ALGEMENE TAALWETENSCHAP II (F460 - Prof. D ... - Babylon
ALGEMENE TAALWETENSCHAP II (F460 - Prof. D ... - Babylon
ALGEMENE TAALWETENSCHAP II (F460 - Prof. D ... - Babylon
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
35<br />
De structuur 'kill = cause to die' kan nog verder ontleed worden: 'die' betekent immers<br />
'become dead'; 'dead' is op zijn beurt ontleedbaar in 'not alive', zodat uiteindelijk 'kill'<br />
ontrafeld wordt in (cause(to become(not(alive)))). Weergegeven in een boomstructuur wordt<br />
dat:<br />
cause<br />
kill<br />
become<br />
not alive<br />
Nu resten ons nog een aantal problemen:<br />
- hoe benoemen we de knopen?<br />
- waar blijven we met de argumenten van ons werkwoord? (x kills y x causes y to<br />
become not alive, waar blijven we in onze boomstructuur met x en y)<br />
Om die problemen op te lossen speelt men leentjebuur bij de predikatenlogica.<br />
De predikatenlogica kijkt binnenin de zin en maakt een analyse van de zin door een<br />
onderscheid te maken tussen predikaten, constanten en variabelen. Deze laatste worden<br />
weergegeven met x en y. Een predikaat is 'wat er van die x en die y gezegd wordt'. Een<br />
concrete invulling van een variabele levert een constante op. Variabelen en constanten zijn de<br />
argumenten van het predikaat. Verder zijn er nog operatoren/connectoren (b.v. &, etc.) en<br />
kwantoren (∀, ∃ etc). Een voorbeeld van een gesymboliseerde weergave van een uitspraak in<br />
de logica is: '∀x : mens(x) sterfelijk (x)', wat betekent 'voor alle x'en geldt dat als x een<br />
mens is, x sterfelijk is'.<br />
De toepassing van zo'n predikaatlogische analyse op de taal zit als volgt in elkaar: de knopen<br />
worden benoemd met het symbool 'V' (verbum) en worden ongeveer gelijkgesteld aan de<br />
notie van 'predikaat'. Merk op dat ook adjectieven (bijvoorbeeld 'alive') een predicerende<br />
functie hebben en dus als 'V' in de boomstructuur terechtkomen. De argumenten van het<br />
predikaat worden weergegeven door het symbool 'N' (nomen). De twee problemen zijn nu<br />
opgelost door een predikaatlogische analyse te combineren met een syntactische<br />
boomstructuur.<br />
Een concreet voorbeeld kan ook hier wat verduidelijking brengen:<br />
S = to kill / x en y zijn de argumenten (x kills y)<br />
S<br />
V N N (het predikaat ('V') wordt vooraan gesplitst)<br />
kill x y