27.09.2013 Views

Duivelse verleiding - Univers

Duivelse verleiding - Univers

Duivelse verleiding - Univers

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Hoogleraar-inflatie<br />

Wat hebben Wim de Bie, Youp van ’t Hek en Arnon Grunberg met elkaar gemeen?<br />

Het zijn allemaal profs. Althans, zo lijkt het. Ze bekleden bijzondere leerstoelen<br />

– en dat levert verwarring op. Tel daarbij op dat universiteiten overspoeld<br />

worden door leerstoelen gefinancierd door het bedrijfsleven, en je zou je<br />

kunnen afvragen: in hoeverre is het professoraat een gedevalueerd begrip?<br />

Pim Fortuyn pronkt in zijn hoogtijdagen al met zijn titel<br />

als professor – ook al was hij het op dat moment geen<br />

hoogleraar meer. Links en rechts kwam commentaar<br />

op de self-proclaimed prof. De Wet op het Hoger<br />

Onderwijs en Wetenschappelijk geeft hoogleraren alleen<br />

het recht zich professor te noemen zolang ze in functie zijn.<br />

Maar ‘professor’ is dan weer geen beschermde titel – Fortuyn<br />

stond wat dat betreft dus in zijn gelijk.<br />

Anderzijds was Fortuyn misschien een voorbeeld van wat je<br />

‘hoogleraar-inflatie’ zou kunnen noemen. Zo geeft Youp van<br />

’t Hek als ‘Cultural Professor’ zes colleges aan de TU Delft. In<br />

Tilburg hebben we de Leonardo-leerstoel – een wisselleerstoel<br />

wordt jaarlijks bekleed door een ‘spraakmakende’ gastdocent.<br />

Diens bekleder wordt al sinds jaar en dag ‘Leonardo-hoogleraar’<br />

genoemd. Dit jaar is dat cabaretier Wim de Bie.<br />

Dat is natuurlijk de kat op het spek binden. De Bie, die in zijn tijd<br />

met Kees van Kooten al frequent de gelegenheid aangreep om<br />

‘professor’ te spelen, was nu opeens echt Leonardo-hoogleraar.<br />

Nou ja, echt – de titel dient met een korrel zout te worden<br />

genomen. Hans van Driel, vice-decaan onderwijs bij geesteswetenschappen:<br />

“Toen we deze leerstoel jaren geleden bedachten,<br />

was dat omdat we op zoek gingen naar een uomo universalis,<br />

een alleskunner. Vandaar de verwijzing naar Leonardo. De titel<br />

is vervolgens zijn eigen leven gaan leiden. Toch is de benaming<br />

al die tijd geen probleem geweest – iedere bekleder weet dat<br />

de titel niet formeel is, en niet leidt tot togabijeenkomsten en<br />

dergelijke.”<br />

Satire<br />

Toch begon daar de verwarring. Wim de Bie zou namelijk Wim de<br />

Bie niet zijn als hij niet een beetje zou flaneren met die titel. De<br />

timing is daarbij natuurlijk niet onbelangrijk: deze kwestie speelt<br />

in het kielzog van de affaire-Stapel – die voor veel sceptici toch<br />

een nieuw vraagteken plaatste bij het begrip ‘hoogleraar’. De<br />

Bie verwees in een interview met Vrij Nederland nog maar eens<br />

naar, He-Who-Must-Not-Be-Named. “Het is op zichzelf al satire<br />

om als professor te worden benoemd aan de Stapeluniversiteit,”<br />

grapte de cabaretier. “Natuurlijk worden er flauwe grappen over<br />

gemaakt, maar dan zeg ik: als professor in de satire mag ik onbeperkt<br />

verzonnen onderzoeken publiceren. En wat wij indertijd<br />

als Koot & Bie aan valse data hebben geproduceerd, daar steekt<br />

collega Stapel heel bleekjes bij af.”<br />

Zout in de wonden, dus. Dat verklaart misschien waarom niet<br />

iedereen even blij is met de verwarring rond de Leonardo-<br />

‘hoogleraar’. Maar zegt dat alles ook iets over de devaluatie van<br />

die titel? Volgens rector magnificus Philip Eijlander niet. Hij is<br />

voorzitter van de Stichting Bijzondere Leerstoelen (SBL) – de<br />

stichting die de benoeming van bijzonder hoogleraren regelt.<br />

Volgens Eijlander is het te makkelijk om dit soort pseudo-titels<br />

zomaar gelijk te stellen met een echte (bijzondere) hoogleraar.<br />

“Ik snap wel waar die verwarring vandaan komt.<br />

Maar het is natuurlijk gewoon niet hetzelfde, en dat kun je<br />

iemand in vijf minuten uitleggen. Bijzondere hoogleraren worden<br />

hier aan hoge eisen onderworpen. Ik heb als voorzitter van de<br />

SBL regelmatig gesprekken met mensen op mijn kantoor die de<br />

wens koesteren om hoogleraar te worden, waar ik van denk: dat<br />

gaat niet lukken.”<br />

Het aantal bijzondere hoogleraren liep in 2005 nog terug van<br />

52 naar 41, vanwege de aanscherping van hun beoordeling.<br />

Inmiddels staat de teller op 68; elk jaar zijn het er wat meer. Op<br />

zich niets mis mee, stelt de rector. “Het zou een probleem zijn<br />

als er hierdoor minder ruimte is voor reguliere hoogleraren. Een<br />

bijzonder hoogleraarschap is toch van een andere slag. Deze<br />

mensen zijn vaak gespecialiseerd in 1 specifiek veld, terwijl normale<br />

hoogleraren vaak bredere kennis hebben.” Daarnaast is een<br />

gemiddelde hoogleraar maar 1 dag in de week aan de universiteit<br />

werkzaam, vertelt Eijlander. “Daarbij vinden we het belangrijk<br />

dat ze die dag ook daadwerkelijk fysiek aanwezig zijn.”<br />

In totaal is 7 procent van de profs in Tilburg bijzonder hoogleraar.<br />

En nagenoeg allemaal hebben ze een dr. voor hun naam<br />

staan. Want in tegenstelling tot wat soms gedacht wordt, is ervaring<br />

in het bedrijfsleven of lesgeven op zichzelf niet genoeg – er<br />

ligt ook academische vereiste. In de regel neemt de SBL geen<br />

hoogleraren aan die niet minstens gepromoveerd zijn. Aan deze<br />

eis wordt vastgehouden; hoogleraren begeleiden immers ook<br />

zelf promovendi. Eijlander: “Zo heeft Paul Scheffer bij Geesteswetenschappen<br />

bij zijn intrede eerst een promotie gedaan, voor<br />

hij als hoogleraar aangesteld kon worden. Niet alle universiteiten<br />

zijn even streng bij de benoeming van bijzonder hoogleraren,<br />

maar hier worden die eisen wel gesteld.”<br />

Wetenschap .11<br />

tekst Tom van Nuenen<br />

<strong>Univers</strong><br />

12 april 2012

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!