ALFABETISCHE TERMENLIJST - Free
ALFABETISCHE TERMENLIJST - Free
ALFABETISCHE TERMENLIJST - Free
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Glasswort N. = Zeekraal: Salicornia spp. (Chenopodiaceae)<br />
Glasswort Family N. = Ganzenvoetfamilie: Chenopodiaceae; z. Goosefoot --; ook Fat-hen -genoemd.<br />
glaucescent ADJ. = 1) zeegroen wordend. 2) als glaucous 2), maar dan in lichtere mate.<br />
glaucous ADJ. = 1) helder lichtblauwgroen, zeegroen, ook grijsgroen. 2) fijn bepoederd, berijpt; v.<br />
bloom, pruinose.<br />
glebous ADJ. = klonterig.<br />
glebulate ADJ. = btr. oppervlak: met hoopjes onregelmatig geplaatste korreltjes.<br />
glen N. = beschutte, nauwe, vochtige bergvallei.<br />
Glenroy Hybrids N. = × Echinobivia hybriden (Cactaceae) van Nieuwzeelandse oorsprong; v.<br />
Paramount Hybrids.<br />
Globe Daisy N. = Globularia spp. (Globulariaceae), rotsplanten.<br />
Globeflower N. = 1) Trollius: Trollius eurpaeus (Ranunculaceae), in de USA T. laxus. 2) diverse andere<br />
planten met bolvormige bloemen.<br />
globose, globular ADJ. = bolvormig.<br />
globular cacti N. = bolcactussen.<br />
glochid, mv. glochids, glochidia N. = glochide: gemakkelijk loslatende kleine stekel of borstel met<br />
weerhaakjes, vaak in bosjes als bij Opuntia spp.<br />
glochidiate ADJ. = 1) met weerhaakjes aan het uiteinde. 2) vv. glochiden.<br />
glochidium N. = haarachtig uitsteeksel met een gehaakte top.<br />
Gloeosporium N. = schimmels van dit geslacht veroorzaken brandvlekkenrot, te herkennen aan de<br />
ronde ingedroogde harde bruine vlekken; Opuntia's, zuilcactussen en Mammillaria's zijn nogal<br />
gevoelig.<br />
glomerate ADJ. = in dichte compacte kluwens.<br />
glomerule N. = bloemkluwen, bloeiwijze: zittende bolvormige bloemhoopjes; komt bv. voor bij sommige<br />
Brandnetelachtigen als Glaskruid, Parieteria officinalis.<br />
Glory of Texas N. = Thelocactus bicolor var. schottii (Cactaceae).<br />
glucose z. glycose.<br />
glucose phosphate N. (Ch.) z. glycose phosphate.<br />
glucoside z. glycoside.<br />
glumaceous ADJ. = op kelkkafje gelijkend.<br />
glume N. = kelkkafje: steunblaadje aan de voet van aartje bij grassen.<br />
glutamic acid N. (Ch.) = glutaminezuur, α-aminoglutaatzuur, 2-aminopentaandizuur: aminozuur z.<br />
amino acid; opm. ook glutaminic acid genoemd.<br />
glutamine N. (Ch.) = glutamine: γ-amide van glutaminezuur, is dus ook een aminozuur; speelt evenals<br />
asparagine een rol bij de opslag en het transport van stikstof in de plant: z. amino acid.<br />
glutaminic acid z. glutamic acid.<br />
glutaric acid N. (Ch.) = glutaarzuur: propaandicaronzuur-1,3, pentaandizuur voorkomend in suikerbieten,<br />
formule is COOH.(CH 2 ) 3 .COOH.<br />
gluten N. = gluten: eiwit uit de graankorrel; opm. de aanwezigheid ervan is de oorzaak dat van bv. tarwemeel<br />
wel deeg gemaakt kan worden, maar van aardappelmeel niet.<br />
glutinose, glutinous ADJ. = kleverig, bedekt met kleverige afscheiding.<br />
glyceraldehyde N. (Ch.) = glyceraldehyde: eenvoudigste suiker met de formule CH 2 OH.CHOH.CHO;<br />
als fosforzuurverbinding is het een belangrijk tussenproduct bij de opbouw en afbraak van koolhydraten;<br />
om de verwantschap met de suikers te benadrukken ook glycerose genoemd..<br />
glycerol N. (Ch.) = glycerol, propaantriol-1,2,3: tot de alcoholen behorende verbinding,<br />
CH 2 OH.CHOH.CH 2 OH; glycerol is een bestanddeel van plantaardige oliën en vetten en sommige<br />
vetachtige stoffen; opm. de verouderde naam glycerine is in het dagelijks leven beter bekend; z.<br />
opm. bij vitamin.<br />
glycerose N. (Ch.) z. glyceraldehyde.<br />
glycine N. (Ch.) = glycine, aminoazijnzuur: aminozuur; z. amino acid.<br />
glycolysis N. (Ch.) = glycolyse: proces waarbij glucose afgebroken wordt tot pyrodruivenzuur.<br />
Pagina 101