12.07.2015 Views

aanvulling notariaat.book - Uitgeverij Larcier

aanvulling notariaat.book - Uitgeverij Larcier

aanvulling notariaat.book - Uitgeverij Larcier

SHOW MORE
SHOW LESS
  • No tags were found...

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

VI. ADMINISTRATIEF RECHT EN STEDENBOUWRECHT • A. Vlaams GewestB. Vl. Reg. 15 mei 2009 — p. 868–8692° handelingen die vrijgesteld zijn van de vergunningsplicht,op voorwaarde dat de op het perceelaanwezige gebouwen of constructies hoofdzakelijkvergund zijn.] 3}1. – § 1 genummerd bij art. 14 Decr. Vl. Parl. 16 juli 2010, B.S.,9 augustus 2010}2. – § 2 toegevoegd bij art. 14 Decr. Vl. Parl. 16 juli 2010, B.S.,9 augustus 2010}3. – § 3 toegevoegd bij art. 14 Decr. Vl. Parl. 16 juli 2010, B.S.,9 augustus 2010p. 866–867B. Vl. Reg. 15 mei 2009Art. 4.4.19 volledig vervangenArt. 4.4.19. § 1. Het uitbreiden van een bestaandezonevreemde constructie, niet zijnde woningbouw,is vergunbaar, op voorwaarde dat de uitbreidingnoodzakelijk is omwille van:1° milieuvoorwaarden;2° gezondheidsredenen;3° maatregelen opgelegd door de sociale inspecteursdie bevoegd zijn in het kader van de wet van16 november 1972 betreffende de arbeidsinspectie;4° de bestrijding van voor planten en plantaardigeproducten schadelijke organismen, de dierengezondheidof het dierenwelzijn;5° }1 [infrastructurele behoeften ingevolge de uitbreidingvan de werking van erkende, gesubsidieerdeof gefinancierde onderwijsinstellingen of vaneen erkende jeugdvereniging in de zin van het decreetvan 14 februari 2003 houdende de ondersteuningen de stimulering van het gemeentelijk, het intergemeentelijken het provinciaal jeugd- en jeugdwerkbeleiden het decreet van 18 juli 2008 houdendehet voeren van een Vlaams jeugd- enkinderrechtenbeleid of van een erkend jeugdverblijfcentrumovereenkomstig het decreet van 18 juli2003 betreffende de verblijven en verenigingen dieeen werking uitoefenen in het kader van Toerismevoor Allen.] 1Indien de uitbreidingswerken betrekking hebbenop milieuvergunningsplichtige inrichtingen, geldende mogelijkheden, vermeld in het eerste lid,slechts indien voldaan is aan beide hiernavolgendevoorwaarden:1° de bouwheer beschikt op het ogenblik van devergunningsaanvraag over de voor een normale bedrijfsvoeringnoodzakelijke milieuvergunning;2° de constructie werd in het jaar voorafgaand aande vergunningsaanvraag daadwerkelijk uitgebaat.De Vlaamse Regering kan de voorwaarden, vermeldin het eerste lid, nader omschrijven.§ 2. Aanpassingswerken aan of bij een zonevreemdeconstructie, niet zijnde woningbouw, zijnvergunbaar, op voorwaarde dat het overdekte volumeniet wordt uitgebreid.§ 3. De mogelijkheden, vermeld in § 1 en § 2, geldenniet in:1° ruimtelijk kwetsbare gebieden, met uitzonderingvan parkgebieden;2° recreatiegebieden, zijnde de als dusdanig dooreen plan van aanleg aangewezen gebieden, en degebieden, geordend door een ruimtelijk uitvoeringsplan,die onder de categorie van gebiedsaanduiding«recreatie» sorteren.}1. – § 1, lid 1, 5°, vervangen bij art. 16 Decr. Vl. Parl. 16 juli2010, B.S., 9 augustus 2010p. 868B. Vl. Reg. 15 mei 2009Art. 4.4.28 volledig vervangenArt. 4.4.28. Een planologisch attest dat het betrokkenbestuursorgaan conform artikel 4.4.26, § 1,verplicht tot de opmaak of de wijziging van eenruimtelijk uitvoeringsplan of een plan van aanleg,blijft gelden tot het ruimtelijk uitvoeringsplan definitiefwordt vastgesteld.Dergelijk planologisch attest vervalt evenwel:1° als binnen het jaar na afgifte van het planologischattest geen aanvraag werd ingediend voor eenstedenbouwkundige vergunning }1 [in geval hetgaat om een attest dat met toepassing vanartikel 4.4.26, § 2, het mogelijk maakt een vergunningaf te geven waarbij afgeweken wordt van de vigerendestedenbouwkundige voorschriften;] 12° als deze stedenbouwkundige vergunning is vervallen;3° als het bedrijf zijn activiteit stopzet;4° bij overdracht van enig zakelijk recht op het bedrijfof individuele bedrijfsgebouwen;5° vijf jaar na de afgifte van het planologisch attest.}1. – Lid 2, 1°, aangevuld bij art. 17 Decr. Vl. Parl. 16 juli 2010,B.S., 9 augustus 2010p. 868B. Vl. Reg. 15 mei 2009Art. 4.5.1 volledig vervangenArt. 4.5.1. § 1. Een stedenbouwkundige vergunningvoor een inrichting waarvoor een milieuvergunningvereist is, wordt voor de toepassing vanartikel 5, § 2, van het decreet van 28 juni 1985 betreffendede milieuvergunning beschouwd als:1° definitief verleend: vanaf de datum waarop vande stedenbouwkundige vergunning gebruik kanworden gemaakt overeenkomstig artikel 4.7.19,§ 3, artikel 4.7.23, § 5, dan wel artikel 4.7.26, § 4,tweede lid;2° definitief geweigerd: vanaf de datum waarop inlaatste administratieve aanleg beslist werd om destedenbouwkundige vergunning niet af te leveren.§ 2. Een stedenbouwkundige vergunning voor eeninrichting, waarvoor een milieuvergunning nodig isof die onderworpen is aan de meldingsplicht conformhet decreet van 28 juni 1985 betreffende demilieuvergunning, wordt geschorst zolang de milieuvergunningniet definitief werd verleend overeenkomstigartikel 5, § 1, van het decreet van28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning of demelding niet is gebeurd. }1 [Als het gaat om met toepassingvan artikel 4.2.2 meldingsplichtige handelingen,wordt de uitvoerbaarheid van de meldingopgeschort.] 1In het geval, vermeld in het eerste lid, gaat de termijnvan twee jaar, bepaald in artikel 4.6.2, § 1, eerstelid, 1°, pas in op de dag dat de milieuvergunningdefinitief wordt verleend, respectievelijk de meldingis gebeurd.Wordt de milieuvergunning evenwel definitief geweigerdin de zin van artikel 5, § 1, van het decreetvan 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning,dan vervalt de stedenbouwkundige vergunning vanrechtswege. Het verval van de stedenbouwkundigevergunning wordt door de instantie die de milieuvergunningheeft geweigerd onverwijld meegedeeldaan de aanvrager en de overheid die de stedenbouwkundigevergunning heeft verleend. }2 [Alshet gaat om met toepassing van artikel 4.2.2 meldingsplichtigehandelingen, kunnen deze handelingenniet worden uitgevoerd.] 2}1. – § 2, lid 1, aangevuld bij art. 18, 1°, Decr. Vl. Parl. 16 juli2010, B.S., 9 augustus 2010}2. – § 2, lid 3, aangevuld bij art. 18, 2°, Decr. Vl. Parl. 16 juli2010, B.S., 9 augustus 2010p. 868–869B. Vl. Reg. 15 mei 2009Art. 4.6.4 volledig vervangenArt. 4.6.4. § 1. Een verkavelingsvergunning,waarbij geen nieuwe wegen worden aangelegd, ofhet tracé van bestaande gemeentewegen niet moetworden gewijzigd, verbreed of opgeheven, vervaltvan rechtswege wanneer:1° binnen een termijn van vijf jaar na de afgifte vande vergunning in laatste administratieve aanlegniet is overgegaan tot registratie van de verkoop, deverhuring voor meer dan negen jaar, of de vestigingvan erfpacht of opstalrecht ten aanzien van tenminste één derde van de kavels;2° binnen een termijn van tien jaar na de afgifte vande vergunning in laatste administratieve aanlegniet is overgegaan tot dergelijke registratie ten aanzienvan ten minste twee derde van de kavels.Voor de toepassing van het eerste lid:1° wordt met verkoop gelijkgesteld: de nalatenschapsverdelingen de schenking, met dien verstandedat slechts één kavel per deelgenoot of begunstigdein aanmerking komt;2° komt de verkoop van de verkaveling in haar geheelniet in aanmerking;3° komt alleen de huur die erop gericht is de huurderte laten bouwen op het gehuurde goed in aanmerking.}1[Voor de toepassing van het eerste lid wordt tijdigebebouwing door de verkavelaar conform deverkavelingsvergunning, met verkoop gelijkgesteld.]1§ 2. Een verkavelingsvergunning waarbij nieuwewegen worden aangelegd, of waarbij het tracé vanbestaande gemeentewegen gewijzigd, verbreed ofopgeheven wordt, vervalt van rechtswege wanneer:1° binnen een termijn van vijf jaar na de afgifte vande vergunning in laatste administratieve aanlegniet is overgegaan tot de oplevering van de onmiddellijkuit te voeren lasten of tot het verschaffen vanwaarborgen betreffende de uitvoering van deze lastenop de wijze, vermeld in artikel 4.2.20, § 1;2° binnen een termijn van tien jaar na de afgifte vande vergunning in laatste aanleg niet is overgegaantot registratie van de in § 1 vermelde rechtshandelingenten aanzien van ten minste één derde van dekavels;3° binnen een termijn van vijftien jaar na de afgiftevan de vergunning in laatste aanleg niet is overgegaantot registratie van de in § 1 vermelde rechts-Thema Wetboeken – Notariaat (Aanvulling 1 november 2010) – © <strong>Larcier</strong> 43

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!