06.08.2014 Views

Aansprakelijkheid van bestuurders van administratiekantoren - Stibbe

Aansprakelijkheid van bestuurders van administratiekantoren - Stibbe

Aansprakelijkheid van bestuurders van administratiekantoren - Stibbe

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

den. Hierna behandel ik de mogelijke persoonlijke aansprakelijkheid<br />

<strong>van</strong> <strong>bestuurders</strong> <strong>van</strong> een AK aan de hand <strong>van</strong> de<br />

taak en verantwoordelijkheid <strong>van</strong> <strong>bestuurders</strong> <strong>van</strong> <strong>administratiekantoren</strong><br />

in het licht <strong>van</strong> bepalingen in statu ten en<br />

administratievoorwaarden, (toekomstige) wettelijke regels<br />

en de bepalingen <strong>van</strong> de Code-Tabaksblat. 4 Aan de orde komen<br />

de interne en externe aansprakelijkheid <strong>van</strong> de <strong>bestuurders</strong><br />

<strong>van</strong> het AK en de mogelijkheden om persoonlijke<br />

risico's te beperken door middel <strong>van</strong> een vrijwaring ofverzekering.<br />

2. Ret dilemma <strong>van</strong> de <strong>bestuurders</strong> <strong>van</strong> bet AI<<br />

Mr. drs. H.H. Kersten<br />

<strong>Aansprakelijkheid</strong> <strong>van</strong><br />

<strong>bestuurders</strong> <strong>van</strong><br />

<strong>administratiekantoren</strong><br />

171<br />

1.lnleiding<br />

Certificering als beschermingsmaatregel heeft de laatste jaren<br />

aan populariteit ingeboet, maar komt nog steeds voor.<br />

Bestuurders .<strong>van</strong> stichting <strong>administratiekantoren</strong> staan<br />

steeds meer in de schijnwerpers. Net als aandeelhouders<br />

zijn certificaathouders mondiger geworden. Van <strong>bestuurders</strong><br />

<strong>van</strong> een administratiekantoor ('AK') wordt verwacht<br />

dat zij zich onafhankelijk opstellen ten opzichte <strong>van</strong> het bestuur<br />

en de raad <strong>van</strong> commissarissen ('Rve) <strong>van</strong> de beursvennootschap<br />

waaraan het AK is verbonden. Niet altijd 10­<br />

pen de belangen <strong>van</strong> de vennootschap en de certificaathouders<br />

parallel. Aishetaan de Commissie-Tabaksblat ligt,richt<br />

het AK zich bij de uitoefening <strong>van</strong> het stemrecht primair<br />

naar het belang <strong>van</strong> de certificaathouders. Bovendien moet<br />

het bestuur <strong>van</strong> het AK aan certificaathouders die daarom<br />

vragen onder aile omstandigheden en onbeperkt sternvolmachten<br />

verienen. Zover gaat art2:118a BW<strong>van</strong> de op 6juli<br />

2004 door de Eerste Kamer aangenomen wet tot aanpassing<br />

<strong>van</strong> de structuurregeling niet.! In vredestijd moet het<br />

AK volmachten verlenen, maar in oorlogstijd nietZ De verschillen<br />

tussen de code en de nieuwe wettelijke bepaling<br />

komen voort uit een verschil in benadering. De Commissie­<br />

Tabaksblat wijst certificering als beschermingsmaatregel af,<br />

de wetgever staat deze onder bepaalde voorwaarden toe.<br />

OokEuronext staat certificering als beschermingsmaatregel<br />

toe. BijlageX<strong>van</strong> het Fondsenreglement schrijft voor dat de<br />

norm <strong>van</strong> het stemgedrag <strong>van</strong> het AK moet zien op het behartigen<br />

<strong>van</strong> de belangen <strong>van</strong> de vennootschap, de met haar<br />

verbonden onderneming en aile daarbij betrokkenen. Onder<br />

de betrokkenen vallen ook de certificaathouders.!<br />

Voor <strong>bestuurders</strong> <strong>van</strong> <strong>administratiekantoren</strong> neemt de<br />

onzekerheid toe over hetgeen <strong>van</strong> hen verwacht mag wor-<br />

454<br />

2.1. Casus<br />

Ter illustratie <strong>van</strong> de problematiek ga ik uit <strong>van</strong> de volgende<br />

fictieve casus. Een beursvennootschap waara an een AK is<br />

verbonden wenst een samenwerking aan te gaan met een<br />

bevriende partij, terwijl een vijandige partij een bod voorbereidt<br />

Het bestuur en de Rve hebben besloten de transactie<br />

met de bevriende partij aan de algemene vergadering<br />

<strong>van</strong> aandeelhouders ('AVA') ter goedkeuring voor te leggen.<br />

Gaat de transactie door, dan zal de vijandige partij afzien<br />

<strong>van</strong> het bod. In het bestuur<strong>van</strong> het AK zitten onafhankelijke<br />

<strong>bestuurders</strong> alsmede <strong>bestuurders</strong> <strong>van</strong> de vennootschap. De<br />

certificaathouders vragen massaal volmachten. Het bestuur<br />

<strong>van</strong> het AK moet de beslissing nemen al dan niet volmachten<br />

te verlenen. De <strong>bestuurders</strong> <strong>van</strong> de vennootschap die in<br />

het bestuur <strong>van</strong> het AK zitten, doen er verstandig aan niet<br />

mee te stemmen als wordt besloten of de volmachten verleend<br />

zullen worden. Art. 2:118a lid 4 BWbepaalt immers<br />

dat de <strong>bestuurders</strong> <strong>van</strong> de vennootschap die in het bestuur<br />

<strong>van</strong> het AK zitten, niet meestemmen over het besluit om<br />

volmachten te beperken, uit te sluiten ofte herroepen.<br />

De onafhankelijke <strong>bestuurders</strong> dienen derhalve te beslissen<br />

over het verlenen <strong>van</strong> volmachten. Zijkunnen ervoor<br />

kiezen de volmachten te verlenen. Indien de certificaathouders<br />

de samenwerking niet goedkeuren is de weg vrij voor<br />

het vijandige bod. De kans bestaat echter dat de vijandige<br />

bieder het bod weliswaar uitbrengt, maar niet gestand doer,<br />

omdat niet 95% <strong>van</strong> de (certificaten <strong>van</strong>) aandelen zijn aangemeld.<br />

Denkbaar is dat de bevriende partij inmiddels een<br />

andere samenwerking is aangegaan en de vennootschap<br />

een schadedaim bij de <strong>bestuurders</strong> <strong>van</strong> het AK indient.<br />

1. Wet <strong>van</strong> 9juli 2004 totwijziging<strong>van</strong> Boek2 <strong>van</strong> het BurgerlijkWetboek<br />

in verband met aanpassing <strong>van</strong> de structuurregeling, 5tb.2004,<br />

370.<br />

2. tid 2 <strong>van</strong> art. 2:118a BWonderscheidt drie oorlogssituaties: (a) er is<br />

een vijandig bod aangekondigd of de gerechtvaardigde verwachting<br />

bestaat dar tot een vijandig bod zal worden overgegaan,(b) een certificaathouder<br />

of een samenwerkende groel\ certificaathouders<br />

heeft tenminste 25% <strong>van</strong> het geplaatste kiipitaal. CJf (c) naar het oordeel<br />

<strong>van</strong> het AK is uitoefening <strong>van</strong> het stemrecht door een houder<br />

<strong>van</strong> certificaten wezenlijk in strijd met het belang <strong>van</strong> de vennootschap<br />

en de daarrnee verbonden onderneming. Uit de wetsgeschiedenis<br />

blijkt dat categorie (c) ziet op situaties waarin de continu'iteit<br />

of de onaOtankelijkheid <strong>van</strong> de vennootschap wordt bedreigd. Met<br />

het begrip wezenlijk wordt tot uitdrukking gebracht dat het moet<br />

gaan om een beoordeling <strong>van</strong> de te verwachten substantiele schending<br />

<strong>van</strong> belangen <strong>van</strong> de vennootschap en de met haar verbonden<br />

onderneming (zie Karnerstukken II 2001/02,28179, nr. 3, p, 25 en<br />

Kamerstukken II 1997/98, 25 32, nr. 3. p. 21).Cezien de wetsgeschiedenis<br />

kan, maar hoeft het blj categorie (c) niet om een overnamegevecht<br />

te gaan.<br />

3. Houders <strong>van</strong> met medewerking <strong>van</strong> de vennootschap uitgegeven<br />

certificaten vallen onder degenen die bij de organisatie <strong>van</strong> de<br />

rechtspersoon zijn betrokken zoals bedoeld in art 2:8 BW. Zie Maeijer,BundelN.V.<br />

en av, p.IXt-art 8-1 (MvT).<br />

4. De Nederlandse corporate governance code, Beg/nselen <strong>van</strong> deugdelijkondememingsbestuuf<br />

en best practice bepallngen. Commissie corporate<br />

governance. 9 december 2003.<br />

Ondememingsrecht 2004-12


De <strong>bestuurders</strong> kunnen er ook voor kiezen de volmachten<br />

niet te verlenen en v66r de samenwerking te stemmen.<br />

In dat geval gaat het bod niet door. Denkbaar is dat de certificaathouders<br />

een schadeclaim bij de <strong>bestuurders</strong> <strong>van</strong> het<br />

AK indienen omdat zij hun premie bij het verwachte openbare<br />

bod mis zijn gelopen.<br />

De vraag is hoe kansrijk dergelijke claims zijn. Voor een<br />

goed begrip is het <strong>van</strong> belang het verschil tussen de interne<br />

en externe aansprakelijkheid <strong>van</strong> <strong>bestuurders</strong> te onderscheiden.<br />

3.lnteme aansprakelijkheid<br />

Op grond <strong>van</strong> art. 2:9 BW is elke bestuurder tegenover de<br />

rechtspersoon gehouden tot een behoorlijke vervulling <strong>van</strong><br />

de hem opgedragen taak. Voor aansprakelijkheid op grond<br />

<strong>van</strong> art. 2:9 BW dient sprake te zijn <strong>van</strong> ernstige verwijtbaarheidf<br />

Het gaat bij art 2:9 BWom de zogenaamde interne<br />

aansprakeWkheid.. De <strong>bestuurders</strong> <strong>van</strong> een AK kunnen<br />

derhalve, indien hen een ernstig verwijt gemaakt kan worden,<br />

aansprakelijk zijn tegenover het AK. Indien een bestuurder<br />

niet als onathankelijk bestuurder in het bestuur<br />

<strong>van</strong> het AK zit, maar tevens bestuurder is <strong>van</strong> de vennootschap<br />

waaraan het AK verbonden is, is hij tevens intern tegenover<br />

die vennootschap aansprakelijk.<br />

Ofsprake is <strong>van</strong> een ernstig verwijt, wordt door de rechter<br />

beoordeeld aan de hand <strong>van</strong> aile omstandigheden <strong>van</strong><br />

het geval, waaronder de aard <strong>van</strong> de door de rechtspersoon<br />

uitgeoefende activiteiten, de in het algemeen daaruit voortvloeiende<br />

risico's, de taakverdeling binnen het bestuur, de<br />

eventueel voor het bestuur geldende richtlijnen, de gegeyens<br />

waarover de bestuurder beschikte of behoorde te beschikken<br />

ten tijde <strong>van</strong> de aan hem verweten beslissingen of<br />

gedragingen, alsmede het inzicht en de zorgvuldigheid die<br />

mogen worden verwacht <strong>van</strong> een bestuurder die voor zijn<br />

taak berekend isen deze nauwgezetvervult 6 Bijemstig verwijtbaar<br />

gedrag gaat het niet aileen om onverantwoordelijk<br />

gedrag, fraude of misbruik; ook minder ernstig gedrag kan<br />

een onbehoorlijke taakvervulling <strong>van</strong> de bestuurder en<br />

daarmee emstig verwijtbaar gedrag opleveren.?<br />

4. Exteme aansprakelijkheid<br />

4.1.Schending spedjiekezorgvuldigheidsnonn<br />

Voorop moet worden gesteld dat de handelingen <strong>van</strong> de <strong>bestuurders</strong><br />

in beginsel aan de rechtspersoon worden toegerekend:<br />

hun handelingen worden geacht handelingen <strong>van</strong> de<br />

rechtspersoon zelf te zijn. Voorzover de certificaathouders<br />

menen dat de administratievoorwaarden - en dan doeI ik<br />

met name op de bepalingen tenaanzien <strong>van</strong> het stemgedrag<br />

- niet zijn nageleefd, dan kunnen zij aanvoeren dat sprake is<br />

<strong>van</strong> wanprestatie <strong>van</strong> het AI(. Tussen het AK en de certificaathouders<br />

bestaat immers krachtens een beheerovereenkomst<br />

een contraetuele verhouding, die uitgewerkt is in de<br />

administratievoorwaarden.s Voorzover de handelingen <strong>van</strong><br />

de <strong>bestuurders</strong> als een onrechtmatige daad kunnen worden<br />

gekwalificeerd, hebben de certificaathouders een aanspraak<br />

jegens het AK op grond <strong>van</strong> onrechtmatige daad.?AIleenindien<br />

de <strong>bestuurders</strong> <strong>van</strong> het AK een persoonlijk verwijt kan<br />

worden gemaakt (en aan aile overige vereisten <strong>van</strong> art.<br />

6:162 en 6:163 BWis voldaan), zijn zij persoonlijk aansprakelijkjegens<br />

de certiflcaathouders.w De<strong>bestuurders</strong> <strong>van</strong> het<br />

AK dienen zich specifiek onzorgvuldigjegens de certificaathouders<br />

gedragen te hebben. Hetzelfde geldt voor aansprakelijkheidjegens<br />

de vennootschap.!'<br />

.42 . Afgeleide schade<br />

Ingevolge de PootjABP-leer 12 heeft de aandeelhouder geen<br />

vordering tot vergoeding <strong>van</strong> de door de vennootschap geleden,<br />

afgeleide schade (de vennindering <strong>van</strong> de waarde<br />

<strong>van</strong> zijn aandelen). In 2000 heeft de Hoge Raad uitgemaakt<br />

Ondememingsrecht 2004-12<br />

dat de PootjABP-leer ook geldt voor de leden <strong>van</strong> een<br />

cooperatie!': voor een eigen vorderingsrecht, aldus de Hoge<br />

Raad,is vereist dat sprake is <strong>van</strong> een gedraging die specifiek<br />

onzorgvuldig is jegens een lid <strong>van</strong> de cooperatle en deze<br />

rechtstreeks in zijn vennogen benadeelt. Mij dunkt dat ook<br />

voor de stichting de PootjABP-leer geldt, Weliswaar verschilt<br />

de positie <strong>van</strong> de certificaathouder <strong>van</strong> de aandeelhouder<br />

<strong>van</strong> een vennootschap en lid <strong>van</strong> een vereniging (de<br />

rechtsverhouding tussen certificaathouder en stichting is<br />

<strong>van</strong> contraetuele aard, terwijl bij de vennootschap en cooperatie<br />

sprake is <strong>van</strong> een Iidmaatschapsverhouding), maar<br />

aangezien ook de stichting een rechtspersoon is die zelfstandig,<br />

als drager <strong>van</strong> eigen rechten en verplichtingen,<br />

deelneemt aan het rechtsverkeer en een afgescheiden vermogen<br />

heeft, kan in beginsel aileen de stichting optreden<br />

tegen een derde, zoals een bestuurder, die onrechtmatigjegens<br />

haar handelt en schade berokkent.v Daar komt bij dat<br />

het toekennen <strong>van</strong> een eigen vorderingsrecht aan de certificaathouders<br />

voor door de stichting geleden schade, tot gevolg<br />

kan hebben dat zowel de stichting als de certificaat-<br />

5. Zie F.:J.P. <strong>van</strong> den Ingh, 'Interne aansprakeIijkheid bij vereniging en<br />

stichting', S&V 1990, p. 159 e.v. Vgl. voor aansprakeIijkhejd <strong>van</strong><br />

<strong>bestuurders</strong> <strong>van</strong> naamloze en besloten vennootschappen: Asser­<br />

Maeijer 2-III (2000), nrs. 321 e.v.<br />

6. Zie HR10januarl1997, N]1997,360, m.nt. Ma.(Staleman/Van de Ven),<br />

HR29 november 2002, N]2003,455 (BerghuizerPopierjabriek) en HR<br />

4 april 2003 , N]2003, 538 (Skipper ClubCharter).<br />

7. Zie HR 4 april 2003 (Skipper Oub Charter), waaru it blijkt dat niet<br />

aileen gedrag dat een redelijk oordelend ondernemer aanmerkt als<br />

onmiskenbare tekortkoming, kan leiden tot interne aansprakelijkheid.<br />

Zie ook par. 22 <strong>van</strong> de conclusie <strong>van</strong> de A-G. G.H. Potjewijd,<br />

'vrijwaring voor <strong>bestuurders</strong> en commissarissen', Ondernemingsrecht<br />

2003, p, 607 e.v. betoogt dat ten aanzien <strong>van</strong> de bestuurderwerknemer<br />

de maatstaf <strong>van</strong> art. 7:661 lid 1 BINbehoort samen te<br />

vallen met de maatstaf<strong>van</strong> art . 2:9 8W.Vgl.VanSchilfgaardefWinter,<br />

Van de BVen NV,2003, nr, 47. j.M. Blanco Fernandez, 'Rechtspositie<br />

en aansprakelijkheid <strong>van</strong> <strong>bestuurders</strong> en commissarissen'iOndernemingsrecht<br />

2000, p. 474 es. vindt dat het heersende stand punt dat<br />

aansprakeIijkheid pas ontstaat bij een ernstig verwijt, heroverweging<br />

verdient. Zie Handboek, 1992, nr. 257 en Asser-Maeijer 2-III<br />

(2000), nr. 32t.<br />

8. Zie Asser-Maeijer 2-11I (2000), nrs. 405 en 407 en S.E. Eisma in:<br />

Preadvies <strong>van</strong> de Vereeniging 'Handelsrecht'1990, Eigendom ten titel<br />

<strong>van</strong> beheer naar komend recht, Zwolle: W.E.j. l]eenk Willink 1990, nr.<br />

4.7.2 en 4.7.4.<br />

9. Vgl.Asser-Vander Grinten-Maeijer 2-11 (1997), nrs. 112-115.<br />

10. Vgl. HR 6 oktober 1989, N] 1990, 286 (Beldamel) en HR 8 januari<br />

1999, N]1999, 318 (Pf?lco/Sturkerboom).<br />

11. Zie B.Wessels, 'AansprakeIijkheid uit onrechtmatige daad <strong>van</strong> stichtingen<br />

en verenigingen en <strong>van</strong> hun <strong>bestuurders</strong> en commissarissen',<br />

S&V1990, p. 163 e.v.,Asser-Vander Grinten-Maeijer 2-11 (1997), nr,<br />

117,j.B. Wezeman, <strong>Aansprakelijkheid</strong> <strong>van</strong> <strong>bestuurders</strong>, Uitgave <strong>van</strong>wege<br />

het lnstituut voor Ondernerningsrecht Rijksunlversiteit Groningen,<br />

Deventer: K1uwer 1998, p, 104, p. 111; B.W.G.P. Meijs,<br />

'Persoonlijke aansprakelijkheid <strong>van</strong> <strong>bestuurders</strong> en commissarissen<br />

in geval <strong>van</strong> faillissement <strong>van</strong> stichting en vereniging', S&V1999, p,<br />

200 e.v.•H. de Groot, Bestuurdersaansprakelijkheid, Deventer: K1uwer<br />

2003, p, 135 e.v.<br />

12. HR2 december 1994. N]1995, 288. m.nt. Ma. Zie ook HR29 november<br />

1996, N] 1997, 178 en Rb. Amhem 15 januari 1998.]OR 1998/90<br />

(in overweging 3.7 lees ik overigens dat de rechtbank er<strong>van</strong> uitgaat<br />

dat schending <strong>van</strong>een informatieplicht ten opzichte <strong>van</strong> de aandeelhouder<br />

een onrechtmatige daad jegens de aandeelhouder kan zijn;<br />

in casu oordeelde de rechtbank dat al zou vast kamen te staan dat de<br />

aandeelhouder onvoldoende was geinformeerd, een causaal verband<br />

met de schade ontbrak). .<br />

13. HR13 oktober 2000, N]2000, 699.<br />

14. Vgl.overweging 3.4.1 <strong>van</strong> de HRIn het Poor/ASP-arrest.<br />

455


houders ter zake <strong>van</strong> dezelfde schade procedures voeren tegen<br />

een bestuurder.n<br />

Indien moet worden aangenomen dat de Poot/ABP-Ieer<br />

ook geldt voor de certficaathouders, hebben de certificaat­<br />

.houders geen eigen vorderingsrecht, indien het AK schade<br />

lijdt doordat de <strong>bestuurders</strong> onzorgvuldig handelen. Voor<br />

een eigen vorderingsrecht is vereist dat de certificaathouders<br />

rechtstreeks in hun vermogen zijn benadeeld. In de fic- .<br />

tieve casus waar<strong>van</strong> ik uitga, is dat weI het geval: de certitieaten<br />

zijn immers beursgenoteerd en de certificaathouders<br />

die hun certificaten niet kunnen aanmelden in het kader <strong>van</strong><br />

het gemiste openbaar bod, lijden direct eigen schade doordat<br />

zij de overnamepremie mislopen.<br />

4.3. Regres - verschil positie werknemer/bestuurder enonajhankelijke<br />

bestuurder<br />

Er bestaat een verschil in positie tussen de bestuurder die<br />

geenwerknemer is en de bestuurder die dat weI is. Is de bestuurder<br />

in dienst, dan heeft hij op grond <strong>van</strong> art. 6:170 lid<br />

3 BWen art. 7:661 lid 1 BWin geval <strong>van</strong> externe aansprakelijkheid<br />

in beginsel recht op vergoeding door de rechtspersoon<br />

<strong>van</strong> al hetgeen hij heeft betaald aan de derde, tenzij<br />

sprake is <strong>van</strong> opzet of bewuste roekeloosheid. Ikzou menen<br />

datdit ook geldt voor de bestuurder<strong>van</strong> hetAK die in dienst<br />

is <strong>van</strong> de beursvennootschap waar<strong>van</strong> de aandelen zijn gecertificeerd.<br />

De onafhankelijke bestuurder <strong>van</strong> het AK is ,<br />

werknemer noch ondergeschikte <strong>van</strong> de stichting, aangezien<br />

hij slechts incidenteel werkzaamheden voor de stichting<br />

verricht.w Evenmin is hij werknemerof ondergeschikte<br />

<strong>van</strong> de beursvennootschap waaraan hetAK is verbonden. Bij<br />

gebreke <strong>van</strong> een specifieke wetsbepaling is het bepaald onzeker<br />

of de onafhankelijke bestuurder verhaal heeft op de<br />

vennootschap.i?<br />

5. Mogelijke aeties <strong>van</strong> certificaathouders en vennootschap<br />

5.1. Schending spedjieke zorgvuldigheidsnorm jegens cer-.<br />

tijicaathouders door weigering AKvolmachten te verlenen?<br />

Zoals gezegd, zijn de <strong>bestuurders</strong> aileen persoonlijk aansprakelijk<br />

alshen een persoonlijk verwijt valt te maken en<br />

zij persoonlijk jegens de certificaathouders een specifieke<br />

zorgvuldigheidsnorm hebben geschonden, waarbij de certificaathouders<br />

rechtstreeks in hun vermogen benadeeld zijn.<br />

In de fictieve casus zouden de certificaathouders kunnen<br />

stellen dat de <strong>bestuurders</strong> jegens hen een specifieke zorgvuldigheidsnorm<br />

hebben geschonden indien de <strong>bestuurders</strong><br />

zich niet hebben gehouden aan het ten behoeve <strong>van</strong> de<br />

certificaathouders in de Code-Tabaksblat opgenomen principe<br />

dat het bestuur <strong>van</strong> het AK aan de certificaathouders<br />

onder aile omstandigheden en onbeperkt stemvolmachten<br />

verleent. Deze stelling roept de vraag op of de Code-Tabaksblat<br />

rechtsregels creeert,<br />

In de HBG-zaak 18 oordeelde de Hoge Raad dat voor de<br />

door de OKaangenomen consultatieverplichting noch in de<br />

huidige wettelijke regeling, noch in de ten tijde <strong>van</strong> de uitspraak<br />

bestaande voorstellen tot wijziging daar<strong>van</strong>, noch in<br />

de in Nederland aanvaarde inzichten omtrent corporate governance<br />

(de A-Grefereert aan gepubliceerde corporate governance<br />

beginselen), voldoende steun was te vinden. De<br />

Hoge Raad lijkt derhalve de mogelijkheid open te laten dat<br />

aanvaarde inzichten omtrent corporate governance verplichtingen<br />

in het leven roepen.w<br />

Op zichzelflijkt mij juistdat een algemeen aanvaard beginsel<br />

<strong>van</strong> good corporate governance, ook al is dat beginsel<br />

(nog) niet wettelijk verankerd, verplichtingen in het leven<br />

kan roepen, ook voor een bestuurder <strong>van</strong> een rechtspersoon.<br />

Houdt een bestuurderzich nietaan een algemeen aanvaard<br />

beginsel <strong>van</strong> good corporate governance, met andere<br />

456<br />

woorden schendt hij een specifiek beginsel <strong>van</strong> behoorlijk<br />

bestuur, dan kan dat tot persoonlijke aansprakelijkheid leiden<br />

jegens derden voor door hen geleden schade, mits het<br />

desbetreffende beginsel strekt tot bescherming tegen de geleden<br />

schade (art. 6:163 BW).2° Ik denk bijvoorbeeld aan<br />

principe IV.3 <strong>van</strong> de Code-Tabaksblat, dat voorschrijft dat<br />

het bestuur aile aandeelhouders enandere partijen op de financiele<br />

markt gelijkelijk en gelijktijdig informeert over<br />

aangelegenheden die invloed kunnen hebben op de koers<br />

<strong>van</strong> het aandeeJ.21 Wat het AK betreft kan gedacht worden<br />

aan het beginsel dat het bestuur op zorgvuldige wijze de belangen<br />

<strong>van</strong> de vennootschap, de met haar verbonden onderneming<br />

en aile daarbij betrokkenen, waaronder de certificaathouders,<br />

zorgvuldig moet afwegenv, waarbij de belangen<br />

<strong>van</strong> de certificaathouders niet onnodig of onredelijk<br />

mogen worden geschaad.e Het lijkt mij verdedigbaar dat<br />

indien het bestuur zonder zwaarwegende redenen het belang<br />

<strong>van</strong> de vennootschap laat prevaleren en daarbij voorzienbare<br />

schade toebrengt aan de certificaathouders, sprake<br />

15. L Timmerman, 'Kan een aandeelhouder of vennootschapsschuldeiserafgeleide<br />

schadevorderen?',TVVS 1998, p.97 e.v.gaater<strong>van</strong> uit<br />

dat een crediteur in beginsel afgeleide schade kan vorderen. Ook<br />

certificaathouders zijncrediteuren,maar het feitdat de leden <strong>van</strong> de<br />

cooperatietevenscrediteuren<strong>van</strong> de cooperatiewaren,leverde hen<br />

geen eigen vorderingsrecht op (HR 13 oktober 2000, Nj 2000, 699).<br />

Vgl. M. Brink, 'De positie <strong>van</strong> (het bestuur <strong>van</strong>) een AI< bij een ter<br />

beurzegenoteerdevennootschap', DeNV1998, p. 159, die er<strong>van</strong> uitgaat<br />

dat de certificaathoudergeen afgeleide schade kan vorderen.<br />

lie ook P. <strong>van</strong> Schilfgaarde, 'Acties <strong>van</strong> aandeelhouders in verband<br />

met onrechtmatige gedragingen tegenover de vennootschap', in:<br />

Rechtspleging in het ondernemingsrecht (Uitgave <strong>van</strong>wege het lnstituut<br />

voorOndememingsrecht), Deventer1997,p.8-9 en M.j. Kroeze,<br />

Afgeleide Schade en Afgeleide Actie, Kluwer 2004, p, 21-22 ; die niet<br />

ingaat op de positie <strong>van</strong> de certificaathouder ten opzichte <strong>van</strong> de<br />

stichting,maar vermeldt dat ook de certificaathouders <strong>van</strong> de vennootschap<br />

afgeleide schade kunnen lijden. lie in dit verband ook<br />

HofAmhem21 oktober 1997,jOR 1998/3.<br />

16. Zie B. Wessels, t.a.p., p. 166 en H. De Groot, t.a.p., p. 6. Vgl. ook de<br />

positie<strong>van</strong> de commissaris, zie PotjeWijd, t.a.p., p.610.<br />

17. Vgl. Wessels, ta.p..p. 168 en Asser-Hartkamp 4-III (1990), nr.157.<br />

18. HR 21 februari2003. Nj 2003, 182, m.nt.Ma.<br />

19. lie L Timmerman, 'Kroniek <strong>van</strong> het vennootschapsrecht', NjB 2003,<br />

p, 1633 e.v., j. Winter,In Nederland aanvaarde ituifhten omtrent corporate<br />

governance, p. 331 e.v.en C.LoManto, 'Corporate governance<br />

(gedrags)regels in(de)strijdmet elementairebeginselen <strong>van</strong>verantwoord<br />

ondememerschap', p. 205 e.v., in: H.Boschma e.a.,LT, Verzamelde<br />

'Graninger' opstellen aangeboden aan Vino Timmerman, Uitgave<br />

<strong>van</strong>wege het Instituut voor Ondememingsrecht Rijksuniversiteit<br />

Groningen, deel 44,Deventer: Kluwer 2003.<br />

20. IdemWessels, t.a.p., p, 170: lie voorde vraagwat elementairebeginselen<br />

<strong>van</strong> verantwoord ondememerschap c.q.algemenebeginselen<br />

<strong>van</strong> behoorlijk ondememingsbestuur zijn onder meer Van Schilfgaarde/Winter,<br />

t.a.p., nr. 122, Asser-Maeijer 2-1II (2000), nr. 534 en<br />

C. LoManto, t.a.p., p.205 e.v.<br />

21. lie ook Rb. Amhem15januari 1998,jOR 1998/90 en noot 12.<br />

22. Vgl. Wessels, t.a.p., p. 170.<br />

23. Vgl. W.C.L <strong>van</strong> der Grinten, Beschermingsconstructies en de beurs.<br />

NIBE-Banking indireete reeks nr. 1, 1989, p. 11, F.j.P. <strong>van</strong> den Ingh,<br />

Certijicering en certijicaat <strong>van</strong> aandeelbij de besloten vennootschap,<br />

deel 35, Serie Monografieen <strong>van</strong>wege het Van der Heijden Instituut,<br />

Deventer: Kluwer 1991,p.205 en Brink, t.a.p., p. 157.lie oak Pres.Rb.<br />

's-Gravenhage, DeNV48 (1970-71), p. 82 e.v.<br />

Ondememingsrecht 2004-12


is <strong>van</strong> schending <strong>van</strong> een specifieke zorgplicht jegens de<br />

certiflcaathouders.><br />

Maar hoe zit het met het in de Code-Tabaksblat opgenomen<br />

principe dat onbeperkt stemvolmachten moeten worden<br />

verleend7 Verwoordt dit principe een in Nederland<br />

aanvaard beginsel <strong>van</strong> good corporate governance? De<br />

Commissie-Tabaksblat stelt dat de principes kunnen worden<br />

opgevat als de moderne, inmiddels breed gedragen, algemene<br />

opvattingen over een goede corporate governance.<br />

Hoewel dit niet helemaal duidelijk is, lijkt het beginsel 'pas<br />

toe of leg uit' niet <strong>van</strong> toepassing te zijn op deze principes,<br />

maar aileen op de best practice bepalingen. De certificaathouders<br />

zouden dan ook kunnen aanvoeren dat ook al is de<br />

code niet <strong>van</strong> toepassing op AK's, het in strijd handelen met<br />

dit principe betekent in strijd handelen met de maatschappelijke<br />

zorgvuldigheid.<br />

Ikdenk dat dit argumentgeen houtsnijdt. Aiseen artikel<br />

dat uitgaat <strong>van</strong>04e toetaatbaarheid <strong>van</strong> certificering als beschermingsmaatjegel<br />

door de Tweede en Eerste Kamer<br />

wordt aangenomeno, is geen sprake <strong>van</strong> een algemene opvatting<br />

dat certificering als beschermingsmaatregel ontoelaatbaar<br />

is. 26 Ditgeldt temeer nu het kabinet heeft laten weten<br />

dat de vennootschap zich in principe tegen een vijandig<br />

overnamebod mag beschermen.2' Dat betekent mijns inziens<br />

dat het AK niet verplicht is volmachten onder aile omstandigheden<br />

te verstrekken. Voigt het AK de spelregels <strong>van</strong><br />

art. 2:118a BW, dan handelt hetbestuur<strong>van</strong> het AK zorgvuldig,<br />

indien het na zorgvuldige afweging <strong>van</strong> de belangen, op<br />

de wijze zoals voorgeschreven is in de statuten en administratievoorwaarden<br />

<strong>van</strong> het AK en zonder de belangen <strong>van</strong><br />

de certificaathouders of de vennootschap onnodig of onredelijk<br />

te schaden, besluit om geen stemvolmachten te verlenen<br />

en besluiten neemt als aandeelhouder <strong>van</strong> de vennootschap<br />

in de AVA Van persoonlijke aansprakelijkheid <strong>van</strong> de<br />

<strong>bestuurders</strong> kan dan mijns inziens evenmin sprake zijn. Zij<br />

hebben in dat geval immers niet een mogelijk ook door de<br />

<strong>bestuurders</strong> persoonlijk ten opzichte <strong>van</strong> de certificaathouders<br />

in acht te nemen beginsel <strong>van</strong> behoorlijk bestuur, inhoudende<br />

dat hun belangen zorgvuldig moeten worden afgewogen<br />

en derhalve niet onnodig of onredelijk geschaad<br />

mogen worden, geschonden.<br />

5.2. Schending spedfieke zorgvuldigheidsnonnjegens vennootschap<br />

doorvolmachten te verlenen?<br />

De <strong>bestuurders</strong> kunnen in de fictieve casus ook besluiten<br />

om wei volmachten te verlenen. Voorzien de statuten en administratievoorwaarden<br />

niet In de verlening <strong>van</strong> volmachten,<br />

dan zou de vennootschap kunnen aanvoeren dat, er<strong>van</strong><br />

uitgaande dat art. 2:118a BWnog niet <strong>van</strong> kracht is, het AK<br />

geen volmachten mag verlenen. Indien het AK krachtens de<br />

doelomschrijving de belangen <strong>van</strong> de vennootschap, de met<br />

haar verbonden ondememing en aile daarbij betrokkenen<br />

dient te behartigen, kan het bestuur dan wei zijn verantwoordelijkheid<br />

uit handen geven7 Maeijer 28 meent <strong>van</strong><br />

niet. Voor dit standpunt is wei wat te zeggen, Immers, het<br />

AK dient weliswaar mede het belang <strong>van</strong> de certificaathouders<br />

te behartigen, maar door het verlenen <strong>van</strong> volmachten<br />

aan de certificaathouders, zullen de andere belangen die<br />

door het AK dienen te worden behartigd, onderbelicht raken.<br />

De meeste schrijvers nemen echter aan dat een incidentele<br />

volmacht geoorloofd is. 29 Ik sluit mij daarbij aan.<br />

Het AK mag naar mijn mening wei volmachten verlenen,<br />

maar dient bij de beslissing om al dan niet volmachten te<br />

verlenen, te beoordelen of daarmee niet een <strong>van</strong> de belangen<br />

die het AK dient te behartigen, onevenredig wordt geschaad.<br />

Aldus geeft het AK zijn verantwoordelijkheid niet<br />

uit handen. Heeft het bestuur <strong>van</strong> het AK zorgvuldig de belangen<br />

afgewogen, zonder daarbij het belang <strong>van</strong> de vennootschap<br />

onevenredig te schaden, dan zijn de <strong>bestuurders</strong><br />

niet persoonlijk aansprakelijkjegens de vennootschap.<br />

Ondememingsrecht 2004-12<br />

5.3. Schending spedfieke zorgvuldigheidsnonn jegens certificaathouders<br />

doorgeen voorafgaand overleg te voeren?<br />

Er<strong>van</strong> uitgaande dat in de fictieve casus het bestuur ervoor<br />

kiest geen volmachten te verlenen en ter vergadering veer<br />

de samenwerking zal stemmen, zouden de certificaathouders<br />

dan kunnen aanvoeren dat de <strong>bestuurders</strong> jegens hen<br />

een specifieke zorgvuldigheidsnorm hebben geschonden<br />

indien het AK voorafgaande aan de vergadering de certificaathouders<br />

niet heeft geraadpleegd7<br />

Er bestaat geen wettelijke verplichting voor het AK om<br />

zijn stem te bepalen na raadpleging <strong>van</strong> de certificaathouders,<br />

Een dergelijke verplichting is evenmin opgenomen in<br />

art. 2:118a BW.lid 2 bepaalt slechts dat het AK het besluit<br />

tot beperking, intrekking of herroeping gemotiveerd ter<br />

kennis brengt <strong>van</strong> de certificaathouders en overige aandeelhcuders.v<br />

In 1988 overwoog de president <strong>van</strong> de Rechtbank Den<br />

Boschin de Endra-zaak 31 , waarbij het overigens nlet om een<br />

beursvennootschap ging, dat de <strong>bestuurders</strong> <strong>van</strong> het AK<br />

persoonlijk jegens de certificaathouders aansprakelijk waren<br />

doordat zij geen overleg hadden gevoerd over het afwijzen<br />

<strong>van</strong> een bod en de vervreemding <strong>van</strong> de onderneming<br />

aan een ander. Door bij herhaling beslissingen te nemen in<br />

het kader <strong>van</strong> de overname <strong>van</strong> Endra zonder voorafgaand<br />

overleg handelden de <strong>bestuurders</strong> in strijd met de goede<br />

trouw en de zorgvuldigheid die zij in acht behoorden te nemen<br />

jegens de certificaathouders, te meer nu zij door hun<br />

handelswijze eventuele andere en wellicht betere ovemame-mogelijkheden<br />

<strong>van</strong> Endra teniet hadden gedaan, aidus<br />

24. Denkbaar is dat een rechter geen specifieke zorgvuldigheidsnorm<br />

aanneemt; in de Heino Kmuse-zaak (zie noot 13) overwoog de HR<br />

dat de leden met decoeperatie op grond <strong>van</strong> hun Iidmaatschap en<br />

overeenkomsten met'de coeperatie een rechtsbetrekking onderhouden<br />

op grond waar<strong>van</strong> zij mogen verwachten dat de cooperatie hun<br />

belangen op een zorgvuldige wijze zal dienen, De directeur moest<br />

zich inspannen dat de cooperatlezlchnaar die norm gedraagt, maar<br />

daar volgde niet uit dat hij specifieke zorgplicht had jegens de leden<br />

die hij door het wanbeleid had geschonden. In deze zaak was geen<br />

sprake <strong>van</strong> gedragingen waarbij een speciliek belang <strong>van</strong> de leden<br />

werd geschaad, maar <strong>van</strong> wanbeleid dat schade in de bedrijfsvoering<br />

<strong>van</strong> de cooperatle opleverde.<br />

25. Even leek het erop dat art. 2:118a BW werd geschrapt, maar uiteindelijk<br />

is art. 2:118a BWtoch opgenomen als onderdeel <strong>van</strong> het door<br />

de Eerste Kamer aangenomen wetsvoorstel. lie Kamerstukken II<br />

2002/03, 28 179. nr. 21, or. 31. p. 5 en nr. 38. De wetgever heeft de<br />

suggestie <strong>van</strong> de Commissie-Tabaksblat om art. 2:118a BW aan te<br />

passen, niet gevolgd. lnde ogen <strong>van</strong> de commissie is de code overigens<br />

niet in strijd metart. 2:118a BW, want in dit artikel staat niet<br />

dat het AI< in oorlogstijd geen volmachten zou mogen verlenen,<br />

maar dat het AI< hiertoe kan besluiten. Naar het oordeel <strong>van</strong> de commissie<br />

is het best practice om onder aile omstandigheden en onbeperkt<br />

volmachten te verlenen. De constatering dat geen sprake is<br />

<strong>van</strong> strijdigheid lijkt mij niet juist, Volgens de tekst <strong>van</strong> de code mag<br />

het AI< niet besluiten in oorlogstijd geen volmachten te verstrekken,<br />

terwijl dat <strong>van</strong> de wetgever nu juist wei mag.<br />

26. Vgl: M.j.G.C. Raaijmakers, "lelfregulering' <strong>van</strong> corporate governance<br />

<strong>van</strong> beursondernemingen', WPNR 6563 (2004), p. 79.<br />

27. lie de nota die op 1 maart 2004 naar de Tweede Kamer is gestuurd.<br />

28. 'Asser-Maeijer 2-1JI (2000). nr. 407.ldern: M. Brink. t.a.p, p. 159. Vgl.<br />

het Advies <strong>van</strong> de Commissievennootschapsrecht over stemmen<br />

door certificaathouders d.d. 25 juni 2001.<br />

29. lie S.E.Eisma, t.a.p., nr. 4.7.4, Handboek, nr, 197, F.j.P. <strong>van</strong> den lngh,<br />

t.a.p, p. 120 e.v. en L TImmerman, 'Het rapport Peters en het functioneren<br />

<strong>van</strong> de aandeelhoudersvergadering', in: Deopkomst<strong>van</strong>een<br />

rechtsgebied, deel 58, Serie Monografieen <strong>van</strong>wege het Van der Heijden<br />

lnstituut, Deventer: K1uwer1997, p. 151.<br />

30. lie Kamerstukken I 2003/04, 28 179,0, p. 5. Vgl.EA de [ong, ta.p., p.<br />

65.<br />

31. Pres. Rb, Den Bosch 12 augustus 1988, DeNV 67, p. 74, bekrachtigd<br />

door Hof Den Bosch 2 mei 1989, S&V1989, p. 119. Vgl.ook Pres. Rb.<br />

Amsterdam IIfebruari 1988 (VNU-Audet), KG 1988, 99 en Rh.Groningen<br />

11september 1996, KG 1996. 326.<br />

457


de president Hoewel deze uitspraak meer dan vijftien jaar<br />

oud is, is de casus actueeL Er is zekerwat voor te zeggen dat<br />

het AI( bij beslissingen waarbij de finandele belangen <strong>van</strong><br />

de certificaathouders zijn betrokken, voorafgaand overleg<br />

. voert met .de certificaathouders. Zouden de certificaathouders<br />

niet tenminste moeten worden geraadpleegd ten aanzien<br />

<strong>van</strong> de besluiten die op grond <strong>van</strong> het nieuwe art<br />

2:107a BWgoedgekeurd moeten worden door de AVA?<br />

Voor deze consultatie <strong>van</strong> certificaathouders geldt echter<br />

hetgeen de Hoge Raad in de HBG-zaakten aanzien <strong>van</strong> de<br />

consultatie <strong>van</strong> aandeelhouders overwoog: aan een verplichting<br />

tot voorafgaande consultatie zijn zodanige bezwaren<br />

verbonden, dat die niet kan worden aanvaard zonder<br />

een wettelijke of statutaire regeling, met name omtrent de<br />

omstandigheden waaronder de verplichting ontstaat en de<br />

consequenties <strong>van</strong> de niet-naleving, Bij gebreke <strong>van</strong> een<br />

dergelijke nadere regeling, aldus de Hoge Raad, zou een verplichting<br />

tot voorafgaande consultatie tot onaanvaardbare<br />

rechtsonzekerheid leiden. 32<br />

6.Toch een vrijwaring7<br />

6.1. Vrijwaring geoorloofd7<br />

Uit het voorgaande blijkt dat het naar mijn mening met de<br />

schadeclaims wei mee zal vallen. Toch zou het mij niet verbazen<br />

als <strong>bestuurders</strong> <strong>van</strong> <strong>administratiekantoren</strong> in toenemende<br />

mate om een vrijwaring <strong>van</strong> de vennootschap zullen<br />

vragen, Over vrijwaringen <strong>van</strong> <strong>bestuurders</strong> wordt verschillend<br />

gedacht33 Zokan de vraag worden gesteld of het verlenen<br />

<strong>van</strong> een vrijwaring niet buiten het (statutaire) doel <strong>van</strong><br />

de vennootschap valt Indien echter goede onafhankelijke<br />

<strong>bestuurders</strong> niet bereid zijn zitting te nemen in het bestuur<br />

<strong>van</strong> het AKindien zij niet beschermd zijn tegen aansprakelijkheidsrisico's,<br />

is het mijns inziens in het belang <strong>van</strong> de<br />

vennootschap een vrijwaring te verlenen.><br />

6.2. Vrijwaring zinvol7<br />

Een andere vraag is of een vrijwaring wei zin heeft. Op<br />

grond <strong>van</strong> art 3:40 BW zijn vrijwaringen ter zake opzet en<br />

bewuste roekeloosheid nietig. 3S Dat geldt mijns inziens ook<br />

als de bestuurder heeft gehandeld in een poging de rechtspersoon<br />

te redden.w Indien het gedrag ernstig verwiitbaar<br />

in de zin <strong>van</strong> art 2:9 BW is, is evenmin plaats voor een vrijwaring."<br />

Waarom dan toch een vrijwaring; voor lichtere<br />

mate <strong>van</strong> schuld hebben <strong>bestuurders</strong> toch intern regres 38?<br />

Ten aanzien <strong>van</strong> de vrijwaring <strong>van</strong> de onafhankelijke bestuurder<strong>van</strong><br />

hetAKdie eenvrijwaring <strong>van</strong> de vennootschap<br />

krijgt ligt dit echter anders dan ten aanzien <strong>van</strong> de meer gebruikelijke<br />

vrijwaring door de vennootschap <strong>van</strong> de eigen<br />

<strong>bestuurders</strong>. De onafhankelijke bestuurder is Diet een ondergeschikte<br />

<strong>van</strong> de vennootschap ofhet AI( en heeft dus in<br />

beginsel geen intern regres (zie par. 43). Bovendien, al zou<br />

de bestuurder als een ondergeschikte <strong>van</strong> het AI( kunnen<br />

worden aangemerkt, intern regres bij een stichting zonder<br />

vermogen voegt niet veel toe. Voorts is niet uitgesloten dat<br />

een bestuurder <strong>van</strong> het AI( aansprakelijk is tegenover de<br />

vennootschap of de certificaathouders voor een lichtere mate<br />

<strong>van</strong> schuld dan opzet, bewuste roekeloosheid of ernstig<br />

verwijtbaar handelen.w Daar komt bij dat <strong>bestuurders</strong> <strong>van</strong><br />

een vennootschap anders dan de onafhankelijke <strong>bestuurders</strong><br />

<strong>van</strong> de stichting AI


6.4. Vrijwaring enonajhankelijkheid<br />

Vrijwaring <strong>van</strong> <strong>bestuurders</strong> <strong>van</strong> het AK roept de vraag op of<br />

daarrnee niet een ontoelaatbare belangenverstrengeling in<br />

het leven wordt geroepen, Gesteld zou immers kunnen<br />

worden dat een vrijwaring afdoet aan de vereiste onafhankelijke<br />

opstelling <strong>van</strong> de <strong>bestuurders</strong> <strong>van</strong> het AK. Ik meen<br />

dat dat niet het geval is. De vrijwaring zorgt er nu juistvoor<br />

dat de <strong>bestuurders</strong> zich geen zorgen hoeven te maken over<br />

schadeclaims <strong>van</strong> de vennootschap. Indien immers de vennootschap<br />

de <strong>bestuurders</strong> verwijt niet in het belang <strong>van</strong> de<br />

vennootschap te hebben gestemd, althans de betrokken belangen<br />

niet zorgvuldig te hebben afgewogen, kan de vennootschap<br />

de <strong>bestuurders</strong> daarvoor niet aansprakelijk stellen.<br />

Interessant in dit verband is een uitspraak <strong>van</strong> het College<br />

<strong>van</strong> Beroep voor het bedrijfsleven ('CBb')d.d. 11 december<br />

2003. 43 In deze procedure werd aangevoerd dat een accountantskantoqr<br />

bij lie aanvaarding <strong>van</strong> een opdracht tot<br />

het doen <strong>van</strong> eel'i forensisch onderzoek een ontoelaatbare<br />

vrijwaring had bedongen. Gesteld werd dat devrijwaring,<br />

gezien de eisen die aan een juiste beroepsuitoefening door<br />

accountants dienen te worden gesteld, ontoelaatbaar is aangezien<br />

sprake is <strong>van</strong> belangenverstrengeling, wanprestatie<br />

welhaast wordt uitgelokt en <strong>van</strong> de vrijwaring een corrumperende<br />

invloed uitgaat op de beroepsuitoefening. Het CBb<br />

overweegt dat niet valt in te zien dat de vrijwaring in tuchtrechtelijk<br />

opzicht onaanvaardbaar behoort te worden geacht,<br />

gelet op hetgeen rechtens is voorgeschreven of <strong>van</strong>uit<br />

maatschappelijk oogpunt geboden is tot het weren en beteugelen<br />

<strong>van</strong> misslagen <strong>van</strong> registeraccountants in de uitoefening<br />

<strong>van</strong> hun beroep. Van enig aanzetten tot wanprestatie<br />

of het uitoefenen <strong>van</strong> corrumperende invloed is naar het<br />

oordeel <strong>van</strong> het eBb geen sprake. Het CBb acht het voorts<br />

niet zonder betekenis datde vrijwaring mede kan bijdragen<br />

aan de onafhankelijkheid <strong>van</strong> degenen die onderzoek verrichten.<br />

Het CBb ziet evenmin grond voor het oordeel dat de<br />

vrijwaring een onaanvaardbare belangenverstrengeling tot<br />

gevolg kan hebben.<br />

Ook voor de vrijwaring <strong>van</strong> <strong>bestuurders</strong> <strong>van</strong> een AK<br />

geldt mijns inziens dat de onafhankelijkheid eerder bevorderd<br />

dan bedreigd wordt. Vanuit een corporate governance<br />

perspeetiefdus alleszins aanvaardbaar.<br />

afweging, dan zal het met de aansprakelijkheidsrisico's <strong>van</strong><br />

<strong>bestuurders</strong> niet zo'n vaart lopen. Het laatste woord is echter<br />

niet gezegd over certificering als bescherrningsmaatregel.<br />

Binnenkort zal immers de discussie starten over bescherrningsmaatregelen<br />

in het kader <strong>van</strong> de implementatie<br />

<strong>van</strong> de dertiende EG-richtlijn.lndien het kabinet het standpunt<br />

zou innemen dat certificering als beschermingsrnaatregel<br />

moet worden geschrapt en steeds meer beursvennootschappen<br />

zich hieraan aanpassen, zal de druk op AK's<br />

toenemen om geen gebruik te maken <strong>van</strong> de mogelijkheden<br />

die lid 2 <strong>van</strong>art.2:118a BWbiedt Mochthettoteen voorstel<br />

tot wijziging <strong>van</strong> art. 2:118a BWkornen, dan neemt de onzekerheid<br />

toe over hetgeen <strong>van</strong> het bestuur <strong>van</strong> het AK verwacht<br />

mag worden. De Hoge Raad heeft immers in de HBGzaak<br />

voor het aanvaarden <strong>van</strong> een verplichting niet aileen<br />

gerefereerd aan in Nederland aanvaarde inzichten omtrent<br />

corporate governance, maar ook aan wetsvoorstellen. Een<br />

vrijwaring ofverzekering lijkt mij voor <strong>bestuurders</strong> <strong>van</strong> een<br />

fJ< in deze onzekere tijden geen overbodige luxe.<br />

Mr. drs. H.H.Kersten is advocaat te Amsterdam.<br />

43. College <strong>van</strong> Beroep voor het bedrijfsleven, te vinden op www.rechtspraak.nl.<br />

44. Zie yoor een bespreking <strong>van</strong> de BCA-polis en de BIA-polis voor<br />

<strong>bestuurders</strong> en toezichthouders <strong>van</strong> verenigingen en stichtingen: H.<br />

de Groot, t.a.p, p.'227 e.v.<br />

45. HR30 mei 1975, N]1976, 572.<br />

46. Idem Glasz. H. BecJcman III JAM. Bos, t.a.p., p. 340-341. W.c.!.. <strong>van</strong><br />

der Grinten, De NV 1989, p, 86 is <strong>van</strong> mening dat een verzekering<br />

niet in het belang <strong>van</strong> de vennootschap is.<br />

7. Verzekering<br />

Kan de vrijwaring ver<strong>van</strong>gen worden door een D&Overzekering447<br />

Mgezien <strong>van</strong> het financiele aspect - verzekeren<br />

kost geld > is een verzekering niet een sluitend altematief<br />

voor de vrijwaring, aangezien deze verzekeringen vaak<br />

diverse uitsluitingen kennen en claims het verzekerd bedrag<br />

kunnen overtreffen. Overigens is een verzekering tegen<br />

opzet net als een vrijwaring in het algemeen in strijd<br />

met de goede zeden zoals bedoeld in art. 3:40 BW. De dekking<br />

kan zich wei uitstrekken tot voorwaardelijke opzet 45<br />

en gedrag dat schade veroorzaakt aan een derde en kwalificeert<br />

als ernstig verwijtbaar gedrag ten opzichte <strong>van</strong> de<br />

vennootschap op grond <strong>van</strong> art. 2:'9 BW, waarvoor de bestuurder<br />

niet kan worden gevrijwaard. Voordeel <strong>van</strong> de verzekering<br />

is dat ook een uitkering wordt gedaan als de vennootschap<br />

inmiddels failliet is. Net als een vrijwaring kan<br />

een verzekering nodig zijn om een bestuurder bereid te vinden<br />

plaats te nemen in het bestuur <strong>van</strong> het AI

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!