Inhoudsopgave
Inhoudsopgave
Inhoudsopgave
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
2.2 Analogie<br />
Deze muzikale symptomen zijn te koppelen aan een aantal die meisjes met<br />
anorexia nervosa over het algemeen vertonen.<br />
De karaktereigenschappen die ten grondslag liggen aan de muzikale symptomen<br />
(schuingedrukt) van de vorige paragraaf zijn de volgende (De Bruyn en Vilder,<br />
1995; Smeijsters, 1996):<br />
• Conflictvermijding en een gebrekkige zelfstandigheid onder andere door<br />
sterke aanpassing aan de wensen en behoeften van anderen;<br />
Moeilijkheden in de interactie met de therapeut: omdat er aan de wensen en<br />
de behoeften van de therapeut voldaan wil worden, zal er weinig tot geen<br />
initiatief vanuit de cliënte zelf komen en zal zij hierbij een afwachtende<br />
houding ten opzichte van de therapeut aannemen. Zij zal denken; wat de<br />
therapeut doet is goed en daaraan zal ik mij aan moeten passen. Er is dus<br />
geen interactie, wel een symbiotisch bondgenootschap, waarbij de cliënte<br />
voortdurend elke nuance volgt en de therapeut leidt. Smeijsters (1996) schrijft<br />
dat er muzikale versmelting kan ontstaan wanneer de cliënte zich laat voeden<br />
door het spel van de ander die in een verzorgende moederrol wordt geplaatst.<br />
(Langenberg, 1989; Loos, 1989; Smeijsters, 1995b in Smeijsters, 1996)<br />
• Hoge eisen aan zichzelf stellen / perfectionisme<br />
Het moeilijk vinden om te improviseren: Zonder voorbeeld, zoals bladmuziek,<br />
is het moeilijk om te bepalen wat goed is en wat niet. Perfect is muziek die we<br />
op de radio horen. Daaraan zal een cliënte willen voldoen en zo zal de<br />
drempel erg hoog worden om te gaan improviseren.<br />
• Het niet stilstaan bij gevoelens die ze als zwak ervaren<br />
Geen ruimte of rust nemen, het gelijk ‘goed’ willen doen. Muziek spreekt met<br />
je gevoel, niet met je verstand zoals het verbale. Het doorgaan, zonder stil te<br />
staan of langzamer te gaan, zonder rust te nemen geeft de mogelijkheid om<br />
gevoel uit te schakelen en bezig te zijn met de handeling die je verricht, dus<br />
weer over te schakelen naar het verstandelijk bezig zijn. Gevoelsexpressie<br />
wordt onderdrukt, er ontstaat een gebrek aan emotie. Dit gebrek zorgt ervoor<br />
dat er geen behoefte wordt gevoeld om ruimte en rust te nemen.<br />
• De ‘ik-zwakte’ waarover onder andere Smeijsters (1996) in zijn artikel<br />
spreekt, zichzelf op de tweede plaats zetten en het aanpassen aan anderen<br />
verklaren waarom de cliënte geen ruimte voor zichzelf wil nemen, maar ook<br />
waarom ze vaak voor hoge tonen kiest. Hoge tonen worden vaak<br />
geassocieerd met ‘klein’ en ‘lief’, terwijl lage tonen vaker worden<br />
geassocieerd met ‘zwaar’ en ‘groot’.<br />
• geobsedeerd zijn door controle;<br />
Uitzonderlijke controle over de situatie willen hebben, zoals er ook<br />
uitzonderlijke controle over haar eigen lichaam wordt gehandhaafd door niet<br />
te eten. De strakke ritmische patronen en het gebrek aan flexibiliteit in alle<br />
muzikale parameters zijn ook een vorm van uitzonderlijke controle, van een<br />
vaste structuur waaraan vast kan worden gehouden, die veiligheid biedt,<br />
omdat het voortdurend hetzelfde is. Een strak ritmisch patroon is een perfecte<br />
13