19-00790PO - Vergroeningsplan Copijn (ID 224143)
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Leidsch verticaal bos<br />
DE PREMIER<br />
vergroeningsplan<br />
landschapsarchitecten<br />
030 26 44 333 | www.copijn.nl
INHOUDSOPGAVE<br />
Opgave 3<br />
Conclusies ecologisch advies 5<br />
Gebouwontwerp - massa, compositie en geleding 12<br />
gebouwontwerp - groen concept 13<br />
‘Elke plek heeft een geschiedenis<br />
en biedt nieuwe mogelijkheden<br />
voor de toekomst.’<br />
Leidsch verticaal bos - natuurinclusief 15<br />
Leidsch verticaal bos: Een biodiverse leefomgeving 17<br />
Leidsch verticaal bos: Een gezonde leefomgeving 18<br />
Uitwerking programma onderdelen <strong>19</strong><br />
Drie bouwdelen 34<br />
Onderhoud 59<br />
copijn landschapsarchitecten 2
OPGAVE<br />
Op de kruising van de Vijf Meilaan en Churchillaan in Leiden wordt het<br />
nieuwbouwproject ‘de Premier’ ontwikkeld. Hiervoor is op 24 januari 20<strong>19</strong><br />
de Nota van Uitgangspunten vastgesteld. De gemeentelijke kaders worden<br />
hierin benoemd. Middels het amendement II van 24 januari 20<strong>19</strong> wordt er<br />
scherper ingezet op vergroening.<br />
“Vergroening zal in de vorm van bijvoorbeeld groene daken en /of<br />
(gevel)tuinen zijn. De toren wordt uitgevoerd als verticaal bos. Een<br />
vergroeningsplan maakt onderdeel uit van de verdere uitwerking.<br />
Een netto toename van hoeveelheid groen en het toevoegen van<br />
hoogwaardig groen op en rond deze locatie is een integraal onderdeel van de<br />
potentiële bouwplannen en onderdeel van het participatieproces.<br />
In de uitwerking van de inrichting op het perceel en de openbare ruimte<br />
zal rekening worden gehouden met de duurzaamheidsambities uit het<br />
geldende beleidsakkoord, waarin vergroening en versterking van de<br />
biodiversiteit zijn benoemd.”<br />
Voor het ontwerp van ‘De Premier’ zijn de punten, zoals genoemd in het<br />
amendement, geanalyseerd en onderzocht op toegevoegde waarde.<br />
<strong>Copijn</strong> (specialist in het creëren van stedelijk groene leefomgevingen)<br />
heeft samen met Bureau Stadsnatuur (ecologisch adviseur) en BBHD<br />
Architecten dit vergroeningsplan inclusief ecologisch advies opgesteld.<br />
Belangrijk is dat (natuurlijk) groen moet worden toegevoegd en zo deel<br />
uitmaakt van de gebouwde omgeving. Groen draagt bij aan een schonere<br />
lucht, verlaagd hittestress, helpt water te reguleren, zorgt voor een<br />
prettiger klimaat door verdamping en geeft een prettig uitzicht wat weer<br />
bijdraagt aan de mentale gezondheid van bewoners. Groen is een plek<br />
waar mensen bijeenkomen, waar sociale cohesie ontstaat. Maar bovenal<br />
is groen een plek voor ecologie en biodiversiteit. In de ontwikkeling van<br />
het gebouw is bewust omgegaan met de potenties en functionaliteiten<br />
van (natuurlijk) groen en de cohesie tussen gebouw en de omgeving.<br />
Om het gebouw natuurinclusief te maken wordt er niet alleen aandacht<br />
aan groen gegeven, maar wordt ook gekeken naar het voorzien in nest-,<br />
verblijf- en overwinterplekken voor diverse diersoorten.<br />
Groenstructuren Leiden-Zuidwest.<br />
Eduard van Beinumstraat<br />
Vijf Meilaan<br />
Churchilllaan<br />
Middels dit vergroeningsplan wordt zichtbaar hoe deze opgave in de<br />
planontwikkeling is opgenomen en waarbij ecologische waarde en<br />
versterking van de biodiversiteit de belangrijkste uitgangspunten zijn.<br />
Rigolettohof<br />
Locatie in Leiden.<br />
Locatie aan kruispunt Vijf Meilaan en Churchillaan.<br />
copijn landschapsarchitecten 3
AANSLUITING OP OMGEVING<br />
churchillaan - groene stadsboulevard, brede lijn met bomen en brede stoep<br />
eduard van beinumstraat - aansluiting bij wederopbouwijk<br />
rigolettohof - wordt nog ontwikkeld - open karakter met min. 5 m groen<br />
vijfmei laan - behoud doorgaande natuurlijke zone met groen & water<br />
copijn landschapsarchitecten 4
CONCLUSIES ECOLOGISCH ADVIES<br />
Bureau Stadsnatuur heeft voor deze plek een onderzoek gedaan naar<br />
de huidige en potentiële waarden voor ecologie en biodiversiteit. Hun<br />
conclusies zijn samengevat in het rapport ‘Advies voor Natuurinclusief<br />
ontwerp’. Op de volgende pagina’s zullen analyse en daaraan verbonden<br />
adviezen en conclusies worden gepresenteerd. Deze worden gebruikt als<br />
uitgangspunt in het ontwikkelen van een vergroeningsplan dat aansluit<br />
op de omgeving.<br />
Advies voor Natuurinclusief ontwerp<br />
De Premier<br />
Leiden<br />
R.A. de Boer & S.D. Elzerman<br />
20 april 2021<br />
copijn landschapsarchitecten 5
Pijlers ecologie – natuurinclusief<br />
• Beplanting – functies voor fauna én bewoners<br />
• Gebruik zoveel als mogelijk inheemse planten, struiken en bomen<br />
• Slimme groenvolumes: klimplanten<br />
• Verblijfplaatsen voor stadsvogels en vleermuizen<br />
• Sluit aan bij lokale biotoop en biodiversiteit voor grootste toegevoegde<br />
waarde<br />
• Vierkante meters groen op grondniveau sluiten het best aan op omgeving<br />
• Zonering: reserveer locaties voor biodiversiteit waar het kan: overhoeken,<br />
randen, daken, e.d.<br />
copijn landschapsarchitecten 6
Gebiedsanalyse potenties biodiversiteit<br />
• Wat zijn kenmerken van de omgeving?<br />
• Wijk met relatief veel hoogbouw;<br />
• Groen bestaat voornamelijk uit gazon met vrijstaande bomen, struiklaag<br />
ontbreekt op veel plekken;<br />
• Watergang aan noordrand plangebied langs Vijf Meilaan;<br />
• Bomenrij langs Churchillaan.<br />
• En hoe neem je dat mee in de planvorming?<br />
• Sluit aan bij bestaande groene en blauwe structuren<br />
• Vul aan wat in de omgeving ontbreekt<br />
copijn landschapsarchitecten 7
Gebiedsanalyse potenties biodiversiteit<br />
• Wat is het beeld van de huidige biodiversiteit?<br />
• Algemene stadsvogels als Merel, Houtduif, Turkse tortel, Koolmees,<br />
Zwarte kraai, Vink;<br />
• Broedende meeuwen (Kleine mantel- en Zilvermeeuw) op daken;<br />
• (Oever)planten langs watergang Vijf Meilaan tonen potentie van<br />
natuurvriendelijke oever: Rietorchis, Grote kattenstaart, Pinksterbloem;<br />
• Stinzenplanten (al dan niet verwilderd) in openbaar groen: Maarts viooltje,<br />
Langbladige druifhyacint, Kleine maagdenpalm, Italiaanse aronskelk,<br />
Daslook;<br />
• Beperkt aantal vlindersoorten wijst op gebrek aan bloeiende planten in de<br />
omgeving.<br />
copijn landschapsarchitecten 8
Groen moet bereikbaar blijven<br />
• De meeste toegevoegde<br />
waarde van verticaal groen<br />
zit in de onderste 25 meter.<br />
• Op grotere hoogte wordt het<br />
groen minder waardevol voor<br />
dieren.<br />
• Alleen sterke vliegers,<br />
migrerende soorten en<br />
enkele specialisten bereiken<br />
grote hoogte.<br />
copijn landschapsarchitecten 9
Aandachtspunten beplantingsplan -<br />
straatniveau<br />
• Inheemse planten – vermijd (exotische) siergrassen<br />
• Spreiding bloeitijd – van voorjaar tot nazomer<br />
• Variatie in structuur: lage planten/gras > kruiden > struiken ><br />
bomen<br />
• Groot tekort aan struiklaag in stedelijke omgeving: toepassen van<br />
bijv. Meidoorn, Sleedoorn en Rode kornoelje zeer waardevol.<br />
• Doorgroeibare verharding toepassen bij ontsluitingsweg naar<br />
parkeergarage en voor hoofdentree<br />
• Langs Vijf Meilaan liggen kansen voor natuurvriendelijke oever<br />
copijn landschapsarchitecten 10
Aandachtspunten beplantingsplan –<br />
groene daken<br />
• Biosolar daken; extensief beheerde gras-kruidenmengsels<br />
• Mogelijkheid tot gebruik lokale/regionale mengsels<br />
• Variatie in substraatdikte, vegetatiestructuur en vochtigheid<br />
vergroten diversiteit<br />
• Toevoegen kleine elementen voor variatie: een houtblok of een<br />
zandhoop met stenen (waar insecten in kunnen nestelen), enkele<br />
vierkante meters grind of puingrond (gunstig voor Zwarte<br />
roodstaart)<br />
copijn landschapsarchitecten 11
GEBOUWONTWERP - MASSA, COMPOSITIE EN GELEDING<br />
massa, compositie en geleding; een stoer stedelijk gebouw<br />
ensemble van rechthoekige basisvormen passend bij “blokkendoos” Leiden Zuidwest<br />
een stoer stedelijk gebouw met natuurlijke uitstraling<br />
In het beeldkwaliteitsplan van de gemeente Leiden wordt gestuurd om<br />
op deze locatie een stoer en stedelijk gebouw te maken, een gebouw<br />
dat past bij het karakter van Leiden Zuidwest. Zuidwest kenmerkt zich<br />
als wederopbouwwijk door losse volumes (blokken) in de open ruimte in<br />
een orthogonale opzet. Het zijn eenvoudige rechthoekige volumes of een<br />
samenstel daarvan.<br />
stad (skyline)<br />
De stedenbouwkundige opzet van het ontwerp bestaat uit een compositie<br />
van eenvoudige rechthoekige schijven en blokken in een orthogonale<br />
opzet. Deze schijven en blokken zijn helder te herkennen en als ensemble<br />
vormgegeven. Bij dit ensemble is elk onderdeel herkenbaar aanwezig.<br />
In het ontwerp zijn dat het basement met daarboven de twee blokken,<br />
deze twee blokken vormen het hoogte-accent. Alle blokken zijn alzijdig<br />
ontworpen.<br />
In het ontwerp is het basement aan de buurtzijde in massa verder<br />
opgedeeld. Hiermee ontstaat een schaal en korrelgrootte die aansluit bij<br />
de omliggende bebouwing in de buurt. Ook ontstaat op deze manier een<br />
gewenste interessante eyeline van het gebouw. Aan de Churchilllaan toont<br />
het basement zich als schijf, passend bij de buurt al bestaande (eyeline)<br />
schijfvormige<br />
bebouwing aan de westzijde van de Churchilllaan. De compositie van de<br />
twee blokken op het basement vormt hier het stoere hoogte-accent aan<br />
het kruispunt. Het gebouw krijgt aan deze zijde het gewenste stedelijk<br />
karakter passend bij de stadboulevard. Door de geleding van het gebouw is<br />
het architectonische concept van het gebouw nu duidelijk; een compositie<br />
van drie bouwdelen die elk hun karakteristiek krijgen.<br />
massa, compositie en geleding; een stoer stedelijk gebouw<br />
ensemble van rechthoekige basisvormen passend bij “blokkendoos” Leiden Zuidwest<br />
“blok 2”<br />
stad (skyline)<br />
“blok 1”<br />
buurt (eyeline)<br />
“blok 2”<br />
“blok 1”<br />
4.3 Architectuur<br />
“basement”<br />
4.3 Architectuur<br />
Gevelarchitectuur: blok als geheel en richting<br />
benadrukken<br />
Bij een ensemble van blokken heeft een<br />
Massa, compositie en geleding<br />
individueel blok een eigen herkenbare gevel, die<br />
ook de hoek wordt omgezet. De afwijking van de<br />
Gevelarchitectuur: Blokkendoos: blok gevel rechthoekige als ten geheel opzichte basisvormen<br />
van richting de andere delen van het<br />
Belangrijk in ensemble de stedenbouwkundige kan beperkt zijn.<br />
benadrukken<br />
opzet zijn<br />
de compositie en de richting van eenvoudige<br />
Bij een ensemble van Uitsnijdingen blokken heeft een<br />
rechthoekige schijven in een orthogonale opzet.<br />
26<br />
individueel<br />
Deze<br />
blok<br />
schijven<br />
een Uitsnijdingen<br />
zijn<br />
eigen<br />
helder<br />
herkenbare uit het basisvolume<br />
te herkennen.<br />
gevel, zijn<br />
Ook<br />
die<br />
toegestaan, uitkragingen niet. Daarbij gelden de<br />
ook de hoek ondergeschikte wordt omgezet. functies zijn De opgenomen afwijking in van deze de<br />
volgende voorwaarden:<br />
gevel “basement”<br />
ten basisvolumes. opzichte van Er is de zodoende andere geen delen sprake van van het<br />
bijgebouwen • of uitsnijdingen ondergeschikte qua vormentaal gebouwdelen. beperkt<br />
ensemble kan beperkt zijn.<br />
• Geen uitsnijdingen uit plint<br />
• Per gevel maximaal 30% uitsneden uit het<br />
Los of in ensemble<br />
Uitsnijdingen<br />
geveloppervlak<br />
Schijven kunnen • othogonale los als één geheel worden<br />
26 vormen zijn verplicht<br />
Uitsnijdingen gerealiseerd uit het • in meerdere basisvolume openbare uitsnijdingen ruimte. zijn zijn Een toegestaan<br />
toegestaan, alternatief uitkragingen is • om lengte met en verschillende niet. breedte Daarbij van uitsnijdingen blokken gelden een mogen de<br />
niet te klein worden in relatie tot het hele<br />
volgende ensemble voorwaarden: te realiseren. Dit kan door blokken<br />
bouwvolume. Lengte van de uitsnede<br />
te stapelen, schakelen bedraagt of tenminste in een 20% compositie van de gevellengte.<br />
te realiseren • op Uitkragingen hetzelfde niveau. (incl. balkons) Bij grotere blijven beperkt en<br />
• uitsnijdingen qua vormentaal beperkt<br />
samengestelde gaan blokken niet over is het de bouwvlakgrens van belang dat heen.<br />
• Geen uitsnijdingen uit plint<br />
er ook binnen het ensemble voldoende licht en<br />
• Per gevel lucht ontstaat. maximaal 30% uitsneden uit het<br />
Massa, compositie en geleding<br />
Blokkendoos: rechthoekige basisvormen<br />
Belangrijk in de stedenbouwkundige opzet zijn<br />
de compositie en de richting van eenvoudige<br />
rechthoekige schijven in een orthogonale opzet.<br />
Deze schijven zijn helder te herkennen. Ook<br />
ondergeschikte functies zijn opgenomen in deze<br />
basisvolumes. Er is zodoende geen sprake van<br />
bijgebouwen of ondergeschikte gebouwdelen.<br />
Los of in ensemble geveloppervlak<br />
“blok 2”<br />
Schijven kunnen • othogonale los Korrelgrootte als één vormen geheel maten zijn blokken worden verplicht<br />
Nieuwbouw wordt opgebouwd uit een grove<br />
gerealiseerd • in meerdere openbare uitsnijdingen ruimte. zijn Een toegestaan<br />
korrel. Een rij huizen is nooit een opeenvolging<br />
alternatief is • om lengte met en<br />
van verschillende breedte van uitsnijdingen<br />
individuele panden blokken met eigen gevels. een mogen<br />
niet<br />
In<br />
te<br />
principe<br />
klein worden<br />
ensemble te realiseren. Dit is kan de korrel<br />
in relatie<br />
door de individuele<br />
tot het<br />
blokken schijf<br />
hele<br />
“blok 1”<br />
bouwvolume. als geheel. Indien Lengte deze van kleiner de uitsnede is om meer<br />
18<br />
te stapelen, schakelen bedraagt afwisseling<br />
of tenminste in<br />
op<br />
een<br />
straat 20% compositie<br />
te creëren, van de is gevellengte.<br />
de<br />
te realiseren • op Uitkragingen hetzelfde korrelgrootte niveau. (incl. alltijd balkons) minimaal Bij grotere blijven twee beperkt beukmaten. en<br />
samengestelde gaan blokken niet over is het de bouwvlakgrens van belang dat heen.<br />
er ook binnen het ensemble voldoende licht en<br />
“basement” lucht ontstaat.<br />
3.6 Beeldkwaliteit: Combinatie van blokken<br />
3.6 Beeldkwaliteit: Combinatie van blokken<br />
Top hoogbouw<br />
Hoogbouw<br />
stedelijke laag<br />
Basis<br />
Onderscheid basis, stedelijke Door laag dit ge en<br />
hoogbouw<br />
ken sluit he<br />
Door dit gebouw op te delen in<br />
lingen<br />
horizontale<br />
in dbl<br />
ken sluit het goed aan op de bijzondere verschillend doels<br />
lingen in dit project om op verschillende hoog<br />
er ook voo<br />
verschillende ecosystemen te creëren. Het zorg<br />
Top hoogbouw<br />
er ook voor dat het gebouw goed de aansluit menseli bij<br />
de menselijke beleving op verschillende niveaus schaal van<br />
niveaus van buurt, wijk en stad.<br />
Hoogbouw<br />
Deze opdeling is passend in Zuidwest waar oo<br />
spronkelijke geen hoogbouw was en elk gebo<br />
spronkelijk<br />
een horizontale richting heeft. Ten slotte voorkomt<br />
deze opdeling van het gebouw een horizo dat er ge<br />
zware dikke toren ontstaat.<br />
stedelijke laag<br />
Basis<br />
Blokken zijn individueel herkenbaar. De architectuur per blok is over het gehele blok herkenbaar. en gaat de hoek om.<br />
Ondersch<br />
hoogbou<br />
Deze opde<br />
komt deze<br />
zware dikk<br />
Blokken zijn individueel herkenbaar. De architectuur per blok is over het gehele blok herkenbaa<br />
De Schijven herkenbaarheid zijn de van basisvormen individuele blokken in een in grid een ensemble kan groot zijn, maar mag ook Schijven heel genuanceerd.<br />
blokken kunnen solitai<br />
of als ensemble.<br />
Het meest karakteristiek in de omgeving en voor<br />
dit gebied zijn schijven van 4 verdiepingen. Waar<br />
mogelijk wordt een dergelijk blok zichtbaar. Dit<br />
kan ook Uitsnijdingen door een zijn mogelijk, schijf zolang van zes passen verdiepingen bij de maat van op het blok en het originele blok goed herkenbaar blijft.<br />
te bouwen uit een schijf van 4 verdiepingen en<br />
een schijf van 2 verdiepingen. De maat van twee<br />
verdiepingen sluit aan bij de rijtjeswoningen in<br />
de wijk.<br />
De herkenbaarheid van individuele blokken in een ensemble kan groot zijn, maar mag ook hee<br />
Schijven zijn de basisvormen in een grid<br />
Sch<br />
of a<br />
90,1<br />
90,1<br />
Korrelgrootte en maten blokken<br />
Nieuwbouw wordt opgebouwd uit een grove<br />
korrel. Een rij huizen is nooit een opeenvolging<br />
van individuele panden met eigen gevels.<br />
In principe is de korrel de individuele schijf<br />
als geheel. Indien deze kleiner is om meer<br />
18<br />
afwisseling op straat te creëren, is de<br />
korrelgrootte alltijd minimaal twee beukmaten.<br />
Het meest karakteristiek in de omgeving en voor<br />
dit gebied zijn schijven van 4 verdiepingen. Waar<br />
mogelijk wordt een dergelijk blok zichtbaar. Dit<br />
kan ook door een schijf van zes verdiepingen op<br />
te bouwen uit een schijf van 4 verdiepingen en<br />
een schijf van 2 verdiepingen. De maat van twee<br />
verdiepingen sluit aan bij de rijtjeswoningen in<br />
de wijk.<br />
Uitsnijdingen zijn mogelijk, zolang ze passen bij de maat van het blok en het originele blok goed<br />
copijn landschapsarchitecten 12
GEBOUWONTWERP - GROEN CONCEPT<br />
In de analyse van de locatie door Bureau Stadsnatuur is naar voren<br />
gekomen dat de meeste vogel-, insecten- en vleermuissoorten op deze<br />
locatie vooral actief zijn tot een hoogte van 25 meter. Het is daarom logisch<br />
om juist deze eerste 25 meter van het gebouw volledig te vergroenen, en<br />
te zorgen dat het oppervlak van gevels en daken wordt vergroot, waardoor<br />
er extra vierkante meters groen kunnen worden toegevoegd. Hiermee<br />
wordt de meeste biodiversiteitswaarde om en aan het gebouw behaald.<br />
Dit is waar in het ontwerp van De Premier op is gestuurd. Hier is gekozen<br />
om de eerste 25 meter als apart bouwdeel te benaderen; het basement. In<br />
het basement is door geleding van de massa gestuurd op het vergroten<br />
van het gevel- en het dakoppervlak, met als doel om in dit bouwdeel<br />
een maximaal oppervlakte aan hoogwaardig groen toe te voegen en te<br />
zorgen voor een natuurvriendelijke inrichting. Door deze geleding kan er<br />
een groene loper worden gemaakt over het basement heen, waardoor de<br />
verschillende vogel-, insecten- en vleermuissoorten eenvoudig gebruik<br />
kunnen maken van het groen en naar grotere hoogte kunnen komen.<br />
Het eerst blok boven het basement ligt hoger dan 25 meter. Er zijn<br />
Hoogstedelijk hier en groen minder icoon. vogels, insecten en vleermuizen aanwezig. De groene<br />
verblijfsplekken voor vogels, insecten en vleermuizen kunnen hier<br />
kleiner zijn. In dit blok vormen balkons en groene gevelbanden deze<br />
verblijfsplekken en groene stapstenen. Deze zijn goed op de zon<br />
georiënteerd, waardoor beplanting uitbundig Hoogstedelijk kan en groen groeien. icoon.<br />
massa, compositie en geleding; een groen gebouw<br />
ondersteunend voor natuurinclusief woongebouw<br />
Het tweede blok daarboven ligt hoger en is georiënteerd op het noorden<br />
en oosten, op grotere hoogte is een enkele vogel- en vleermuissoort<br />
aanwezig en zijn groene verblijfsplekken voor vogels, insecten en<br />
vleermuizen minder noodzakelijk dan bij het basement en het eerste<br />
blok. De ambitie voor een natuurinclusief gebouw maakt dat we hier<br />
kunnen inzetten op ‘ander groen’. Door oriëntatie op noorden en oosten<br />
zijn de gevels van dit blok bij uitstek geschikt voor het maken van<br />
nestgelegenheden in de gevel. Door toevoeging van een aantal groene<br />
‘’stapstenen’’ in loggia’s en/of gevelbanden kunnen deze nesten op een<br />
natuurlijke wijze worden bereikt. Op deze manier draagt elk deel van<br />
het gebouw volgens een eigen architectonische karakteristiek bij aan de<br />
ecologische waarden van deze plek. Kansen worden op alle bouwvolumes<br />
optimaal benut.<br />
LEGENDA<br />
soorten voedsel nestgelegenheid<br />
zangvogels<br />
slechtvalk<br />
“blok 2”<br />
vlinders<br />
gierzwaluw *<br />
vleermuizen<br />
insecten<br />
bijen<br />
*nestvoorziening met noord/oost<br />
oriëntatie, voor deze visualisatie is dat<br />
aan de achterzijde van het gebouw<br />
massa, compositie en geleding; een groen gebouw<br />
ondersteunend voor natuurinclusief woongebouw<br />
Hoogstedelijk en groen icoon.<br />
“blok 1”<br />
Ecologie; voorkomende soorten op diverse niveaus.<br />
“basement”<br />
“blok 2”<br />
“blok 1”<br />
De algemene sfeer die voor het centrumgebied<br />
Zuidwest wordt nagestreefd is: Stoer, Stedelijk en<br />
Groen.<br />
Voor dit project geldt deze ambitie van stoer,<br />
stedelijk en groen in extremo. Met de positie<br />
direct aan het assenkruis van de wijk, aan<br />
de Churchilllaan als stadsboulevard en aan<br />
het groene deel van de Vijf Meilaan zijn alle<br />
ingrediënten in de omgeving aanwezig. Tel<br />
daarbij de ambitie op om een stevig volume<br />
met een hoogteaccent 4. Beeldkwaliteit<br />
realiseren en de<br />
ambitie om een groen icoon te realiseren, dat<br />
75 m<br />
maximaal bijdraagt 4.1 Sfeer: aan stoer, de stedelijk lokale ecologie en groenen de<br />
luchtkwaliteit.<br />
“basement”<br />
De algemene sfeer die voor het centrumgebied<br />
Zuidwest wordt nagestreefd is: Stoer, Stedelijk en<br />
Groen.<br />
Het project kan een ambassadeur worden<br />
50 m<br />
voor Leiden Zuidwest: heldere grote stoere<br />
rechthoekige vormen, een levendige bijdrage op<br />
straatniveau en een groen gebouw dat bijdraagt<br />
aan een gezond woonmilieu en dit ook naar<br />
Dak als vijfde gevel<br />
buiten uitdraagt.<br />
Het daklandschap wordt mee ontworpen als 5e<br />
gevel en vormt een aantrekkelijk uitzicht voor<br />
Voor dit project geldt deze ambitie van stoer,<br />
stedelijk en groen in extremo. Met de positie<br />
direct aan het assenkruis van de wijk, aan<br />
de Churchilllaan als stadsboulevard en aan<br />
het groene deel van de Vijf Meilaan zijn alle<br />
25 m<br />
ingrediënten in de omgeving aanwezig. Tel<br />
daarbij de ambitie op om een stevig volume<br />
met een hoogteaccent te realiseren en de<br />
ambitie om een groen icoon te realiseren, dat<br />
maximaal bijdraagt aan de lokale ecologie en de<br />
luchtkwaliteit.<br />
Het project kan een ambassadeur worden<br />
voor Leiden Zuidwest: heldere grote stoere<br />
rechthoekige vormen, een levendige bijdrage op<br />
straatniveau en een groen gebouw dat bijdraagt<br />
aan een gezond woonmilieu en dit ook naar<br />
buiten uitdraagt.<br />
4. Beeldkwaliteit<br />
4.1 Sfeer: stoer, stedelijk en groen<br />
De algemene sfeer die voor het centrumgebied<br />
Zuidwest wordt nagestreefd is: Stoer, Stedelijk en<br />
Groen.<br />
Voor dit project geldt deze ambitie van stoer,<br />
stedelijk en groen in extremo. Met de positie<br />
direct aan het assenkruis van de wijk, aan<br />
de Churchilllaan als stadsboulevard en aan<br />
het groene deel van de Vijf Meilaan zijn alle<br />
ingrediënten in de omgeving Dak aanwezig. als vijfde Tel gevel<br />
daarbij de ambitie op om een stevig volume<br />
met een hoogteaccent te realiseren en de<br />
Koppeling tussen gebouw met betaande groenstructuren, groene loper over het basement.<br />
25m<br />
25m<br />
degenen die er van bovenaf op kijken en er aan<br />
wonen. Daken van nieuwe gebouwen worden<br />
benut en dragen bij aan het groene karakter van<br />
het gebied en de klimaatadaptatie. Specifiek<br />
voor dit project geldt dat het daklandschap<br />
bijdraagt aan Het het groene gebouw icoon draagt als groen maximaal icoon. bij aan de lokale ecologie door routes te realiseren voor<br />
Het groene icoon draagt maximaal bij aan de<br />
dieren en insecten, die aansluiten bij het bestaande ecosysteem.<br />
lokale ecologie door routes te realiseren voor dieren<br />
en insecten, Deze die aansluiten bij het bestaande<br />
Zonnepanelen op daken zijn toegestaan.<br />
ecosysteem.<br />
zijn onderdeel van het ontwerp van het gebouw.<br />
15<br />
Het daklandschap wordt mee ontworpen als 5e<br />
gevel en vormt een aantrekkelijk uitzicht voor<br />
ambitie om een groen icoon te realiseren, dat<br />
maximaal bijdraagt aan de lokale degenen ecologie die en de er van bovenaf op kijken en er aan<br />
luchtkwaliteit. wonen. Daken van nieuwe gebouwen worden<br />
Het project kan een ambassadeur benut worden en dragen bij aan het groene karakter van<br />
voor Leiden Zuidwest: heldere het grote gebied stoere en de klimaatadaptatie. Specifiek<br />
rechthoekige vormen, een levendige bijdrage op<br />
voor dit project geldt dat het daklandschap<br />
straatniveau en een groen gebouw dat bijdraagt<br />
aan een gezond woonmilieu bijdraagt en dit ook naar aan het gebouw als groen icoon.<br />
buiten uitdraagt.<br />
Zonnepanelen op daken zijn toegestaan. Deze<br />
zijn onderdeel van het ontwerp van het gebouw.<br />
Het groene icoon draagt maximaal bij aan de<br />
lokale ecologie door routes te realiseren voor dieren<br />
en insecten, die aansluiten bij het bestaande<br />
ecosysteem.<br />
Het groene icoon draagt maximaal bij aan de<br />
lokale ecologie door routes te realiseren voor dieren<br />
en insecten, die aansluiten bij het bestaande<br />
ecosysteem.<br />
Het daklandschap wordt verbonden met de<br />
aanwezige groenstructuren in de wijk.<br />
Het daklandschap wordt verbonden met de aanwezige<br />
groenstructuren in de wijk.<br />
15<br />
15<br />
Figuur 6: kaart wijkgroenstructuur<br />
Locatie De Premier ligt aan een<br />
kruispunt van twee belangrijke<br />
groenstructuren.<br />
Het daklandschap wordt verbonden met de<br />
aanwezige groenstructuren in de wijk.<br />
Figuur 6: kaart wijkgroenstructuur<br />
copijn landschapsarchitecten 13<br />
42
Met de driedeling zoals hierboven omschreven is het gebouw te<br />
vergelijken met een berg; onder aan de berg is volop groen in de vorm van<br />
groene bossen (basement), naar boven toe worden bossen weides (blok 1)<br />
en uiteindelijk aan de top van de berg zijn er voornamelijk rotsen, nestelen<br />
vogels zich en is er een enkele groene plek (blok 2).<br />
Voor deze ontwikkeling zijn een versterking van de biodiversiteit, toename<br />
van groen en ecologische waarde de belangrijkste uitgangspunten. Door<br />
de gemeenteraad is Bosco Verticale in Milaan als mogelijk inspiratiebron<br />
gebruikt met het doel om te zorgen dat het (stedelijk) groen toeneemt en<br />
onderdeel uitmaakt van de gebouwde omgeving. Vergroening in de vorm<br />
van tuinen, groene daken en een verticaal bos.<br />
copijn landschapsarchitecten 14
LE<strong>ID</strong>SCH VERTICAAL BOS - NATUURINCLUSIEF<br />
<strong>Copijn</strong> heeft samen met Bureau Stadsnatuur en BBHD Architecten<br />
onderzocht hoe deze uitgangspunten het beste in het ontwerp kunnen<br />
worden geïntegreerd. Uit de analyse is gebleken dat een verticaal bos<br />
op verschillende wijzen kan worden gerealiseerd. Belangrijk is dat er<br />
een natuurlijke leefomgeving ontstaat voor lokale soorten (zowel plant<br />
als dier) en waarde wordt toegevoegd aan de ecologie en biodiversiteit<br />
op deze plek. Bomen kunnen hier een bijdrage aan leveren, maar de<br />
natuurlijke groeiomstandigheden aan gevels / op balkons en op hoogte<br />
zijn beperkt. We streven ernaar een zo natuurlijk mogelijk beeld te<br />
creeëren en willen geen onnodige maatregelen zoals verankering en extra<br />
belichting toepassen om dit te realiseren. Derhalve zullen bomen op het<br />
maaiveld en de patiotuin worden ingezet en is gekeken naar een andere<br />
invulling van het verticale bos om te zorgen dat het gehele gebouw een<br />
kansrijke en natuurlijke habitat wordt. Zo wordt het mogelijk om een echt<br />
Leidsch verticaal bos te ontwikkelen met gebiedseigensoorten waarin de<br />
lokale ecologie kan floreren.<br />
Middels dit ontwerp en vergroeningsplan wordt daarom ingezet op<br />
een slim, natuurinclusief en natuurvriendelijk gebouw waarbij het<br />
bouwvolume zoveel mogelijk potentie biedt voor de ecologie, waardoor<br />
op een natuurlijke manier, met lokale soorten en zonder groeibeperkende<br />
maatregelen, wordt bijgedragen aan een maximale toegevoegde waarde<br />
voor de biodiversiteit.<br />
Toepassing van gebiedseigen soorten.<br />
Groen op een optimale en natuurlijke manier inzetten om en aan het gebouw om een maximale toegevoegde waarde voor Leiden en de biodiversiteit te genereren.<br />
copijn landschapsarchitecten 15
Een Leidsch Verticaal Bos met combinatie van gebiedseigen beplantingen,<br />
bestaande uit heesters en klimplanten, zodat het gebouw een<br />
biodiversiteitshub wordt voor de wijk. Het gebouw gaat een eigen ecosysteem<br />
kennen en vergroot hiermee de aanwezige biodiversiteit en<br />
groenvoorzieningen in de wijk. Dit wordt ook versterkt doordat het<br />
gebouw op het kruispunt van twee belangrijke groenstructuren in Leiden<br />
Zuidwest ligt. De ecosystemen van het gebouw en de groenstructuren<br />
zullen elkaar versterken.<br />
Niet alleen voor de Leidse ecologie wordt deze plek waardevol, het<br />
betekent ook veel voor de (direct) omwonenden. Een aangename plek om<br />
naar te kijken, langs te lopen of even te verblijven. Door de vele bomen<br />
op met name maaiveld en de patiotuin wordt optimaal bijgedragen aan<br />
het creeëren van koele plekken door schaduwvorming. Hittestress wordt<br />
hiermee sterk verminderd. Daarnaast is de aanwezigheid van zoveel groen<br />
bevordelijk voor het woonklimaat. Door toepassing van bruine daken,<br />
wadi’s en grote oppervlakken groen wordt ook de afvoer van regenwater<br />
beter gereguleerd. Zo biedt dit gebouw met haar omgeving een enorme<br />
kans voor de wijk en is van grote toegevoegde waarde. Het gebouw<br />
“ademt” groen en natuur!<br />
Het gebouw als biodiversiteitshub voor de wijk, aansluitend op lokale omstandigheden en voorkomende soorten.<br />
copijn landschapsarchitecten 16
LE<strong>ID</strong>SCH VERTICAAL BOS: EEN BIODIVERSE LEEFOMGEVING<br />
Geïntegreerde nestvoorzieningen<br />
voor diverse soorten.<br />
Alzijdige begroeiing met klimplanten<br />
aan het basement van het gebouw.<br />
Mogelijke locatie terugplaatsen<br />
kunstwerk Frans de Wit.<br />
Plantvakken met rijke bloei en ecologisch<br />
waardevolle soorten, zowel op maaiveld<br />
als op de daktuin toegepast.<br />
Wadi aan voorzijde stadswoningen.<br />
Nieuwe boomsoorten zijn<br />
waardevol voor ecologie.<br />
copijn landschapsarchitecten 17
LE<strong>ID</strong>SCH VERTICAAL BOS: EEN GEZONDE LEEFOMGEVING<br />
Groene daken dragen bij aan de biodiversiteit, bufferen<br />
regenwater en bieden isolatie. Bovendien zijn het<br />
waardevolle biotopen voor ecologie, met name als<br />
wordt ingezet op bruine daken. Daarnaast zijn ze goed<br />
te combineren met zonnepanelen.<br />
Groene gevels zijn goed voor de biodiversiteit,<br />
geven een aangenaam klimaat door<br />
schaduw op de gevels en verdamping.<br />
Hiermee reduceren ze tevens de effecten van<br />
hittestress in de stad.<br />
Bomen bieden schaduw, directe<br />
verkoeling, zorgen voor verdamping<br />
en filteren fijnstof. Zo dragen ze op<br />
een belangrijke manier bij aan de<br />
gezonde leefomgeving en reduceren<br />
ze hittestress in de stad.<br />
Gevarieerde beplanting is goed voor de<br />
biodiversiteit en maakt de omgeving<br />
prettig om te verblijven.<br />
Patiotuin voor sociale contacten,<br />
ontmoeting, ruimte voor sportieve<br />
activiteiten, stadslandbouw. Belangrijke<br />
bijdrage aan de gezondheid<br />
Een groene omgeving stimuleert mensen<br />
naar buiten te gaan, in beweging te komen,<br />
sociale contacten te leggen en draagt op die<br />
manier bij aan onze gezondheid.<br />
Mensen worden van nature rustig van<br />
een groene omgeving, het biedt rust en<br />
kan daarmee het stressniveau verlagen.<br />
Wadi aan voorzijde stadswoningen,<br />
reduceert de hoeveelheid regenwater die<br />
direct wordt afgevoerd. Draagt bovendien<br />
bij aan een prettiger klimaat.<br />
copijn landschapsarchitecten 18
UITWERKING PROGRAMMA ONDERDELEN
ENTREEPLEIN<br />
groene entree met bomen in grote vaste planten borders<br />
met een rijke struiklaag<br />
accentbomen voor de entree<br />
ruimtelijke beleving<br />
voetganger staat centraal<br />
klimplanten creëren groene gevel<br />
copijn landschapsarchitecten 20
TRAP<br />
toegang naar semi-openbare patio<br />
omzoomen met groen - op de tredes en langs de wanden<br />
accentueren met enkele bomen<br />
vaste planten, grassen en klimplanten in de randen<br />
copijn landschapsarchitecten 21
PATIO<br />
omzooming van vaste planten met hoge heesters en<br />
klimplanten tegen de muren<br />
groene oase met veel zitplekken en hoge biodiversiteit<br />
plekken voor ontmoeting, ontspanning en sport<br />
privé ruimtes met toegang naar de patio<br />
moestuinieren<br />
copijn landschapsarchitecten 22
DAKEN EN DAKRANDEN<br />
toepassingen van bruine daken voor een optimale (lokale) ecologische<br />
kwaliteit en een bijdrage aan de gezonde stedelijke leefomgeving<br />
Bruine daken als basis voor<br />
een verstekering van de<br />
lokale ecologie zijn goed te<br />
combineren met toepassing van<br />
zonnepanelen. Worden overal<br />
toegepast met uitzondering van<br />
de patiotuin.<br />
door verdamping en waterberging dragen daken bij aan een gezonde<br />
stad, inpassing van zonnepanele voor energie opwekking<br />
technische elementen zullen zoveel mogelijk in het groen worden<br />
opgenomen / een bijdrage leveren aan ecologische kwaliteit<br />
dakranden worden voorzien van klimplanten (hangen over de gevel),<br />
heesters voor luwte en ecologische kwaliteit en waar mogelijk bomen<br />
Ecologie vindt ook een plek op de<br />
daken, zoals een nestvoorziening<br />
voor de Slechtvalk. Maar ook<br />
andere soorten zullen een<br />
geïntegreerde voorziening krijgen.<br />
Dakranden (lichtgroen) met ruimte voor<br />
heesters, klimplanten en bomen bieden luwte<br />
voor ecologie, vergroten het oppervlak groene<br />
gevel en dragen bij aan de alzijdige groene<br />
uitstraling van de bebouwing.<br />
De daken dienen ook als basis<br />
voor de vergroening van gevels.<br />
De patiotuin en ‘groene inhammen’ zijn<br />
bij uitstek geschikt voor het toepassen van<br />
bomen voor ecologische waarde en het<br />
verlagen van hittestress.<br />
copijn landschapsarchitecten 23
DAKEN - BRUIN DAK<br />
Flora: Vlak na de aanleg van een bruin dak zullen pioniersoorten uit de omgeving zich vestigen. Dit kunnen verschillende mos- en plantensoorten zijn. De grondsoort van het bruine dak is hierbij van invloed.<br />
Voorbeelden van pioniermossen zijn klein duinsterretje, gewoon krulmos en muisjesmos. Planten, die vanuit zaad op het dak zouden kunnen ontkiemen zijn bijvoorbeeld vroegeling, straatgras, reukloze kamille<br />
en herderstasje.<br />
Fauna: Ongewervelde dieren zoals mieren, sprinkhanen, kevers, spinnen, mijten enz. zullen op een bruin dak gaan leven. Bloeiende bloemen leveren nectar aan o.a. vlinders en zweefvliegen. De zwarte roodstaart<br />
is een vogel die op dit soort daken kan broeden. Ook de scholekster kan er broeden.<br />
copijn landschapsarchitecten 24
TOE TE PASSEN / VOORKOMENDE SOORTEN OP DAKEN EN DAKRANDEN<br />
Hedera Arborescens<br />
Cornus sanguinea<br />
Ceanothus thyrsiflorus<br />
Prunus laurocerasus ‘Caucasica’<br />
Amlanchier lamarckii<br />
Crataegus monogyna<br />
Euonymus alatus<br />
Buddleja davidii<br />
copijn landschapsarchitecten 25
copijn landschapsarchitecten 26
BOMEN<br />
Vooruitlopend op een kapvergunning die nog moet worden<br />
aangevraagd geeft dit kaartje een overzicht van bomen die<br />
hoogstwaarschijnlijk moeten wijken voor de ontwikkelingen.<br />
Dit is als uitgangspunt gebruikt voor het minimale aantal<br />
bomen dat zal moeten terugkomen in het ontwerp. Nader<br />
onderzoek zal uitwijzen of deze bomen daadwerkelijk in<br />
de weg staan voor de ontwikkelingen. Dan zal ook gekeken<br />
worden naar de huidige kwaliteit en toekomstverwachting<br />
van deze bomen. Ook wordt onderzocht of verplanten een<br />
mogelijke optie is.<br />
behouden bomen<br />
te wijken bomen<br />
copijn landschapsarchitecten 27
BOMEN<br />
Sorbus intermedia<br />
Cercis siliquastrum<br />
bestaande bomen<br />
nieuwe bomen (30)<br />
Toepassen van inheemse boomsoorten die aansluiten bij de lokale biotoop om zo voor de<br />
biodiversiteit de grootste toegevoegde waarde te vormen.<br />
Parkstructuur langs de Vijfmeilaan wordt doorgezet en de Eduard van Beinumstraat krijgt<br />
haar oorspronkelijke karakter terug door aanplant van bomen.<br />
Ook op de daken zullen nieuwe bomen worden toegepast. De exacte locatie wordt nader<br />
bepaald en is afhankelijk van bezonning en de combinatie met zonnepanelen.<br />
Te denken valt aan soorten zoals:<br />
• Acer (campestre) (esdoorn)<br />
• Alnus glutinosa (els)<br />
• Salix (wilg)<br />
• Sorbus intermedia (of aucuparia) (lijsterbes)<br />
• Tilia (linde<br />
Daarnaast enkele accentbloeiers zoals:<br />
• Cercis siliquastrum (judasboom)<br />
• Cornus (kornoelje)<br />
• Magnolia<br />
• Prunus (vogelkers)<br />
• Styphnolobium japonicum (honingboom)<br />
Styphnolobium japonicum<br />
copijn landschapsarchitecten 28
STRUIKLAAG (HEESTERS)<br />
Prunus spinosa<br />
Cornus sanguinea<br />
In de huidige situatie en omgeving ontbreekt de struiklaag. Door die in dit plan met zorg toe<br />
te voegen ontstaat een grote toegevoegde waarde voor vogels en insecten.<br />
Toepassen van inheemse soorten die aansluiten bij de lokale biotoop om zo voor de<br />
biodiversiteit de grootste toegevoegde waarde te vormen. Zorgen voor een beschutte plek<br />
voor diverse soorten.<br />
Een aantal soorten die kunnen worden toegepast zijn:<br />
• Aralia elata<br />
• Corlylus avellana (hazelaar)<br />
• Cornus sanguinea (rode kornoelje)<br />
• Crataegus monogyna (meidoorn)<br />
• Prunus spinosa (sleedoorn)<br />
Aandacht voor bloei(periode) en soort om een zo gevarieerd mogelijk beeld te geven voor<br />
zowel ecologie als bezoeker.<br />
Crataegus monogyna<br />
copijn landschapsarchitecten 29
VASTE PLANTEN<br />
Het voorkomen van enkel een beperkt aantal vlindersoorten wijst op een gebrek aan<br />
bloeiende planten in de omgeving. Door het toevoegen van een grote laag vaste planten<br />
wordt hier aanvulling op gegeven.<br />
Soorten die worden gekozen zijn specifiek interessant voor bijen en vlinders, om zo deze nu<br />
beperkt aanwezige soorten uit te kunnen breiden en een goede plek te kunnen bieden.<br />
In soortkeuze is er aandacht voor bloei(periode) en aantrekkelijkheid voor de biodiversiteit.<br />
Het is een streven om een zo groot mogelijke bloeiperiode te overbruggen met diversiteit<br />
aan soorten. Ook wordt er rekening gehouden met een aantrekkelijk winterbeeld voor zowel<br />
ecologie als passant.<br />
copijn landschapsarchitecten 30
STINZEN<br />
Daslook<br />
Maarts viooltje<br />
In de huidige omgeving komen diverse (al dan niet verwilderde) stinzenplanten voor in het<br />
openbaar groen. Op een aantal plekken zijn er mogelijkheden dit sortiment aan te vullen om<br />
zo te voorzien in een optimale aansluiting op de omgeving.<br />
Te denken valt aan soorten zoals:<br />
• Maarts viooltje<br />
• Langbladige druifhyacint<br />
• Kleine maagdenpalm<br />
• Italiaanse aronskelk<br />
• Daslook<br />
Langbladige druifhyacint<br />
copijn landschapsarchitecten 31
WATER(BERGING)<br />
Er ligt een waterbergingsopgave van 150 m 2 voor dit projectgebied. Dit wordt deels stedelijk<br />
geïntegreerd aan de voorzijde van de stadswoningen langs de Eduard van Beinumstraat. Hier<br />
zal een wadi worden vormgegeven met daarin een ander type beplanting, wat daardoor<br />
bijdraagt aan de variatie voor de ecologie in het gebied.<br />
De groene daken dragen ook op een positieve manier bij aan de waterhuishouding. Een deel<br />
van het hemelwater zal hier worden opgevangen en de daken zorgen voor een vertraagde<br />
afvoer van het water. Zo wordt ook door deze toepassing het rioolstelsel ontlast.<br />
copijn landschapsarchitecten 32
copijn landschapsarchitecten 33
DRIE BOUWDELEN<br />
basement - ecologische zone, volledig groene gevels en<br />
ecologisch waardevolle daken<br />
blok 1 - balkons en delen van de gevel vergroenen,<br />
bruine daken t.b.v. ecologie<br />
blok 2 - stedelijke uitstraling met nest- /<br />
schuilgelegenheden voor oa vleermuizen, vergroening<br />
bij loggia’s / gevelbanden<br />
Blok 2 - nest / schuilgelegenheden in de gevel.<br />
optimale aansluiting op ecologische behoeften, geschikt<br />
voor lokale soorten<br />
blok 2<br />
blok 1<br />
Blok 1 - groene balkons.<br />
basement<br />
Basement - groene gevels.<br />
copijn landschapsarchitecten 34
ZONSTUDIE - BELANGRIJKE FACTOR IN GROENKEUZE PER GEVELZIJDE<br />
copijn landschapsarchitecten 35
BASEMENT<br />
• naadloze aansluiting op maaiveld ontwikkelingen<br />
• groene gevels d.m.v. klimplanten die grotendeels vanuit volle grond zullen groeien -<br />
waardevolle plek voor ecologische ontwikkeling<br />
• vergroening dakranden met meerstammige heesters en overhangende klimplanten<br />
• bruine daken in combinatie met zonnepanelen - waar mogelijk toepassing van bomen<br />
(n.t.d.)<br />
• gevels voorzien van nestgelegenheden:<br />
• ca 15 kleine vleermuiskasten<br />
• ca 10 insectenhotels (afhankelijk van grootte kan minder)<br />
• 15-20 nestkasten voor diverse vogelsoorten (minimaal 4m vrije ruimte loodrecht<br />
onder de kast)<br />
Groene gevel. Bloeiende accenten. Klimplanten hangend over dakrand.<br />
Dakrand met heesters.<br />
copijn landschapsarchitecten 36
GROENE GEVELS<br />
DAKRANDEN<br />
verbeteren leefklimaat - verdamping en schaduw op de<br />
gevels verminderen hittestress in stedelijk gebied<br />
dakranden voorzien van plantbakken voor klimplanten die<br />
kunnen overhangen<br />
aantrekkelijk voor vogels en insecten - positief effect op<br />
natuur in de stad (natuurlijke broedplaatsen)<br />
vergroot het oppervlak groene gevels waardoor de<br />
biodiversiteit wordt versterkt<br />
versterking van de stedelijke groenstructuur<br />
klimconstructie - kabels<br />
• Geschikt voor niet hechtende klimplanten<br />
• Klimplant groeit alleen daar waar klimconstructie is geplaatst<br />
• Klimconstructie min 6cm los van het gebouw, dit geeft volop<br />
groeiruimte en plaats voor vogels<br />
• Klimplanten groeien zowel horizontaal als verticaal<br />
• Niet windgevoelig<br />
• Klimplanten dragen sterk bij aan biodiversiteit<br />
• Groeiend vanuit de volle grond is een duurzame toepassing<br />
waar mogelijk kan eventueel een (kleine) boom worden<br />
toegepast, met name op de dakrand van het basement, om zo<br />
het beeld te versterken<br />
soorten worden toegepast die een grote bijdrage leveren<br />
aan de biodiversiteit voor vlinders, bijen en vogels<br />
copijn landschapsarchitecten 37
KLIMPLANTENMATRIX - HULP IN BEPLANTINGSKEUZE<br />
Klimop<br />
Hedera helix<br />
Bosrank<br />
Clematis vitalba<br />
Bosrank<br />
Clematis montana 'Grandiflora'<br />
Bosrank<br />
Clematis armandii<br />
Wilde kamperfoelie<br />
Lonicera periclymenum<br />
Bruidssluier<br />
Fallopia baldschuanica<br />
Hechter + - - - - - + + + - - - - - - + -<br />
Ranker + + + + + + - + - + + - + - + - +<br />
Aanbinden - - - - - - - - - - - - - - - - -<br />
Slinger + - - - - - - - - - - - - + - + -<br />
standplaats schaduw + - - - - - - - + - - - - - + - -<br />
standplaats halfschaduw + + + + + + + + + +/- + + + + + + +<br />
standplaats zon - + + + - + + + - + - + + + - + +<br />
Wilde wingerd<br />
Parthenocissus tricuspidata 'Veitchii'<br />
Wilde wingerd<br />
Parthenocissus quinquefolia<br />
Klimhortensia<br />
Hydrangea anomala petiolaris<br />
Chinese blauwe<br />
regen<br />
Wisteria sinensis<br />
Hop<br />
Humulus lupulus<br />
Braam<br />
Rubus fruticosus<br />
Passiebloem<br />
Passiflora<br />
Klimbes<br />
Akebia quinata<br />
Duitse pijp<br />
Aristolochia macrophylla<br />
Trompetklimmer<br />
Campsis radicans<br />
Wijnstok<br />
Vitis vinifera<br />
In de keuze voor klimplanten zijn er vier<br />
mogelijkheden: hechters, rankers, slingers en<br />
aanbinders die aanbinding nodig hebben. De laatste<br />
categorie is vanwege onderhoud te tijdrovend en<br />
wordt niet meegenomen in de overwegingen. Voor<br />
de andere drie geldt dat de klimconstructie (deels)<br />
bepalend is in soortkeuze. Een hechtende plant zal<br />
nooit groeien langs klimdraden, andersom zal een<br />
slinger / ranker nooit zonder begeleiding tegen een<br />
constructie groeien.<br />
Voor dit project is gekozen om te werken met een<br />
klimconstructie van draden / netten en ligt de keuze<br />
op rankenden / slingerende klimplanten.<br />
Op basis van de locatie aan het gebouw worden<br />
soorten gekozen, zo krijgt elke gevel de best passende<br />
soorten op basis van de omstandigheden. Zon speelt<br />
hierin de belangrijkste factor in soortkeuze.<br />
maximale hoogte 25m 20m 8m 6m 6m 20m 20m 10m 15m 30m 8m 6m 6m 10 m 12m 12m 15m<br />
Bloei - + + + + + - - + + + + + + + + -<br />
Wintergroen + - - + - - - - - - - - - - - - -<br />
Bladverliezend - + + - +/- + + + + + + + - - + + +<br />
bloei voorjaar - - - + - - - - + + - - - + - - -<br />
bloei zomer - + + - + + - - - - + - + + + + -<br />
bloei herfst - - - - - - - - - - - - - - - - +<br />
bloei winter - - - - - - - - - - - - - - - - -<br />
Hechtende klimplant (Parthenocissus).<br />
geurend - + + + + - - - - + - + - + - - -<br />
vruchtdragend + + + + - - + + - - + + + + - - +<br />
eetbare vrucht - - - - - - - - - - +/- + - + - - +<br />
waterbehoefte + +/- +/- +/- + + + + + + + + + +/- + + +<br />
winterhard + + + +/- + + + + + + + + - +/- + + +<br />
klimsteun nodig - + + + + + - +/- - + + + + + + +/- +<br />
Onderhoudsvriendelijk + + + + + + + + + + +/- +/- + + + + +/-<br />
Schaduwminnend + - - - - + - - + - - +/- - +/- +/- - -<br />
Bossig - + + + + + - - + + + + - - - + +<br />
Bovengronds afstervend - - - - - - - - - - + - + - - - -<br />
Herfst sierwaarde - +/- +/- + - - + + - +/- +/- + - - + - +<br />
Mooi winterbeeld + +/- +/- + +/- - +/- +/- +/- +/- - +/- +/- +/- +/- +/- +/-<br />
Fijnstof afvangend + + +/- + + + + + + + + +/- + + + + +<br />
Ziektegevoelig - - - - - - - - - - - - - - - - -<br />
Windgevoelig - - - + - + - - - - + - + +/- +/- +/- -<br />
Snelgroeiend + + + + + + + + +/- + + + + + + + +<br />
Vogels / insecten + + + + + +/- +/- +/- +/- +/- + +/- +/- +/- +/- +/- +/-<br />
Inheems + + - - + - - - - - + + - - - - -<br />
CONCLUSIE + + +/- + +/- +/- +/- + +/- + +/- - - +/- + + +<br />
Rankende klimplant (Passiflora).<br />
Slingerende klimplant (Akebia).<br />
copijn landschapsarchitecten 38
KLIMPLANTEN - SCHADUW<br />
KLIMPLANTEN - ZON<br />
Aristolochia macrophylla<br />
Clematis armandii<br />
Fallopia baldschuanica<br />
Passiflora<br />
Clematis vitalba<br />
Lonicera Henryi<br />
Clematis vitalba<br />
Akebia quinata<br />
Wisteria sinensis<br />
Wisteria sinensis<br />
Lonicera periclymenum<br />
copijn landschapsarchitecten 39
DAKRAND - SCHADUW<br />
DAKRAND - ZON<br />
Hedera Arborescens<br />
Cornus sanguinea<br />
Hedera Arborescens<br />
Ceanothus thyrsiflorus<br />
Prunus laurocerasus ‘Caucasica’<br />
Amlanchier lamarckii<br />
Photinia fraseri ‘Red Robin’<br />
Crataegus monogyna<br />
Ilex aquifolium JC - von Tol<br />
Euonymus alatus<br />
Ilex aquifolium JC - von Tol<br />
Buddleja davidii<br />
copijn landschapsarchitecten 40
BLOK 1<br />
• vergroenen van gevels en balkons<br />
• toepassen van geïntegreerde bakken op meerdere verdiepingen<br />
• gebruik van klimplanten die kunnen overhangen voor zo groen mogelijk beeld<br />
• biedt bewoners voldoende mogelijkheid naar buiten te kijken, over het groen heen<br />
• biedt versterking voor de biodiversiteit voor soorten die de grotere hoogte kunnen<br />
bereiken<br />
• toepassing van bruine daken (zie basement) voor maximaal ecologisch effect<br />
• gevels voorzien van nestgelegenheden:<br />
• ca 5 insectenhotels (afhankelijk van grootte kan minder)<br />
• 15-20 nestkasten voor diverse vogelsoorten (minimaal 4m vrije ruimte loodrecht<br />
onder de kast)<br />
Geintegreerde bakken aan gevel en balkon. Variatie tussen open en gesloten delen, ook om uitzicht te behouden. Combineren van heesters, vaste planten en (hangende) klimplanten voor variatie.<br />
copijn landschapsarchitecten 41
BALKONS / GEVELBANDEN<br />
geïntegreerde balkonbakken aan de balkons / gevelbanden<br />
aan de gevel - versterken biodiversiteit op grotere hoogte<br />
voor de enkele soort die dat kan bereiken<br />
toepassing van heesters, vaste planten en hangplanten<br />
vergroten de biodiversiteit en bieden een gevarieerd beeld<br />
vanuit woningen is er ook op grotere hoogte zicht op<br />
groen, wat bijdraagt aan het fijne gevoel van een groene<br />
leefomgeving met alle bijkomende gezondheidsvoordelen<br />
copijn landschapsarchitecten 42
BEPLANTINGS OPTIES - BALKON BAKKEN<br />
hangplanten<br />
kleine heesters, vaste planten, grassen<br />
Hedera helix<br />
Jasminum nudiflorum<br />
Hedera Arborescens<br />
Geranium ‘Rozanne’<br />
Wisteria sinensis<br />
Lonicera periclymenum<br />
Geranium macrorrhizum ‘Spessart’<br />
Gaura lindheimeri ‘Whirlig Butterflies<br />
Clematis vitalba<br />
Campsis radicans<br />
Carex morrowii<br />
Verbena ‘Lollipop’<br />
copijn landschapsarchitecten 43
BLOK 2<br />
• noord-oostgevel waardevol voor vogels en vleermuizen<br />
• integreren van nestkasten op diverse hoogtes - vereisen vrije aanvliegroutes<br />
• groen integreren in loggia’s / gevelbanden<br />
• klimplanten in combinatie met enkele heesters en vaste planten - zie balkons blok 1<br />
• gevels voorzien van nestgelegenheden:<br />
• 2 grote meerlaagse vleermuiskasten >30m hoogte<br />
• ca 5 insectenhotels (afhankelijk van grootte kan minder)<br />
• 10-20 nestkasten voor diverse vogelsoorten (minimaal 4m vrije ruimte loodrecht<br />
onder de kast)<br />
Groen voor loggia’s.<br />
Groene rand bij opening in het gebouw.<br />
copijn landschapsarchitecten 44
copijn landschapsarchitecten 45
copijn landschapsarchitecten 46
copijn landschapsarchitecten 47
copijn landschapsarchitecten 48
ECOLOGISCH ADVIES - VERBLIJFPLAATSEN<br />
Verblijfplaatsen – vleermuizen<br />
• Prefab inbouwkasten: makkelijk in te bouwen<br />
in gevels<br />
• Maatwerk: vleermuisvriendelijke spouw.<br />
Makkelijk en goedkoop generiek toe te<br />
passen.<br />
• Kasten in gevel stedelijke laag het meest<br />
functioneel.<br />
copijn landschapsarchitecten 49
Verblijfplaatsen – vleermuizen<br />
• Voor welke soorten?<br />
• Typerende stadssoorten als Gewone<br />
dwergvleermuis en Ruige dwergvleermuis op<br />
3-30 m. hoogte.<br />
• Enkele kasten op 30-40 m. hoogte voor<br />
Tweekleurige vleermuis<br />
copijn landschapsarchitecten 50
Nestvoorzieningen – Huismus<br />
• Hoogte: Stedelijke laag en 3-6 m. boven daktuin<br />
• Oriëntatie op noord en oost, tenzij onder een overstek geplaatst.<br />
• Nabij klimplanten is een pre. Dit kunnen ze gebruiken als<br />
schuilplek.<br />
copijn landschapsarchitecten 51
Nestvoorzieningen - Gierzwaluw<br />
• Integratie in gevel, met prefab<br />
inbouwkast of maatwerk<br />
• Vrije aanvliegroute onder de kast<br />
• Op noorden en oosten<br />
• Stedelijke laag; max. 30m hoogte<br />
copijn landschapsarchitecten 52
Nestvoorzieningen – Slechtvalk<br />
• Boven op dak<br />
• Niet georiënteerd op ZW<br />
• Rustige plek: niet vlakbij plek waar mensen komen<br />
• Niet boven balkon (vallende prooiresten!)<br />
copijn landschapsarchitecten 53
Nestvoorzieningen – zangvogels<br />
• Koolmees: 2 nestkasten<br />
• Pimpelmees: 2 nestkasten<br />
• Spreeuw: 2 nestkasten<br />
• Zwarte roodstaart: 4 nestkasten,<br />
waarvan 2 hoog op daken.<br />
• Nestkasten sluiten aan op geschikt<br />
leefgebied voor deze soorten in<br />
daktuinen en omringende wijk.<br />
• Hoogte: stedelijke laag (tot 30m)<br />
copijn landschapsarchitecten 54
Voorkomen meeuwenoverlast<br />
• 2 strategieën:<br />
• Ontmoediging: geschikte dakdelen<br />
ongeschikt maken. Daktuinen: veel<br />
verstoring en hoge vegetatie zijn geen<br />
favoriete nestplaats.<br />
• Slim toelaten: meeuwen laten broeden op<br />
hoogste daken, zodat lager geen overlast is.<br />
• Intensief groendak (geen sedum) lijkt meeuwen<br />
af te schrikken.<br />
• Slechtvalk helpt waarschijnlijk tegen meeuwenen<br />
duivenoverlast hogerop.<br />
copijn landschapsarchitecten 55
Nestvoorzieningen - Insectenhotels<br />
• Geen bijenkasten (Honingbijen concurreren met wilde bijen)<br />
• Oriëntatie op het zuiden<br />
• Nabij bloeiende planten (daktuinen)<br />
• Niet te hoog (max. ca. 2-3 m) vanaf maaiveld of daktuin<br />
copijn landschapsarchitecten 56
Nestvoorzieningen – maten voor<br />
maatwerk<br />
Soort Invliegopening (in mm) Maat nestkast (in mm) Opmerkingen<br />
breedte Hoogte doorsnee breedte hoogte diepte<br />
Huismus 35 120 260 120 Binnenmaten zijn minimum<br />
Pimpelmees 26-28 100 200 100 Binnenmaten zijn minimum<br />
Koolmees 32-35 130 250 130 Binnenmaten zijn minimum<br />
Gierzwaluw 65 30 300 125 200 Opening met afgeronde hoeken<br />
Zwarte roodstaart 80-120 60-80 120 120 120 Opening rechthoekig of halfrond<br />
Spreeuw 45 140 340 110 Binnenmaten zijn minimum<br />
Vleermuizen<br />
algemeen 60-300 15-20 140-300 250-400 25-35 Diepte is binnenmaat van spleet<br />
Tweekleurige<br />
vleermuis 60-300 15-20 140-300 250-400 25-35 Op 30-40 meter hoogte<br />
copijn landschapsarchitecten 57
Nestvoorzieningen – aandachtspunten<br />
• Niet te hoog: maximaal 6 m. vanaf grote daktuin voor de meeste<br />
soorten is maximale hoogte.<br />
• Bij voorkeur geen nestkasten boven balkons i.v.m. vervuiling.<br />
• Vogelkasten niet op het zuiden / zuidwesten i.v.m. oververhitting.<br />
• Slechtvalkenkast niet op zuidwesten i.v.m. overwegende<br />
windrichting.<br />
• Vleermuiskasten niet aangelicht door buitenverlichting.<br />
• Gierzwaluwkasten en vleermuiskasten met vrije aanvliegroute<br />
onder de kast.<br />
copijn landschapsarchitecten 58
ONDERHOUD<br />
De Premier wordt een gebouw met een alzijdig groene uitstraling.<br />
In de jaren na aanleg zal het groen zich ontwikkelen en zal het<br />
gebouw transformeren tot een groene oase. Mits het onderhoud<br />
door een specialist en op de juiste wijze wordt uitgevoerd zal dit een<br />
toekomstbestendig beeld zijn. Vanwege het hoge ambitieniveau kan<br />
het verstandig zijn een beheerplan op te stellen waarin de juiste doelen<br />
benoemd worden om het gewenste beeld te behalen en vast te houden.<br />
De onderhoudswerkzaamheden zijn erop gericht het hoge<br />
kwaliteitsniveau te waarborgen en zal met name bestaan uit snoei en<br />
aanbinden van beplanting.<br />
Uiteraard zal er naar mogelijkheden gekeken worden om het e.e.a.<br />
publiek- en/of privaatrechtelijk te borgen. Dit zal de komende tijd worden<br />
onderzocht.<br />
De volgende aspecten spelen een belangrijke rol bij het realiseren en<br />
behalen van het gewenste beeld:<br />
• Gebruik van de gondel vanaf het dak voor onderhoud aan gevelbakken<br />
en balkons; dit systeem kan vrijwel alle bouwlagen bereiken en het<br />
onderhoud is dan ook niet afhankelijk van de bewoners.<br />
• Plantbakken worden voorzien van een computergestuurd<br />
irrigatiesysteem. Door middel van een sensor wordt vochtgehalte<br />
gemeten en indien nodig wordt dit automatisch aangevuld.<br />
De vorstbeveiliging leegt automatisch de slangen wanneer de<br />
temperatuur tegen het vriespunt loopt, om schade te voorkomen.<br />
Via het irrigatiesysteem zullen ook vloeibare meststoffen worden<br />
toegediend.<br />
• De beplanting is gekozen op basis van hun kenmerken – er is rekening<br />
gehouden met voorkeur voor standplaats (zon/ schaduw).<br />
• Het basement (stadswoningen) wordt met een rups-spinhoogwerker<br />
onderhouden. Deze kan met een minimale ruimte een hoogte tot<br />
30 meter bereiken en is zo ideaal om een groot geveloppervlak te<br />
onderhouden. Dit kan ook worden gebruikt in het onderhoud van<br />
bomen.<br />
• Klimplanten langs de buitengevel groeien in de volle grond. Hier wordt<br />
een ruime hoeveelheid vruchtbaar substraat toegepast en een groot<br />
volume doorwortelbare grond gecreëerd. Om de groei te bevorderen zal<br />
een (tijdelijke) druppelleiding worden aangelegd.<br />
• De daktuin wordt aangelegd door de daktuin specialist met aandacht<br />
voor een goed functionerende waterhuishouding.<br />
Referentiebeeld aangelegde daktuin, <strong>Copijn</strong>.<br />
Onderhoud aan gevel met een rups-spinhoogwerker.<br />
copijn landschapsarchitecten 59
COLOFON<br />
bezoekadres<br />
<strong>Copijn</strong> Landschapsarchitecten B.V.<br />
Gageldijk 4f<br />
3566 ME UTRECHT<br />
Tel: +31(0)30 26 44 333<br />
info@copijn.nl<br />
www.copijn.nl<br />
© <strong>Copijn</strong><br />
Alle rechten voorbehouden.<br />
Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand en/of openbaar<br />
gemaakt in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of op enige andere<br />
manier zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.