01.05.2013 Views

Men in White: schermers. Ingenieurs in het wild. Dineren in ... - VTK

Men in White: schermers. Ingenieurs in het wild. Dineren in ... - VTK

Men in White: schermers. Ingenieurs in het wild. Dineren in ... - VTK

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Wetenschappelijk<br />

De basis van een succesvol schaakspel<br />

is echter niet alleen een dergelijk<br />

gestrucureerd denkpatroon. Maar als<br />

ook andere vereisten, zoals rekenen<br />

en plann<strong>in</strong>g, nodig zijn, dan zou<br />

een uitmuntend schaker niet zozeer<br />

aangeboren talent moeten hebben.<br />

In dat geval zou goed schaken eerder<br />

<strong>het</strong> resultaat zijn van gespecialiseerde<br />

en gediscipl<strong>in</strong>eerde tra<strong>in</strong><strong>in</strong>g.<br />

De Belgische psycholoog Adriaan<br />

de Groot, zelf een grootmeester <strong>in</strong><br />

schaak, bevestigde deze notie <strong>in</strong> 1938.<br />

Hij vergeleek gemiddelde en sterke<br />

schaakspelers <strong>in</strong> een groot Nederlands<br />

schaaktoernooi met de leidende<br />

schaakmeesters op wereldniveau.<br />

Hij vroeg de spelers hun gedachten<br />

te beschrijven als ze een bepaalde<br />

spelsituatie bekeken. Hieruit kon hij<br />

concluderen dat de sterkere spelers<br />

beduidend meer mogelijkheden overdachten<br />

dan de gemiddelde spelers.<br />

De grootmeesters daarentegen overdenken<br />

niet nog meer mogelijkheden,<br />

maar juist de betere mogelijkheden<br />

- zoals Capablanca vertelde.<br />

Recente studies hebben aangetoond<br />

dat Groots resultaten te danken waren<br />

aan de aard van de testopstell<strong>in</strong>gen.<br />

Een opstell<strong>in</strong>g waar<strong>in</strong> accurate<br />

bereken<strong>in</strong>gen cruciaal zijn, staat<br />

schaakmeesters meer toe hun d<strong>in</strong>g<br />

te doen.<br />

Toch wordt bekwaamheid en, sterker<br />

nog, expertise niet zozeer bepaald<br />

door een betere analytische kennis<br />

of een betere gestructureerde logica.<br />

Want wanneer een zwakkere speler<br />

en een grootmeester, met dezelfde<br />

vergaarde kennis, geconfronteerd<br />

worden met een moeilijke spelpositie,<br />

zal de zwakkere speler, na een half<br />

uur puzzelen, nog steeds niet alle<br />

mogelijkheden overdacht hebben,<br />

terwijl een grootmeester de zet bijna<br />

onmiddellijk ziet zonder eerst <strong>het</strong> spel<br />

volledig te moeten analyseren.<br />

De Groot liet zijn proefkonijnen ook<br />

een spelpositie bekijken gedurende<br />

een bepaalde tijd om deze dan<br />

achteraf te reconstrueren. Beg<strong>in</strong>nende<br />

schaakspelers her<strong>in</strong>nerden<br />

zich maar een aantal details van de<br />

posities, terwijl grootmeesters <strong>het</strong><br />

bord quasi perfect konden reconstrueren<br />

nadat ze er slechts 30 seconden<br />

naar mochten kijken. Dit specifiek<br />

Ir.Reëel 8<br />

memoriseren van spelposities <strong>in</strong> een<br />

korte periode moet een resultaat zijn<br />

van tra<strong>in</strong><strong>in</strong>g, want schaakmeesters<br />

doen <strong>het</strong> niet beter dan anderen <strong>in</strong> algemene<br />

geheugentests.<br />

Gelijkaardige resultaten hebben<br />

aangetoond dat bridge spelers (die<br />

kaarten kunnen onthouden gedurende<br />

vele spelletjes), computerprogrammeurs<br />

(die een massa computercode<br />

kunnen reconstrueren) en<br />

muzikanten (die lange partituren uit<br />

<strong>het</strong> hoofd kunnen spelen) zo een geheugen<br />

hebben. Dit is een vereiste<br />

voor <strong>het</strong> bestaan van expertise.<br />

In de jaren 1960 probeerden Herbert<br />

A Simon en William Chase, beiden<br />

aan de Carnegie Mellon Universiteit,<br />

een betere kijk te krijgen op <strong>het</strong><br />

geheugen van een expert. Verder<br />

<strong>in</strong>gaand op <strong>het</strong> onderzoek van de<br />

Groot, vroegen ze aan spelers van<br />

verschillende niveaus om een random<br />

gegenereerde spelsi-tuatie te reconstrueren.<br />

Dit is immers helemaal<br />

anders dan wanneer men door een<br />

gespeeld schaakspel tot die bepaalde<br />

spelsituatie komt. De correlatie tus-<br />

sen schaken, schaakniveau en accuraatheid<br />

van de spelers was veel<br />

zwakker als de spelsituatie random<br />

gekozen is.<br />

Schaakgeheugen is dus meer specifiek<br />

dan men eerder dacht. Deze experimenten<br />

dragen ook bij tot eerdere<br />

studies waar<strong>in</strong> <strong>in</strong> men overtuigend<br />

demonstreerde dat bekwaamheid op<br />

een specifiek gebied niet automatisch<br />

wordt overgedragen op andere gebieden.<br />

De Amerikaanse psycholoog<br />

Edward Thorndike toonde dit voor <strong>het</strong><br />

eerst aan : de studie van Latijn verbeterde<br />

niet automatisch <strong>het</strong> Engelse<br />

taalgebruik en de studie van geometrie<br />

ontwikkelde niet automatisch een<br />

beter gebruik van dagelijkse logica.<br />

Herbert. A Simon verklaarde dat<br />

<strong>het</strong> relatief slechte geheugen van<br />

grootmeesters <strong>in</strong>zake een artificieel<br />

gecreëerde spelsituatie met een<br />

model gebaseerd op betekenisvolle<br />

patronen nl. de “stukkentheorie”. Met<br />

dit concept verklaarde hij hoe grootmeesters<br />

een e<strong>in</strong>deloze hoeveelheid<br />

aan <strong>in</strong>formatie kunnen manipuleren.<br />

De beroemde psycholoog George<br />

Miller van de Pr<strong>in</strong>ceton University,<br />

bepaalde de limieten van een werkend<br />

geheugen (1956, “The Magical<br />

Number Seven, Plus or M<strong>in</strong>us Two”).<br />

In dit werk toonde Miller aan dat<br />

mensen slechts 5 tot 9 items tegelijk<br />

kunnen overzien.<br />

“Door <strong>in</strong>formatie <strong>in</strong> stukken te kappen<br />

en te ordenen”, beweerde Simon,<br />

“kunnen grootmeesters werken met<br />

deze limitatie.” Bv. de z<strong>in</strong> “Zie, g<strong>in</strong>ds<br />

komt de stoomboot”. Het aantal stukken<br />

<strong>in</strong>formatie <strong>in</strong> deze z<strong>in</strong> hangt af van<br />

de kennis van dit k<strong>in</strong>derversje en van<br />

de Nederlandse taal. Voor de meeste<br />

autochtone Belgen is de z<strong>in</strong> een deel<br />

van een groter geheel, een gekend<br />

versje. Voor diegenen die de Nederlandse<br />

taal spreken, maar niet <strong>het</strong><br />

versje kennen, is dit een losstaande<br />

z<strong>in</strong>, één losstaand stuk. Voor iemand<br />

die de woorden kan memoriseren,<br />

maar niet hun betekenis, heeft de z<strong>in</strong><br />

5 stukken, en <strong>het</strong> zijn 24 stukken voor<br />

iemand die de letters kent, maar niet<br />

de woorden. In de context van schak-

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!