Rapport - Waterschap Groot Salland
Rapport - Waterschap Groot Salland
Rapport - Waterschap Groot Salland
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
4.1 Waterkwaliteit<br />
De waterkwaliteit is in de afgelopen 30 jaren aanzienlijk verbeterd.<br />
De laatste 10 jaar stagneert de verbetering voor totaal-fosfaat in het noordelijk deel van het<br />
beheergebied en voor koper en zink in het zuidelijk deel (<strong>Salland</strong>).<br />
Monitoring<br />
De waterkwaliteit wordt gemonitoord op een groot aantal punten in het hele beheergebied.<br />
Voor de trendanalyse zijn 33 lokaties geselecteerd, waarvan 8 in het noordelijk deel van het<br />
beheergebied (o.a. Polder Mastenbroek, Staphorsterveld, Kamperveen) en 25 in het zuidelijk<br />
deel (<strong>Salland</strong>). Tot circa 1990 is het aantal meetlokaties vrij beperkt (4 in het noordelijk deel<br />
en 8 in het zuidelijk deel). Voor de meeste stoffen gaan de meetdata terug tot 1973; van<br />
koper en zink zijn voldoende gegevens beschikbaar vanaf 1995.<br />
Trends<br />
De ontwikkeling van de belangrijkste waterkwaliteitsparameters is weergegeven in figuur 1<br />
tot en met 6. De figuren zijn gebaseerd op de huidige normering en toetswijze.<br />
Temperatuur<br />
In figuur 1 is de ontwikkeling van de jaargemiddelde temperatuur weergegeven. In het<br />
noordelijk deel van het beheergebied is de temperatuur in de onderzoeksperiode met ruim<br />
0,5 o C toegenomen. Deze toename is minder dan in andere studies wordt waargenomen en<br />
kan worden toegeschreven aan de toename van de luchttemperatuur (zie onder andere van<br />
Dam, 2009). In het zuidelijk deel is een vergelijkbare trend waarneembaar vanaf ca. 1980. In<br />
de periode daavoor was de watertemperatuur echter hoger.<br />
Zuurstof<br />
De gemiddelde zuurstofverzadiging is in de afgelopen 30 jaar licht afgenomen, zie figuur 2a.<br />
Deze daling wordt veroorzaakt door een afname van waargenomen maxima, zie figuur 2b.<br />
Dit is een goed teken: een zuurstofverzadiging boven de 100% duidt op overmatige bloei van<br />
algen of waterplanten. Tegelijkertijd neemt de minimale zuurstofverzadiging toe. Ook dit is<br />
een goed teken.<br />
Nutriënten<br />
De nutriëntengehaltes in het beheergebied zijn sinds 1973 flink afgenomen, zie figuur 3 en 4.<br />
In het zuidelijk deel van het beheergebied (<strong>Salland</strong>) is een toename zichtbaar in de trend van<br />
totaal-stikstof tot de jaren ’90; daarna neemt het gemiddelde gehalte sterk af, zie figuur 3<br />
(zuid). In het noordelijk deel is sprake van een dalende trend vanaf de jaren ‘90. De toename<br />
in het zuidelijk deel hangt waarschijnlijk samen met de intensivering van het landgebruik door<br />
de landbouw; de afname kan worden verklaard door een toename van de hoeveelheid<br />
inlaatwater (hoofdstuk 2.5 en 4.2) en de effecten van het mestbeleid vanaf circa 2000<br />
(hoofdstuk 2.2).<br />
De trend voor totaal-fosfaat in het zuidelijk deel toont een opmerkelijke piek rond het begin<br />
van de jaren ’90, zie figuur 4. Deze piek is volledig toe te schrijven aan een toename op de<br />
meetlokatie in de Raalterwetering (zie intermezzo). Afgezien daarvan is er in het gehele<br />
beheergebied sprake van een dalende trend. De verbetering is onder andere goed te zien op<br />
de meetlokatie in de <strong>Groot</strong>e Vloedgraven: door beëindiging van lozingen van een<br />
melkfabriek en een slachterij zijn de fosfaatgehaltes hier flink afgenomen.<br />
33