Archeologische Kroniek 1980 - Geschiedenis van Zuid-Holland
Archeologische Kroniek 1980 - Geschiedenis van Zuid-Holland
Archeologische Kroniek 1980 - Geschiedenis van Zuid-Holland
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
<strong>Archeologische</strong> kroniek <strong>van</strong> <strong>Zuid</strong>-<strong>Holland</strong> over <strong>1980</strong><br />
Afb. 31 Leiden, Overzicht <strong>van</strong> de<br />
uitgegraven funderingen <strong>van</strong> de<br />
Onze Lieve Vrouwekerk, gezien<br />
naar het oosten. Foto C. Baars.<br />
de Landscheidingsweg. De kan (hoogte 21 cm, diameter voet 7 cm) vertoont een lichte<br />
roodbrand over de gehele buitenzijde, heeft sterke deuken in de buik en een kneep in<br />
de bovenrand, zodat een snavelvormige tuit is ontstaan. De uitgeknepen voet is relatief<br />
zwaar. Sporen <strong>van</strong> munten aan de binnenzijde, die zouden kunnen wijzen op het<br />
gebruik <strong>van</strong> de kan als muntpot, waren niet aanwezig. Van het type Jacobakan is het<br />
een late vorm: ca 1425.<br />
Loosduinen zie p. 265.<br />
Rijswijk (afb. 32-34) In de uiterste zuidhoek <strong>van</strong> de gemeente Rijswijk ligt het<br />
tuinbouwcomplex Sion. In de 17e en 18e eeuw heeft hier een groot buiten gelegen. Dit<br />
stond op zijn beurt op de plaats <strong>van</strong> een 15e-eeuws klooster, dat in de Tachtigjarige<br />
Oorlog afgebroken is.<br />
Het klooster was in 1433 <strong>van</strong>uit Delft gesticht door reguliere kanunniken <strong>van</strong> Sint<br />
Augustinus onder de naam 'klooster <strong>van</strong> de H. Maria op de berg Sion'. Het werd in<br />
1572, in verband met een dreigend Spaans beleg voor Delft, verlaten en afgebroken.<br />
Een Spaanse schans, die er in 1594 aangelegd werd, verdween weer datzelfde jaar en<br />
het terrein werd aan particulieren verkocht (Moerman 1979). In de 17e eeuw werd op<br />
het terrein een herenhuis gebouwd, dat bij een brand in 1660 grotendeels verloren<br />
ging. Een grootse her- of nieuwbouw, de gegevens hierover zijn niet al te duidelijk,<br />
volgde in 1679. Dit buiten werd vóór 1804 tot de grond toe afgebroken, op een<br />
koetshuis na dat nog steeds aanwezig is (Van Adrichem 1972). Grondwerkzaamheden<br />
in verband met de bouw <strong>van</strong> nieuwe warenhuizen brachten tal <strong>van</strong> funderingen <strong>van</strong><br />
zowel het klooster als het buiten aan het licht.<br />
Van het klooster werd het oostelijke uiteinde <strong>van</strong> de kapel gevonden. Het vertoonde<br />
een 5/8 sluiting met overhoekse steunberen, terwijl ook steunberen tegen de<br />
kerkwanden bleken te zijn gebouwd. De binnenwerkse kerkbreedte bedroeg 9 m, de<br />
lengte kon niet bepaald worden. Aan de zuidzijde bevond zich een rechthoekige<br />
aanbouw <strong>van</strong> 6 m breed, mogelijk de sacristie. Vermoedelijk is deze in een tweede<br />
bouwfase tegen de kapel gezet. Dit kan evenwel onmiddellijk na elkaar zijn gebeurd,<br />
want de formaten <strong>van</strong> de in beide gebruikte bonte baksteen zijn gelijk: 23 x 11 x 5 cm.<br />
Het 15e-eeuwse loopniveau buiten de kapel moet op ongeveer 0 NAP gelegen<br />
hebben; thans is de maaiveldhoogte er ca + 1,25 m NAP.<br />
275