06.08.2014 Views

Elkaar blind kunnen geloven - Stibbe

Elkaar blind kunnen geloven - Stibbe

Elkaar blind kunnen geloven - Stibbe

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

88 89<br />

<strong>Elkaar</strong><br />

<strong>blind</strong><br />

<strong>kunnen</strong><br />

<strong>geloven</strong><br />

Van elkaar op aan<br />

<strong>kunnen</strong>. Wederzijds<br />

vertrouwen en<br />

va n z e l f s p r e k e n d e<br />

discretie is onmisbaar in<br />

veel werkrelaties. Zodra<br />

het ontbreekt werkt het<br />

niet, gaat het fout. Vi e r<br />

portretten van beroepen<br />

waarin het vertrouwen een<br />

vanzelfsprekend onderdeel<br />

van het werk moet zijn.<br />

tekst Patricia Veldhuis beeld Lars van den Brink


90 91<br />

Vertrouwen is de basis voor iedere advocaat.<br />

Astrid Helstone (37),<br />

advocaat bij <strong>Stibbe</strong>, is de<br />

vaste raadsvrouw van<br />

Remko van de Vlag (38),<br />

financieel directeur bij<br />

Radio 538. Zij adviseert hem<br />

bij arbeidsconflicten.<br />

Helstone: „Als ik hier met de taxi naartoe rijd en de chauffeur is nieuwsgierig, dan<br />

zeg ik altijd dat ik auditie ga doen. Ik zal nooit zeggen dat ik advocaat ben en wat de<br />

werkelijke reden van mijn bezoek is.”<br />

Van de Vlag: „Ik ga er <strong>blind</strong> vanuit dat Astrid discreet is.”<br />

Helstone: „Vertrouwen is de basis voor iedere advocaat. Het is essentieel. Niet alleen<br />

omdat dat zo in onze gedragsregels staat, maar ook omdat je alleen op die manier<br />

optimaal kunt samenwerken. Je hebt te maken met beursgevoelige informatie. Of,<br />

zoals hier bij Radio 538, met mediagevoelige zaken.”<br />

Van de Vlag: „We zijn een publiek bedrijf en hebben veel bekende mensen in dienst,<br />

dan sta je automatisch in de etalage. Als iemand uit ons team afscheid neemt, is discretie<br />

van groot belang. Astrid snapt dat dat heel nauw luistert.”<br />

Helstone: „De meeste zaken <strong>kunnen</strong> we gelukkig intern oplossen. We hebben tot nu<br />

toe nog maar één keer een rechtszaak gevoerd rondom een ontslagprocedure. En<br />

zelfs die liep goed af.” Van de Vlag: „Gelukkig maar. Personeel is waardevol voor ons.<br />

Daar moet je goed mee omgaan en dus ook goed afscheid van nemen: je komt elkaar<br />

altijd weer tegen in dit wereldje. Ontslagprocedures moeten daarom transparant<br />

zijn en vooral niet escaleren.”<br />

Helstone: „Als advocaat moet je vertrouwen uitstralen: de cliënt moet zich veilig voelen<br />

bij jou. Hij moet je namelijk álles vertellen, zodat jij een optimale strategie kunt<br />

voeren. Een cliënt heeft er geen belang bij om informatie achter te houden.”<br />

Van de Vlag: „Jij wint dat vertrouwen door open en eerlijk te zijn tegen mij. Je draait<br />

er niet om heen.”<br />

Helstone: „Als ik niet volledig ben in het verstrekken van informatie en advies, gaat<br />

het mis.”<br />

Van de Vlag: „Dat betekent ook dat je allebei tegen kritiek moet <strong>kunnen</strong>. Astrid wijst<br />

me op de haken en ogen in mijn zaak.”<br />

Helstone: „Het is onze taak om voortdurend op de risico’s te wijzen. Ik kom niet alleen<br />

goed nieuws brengen.”<br />

Van de Vlag: „Onze vertrouwensband beperkt zich tot het werk, maar ik kan haar altijd<br />

bellen. Ze staat echt dag en nacht voor me klaar als het moet.”<br />

Helstone: „Ook dat hoort erbij.”<br />

Van de Vlag: „Sommige zaken <strong>kunnen</strong> echt geen dag wachten. Dan heb ik gewoon<br />

onmiddellijk advies nodig.”<br />

Helstone: „Het feit dat ik altijd klaarsta, is ook onderdeel van ons vertrouwen.”<br />

Ze zitten dicht naast elkaar aan de houten vergadertafel in het kantoor van Van de<br />

Vlag. Bij hun eerste ontmoeting, zeven jaar geleden, klikte het meteen. Inmiddels<br />

zien ze elkaar geregeld, maar „gelukkig niet elke week”. „Het is een goed teken als ik<br />

je een tijdje niet spreek”, lacht Helstone.


92 93<br />

Onderling vertrouwen van bestuurder en OR<br />

Gert van den Berg (62) is<br />

directeur van AkzoNobel<br />

Nederland in Arnhem.<br />

Frank Schildmeijer (40),<br />

manager personal taxes, is<br />

daar voorzitter van de lokale<br />

ondernemingsraad.<br />

De afgelopen maanden<br />

werd veel gepraat over een<br />

reorganisatie.<br />

Van den Berg: „Correct me if I’m wrong, Frank, maar volgens mij kenmerkt onze relatie<br />

zich door twee woorden: respect en vertrouwen.”<br />

Schildmeijer: „K l o p t .”<br />

Van den Berg: „De belangen tussen een bestuurder en de OR lopen niet altijd parallel.<br />

Als je daarin toch goed wilt manoeuvreren, moet je elkaar vertrouwen.”<br />

Schildmeijer: „En als er geen wederzijds respect is, is er ook geen vertrouwen. Voor<br />

ons is dat een wezenlijk iets. Daardoor <strong>kunnen</strong> we hier in alle openheid discussiëren<br />

over ontwikkelingen in het bedrijf.”<br />

Van den Berg: „We zijn het lang niet altijd eens. Frank zegt ook wel eens: dat klopt<br />

niet, Gert. Maar juist door die openheid <strong>kunnen</strong> we prettiger én sneller samenwerken.<br />

Ook als het gaat om lastige zaken, zoals de reorganisatie die hier gaat plaatsvinden.<br />

Vanaf het allereerste moment dat dat speelde, heb ik de OR bij de plannen betrokken.<br />

”<br />

Schildmeijer: „En dan bel ik dus niet meteen De Gelderlander om de details door te geven.<br />

Vertrouwen kun je maar één keer misbruiken.”<br />

Van den Berg: „Ik ben van meet af aan duidelijk geweest: dit móet nog even onder<br />

ons blijven, anders is het gelijk einde oefening. Bij de meeste grote ondernemingen<br />

worden reorganisaties compleet voorgekookt en pas in een laat stadium in een pdf<br />

naar de OR gestuurd. Dat wilde ik niet. In de OR zitten geen domme mensen, die<br />

kennis kan ik ook gebruiken.”<br />

Schildmeijer: „Wij vertrouwen als OR niet <strong>blind</strong> op de informatie die we van de directie<br />

krijgen, hoor. Het is onze taak om goed te luisteren en een gezond wantrouwen<br />

aan de dag te leggen.”<br />

Van den Berg: „De informatie die ik krijg, komt van het management. Wat er op de<br />

werkvloer leeft, daar heb ik soms minder zicht op. Ik ben niet eng, maar mensen<br />

stappen nu eenmaal makkelijker naar de OR met een probleem dan naar mij. Op die<br />

manier hoor ik van Frank altijd de achterkant van het gelijk.”<br />

Schildmeijer: „Wij toetsen de voorstellen voorzichtig bij het personeel. En dan zeg ik<br />

soms: ‘Ze lopen nog niet in polonaise op de gang, Gert’.”<br />

Van den Berg: „Frank geeft me ook die informatie in vertrouwen. Hij zegt er nooit<br />

bij wie wat vindt en waarom. Logisch, want je zit op de rand van het gevoelige. We<br />

hebben elkaars vertrouwen nooit beschaamd.”<br />

Schildmeijer: „Dan zaten we niet aan deze tafel.”<br />

Ze zijn allebei pragmatisch en doelgericht, denkt Schildmeijer. Dat bindt. Ze zien elkaar<br />

elke week wel een paar uur, maar hun band is puur zakelijk. „Ik weet niet eens<br />

waar je woont!”, roept Van den Berg lachend uit. „Misschien moeten we toch eens<br />

een borrel drinken met de OR.”


94 95<br />

De secretaresse weet alles van hoe, wanneer en wie<br />

Henk van der Kolk (59) is<br />

voorzitter van vakbond<br />

FNV Bondgenoten.<br />

Aleida Huwae (39) werkt<br />

sinds twee jaar voor hem<br />

als directiesecretaresse.<br />

Van der Kolk: „Ik denk dat ik maar één geheim voor je heb...”<br />

Huwae: „Oh, echt? Daar moet ik over nadenken, ik heb geen idee!”<br />

Van der Kolk: „Jij weet vrijwel alles van me.”<br />

Huwae: „Ik beantwoord zijn telefoon en screen zijn e-mails, dan blijft er weinig verb<br />

o r g e n .”<br />

Van der Kolk: „Er zitten soms heel gevoelige en persoonlijke mailtjes tussen, hoor.”<br />

Huwae: „Ze zijn veilig bij mij. Ik zou echt nooit iets doorvertellen.”<br />

Van der Kolk: „Bij de vakbond zijn we niet zo verwend. Pas toen ik voorzitter werd,<br />

kreeg ik een eigen secretaresse. Daar moest ik wel aan wennen: ik bepaalde alt ij d<br />

mijn eigen agenda en nu doet Aleida dat. Zij weet dus alles wat ik doe, wanneer ik<br />

dat doe en met wie.”<br />

Huwae: „Mijn eerste ontmoeting met Henk duurde vijf minuten. Henk begon te<br />

kletsen en ik dacht: voor deze man wil ik wel werken.”<br />

Van der Kolk: „Het voelde meteen vertrouwd tussen ons.”<br />

Huwae: „Over privézaken hebben we het niet zo vaak, daar is geen tijd voor.”<br />

Van der Kolk: „Ik heb geen echte vriendschappen binnen de vakbeweging, werk en<br />

privé zijn bij mij gescheiden.”<br />

Huwae: „Hij neemt wel voetbalplaatjes mee voor mijn zoon, haha.”<br />

Van der Kolk kijkt betrapt: „O ja, dat zou ik nog doen.”<br />

Huwae: „Als er iets met hem is, dan merk ik het vaak onmiddellijk.”<br />

Van der Kolk: „O ja, zeker. En dan kan ik het ook wel aan je kwijt, dat vertrouwen is<br />

er wederzijds.”<br />

Huwae: „Je weet hier al snel veel van elkaar. Maar alles blijft wel binnen de muren<br />

van de afdeling. Soms kijk ik thuis naar het Journaal en dan zie ik iets waarvan ik<br />

denk: joh, dat wist ik allang. Maar ik ben wel zo discreet dat ik die dingen voor me<br />

houd. Dat spreekt eigenlijk voor zich in mijn functie.”<br />

Van der Kolk: „We hebben dat nooit zo hoeven uitspreken tegen elkaar. We weten allebei<br />

wel wanneer dingen echt in vertrouwen worden gezegd. Er gaat hier natuu r l ij k<br />

veel over tafel. Neem de discussie over de verhoging van de AOW-leeftijd. Dat gaf<br />

veel gedoe, ook binnen Bondgenoten. In die periode wilde ik mijn hart ook wel eens<br />

luchten en zat ik af en toe te mopperen op de gang van zaken. Dan hoef ik echt niet<br />

te zeggen: ‘Aleida, niet doorvertellen wat ik net tegen je zei’.”<br />

Huwae: „Nee, natuurlijk hoef je dat niet te zeggen! Dat voel ik zelf ook wel aan.”<br />

Bij het maken van de foto’s is zij geconcentreerd, terwijl hij vrijwel non-stop grappen<br />

maakt om haar aan het lachen te maken. „Kijk Aleida, ik heb <strong>blind</strong> vertrouwen<br />

in je”, grinnikt hij als zijn ogen dicht moeten van de fotograaf. Zij glimlacht toegeefl<br />

ij k .


96 97<br />

Joost Dekkers (31) is<br />

directeur van Battle of<br />

Concepts, een online<br />

‘denktank’ die hij drie jaar<br />

geleden oprichtte.<br />

Tom Roepers (63), partner<br />

bij adviesbureau Claassen,<br />

Moolenbeek & Partners,<br />

begeleidt hem als mentor<br />

namens Match&Mentor.<br />

Dekkers: „Ik wil het liefst altijd alles vertellen aan iedereen, maar dat gaat niet. Bij<br />

Tom kan ik wel alles kwijt. Ik weet dat hij het voor zich houdt.”<br />

Roepers: „Ik krijg álles te horen, rijp of groen. Dat moet ook: als ik mijn mening<br />

geef, moet ik ervan uitgaan dat die op correcte informatie is gebaseerd.”<br />

Dekkers: „Ik heb een andere coach gehad, maar die zat continu op mijn zwakke plek<br />

te hameren. Dat voelde minder prettig en dan vertel je minder. Bij Tom zeg ik zelfs<br />

meer dan thuis. Als ik mijn vriendin iets vertel en zij reageert, vat ik het sneller op<br />

als kritiek.”<br />

Roepers: „Ik probeer alles vanuit het positieve te benaderen. Ik kan wel gaten gaan<br />

schieten in een presentatie die Joost moet houden, maar het werkt stukken beter als<br />

ik gewoon vragen stel.”<br />

Dekkers: „Ik belde hem afgelopen week, vlak voor een belangrijke presentatie. Dan<br />

ziet hij ongetwijfeld zwakke punten, maar Tom weet dat ik op zo’n moment vooral<br />

zijn vertrouwen nodig heb. Hij geeft me dat.”<br />

Roepers: „Vanzelfsprekend. Dan is het resultaat beter.”<br />

Dekkers: „Zo werkt dat bij mij in elk geval.”<br />

Roepers: „Joost zit met zijn bedrijf in een fase waarin hij keuzes moet maken: verder<br />

groeien, meer mensen aannemen. Dat is heel herkenbaar voor mij: ik heb jarenlang<br />

verschillende directiefuncties bekleed en liep tegen dezelfde dingen aan.”<br />

Dekkers: „Ik heb al best veel mensen in mijn omgeving die me adviseren. Toen ik<br />

met Tom in contact kwam, dacht ik in eerste instantie: ja hoor, weer iemand met<br />

nieuwe adviezen. Maar al na één gesprek was het goed.”<br />

Roepers: „Als er geen chemie is, werkt het niet.”<br />

Dekkers: „Tom is onafhankelijk. Investeerders of vrienden hebben een ander belang.<br />

Dan kun je niet vrijuit praten.”<br />

Roepers: „Ik adviseer hem niet. De truc is dat hij dat zelf doet, door onze gesprekken.<br />

In mijn werk als consultant kom ik wel met een afgerond advies, maar bij Joost<br />

stel ik vooral vragen.”<br />

Dekkers: „Ik hoef Tom niet te overtuigen. Bij hem ben ik ook wel Joost, maar veel<br />

meer mezelf. Eerlijker. Ik kan alles bij hem kwijt. Dromen, idealen.”<br />

Roepers: „Maar ook de cijfertjes.’<br />

Dekkers: „Ja, die ook. Bij investeerders of medewerkers hou je soms dingen onder de<br />

pet. ”<br />

Roepers: „Je zal maar een ander bedrijf willen overnemen, of extra personeel zoeken.<br />

Dat moet je niet te snel aan je naaste medewerkers melden. Je móet selectief zijn<br />

in wat je vertelt, anders schep je onrust.”<br />

Als Joost Dekkers praat, kijkt Tom Roepers met een vaderlijke glimlach toe. Van „interessante<br />

stukjes” uit de krant maakt hij scans voor Joost. Dat zorgt voor extra vertrouwen,<br />

vindt de laatste. „Ik voel dat Tom het hartstikke leuk vindt.”

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!