreigde kopje onder te gaan. Terwijl Sadia<br />

bedrijfsmatig kerngezond was (nomen<br />

est omen), moest het snel op zoek<br />

naar een kapitaalkrachtige partner.<br />

Perdigão, dat al een tijd op zoek was naar<br />

geschikte overnamekandidaten, bedacht<br />

zich geen moment. Topman José Antonio<br />

do Prado Fay ging in maart 2009 op<br />

de koffie bij Sadia en drie maanden later<br />

was er een akkoord. Wat dus pas twee<br />

40 . <strong>management</strong> scope Accenture Special 2012 . 41<br />

BRF<br />

minimaal<br />

0%<br />

industrie<br />

gemiddelde<br />

50%<br />

maximaal<br />

100%


jaar later werd bekrachtigd door de Braziliaanse<br />

mededingingsautoriteiten. Wat<br />

formeel een fusie was, was in feite (zoals<br />

dat vaker gaat) een overname door Perdigão,<br />

met financiële steun van de Braziliaanse<br />

ontwikkelingsbank, die graag een<br />

ijzersterke nationale speler zag ontstaan<br />

die de internationale concurrentie aan<br />

zou kunnen.<br />

KennIs van Ketens en Klanten<br />

De voordelen van de fusie – schaalvoordelen,<br />

stafdiensten in elkaar geschoven,<br />

et cetera – werden snel geïncasseerd. Brasil<br />

Foods raamt de synergievoordelen tot<br />

nu toe op vierhonderd miljoen euro; daar<br />

komt in 2012 en 2013 naar verwachting<br />

nog eens negenhonderd miljoen euro bij.<br />

Het nieuwe Brasil Foods wist de omzet<br />

tussen 2009 en 2011 met veertig procent<br />

te laten groeien tot ruim 9,3 miljard euro.<br />

De kracht van het concern is volgens topman<br />

Fay dat het diepgaande kennis heeft<br />

van de integrale voedselketens waarin het<br />

actief is, dat het weet wat consumenten<br />

willen (zoals meer gemaksproducten) en<br />

dat het in staat is gebleken – met name<br />

vanuit Sadia – om sterke merken te bouwen<br />

en te beheren. Daarnaast werkt het<br />

met uitgekiende productie- en logistieke<br />

systemen; belangrijk, want als er voor<br />

bijvoorbeeld de productie van tienduizend<br />

pizza’s kip Hawaï, tienduizend plakjes<br />

kippenborst nodig zijn, moet Brasil<br />

Foods in de andere productieprocessen<br />

ook de vleugels, levertjes en poten van<br />

die tienduizend kippen kwijt kunnen.<br />

De strategie van Brasil Foods is om de<br />

omzet in de komende vijf jaar grofweg<br />

te verdubbelen naar vijftig miljard brl.<br />

Waar moet die groei vandaan komen? In<br />

42 . <strong>management</strong> scope<br />

de eerste plaats van de Braziliaanse thuismarkt,<br />

waar Brasil Foods meer dan de<br />

helft van zijn omzet vandaan haalt. Die<br />

thuismarkt telt zo’n tweehonderd miljoen<br />

consumenten, en vormt de negende economie<br />

ter wereld. De laatste jaren groeit<br />

de Braziliaanse economie met gemiddeld<br />

vijf procent per jaar. De uitdijende<br />

middenklasse zag haar koopkracht in die<br />

periode met hetzelfde percentage stijgen<br />

en laat het steeds breder hangen. Zo<br />

neemt de verkoop van elektronica, auto’s,<br />

witgoed en vakanties structureel toe. De<br />

hardwerkende middenklasse kiest steeds<br />

vaker voor makkelijke diepvriesmaaltijden,<br />

een trend die Brasil Foods enorm<br />

in de kaart speelt. De Braziliaanse consumptie<br />

van varkensvlees is nog tamelijk<br />

laag en zal volgens insiders de komende<br />

jaren stijgen. Brasil Foods wil de komende<br />

jaren inspelen op deze trends, met<br />

name met herkenbare A-merken want de<br />

doorgaans merkloyale Brazilianen houden<br />

niet van huismerken; die maken nog<br />

geen vijf procent uit van het totale productaanbod<br />

van supermarkten.<br />

loKale leverancIers<br />

Aan de aanbodkant (Brasil Foods werkt<br />

met twintigduizend lokale leveranciers<br />

van met name pluimvee, varkens en<br />

runderen) profiteert niet alleen Brasil<br />

Foods, maar de gehele Braziliaanse voedingssector<br />

van het stimulerende agrobeleid<br />

van de Braziliaanse overheid. Was<br />

Brazilië in de jaren tachtig nog een netto-importeur<br />

van agrarische producten,<br />

nu is dat beeld totaal omgedraaid. Met<br />

dank aan het werk van Embrapa, het<br />

nationale agri-onderzoeksinstituut dat<br />

er met innovatieve stimulansen in is ge-<br />

brazilië derde vleesleverancier<br />

voor nederland<br />

Ook Nederlandse importeurs en retailers weten<br />

de producten van Brasil Foods en zijn lokale<br />

concurrenten te vinden. Volgens het CBS is Brazilië<br />

de derde vleesleverancier voor Nederland. Van al het<br />

in Nederland ingevoerde vlees komt vijftien procent<br />

uit Brazilië. Alleen Duitsland (26 procent) en België<br />

(21 procent) leveren meer vlees. Albert Heijn zegt<br />

dat een kleine vijf procent van het vlees dat ze in haar<br />

schappen aanbiedt, afkomstig is uit Zuid-Amerika,<br />

met name uit Brazilië.<br />

Bron: Boerderij Magazine, 31 maart 2011<br />

slaagd grote delen van het enorme Braziliaanse<br />

vasteland om te toveren van<br />

een gortdroge savanne tot voedingsrijke<br />

akkers en veeteeltgronden. Zo zorgde<br />

introductie en beplanting van een Afrikaanse<br />

grassoort ervoor dat de Braziliaanse<br />

veeboeren hun runderen veel beter<br />

konden voeden. En pluimveeboeren<br />

profiteerden van de steeds grotere lokale<br />

graanoogsten.<br />

exPort naar chIna en IndIa<br />

Door de metamorfose van het Braziliaanse<br />

platteland konden Braziliaanse<br />

agribedrijven hun traditionele export<br />

van producten als koffie en sinaasappels<br />

uitbreiden met vlees, sojabonen en suiker.<br />

Die export is logischerwijs – naast<br />

groeiende vraag op de Braziliaanse<br />

huismarkt – het tweede speerpunt waar<br />

Brasil Foods de komende jaren zijn<br />

geprog-nosticeerde groei uit wil halen.<br />

Waar marktleider JBS vooral de Amerikaanse<br />

markt bedient, zoekt Brasil<br />

Foods verdere expansie in opkomende<br />

markten, met name China en India. Nu<br />

al is het bedrijf de grootste pluimveeexporteur<br />

ter wereld en uitgegroeid tot<br />

de op twee na grootste uitvoerder van<br />

Brazilië, na oliemaatschappij Petrobras<br />

en mijngigant Vale do Rio Doce. Daarbij<br />

baseert Brasil Foods zijn product- en<br />

merkaanbod deels op de lokale vraag;<br />

zo is er voor de afzetmarkten in het<br />

Midden-Oosten een aparte halal productenlijn.<br />

Uiteindelijk wil Brasil Foods<br />

uitgroeien tot een multinational zoals<br />

Unilever en Nestlé, met productielocaties<br />

in de belangrijkste afzetmarkten die<br />

A-merken produceren voor lokale consumenten.<br />

Mae wil ook door het glazen plafond<br />

Nu heeft ze niet eens een dak boven haar hoofd<br />

Plan steunt in 50 ontwikkelingslanden kinderen als Mae, met speciale aandacht voor meisjes.<br />

Want meisjes zijn de belangrijkste schakel in het doorbreken van de armoedespiraal.<br />

Steun een meisje en geef haar die kans.<br />

Ga naar www.plannederland.nl


Inter<br />

vIew<br />

‘ veranderingen<br />

sluipen je leven<br />

binnen’<br />

De wereldwijde volatiele markt vraagt om beslissingen op<br />

het scherpst van de snede, aldus Sander van ’t Noordende<br />

van Accenture. ‘Agile zijn zit ’m in de juiste combinatie van<br />

langetermijnvisie en snelle besluitvorming. met stapje voor<br />

stapje reageren kom je er niet.’<br />

tekst linda huijsmans Fotografie Anouck wolf<br />

ander van ’t Noordende,<br />

group chief executive <strong>management</strong><br />

consulting bij<br />

Accenture, is zelf een goed<br />

voorbeeld van de bewegelijkheid<br />

van de business waar hij in werkt.<br />

Hij woont en werkt in New York. Dit<br />

interview zou daarom via een videoverbinding<br />

op het kantoor van Accenture<br />

aan de Zuidas plaatsvinden. Maar<br />

na wat lastminute wijzigingen in zijn<br />

agenda treffen we elkaar aan het eind<br />

van een zomerse middag in zijn huis<br />

in Amsterdam. Daardoor heeft hij, tussen<br />

dit interview en een business review<br />

door, ook even tijd om met zijn moeder<br />

te eten.<br />

Het is een hectisch leven, maar Sander<br />

van ’t Noordende, die in zijn functie<br />

medeverantwoordelijk is voor de strate-<br />

44 . <strong>management</strong> scope<br />

gische groei van Accenture, is niet anders<br />

gewend. ‘Dat hoort bij een organisatie<br />

die opereert in een wereld die steeds<br />

sneller verandert.’<br />

° Veranderingen zijn er altijd geweest,<br />

maar in deze tijd gaan ze veel sneller<br />

dan voorheen, stelt u. Hoe komt dat?<br />

‘De wereld kent veel meer verschillende<br />

gezichten dan twee tot vier jaar geleden.<br />

Aanvankelijk leken ontwikkelingen behoorlijk<br />

overzichtelijk. Als gevolg van de<br />

financiële crisis ging alles in een duikvlucht<br />

naar beneden; eerst de banken,<br />

toen de bedrijven. Ik was in die periode<br />

zelf verantwoordelijk voor de resources<br />

operating group en die branche werd als<br />

een van de laatste geraakt. De situatie<br />

was duidelijk; iedereen had er last van<br />

en iedereen moest alle zeilen bijzetten.<br />

Vervolgens pompten overheden enorme<br />

hoeveelheden geld in hun economieën,<br />

waarop alles weer omhoog ging. Opnieuw<br />

ging iedereen dezelfde kant op,<br />

alleen op een wat prettiger manier. Nu<br />

zijn we op een punt aangekomen waarop<br />

het uitzicht veel gevarieerder is omdat<br />

de situatie per sector en per geografisch<br />

gebied zich anders ontwikkelt. Zo staat<br />

de financiële dienstverlening wereldwijd<br />

nog zwaar onder druk. Een van de oorzaken<br />

is de beroerde situatie in Europa<br />

en vooral de manier waarop wij daarmee<br />

omgaan. Het is behoorlijk gênant dat we<br />

het zo ver hebben laten komen, maar de<br />

manier waarop we het proberen op te<br />

lossen is zo mogelijk nog gênanter. Too<br />

little just in time; net op tijd doen we net<br />

te weinig. Zo rollen we van het ene incident<br />

naar het andere. Dat is bijna niet<br />

sander van ’t noordende (49)<br />

Opleiding<br />

TU Eindhoven, technische<br />

bedrijfskunde, specialisatie<br />

bedrijfsfinanciering en marketing<br />

Loopbaan<br />

2011 - heden Group chief executive<br />

<strong>management</strong> consulting<br />

Lid executive leadership<br />

team<br />

2006 - 2011 Group chief executive<br />

resources operating group<br />

Lid executive leadership<br />

team<br />

2003 - 2006 Managing director resources<br />

operating group in Frankrijk,<br />

België en Nederland<br />

2001 - 2003 Country managing director<br />

Accenture Nederland<br />

1999 - 2001 Partner Andersen<br />

Consulting (voorloper van<br />

Accenture)<br />

1990 - 1999 Senior manager Andersen<br />

Consulting, utilities praktijk<br />

1990 Marketing manager<br />

Financieele Dagblad<br />

1987 - 1990 Staf consultant bij Arthur<br />

Andersen<br />

Nevenfunctie<br />

Penningmeester European Hockey League<br />

Accenture Special 2012 . 45


IntervIew<br />

meer uit te leggen aan de rest van de wereld.<br />

Daar komt bij dat Europa niet langer<br />

het centrum van de wereld is, zoals<br />

we eeuwenlang gewend waren. Amerika<br />

heeft het afgelopen jaar veel beter<br />

gepresteerd en de opkomende markten<br />

groeien nog steeds. Iets minder hard dan<br />

we gewend zijn misschien, maar toch.’<br />

° U signaleert een aantal ‘megatrends’<br />

die het gezicht van de wereld de<br />

komende tijd gaan bepalen. Welke zijn<br />

dat? ‘Wereldwijd heeft iedereen te maken<br />

met ontwikkelingen als globalisering,<br />

verstedelijking, grondstoffenschaarste,<br />

vergrijzing, noem maar op. Binnen onze<br />

tak van sport is de consumerization van<br />

ict een belangrijke ontwikkeling. Vroeger<br />

waren het bedrijven die over de<br />

beste technologie beschikten, maar met<br />

de komst van tablets en andere mobiele<br />

devices loopt de consument voorop. Een<br />

andere ontwikkeling is cloud computing;<br />

die onmetelijke computerpower die tot<br />

onze beschikking staat. En tot slot is er<br />

de ontwikkeling van big data ofwel de<br />

analytics. Dat is de technologie die het<br />

mogelijk maakt om uit die steeds groter<br />

wordende berg aan informatie waardevolle<br />

inhoud te destilleren waarmee we<br />

onze klanten beter kunnen bedienen, de<br />

besluitvorming versnellen of processen<br />

te optimaliseren.’<br />

° Daar ontstaan ook weer andere<br />

vragen, over bijvoorbeeld privacy<br />

en veiligheid. Wat doe je als je, zoals<br />

Amazon bijvoorbeeld onlangs in delen<br />

van Amerika, door een stroomstoring<br />

onbereikbaar wordt? Dan ligt de verkoop<br />

stil en loop je bovendien de kans<br />

dat je klanten verliest aan de concurrent.<br />

‘We worden steeds afhankelijker<br />

van technologie en daar moeten we<br />

ons rekenschap van geven. Naarmate<br />

de technologie voortschrijdt, worden<br />

onze verwachtingen hoger en daarmee<br />

de afhankelijkheid ervan. Bedrijven die<br />

technologie leveren moeten daarop inspelen.<br />

Een van onze retailcliënten doet<br />

zaken met Amazon. Wij hebben de infrastructuur<br />

van die klant zo ingericht<br />

dat als Amazon wegvalt, een andere<br />

‘cloudleverancier’ direct bijspringt. Dat<br />

bedoel ik met die rekenschap. Als je als<br />

bedrijf gebruikmaakt van technologie,<br />

moet je heel goed nadenken over wat<br />

je doet als die, om wat voor reden dan<br />

ook, wegvalt. Op het moment dat jouw<br />

site uit de lucht is, ervaren klanten dat<br />

alsof je de deur in hun gezicht dicht<br />

gooit. Daar moet je een antwoord op<br />

hebben.’<br />

° Hoe moet je als bedrijf een strategie<br />

bepalen als je als een schip op<br />

een woeste zee vaart en steeds nieuwe,<br />

‘ eeN<br />

werelDwijD<br />

oPerereND<br />

BeDrijf<br />

heefT NieTS<br />

AAN ééN<br />

STrATeGie’<br />

steeds hogere golven op je af ziet rollen?<br />

‘Je moet bewegelijk zijn, agile, en<br />

snel kunnen inspringen op wat er in je<br />

omgeving gebeurt. Dat wil niet zeggen<br />

dat je van de ene trend naar de andere<br />

moet springen. Het betekent wel dat<br />

je je sensors aan moet zetten; kijk wat<br />

er waar in de wereld gebeurt. Een retailklant<br />

in Amerika merkte bijvoorbeeld<br />

dat de kleine reisverpakkingen<br />

van shampoo, tandpasta en dergelijke<br />

plotseling veel beter verkochten. Na<br />

onderzoek concludeerde het bedrijf dat<br />

veel van hun klanten last hadden van<br />

de crisis. Als die klant vijf dollar moet<br />

betalen voor een grote fles shampoo,<br />

kan hij dat niet meer ergens anders aan<br />

uitgeven. Koopt de klant iets van vijftig<br />

cent, dan houdt hij meer geld over. Dat<br />

bedrijf heeft een marketingprogramma<br />

gemaakt om daarop in te kunnen spelen,<br />

door bijvoorbeeld aan het begin<br />

van de maand andere producten in de<br />

aanbieding te doen dan aan het eind.<br />

Dat vind ik een mooi voorbeeld van<br />

agility.’<br />

° In de praktijk zijn veel bedrijven,<br />

zeker als ze wereldwijd opereren,<br />

zo groot en daardoor ook zo log dat het<br />

niet zo simpel is om snel op dergelijke<br />

relatief kleine en lokale veranderingen<br />

te reageren. ‘Er zit energie in je bedrijf.<br />

De vraag is: waar stop je die energie in?<br />

Schaalgrootte biedt voordelen, want je<br />

beschikt over een breed budget en veel<br />

kennis. Als je die weet te combineren<br />

met lokaal ondernemerschap, ben je in<br />

staat heel lenig te opereren. Het is belangrijk<br />

om signalen vanuit de markt<br />

goed op te vangen en vervolgens te interpreteren.<br />

Daar zijn we weer terug bij<br />

de analytics; waarom doen Japanners<br />

tien dagen over een aankoopbeslissing<br />

en Amerikanen minder dan tien<br />

minuten? En als die Japanner opeens<br />

teruggaat naar vijf dagen; wat gebeurt<br />

daar dan? Die veranderingen moet je<br />

kunnen registreren en je moet in staat<br />

zijn daar snel een antwoord op te formuleren.<br />

Juist de balans tussen lokaal<br />

ondernemerschap en centrale, heldere<br />

randvoorwaarden voor het hele<br />

bedrijf is belangrijk. Je moet niet één<br />

marketingstrategie formuleren die er<br />

vanuit gaat dat wat goed is voor Philadelphia,<br />

ook wel zal werken in Bangalore.<br />

Je kunt wel grote lijnen uitzetten<br />

over goed werkgeverschap, fatsoenlijke<br />

arbeidsomstandigheden, eerlijk<br />

en duurzaam zaken doen. Binnen die<br />

randvoorwaarden kun je het lokale ondernemerschap<br />

de vrijheid geven die<br />

het nodig heeft.’<br />

° Dat de wereld steeds diverser<br />

wordt, moet ook consequenties hebben<br />

voor bijvoorbeeld leiderschap. In de<br />

boardrooms zitten mensen op basis van<br />

wat ze in het verleden gepresteerd hebben,<br />

met vaardigheden die toen relevant<br />

waren. De huidige crisis stelt andere<br />

eisen. De wil om te veranderen kan er<br />

dan wel zijn, maar is dat wel mogelijk?<br />

‘Het is niet simpel, maar het is ook niet<br />

moeilijk. We moeten het niet overdrijven.<br />

Veel dingen veranderen, maar veel<br />

dingen zijn nog steeds belangrijk: gezond<br />

verstand en op een nette manier<br />

zakendoen. Wel ligt er meer nadruk op<br />

de genoemde agility, risk<strong>management</strong><br />

en diversiteit. Leidinggeven vanuit hierarchie<br />

werkt niet meer, dat maakt<br />

steeds meer plaats voor meritocratie.<br />

Daarin kijk je gezamenlijk naar wat er<br />

om je heen gebeurt, iedereen doet zijn<br />

zegje. We maken een plan en dat voe-<br />

ren we samen uit. Een moderne leider<br />

is in staat binnen zijn bedrijf een cultuur<br />

te creëren waarin veel verschillende<br />

mensen zich thuis voelen.’<br />

° U zegt dus eigenlijk: veranderingen<br />

zijn er altijd geweest, alleen gaan ze<br />

tegenwoordig sneller dan vroeger. ‘De<br />

Albert Heijn van 1970 zag er ook anders<br />

uit dan die van 1980. Er was een<br />

tijd dat ik heel sceptisch was over het<br />

fenomeen mobiele telefoon. Wat moest<br />

ik daar mee? Nu houd ik videovergaderingen<br />

via mijn tablet. Onlangs was<br />

ik in de Applestore in New York en liet<br />

me het verschil uitleggen tussen een<br />

iPhone3 en een iPhone4. Na de uitleg<br />

reageerde ik sceptisch: ‘Dus allemaal<br />

dingen die je niet echt nodig hebt?’<br />

Daarop zei de verkoper: ‘Wait ’till you<br />

have it, sir.’ Dat is de kern. Veranderingen<br />

sluipen je leven binnen. Daarom<br />

moet de strategie van je bedrijf bestaan<br />

uit ‘one foot in today, one foot in tomorrow’.<br />

° Hoe bereidt u zich voor op een<br />

wereld die over tien jaar onherkenbaar<br />

veranderd zal zijn? ‘Niet stapje voor<br />

stapje. Het gaat om de combinatie van<br />

de langetermijnvisie en je kortetermijnbesluitvorming.<br />

Stel: we hebben<br />

honderd te investeren. Op dit moment<br />

zijn we in de VS even groot als in Europa,<br />

dan ligt het voor de hand om allebei<br />

vijftig te geven. Maar als we op de<br />

lange termijn een grote speler in Azië<br />

willen worden, moeten Europa en de<br />

VS het met veertig doen en krijgt Azië<br />

‘ leiDiNG-<br />

GeveN vANuiT<br />

hiërArchie<br />

werkT NieT’<br />

IntervIew<br />

nu twintig en dat bouwen we langzaam<br />

uit. Volatiliteit betekent; meer gezichten,<br />

meerdere antwoorden. Je komt er<br />

niet door voor het hele bedrijf over de<br />

hele wereld één strategie te formuleren.<br />

Je moet gedetailleerder kijken; waar<br />

kunnen we in de kosten snijden, waar<br />

zitten juist groeimogelijkheden, waar<br />

hebben we talent nodig en waar hebben<br />

we misschien mensen te veel. Dat<br />

is een continu proces.’<br />

° Uit de door Accenture uitgevoerde<br />

studie High Performance in The Netherlands<br />

blijkt dat de Nederlandse AEXbedrijven<br />

het niet geweldig doen, vergeleken<br />

met hun internationale peers. In<br />

Europa als geheel doet onze buurman<br />

Duitsland het bijvoorbeeld een stuk beter.<br />

Wat zou er in uw opinie beter moeten<br />

in Nederland? ‘Vooropgesteld, we<br />

hebben veel om trots op te zijn; hoe het<br />

land er bij ligt, hoe we met elkaar omgaan,<br />

hoe het hier allemaal werkt. Op<br />

lijstjes van landen waar het goed zakendoen<br />

is, scoren we nog altijd hoog. Wat<br />

ik wel jammer vind, is dat er in de politiek<br />

een polarisatie plaatsvindt. Daar is<br />

Nederland niet uniek in, maar bij ons is<br />

het nog nooit zo extreem geweest. Dat<br />

roept vragen op. Wat het Nederlandse<br />

bedrijfsleven betreft denk ik, zonder te<br />

pretenderen dat ik alle AEX-bedrijven<br />

goed ken, dat we in het verleden iets te<br />

genereus zijn geweest voor onze aandeelhouders.<br />

Uit ons onderzoek blijkt<br />

ook dat de Nederlandse AEX-bedrijven<br />

relatief meer dividend hebben uitgekeerd<br />

en meer eigen aandelen hebben<br />

aangekocht dan hun internationale collega’s.<br />

We moeten meer gaan investeren<br />

in het bedrijf zelf, met het oog op de<br />

toekomst. Dat is die foot in tomorrow.<br />

Investeren in groei is uiteindelijk is dan<br />

ook goed voor de aandeelhouders. Die<br />

balans moeten AEX-bedrijven terug<br />

zien te krijgen. Frans van Houten doet<br />

dat bijvoorbeeld met Philips heel goed.<br />

Hij maakt het bedrijf meer agile door<br />

de nadruk op het lokale ondernemerschap<br />

en cultuurverandering te leggen.<br />

Ik vind hem een fantastisch voorbeeld<br />

van een ceo die het beestje een naam<br />

geeft en aan de slag gaat.’<br />

46 . <strong>management</strong> scope Accenture Special 2012 . 47


oP grote hoogte<br />

De Amsterdamse Zuidas is het hoogwaardige kennis-<br />

en zakencentrum van Nederland en staat symbool voor<br />

het veelzijdige bedrijfsleven in ons land.<br />

48 . <strong>management</strong> scope<br />

Shell Special Accenture / september Special 2012 . 49


hIgh<br />

Perfor<br />

Mer<br />

50 . <strong>management</strong> scope<br />

‘ we helpen onze<br />

klanten met<br />

bezuinigen’<br />

Frank Heemskerk (43) is<br />

lid van de raad van bestuur<br />

van ingenieursbureau<br />

Royal HaskoningDHV.<br />

Daarvoor was hij<br />

staatssecretaris<br />

van Economische<br />

Zaken en Kamerlid<br />

voor de PvdA.<br />

Heemskerk begon<br />

zijn loopbaan bij<br />

ABN Amro, waar<br />

hij uiteenlopende<br />

functies had.<br />

we zijn met bijna achtduizend professionals<br />

in 35 landen actief. Naast<br />

Nederland en het Verenigd Koninkrijk heeft<br />

Royal HaskoningDHV sterke marktposities<br />

in Afrika, het Midden-Oosten en in Zuidoost-Azië.<br />

In het ontwerpen van havens,<br />

vliegvelden en tunnels behoren we echt tot<br />

de wereldtop. Voor verdere groei mikken we<br />

met name op opkomende markten.<br />

WE pROBEREN ONS NIET alleen van onze<br />

concurrenten te onderscheiden door het leveren<br />

van hoogwaardige kwaliteit, maar ook<br />

door onze klanten te helpen met bezuinigen.<br />

Bijvoorbeeld door aan een project meerdere<br />

functies te geven. Zo bedachten we voor de<br />

Universiteit Nijmegen een sportveld op een<br />

parkeergarage. Toen de gemeente Nijmegen<br />

ons vroeg iets te bedenken voor het soms<br />

hoge waterpeil van de rivier de Waal, hebben<br />

onze ingenieurs een ruimere bocht geconstrueerd<br />

waardoor het waterpeil zakt en<br />

tegelijk in de ontstane ruimte een kunstmatig<br />

eiland gecreëerd, wat weer goed is voor<br />

de leefomgeving. Dat zijn twee vliegen in<br />

één klap.<br />

IN DE RAAD vAN BESTUUR ben ik behalve<br />

voor ict ook verantwoordelijk voor onze<br />

businesslines watertechnologie en rivieren,<br />

delta’s en kusten. Ik probeer onze ingenieurs<br />

te inspireren om snelheid te maken, zich<br />

niet alleen te verliezen in technologische<br />

perfectie. Het gaat er ook om ons rendement<br />

te verbeteren en om datgene te doen<br />

wat onze klanten willen. Daarvoor moet je<br />

vooral goed kunnen luisteren naar je klant<br />

en niet direct met eigen oplossingen komen.<br />

WE MOTIvEREN ONZE MENSEN door ze<br />

zelfstandig te laten werken en een duidelijk<br />

doel voor ogen te houden. En vooral door ze<br />

mogelijkheden te bieden zichzelf continu te<br />

verbeteren.’<br />

Tekst Paul Groothengel Fotografie Kick Smeets

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!