George Warren Een onpartijdige beschrijving van Suriname 1669
een van de oudste beschrijvingen van Suriname
een van de oudste beschrijvingen van Suriname
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
gaans in het bos. Zij zullen nochtans niemand bij dag
aanvallen/ ten ware dat zij heel hongerig/ of verwond
waren/ en ik heb nooit meer als twee of drie mensen
gehoord die zij zouden verscheurd hebben/ 't sedert dat
onze Kolonie opgericht is; een van deze was een
Huisman/ een vlugge gast/ die altijd gewenst had dat hij
een reis een tijger vinden mog/ en had dikwijls daarover
geklaagd/ dat hij in al zijn jachten nooit het geluk had
gehad een van haar op te doen. Ten laatste gebeurden het
op een nacht/ wanneer hij in zijn hangmat lag met open
deuren/ dat er een tijger komt/ valt hem aan/ en draagt
hem twee uren gaans in het bos; hij riep tevergeefs om
hulp/ hoewel een Engelse vrouw ter naaster deure in een
gesloten huis hem hoorde/ en haar zelven verstoutte met
een musquet uit het venster te schieten/ het welke raar
was voor een vrouw-mens. Maar die met deze dieren te
doen gehad hebben/ die weten dat een tijger zijn roof
niet zal laten op een klein gerucht: Op een andere dag
vondt men de man/ wiens hoofd en schouders afgegeten
waren. Daar wordt opgelet/ dat er niet meer zoveel
tijgers zijn in die kwartieren als daar tevoren/ ten dele
omdat zij haar verder vandaan in de bossen begeven
hebben/ tendele dat er veel van zijn gevangen geworden
bij de wei-luiden. Enen Jan Millar heeft er altoos niet
minder als 12 of 14 met het roer of lancie geveld/ zijnde
miraculeuselijk van enige ontkomen met het leven/ en
van andere heel zwaarlijk gekwetst geworden. Daar zijn
niet zoveel rode tijgers als andere/ en deze zijn ook niet
zo wreed als de voorverhaalde. In de bossen wordt er
een menigte van Landschildpadden gevonden/ maar die
op drie vierdedeel na niet zo groot zijn als die aan de
21