het ondernemerslevenvan salomon frenk (1915-1999) - Rotterdam
het ondernemerslevenvan salomon frenk (1915-1999) - Rotterdam
het ondernemerslevenvan salomon frenk (1915-1999) - Rotterdam
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
hun prive-vermogen op te geven bij de door<br />
de Duitsers overgenomen Joodse bank<br />
Lippmann-Rosenthal (LiRo). Salomons vader<br />
trachtte <strong>het</strong> verlies te beperken en registreerde<br />
zijn vermogen pas nadat hij vijftienduizend<br />
gulden had geleend en weggegeven aan<br />
familieleden. Voorts gaf hij een aantal bezittingen<br />
mee aan zakenrelaties en niet-Joodse<br />
kennissen.'" In de herfst van 1941 volgde een<br />
nieuwe maatregel: Joden moesten opgeven<br />
wat voor onroerende goederen en grond ze<br />
bezaten, waarna ze deze verplicht moesten<br />
verkopen. De familie Frenk Net de Heemraadssingel<br />
234 en de Mathenesserstraat 12-<br />
16 registreren. Deze woningen kwamen<br />
onder beheer van <strong>het</strong> Algemeen Nederlands<br />
Beheer van Onroerende Goederen<br />
(A.N.B.O.).<br />
Ondanks deze maatregelen was de behoefte<br />
om te vluchten of onder te duiken bij de<br />
familie gering in 1941. Zo legde men <strong>het</strong><br />
aanbod naast zich neer van kapitein Cerber<br />
van <strong>het</strong> Zwitserse schip Saint Cergue om de<br />
familie mee te nemen naar de Verenigde<br />
Staten. De Frenks besloten hem alleen enkele<br />
bezittingen mee te geven. Ze vertrouwden<br />
erop dat een inreisvisum dat ze bemachtigd<br />
hadden voor Uruguay bescherming zou bieden<br />
als de situatie mocht verergeren.<br />
De familie Frenk was aan dat visum gekomen<br />
via de plaatsvervangend consul van Uruguay,<br />
de heer Kroos, een collega in <strong>het</strong> scheepsleveranciersbedrijf."<br />
Na <strong>het</strong> bombardement op<br />
<strong>Rotterdam</strong> had Nathan Salomon de familie<br />
Kroos geholpen. Als dank bezorgde Kroos<br />
Nathan Salomon een functie bij <strong>het</strong> consulaat,<br />
zodat deze een inreisvisum voor<br />
Uruguay kon krijgen voor zichzelf, zijn<br />
vrouw Sophia, zijn dochter Myra, zijn zoon<br />
Salomon en schoondochter Liselotte. De volgende<br />
stap was <strong>het</strong> aanvragen van een uitreisvisum<br />
bij de Zentrallstelle fiirjudische<br />
Auswanderung in Amsterdam. Zolang de<br />
familie hiermee bezig was, kregen ze <strong>het</strong><br />
stempel 'vrijgesteld van deportatie' en kwamen<br />
ze op de zogenoemde 'uitruillijst' te<br />
staan. Dit gebeurde bij personen die de<br />
nationaliteit van of een reisvisum voor een<br />
land hadden dat zich neutraal opstelde, waarmee<br />
Duitsland bevriend was of diplomatieke<br />
contacten onderhield. In deze laatste categorie<br />
viel Uruguay. Kroos en Frenk probeerden<br />
ook anderen te helpen door valse persoonsbewijzen<br />
te vervaardigen met behulp van<br />
stempels uit de illegaliteit. Naarmate de situatie<br />
voor Joden verslechterde, kwamen steeds<br />
meer mensen om hulp vragen."<br />
In juli 1942 ging de Jodenvervolging in<br />
Nederland een nieuwe fase in. Er werden<br />
lijsten opgesteld met de namen van Joden die<br />
naar doorgangskamp Westerbork of werkkamp<br />
Vught moesten om vandaar uit te worden<br />
gedeporteerd naar concentratie- en vernietigingskampen."<br />
Ze kregen een oproep<br />
thuis of werden meegenomen tijdens razzia's.<br />
In <strong>Rotterdam</strong> begonnen de deportaties op 30<br />
juli, toen tweeduizend <strong>Rotterdam</strong>se Joden<br />
een oproep kregen om zich te melden bij<br />
Loods 24." Hierna zouden nog vele transporten<br />
volgen.<br />
In 1943 nam de dreiging toe. De bezetter<br />
begon ook diegenen die tot dan toe waren<br />
vrijgesteld te deporteren. Daarnaast werden<br />
Joodse instellingen ontruimd. In februari was<br />
<strong>het</strong> Joodse ziekenhuis in <strong>Rotterdam</strong> aan de<br />
beurt. Alle Joden die hier verbleven moesten<br />
naar Westerbork. In dit ziekenhuis werkte<br />
Salomons zus als verpleegster; zij was die<br />
187