Digitale versie - Vereniging Oud Valkenburg
Digitale versie - Vereniging Oud Valkenburg
Digitale versie - Vereniging Oud Valkenburg
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
worden. Daarna zou er geen zinnig onderzoek meer mogelijk zijn. Graag<br />
hadden ze het aan de toekomst overgelaten, dan immers zouden er betere<br />
instrumenten zijn, meer mogelijkheden. Maar het was nu of nooit! Bekwame<br />
mensen waren er genoeg, dat wel. Velen liepen werkloos. In het<br />
steenrijke Nederland was geld het probleem. Wie zal dat betalen? En zie<br />
daar, een nooit tevoren getoonde samenwerking kwam op gang, alle<br />
mogelijke financiële bronnen werden aangeboord. Een stichting werd in<br />
het leven geroepen: Onderzoek Romeinse bewoning <strong>Valkenburg</strong> ZH. In<br />
1985 kon gestart worden. Een verplaatsbaar kantoor, een computercentrum<br />
en een werkplaats werden op een stukje land aan de Torenvlietslaan<br />
neergezet. Het te onderzoeken terrein werd omgeploegd en enige tijd met<br />
rust gelaten. De regen kon haar werk doen. Aan de oppervlakte gekomen<br />
scherfjes, botjes en dergelijke, spoelden schoon en werden zichtbaar.<br />
Daarna werd het geheel afgezocht. Niet zo maar op goed geluk maar<br />
systematisch. Het veld werd in een aantal evengrote vakken verdeeld en<br />
genummerd. Per vak kreeg een gelijk aantal personen evenveel tijd het<br />
materiaal te verzamelen en in genummerde plastic zakjes te doen. Aan de<br />
hand daarvan kon het terrein in kaart worden gebracht en bepaald worden<br />
waar, met de meeste kans op slagen, begonnen moest worden. De opgravingen<br />
vonden plaats van 1985 tot 1988 en werden uitgevoerd door de<br />
Rijksdienst voor het <strong>Oud</strong>heidkundig Bodemonderzoek, onder leiding van<br />
de archeologen Epko J. Bult en Daan P. Hallewas. Het tracé van de autoweg<br />
op het Marktveld en de Woerd werd onderzocht. Het resulteerde in<br />
de blootlegging van een Romeinse grafveld, militaire en burgerlijke<br />
bouwwerken en een aantal weg- en waterbouwkundige werken. Bovendien<br />
werd de prehistorische aanwezigheid van mensen vastgesteld en<br />
middeleeuwse bewoning, waaronder een landhuis met grachten.<br />
Het is juni 1985. Ten oosten van de Achterweg zijn een vijftal jonge mensen<br />
bezig in een werkput. Ieder op zijn eigen wijze, op zijn eigen plek. Op<br />
de ene plaats wordt in de kleffe klei een diepe kuil gegraven, met scherp<br />
afgebakende loodrechte wanden waarin zich de sporen van het verleden<br />
aftekenen. Wie kan ze lezen? Een Orion-vliegtuig van de marine, laag in<br />
de landing, ronkt voorbij. Niemand kijkt op. Uit een andere diepe afgraving<br />
wordt een stronk gerooid. Het totaal vergane restant van dat wat<br />
meer dan duizend jaar geleden een boom was wordt rigoureus in plakjes<br />
gestoken en opzij gelegd. Bij het afval? Op een derde werkplek wordt de<br />
kleilaag met de bats nauwkeurig afgeschuimd, in dunne plakjes. Welke<br />
geheimen zullen zich prijsgeven? Eén der medewerkers zoekt de bodem af<br />
met een elektronische detector. Af en toe piept het apparaat. Zo te zien<br />
vals alarm. Per vindplaats worden de gevonden voorwerpen in plastic<br />
bakjes gedeponeerd, voorzien van een genummerde label. Onze plaatsgenoot<br />
Hendrik de Vries bedient zijn als nieuwe hydraulische graafmachine,<br />
schraapt uiterst precies een laagje van de kleilaag en deponeert dat op<br />
een hoop. In het midden zijn twee haaks naast elkaar gelegen balken<br />
blootgelegd. Een door mensenhanden aangelegde fundering, dat ziet een<br />
leek. Ik probeer me er een voorstelling van te maken. Natuurlijk. dacht ik,<br />
daar zat eens een <strong>Valkenburg</strong>er in de schaduw van die dikke boom. Op<br />
een droog plekje. Met behulp van aarde en balken opgehoogd. Veilig<br />
voor de zoveelste overstroming van de Rijn!<br />
Sinds haar ontstaan heeft de Rijn van alles en nog wat meegevoerd op<br />
haar weg naar de zee. Als de rivier buiten haar oevers trad bleef daarvan<br />
een gedeelte achter. Zo ontstond in de loop van miljoenen jaren een kleilaag,<br />
vruchtbare grond waarvan de waarde nauwelijks te schatten is. De<br />
Romeinen kwamen, bouwden hun versterkingen langs de rivier en zorgden<br />
voor goede wegen. De heerweg liep langs de Rijn, van de Woerd over<br />
het Marktveld, dwars door het castellum en verder. Het wegdek was<br />
gefundeerd op een mat van liggende stammetjes. Tegen wegspoelen versterkt<br />
met aan weerszijden ingeheide palen. Verhard met schelpen van het<br />
strand. Naast de weg werden de doden begraven. Wie niet ten prooi viel<br />
aan het wild gedierte of het water vond in de “katteklei” een laatste<br />
rustplaats. Zo werd het bijna tweeduizend jarige stoffelijke overschot<br />
aangetroffen van een man, een vrouw en een kind. Op aandoenlijke wijze<br />
in de dood verenigd. Onberoerd gebleven onder de ploeg van Gert Jan<br />
Varkevisser, die daar jaar in jaar uit de grond bewerkte. Zoals zijn vader<br />
voor hem. Wisten zij veel!<br />
Velen vragen zich af het hoe en wanneer van deze ter aarde bestelling.<br />
Een jong gezin, in één keer gestorven? Welke ziekte had hier toegesla<br />
Deel 1. In en om het Romeinse castellum 18