V. FISCAAL RECHT • D. Successierechten • 1. Vlaams GewestK.B. nr. 308, 31 maart 1936 — p. 7106° wanneer er uitgemaakt wordt dat een missing inde aangifte begaan werd:a) aangaande de graad van verwantschap bestaandetussen de overledene en dezes erfgenamen,legatarissen of begiftigden;b) aangaande de wettelijke of testamentaire devolutieder nalatenschap;c) aangaande de hoedanigheid van rijksinwoner inhoofde van de overledene;7° wanneer, in de gevallen voorzien onderartikel 49, de belanghebbende erin slaagt de werkelijketoestand vast te stellen en er daaruit een verminderingvan belasting voortspruit;}1[8° wanneer, in het geval van artikel 60bis, het attestbedoeld in § 10 van dat artikel neergelegdwordt bij de ontvanger binnen 2 jaar na de betalingvan de belasting;] 1}2 [9° wanneer het voor de toepassing van de inartikel 54 bepaalde vrijstelling vereiste attest wordtneergelegd bij de ontvanger binnen 2 jaar na betalingvan de belasting;] 2}3[10° wanneer aan de voorwaarden voor de toepassingvan de in artikel 55quater bepaalde vrijstellingwordt voldaan binnen een termijn van}4 [4] 4 jaar na het overlijden.] 3}1. – 8° toegevoegd bij art. 22 Decr. Vl. Parl. 20 december 1996,B.S., 31 december 1996, err., B.S., 11 februari 1997, inwerkingtreding:1 januari 1997 (art. 99)}2. – 9° toegevoegd bij art. 62 Decr. Vl. Parl. 20 december 2002,B.S., 31 december 2002, inwerkingtreding: 1 januari 2003(art. 75, inleidende zin)}3. – 10° toegevoegd bij art. 25 Decr. Vl. Parl. 21 november2008, B.S., 27 januari 2009, inwerkingtreding: 1 januari 2009(art. 86, zesde streepje)}4. – 10° gewijzigd bij art. 14 Decr. Vl. Parl. 9 juli 2010, B.S.,28 juli 2010, inwerkingtreding: 28 juli 2010 (art. 78, derdestreepje)34 Thema Wetboeken – Notariaat (Aanvulling 1 november 2010) – © <strong>Larcier</strong>
V. FISCAAL RECHT • D. Successierechten • 2. Brussels Hoofdstedelijk GewestK.B. nr. 308, 31 maart 1936 — p. 7252. Brussels Hoofdstedelijk Gewestp. 718K.B. nr. 308, 31 maart 1936Art. 1 volledig vervangenArt. 1. }1 [Er wordt gevestigd:1° een recht van successie op de waarde van al watuit de nalatenschap van een Rijksinwoner wordtverkregen, verminderd met het in artikel 27, eerstelid, bedoelde passief;2° een recht van overgang bij overlijden op dewaarde van de onroerende goederen gelegen inBelgië verkregen uit de nalatenschap van iemanddie geen Rijksinwoner is, verminderd met het inartikel 27, tweede lid, bedoelde passief indien deoverledene een inwoner van de Europese EconomischeRuimte is.Voor een Rijksinwoner wordt gehouden, hij die, ophet ogenblik van zijn overlijden, binnen het Rijk zijndomicilie of de zetel van zijn vermogen heeft gevestigd.Voor een inwoner van de Europese EconomischeRuimte wordt gehouden, hij die, op het ogenblikvan zijn overlijden, binnen deze Ruimte zijn domicilieof de zetel van zijn vermogen heeft gevestigd.] 1}1. – Vervangen bij art. 2 Ord. Br. Hoofdst. Parl. 26 augustus2010, B.S., 3 september 2010, inwerkingtreding: 3 september2010 (art. 9)p. 719K.B. nr. 308, 31 maart 1936Art. 15 volledig vervangenArt. 15. }1 [Het successierecht is verschuldigd opde algemeenheid der aan de overledene of aan deafwezige toebehorende goederen, waar ze zich ookbevinden, na aftrek van het in artikel 27, eerste lidbedoelde passief en behoudens toepassing vanartikelen 16 en 17.] 1}1. – Vervangen bij art. 3 Ord. Br. Hoofdst. Parl. 26 augustus2010, B.S., 3 september 2010, inwerkingtreding: 3 september2010 (art. 9)p. 720K.B. nr. 308, 31 maart 1936Art. 18 volledig vervangenArt. 18. }1 [Het recht van overgang bij overlijden isverschuldigd op de algemeenheid der in België gelegenonroerende goederen, die aan de overledeneof aan de afwezige toebehoren, na aftrek van het inartikel 27, tweede lid, bedoelde passief indien deoverledene een inwoner van de Europese EconomischeRuimte was.] 1}1. – Vervangen bij art. 4 Ord. Br. Hoofdst. Parl. 26 augustus2010, B.S., 3 september 2010, inwerkingtreding: 3 september2010 (art. 9)p. 721K.B. nr. 308, 31 maart 1936Art. 27 volledig vervangenArt. 27. Als aannemelijk passief met betrekkingtot de nalatenschap van een Rijksinwoner geldenslechts:1° de op de dag van zijn overlijden bestaande schuldenvan de overledene;2° de begrafeniskosten.}1 [Als aannemelijk passief met betrekking tot de nalatenschapvan een inwoner van de Europese EconomischeRuimte die geen Rijksinwoner is, geldenslechts de op de dag van zijn overlijden bestaandeschulden waarvan de aangevers het bewijs leverendat ze specifiek werden aangegaan om de aan debelasting onderworpen onroerende goederen teverwerven of te behouden.] 1}1. – Lid 2 toegevoegd bij art. 5 Ord. Br. Hoofdst. Parl.26 augustus 2010, B.S., 3 september 2010, inwerkingtreding:3 september 2010 (art. 9)p. 721K.B. nr. 308, 31 maart 1936Art. 32 volledig vervangenArt. 32. }1 [Worden uitgesloten uit het passief, debij artikel 4 vermelde schulden.] 1}1. – Vervangen bij art. 6 Ord. Br. Hoofdst. Parl. 26 augustus2010, B.S., 3 september 2010, inwerkingtreding: 3 september2010 (art. 9)p. 724K.B. nr. 308, 31 maart 1936Art. 54 volledig vervangenArt. 54. }1 [ }2 [Van het recht van successie en vanhet recht van overgang bij overlijden wordt vrijgesteld:]21° hetgeen verkregen wordt door een door de wettot de erfenis geroepen erfgenaam in de rechte lijnof tussen echtgenoten }3 [of samenwonenden] 3 , tenbelope van de eerste schijf van }4 [15.000 euro] 4 .}4[Dit abattement wordt ten gunste van de kinderenvan de overledene die de leeftijd van eenentwintigjaar niet hebben bereikt, vermeerderd met}4 [2.500 euro] 4 voor elk vol jaar dat nog moet verlopentot zij de leeftijd van eenentwintig jaar bereikenen, ten gunste van de overlevende echtgenoot }5 [ofsamenwonende] 5 , met de helft der bijabattementenwelke de gemene kinderen samen genieten;] 42° hetgeen verkregen wordt door alle andere erfgenamen,legatarissen of begiftigden uit de erfenissenwaarvan het zuiver bedrag }6 [1.250 euro] 6 nietoverschrijdt.] 1}1. – Vervangen bij art. 10 K.B. nr. 12, 18 april 1967, B.S.,20 april 1967}2. – Inleidende zin vervangen bij art. 7 Ord. Br. Hoofdst. Parl.26 augustus 2010, B.S., 3 september 2010, inwerkingtreding:3 september 2010 (art. 9)}3. – 1° gewijzigd bij art. 4, a), Ord. Br. Hoofdst. Reg. 6 maart2008, B.S., 1 april 2008, inwerkingtreding: 1 januari 2008 (art. 8)}4. – 1° gewijzigd bij art. 30, a), wet 22 december 1977, B.S.,24 december 1977; gewijzigd bij art. 217 wet 22 december1989, B.S., 29 december 1989, inwerkingtreding: 1 januari 1990(art. 244); omrekening in EUR, zoals vermeld in Bericht, B.S.,16 april 1999; gewijzigd bij art. 21, § 1, B. Br. Hoofdst. Reg.13 december 2001, B.S., 26 februari 2002, inwerkingtreding:1 januari 2002 (art. 26), bekrachtigd met uitwerking op de dagvan zijn inwerkingtreding bij art. 2, derde streepje,Ord. Br. Hoofdst. R. 20 december 2002, B.S., 26 februari 2003;gewijzigd bij art. 6 Ord. Br. Hoofdst. R. 20 december 2002, B.S.,31 december 2002, err., B.S., 20 januari 2003, inwerkingtreding:1 januari 2003 (art. 14)}5. –1° gewijzigd bij art.4, b), Ord. Br. Hoofdst. Reg. 6 maart2008, B.S., 1 april 2008, inwerkingtreding: 1 januari 2008 (art. 8)}6. – 2°, omrekening in EUR, zoals vermeld in Bericht, B.S.,16 april 1999; gewijzigd bij art. 21, § 2, B. Br. Hoofdst. Reg.13 december 2001, B.S., 26 februari 2002, inwerkingtreding:1 januari 2002 (art. 26), bekrachtigd met uitwerking op de dagvan zijn inwerkingtreding bij art. 2, derde streepje,Ord. Br. Hoofdst. R. 20 december 2002, B.S., 26 februari 2003;gewijzigd bij art. 6 Ord. Br. Hoofdst. R. 20 december 2002, B.S.,31 december 2002, err., B.S., 20 januari 2003, inwerkingtreding:1 januari 2003 (art. 14)p. 725K.B. nr. 308, 31 maart 1936Art. 60bis volledig vervangenArt. 60bis. § 1. In afwijking van de artikelen 48en 48 2 , wordt het recht van successie }1 [en het rechtvan overgang bij overlijden] 1 vastgesteld op 3 %}2 [van de nettowaarde van het aandeel van de erflater]2 in een kleine of middelgrote onderneming,voor zover de nalatenschap of de ontbinding vanhet huwelijksvermogensstelsel tengevolge van hetoverlijden:1° het geheel der goederen omvat die een universaliteitvan goederen, een bedrijfstak of een handelsfondsvormen waarmee de erflater of zijn echtgenote,op de dag van het overlijden, een nijverheids-,handels-, ambachts- of landbouwbedrijf, een vrij beroep,een ambt of een post uitoefende;2° de volle eigendom bevat van aandelen van eenvennootschap waarvan de zetel van werkelijke leidinggevestigd is in een Lid-Staat van de }3 [EuropeseEconomische Ruimte] 3 en die een nijverheids-,handels-, ambachts- of landbouwactiviteit of eenvrij beroep exploiteert.Het geheel van de overgedragen aandelen moetminstens 25 % van de stemrechten in de algemenevergadering vertegenwoordigen.Indien het geheel van de overgedragen aandelenminder dan 50 % van de stemrechten in de algemenevergadering vertegenwoordigt, moet tevenseen aandeelhoudersovereenkomst worden geslotendie betrekking heeft op minstens 50 % van destemrechten in de algemene vergadering. In dezeaandeelhoudersovereenkomst verbinden de partijenzich ertoe de voorwaarden bedoeld inparagraaf 5 na te leven.§ 2. Onder kleine of middelgrote ondernemingmoet worden begrepen, een onderneming:– met minder dan 250 werknemers;– waarvan ofwel de jaaromzet 40 miljoen euro nietoverschrijdt, ofwel het jaarlijks balanstotaal27 miljoen euro niet overschrijdt;– die het zelfstandigheidscriterium in acht neemt,volgens hetwelk een grote onderneming niet 25 %Thema Wetboeken – Notariaat (Aanvulling 1 november 2010) – © <strong>Larcier</strong> 35