Op zoek naar zinDe krachtvan verhalen en herinneringenOUDERENZORGEen verhaaluit een doosje‘Op zoek naar zin’ brengt ouderen in kleine groepjes samen om op een gestructureerdemanier hun leven te herinneren. Dat gebeurt aan de hand van twaalfthema’s: je eigen naam, geuren van vroeger, het huis waar je woonde, normenen waarden, handen, foto’s, vriendschap, levenslijn en keerpunten, leeftijd, levensbeschouwingen zingeving, verlangen, identiteit.Bij elk thema heeft wzc Sint-Vincentius een passende doos samengesteld, mettelkens een aantal voorwerpen die de herinneringen oproepen. Zo bevat dedoos ‘geuren van vroeger’ onder meer motteballen, koffie en bruine zeep. Daarnaastworden de deelnemende bewoners ook uitgenodigd om zelf voorwerpenof foto’s mee te brengen.De opleiding werd intussen al enkelekeren met succes herhaald in wzc Sint-Vincentius. Drie zorgmedewerkers tredenop als begeleiders: Kathleen Vercruysse,Doris Doornaert en Christine Polfliet, dieniet bij het gesprek aanwezig kon zijn.Waren wel mee op het appel: directeurJohan Himpe en zorgcoördinator EvelineBreye.Met de opleiding ‘Op zoek naar zin’wil wzc Sint-Vincentius uit Kortrijkde veerkracht van chronisch ziekeouderen verhogen, zodat ze meer zinkrijgen in het leven. Daarvoor wordenherinneringen opgehaald en wordtstilgestaan bij het eigen levensverhaal.De resultaten zijn erg bemoedigend.Het project kreeg onlangs ook de publieksprijsop de Innovatiebeurs vande vormingswerkgroep van CaritasWest- en Oost-<strong>Vlaanderen</strong>.“De directe aanleiding was een dame van90 jaar die zat te treuren”, vertelt zorgassistenteDoris Doornaert. “Die mevrouwhad niets meer om naar uit te kijken, verteldeze mij. Het leek wel alsof wachtenop het einde het enige was dat nog restte.Dat maakte indruk op mij. Hoe kunnenwij het leven van die oude mensen terugzorgwijzer | 24
zin geven, vroeg ik me af. Zo is de bal aanhet rollen gegaan.”“We hebben hierover raad gevraagd aanethicus Linus Vanlaere”, zegt directeurJohan Himpe. “Hij bevestigde dat één opde vier oudere mensen kampt met symptomenvan een depressie. Bij één op detien bejaarden is er zelfs sprake van eenechte depressie. Vragen naar zingevinghebben daar veel mee te maken. Linuswees ons op de Nederlandse cursus vanhet Trimbos-instituut ‘Op zoek naar zin’,gemaakt op maat van jonge, thuiswonendeNederlandse senioren. Hij stelde voordat wij een hertaling zouden maken vandie cursus, op maat van oudere seniorenin de context van een woonzorgcentrumof een serviceflat.”Sleutelmomenten“De Nederlandse cursus telt twaalf sessies,waarin elke keer een ander onderwerpaan bod komt”, vervolgt Johan Himpe.“Omdat het een gevalideerde opleidingbetreft, met bewezen waarde dus, zijn wezo dicht mogelijk bij het oorspronkelijkeconcept gebleven. In essentie komt deopleiding erop neer dat je met een groepoudere mensen terugkeert naar het verleden,op zoek naar belangrijke sleutelmomenten.De cursus zet de mensen aan hetdenken. Eerst heel oppervlakkig, maarna enkele keren dieper en dieper, tot webij fundamentele dingen aanbelanden.Die herinneringen bezorgen de ouderenvaak een goed gevoel. Ze dragen bij tot deaanvaarding. Terugkijken op je leven laatzien dat het niet zinloos is geweest, welintegendeel. Vandaar ook de titel van deopleiding: ‘Op zoek naar zin’.”“Dat die gesprekken in een groep van zestot acht mensen plaatsvinden, draagt bijtot hun succes”, meent woonzorgassistenteKathleen Vercruysse. “Herinneringenworden graag gedeeld. Het ene verhaalbrengt het andere met zich mee. Erwordt gelachen, maar ook gehuild. Veelvan die oudere mensen hebben hetzelfdemeegemaakt, of toch iets gelijkaardigs. Zehebben in dezelfde tijd geleefd. Een tijddie wij ons nauwelijks nog kunnen voorstellen,maar die wel een band schepttussen leeftijdsgenoten onder elkaar. Ookdat gevoel van verbondenheid maakt deeluit van het zin verlenen.”“Niemand van de deelnemers wordt verplichtom over zijn leven te vertellen”,verduidelijkt zorgcoördinator EvelineBreye. “Gewoon komen luisteren kan inprincipe ook. Alhoewel iedereen op deduur wel loskomt als het ijs eenmaal gebrokenis. We zijn ook geen psychologen.Als we merken dat een bewoner echt aaneen depressie lijdt, schakelen we natuurlijkprofessionele hulp in. De drempelvoor onze opleiding is heel laag. Je kuntde opleiding zonder problemen ook inandere woonzorgcentra overnemen. Hetenige wat je nodig hebt, zijn mensen diegraag zo’n opleiding begeleiden. Je moetbereid zijn er wat tijd voor vrij te makenen een eind op weg te gaan met de bewoners,mee te stappen in hun verhaal.”“In het begin is het dikwijls niet gemakkelijk.Mensen van 85 tot zelfs 95 jaarvertellen niet zo vlot over hun gevoelens.Dat hoorde niet, vroeger. Maar als deherinneringen eenmaal komen, genietenze ervan. Door de gesprekken leer je alszorgkundige de bewoners een stuk beterkennen. Soms komen we zelfs sluimerendedepressieve gevoelens op het spoor,wat ons toelaat om meer zorg op maataan te bieden”, vertelt Doris.“Mensen die naar een woonzorgcentrumof een serviceflat verhuizen zijn bijnaper definitie erg kwetsbaar”, zegt JohanHimpe. “Ze stellen zich vragen bij hunverdere leven. Wat zit ik hier nog te doen?Moet ik hier nog wel zijn? Daarondergaat een groot gevoel van hopeloosheidschuil, een gevolg van een verminderdeveerkracht. Wij proberen die veerkrachtopnieuw te versterken. Door de nadrukte leggen op de eigen identiteit van debewoners, op hun eigen verhaal, op wathen uniek maakt. Het is een verhaal vannormen en waarden, van omgaan met hetleven.”“Wie zijn thuis moet verlaten en in eenvreemde omgeving terechtkomt, heeftinderdaad een grote verlieservaring”, bevestigtEveline Breye. “Elke bewoner laatiets achter. Een hoofdstuk wordt afgesloten.Door te focussen op het eigen levensverhaal,stellen we de identiteit van elkebewoner toch weer centraal. Bovendienzien ze dat er andere mensen zijn die noginteresse hebben voor hun verhaal, voorwat ze denken en voelen. Die verhalen lerenons trouwens ook erg veel. Wij vindenalles zo vanzelfsprekend, maar er zijnandere tijden geweest! Die oude mensenhebben vaak heel wat meegemaakt. Datopent ons de ogen en we krijgen nog meerwaardering voor die mensen.”“Dat klopt”, beaamt Kathleen. “Het geeftde zorg een extra dimensie. We makenmeer tijd voor de mensen, we zien zeopenbloeien. Je kunt je zelfs afvragen wieer het meest heeft aan die opleiding: debewoners of de begeleiders? Ook als deopleiding al lang achter de rug is, zien wedat de mensen dichter bij elkaar staan.Het sociaal contact tussen de bewonersneemt toe. Dikwijls hebben ze elkaar goedleren kennen. De verhalen kunnen bij momentenimmers heel intiem worden. Datschept een band die lang blijft nawerken.En waar mensen gelukkiger van worden.Daar was het ons om te doen.”“Een opleiding duurt ongeveer een jaar:twaalf sessies, ongeveer één per maand.Nadien komen de mensen vragen om datnog te doen. En dat kan natuurlijk, maardan met een lossere context in praatgroepenof aan de koffietafel. We proberen erop die manier een vervolg aan te breien,zodat de resultaten langere tijd doorwerken”,besluit Johan Himpe.Voor meer informatie over de cursus ‘Opzoek naar zin’ kunt u terecht bij zorgcoördinatorEveline Breye – eveline.breye@gvo.be of 056 22 59 35.DoelstellingenbehaaldMet het project ‘Op zoek naar zin’stelde wzc Sint-Vincentius vier doelstellingenvoorop.1. Het welbevinden bij chronischzieke ouderen verhogen endepressie voorkomen.2. De cursus ‘Op zoek naar zin’aanpassen aan een residentiëlesetting en de opleiding herhaaldelijkgeven.3. Deskundigheidsbevordering vanmedewerkers, zodat meerderezorgmedewerkers met kennisen kunde deze cursus kunnenbegeleiden.4. De verspreiding van de ervaringenen de overdracht van de kennisdoor het bekendmaken van de aangepastecursus binnen de ouderenzorg.Laatstgenoemde doelstelling werdverwezenlijkt door het project voorte stellen op de Innovatiebeurs vanCaritas West- en Oost-<strong>Vlaanderen</strong>.En door dit artikel, uiteraard.25 | mei <strong>20</strong>11