12.09.2013 Views

2 Samuël

2 Samuël

2 Samuël

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

2 <strong>Samuël</strong> 8<br />

want Gij, Heere HEERE, hebt het<br />

gesproken, en met Uw zegen Met<br />

deze woorden betuigt David zijn geloof, met<br />

hetwelk hij deze beloften Gods aannam,<br />

vastelijk vertrouwende dat zij zouden worden<br />

volbracht. zal het huis van Uw knecht<br />

gezegend worden in eeuwigheid.<br />

1. En het geschiedde daarna, dat David<br />

de Filistijnen sloeg, en bracht hen<br />

ten onder; en David nam Meteg-<br />

Amma uit der Filistijnen hand.<br />

2. Ook sloeg hij de Moabieten, en mat<br />

hen met een snoer, Dat is, hij deelde hun<br />

land bij meting, hetwelk men te dien tijde<br />

deed met snoeren of koorden, ombrengende<br />

bij loting de inwoners van twee delen, maar<br />

een volkomen deel latende in het leven. Of,<br />

hij deelde het volk in drie gelijke delen bij<br />

loting, zo gelijk, alsof zij met snoeren gemeten<br />

waren, enz. God had wel bevolen Ammon en<br />

Moab als Loths nakomelingen te verschonen,<br />

Deut. 2:9,19, maar dewijl zij bittere<br />

vijandschap tegen Gods volk gepleegd hadden<br />

en met de vijanden aanspanden, zo heeft hen<br />

David, als zodanig, vijandelijk moeten<br />

behandelen. Zie Num. 22:2,3,4, enz., en Num.<br />

24:17, en Num. 25:17,18, en Num. 31:2; Richt.<br />

3:14,21,28,30; 1 Sam. 14;47, en onder 2 Sam.<br />

10:4,7, enz. # 2Sa 10.4,7 doende hen ter<br />

aarde nederliggen; Uit verachting hen ter<br />

aarde nederleggende. Of, hen alzo<br />

afmattende, dat zij als ter aarde nederbukten,<br />

mat en overwonnen zijnde. en hij mat met<br />

twee snoeren om te doden, en met<br />

een vol snoer om in het leven te<br />

laten. Alzo werden de Moabieten<br />

David tot knechten, brengende<br />

geschenken. Tot een teken van<br />

onderdanigheid. Alzo onder, 2 Sam. 8:6.<br />

3. David sloeg ook Hadad-ezer, Ook<br />

genoemd Hadarezer, 1 Kron. 18:3. den<br />

zoon van Rechob, den koning van<br />

Zoba, Zie 1 Sam. 14:47. Dit meent men<br />

geweest te zijn het gedeelte van Syrië, dat<br />

Sofene genoemd wordt; komende deze<br />

woorden Zoba, of Zova, en Sofene zeer na<br />

overeen. Zie ook onder, 2 Sam. 10:6. toen<br />

hij heentoog David, of gelijk sommigen,<br />

Hadadezer., om zijn hand Dat is, om zijn<br />

macht uit te strekken, enz. Anders, om zijn<br />

grenzen te stellen, of herstellen. Hebreeuws,<br />

te doen wederkeren, of weder te brengen aan<br />

de rivier Fraat; dat is Eufraat, welke landpale<br />

Israël van God beloofd was, en dienvolgens<br />

hem moest toegeëigend worden. Vergelijk 1<br />

Kron. 18:3, en zie Gen. 15:18, enz. te<br />

wenden naar de rivier Frath.<br />

4. En David nam hem duizend wagens<br />

af, Dat is hier ingevoegd uit 1 Kron. 18:4,<br />

waar deze historie wordt wederhaald. en<br />

zevenhonderd ruiteren, Versta, zoals<br />

enigen dit nemen rotten van ruiters, elk rot<br />

bestaande uit tien, makende alzo tezamen<br />

zeven duizend ruiters, welk getal uitdrukkelijk<br />

staat 1 Kron. 18:4. Vergelijk 2 Sam. 10:18. en<br />

twintig duizend man te voet; en<br />

David ontzenuwde alle Uitgezonderd de<br />

honder, die hij behield, gelijk volgt.<br />

wagenpaarden, Of, wagens. Zie Joz. 11:6.<br />

en hield daarvan honderd wagenen<br />

over.<br />

5. En de Syriers van Damaskus<br />

Hebreeuws, Aram; dat is, Syrië. Zie Gen.<br />

10:22, en Gen. 22:21, waardoor de Syriërs<br />

verstaan worden. Syrië van Damaskus was<br />

wel het voornaamste deel of koninkrijk onder<br />

al de gedeelten, landen, provinciën of<br />

koninkrijken, waarvan enige verhaald worden,<br />

onder, 2 Sam. 10:6, die onder Syrië begrepen<br />

waren; zijnde tot onderscheiding genoemd<br />

Syrië van Damaskus, van den naam der<br />

vermaarde hoofdstad van dit koninkrijk.<br />

kwamen om Hadad-ezer, den koning<br />

van Zoba, te helpen; maar David<br />

sloeg van de Syriers twee en twintig<br />

duizend man.<br />

6. En David legde bezettingen in Syrie<br />

van Damaskus, en de Syriers werden<br />

David tot knechten, brengende<br />

geschenken; Gelijk boven, 2 Sam. 8:2. en<br />

de HEERE behoedde David overal, Of,<br />

gaf David heil, of overwinning; waardoor het<br />

Hebreeuwse woord bekwamelijk kan worden<br />

genomen in krijgszaken. Alzo onder, 2 Sam.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!