Jaarboek_2005_06_Volk+ - Publicaties - Vlaanderen.be

3.5 Internationale culturele
samenwerking
3 U I T V O E R I N G V A N B E G R O T I N G E N B E L E I D 5 I N T E R N AT I O N A L E C U LT U R E L E S A M E N W E R K I N G
ALGEMENE CULTURELE
SAMENWERKING
coördinatie
en overleg
INLEIDING
De internationale werking van de afdeling Volksontwikkeling en Bibliotheekwerk was ook in 2005 geba-
seerd op de uitgangspunten van de beleidsnota Cultuur 2004-2009.
De beleidsnota schui voor internationale werking volgende algemene doelstelling naar voor: “Bin-
nen een steeds meer internationale context willen we voor Vlaanderen een onderbouwd, eciënt en duurzaam
internationaal cultuurbeleid voor alle betrokken velden en met de nodige coördinatie en prioriteiten tot stand
brengen.” Meer specifiek voor de sociaal-culturele sector wordt gepleit voor een verdere internationali-
sering. “Het sociaal-cultureel volwassenenwerk, het lokale cultuurbeleid met de openbare bibliotheken en de
cultuurcentra, en de sector van de amateurkunsten verdienen een volwaardige plaats in het internationale
gebeuren. De expertise en de ‘best practices’ van deze voorzieningen en organisaties kunnen inspirerend werken
voor anderen; omgekeerd kunnen de Vlaamse actoren worden geïnspireerd door buitenlandse voorbeelden.
Informatiedagen, ervaringsuitwisseling en aanmoedigingssubsidies moeten de deelname aan Europese pro-
gramma’s stimuleren.”
Verder verwijst de beleidsnota op vlak van het bilaterale cultuurbeleid naar de intense culturele samen-
werking tussen Vlaanderen en Zuid-Afrika. Het Local Cultural Policy Project wordt als één van de prioritaire
projecten vermeld.
Regelgeving
De internationale werking van de afdeling Volksontwikkeling en Bibli-
otheekwerk (vob) gebeurde in nauw overleg met de steunpunten van
de sector: SoCiuS - Steunpunt voor het Sociaal-Cultureel Volwassenen-
werk, Vlaams Centrum voor Openbare Bibliotheken (vcob), Vlaams
Centrum voor Amateurkunsten (vca) en het Steunpunt voor het Lokaal
Cultuurbeleid (Cultuur Lokaal). Tijdens overlegvergaderingen werden
de culturele akkoorden of samenwerkingsakkoorden voorbereid, wer-
den zendingen, ontvangsten en studiereizen besproken en nuttige in-
formatie uitgewisseld. Op niveau van de administratie Cultuur was er
eveneens geregeld overleg met de collega-ambtenaren verantwoordelijk
voor de internationale werking van hun respectievelijke afdelingen, on-
der de noemer Afdelingsoverschrijdende Vergadering voor Internatio-
nale Culturele Aangelegenheden (avica). De andere deelnemende afde-
lingen van de administratie Cultuur waren:Jeugd en Sport, Beeldende
Kunst en Musea, en Muziek, Letteren en Podiumkunsten.
Gecoördineerde reglementering voor subsidiëring van internationale culturele projecten in de amateurkunstensector
samenwerking
met zuid-afrika
2005 was het laatste jaar van het Local Cultural Policy Project dat in sa-
menwerking met de Zuid-Afrikaanse overheid werd gerealiseerd. Dit
project werd op 5 februari 2003 door de Vaste Gemengde Commissie
Vlaanderen – Zuid-Afrika goedgekeurd als één van de prioriteiten van
de culturele samenwerking tussen Vlaanderen en Zuid-Afrika. Het liep
over drie jaar, 2003-2005, en beoogde het ontwikkelen van een lokaal
cultuurbeleid in zes gemeenten of steden in Zuid-Afrika. Eind 2002
sloot de afdeling Volksontwikkeling en Bibliotheekwerk overeenkom-
sten af met de steunpunten SoCiuS en Cultuur Lokaal over de realisatie
van dit project. In de Zuid-Afrikaanse provincies Limpopo, Free State
en Kwazulu Natal werden daartoe telkens twee lokale gemeenschappen
geselecteerd voor het opstarten van een communicatieproces tussen
alle betrokkenen bij het lokale cultuurbeleid. Een team van vier mede-
werkers werkte in Zuid-Afrika aan de uitvoering van het project: een
nationale manager en drie provinciale coördinatoren.
Tijdens de voorbije drie jaren werd er stap voor stap gewerkt aan de
ontwikkeling van de instrumenten voor een planmatig lokaal cultuurbe-
leid. Vorming en opleiding namen hierin een belangrijke plaats in, zowel
voor de vrijwilligers in de plaatselijke stuurgroepen als voor de provin-
ciale coördinatoren. Naast opleiding inzake de cyclus voor strategische
planning werd er uitvoerig informatie verstrekt over de beleidscontext
van cultuur in Zuid-Afrika, omdat deze de aanpak van het project aan-
77