Rapport Belevingsonderzoek Duits 2010 - Duitsland Instituut ...
Rapport Belevingsonderzoek Duits 2010 - Duitsland Instituut ...
Rapport Belevingsonderzoek Duits 2010 - Duitsland Instituut ...
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
RAPPORT BELEVINGSONDERZOEK DUITS <strong>2010</strong><br />
II. DE POSITIE VAN DE DUITSE TAAL IN NEDERLAND: FACTOREN EN ONTWIKKELINGEN<br />
naar voren in de media: vooral vanwege problemen met skinheads en extreemrechts<br />
geweld jegens asielzoekers. In Nederland hadden deze aanslagen en de verslaggeving<br />
hierover in de Nederlandse media zelfs een grootschalige protestkaartenactie tot<br />
gevolg: 1,2 miljoen Nederlanders stuurden in 1993 postkaarten met de tekst ‘Ik ben<br />
woedend’ aan de <strong>Duits</strong>e bondskanselier Helmut Kohl bij wijze van protest tegen het in<br />
Nederlandse ogen te lakse <strong>Duits</strong>e optreden tegen zulke rechts-extremistische acties.<br />
Tenslotte bestonden er begin jaren negentig in Nederland – net als in verschillende<br />
Europese landen – angsten voor een te dominant <strong>Duits</strong>land na de val van de Berlijnse<br />
Muur en de daaropvolgende vereniging in 1990. De auteurs van het onderzoek<br />
bevolen daarom aan een dergelijk onderzoek op een later tijdstip te herhalen.<br />
Clingendael 1997 ‘Burenverdriet’<br />
Bovenstaande aanbeveling werd enkele jaren later (in 1997) opgevolgd. Inmiddels<br />
waren er talrijke maatschappelijke initiatieven ontplooid op het gebied van de Nederlands-<strong>Duits</strong>e<br />
betrekkingen, om het <strong>Duits</strong>landbeeld van de Nederlandse bevolking, en<br />
bovenal van de jongeren, te verbeteren. Door middel van dit nieuwe onderzoek wilde<br />
men erachter komen of deze initiatieven tot zichtbaar resultaat hadden geleid. Ook dit<br />
onderzoek werd gehouden onder schoolgaande jongeren in Nederland. Het resultaat<br />
van dit onderzoek was zowel positief als negatief. <strong>Duits</strong>land bleek van alle EU-lidstaten<br />
nog altijd het minst sympathiek gevonden te worden. Daar stond tegenover dat de<br />
houding van de Nederlandse jongeren sinds het vorige onderzoek wel positiever was<br />
geworden.<br />
Aan dit onderzoek namen 1211 scholieren, van dertien verschillende scholen deel.<br />
Om het onderzoek zo goed mogelijk te kunnen vergelijken met voorgaande onderzoeken<br />
(uit 1993 en 1995), zijn dezelfde vragen gehanteerd.<br />
Om de houding/attitude van de deelnemers ten opzichte van de EU-lidstaten te<br />
meten werden dezelfde drie vragen gesteld als in de eerdere onderzoeken. Allereerst<br />
moesten de respondenten een sympathiescore toekennen aan de verschillende<br />
EU-landen, vervolgens moesten ze aangeven naar welk land ze het liefst zouden<br />
verhuizen. Tot slot kwam de vraag welke van de EU-nationaliteiten ze het liefst als<br />
buren zouden hebben.<br />
Om de verschillen in de attitude te verklaren zijn vervolgens vragen gesteld over de<br />
kennis van <strong>Duits</strong>land en naar clichés en stereotypen van <strong>Duits</strong>ers. Ook onderzocht<br />
men de emoties die <strong>Duits</strong>land en de <strong>Duits</strong>ers opriepen en de mate van direct contact<br />
dat de respondenten met <strong>Duits</strong>land en de <strong>Duits</strong>ers hadden.<br />
Zoals gezegd waren de resultaten van dit onderzoek vergelijkbaar met de resultaten<br />
van het onderzoek uit 1993. <strong>Duits</strong>land en de <strong>Duits</strong>ers werden het minst sympathiek<br />
gevonden van alle EU-lidstaten en EU-volkeren, maar de resultaten waren positiever<br />
dan bij de voorgaande onderzoeken. Het aandeel in negatieve houdingen was<br />
gedaald naar 38 procent, maar <strong>Duits</strong>land werd nog altijd gezien als oorlogszuchtig.<br />
Ook waren <strong>Duits</strong>ers nog steeds overheersend en arrogant in de ogen van de<br />
scholieren.<br />
8