ALFABETISCHE TERMENLIJST - Free
ALFABETISCHE TERMENLIJST - Free
ALFABETISCHE TERMENLIJST - Free
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Tarweed N. = Amsinckia intermedia (Boraginaceae).<br />
Tasajo, Tasajillo Sp. N. = Opuntia leptocaulis (Cactaceae) en dergelijke; ook Tesajo gespeld.<br />
tassel N. = bosje loshangende haren; bv. op zaden van sommige Bromelia-achtigen en Stapeliaachtigen,<br />
bevordert de verspreiding door de wind; ook de bos meeldraden ve. bloeiende maiskolf.<br />
Tassel Flower N. = Stachlina dubia (Asteraceae).<br />
Tassel Hyacinth N. = Kuifhyacinth: Muscari comosum (Liliaceae); v. Liliaceae.<br />
Tasteless Stonecrop N. = Sedum sexangulare (Crassulaceae).<br />
Tatache Sp. N. = Maretakcactus: Rhipsalis baccifera, syn. R. cassutha (Cactaceae).<br />
tautology N. = tautologie: het herhalen van eenzelfde begrip met andere woorden; bv. 'de leden arriveerden<br />
successievelijk na elkaar.'<br />
tautomer N. (Ch.) = tautomeer: organische verbinding die in twee in evenwicht zijnde structuren kan<br />
voorkomen.<br />
tautonym N. = volgens de Code niet toegestane naam waarbij de soortaanduiding gelijk is aan de naam<br />
vh. geslacht; opm. bij de nomenclatuur vd. dierenwereld geldt deze regel niet, zodat bv. de Grauwe<br />
Gans de volkomen juiste naam Anser anser kan dragen.<br />
tawny ADJ. = taankleurig, bruinachtig oranjegeel.<br />
taxa z. taxon.<br />
taxis, mv. taxes N. = beweging van vrijbeweeglijke kleine organismen onder invloed van uitwendige<br />
factoren, bv. licht, zwaartekracht.<br />
taxon, mv. taxa N. = algemene naam voor een taxonomische groep, onafhankelijk vd. rang.<br />
taxonomist N. = systematicus: plantkundige die op taxonomie gespecialiseerd is.<br />
taxonomy N. = taxonomie, systematische plantkunde: de studie vd. beschrijving, classificatie, determinatie<br />
en de nomenclatuur vd. plantenwereld.<br />
Taxaceae N. = Taxusfamilie, Taxusachtigen.<br />
TCA cycle, tricarboxylic acid cycle, citric acid cycle (Ch.) N. = tricarbonzuur cyclus, citroenzuur<br />
cyclus: cyclische serie reacties in vrijwel alle aërobe organismen waarin via vele tussenproducten<br />
suikers, vetten en aminozuren worden afgebroken tot kooldioxide en water; naar de ontdekker ook<br />
Krebs' cyclus genoemd.<br />
T.C.P.'s, afk. Turnips, Carrots and Parsnips N. = aanduiding voor caudexplanten, spottend gebruikt<br />
door liefhebbers met een andere specialisatie: 'Rapen, Penen en Pastinaken'!<br />
Tea Family N. = Theaceae; oa. Thee (Camellia sinensis, syn. Thea sinenis).<br />
Teasel Family N. = Kaardenbolfamilie: Dipsaceae, ook Scabious Family; een kaardenbol is de uitgerijpte<br />
bloeiwijze vd. Grote Kaardenbol (Dipsacus fullonum) en werd gebruikt voor het ruwen van<br />
wollen weefsel: kaarden; z. opm. bij Catmint.<br />
teat N. = vlezig uitsteeksel onder de tanden aan de bladrand van sommige Agave spp.<br />
Teddy Bear Cholla N. = Opuntia bigelovii (Cactaceae).<br />
Teesdale Violet N. = Zandviooltje: Viola rupestris (Violaceae); syn. V. arenaria.<br />
teleianthous ADJ. = met tweeslachtige bloemen: stampers en meeldraden in één bloem; syn. bi-sexual,<br />
hermaphrodite, monoclinous, perfect; v. imperfect, unisexual.<br />
teleology N. = de opvatting dat alle organen vd. plant en de structuren daarvan een doel en nut moe-ten<br />
hebben: succulenten hebben dikke bladeren &c om water op te slaan voor de droge tijd!; in feite is<br />
het zo dat bij de evolutie van alle varianten en mutaties degene die het best aangepast waren aan<br />
een droger wordend klimaat in leven konden blijven en tot voortplanting komen; v. evolutionism<br />
teleological ADJ. = teleologisch: op teleologie gebaseerd.<br />
teleutospore z. teliospore.<br />
teliospore N. = dikwandige spore ve. roest- of brandschimmel, aan het eind vh. groeiseizoen gevormd<br />
als vorm waarin de schimmel overwintert; syn. teleutospore.<br />
temperate ADJ. = gematigd, btr. klimaat; v. tropical, subtropical.<br />
tenacle N. = stengel.<br />
tenacles N. = hechtwortels: luchtwortels die zich vasthechten aan een ruw oppervlak; bv. Klimop,<br />
Hedera helix; opm. dit mv. in deze betekenis alleen in oudere publicaties.<br />
tender ADJ. = teer: niet winterhard, niet vorstbestendig.<br />
Pagina 238