Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
174<br />
slachten vergaarde geestelijke schat, waaruit<br />
ieder nemen kon wat hij nodig had. Als een<br />
gedachte eenmaal voortreffelijk uitgedrukt<br />
was, een tafereel juist in beeld gebracht,<br />
waarom zou men het dan niet eenvoudig<br />
overnemen’. Dit besef van gemeenschappelijk<br />
eigendom gold ook in de beeldende<br />
kunsten, waarbij vooral de wijze waarop het<br />
citaat verwerkt werd in het grotere geheel<br />
van het kunstwerk als het criterium werd<br />
beschouwd.<br />
Een verschil ten opzichte van de Middeleeuwen<br />
ligt hierin, dat sedert de opkomst<br />
van de Renaissance het gemeenschappelijk<br />
bezit aanzienlijk werd verrijkt, o.m. ingevolge<br />
de opgravingen van Griekse en Romeinse<br />
beelden te Rome sinds het einde van de 15de<br />
eeuw.<br />
Reeds vóór Rubens hadden Mantegna, Raffaël,<br />
Giulio Romano, Michelangelo, e.a. uit<br />
die nalatenschap van de Oudheid motieven<br />
overgenomen, en ook in de geest van de<br />
Antieken gewerkt. De grote Vlaamse schilder<br />
sluit dus in dit opzicht aan bij een reeds<br />
eerbiedwaardige traditie.<br />
Het kan ook wel vreemd lijken dat ook antieke<br />
motieven toegepast werden in christelijk-godsdienstige<br />
taferelen. In verband met<br />
Rubens schrijft B. Knipping: ‘...voortdurend<br />
moet elk werk de duidelijke sporen dragen<br />
van de Oudheid, ook al staat het gegeven<br />
daarmee in geen enkel verband. Menige geestelijke<br />
en profane vrouwengestalte bij Rubens<br />
verraadt onmiddellijk de ‘Pudicitia’ van<br />
het Vaticaan, zodat men zich wel geheel in de<br />
geest van de tijd moet verplaatsen om hem<br />
dit opzettelijk getuigenis van de antieke vormenwereld<br />
niet kwalijk te nemen’.<br />
Er dient hierbij echter op gewezen dat Rubens<br />
in feite niets anders deed in zijn schilderkunst<br />
dan wat de humanisten hem in hun<br />
geschriften reeds sedert lang hadden voorge-<br />
daan. Het is inderdaad bekend dat zij nauwelijks<br />
iets aan het papier toevertrouwden zonder<br />
zich op ‘testimonium’ of ‘auctoritas’<br />
van klassieke schrijvers te beroepen, ook in<br />
een christelijk-godsdienstige context. Justus<br />
Lipsius verantwoordde als volgt dit voortdurend<br />
citeren van schrijvers uit de Oudheid:<br />
‘Ongetwijfeld, de goddelijke schriften zijn de<br />
effectieve haard van de ware kracht, van de<br />
ware deugd en van de onwrikbare standvastigheid.<br />
Toch moet men de menselijke wijsheid<br />
niet misprijzen... Wij verzamelen de stenen,<br />
het cement, de kalk van het oude gebouw<br />
van de Wijsbegeerte, dat sinds lang is<br />
ingestort. Maak van dit gewin geen verwijt<br />
aan de bouwmeester, en laat hem toe dit<br />
materiaal te gebruiken als onderbouw en<br />
fundament.’<br />
Een gelijkaardige, wellicht nog meer toepasselijke<br />
verantwoording treffen wij aan bij de<br />
Franse neo-stoïcijn Guillaume du Vaïr, die<br />
overigens sterk door Justus Lipsius werd<br />
beïnvloed. In zijn ‘Saincte Philosophie’, uitgegeven<br />
te Rome in 1603, lezen wij:<br />
‘Comme j’ai vu à Rome les riches temples<br />
bastis par les Païens à l’honneur de leurs<br />
demons, avoir esté sainctement appliquez au<br />
service de nostre Dieu, ainsi en ce petit<br />
recueil, j’ai pris peine de transferrer à l’usage<br />
et instruction de nostre religion les plus<br />
beaux traits des philosophes païens’.<br />
De toepassing van antieke motieven in<br />
Rubens’ godsdienstig werk kan in een gelijkaardig<br />
perspectief worden gezien. Hoe dan<br />
ook, zowel in profane als in religieuze taferelen<br />
integreerde hij deze motieven, zoals hiervoor<br />
vermeld, niet op een slaafse maar op<br />
een geïnspireerde wijze. Zijn figuren hebben<br />
niets overgehouden van het kille aanvoelen<br />
van de antieke marmers waaraan ze werden<br />
ontleend; een warmbruisend leven doorstroomt<br />
hun bloeiende lichamen.