Programmarekening 2004 - Stadsdeel Oost - Gemeente Amsterdam

Programmarekening 2004

Inhoudsopgave
1 Voordracht en besluit 3
2 Algemene inleiding 7
Kostentoerekeningen 7
Gevolgen invoering BBV 8
Reserves en voorzieningen 8
De Nieuwe Ooster 9
Analyse rekeningresultaat 10
Voorgenomen overhevelingen 12
3 Programma's en beleidsparagrafen 14
Recapitulatie per programma 14
Dienstverlening en participatie 17
Onderwijs 25
Welzijn en zorg 30
Kunst en cultuur 38
Vrije tijd 41
Economie en werk 46
Ruimtelijk beheer 49
Ruimtelijke ontwikkeling 54
Wonen 62
Mobiliteit 65
Beleidsparagraaf milieu 69
Beleidsparagraaf emancipatie en integratie 70
Beleidsparagraaf veiligheid 71
4 Algemene dekkingsmiddelen 73
5 Verplichte paragrafen 77
1 Inleiding 77
2 Paragraaf weerstandsvermogen 77
3 Paragraaf onderhoud kapitaalgoederen 79
4 Paragraaf bedrijfsvoering (inclusief kostenplaatsen) 80
5 Paragraaf verbonden partijen 85
6 Paragraaf overzicht lokale lasten 85
6 Balans 86
Balans 86
Toelichting balans 88
Geconsolideerde balans (inclusief De Nieuwe Ooster) 92
7 Alle producten en projecten onder programma's 95
1

STADSDEEL OOST/WATERGRAAFSMEER
voordracht stadsdeelraad
Datum :
Documentnaam : F/fin/rekening2004/voordracht04
Registratienummer : 2005/
V O O R D R A C H T
( DB d.d. 5 april 2005)
Betreft : Programmarekening 2004
Aan de stadsdeelraad,
Ingevolge artikel 48 van de verordening op de stadsdelen biedt het dagelijks bestuur u hierbij de
programmarekening van het stadsdeel Oost/Watergraafsmeer aan over het boekjaar 2004.
Deze programmarekening sluit met een voordelig saldo van 1.145.504.
Dit resultaat is een combinatie van vele voordelen en nadelen ten opzichte van de vastgestelde
programmabegroting. Voor een toelichting van deze verschillen verwijzen wij naar de analyse van de
uitkomsten bij de verschillende programma’s. De indeling van de begroting 2004 was hierop ook
gebaseerd en bij onze verslaglegging nu hebben wij dezelfde systematiek gevolgd.
Er heeft in het jaar 2004 een aantal ontwikkelingen een rol gespeeld, die hier niet onvermeld kunnen
blijven en waarover ook besluiten moeten worden genomen.
Overheveling activiteiten
Evenals in eerdere jaren zijn er overhevelingen aangevraagd omdat incidentele activiteiten nog niet
volledig zijn uitgevoerd. Onderdeel van het rekeningresultaat zijn ook de incidenteel uitgetrokken
middelen voor bijzondere activiteiten, die in het verslagjaar niet of niet geheel konden worden
uitgevoerd. Wij vinden het echter wel gewenst, dat deze voorgenomen activiteiten alsnog volledig
worden uitgevoerd en stellen derhalve voor deze in het jaar 2005 af te ronden. Aangezien de
beschikbare middelen in de begroting 2005 daarvoor geen ruimte bieden zullen de daarbij behorende
middelen, die dus in 2004 niet zijn besteed, opnieuw ter beschikking gesteld moeten worden. In
totaliteit gaat het daarbij om een bedrag van 502.580. Voor een toelichting op deze activiteiten en
het daarmee gepaarde budget verwijzen wij naar hoofdstuk 2.4.2.
De budgetten worden in het dienstjaar 2005 opgevoerd door middel van een begrotingswijziging. De
dekking vindt plaats door een onttrekking aan de algemene reserve, waaraan het volledige resultaat
van de rekening 2004 zal worden toegevoegd.
3

Instelling van reserves en voorzieningen
Het instellen van nieuwe reserves en voorzieningen is voorbehouden aan de raad. Bij de cijfermatige
afwikkeling van de rekening 2004 zijn een aantal nieuwe bestemmingsreserves en voorzieningen
gevormd.
Het betreft de volgende bestemmingsreserves:
• 0261 - Bestemmingsreserve kapitaallasten Galileïplantsoen ( 34.177)
Deze bestemmingsreserve wordt gevormd om het tekort op de inrichting te financieren welke is
ontstaan na verbouwing van de Gymzaal Galileïplantsoen 39.
• 0262 - Bestemmingsreserve lasten nieuw Stadsdeelkantoor ( 2.309.948)
Deze bestemmingsreserve wordt gevormd uit de inkomsten grondexploitatie en de winst op
verkoop panden met als doel de exploitatielasten van een nieuw Stadsdeelkantoor en Brede
School alsmede de verplaatsingskosten van de werf te verlagen.
• 0263 – Bestemmingsreserve reservering vakantiegeld ( 831.743)
Conform artikel 49 van het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) mogen verplichtingen
gerelateerd aan jaarlijks terugkerende arbeidskosten niet onder overlopende passiva worden
opgenomen, als gevolg daarvan is deze bestemmingsreserve gevormd,
Het betreft de volgende voorzieningen:
• 0473 - Voorziening bruidschat speciaal onderwijs ( 382.979)
Deze voorziening is ingesteld ten behoeve van de overgang per 1 januari 2005 van de
W.B. Noteboomschool en de Van Koetsveldschool naar de stichting Openbaar (Voortgezet)
Speciaal Onderwijs Amsterdam. De voorziening is gevormd door overboeking van een aantal aan
deze scholen gerelateerde voorzieningen.
• 0474 - Voorziening onderhoud sportparken ( 99.500)
Deze voorziening is ingesteld om te komen tot een structurele aanpak van het onderhoud van de
sportparken via meerjarenonderhoud- en beheersplannen.
• 0482 - Voorziening actie klimaatbeleid ( 44.292)
Het stadsdeel heeft van VROM een (voorschot)bijdrage ontvangen in de kosten van het
klimaatprogramma 2004-2008. In 2005, 2006 en bij positief besluit uiterlijk 2008 zal maximaal
110.731,00 worden bijgedragen.
• 0483 - Voorziening pilot wijkvoorziening 2 e lijn ( 16.000)
Het stadsdeel heeft een bijdrage van derde ontvangen, welke bestemd is voor het aanpassen,
verbeteren van de sociale infrastructuur.
• 0485 - Sportvoorzieningen Polderweggebied ( 470.065)
Bij de overdracht van de sportvelden bij de wethouder Verheyhal naar de grondexploitatie
Polderweggebied, is de boekwinst ondergebracht in deze voorziening. Hiermee wordt het in de
toekomst mogelijk sportvoorzieningen te realiseren in het Polderweggebied.
• 0496 – Voorziening onderhoud sportfondsenbad ( 297.026)
Het stadsdeel heeft van Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling een bijdrage ontvangen ten
behoeve van het uitvoeren van achterstallig onderhoud.
• 0498 – Voorziening D2 ( 653.924)
Het stadsdeel heeft doelstelling 2 (D2) bijdragen ontvangen voor verschillende projecten. In 2005
kunnen de niet bestede bijdragen worden aangewend voor de nog lopende D2-projecten
Naar aanleiding van de invoering van het Besluit en Verantwoording 2004 (BBV) zijn een aantal
reserves en voorzieningen geëvalueerd.
Als gevolg daarvan zijn een aantal bestemmingsreserves omgevormd tot voorzieningen.
In 2003 was abusievelijk de voorziening BTW compensatiefonds ingesteld, naar aanleiding van de
BBV is deze voorziening in 2004 gewijzigd in een bestemmingsreserve.
4

Bestemming van het resultaat
Er is een resultaat van 1.145.504 over het verslagjaar 2004. Dit bedrag zal worden toegevoegd aan
de algemene reserve. De noodzakelijke toevoegingen aan reserves om lopende projecten uit te
voeren en externe gelden veilig te stellen zijn gedaan.
Op grond van vorenstaande stelt het dagelijks bestuur in overeenstemming met de commissie van
advies u voor het volgende besluit te nemen.
5

STADSDEEL OOST/WATERGRAAFSMEER
besluit stadsdeelraad
datum vergadering : 30 mei 2004
Registratienummer : 2005/
Documentnaam : F/fin/rekening2004
Betreft : Programmarekening 2004
De stadsdeelraad van het stadsdeel Oost/Watergraafsmeer,
Gezien de voordracht van het dagelijks bestuur van 5 april 2004;
b e s l u i t
1. Het rekeningsaldo 2004 vast te stellen op 1.145.504;
2. In te stemmen met de vorming van de volgende bestemmingsreserves en voorzieningen en
de daaraan in de rekening toegevoegde bedragen:
Bestemmingsreserve kapitaallasten Galileïplantsoen ( 34.177)
Bestemmingsreserve lasten nieuw Stadsdeelkantoor ( 2.309.948)
Bestemmingsreserve reservering vakantiegeld ( 831.743)
Voorziening bruidschat speciaal onderwijs ( 382.979)
Voorziening onderhoud sportparken ( 99.500)
Voorziening actie klimaatbeleid ( 44.292)
Voorziening pilot wijkvoorziening 2 e lijn ( 16.000)
Sportvoorzieningen Polderweggebied ( 470.065)
Voorziening onderhoud sportfondsenbad ( 297.026)
Voorziening D2 ( 653.924)
3. Het resultaat ad 1.145.504 toe te voegen aan de Algemene reserve;
4. In de begroting 2005 de verschillende budgetten voor het uitvoeren van de over te hevelen
activiteiten vanuit 2004 te verhogen en het daartoe benodigde budget ad 502.580 aan de
algemene reserve te onttrekken;
5. Ter uitvoering van het besluit 4 de betreffende begrotingswijziging van het jaar 2005
vaststellen;
6. Gezien de strekking van de accountantsverklaring met betrekking tot de ontwerprekening
2004 en in overeenstemming met artikel 48 lid 1 van de verordening op de stadsdelen deze
ontwerprekening vast te stellen;
7. Ingevolge artikel 48 lid 6 van de verordening op de stadsdelen een afschrift van het verslag
van deze raadsbehandeling, alsmede het verslag van de rekeningcommissie aan de
Gemeenteraad te overleggen.
De stadsdeelraad voornoemd,
Jan Jaap Rochat Martin Verbeet
griffier stadsdeelvoorzitter
Afschrift - sector Financiën
- Accountancy en Consultancy Amsterdam
- Hoofdafdeling Financiën en Stadsdeelfinanciën
6

2 Algemene inleiding
Deze jaarrekening is het verslag over het begrotingsjaar 2004. Deze jaarrekening wordt voor het eerst
programmarekening genoemd in navolging van de eerste programmabegroting die voor 2004 werd
opgesteld. Het vertrekpunt voor de programmarekening is de programmabegroting inclusief de
bijstellingen die in de loop van 2004 op deze begroting zijn gedaan.
De door de raad vastgestelde begroting is gebaseerd op de programma’s en de daarbij behorende
beoogde effecten. Op deze basis wordt nu verslaglegging gedaan. Verreweg de meeste producten en
projecten zijn gekoppeld aan een beoogd effect van een bepaald programma uit de
programmabegroting. De overige producten zijn opgenomen in het onderdeel ‘niet aan programma’s
gekoppeld’ (zie hoofdstuk 4, Financiering en dekkingsmiddelen).
Bij het opstellen van deze jaarrekening is zoveel mogelijk de indeling van de programmabegroting
gevolgd. Zo zijn per programma de beoogde effecten opgenomen zoals die ook in de
programmabegroting terug te vinden zijn en is de indeling per programma als volgt:
1. Welke maatschappelijke effecten wil de raad bereiken?
2. Wat heeft de raad gedaan om dit te realiseren?
3. Wat heeft het gekost?
Er wordt inhoudelijk verantwoording afgelegd over de uitvoering van de programmadoelen. Er zal
alleen financieel worden gerapporteerd indien er sprake is van substantiële afwijkingen.
2.1 Kostentoerekeningen
De programmabegroting gaat uit van integrale toerekening van alle lasten en baten aan de producten
en projecten en daarmee uiteindelijk aan de programma’s. Voor de toerekening van de
organisatiekosten is gekozen voor de systematiek van kostenplaatsen. Op kostenplaatsen worden alle
kosten verzameld die betrekking hebben op meerdere producten. Deze kosten worden vervolgens op
grond van vooraf bepaalde maatstaven doorbelast naar de producten en daarmee naar de
programma’s.
Een belangrijk deel van de kosten op deze kostenplaatsen betreft de kosten van de ambtelijke
capaciteit. De kosten van de capaciteitsinzet worden aan de producten en projecten toegerekend op
basis van geraamde en werkelijke ureninzet (uren x tarief). Deze systematiek is zowel in de
programmabegroting als in de programmarekening gevolgd. De in de begroting van 2004 gehanteerde
verdeling van capaciteitsinzet is opgesteld in het voorjaar van 2003. Door het vroege tijdstip waarop
de raming van de capaciteitsinzet tot stand is gekomen zijn afwijkingen tussen raming en realisatie
ontstaan.
Voor de doorbelasting van kosten van de kostenplaatsen naar de producten wordt in de begroting
gebruik gemaakt van voorcalculatorische tarieven per eenheid (uren e.d.). Deze tarieven worden
berekend bij het opstellen van de begroting en gedurende het begrotingsjaar gehanteerd. Aan het
eind van 2004 is het voorcalculatorische (dus begrote) tarief opnieuw berekend. Daarbij is rekening
gehouden met de bijstelling van budgetten gedurende het begrotingsjaar. Evenals in 2003 zijn de
voorcalculatorische tarieven in de realisatie nagecalculeerd op basis van de werkelijke kosten en de
werkelijke capaciteitsinzet. Dit is gebeurd om de mogelijkheid van compensatie van BTW optimaal te
benutten. Door bovenstaande activiteiten is het saldo op de kostenplaatsen zowel in de begroting als
in de rekening verdwenen. In paragraaf bedrijfsvoering worden substantiële afwijkingen tussen
begroting en realisatie verklaard.
7

2.2 Gevolgen invoering Besluit Begroting en Verantwoording (BBV)
Per 1 januari 2004 is het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) van kracht geworden. Dit besluit
vervangt de Comptabiliteitsvoorschriften (CV 95).
Dit nieuwe BBV stelt andere eisen aan de indeling van reserves en voorzieningen.
Er zijn drie categorieën reserves benoemd:
• Algemene reserve
• Bestemmingsreserves:
bestemmingsreserves, die dienen om ongewenste schommelingen op te vangen in de
tarieven die aan derden in rekening worden gebracht, maar die niet specifiek besteed
hoeven te worden (voorbeeld: reserve egalisatie afvalstoffen)
overige bestemmingsreserves zijn reserves, waar de raad een bepaalde bestemming aan
heeft gegeven (voorbeeld reserve parkeerfonds)
Voorzieningen worden gevormd vanwege:
• Verplichtingen en verliezen waarvan de omvang op de balansdatum onzeker is, doch
redelijkerwijs in te schatten (voorbeeld: voorziening bruidsschat speciaal onderwijs)
• Op de balansdatum bestaande risico’s van bepaalde te verwachten verplichtingen of verliezen
waarvan de omvang redelijkerwijs is te schatten (voorbeeld: voorziening onderhoud en baggeren
ontwateringtochten)
• Kosten die in een volgend begrotingsjaar zullen worden gemaakt, mits het maken van die kosten
zijn oorsprong mede vindt in het begrotingsjaar of in een voorafgaand begrotingsjaar en de
voorziening strekt tot gelijkmatige verdeling van lasten over een aantal begrotingsjaren
(voorbeeld: voorziening groot onderhoud wegen)
• Tot de voorzieningen worden ook gerekend van derden verkregen middelen die specifiek besteed
moeten worden (dit waren voorheen bestemmingsreserves voorbeeld: voorziening
oudkomerstrajecten)
De onttrekkingen en toevoegingen aan reserves worden gezien als een resultaatbestemming en
moeten apart zichtbaar gemaakt worden. In de programmabegroting 2004 zijn deze onttrekkingen en
toevoegingen nog bij het betreffende beoogd effect begroot. In het kader van de jaarrekening is de
begroting middels een technische begrotingswijziging alsnog aangepast aan de nieuwe regelgeving.
Ook in de realisatie is conform de nieuwe regelgeving gewerkt.
2.3 Reserves en voorzieningen
Bij de onttrekkingen of toevoegingen aan de verschillende reserves en voorzieningen is als volgt
gehandeld.
• De onttrekking aan de algemene reserve voor de dekking van incidentele uitgaven bij de
verschillende programma’s is conform de raming in de gewijzigde begroting volledig geboekt via
de resultaatbestemming. Met eventuele onderschrijdingen op incidentele prioriteiten is geen
rekening gehouden. Hierdoor zijn niet-bestede incidentele gelden onderdeel geworden van het
rekeningresultaat.
• De werkelijke onttrekkingen uit het Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing en het
Parkeerfonds in 2004 zijn aanzienlijk lager dan begroot (zie ook het hoofdstuk Algemene
dekkingsmiddelen). In de huidige begrotingssystematiek zijn op de programma’s projectbudgetten
als begrote uitgaven opgenomen. Tegenover deze projectkosten staan inkomsten uit reserves. De
inkomsten uit de benodigde onttrekkingen uit reserves zijn opgenomen bij het onderdeel
resultaatbestemming (zie hoofdstuk 4). De onttrekkingen uit voorzieningen zijn opgenomen als
negatieve uitgaven.
Budgetten voor projecten die worden bekostigd uit het ISV- en Parkeerfonds worden decentraal
geraamd bij de beoogd effecten. De dekking voor de projectkosten uit het ISV- en Parkeerfonds
wordt echter centraal verantwoord bij resultaatbestemming.
Bij het opmaken van de programmarekening wordt de hoogte van de benodigde onttrekking uit
reserves en voorzieningen bepaald aan de hand van de werkelijke bestedingen. Niet bestede
restantbudgetten blijven in het fonds als dekking voor de kosten van de afronding van de
projecten in volgende jaren.
8

Door de onttrekkingen uit deze reserves en voorzieningen in de rekening te beperken tot het
niveau van de werkelijke uitgaven hebben onderbestedingen van uit reserves en voorzieningen
betaalde projecten geen effect op het (totale) rekeningresultaat. Immers, de voordelige effecten
van lagere uitgaven worden volledig geneutraliseerd door het nadelige effect van lagere
inkomsten (lagere onttrekking uit de reserves en voorzieningen). Het financiële resultaat op de
individuele beoogde effecten kan echter wel sterk worden getekend door onderbestedingen op de
projecten die uit Parkeerfonds of ISV-gelden worden gefinancierd.
• De projecten die gefinancierd worden uit ISV-gelden worden conform richtlijnen van de centrale
stad bruto gedeclareerd. De BTW die daarmee gemoeid is wordt toegevoegd aan de Reserve
BTW Compensatiefonds. Deze werkwijze is in 2003 ook gevolgd voor projecten die gefinancierd
werden uit het Parkeerfonds omdat in 2003 de uitkering stadsdeelfonds nog bruto was. In 2004 is
de uitkering stadsdeelfonds netto en zijn ook de onttrekkingen uit het Parkeerfonds netto verwerkt.
• Toevoegingen van vaste bedragen aan reserves en voorzieningen hebben plaatsgevonden
volgens het in de programmabegroting opgenomen bedrag.
• Toevoegingen of onttrekkingen aan reserves en voorzieningen, waarbij een relatie moet worden
gelegd met de daadwerkelijke kosten en opbrengsten (voorbeeld: egalisatiereserve) zijn ook als
zodanig uitgevoerd. Dit geldt tevens voor alle onderwijsvoorzieningen.
• Er zijn verschillende nieuwe bestemmingsreserves en voorzieningen gevormd. Er zijn onder
andere externe gelden met een specifieke bestemming ontvangen, die in 2004 nog niet volledig
zijn besteed. De uitvoering van de activiteiten en dus de besteding van het geld zal in 2005 verder
voortgang vinden. In het besluit bij deze rekening zal ook de vorming van deze reserves
bekrachtigd moeten worden.
De mutaties op reserves en voorzieningen zijn op bovenstaande wijze bepaald. De reserves en
voorzieningen zijn toegelicht in het bijlagenboek (zie staat reserves en voorzieningen, met toelichting).
2004 was het laatste jaar dat de bestemmingsreserve stadsvernieuwing (SV) gebruikt kon worden.
Het volume van de reserve was 233.467, terwijl de totale raming bij projecten 1.154.500 bedroeg.
Als gevolg hiervan ontstond een overschrijding van de uitgaven ten opzichte van de raming.
In verband met deze ontwikkeling is eerst gekeken naar projecten die een raming uit SV- én ISV
(Investering Stedelijke Vernieuwing) middelen hadden in 2004.
Bij aanwezigheid van voldoende ISV-middelen werden de uitgaven ten laste van de
bestemmingsreserve ISV gebracht.
Het totaal aan uitgaven ten laste van SV-projecten bedroeg in 2004 541.278
Dit is op de volgende manier gedekt:
Uitgaven ten laste van stadsvernieuwing 233.467
Uitgaven ten laste van reserve BCF 151.905
Uitgaven ten laste van resultaat 155.906
Saldo 0
2.4 De Nieuwe Ooster
Met ingang van 2004 is de interne verzelfstandiging van De Nieuwe Ooster een feit geworden. Dit
betekent dat De Nieuwe Ooster een zelfstandige jaarrekening heeft opgesteld. Deze jaarrekening
moet gezien worden als een bijlage van de programmarekening van het stadsdeel. Het resultaat van
De Nieuwe Ooster is verwerkt in de programmarekening onder Algemene Dekkingsmiddelen. Naast
de balans van het stadsdeel (exclusief De Nieuwe Ooster) treft u de geconsolideerde balans aan
(inclusief De Nieuwe Ooster).
9

2.5 Analyse rekeningresultaat
Bij het vaststellen van de programmabegroting 2004 zijn alle beschikbare middelen, zowel incidenteel
als structureel, verdeeld. Het vertrekpunt is de sluitende programmabegroting 2004 geweest. In de
tussenrapportage hebben wij u geïnformeerd over de ontwikkelingen ten aanzien van de uitvoering
van de afgesproken taken. Daarbij hebben wij inzicht gegeven in de te verwachten financiële
uitkomsten van het jaar 2004. Het uiteindelijke cijfermatige resultaat is 1.145.504 positief.
Bij de uitvoering van de opgedragen taken is gebleken dat een aantal activiteiten – om uiteenlopende
redenen – in het jaar 2004 niet of niet volledig uitgevoerd konden worden. Aangezien hiervoor
incidentele middelen beschikbaar zijn gesteld en de opdracht alsnog in 2005 tot uitvoering of
afronding moet komen is het gewenst deze middelen voor het aangegeven doel beschikbaar te
houden. Deze middelen ( 502.580) maken nu onderdeel uit van het genoemde resultaat. Door deze
over te hevelen naar de begroting 2005 (in feite: door deze vanuit het resultaat 2004 opnieuw te
bestemmen voor het aangewezen doel) kan de uitvoering alsnog plaatsvinden en is de dekking
verzekerd. In het vervolg van dit hoofdstuk geven wij een overzicht van de voorgenomen
overhevelingen.
2.5.1 Resultaat op hoofdlijnen
De programmarekening 2004 komt uit met een positief saldo van 1.145.504. Dit resultaat is de
resultante van een veelheid van positieve en negatieve afwijkingen ten opzichte van de gewijzigde
programmabegroting 2004 (de oorspronkelijke raming 2004 en de begrotingswijzigingen naar
aanleiding van voorjaarsnota, tussenrapportage, etc.). Onderstaande lijst geeft een overzicht van de
grote afwijkingen per programma. Ook de algemene dekkingsmiddelen zijn hierbij betrokken.
Afwijkingen ten gevolge van capaciteitsinzet (uren x tarief) en onderbestedingen van projectgelden
zijn hier buiten beschouwing gelaten.
10

Programma Afwijking Voordeel Nadeel Opmerkingen
(x 1.000) (x 1.000)
Niet aan programma
gebonden
Financierings- en
dekkingsmiddelen
Compensatie leningfonds 919
BTW voordeel eerdere jaren 576
Voormalig personeel 514
Belastingen 82
11
1.569
Rentebaten 420
Taakstelling kapitaallasten 750
Rentelasten op
afschrijvingen
373
Mutaties in reserves 472
BCF-voordeel Parkeerfonds 737
Divere uitgaven en
inkomsten voorgaande jaren
695
o.a. uitkering Stadsdeelfonds,
reeds aangegeven in de
tussenrapportage
vrijval deel buffer
renteschommelingen
alsnog benutten van BTW-voordeel
door toerekening BTW aan
overhead
minder inactieven
perceptiekosten waren lager dan
geraamd
lagere rente door lager
postbanksaldo en lager
rentepercentage
de voordelen zijn verdeeld over de
programma's
door lagere rentestand waren de
werkelijke lasten lager dan begroot
meer onttrekkingen dan begroot na
correctie voor werkvoorraad
projecten
voordeel BCF-declaratie ten
gunste algemene middelen
afwikkeling tussenrekeningen,
winstuitkering SVA
Onderwijs Lagere kapitaallasten 1.000
nog niet uitgevoerde
investeringsprojecten
Programma onderwijs 400 diverse nadelen op inhuur en
uitbesteding
Welzijn en Zorg Projecten bestuursakkoord 143
Kunst en Cultuur Artoteek 220
Economie en werk Opbrengsten 93
Ruimtelijk Beheer 622
Ruimtelijke
ontwikkeling
Grondexploitatie 876
Wonen Splitsingsvergunningen 132
Klachtenafhandeling 80
Mobiliteit 320
Resultaat DNO Afwijking t.o.v. begroot
resultaat
465
Saldo overige afwijkingen 398
Per saldo 6.501
5.355
nog niet bestede
bestuursakkoordgelden
minder bestede uren en hogere
opbrengsten Artoteek
het betreft extra opbrengsten die
niet waren begroot
nadeel op werken voor derden
in de toekomst te declareren
gelden
het aantal splitsingsvergunningen
was hoger dan begroot
effectievere werkwijze
hogere kosten betaald parkeren
voordelige exploitatie en lagere
stadsdeelbijdrage aan park
verzameling van vele plussen en
minnen
1.146

2.5.2 Voorgenomen overhevelingen
Er zijn verschillende incidentele zaken, die in 2004 niet of niet volledig zijn uitgevoerd en waarvan wij
het wenselijk achten dat deze alsnog volledig worden uitgevoerd. Bij het beoordelen van de verzoeken
om budget over te hevelen naar het nieuwe begrotingsjaar is een aantal criteria gehanteerd. De
belangrijkste daarvan zijn:
• Voldoende en duidelijke onderbouwing.
• Een budget wordt in principe slechts éénmaal overgeheveld, zodat een overgeheveld budget van
2003 niet nogmaals kan worden voorgedragen (uitzondering hierop vormen de gelden die via het
bestuursakkoord ter beschikking zijn gesteld).
• Structurele budgetten komen in principe niet voor overheveling in aanmerking
• De activiteit, waarvoor overheveling wordt gevraagd, moet in 2005 wel uitgevoerd (kunnen)
worden.
De gewijzigde regelgeving rondom aangegane verplichtingen heeft ervoor gezorgd dat meer kosten
die betrekking hebben op activiteiten van 2004 maar pas in 2005 betaald worden in de
programmarekening 2004 zijn verwerkt. De benodigde gelden hiervoor zijn op de balans gezet om de
betalingen van facturen in 2005 te kunnen doen zonder dat dit gevolgen heeft voor de exploitatie in
2005. Dit heeft tot gevolg gehad dat het totale bedrag dat aan overhevelingen is aangevraagd in 2004
beduidend lager is dan eerdere jaren. Uiteraard heeft dit ook gevolgen voor de hoogte van het
rekeningresultaat 2004 dat hierdoor lager is dan in eerdere jaren.
Programma Omschrijving Bedrag
Bedrijfsvoering Bedrijfsvoeringsbudget 99.400
Voorbereiding cursus politieke participatie 8.085
Welzijn en zorg Realisatie ouder&kindcentrum 16.372
Project woonservicezones 42.248
Participatie kwetsbare groepen 30.006
Ruimtelijk beheer Projecten SGOP 137.380
Dienstverlening en participatie Project ontwikkeling front- en backoffice 42.884
Kleinschalige veiligheidsprojecten 8.000
Vrije tijd Subsidies gehandicaptensport 10.768
Sportvoorzieningen Polderweggebied 8.970
Economie en werk Meerbeheer 9.924
Ruimtelijke ontwikkeling Energiemaatregelen 38.543
DNO Project archief administratie 50.000
Per saldo 502.580
12

Recapitulatie
UITGAVEN
Programma Begroting Realisatie Verschil
2004 2004 2004
Dienstverlening en participatie 6.814.433 6.458.546 355.887
Onderwijs 27.603.347 30.851.486 -3.248.139
Welzijn en zorg 15.048.152 14.291.713 756.439
Kunst en cultuur 1.851.333 1.184.518 666.814
Vrije tijd 8.328.084 8.620.300 -292.216
Economie en werk 1.882.804 1.681.380 201.424
Ruimtelijk beheer 31.259.053 32.973.466 -1.714.413
Ruimtelijke ontwikkeling 15.930.930 20.450.814 -4.519.884
Wonen 959.362 733.824 225.538
Mobiliteit 7.688.355 7.466.323 222.032
Algemene dekkingsmiddelen -4.511.393 1.056.068 -5.567.462
Totaal voor resultaatbestemming 112.854.459 125.768.439 -12.913.980
Mutaties in reserves per programma
Dienstverlening en participatie 0 0 0
Vrije tijd 0 0 0
Ruimtelijk beheer 17.094 2.048.228 -2.031.134
Ruimtelijke ontwikkeling 0 117.212 -117.212
Mobiliteit 3.801.891 2.853.627 948.264
Algemene dekkingsmiddelen 208.839 3.292.675 -3.083.836
Totaal mutaties in reserves 4.027.824 8.311.742 -4.283.918
Totaal generaal 116.882.283 134.080.181 -17.197.898
14

INKOMSTEN
Programma Begroting Realisatie Verschil verschil
Saldo
2004 2004 2004 2004
Dienstverlening en participatie -1.652.332 -1.243.439 -408.893 -53.006
Onderwijs -19.884.034 -23.821.004 3.936.970 688.831
Welzijn en zorg -2.695.593 -2.341.570 -354.023 402.416
Kunst en cultuur -178.576 -223.163 44.587 711.401
Vrije tijd -1.608.113 -2.788.178 1.180.065 887.849
Economie en werk 0 -595.159 595.159 796.582
Ruimtelijk beheer -17.848.085 -20.498.651 2.650.566 936.153
Ruimtelijke ontwikkeling -1.852.724 -12.130.664 10.277.940 5.758.056
Wonen -177.005 -358.660 181.655 407.193
Mobiliteit -9.905.792 -9.960.825 55.034 277.066
Algemene dekkingsmiddelen -48.965.275 -52.829.926 3.864.651 -1.702.811
Totaal voor resultaatbestemming -104.767.528 -126.791.239 22.023.711 9.109.731
Mutaties in reserves per programma
Dienstverlening en participatie -74.323 -13.446 -60.877 -60.877
Vrije tijd -100.000 -85.615 -14.385 -14.385
Ruimtelijk beheer -460.000 -2.632.432 2.172.432 141.298
Ruimtelijke ontwikkeling 0 0 0 -117.212
Mobiliteit -9.744.026 -3.857.642 -5.886.384 -4.938.120
Algemene dekkingsmiddelen -1.736.406 -1.845.311 108.905 -2.974.931
Totaal mutaties in reserves -12.114.755 -8.434.446 -3.680.309 -7.964.227
Totaal generaal -116.882.283 -135.225.685 18.343.402 1.145.504
15

Dienstverlening en participatie
1. Welke maatschappelijke effecten wil de raad bereiken?
Beoogd effect Kwalitatieve
doelstellingen
Verbetering van de
dienstverlening.
Meer
beïnvloedings- en
participatiemogelijkheden
van
burgers en
instellingen.
Vertrouwen in de
volksvertegenwoor
diging.
Verbetering van de
dienstverlening.
Meer
beïnvloedings- en
participatiemogelijkheden
van
burgers en
instellingen.
Open, heldere en
democratische
bestuurscultuur.
Kwantitatieve
doelstellingen
Snelheid: de wachttijd aan
de balie is gemiddeld
korter dan 20 minuten;
Ten minste 90% van de
bezoekers wordt binnen
de normtijd geholpen;
Vraaggerichtheid en
toegankelijkheid: alle
belangrijke baliediensten,
Burgerzaken,
Vergunningen, inzage en
informatie, zijn ten minste
2 uur per werkdag
geopend.
Snelheid: de wachttijd aan
de balie is gemiddeld
korter dan 20 minuten;
Ten minste 90% van de
bezoekers wordt binnen
de normtijd geholpen.
17
Activiteiten
Het produceren van documenten
(o.a. paspoorten en rijbewijzen) aan
de hand van de opgenomen
persoonsgegevens in de
gemeentelijke basisadministratie.
Het vastleggen van gegevens die
betrekking hebben op de burgelijke
staat van inwoners van de
gemeente Amsterdam.
Het voorbereiden en voltrekken van
huwelijken en partnerregistraties.
Het beoordelen van en besluiten
over vergunningaanvragen en
-verlengingen.
Het afstemmen en inrichten van het
dienstenaanbod volgens de logica
van de klant en de hierbij te
onderscheiden vraagpatronen.
Het informeren van bewoners,
instellingen, ondernemers en media
over (de uitvoering) van beleid,
voornemens en regelgeving van het
stadsdeel.
Het organiseren van mogelijkheden
van beïnvloeding en participatie
door inwoners en instellingen.
Het verbeteren van de leefbaarheid
en betrokkenheid van bewoners en
gebruikers van het stadsdeel.
Het organiseren van verkiezingen.
De raad stelt de kaders, het bestuur
bestuurt en de raad controleert.
Het ambtelijk ondersteunen van
Raad en DB.
SDS/Concernprojecten

Een veilig
stadsdeel voor
iedereen die hier
woont, werkt of
verblijft.
Aanpak van
onveiligheid door
samenwerking met
burgers en
buurtbeheergroepen.
Afname huiselijk
geweld en
beperking overlast
omgeving.
Verscherping van
de handhaving en
verbetering van de
coördinatie.
2. Wat heeft de raad gedaan om dit te realiseren?
Verbetering van de dienstverlening
18
Het initiëren en uitvoeren van
projecten op het gebied van
veiligheid;
Het onderhouden en uitbouwen van
contacten met de centrale stad en
gemeentelijke en niet-gemeentelijke
belanghebbenden ten behoeve van
integraal veiligheidsbeleid.
Het aannemen, registreren en
coördineren van klachten inzake
extreme overlast van burgers,
gemeentelijke en niet-gemeentelijke
instanties.
Coördinatie Veiligheid.
Klantentevredenheid
In 2004 zijn de resultaten van de in december 2003 gehouden dienstverleningsmonitor bekend
geworden. De dienstverlening van stadsdeel Oost/Watergraafsmeer wordt gewaardeerd met goede
cijfers: 7,8 voor de receptie, 7 voor de telefooncentrale en een 7,9 voor Burgerzaken. Vergeleken met
andere stadsdelen scoren we gemiddeld tot bovengemiddeld. Extra informatie geven aan een klant,
als dat mogelijk is, blijkt gewaardeerd te worden. Een aandachtspunt is de wachttijd bij de
telefooncentrale. Overigens kunnen deze cijfers niet vergeleken worden met de in de begroting
genoemde Landelijke Servicemeter OL2000 door de afwijkende vraagstelling.
De norm uit het bestuursakkoord is dat de wachttijd aan de balie gemiddeld korter is dan 20 minuten
en dat 90% van de klanten binnen 20 minuten geholpen moet zijn. Dit laatste heeft geen betrekking op
wachttijd maar op de tijd die het duurt om iemand aan de balie te helpen. In 2004 was de wachttijd
gemiddeld 14,5 minuten en werd 93% van de klanten van Publiekszaken binnen 20 minuten
geholpen. De wachttijden zijn in de periode maart tot en met juli wat hoger en in de rest van het jaar
wat lager. In mei en juni kwamen we boven de norm uit, in 2005 willen we dit voorkomen.
De openingstijden van de afdeling Publiekszaken zijn vanaf 1 september 2004 verruimd. De
avondopenstellingen zijn afgestemd met de omringende stadsdelen zodat een burger die in het
oosten van Amsterdam woont maandag, dinsdag, woensdag en donderdagavond in een stadsdeel in
oost Amsterdam terecht kan. Daarnaast is de afdeling Publiekszaken langer open; tot 16:00 in plaats
van tot 15:00. Door deze verruiming van de openingstijden voldoet de afdeling Publiekszaken
gezamenlijk met de oostelijke stadsdelen aan de in het bestuursakkoord geformuleerde afspraken
over de openingstijden. Nog niet alle loketten binnen het Stadsdeel Oost/ Watergraafsmeer voldoen
aan deze afspraken.
Door de ruimere openingstijden bij Publiekszaken komen er meer burgers naar het stadsdeel
Oost/Watergraafsmeer voor een (reis)document. Ook door de invoering van de ID-plicht zijn er meer
klanten gekomen voor een paspoort of identiteitskaart.
De wachttijden zijn sinds de nieuwe openingstijden gedaald, door een betere spreiding van de
klanten. In de periode september tot en met december 2003 waren er ongeveer 13.000 klanten die
gemiddeld 10 minuten moesten wachten. In dezelfde periode in 2004 waren er 20.000 klanten die
gemiddeld 7 minuten moesten wachten.

Telefonische bereikbaarheid
In de dienstverleningsmonitor 2003 werd ook de telefonische dienstverlening onderzocht. In dit kader
zijn klanten gevraagd naar hun tevredenheid over de wachttijd aan de telefoon en over het aantal
keren dat men werd doorverbonden. Van de respondenten vond 22% de wachttijd lang tot zeer lang.
Dit is de laagste score van alle stadsdelen. Er zijn geen verschillen in stadsdelen in het aantal keren
dat men werd doorverbonden. Noch in de mening van klanten daarover: overal werden klanten één à
twee keer doorverbonden en niemand vond dit te veel. Meetgegevens vanuit de telefooncentrale over
wachttijd en het doorverbinden waren voor 2004 niet beschikbaar. Het genereren van meetgegevens
is een onderdeel van het, in 2005 gestarte, project ‘Verbetering telefonische bereikbaarheid’.
Dienstverlening en klachtenafhandeling
Digitaal Portaal
Het project Digitaal Portaal bestaat uit 3 deelprojecten, te weten, Ondernemersloket, Bestuursinfo-
Buurtinfo en Bereikbaarheid.
Binnen het project Digitaal Portaal is het volgende gerealiseerd:
• Realisatie van een elektronisch Burger– en Ondernemersloket. Op deze wijze zijn er ruim 500
producten elektronisch geheel of gedeeltelijk beschikbaar. Deze loketten zijn al ruim 6 maanden
operationeel.
• Het implementeren van een document management systeem welke sinds1 januari 2004
operationeel is. Dit systeem wordt in 2005 verder doorontwikkeld zodat de werkprocessen
elektronisch te beheersen en uit te voeren zijn. We beginnen hierbij met de processen voor het tot
stand komen van producten en diensten voor de (externe) klanten. Ook zal het systeem worden
ingezet voor de verbetering van de bedrijfsvoering.
• In 2005 zal een bestuursinformatie systeem worden geïmplementeerd waarbij er raadsstukken via
internet beschikbaar worden gesteld.
• In 2004 is er een pilot geweest voor de realisatie van een elektronisch buurtinformatie systeem.
Deze Pilot is met succes afgerond en zal in 2005 worden geïmplementeerd. Een buurtinformatie
systeem geeft de bestaande opbouw van een buurt weer en kan sommige programma
doelstellingen monitoren en als beleidsinstrument dienen. Ook voor ondernemers is een
buurtinformatie systeem zinvol.
• In 2005 wordt een bereikbaarheids applicatie geïmplementeerd. Dit systeem zal aan de burgers
en ondernemers de bereikbaarheid communiceren waarbij vooral wegkopbrekingen en
evenementen worden gecommuniceerd.
Project Dienstverlening
Binnen het project Dienstverlening, gestart in de zomer van 2003, zijn in 2004 de volgende zaken
uitgevoerd:
• De kernwaarden van de Gemeente Amsterdam, actief, open en integer, zijn met de waarden
klantgericht en representatief vertaald naar de praktijk van ons stadsdeel samen met
medewerkers van dienstverlenende afdelingen in de code dienstverlenend gedrag. Per afdeling is
hiervoor een onderdeel in het werkplan opgenomen.
• Er zijn interne trainingen georganiseerd op de volgende gebieden: baliedienstverlening,
telefonische dienstverlening, helder (schriftelijk) formuleren, en omgaan met agressie.
• De e-mail afhandeling via de website is verbeterd.
• Er is een ideaalbeeld ontwikkeld voor de vraagpatronen aan de Frontoffice en de relatie daarin
met de backoffice. In 2005 en 2006 zal dit verder worden uitgewerkt naar de dagelijkse praktijk
van ons stadsdeel zodat invoering plaats kan vinden bij de overgang naar het nieuwe stadsdeel
kantoor, inclusief organisatorische gevolgen.
Klachten- en meldingenprocedure
De nieuwe klachtenprocedure is uitgewerkt en per 1 januari 2005 operationeel geworden. In 2005 zal
het meldingensysteem hier in geïntegreerd worden.
Ook is hard gewerkt aan de bereikbaarheid van SDW voor het doorgeven van meldingen. Door de
invoering van 1 telefoonnummer voor alle soorten vragen of meldingen is doorverbinden naar een
ander ‘loket’ niet langer nodig. Alle kennis van SDW is gebundeld in 1 klantenservice waar men met
alle vragen en meldingen over schoon, heel, veilig of juist gebruik terecht kan. De werkprocessen zijn
hierop aangepast en de medewerkers zijn hierop getraind en gecoacht.
19

Het informeren over beleid, voornemens en regelgeving
Het stadsdeel is vorig jaar heel vaak in het nieuws geweest. Toch is deze massale media aandacht
niet ten koste gegaan van de communicatie met burgers op vrijwel alle beleidsterreinen. Belangrijke
voorbeelden zijn de communicatie rondom het Polderweggebied, de Amstelcampus, de Dappermarkt,
de Sport en het Integraal Huisvestingsplan. Maar ook de digitale informatievoorziening van het
stadsdeel groeit sterk. Dat drukt zich uit in de bezoekersaantallen die van gemiddeld 200 per dag in
januari naar 700 per dag in december zijn gestegen.
Meer beïnvloedings- en participatie-mogelijkheden van burgers en instellingen
Het organiseren van mogelijkheden van beïnvloeding en participatie door inwoners en instellingen
Participatienota
Op 6 december 2004 heeft de raad de participatienota 2004-2006 vastgesteld, waarmee de kaders
worden geschetst voor het totale participatiebeleid. In de nota staan de uitgangspunten voor het
participatiebeleid, de knelpunten en voorstellen van het bestuur hoe het de komende jaren de
participatie in het stadsdeel wil invullen. Met het vaststellen van deze nota worden positieve
ontwikkelingen van de laatste jaren op het gebied van participatie, waarin steeds meer ruimte is
gekomen voor de rol van de burgers, verder vormgegeven en bestuurlijk vastgelegd. Belangrijke
punten uit de nota zijn het burgerinitiatief, de promotie van Buurtbeheer en de verankering van
participatie in de projecten.
Verordening Burgerinitiatief
De Participatienota is aangeboden in combinatie met de Verordening Burgerinitiatief. Bij elkaar
vormen de nota en de verordening bruikbare instrumenten voor bestuur en raad om een inzichtelijk en
transparant participatiebeleid te voeren waarin duidelijk is welke invloed burgers hebben op het beleid
van stadsdeel Oost/Watergraafsmeer.
Deze verordening biedt burgers de mogelijkheid een initiatiefvoorstel op de agenda van de
vergadering van één van de raadscommissies te plaatsen. In de betreffende commissie wordt bepaald
– mede aan de hand van een pré-advies van het bestuur - of het aanhangige voorstel wordt
geagendeerd voor behandeling in de stadsdeelraad. In de verordening wordt tevens de procedure
beschreven op welke wijze burgers moeten handelen.
Referendum
Tijdens de behandeling van de participatienota op 6 december 2004 heeft de raad een motie
aangenomen, waarin de raad het bestuur vraagt de mogelijkheden van een referendum nader te
onderzoeken en met een voorstel terzake te komen in het voorjaar van 2005.
Cursus politieke participatie
In december 2003 (begrotingsbehandeling) heeft de raad een motie aangenomen, waarin 10.000 is
bestemd voor een cursus Politieke Participatie. Hiermee wil de stadsdeelraad de betrokkenheid van
de bewoners bij het stadsdeelbeleid vergroten. Deze cursus geeft bewoners inzicht in de lokale
politiek en laat de mogelijkheden zien om het stadsdeelbeleid te beïnvloeden. Dit kan bijvoorbeeld
door deelname aan buurtbeheer, het ontwikkelen en uitvoeren van initiatieven in samenwerking met
het stadsdeel of het kandidaat stellen voor de stadsdeelraad. De cursus gaat in op de werking van de
stadsdeelpolitiek, de taken van een deelraadslid en het dualisme. Maar ook onderwerpen die dichter
bij huis liggen zoals buurtbeheer en burgerinitiatieven komen aan bod. De stadsdeelraad hoopt dat dit
initiatief de politieke ambities van de deelnemers aanwakkert. De cursus is in 2004 inhoudelijk
voorbereid en wordt in het voorjaar van 2005 gegeven.
Het verbeteren van de leefbaarheid en betrokkenheid van bewoners en gebruikers van het stadsdeel
In 2004 zijn de eerste bijeenkomsten geweest met de buurtbeheergroep Groene Staart. In het
stadsdeel zijn nu veertien beheergroepen actief waarmee het afgelopen jaar de meest uiteenlopende
buurtgerelateerde activiteiten en projecten zijn besproken. Meer gedetailleerde informatie hierover
leest u in het Jaaroverzicht Buurtbeheer.
In het afgelopen jaar zijn er in totaal 22 buurtschouwen gehouden die resulteerden in 517 actiepunten.
Vermeldenswaard is een schouw in Betondorp. Bij de voorbereiding van het Handboek Beheer
Openbare Ruimte is in deze buurt een proef gedaan waarbij bewoners het niveau van het onderhoud
konden beïnvloeden. Presentatie van dit resultaat gebeurt in 2005 bij de raadscommissie voor de
openbare ruimte.
20

Ook in 2004 heeft de raad geld vrijgemaakt voor bijdragen aan de beheergroepen. Hiermee zijn
verschillende activiteiten, buurtfeesten en -kranten gefinancierd.
Totaal 78 actieve bewoners namen in juni deel aan een jaarlijkse ‘buurtbeheerexcursie’ naar het
Oostelijk Havengebied en IJburg.
In 2004 is in overleg met het opbouwwerk een tweetal cursussen georganiseerd. Aan de cursus
Vaardigheden en de cursus Participatie is deelgenomen door 75 bewoners. De cursus vaardigheden
is gemiddeld met 7,4 beoordeeld.
Ter behoud en verbetering van de leefbaarheid is de inzet van buurtconciërges in de Dapperbuurt,
Transvaalbuurt en Park de Meer gecontinueerd, met cofinanciering van Ymere, De Key en De
Dageraad. Met de MDSO zijn in 2004 afspraken gemaakt over afstemming met de inzet van de
parkwachters om meer continuïteit en flexibele inzet te realiseren bij de activiteiten van conciërges en
parkwachters.
Het jaar 2004 was het tweede jaar van het D2 project “Leefbaarheid tijdens herstructurering”. Het
project is gericht op het realiseren van tijdelijke kunstuitingen tijdens bouwprocessen, herinrichtingen,
leegstand en dergelijke en wordt in december 2005 afgerond.
Vertrouwen in de volksvertegenwoordiging
Rekenkamer(functie)
De Gemeentewet bepaalt dat de raad moet kiezen voor een rekenkamer of voor een rekenkamerfunctie.
In 2002 heeft de centrale raad van de gemeente Amsterdam besloten een rekenkamer in te
richten en die is thans ook operationeel. Daarmee voldoet de gemeente Amsterdam aan de wettelijke
verplichting in de gemeentewet.
In de raadscommissie Financiën op 8 april 2003 is voor het eerst van gedachten gewisseld over het
instellen van een (regionale) rekenkamer dan wel rekenkamerfunctie naar aanleiding van een
ambtelijk advies van het sectorhoofd Financiën. Toen was het – gegeven de ontwikkelingen op dit
punt - nog te vroeg om tot een definitieve keuze te komen. Dat was toen ook niet nodig, want er was
tot 1 januari 2006 nog voldoende tijd.
In 2004 is duidelijk geworden dat voor de stadsdelen de verplichting tot het instellen van een
rekenkamer niet geldt, maar het mag/kan wel.
Twee raads-/duoraadsleden, Joke Krull (GroenLinks) en Ineke van Mulligen (D66), hebben in 2004 -
met ondersteuning van de raadsgriffier - de genoemde mogelijkheden onderzocht en dat heeft
geresulteerd in een voorstel om de rekenkamerfunctie onder te brengen bij de huidige
rekeningcommissie. Hierover vindt in het voorjaar van 2005 besluitvorming plaats.
Verbetering kaderstellende rol van de raad
Ten eerste heeft dit vorm gekregen door de instelling van een klankbordgroep vanuit de raad bij de
verdere totstandkoming van de duale begroting: de Programmabegroting. In 2004 heeft de raad voor
het eerst gewerkt met deze nieuwe begroting, waarbij de raad vanaf het begin direct is betrokken.
Deze klankbordroep, waarin 7 van de 8 fracties zitting hebben, heeft haar licht laten schijnen over het
aantal programma’s, de inrichting ervan, alsook het door de raad gewenste sturingsniveau. Door
uitspraken te doen over deze onderwerpen geeft de raad de kaders aan, die vervolgens door het
bestuur verder worden uitgewerkt.
Ten tweede vinden de Algemene beschouwingen niet meer plaats in december, maar in juni, waarbij
de raad - aan de hand van de voorjaarsnota nieuwe stijl - kaderstellende uitspraken doet op basis
waarvan het bestuur verder invulling geeft aan de programmabegroting.
De ontwikkeling van de Programmabegroting is een ingewikkeld proces, dat ook gevolgen heeft voor
(het werken in) de ambtelijke organisatie.
Om die reden is dat proces ook gekoppeld aan een organisatie-ontwikkelingstraject. Doel is om in
2007 een zo goed mogelijke programmabegroting te hebben, die uitgevoerd kan worden door een op
maat toegesneden bestuurlijke en ambtelijke organisatie. Ook de raad zal dus nog moeten groeien in
deze rol.
Het invoeren van kwartaalrapportages over de uitvoering van moties en amendementen heeft niet
structureel, per kwartaal, plaatsvonden maar nog teveel op incidentele basis.
21

Verbeteren volksvertegenwoordigende rol
Het instellen van spreekuren voor raadsleden is niet uit de verf gekomen: in 2004 was hiervoor weinig
animo, zowel bij raadsleden als burgers. Raadsleden en burgers beschikken over voldoende andere
mogelijkheden om met elkaar in contact te komen, bijvoorbeeld op internet, telefoon, inspreken bij
commissie- en raadsvergaderingen, buurtbijeenkomsten e.d.
Een veilig stadsdeel voor iedereen die hier woont, werkt of verblijft
We volstaan met een verwijzing naar de beleidsparagraaf veiligheid.
3. Wat heeft het gekost?
Programma Dienstverlening & Participatie Begroting Realisatie Verschil
Uitgaven
22
2004 2004 2004
Vertrouwen in de volksvertegenw. 2.254.436 2.125.740 128.696
Verbetering dienstverlening 3.025.522 2.737.311 288.211
Meer beïnvloed. en particip. mog. 457.271 518.150 -60.879
Veilig stadsdeel voor wonen/ werken 1.077.205 1.077.345 -140
Totaal Uitgaven 6.814.433 6.458.546 355.887
Inkomsten
Vertrouwen in de volksvertegenw. 0 -40.770 40.770
Verbetering dienstverlening -1.516.278 -1.126.274 -390.004
Meer beïnvloed. en particip. mog. 0 0 0
Veilig stadsdeel voor wonen/ werken -136.054 -76.395 -59.659
Totaal Inkomsten -1.652.332 -1.243.439 -408.893
Totaal Dienstverlening & Participatie 5.162.101 5.215.107 -53.006
Vertrouwen in de volksvertegenwoordiging
‘Vertrouwen in de volksvertegenwoordiging’ is voor 213.045 (uren x tarief) te weinig belast ten
opzichte van de begroting. Daarentegen is ‘Een veilig stadsdeel voor iedereen’ te zwaar belast.
Deze administratieve fout is ontstaan door een organisatiewijziging en is met ingang van 2005
opgelost.
Het bestuurssecretariaat, de griffie, de Raad, het DB en het stadsdeelsecretariaat gezamenlijk
33.988 goedkoper uitgevallen dan begroot. Dit is veroorzaakt door lagere doorbelastingen van de
faciliterende afdelingen. Aan de andere kant heeft de sector WOS voor 122.952 meer aan
uren x tarief doorbelast aan bestuursondersteuning dan waar in de begroting rekening mee is
gehouden. Dit is veroorzaakt doordat alle overleggen met de portefeuillehouder door deze sector op
bestuursondersteuning wordt verantwoord. In de begroting is hiermee geen rekening gehouden.
Het resterende bedrag van 49.405 voordelig bestaat uit lagere uren x tarief doorbelastingen van de
overige sectoren.
In 2004 zijn de verkiezingen voor het Europees Parlement geweest. Door een wijziging in de
administratieve verwerking worden de kosten en opbrengsten nu apart zichtbaar. Daardoor is er zowel
een stijging van de lasten en van de baten van ongeveer 40.000.
Verbetering van de dienstverlening
Aanbieden volgens de logica van de klant
Volgens de planning zou het project Digitaal Portaal eind 2004 worden afgerond. Deze planning is niet
gehaald. De redenen zijn dat dit complexe project wordt gerealiseerd binnen de gemeente Amsterdam
waarbij we functionaliteit en gegevens gebruiken van andere systemen binnen de gemeente

Amsterdam. Dit is noodzakelijk omdat we gegevens moeten gebruiken die we niet zelf bijhouden. Een
van die systemen wordt later opgeleverd dan oorspronkelijk gepland was. Hierdoor loopt onze
planning ook uit. Het gaat hierbij vooral om deelproject Bereikbaarheid. Omdat de realisatie uitloopt
loopt de uitgave van de kosten ook uit. Omdat het project Digitaal Portaal langer loopt dan gepland, is
er 343.000 minder uitgegeven en minder ontvangen dan begroot.
Het project Dienstverlening heeft in 2004 73.000 minder uitgegeven en 30.000 minder
opbrengsten dan begroot. Dit is met name het gevolg van fors lagere inzet projectmanagement en het
nog niet doorbelasten van de kosten aan het krediet Stadsdeelkantoor. Omdat de kosten in 2005 en
2006 verwacht worden is een overheveling aangevraagd van 43.000 (het saldo op dit project).
Produceren van documenten en vastleggen van gegevens burgerlijke staat
De lasten van inzage in het Bouw en woningtoezicht archief is 107.100 hoger uitgevallen dan
begroot. Dit komt omdat er een begrotingsfout is gemaakt voor 89.850. Daarnaast zijn er minder
uren besteed dan begroot, maar is het tarief wel te hoog berekend, waardoor er per saldo 17.250 te
veel is belast op dit product.
In 2004 zijn er meer baten gekomen uit uittreksels ( 43.859) en ID kaarten ( 51.515) omdat deze
meer verkocht zijn dan verwacht. De stijging van de ID-kaarten komt door de invoering van de wet op
de identiteitsplicht waardoor jongeren tussen 14 en 18 jaar een identiteitskaart hebben aangevraagd
en mensen ouder dan 65 omdat de pas 65 niet meer bestaat per 1 januari 2005.
De lasten en baten van paspoorten en zijn lager uitgevallen omdat dezen, net als vorig jaar, verkeerd
zijn begroot. Dit is in de begroting van 2005 gecorrigeerd. In totaal zijn de baten 160.196 lager en
lasten 146.878 lager).
De lasten van het produceren van overige documenten zijn 36.365 hoger uitgevallen dan begroot.
Dit verschil bestaat uit uren x tarief dat per abuis niet in de begroting was meegenomen.
Het beoordelen van en besluiten over vergunning aanvragen en -verlengingen
Het aantal verstrekte vergunningen in 2004 is ongeveer gelijk aan het aantal verstrekte vergunningen
in 2003. Door de invoering van de wet Bibob is er een andere werkwijze geïntroduceerd die in de
eerste periode veel tijd heeft gekost. Hierdoor ontstonden er achterstanden in het werk. Door inzet van
extra capaciteit uit de afdeling Publiekszaken zelf is de achterstand ingelopen.
De kosten van drank- en horecavergunningen ( 23.843) en van exploitatievergunningen ( 39.908)
zijn hoger geworden dan begroot. Dit komt door de invoering van de wet Bibob waardoor er per
vergunning meer uren zijn besteed.
De invalidenparkeerkaarten en –plaatsen zijn in 2004 fors duurder geworden doordat de GG&GD in
het begin van het jaar de keuringstarieven verhoogde van 53 naar 85 waardoor onze leges ook
hoger werden. De lasten zijn hierdoor gestegen en daarnaast zijn er ook meer uren geschreven op dit
product. In totaal zijn de lasten 40.712 hoger. Door een misverstand zijn er geen baten begroot voor
dit product. Bovendien zijn de baten als gevolg van bovengenoemde tariefswijziging hoger. In totaal
zijn de baten 40.963 hoger.
Het voorbereiden en voltrekken van huwelijken en partnerregistraties
Het totaal aantal huwelijken en partnerregistraties is in 2004 ongeveer gelijk aan het aantal in 2003.
Het aantal kosteloze huwelijken is echter groter geworden. Er is een aantal nieuwe huwelijkslocaties
aangewezen. Daarnaast is de voorbereiding gestart voor een training voor ambtenaren die huwelijken
sluiten.
Meer beïnvloedings- en participatiemogelijkheden van burgers en instellingen
De overschrijding van 60.879 wordt volledig veroorzaakt door het abusievelijk begroten van uren op
het product Diverse werken en projecten bij het programma Ruimtelijke Ontwikkeling terwijl de uren
zijn geschreven op Buurtbeheer.
23

Een veilig stadsdeel voor iedereen die hier woont, werkt of verblijft
Alle veiligheidsprojecten gezamenlijk zijn voor 213.045 (uren x tarief) te zwaar belast ten opzichte
van de begroting. Dit betekent dat ‘Een veilig stadsdeel voor iedereen’ te zwaar is belast, ‘Vertrouwen
in de volksvertegenwoordiging’ daarentegen is te laag belast. Deze administratieve fout is ontstaan
door een organisatiewijziging en is met ingang van 2005 opgelost.
Coördinatie veiligheid
Ondanks een lager dan begroot uurtarief, is er op de post coördinatie veiligheid sprake van een
overschrijding. Dit wordt veroorzaakt doordat de beschikbare uren van een tijdelijke medewerker
vooraf niet zijn meegenomen in de begroting. Daarnaast is er sprake van een laag
verzuimpercentage, waardoor er veel meer productieve uren geboekt zijn, dan waar vooraf rekening
mee werd gehouden. In totaal gaat het om 738 uren, een overschrijding van 29.013.
Bij de start van het project Transvaal-oost werd verwacht dat een zeer groot aantal van de woningen
in de Transvaalbuurt door middel van een subsidieregeling op het niveau van het Politiekeurmerk
Veilig Wonen kon worden gebracht. Achteraf is gebleken dat dit veel te ambitieus is geweest. Dit
patroon is ook zichtbaar bij vergelijkbare projecten in andere stadsdelen en gemeenten. Bij het
afsluiten van het project is er daardoor sprake van een onderbesteding van 116.963.
Klachten inzake extreme overlast
Het Meldpunt Extreme Overlast kent een onderschrijding van 26.002, ondanks een hoger aantal
besteedde uren (338 uren meer dan begroot). Dit wordt veroorzaakt doordat het werkelijk uurtarief
lager is, dan waar in de begroting rekening mee is gehouden.
Projecten op het gebied van veiligheid
Bij de post D2-veiligheidspakketten lijken inkomsten en uitgaven achter te blijven bij de begroting, dit
wordt veroorzaakt doordat het project meerdere jaren loopt. Uitgaven en inkomsten van 2005 en 2006
zijn dus al wel verwerkt in de begroting, maar worden pas in de volgende jaren daadwerkelijk gedaan.
Nog niet uitgegeven bedragen zijn 111.285, nog te ontvangen bedragen 58.975.
Portefeuillehouder: Martin Verbeet, Antoinette Tanja
Ambtelijk opdrachtgever: Onno v.d. Rijst
24

Onderwijs
1. Welke maatschappelijke effecten wil de raad bereiken?
Beoogd effect Kwalitatieve doelstellingen Activiteiten
A. Het aanbieden van
onderwijs- voorzieningen,
zodat ieder kind een
startkwalificatie behaalt
en gelijke kansen krijgt in
een pluriforme en
multiculturele
samenleving.
B. Het aanbieden van
onderwijsvoorzieningen
zodat achterstanden
voorkomen en verminderd
worden.
C. Het aanbieden van
voldoende openbaar
onderwijs.
Elk kind haalt een
startkwalificatie;
Het voorkomen van
schooluitval;
Een breed en
gedifferentieerd
onderwijsaanbod;
Het bevorderen van de
gezondheid van
scholieren.
Kwaliteitsverbetering
van het onderwijs;
Gelijke uitstroom naar
verschillende vormen
van onderwijs aan
allochtone/autochtone
kinderen,
jongens/meisjes;
Het juiste schooladvies
voor doorstroming naar
VO.
Goed openbaar
onderwijs.
2. Wat heeft de raad gedaan om dit te realiseren?
25
1. Handhaving leerplicht;
2. Onderwijshuisvestingsprogramma
2004 uitvoeren;
3. Consensusvoorzieningen;
4. Jeugdgezondheidszorg;
5. Leerlingenvervoer;
6. Schoolbegeleiding;
7. Tegemoetkomingen (MZM);
8. OALT;
9. Doorvergoedingen;
10. Diverse projecten.
11. Brede school;
12. Verlengde schooldag;
13. Ouderbetrokkenheid;
14. Voor- en vroegschoolse educatie;
15. Uitvoering geven aan
onderwijsachterstandenbeleid
(NBR, Kernprocedure, DOJP);
16. Diverse projecten.
17. Het in stand houden van 11
openbare scholen.
A. Het aanbieden van onderwijs- voorzieningen, zodat ieder kind een startkwalificatie behaalt.
Kunst- en cultuureducatie: deelnemende scholen en leerlingen of groepen per activiteit/project
2003/2004
Activiteit Aantal
leerlingen
Aantal
groepen
Aantal scholen % deelnemde
scholen* stadsdeel
Oost/Wgm
Kunstkijkuren 696 17 100%
Muziekluisterlessen 695 17 100%
Kunstmenu 2381 102 12 71%**
Cultuurband (8
projecten)
656 23 9 50%**
Muziekatelier 110 9 53%
Kunstschooldag *** 17 100%
* Er zijn totaal 17 scholen in Oost/Watergraafsmeer.
** Niet alle scholen werden benaderd voor deelname aan deze projecten. Het percentage deelnemers
onder de benaderde scholen ligt op 86% (Kunstmenu) en 100% (Cultuurband).
*** Alle groepen 8, aantal niet bekend.

Consensus
Schoolzwemmen is een consensusvoorziening. Via de stedelijke werkgroep schoolzwemmen is de
efficiency en betaalbaarheid van het schoolzwemmen verbeterd. Met de komst van een nieuwe
coördinator schoolzwemmen op stedelijk niveau en op het stadsdeel is de personele inzet en
uitvoering van schoolzwemmen in 2003-2004 verbeterd.
Onderstaande tabel geeft de resultaten in het stadsdeel per school weer:
Resultaten schoolzwemmen en percentage diplomabezit groep 8
Cito SSG School
% reeds diploma bij start
schoolzwemmen
% geslaagd na
schoolzwemmen
% diplomabezit
groep 8
1 WSV 96% * 100%
2 Dalton de Meer 92% 96% 100%
4 e Montessori 30% 61% 100%
5 e Montessori (Herschelwg.) 78% 98% 100%
5 e Montessori (Zaaierswg.) 45% 75% 100%
5 Franckendael (Hogeweg) ** ** 100%
Franckendael (Liebigweg) 0% 43%
St. Lidwina*** 61% 68% 100%
6 Aldoende 24% 41% 81%
De Kraanvogel 0% 36% 88%
7 De Dapper 24% 54% 77%
De Kaap 0% 41% 50%
De Kraal 0% 39% 74%
Linnaeus 32% 73% 75%
Louise de Coligny 6% 29% 56%
St. Barbara 33% 67% 57%
El Khaliel **** **** ****
Totaal BO 42% 62% 84%
SO Van Koetsveld 15% 19%
Noteboomschool 21% 38%
Het Spectrum 8% 54%
* WSV doet niet mee aan schoolzwemmen omdat het diplomabezit in groep 5 tegen 100% aan ligt.
** Voor 2003/2004 geen gegevens
*** Vestiging Het Palet is niet meegeteld wegens ontbreken gegevens
**** El Khaliel heeft (nog) geen groep 5 of hoger.
B. Het aanbieden van onderwijsvoorzieningen om achterstanden te voorkomen
2004 viel in het tweede schooljaar van deze GOA-planperiode. In overleg met de centrale stad, de
ander stadsdelen en de schoolbesturen wordt gewerkt aan de kwaliteit van het onderwijs. Een
uitgebreid verslag komt separaat naar de commissie Algemene Zaken.
Voorscholen
Het stadsdeel ligt op koers wat betreft de taakstelling Voor en vroegschoolse educatie. In 2004 zijn er
zes voorscholen. Voorschool de Kraal heeft een pilotstatus en telt in elk geval tot het einde van de
planperiode volwaardig mee. De voorbereidingen voor voorschool de Dapper zijn aan de gang. Op
alle bestaande voorscholen is een ouderkamer. De laatste, op de Aldoende, is gerealiseerd met
subsidie van de centrale stad. Elke school met een voorschool krijgt jaarlijks 5.000 voor de
uitvoering van hun plannen inzake ouderbetrokkenheid. Op alle voorscholen worden regelmatig
cursussen Nederlandse taal en opvoedingsondersteuning gegeven. Op de Brede School Transvaal
zijn twee contactouders werkzaam.
26

Aantal gewichtenleerlingen op de voorschool stadsdeel Oost Watergraafsmeer
Taakstelling voor 1-8-2006 Gerealiseerd 1-8-04
Aantal peuters 187 86
Aantal kleuters 312 243
Totaal 499 329
aantal
Het aantal doelgroepkinderen 329
Het aantal niet-doelgroepkinderen 186
Het totaal aantal kinderen 515
Cito
In 2004 zijn de citoscores wederom gestegen en ligt de citoscore per schoolscoregroep van het
stadsdeel boven het landelijk gemiddelde.
Cito Cito Landelijk Verschil met
‘01/’02/’03 ‘04 gemiddelde ‘04 gemiddelde ssg
533,7 536,6* 535,9** 0,7
Sociale competentie
Het stadsdeel zet stevig in op sociale competentie. Stedelijk wordt gewerkt aan een manier om de
sociale competentie van kinderen te monitoren.
Sprint wordt in 2004-2005 structureel deel van de zorgstructuur op 8 scholen in
Oost/Watergraafsmeer. Dit project heeft als doel om jeugdcriminaliteit in een preventief stadium aan te
pakken.
In 2003-2004 zijn op twee scholen weerbaarheidtrainingen ‘Rots & Water’ aan de groepen 7 en 8
gegeven. De resultaten van deze pilot waren uitstekend, zodat is besloten de trainingen aan alle
scholen aan te bieden in 2004-2005.
De Verlengde School Dag is uitgebreid met twee nieuwe scholen. Er is een bovenschools coördinator
(bij SWO) aangesteld. Er is een 10 jaar VSD in Oost feest georganiseerd en er is een kleurrijk boekje
over verschenen.
Monitoring en evaluatie
De stedelijke GOA-monitor 2003 (en dus ook die van 2004) heeft nog geen bruikbare rapportages
opgeleverd. Alle hardwarematige problemen zijn inmiddels aangepakt. Dat werkt het monitoren van de
voortgang van de GOA-aanpak tegen.
C. Het in stand houden van voldoende openbaar onderwijs
In het stadsdeel Oost/Watergraafsmeer staan momenteel acht reguliere openbare basisschool en één
openbare school voor speciaal basisonderwijs (SBO). Het stadsdeel heeft eind 2004 besloten twee
scholen voor speciaal onderwijs over te dragen aan het verzelfstandigde schoolbestuur Orion.
Verschillende van de openbare basisscholen hebben in 2004 te maken gehad met een overinschrijving
en zijn daardoor gedwongen geweest om een plaatsingsbeleid te hanteren. Hierbij wordt
gebruik gemaakt van de toelatingsregeling openbaar onderwijs zoals vastgesteld in 2003. Ouders die
hun kinderen niet geplaatst kunnen krijgen op de school van hun eerste keuze worden verwezen naar
andere openbare scholen, waar wel ruimte is.
In 2004 is op verschillende scholen gewerkt aan het uitbreiden van het aantal kindplaatsen, om zo de
wachtlijsten te verkorten en de vrije schoolkeuze te bevorderen. Het openbaar onderwijs steunt het
IHP zoals dat in concept in 2004 is ontwikkeld.
In 2003 heeft de stadsdeelraad middelen beschikbaar gesteld voor de inloop van achterstallig
onderhoud aan de schoolgebouwen voor openbaar primair onderwijs en middelen om deze gebouwen
te laten voldoen aan de wettelijke voorschriften. De uitvoering vond plaats in 2004 en is met succes
afgerond.
27

In 2004 is aanzet gegeven tot het opstellen van een plan van aanpak ‘Toekomst openbaar onderwijs’,
waarin een traject wordt beschreven om (in samenhang) te komen tot een keuze over de toekomstige
bestuursvorm voor het openbaar onderwijs, een beschreven besturingsfilosofie en een verantwoorde
invoering van de nieuwe lumpsum bekostigingssystematiek. Uitvoering van dit plan van aanpak vindt
plaats in 2005.
Het verbeteren van de kwaliteit van het openbaar onderwijs: Integraal personeelsbeleid (IPB)
De aandacht binnen het IPB traject is enerzijds uitgegaan naar de invoering van het IPB op
schoolniveau. In 2004 hebben alle scholen verder uitvoering gegeven aan hun intern IPB
ontwikkelingsplan. Anderzijds heeft het bestuur verder gewerkt aan het actualiseren en verder
ontwikkelen van de personeelsinstrumenten. Uitvoering verloopt volgens planning.
In 2004 is besloten per 1 augustus 2004 over te gaan naar een nieuwe arbodienst: Tredin. Met deze
dienst is een prestatiecontact afgesloten. De werkwijze van Tredin is nadrukkelijk gericht op het
voorkomen van verzuim. De eerste resultaten zijn positief.
Het verbeteren van de kwaliteit van het openbaar onderwijs: kwaliteitsbeleid
Zoals afgesproken in het in 2003 vastgestelde DOJP hebben ook de openbare scholen een
schoolontwikkelplan (SOP) opgesteld. Deze schoolontwikkelplannen zijn opgesteld in 2004 en mede
gebruikt bij het aanvragen van GOA middelen.
In het SOP legt de school de beleidsdoelen vast voor de komende vier jaar. Het SOP wordt
vastgesteld door het schoolbestuur.
Een belangrijke doelstelling en kwaliteitscriterium is het verhogen van de uitslag van de cito-eindtoets.
In het kader van het verhogen van de kwaliteit is actief gewerkt aan:
- kwaliteitsverbetering van het achterstandenbeleid (uitvoering geven aan het GOA plan openbaar
onderwijs),
- kwaliteitsverbetering van het zorgbeleid (uitvoering geven aan het zorgplan van het WSNS
samenwerkingsverband Oost, opstellen van zorgprofielen op schoolniveau, en opstarten van het
IB netwerk openbaar onderwijs,
- kwaliteitsverbetering van het ICT beleid (uitvoering geven aan het ICT plan openbaar onderwijs,
ondersteunen van ICT netwerk)
3. Wat heeft het gekost?
Programma Onderwijs Begroting Realisatie Verschil
Uitgaven
28
2004 2004 2004
Aanbieden vold. openbaar onderwijs 19.246.709 23.187.968 -3.941.259
Onderwijs ter voorkoming achterstand 2.164.258 2.082.756 81.502
Onderwijs tbv. startkwal. ieder kind 6.192.381 5.580.763 611.618
Totaal Uitgaven 27.603.347 30.851.486 -3.248.139
Inkomsten
Aanbieden vold. openbaar onderwijs -17.079.281 -21.773.021 4.693.740
Onderwijs ter voorkoming achterstand -1.186.086 -946.713 -239.373
Onderwijs tbv. startkwal. ieder kind -1.618.667 -1.101.270 -517.397
Totaal Inkomsten -19.884.034 -23.821.004 3.936.970
Totaal Onderwijs 7.719.313 7.030.482 688.831

Aanbieden voldoende openbaar onderwijs
De uitgaven zijn aanmerkelijk hoger dan begroot als gevolg van:
• hogere apparaatskosten 299.000
• te laag begrote salariskosten onderwijspersoneel 2.171.000. Bij de inkomsten zijn ook hogere
bedragen verantwoord ter dekking van deze overschrijding
• hogere uitgaven voor materiële instandhouding 952.000 De overschrijding wordt gedekt door
hogere rijksvergoedingen ad 212.000 en door een onttrekking uit de voorziening Preventief
onderhoud schoolgebouwen ad 740.000
• niet begrote toevoegingen aan voorzieningen ad 519.000. Het betreft hogere rijksvergoedingen
en geoormerkte achterstandsgelden ontvangen in 2004, die in de komende jaren zullen worden
besteed.
Voor een toelichting op de hogere inkomsten wordt verwezen naar wat bij de uitgaven is vermeld.
Daar wordt 3.642.000 aan de extra inkomsten verklaard. Daarnaast zijn inkomsten verantwoord die
niet in de begroting van het openbaar onderwijs waren opgenomen maar bij de effecten ”Onderwijs ter
voorkoming achterstand” en “Onderwijs tbv startkwalificatie ieder kind”. Het gaat hierbij om
1.147.000. De reden is dat vanaf 2004 de interne overboekingen tussen de verschillende activiteiten
niet meer in de begroting worden opgenomen. Voorts is de rijksvergoeding voor verzilveringen
88.000 lager uitgevallen dan begroot. Omdat het verschil tussen werkelijke uitgaven en
rijksvergoeding op de Voorziening verzilvering fte’s terecht komt, levert dit voor het stadsdeel geen
nadeel op.
Onderwijs ter voorkoming achterstand
Er was een achterstand in de uitgaven van de rijksmiddelen. Aangezien deze middelen op de
Voorziening lokaal achterstandsbeleid staan is een onttrekking uit deze voorziening gedaan van
328.000. Het voordelige resultaat bij de uitgaven is het gevolg van lagere subsidiekosten voor
rekening van het stadsdeel.
Bij de inkomsten is een nadeel zichtbaar. Dat is het gevolg van het verantwoorden van de GOAinkomsten
voor het openbaar onderwijs bij het effect ‘”Aanbieden van voldoende openbaar onderwijs”,
terwijl die hier staan begroot. Oorzaak is het feit dat vanaf de begroting 2004 de overhevelingen van
budgetten tussen verschillende activiteiten niet meer zijn opgenomen. Zie ook het effect “Aanbieden
van voldoende openbaar onderwijs” waar ondermeer hierdoor een voordelig saldo is ontstaan.
Onderwijs t.b.v. startkwalificatie voor ieder kind
Het voordelig resultaat bij de uitgaven is voornamelijk het gevolg van lagere kapitaallasten van de
investeringen in de onderwijshuisvesting. Niet alleen is het rentepercentage lager dan begroot, ook is
door langlopende procedures een aantal grote bouwprojecten nog niet uitgevoerd. Tevens dient
vermeld te worden dat de salaris- en overheadkosten lager waren dan begroot.
De inkomsten zijn aanzienlijk lager dan begroot, als gevolg van de verantwoording van ontvangsten
voor OALT. De uitgaven voor OALT zijn begroot en geboekt bij het effect “Aanbieden van voldoende
openbaar onderwijs”. De inkomsten stonden begroot bij “Onderwijs tbv startkwalificatie voor ieder
kind”. Als de ontvangsten conform de begroting waren verantwoord moest de ‘ongedekte’ uitgave ook
aan het bijzonder onderwijs worden doorbetaald. Zie ook de toelichting bij “Aanbieden voldoende
openbaar onderwijs”.
Portefeuillehouder: Martin Verbeet
Ambtelijk opdrachtgever: Ron Stokvis
29

Welzijn en zorg
1. Welke maatschappelijke effecten wil de raad bereiken?
Beoogd effect Kwalitatieve doelstellingen Activiteiten
A. Bewoners in staat
stellen om zo lang
mogelijk zelfstandig te
(blijven) wonen.
B. Versterking sociale
samenhang in de buurt.
C. Bevordering
maatschappelijke
participatie van
bewoners.
D. Versterking/handhaving
zelfstandigheid
bewoners met een
hulpvraag op het terrein
van persoonlijk en
sociaal functioneren.
E. Bevordering participatie
jeugd.
F. Bewoners met kinderen
in staat stellen te gaan
werken of een opleiding
te volgen.
G. Het terugdringen van
achterstanden voor
migrantengroepen.
H. Bevorderen emancipatie
van migrantenbewoners.
Kinderopvangbeleid gericht op
kwaliteit, spreiding van
kinderopvangcentra, gelijke
concurrentie aanbieders en
optimale toegankelijkheid.
Evenredig gebruik en benut
beschikbare voorzieningen
door bewoners in moeilijke
sociaal/economische
omstandigheden;
Meer peuters/kleuters die
gebruik maken van
voorscholen;
Versterking van de
migrantenorganisaties.
Misstanden in leefsituaties
signaleren en verbeteren;
Emancipatie van migranten in
onderwijs, werk en wonen
bevorderen en achterstelling
bestrijden;
Meer oudkomers en
nieuwkomers sluiten met goed
gevolg cursussen af gericht op
minimale beheersing van de
Nederlandse taal en oriëntatie
op de samenleving.
30
1. Basispakket ouderen;
2. Ontwikkeling servicepunten;
3. Afstemming eerstelijnszorg- en
welzijnsvoorzieningen;
4. zorg en welzijnsloket;
5. ontwikkeling sociaal meldpunt;
6. ontwikkeling sociale kaart.
7. Coördinatie platform sociale
vernieuwing en subsidieverstrekking.
8. Subsidieverstrekking aan
organisaties die een bijdrage leveren
aan maatschappelijke en sociale
participatie van bewoners (sociaal
cultureel werk, opbouwwerk,
maatschappelijke dienstverlening,
vrijwilligerswerk);
9. Planmatig onderhoud gebouwen.
10. Uitvoering van projecten in het kader
van preventie en voorlichting op het
gebied van armoedebeleid.
11. Realisatie van voorzieningen voor
jongeren in regio Watergraafsmeer;
12. Uitbreiding Jongerenraad;
13. Ontwikkeling integraal jeugdbeleid.
14. Handhaving en toezicht op
kinderopvang;
15. Invoering vraaggerichte financiering;
16. Doelgroepen beleid;
17. Stimulering subsidies uitbreiding.
18. Coördinatie van het migrantenbeleid;
19. het maken van prestatieafspraken
met migranten- en
welzijnsinstellingen;
20. het realiseren van aanbevelingen uit
de Migrantennota;
21. Subsidiëring en maken van prestatie
afspraken met
migrantenorganisaties.
22. Het uitbreiden van voorscholen;
23. Overleg met migrantenorganisaties;
24. Inburgeringstrajecten oud- en
nieuwkomers.

2. Wat heeft de raad gedaan om dit te realiseren?
A. Bewoners in staat stellen zo lang mogelijk zelfstandig te (blijven) wonen
B. Versterking sociale samenhang in de buurt
C. Bevordering maatschappelijke participatie van bewoners
Het DB heeft de notitie Woonservicezones vastgesteld. Het stadsdeel is verdeeld in vijf zones: in elk
van deze zones komt een samenhangend aanbod van wonen, zorg en welzijnsdiensten. De welzijns-
en zorginstellingen hebben een overeenkomst met het stadsdeel getekend en zullen zich inspannen
voor de uitvoering van het implementatieplan.
Voor enkele voorzieningen die reeds een aantal jaren worden gesubsidieerd, is structurele
financiering geregeld, zoals voor het servicepunt Tesla, het lunchproject 80-plus in Betondorp, de
open inloop Kastanjehof en de thuisadministratie.
Een basisaanbod van welzijnsvoorzieningen voor ouderen is in 2004 gesubsidieerd. In totaal gaat het
om 16 producten. In 2004 is gestart met een herijking van dit basispakket met als invalshoek ‘sober en
doelmatig’. Het nieuwe beleid voor het product ‘maaltijdvoorziening’ is in dit jaar vastgesteld. De
maaltijdvoorziening aan huis is beperkt tot het leveren van vriesverse maaltijden. De totale subsidie
voor de maaltijdvoorziening aan huis en in de buurtrestaurants is structureel gemaakt en tevens
omlaag gebracht ten opzichte van vorige jaren.
De ouderen participeren in de ontwikkeling van het beleid en de uitvoering daarvan. Er is periodiek
overleg gevoerd met de Ouderenadviesraad en de migrantenorganisaties. Daarnaast is er overleg met
hen over specifieke projecten, zoals het initiatief van de CABO (centrum voor advies en beleid oudere
migranten) voor het verder ontwikkelen van buurtnetwerken en projecten voor het ontwikkelen van
servicepunten, zoals project Kraaipan en Betondorp.
Het stadsdeel bevordert de versterking van de sociale samenhang in de buurt en subsidieert
activiteiten van het opbouwwerk voor ondersteuning van buurtgroepen en -initiatieven, de buurtkrant
Dwars door de buurt die in de werkgebieden Oost en Watergraafsmeer verschijnt, en enkele projecten
waarover het Platform sociale vernieuwing positief heeft geadviseerd, zoals Samenspraak, de Rode
Loper en Buurtbemiddeling.
De subsidie voor de uitbreiding van de formatie van het opbouwwerk in Watergraafsmeer is
structureel gemaakt.
In 2004 heeft het stadsdeel twee projecten maatschappelijke participatie gefinancierd, het
Workforceteam Oosterpark en een aantal cursussen Budgetkoken. Het Workforceteam Oosterpark
had tot doel verslaafde daklozen die rondhangen in en rond het Oosterpark in ruil voor een
bescheiden vergoeding een zinvolle dagbesteding te bezorgen, overlast tegen te gaan en een
schoner Oosterpark te krijgen. De cursussen Budgetkoken hadden tot doel inwoners met een
bescheiden beurs met elkaar in contact te brengen en ze een plezierig, leerzaam en nuttig tijdverdrijf
te bieden. Beide projecten zijn zeer succesvol geweest.
Ook heeft het stadsdeel extra intensieve begeleiding voor cliënten maatschappelijke participatie
ingekocht. Met deze begeleiding heeft het stadsdeel een aantal inwoners met een beperkte beurs uit
hun maatschappelijke isolement kunnen halen en hen waar nodig naar een hulpverleningstraject
kunnen toeleiden.
Ook is een forse bijdrage geleverd aan de ontwikkeling van centraal stedelijk beleid maatschappelijke
participatie, van de Sociale Dienst Amsterdam c.q. Dienst Werk en Inkomen in oprichting. Tevens zijn
samen met lokale aanbieders de uitgangspunten geformuleerd voor de coördinatie en het beleid van
maatschappelijke participatie in de regio Oost. In het regionaal georganiseerde beleid maatschappelijke
participatie werkt het stadsdeel samen met stadsdeel Zeeburg.
Binnen het project Wijkgerichte Zorg en Welzijn zijn de gezondheidsvoorlichtingen aan
migrantenbewoners geïntensiveerd. Het bezoekersaantal van het Informatiecentrum Zorg en Welzijn
voldeed niet aan de verwachtingen. Het project loopt af in 2005 . Er is een sociale kaart zorg en
welzijn ontwikkeld voor medewerkers van voorzieningen en hulpverleners.
In 2004 startte het Meldpunt Zorg en Overlast (voorheen Sociaal Meldpunt). Dit jaar is er sprake
geweest van een stijgend aantal meldingen.
31

In 2004 is in opdracht van de provincie Noord-Holland een onderzoek uitgevoerd naar de
wenselijkheid en mogelijkheden van een tijdelijke logeervoorziening in de woonservicezones voor
bewoners.
Het onderzoek is gestart met een inventarisatie en een conferentie met vertegenwoordigers van
cliëntengroepen en medewerkers van zorginstellingen. In mei 2005 wordt dit onderzoek afgerond met
een rapportage.
In verband met de afspraak in het Bestuursakkoord om in ieder stadsdeel minstens één Ouder-en-
Kindcentrum (OKC) te realiseren zijn in 2004 de voorbereidingen voor zo’n OKC
Oost/Watergraafsmeer gestart. Er is een kwartiermaker aangesteld, die een Plan van Aanpak heeft
ontwikkeld.
Om de verbouwing van het pand 's-Gravesandeplein 19 tot een multifunctioneel centrum Welzijn &
Zorg per 2005 te kunnen starten, stond 2004 in het teken van de voorbereidingen hiervan. De
oorspronkelijke indeling van het pand is aangepast aan de gewijzigde loketfunctie van het
dienstencentrum, en de opheffing van het Informatiecentrum Zorg en Welzijn in 2005.
In 2004 is voor de realisatie van het Multifunctioneel Centrum Joubertstraat een plan uitgewerkt om in
aanmerking te komen voor Europese middelen (D2 gelden).
Het oorspronkelijke idee van het Multifunctioneel Centrum Joubertstraat bevatte – naast de
huisvesting van de twee migrantenorganisaties – op de begane grond een open ontmoetingsruimte
met theehuis en cultureel podium, en multifunctionele ruimten voor educatie en recreatie (slecht weer
voorziening). Door de opdracht om externe financieringsbronnen aan te boren is dit oorspronkelijke
idee losgelaten en is gezocht naar nieuwe functies voor het pand. De mogelijkheid om in aanmerking
te komen voor D2 subsidie (Europese middelen) heeft geleid tot een gewijzigde functie van het pand.
Het nieuwe hoofddoel van het project is het realiseren van een laagdrempelige multifunctionele
voorziening in een nieuwbouwpand aan de Joubertstraat, waarin activiteiten gericht op toeleiding naar
werk zullen plaatsvinden. Het doel van deze activiteiten is het vergroten van de arbeidsparticipatie van
laagopgeleide bewoners uit kwetsbare groepen, waarbij de nadruk zal liggen op allochtone vrouwen
en jongeren. Met de twee migrantenorganisaties, de huidige huurders, is in 2004 na intensief overleg
overeenstemming bereikt over hun nieuwe aanbod.
In 2004 zijn de prestatieafspraken met de welzijnsinstellingen aangescherpt. Er werden afspraken
gemaakt over de openingstijden van buurthuizen, het aantal en soort activiteiten dat plaats moesten
vinden en voorlichting naar de buurt toe (zoals het maken van een programmaboekje). Ook werden er
eisen gesteld aan registratie van deelnemers zowel op aantal als op doelgroep (leeftijd, man/vrouw en
afkomst). Tenslotte werden er voor het eerst voor de producten sociaal cultureel werk, jongerenwerk,
peuterspeelzaalwerk, ouderenwerk, sportbuurtwerk, opbouwwerk en speeltuinwerk afspraken
gemaakt om daadwerkelijk af te rekenen op geleverde prestaties. Doelstellingen van deze verbeterde
subsidiecontracten is uiteindelijk meer inzicht in de prestaties van de welzijnsinstelling en de
effectiviteit (aantal deelnemers aan activiteiten) en efficiëntie hiervan (kosten versus deelnemers van
activiteiten).
De steeds duidelijk wordende subsidierelatie bracht helaas vaak ook andere zaken aan het licht, zoals
de slechte financiële organisatie van de SWO. Ondanks de ombuigingsoperatie gestart in 2003 bleek
de SWO haar tekorten niet in te kunnen halen. Ook bleek er geen overeenstemming te kunnen komen
met de SWO over het grote aantal bezwaarschriften dat er vanaf 1998 ligt. In september 2004 is het
dagelijks bestuur daarom gestart met een traject om de situatie van de SWO beter aan te pakken. Dit
traject bestaat uit twee onderdelen:
1. inhuren juridische ondersteuning om tot een oordeel te komen over de bezwaarschriften
2. inhuren van financiële en economische expertise om inzicht te krijgen in de financiën en
organisatie van de SWO en de toekomst van de welzijnsorganisatie.
Verwacht werd dit traject rond maart 2005 af te ronden.
32

D. Versterking/handhaving zelfstandigheid van bewoners met een hulpvraag op het terrein van
persoonlijk en sociaal functioneren
Ter bestrijding van armoede financierde het stadsdeel projecten om voorlichting te geven over
inkomensondersteunende voorzieningen en die inwoners helpen daarvan gebruik te maken, het
Armoedepreventieproject Oost en de Formulierenbrigade Oost.
Voorts heeft het stadsdeel meegewerkt aan divers onderzoek (armoedebeleidsmeter,
bestandskoppeling, O+S-onderzoek naar bekendheid van inkomensondersteunende voorzieningen)
om de effectiviteit van zijn armoedebeleid te laten doorlichten.
De resultaten van deze onderzoeken zullen worden gebruikt om de effectiviteit van het armoedebeleid
te verbeteren. O.a. bleek dat de huis aan huis verspreide armoedenieuwsbrief relatief de meest
effectieve manier bleek om inwoners in armoede voor te lichten over inkomensondersteunende
voorzieningen. In 2004 zijn voorbereidingen getroffen voor de uitgave van de tweede nieuwsbrief.
Het budget gereserveerd voor het Consumer run project van Platform OostalArm heeft het Dagelijks
Bestuur laten vrijvallen, aangezien Platform OostalArm ook in 2004 geen vorderingen met het project
gemaakt heeft en het ook op korte termijn geen perspectief kon bieden.
In 2004 zijn subsidies verstrekt ten behoeve van het algemeen maatschappelijk werk en sociaal
raadsliedenwerk. Met de MDSO zijn m.b.t. de behalen resultaten 2005 prestatieafspraken gemaakt.
E. Bevordering participatie Jeugd
In mei is veld 14 geopend. De jongeren hebben inspraak gehad over de inrichting van en activiteiten
op veld 14.
Er is subsidie verleend aan het Mobiel Jongeren Centrum (MJC), dat in oktober 2004 operationeel is
geworden. Het Mobiel Jongerencentrum staat in straten en op pleinen van het stadsdeel en is bedoeld
voor risicojongeren
van 14 t/m 23 jaar. De jongeren zelf zijn betrokken geweest bij het tot stand komen van het MJC.
In de bus is altijd een jongerenwerker aanwezig. De jongeren kunnen “hangen” in en rond de bus, er
is sport en spelmateriaal aanwezig.
In de loop van 2004 is het stadsdeel actief gaan deelnemen aan de regiegroep Jeugd Zeeburg/Oost-
Wgm. Een belangrijk project dat onder de regiegroep Jeugd valt is het Matchnet. In Matchnet worden
voortijdig schoolverlaters teruggeleid naar school en/of werk. Het is ontstaan vanuit een
samenwerkingsverband van de stadsdelen Oost/Wgm en Zeeburg en de instellingen die met voortijdig
schoolverlaters te maken hebben zoals o.a. het RMC, Spirit (v/h SAC-Amstelstad), Altra, Halt en
Bureau jeugdzorg.
Eind 2004 zijn er contacten gelegd met Young Works en JAA, Zij richten zich op
jongerenvoorzieningen en jongerenparticipatie in Amsterdam. Young Works en JAA bieden de
stadsdelen tijdelijk ondersteuning bij onder meer het verbeteren van jongerenparticipatie.
Ten behoeve van het werkgebied Watergraafsmeer is subsidie verleend om vanuit verschillende
locaties activiteiten te organiseren. Het algemene aanbod voor tieners en jongeren bestond uit
recreatieve-, creatieve- en educatieve activiteiten. In de Newtonstraat vonden gerichte activiteiten voor
tieners plaats. Tieners hebben daar onder meer gebruik gemaakt van een geluid geïsoleerde
muziekruimte, computerruimte en gymzaal. In de prestatieafspraken is vastgelegd, dat dit aanbod
gericht moet zijn op alle jongeren in de Watergraafsmeer waarbij het percentage deelnemende
allochtone jongeren minimaal overeen moet komen met het percentage allochtone jongeren in de
Watergraafsmeer.
Ten behoeve van het het werkgebied Oost is subsidie verleend voor activiteiten in de jongerencentra
het Jaco en de Pyramide (gericht op alle jongeren) en de Silver Scissors (gericht op meisjes).
In de prestatieafspraken is vastgelegd dat er een evenredige actieve deelname moet zijn aan de
activiteiten door allochtone jongeren.
Het activiteitenaanbod was breed gericht op ontspanning (o.a. inloop), sport en spel, vorming en
thema’s (o.a. cursussen, huiswerkbegeleiding, informatiebijeenkomsten en debatten), cultuur en
creativiteit (o.a. podiumkunsten en exposities) en op tieners in buurtcentra Oosterpark, Transvaal en
De Werf.
33

Het jongerenopbouwwerk (actief in de Transvaalbuurt, Dapperbuurt en Oosterparkbuurt) heeft een
bijdrage geleverd aan het voorkomen van overlast door jongeren in genoemde buurten. Het gaat
hierbij om jongeren die een verhoogd risico lopen af te glijden naar de criminaliteit. Het
jongerenopbouwwerk helpt deze jongeren, die vaak niet op school zitten en werkloos zijn, bij het
vinden van een goede dagbesteding en stimuleert hen tot een positieve invulling van hun vrije tijd.
Ook hield het jongerenopbouwwerk zich bezig met het mobiele jongerencentrum en de
trajectbegeleiding in het project Stimulanz (werkgelegenheid).
Jeugd en Veiligheid
De Jongeren Ontmoetingsplek Transvaal (JOT) is er voor jongeren die overlast veroorzaken op en
rond het Krugerplein (zogeheten first-offenders en licht criminelen) Het centrum is druk bezocht, elke
dag waren er gemiddeld 40 jongeren van vooral Marokkaanse afkomst. O.a. door de activiteiten die in
en vanuit het JOT zijn gerealiseerd, en het functioneren van de JOT als ontmoetingsplek van deze
jongeren bleef de overlast op het Krugerplein beperkt. De jongeren die gebruikmaken van het JOT
worden betrokken bij het programma en eventuele ander activiteiten.
Verder zijn vanuit het kader Jeugd en Veiligheid middelen ingezet voor het Jongeren Opbouwwerk, de
projecten Supp-Oost en Turkse Jongeren, Contactvaders, de SHID (ambulant jongerenwerk) en
het Mobiel Jongerencentrum.
F. Bewoners met kinderen in staat te stellen te gaan werken of een opleiding te volgen
Handhaving en vergunning
Er zijn geen noemenswaardige incidenten geweest met kinderopvanginstellingen. De overgang van
vergunningenstelsel in 2004 en de invoering van het registersysteem bij de GG&GD per 1 januari
2005 is goed verlopen. De overgang naar een ander systeem had als bijkomend effect dat een
“illegaal” kinderdagverblijf en gastouderbureau zich vrijwillig aanmelden omdat ouders alleen bij
geregistreerde instelling een tegemoetkoming van de Belastingdienst kunnen krijgen. Omdat sluiting
ook voor de betrokken ouders geen goede optie was, is het met behulp van de inspectie en door
enkele aanpassingen, gelukt om deze centra alsnog te registeren.
Invoering vraaggerichte financiering
Vooruitlopend op de invoering van de nieuwe Wet Kinderopvang is per 1 januari 2004 de Stichting
Bedrijfsopvang Nederland gestart met het inkopen van subsidieplaatsen voor ouders van het
stadsdeel Oost/Watergraafsmeer.
Door de invoering van vraaggerichte financiering hebben zowel de welzijnsinstellingen als de
gesubsidieerde ouders al voor de invoering van de Wet Kinderopvang kennisgemaakt met de nieuwe
manier van financiering. Dit betekende dat een aantal problemen bij de invoering van de Wet
Kinderopvang al redelijk bekend waren bij het stadsdeel. De invoer van vraaggerichte financiering
heeft eveneens geleid tot een marktwerking in de kinderopvang. Zo zijn er ook subsidieplaatsen
ingekocht bij particuliere ondernemers.
Voor de invoering van de nieuwe Wet Kinderopvang dienden de welzijninstellingen SWW en SWO
hun commerciële en dus risicovolle kinderopvangactiviteiten te ontvlechten uit de welzijnsorganisatie.
Hiervoor is door het stadsdeel via het fonds kinderopvang middelen beschikbaar gesteld. Door de
SWW is in 2004 de ontvlechting zodanig voorbereid dat per 1 januari 2005 de SWW haar
kinderopvangactiviteiten kan ontvlechten door drie stichtingen op te richten. (Beheerstichting,
Kinderopvang en Welzijn). De SWO heeft in 2004 onvoldoende voorbereidingen getroffen om per
1 januari 2005 de ontvlechting gerealiseerd te hebben.
Doelgroepenbeleid kinderopvang
In 2004 is er veel zowel externe als interne capaciteit ingezet ter voorbereiding van de Wet
Kinderopvang. Naast vraaggerichte financiering door SBN en het nieuwe handhavingsbeleid is er veel
uitzoekwerk verricht over de consequenties van het nieuwe doelgroepenbeleid van de Wet
Kinderopvang. Duidelijk werd dat deze doelgroep in 2005 slechts een klein percentage zou zijn van de
huidige.
34

Stimulering uitbreiding
Per 1 januari 2004 stopte de uitbreidingsregeling. Uitvoering van deze regeling betekende een
uitbreiding van 551 plaatsen. Ondanks dat er geen uitbreidingsmaatregel was zijn er in 2004 drie
nieuwe kindercentra en 1 gastouderbureau in Oost/Watergraafsmeer bijgekomen. SWO moest
vanwege haar financiële problemen echter de naschoolse opvang Pinksterblom en Transvaal sluiten.
Dit betekent dat er geen kinderopvang meer is in de Transvaalbuurt.
G. Terugdringen van achterstanden voor migrantengroepen
Migrantenorganisaties
In 2004 zijn aan de migrantenorganisaties middelen beschikbaar gesteld om voor migrantengroepen
die (nog) geen gebruik maken van het de voorzieningen van de algemene organisaties te voorzien in
activiteiten met betrekking tot:
• Voorlichting en informatie
• Nederlandse taal
• Computerlessen
• Huiswerkbegeleiding
Verder zijn die activiteiten in kaart gebracht waar migrantenorganisaties en reguliere organisaties met
elkaar samenwerken. Daar waar dit nog niet het geval was zijn heldere afspraken gemaakt over de
aard en omvang van de samenwerking. Deze afspraken zijn vastgelegd in samenwerkingsovereenkomsten.
Met het aanscherpen en het vastleggen van de samenwerkingsafspraken is een
bijdrage geleverd aan een betere afstemming tussen de migrantenorganisaties en de reguliere
organisaties en een heldere verdeling van taken.
Het project “poolmedewerkers migrantenorganisaties” is in 2004 voortgezet. Om de
migrantenorganisaties te versterken zijn in 2004, evenals in 2003, parttime beleidsmedewerkers te
werk gesteld. De positieve resultaten van een tweede evaluatie van dit project zijn in de
raadscommissie welzijn besproken.
Voorscholen/peuterspeelzalen
Er zijn twee extra peutergroepen/voorschoolgroepen gerealiseerd in de Kaap en de Kraanvogel. Bij
Aldoende is dit in 2004 niet gerealiseerd, omdat Aldoende mogelijk overgaat op een ander
voorschoolprogramma.
H. Het bevorderen van de emancipatie van migrantenorganisaties
Ook in 2004 is subsidie verleend aan de MDSO ten behoeve van het organiseren van
inburgeringstrajecten voor nieuwkomers.
Van de 78 oudkomers uit Oost/Watergraafsmeer, die in 2003 aan een oudkomerstraject begonnen
zijn, hebben 69 deelnemers het programma succesvol afgerond. In de meeste gevallen heeft
afronding plaatsgevonden in 2004. De overige 7 personen die in 2003 gestart waren, zijn uitgevallen.
In 2004 zijn 275 oudkomers met een traject begonnen. Een groot deel van deze trajecten zal pas in de
loop van 2005 worden voltooid.
35

3. Wat heeft het gekost?
Programma Welzijn en Zorg Begroting Realisatie Verschil
Uitgaven
36
2004 2004 2004
Bevorderen emancipatie migranten 1.206.822 862.276 344.546
Terugdringen achterstand migranten 792.250 608.336 183.914
Gelegenheid ouder te werken/studeren 2.801.380 2.810.464 -9.084
Bevordering participatie van jeugd 1.439.761 1.409.791 29.970
Versterk. en handh. zelfstandigheid 1.689.578 1.675.379 14.199
Bevorderen maatschap. participatie 4.654.205 4.502.816 151.390
Versterk. sociale samenhang buurten 799.482 743.021 56.461
Gelegenheid tot zelfst.blijven wonen 1.664.673 1.679.632 -14.959
Totaal Uitgaven 15.048.152 14.291.713 756.439
Inkomsten
Bevorderen emancipatie migranten -1.102.853 -531.868 -570.985
Terugdringen achterstand migranten 0 -112.383 112.383
Gelegenheid ouder te werken/studeren -443.887 -433.498 -10.389
Bevordering participatie van jeugd -174.200 -199.225 25.025
Versterk. en handh. zelfstandigheid -413.633 -413.621 -12
Bevorderen maatschap. participatie -317.138 -354.672 37.534
Versterk. sociale samenhang buurten 0 0 0
Gelegenheid tot zelfst.blijven wonen -243.882 -296.304 52.422
Totaal Inkomsten -2.695.593 -2.341.570 -354.023
Totaal Welzijn en Zorg 12.352.559 11.950.143 402.416
Verschillenanalyse uitgaven
Bevorderen emancipatie migranten (voordeel 344.546)
Ten behoeve van het traject Nieuwkomers is een bedrag van 49.363 niet besteed. Op project
Coördinatie Migranten-ambtelijk secretaris is een overschrijding van 26.211 veroorzaakt door de
ureninzet. Op project BOMO is een overschot van 30.613, dit overschot valt vrij. Het restant wordt
verklaard door de nog niet gedeclareerde oudkomerstrajecten (Begroting 960.000 – gedeclareerd
485.335), dit is een doorlopend traject.
Terugdringen achterstand migranten (voordeel 183.914)
Op de producten/projecten migrantenorganisaties is een overschot van 38.172. Coördinatie
Migranten 62.470 en Huivesting migranten van 15.036. Daar tegenover staan overschrijdingen
van 32.263 Nieuwkomerstrajecten; Coördinatie Migranten 25.520 en Inc. Subs. Migranten 6.711,
waarvan de laatste 2 overschrijdingen veroorzaakt worden door de doorberekening van de ingezette
uren.
Bevorderen maatschappelijke participatie (voordeel 151.390)
In het overschot zijn de voor overheveling voorgedragen Bestuursakkoordgelden van het Ouder-
/Kindcentrum 16.372; Zorg en Participatie 60.665; Kwetsbare groepen 37.286, alsmede de
noodzakelijke gelden voor onderzoek naar de welzijnsactiviteiten van de SWO (voormalige
Fusie welzijnsinstellingsgelden) ad 45.000 meegerekend.
Versterking sociale samenhang buurten ( 56.461)
Het budget is behoudend ingezet in het kader van de huidige bezuinigingen. Er wordt voorgesteld om
een bedrag van 25.000 van dit overschot over te hevelen om lopende initiatieven die, door de
incidentele taakstelling op dit budget in 2005, anders niet kunnen worden bekostigd. Het restant valt
vrij.

Verschillen-analyse inkomsten
Bevorderen emancipatie migranten (nadeel 570.985)
Voor de Oudkomerstrajecten is in 2004 een bedrag van 960.000 aan inkomsten geraamd van de
centrale stad. Deze inkomstenstroom is echter gebaseerd op declaratie (achteraf). Voor 2004 is een
feitelijk bedrag gedeclareerd (= x-bedrag per deelnemer en ondersteunende kosten) van
485.335. Dit verklaart een teruggang in inkomsten van ca 485.000.
De Oudkomerstrajecten is een deelnemers-afhankelijke geldstroom, die per jaar kan verschillen
Daarnaast was een bedrag van 142.853 geraamd aan inkomsten centrale stad ten behoeve van de
Nieuwkomerstrajecten. Hiervan is een bedrag van 112.985 gerealiseerd, echter verantwoord op
Effect terugdringen achterstand migranten
.
Terugdringen achterstand migranten (voordeel 112.985)
Het bedrag van 112.985 betreft inkomsten van de Centrale Stad die bestemd zijn voor
Nieuwkomers-trajecten. De inkomsten hiervoor waren geraamd bij effect H (bevorderen emancipatie
migranten)
Gelegenheid tot zelfstandig (blijven) wonen (voordeel 52.422)
Het overschot wordt verklaard door de nog niet uitgegeven inrichtingskosten voor de MDSO inzake
’s-Gravensandeplein en de vrijval van regeling Wijkvervoer.
Portefeuillehouder: Antoinette Tanja
Ambtelijk opdrachtgever: Ron Stokvis
37

Kunst en cultuur
1. Welke maatschappelijke effecten wil de raad bereiken?
Beoogd effect Kwalitatieve doelstellingen Activiteiten
A. Een divers en
toegankelijk kunst-
en cultureel aanbod
afgestemd op de
diversiteit van de
bevolking.
B. Het creëren van
een aantrekkelijk
publiek domein.
Het realiseren van, dan wel
bijdragen aan de voorwaarden
waarmee de instellingen in het
stadsdeel in staat worden
gesteld een divers en
toegankelijk aanbod te
realiseren.
Het vergroten van de
betrokkenheid van bewoners bij
hun woon- en leefomgeving en
het aantrekkelijk maken van de
leefomgeving voor bewoners en
gebruikers.
2. Wat heeft de raad gedaan om dit te realiseren?
38
1. Het in stand houden en versterken
van culturele infrastructuur;
2. Het faciliteren van kunstuitingen;
3. Het uitvoeren van
kunstevenementen/-manifestaties;
4. Initiatieven jongerencultuur;
5. Nieuwe initiatieven.
6. Het verfraaien van gevels, pleinen
e.d. en het aantrekkelijker maken van
openbare gebouwen door het
realiseren van al dan niet tijdelijke
kunst(werken).
Een divers en toegankelijk kunst en cultuuraanbod afgestemd op de diversiteit van de
bevolking
Het stadsdeel heeft dit jaar subsidie gegeven aan verschillende projecten en uitvoeringen op het
terrein van theater, beeldende kunst, dans, muziek en multiculturele programma’s. Het stadsdeel heeft
verschillende initiatieven op elkaar afgestemd en er is speciale aandacht en financiële ondersteuning
uitgegaan naar jongerencultuur (PEP-muziekestafette).
De programmamakers hebben veel aandacht besteed aan de diversiteit van culturen in dit stadsdeel.
Dit werd mede mogelijk gemaakt door extra subsidies voor festivals in het kader van de
stadsdeelprioriteiten. Geslaagde voorbeelden waren o.a. Amsterdans, East-Site, Rootsfestival,
Colourdance en het Oosterparkfestival.
Naast genoemde festivals vonden ook weer succesvolle edities van o.a. het Bredeweg festival,
Pleinfestival plaats. Deze evenementen zijn bij uitstek geschikt om veel en diverse groepen mensen te
bereiken en deel te laten nemen aan cultuur in brede zin.
Voor de theaters is de personeelswerker de afgelopen jaren een belangrijke spil geweest voor de
begeleiding van ID-medewerkers. Deze ID-ers bezetten cruciale functies in de theaterorganisaties.
Er heeft veelvuldig overleg plaats gevonden tussen theaters, centrale stad en stadsdeel over de
financiering van de theaters; onder meer in het kader van het programma ‘diversiteit meer tonen’.
Aandachtpunt daarbij is dat de theaters niet tussen wal en schip mogen vallen en zowel de centrale
stad als het stadsdeel zijn verantwoordelijkheid neemt. De theaters vervullen een zeer belangrijke rol
bij het bereiken van buurtbewoners, nieuwe Amsterdammers, aankomend artistiek talent etc.
Op het terrein van de cultuureducatie heeft de cultuurband tussen scholen en instellingen ook in 2004
gestalte gekregen.
In nauwe samenwerking met de culturele instellingen in het stadsdeel heeft het festival de Rode Loper
plaatsgevonden. In 2004 hebben 48 locaties deelgenomen. Ook veel kunstenaars en verassende
nieuwe initiatieven maakten de editie 2004 wederom tot een succes.
Het in stand houden en verbeteren van de culturele infrastructuur heeft aandacht gekregen. Hiertoe is
onder ander structurele subsidie voor kunstenaarsinitiatief Outline gerealiseerd.

Artoteek Oost
2004 was voor Artoteek Oost in vele opzichten een Kroonjaar. Om te beginnen bestond de organisatie
20 jaar. Afgezien van de feestelijkheden is dit jubileum onder grote publieke belangstelling gevierd
met inhoudelijke debatten. De nieuwe naam van de artoteek is tijdens de viering van het jubileum
bekend gemaakt: Centrum Beeldende Kunst Amsterdam Oost-Watergraafsmeer, kortweg CBK
Amsterdam (m.i.v. voorjaar 2005). De verhuizing medio 2008 naar de voormalige Tramremise in het
Polderweggebied, als onderdeel van het nieuwe Stadsdeelkantoor en de Brede Weg School.
Om de Artoteek als volwaardig CBK te kunnen laten functioneren heeft de raad eind 2004 een aantal
besluiten genomen o.a. het Verwervingsfonds Kunstaankopen en de overdracht aan het CBK van de
taak Kunst in Openbare Ruimte. Ter voorbereiding en uitvoering van alle aspecten rond het CBK heeft
Artoteek Oost bij de Centrale Stad een subsidie verworven van 102.500. Hieruit is het
ondernemingsplan, opgesteld door Berenschot, gefinancierd; de implementatie; het marktonderzoek;
publiciteit en de website. Daarnaast is er een externe subsidie verworven van ruim 17.000 bij
Kunstenaars & Co t.b.v. aankoop kunst van WIK-kunstenaars.
Naast bovengenoemde ontwikkelingen zijn er tal van educatieve projecten o.a. in samenwerking met
Kunstmenu, tentoonstellingen en concerten georganiseerd. Speciale aandacht trok de tentoonstelling
Shouf Bak Kijk, waarbij Marokkaanse en Turkse vrouwen stillevens maakten uit hun dagelijks leven,
dit fotografeerden en combineerden met de collectie van Artoteek Oost. De opening vond plaats
tijdens de Rode Loper met muziek van een Marokkaanse jongeren band, een spectaculaire
performance die buiten op het Eikenplein gegeven werd. Deze tentoonstelling trok vanuit alle culturen
een groot aantal bezoekers. Ook is er door de pers en TV ruimschoots aandacht aan geschonken.
Ten behoeve van de kunstuitleen is het nieuwe softwareprogramma KIDS aangeschaft. Dit vergde
veel voorbereidingen t.a.v. de administratie en personele trainingen om het programma begin 2005
operationeel te krijgen.
Tot slot zijn er in het gebouw van Artoteek Oost voorzieningen getroffen in verband met
brandveiligheid en is er een gebruikersvergunning afgegeven.
3. Wat heeft het gekost?
Programma Kunst & Cultuur Begroting Realisatie Verschil
Uitgaven
39
2004 2004 2004
Divers en toegankelijk kunstaanbod 1.104.059 909.539 194.520
Creëren aantrekkelijk publiek domein 747.274 274.980 472.294
Totaal Uitgaven 1.851.333 1.184.518 666.814
Inkomsten
Divers en toegankelijk kunstaanbod -91.969 -162.933 70.964
Creëren aantrekkelijk publiek domein -86.607 -60.230 -26.377
Totaal Inkomsten -178.576 -223.163 44.587
Totaal Kunst & Cultuur 1.672.757 961.356 711.401
Een divers en toegankelijk kunst- en cultureel aanbod afgestemd op de diversiteit van de
bevolking
Het verschil wordt grotendeels verklaard door de exploitatie van de Artoteek. Hier zijn minder kosten
gemaakt (door o.a. een verminderde ureninzet, voordeel 175.797) en tevens 45.113 meer
inkomsten zijn gegenereerd dan begroot.

Het creëren van een aantrekkelijk publiek domein
De product kunst heeft een onderschrijding van 70.677, doordat inspecties en noodzakelijke
maatregelen nog niet gereed zijn. Het project Hogeweg laat een onderschrijding zien van 309.962.
Na de vaststelling van het Plan van Aanpak is een klankbordgroep, bestaande uit ambtenaren en
buurtbewoners, samengesteld en is gestart met de planvorming voor het plein. Dit project wordt
gefinancierd uit het parkeerfonds en zal in 2005 verder uitgevoerd worden.
In 2004 zijn voor 45.414 kosten gemaakt voor het monument Slavernijverleden. Deze kosten
worden pas in 2005 door het Rijk vergoed.
Portefeuillehouder: Antoinette Tanja
Ambtelijk opdrachtgever: Ron Stokvis
40

Vrije tijd: sport en recreatie
1. Welke maatschappelijke effecten wil de raad bereiken?
Beoogd effect
A. Deelname van bewoners
aan sport en recreatieactiviteiten.
B. Een breed aanbod van
kwalitatief goede sport- en
recreatie voorzieningen.
C. Een breed aanbod aan
speelvoorzieningen voor de
jeugd van 2 tot 16 jaar.
Kwalitatieve doelstellingen
Door middel van
sportstimuleringsaanbod
zoveel mogelijk bewoners
gebruik laten maken van de
sport- en recreatieve
voorzieningen in het
stadsdeel. Jongeren, extra
aandacht voor
migrantenvrouwen/ouderen;
Het ondersteunen en
financieel bereikbaar houden
van de verenigingssport.
Het exploiteren van sporthal
Verheij, zalenverhuurbedrijf
het Kraaiennest, de
sportparken Middenmeer,
Voorland en Drieburg en het
Roeicentrum Berlagebrug;
Het subsidiëren van het
Sportfondsenbad, de
kinderboerderijen de Werf en
Dapperhoeve.
Het op evenwichtige wijze
spreiden en inrichten van de
openbare ruimte met speel-
en recreatieplekken, met
extra aandacht voor de
speelmogelijkheden van
kinderen.
2. Wat heeft de raad gedaan om dit te realiseren?
A. Deelname van bewoners aan sport en recreatie-activiteiten
41
Activiteiten
1. Jeugdsportactiviteiten;
2. Sportstimuleringsactiviteiten;
3. Voorlichting sport en
recreatie;
4. Verenigingsondersteuning.
5. Leisureparkontwikkeling;
6. Beheer en onderhoud
binnenaccommodaties;
7. Beheer en onderhoud
buitenaccommodaties;
8. Renovatie roeicentrum;
9. Ontwikkeling
sporthal/zwembad.
10. Verhuizing Dapperhoeve;
11. Exploitatie en beheer van de
Kinderboerderijen;
12. Realisatie inrichting
speelplaatsen;
13. Beheer en onderhoud
speelplaatsen.
Sport en Recreatieve activiteiten
In 2004 zijn weer veel sportactiviteiten georganiseerd voor bewoners. Het zwemonderwijs is uitgebreid
van 32 naar 36 wekelijks aanbod. Binnen de roeiactiviteiten werden meer ouderen, kinderen (via het
basisonderwijs) en jongeren (via topscore activiteiten) bereikt. Naast de reguliere activiteiten zoals
sportinstuiven, kennismakingsactiviteiten, projecten en vakantieactiviteiten zijn een aantal speciale
evenementen georganiseerd. In april heeft de portefeuillehouder het nieuwe veld 14 feestelijk
geopend. Dit initiatief, waar de jeugd inmiddels goed gebruik van maakt, was mogelijk met behulp van
een subsidie Grote Steden Beleid (GSB). Een ander evenement was de uitreiking van de sportprijs
2004. Naast de sportman en vrijwilliger van het jaar werd de sportprijs uitgereikt aan de Youth
Assistents. Zij kregen de prijs omdat zij speciale multiculturele activiteiten organiseren. Andere goed
bezochte evenementen waren: het pleinenvoetbaltoernooi (voor drie leeftijdscategorieën), een Panna
Knock-out event, het Oosterparkfestival en het skate event.
Er werd een sponsorloop georganiseerd voor een project in Gambia. Bijna alle basisscholen uit Oost
en Watergraafsmeer deden mee, maar liefst 990 kinderen liepen voor het goede doel.

De raad heeft ook in 2004 weer geld vrijgemaakt voor activiteiten gericht op migrantenvrouwen en
jongeren en ouderen. Hiermee zijn goedlopende activiteiten, zoals bewegen op muziek voor
migrantenvrouwen gecombineerd met Nederlandse les, het Topscore project en fifty-fit activiteiten
gecontinueerd in 2004.
Met behulp van een Grote Steden Beleid (GSB) subsidies zijn 2 projecten gerealiseerd.
Er zijn negen van de tien werkzoekenden zonder startkwalificatie opgeleid tot recreatie sportleider
algemeen. Drie van deze sportleiders werken op uitzendbasis voor de afdeling activiteiten.
Met de subsidie zijn een aantal meidenactiviteiten en evenementen georganiseerd waaruit
nu wekelijks één moeder/dochter activiteit en twee meidensportactiviteiten zijn opgestart.
Hiernaast worden er in de vakanties moeder/dochter sportactiviteiten georganiseerd.
In verband met overlast van jeugd- en jongeren in de omgeving van de Oetgenstraat zijn twee
activiteiten gestart. Wekelijks wordt een aanbod gedaan voor zowel de jeugd als de jongeren.
B. Een breed aanbod van kwalitatief goede sport- en recreatie voorzieningen
Buitenaccommodaties
In 2004 heeft het Dagelijkse Bestuur het Programma van Eisen leisurepark Middenmeer-Voorland
vrijgegeven voor inspraak. Inspraakreacties worden verwerkt in een aangepast Programma van Eisen
dat in de maak is en medio 2005 gereed is voor bestuurlijke behandeling. Oorzaak van deze
vertraging is gelegen in het feit dat in november 2004 genoemd gebied als grootstedelijke is
aangewezen door de centrale stad. Het Dagelijks Bestuur heeft een bezwaarschrift ingediend bij de
centrale stad tegen bebouwing op Middenmeer Noord.
Naast de normale beheeruitvoering zijn enkele specifieke doelstellingen bepaald voor 2004.
Nog niet gerealiseerd is de opzet van het beheerhandboek en het structureren/planmatig maken van
het groot onderhoud sportvelden. Voor 2005 blijft dit een aandachtspunt om de kwaliteit verder te
verbeteren en inzichten te verbeteren
.
Gerealiseerde doelen
In het kader van het ontwikkelen van kengetallen zijn op 10 beheeronderdelen prestatiecijfers
beschikbaar.
De ontwikkeling van kunstgrassportvelden is in 2004 leidend geweest op innovatie/kennis en
initiërende activiteiten. Dat heeft geleid dat wij een basis kunstgrasbestek hebben ontwikkeld wat
vanaf maart 2005 door vele Stadsdelen als leidraad gebruikt gaat worden.
In het kader van de herinrichting en leisureparkontwikkeling zijn 4 rubberingestrooide kunstgrasvelden
aangelegd, 4 natuurgrasvelden gerenoveerd en 2 zandingestrooide kunstgrasvelden aangepast voor
hockey. De nieuwe hockeyclub Athena maakt hier gebruik van.
Diverse projecten zijn gerealiseerd.
Vervanging van 1.000 meter beschoeiing op sportpark Drieburg. Onderhoud en vernieuwing van
(asfalt)paden. Diverse hekwerken vervangen. Enkele opslaglocaties zijn vernieuwd. Brievenbussen en
bijhorende nummering van clubgebouwen zijn geplaatst. Noodzakelijke vervanging van materieel
heeft plaats gevonden.
In het kader van de modernisering van de elektra/nutsvoorzieningen zijn op een gedeelte van
Middenmeer kabels en leidingen vervangen. Clubs krijgen nu direct rekeningen van de
energieleverancier.
Twee speeltuintjes zijn vernieuwd. Alle medewerkers hebben een basiscursus ecologie gevolgd.
De afronding van het multifunctionele Veld 14 heeft plaatsgevonden. Hier is sprake van een geslaagd
Leisureproject met een druk bezochte opening medio april 2004. Veld 14 wordt intensief gebruikt en is
tot stand gekomen in nauw overleg met jongeren, buurtbewoners en sportverenigingen. Het stadsdeel
ontvangt veel lovende reacties en er is veel interesse van andere Stadsdelen het project is een
landelijk voorbeeld project voor ISA-Sport.
Op en rond Veld 14 is de eerste boomfeestdag op het sportpark georganiseerd. Ongeveer 100
kinderen hebben veel struiken en de Amalia gedenkboom geplant.
42

Binnenaccommodaties
De afronding van de renovatie van Roeicentrum Berlage is in april 2005. Het herstellen van betonrot in
het hele pand en het, op alle aandachtsgebieden, realiseren van een gebruiksvriendelijke
accommodatie is de kern van alle werkzaamheden.
In het vernieuwde roeicentrum zal een breder aanbod van activiteiten kunnen worden gerealiseerd en
ontstaan moderne en multifunctionele ruimten.
Door het saneringstraject Polderweggebied is het zalenverhuurcentrum het Kraaiennest verplaatst van
de Polderweg naar het Linnaeushof.
Op basis van de gebouwexploitatie 2003 (oude locatie Kraaiennest) is een renderende indeling
gemaakt voor ruimteverhuur op de in gebruikgenomen nieuwe locatie.
De Dienst Maatschappelijke Ontwikkelingen heeft subsidie beschikbaar gesteld, waarmee een
gedeelte van het groot onderhoud is gefinancierd van de Wethouder Verheijhal, Sportfondsenbad
Oost (SFO) en renovatie van het Roeicentrum. Hiermee is een inhaalslag gemaakt in het achterstallig
onderhoud. Afronding van de werkzaamheden in het SFO en het Roeicentrum vindt plaats in 2005.
C. Een breed aanbod van speelvoorzieningen voor de jeugd van 2 tot 16 jaar
Sport en Recreatieve ontwikkelingen
In 2004 is in het kader van de programmabegroting gestart met een speelruimteplan met als doel het
beoogde effect in de toekomst met meetbare resultaten te kunnen onderbouwen.
Op het gebied van onderhoud en beheer zijn in 2004 de eerste stappen gezet om, in het kader van
het attractiebesluit, te komen tot een centralisatie van de veiligheidsinspecties welke tot nog toe
onafhankelijk per sector worden uitgevoerd. Toestellen zijn waar nodig aangepast en in sommige
gevallen verwijderd. Een en ander moet leiden tot het kostenbesparend werken en beheren van een
centrale databank.
Voor de overige prioriteiten speelvoorzieningen van 2004 is onderzocht of de vraag nog actueel was
omdat de prioriteitsaanvragen gebaseerd zijn op een rapport uit 2002. Op basis hiervan zijn twee
projecten gestart met een aangescherpte doelstelling te weten Tuinwijk en Hofmeyerstraat. Een derde
project is de start van een omvangrijk integraal speelproject Tugelaweg (tot en met het sportveld bij
het Jongeren Ontmoetingsplek Transvaal (JOT)) dat aansluit bij onder andere het speelruimteplan en
de brede visie op de ontwikkeling van de spoortaluds in ons stadsdeel.
De Sportadviesraad in ons Stadsdeel heeft in 2004 advies gegeven over de ontwikkelingen van het
Leisureplan, de dreigende woningbouw op sportpark Middenmeer en de ontwikkelingen van het
Sportcentrum Nieuwe Stijl. Over dit laatste onderwerp hebben zij zelfs een thema-avond
georganiseerd waar de toekomst van de sportparken centraal stond.
Op het gebied van verenigingsondersteuning hebben verschillende verenigingen gebruik gemaakt van
een verenigingsondersteuner van de Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling (DMO) in samenspraak
met het Stadsdeel. Zo is bij voetbalvereniging Overamstel een project gestart om in samenwerking
met de buurt en onderwijs (BOS-driehoek) jeugdleden te werven wat geresulteerd heeft in de aanwas
van twee jeugdelftallen. Tevens is op sportpark Drieburg een ondersteuner, in samenspraak met het
Stadsdeel, actief in het onderzoeken van de mogelijkheden om te komen tot invulling van meerdere
aandachtsgebieden van het Sportcentrum Nieuwe Stijl.
Het Roeicentrum Berlagebrug heeft een belangrijke actie ondernomen om de doorstroom van de
leden naar de andere roeiverenigingen te bevorderen. Hiertoe is contact gelegd met de verschillende
roeiverenigingen en is afstemming geweest omtrent de toelating en afnemen van het roeidiploma.
43

3. Wat heeft het gekost?
Programma Vrije Tijd Begroting Realisatie Verschil
Uitgaven
44
2004 2004 2004
Aanbod speelvoorziening 2 < jeugd

Deelname bewoners aan sport en recreatie
Uitgaven (nadeel 884.018)
Er zijn overschrijdingen geconstateerd zijn op:
• product S&R onderdeel uitzendkrachten: Flexibele inzet van uitzendkrachten in verband met het
niet opvullen van vacatureruimte (3fte) geeft een overschrijding van 271.937.
• Risicojongeren: hiervoor is onterecht een bedrag van 173.293 op het programma Vrije Tijd
geboekt, dit had bij programma Welzijn en Zorg effect participatie jeugd moeten zijn.
• Ontwikkeling Scouting (Frankendael): 200.000 (ISV prioriteit 2004) toebedeeld aan ruimtelijke
ontwikkeling (SDW) bij bovenstaand effect programma Vrije Tijd, geen uitgave door S&R gedaan.
• Subsidieplaatsen 2004 (RUK-gelden): 1.088.812 is toegevoegd aan de voorziening voor
uitvoering van de uitbreiding kinderopvang (afrekening in 2005)
Er een onderschrijding geconstateerd op:
• diverse producten, die onder dit effect vallen hebben een onjuiste raming op ureninzet. Als gevolg
hiervan (kostenverdeelstaat) is een onderschrijding ontstaan van 255.685
Het betreft hier S&R-activiteiten ( 562.767); schoolzwemmen (- 193.348); Verenigingen
(- 36.551) Tarieven (- 1.348,17); Subsidies ( - 6.758); sportstimulering (- 69.077) .
Dit bedrag is te herleiden op het product Roeicentrum waar een overschrijding aan geboekte uren
zichtbaar is van 210.084. Een verbeterslag hierop volgt in 2005.
Inkomsten (voordeel 1.201.664)
• Risicojongeren: hiervoor is onterecht een bedrag van 148.200 op het programma Vrije Tijd
geboekt, dit had bij programma Welzijn en Zorg effect participatie jeugd moeten zijn.
• product schoolzwemmen 40.000 meer inzet zwemleerkrachten doorberekend aan BSO
• Subsidieplaatsen 2004: 1.088.812 inkomsten centrale stad uitvoering uitbreiding kinderopvang
(RUK gelden)
Portefeuillehouder: Antoinette Tanja
Ambtelijk opdrachtgever: Ron Stokvis
45

Economie en werk
1. Welke maatschappelijke effecten wil de raad bereiken?
Beoogd effect Kwal. doelstellingen Kwant. doelstellingen Activiteiten
Sterke economische
structuur.
Betere aansluiting
tussen vraag en aanbod
op de arbeidsmarkt.
1.Het vergroten van het
aanbod woon- en
werkruimten.
2. Het behoud en
uitbreiding van
bestaande
bedrijfsruimten.
3. Het behoud en de
verbetering van de
bereikbaarheid winkels
en bedrijven.
4. Het verbeteren van
het functioneren van
winkelgebieden en de
markt;
5. Het verhogen van de
veiligheid in
winkelgebieden.
6. Aandacht voor
(startende)
ondernemers;
7. Verbeteren van de
dienstverlening aan
ondernemers.
8. Het vergroten van
vestigings-
mogelijkheden horeca.
1. Verbetering
afstemming tussen
vraag en aanbod.
2. Het bevorderen van
de instroom/doorstroom
naar regulier werk;
3. Het bevorderen van
de werkgelegenheid
(aantal arbeidsplaatsen
in het stadsdeel).
2. Wat heeft de raad gedaan om dit te realiseren?
46
a. Het onderhouden van
bedrijfscontacten;
b. Het verstrekken van
subsidies Economische
Zaken;
c. Het opstellen en
implementeren van
economisch beleid;
d. Het initialiseren en
realiseren van projecten
Economische Zaken;
e. Het stimuleren van
het economisch klimaat.
a. Het stimuleren van
de werkgelegenheid;
b. Het opstellen en
implementeren van
beleid op het gebied
van werkgelegenheid.
Het onderhouden van bedrijfscontacten
Vertegenwoordigers uit de raad hebben begin 2004 gesproken met vertegenwoordigers van de
ondernemers langs de Linnaeusstraat-Middenweg.
Hoe waardevol de winkelstraatmanager in de Dapperbuurt, de Linnaeusstraat-Middenweg of de
Transvaalbuurt kan zijn is in 2004 o.a. gebleken bij de eerste fase van de herprofilering van de
Dappermarkt. Ondernemers wisten het stadsdeel via ‘hun’ winkelstraatmanager goed te vinden.
Het digitaal ondernemersloket is een nieuw communicatiemiddel tussen stadsdeel en ondernemers.
Het ondernemersloket geeft informatie en maakt het mogelijk diverse producten, waaronder
vergunningen, 24 uur per dag aan te vragen.
Het concept van het ondernemersloket, inclusief de teksten en producten die het stadsdeel hiervoor
heeft gemaakt, vindt navolging in de stad. Het stadsdeel heeft hierin dus een voortrekkersrol gehad.
Binnen enkele jaren zullen in veel stadsdelen ondernemersloketten operationeel zijn.

In 2004 is het ondernemershuis Groot-Oost officieel van start gegaan. Er namen 887 personen deel
aan informatieve bijeenkomsten/cursussen; er werden 87 arbeidsplaatsen gecreëerd, 27 startende
ondernemingen konden worden genoteerd en er werden 10 wervingscampagnes gehouden.
Het verstrekken van subsidies Economische zaken
In 2004 zijn 4 subsidies verstrekt voor verbeteren van de veiligheid en compensatie van schade door
renovatie (funderingsherstel). In stedelijke vernieuwingsgebieden is gesproken met een groot aantal
ondernemingen die door die stedelijke vernieuwing in het nauw komen. Zij zullen, zodra er
daadwerkelijk wordt begonnen met de uitvoering van een project, aanspraak maken op de
beschikbare subsidies (in februari 2005 al 2 maal). De ervaring leert dat subsidies voor Economische
zaken een krachtig middel kan zijn om ondernemers mee te krijgen in ontwikkelingen en zo de
leefbaarheid te waarborgen. Een langlopende zaak over een onterechte aanspraak op subsidiegeld is
in 2004 in het voordeel van het stadsdeel beslecht.
Het opstellen en implementeren van economisch beleid
De RES (ruimtelijk economische structuur) van het stadsdeel is vastgesteld en geeft aan waar welke
economische ontwikkelingen door het stadsdeel gewenst zijn. De RES is in 2004 doorvertaald in
diverse ruimtelijke projecten en in concept bestemmingsplannen voor de Transvaalbuurt en
Dapperbuurt. Daarmee wordt bijvoorbeeld het vergroten van het aanbod woon- en werkruimten en het
aandeel bedrijfsruimten mogelijk in daartoe in de RES aangewezen gebieden.
Het actieplan kleinschalige bedrijfsruimten is in 2004 niet ter besluitvorming aan de raad aangeboden,
er is voorrang gegeven aan concrete initiatieven. Zo is in het kader van de gebiedgerichte aanpak
voor de Oosterparkbuurt en Dapperbuurt de ontwikkeling van kleinschalige bedrijfsruimten in
voorbereiding genomen.
Voor de Dapperbuurt is in het kader van het Strategisch ontwikkelingsplan een brancheplan
vastgesteld. Doelstelling is het versterken van de aantrekkelijkheid en levensvatbaarheid van de
Dapperbuurt als winkelgebied voor de buurt, het stadsdeel en de stad.
In 2004 heeft het stadsdeel energie gestoken in het behoud van het Ondernemerscentrum
Watergraafsmeer. Dat is door gezamenlijke inspanning van alle betrokkenen gelukt.
In 2004 is een start gemaakt met horecabeleid, dat ondernemers inzicht verschaft in de
ontwikkelingmogelijkheden en oog heeft voor overlast in de buurt.
Het initialiseren en realiseren van projecten Economische Zaken
Bestaande projecten zoals ‘Werk aan de Winkel’ en het ‘Strategisch Ontwikkelingsplan koopcentrum
Dapperbuurt’ zijn voortgezet. In het kader van Werk aan de Winkel is de vernieuwing van een luifel
langs een deel van de Linnaeusstraat voorbereid. De ondernemers, de centrale stad en het stadsdeel
zullen bijdragen in de realisatie. Het beheer komt te liggen bij de ondernemers.
Er zijn in 2004 geen nieuwe economische projecten opgestart. Wel is de economische pijler van het
Grotestedenbeleid geconcretiseerd met economische initiatieven in de Oosterparkbuurt,
Transvaalbuurt en Dapperbuurt.
Het stimuleren van economisch klimaat
Het ondernemershuis lijkt een groot succes te gaan worden. In het eerste jaar heeft het
ondernemershuis ruimschoots voldaan aan de doelstellingen. Er zijn meer potentiële ondernemers
begeleid dan voorzien en er zijn meer ondernemingen van gestart gegaan. Ook bestaande
ondernemers en ondernemers die zoeken naar opvolgers weten het ondernemershuis te vinden.
Tevredenstellend is het aandeel niet werkenden / economisch inactieven dat gebruik maakt van het
ondernemershuis.
Aandachtspunt is de financiering. Van de circa 420.000 die het stadsdeel tot en met 2006 moet
bijdragen is tot nu toe 211.500 in de begroting van 2004 en 2005 opgenomen, voor de begroting van
2006 rest 208.500.
Stimuleren van de werkgelegenheid
Het arbeidsmarktplatform dat was voorzien is voorlopig (nog) niet van de grond gekomen, door
onvoldoende draagvlak bij de betrokken partijen. Projecten met een werkgelegenheidscomponent,
zoals ‘Pluspunt Wibaut’, ‘Meerbeheer’ en ‘Parkwachten’ zijn in 2004 voortgezet. De doelmatigheid van
deze projecten is in het kader van de voorjaarsnota 2005 beschouwd.
47

Het opstellen en implementeren van beleid op het gebied van werkgelegenheid
In 2004 heeft het accent gelegen op de uitvoering van projecten waarmee werkgelegenheidsbeleid
wordt geëffectueerd. Er wordt geconstateerd dat subsidievoorwaarden en subsidiestromen sterk in
ontwikkeling zijn. Dat kan betekenen dat projecten die nu als doelmatig en succesvol worden
gewaardeerd verouderen of onbetaalbaar worden. In 2005 krijgt dit extra aandacht.
2. Wat heeft het gekost?
Programma Economie & werk Begroting Realisatie Verschil
Uitgaven
48
2004 2004 2004
Sterke economische structuur 1.478.787 1.317.461 161.325
Aansl. vraag/ aanbod op arbeidsmarkt 404.017 363.919 40.098
Totaal Uitgaven 1.882.804 1.681.380 201.424
Inkomsten
Sterke economische structuur 0 -595.159 595.159
Aansl. vraag/ aanbod op arbeidsmarkt 0 0 0
Totaal Inkomsten 0 -595.159 595.159
Totaal Economie & werk 1.882.804 1.086.221 796.582
Sterke economische structuur
Uitgaven (voordeel 161.325)
• De uitgaven voor startersondersteuning waren 444.526 hoger dan begroot (echter zowel de
inkomsten als de uitgaven waren niet geraamd). Het betreft de kosten van het Ondernemershuis.
• Een aantal meerjarige projecten is nog in uitvoering, hetgeen resulteert in een onderschrijding van
702.895. Het betreft o.a. SOP, modernisering vastgoed Linnaeusstraat en Werk aan de Winkel.
en de verhuizing van kringloopwinkel De Lokatie.
• Verder zijn er door andere capaciteitsinzet verschillen opgetreden in de kostenverdeling van in
totaal ± 90.000.
Inkomsten (voordeel 595.159)
• De inkomsten voor startersondersteuning van 444.526 waren niet begroot; het betreft de externe
bijdragen van Zeeburg, Centrale Stad e.d. t.b.v. het Ondernemershuis;
• Verder waren er diverse opbrengsten van ± 150.000 die niet waren begroot.
Aansluiting vraag/aanbod op arbeidsmarkt
Uitgaven (voordeel 40.098)
• De verschillen worden verklaard door verschuivingen binnen de kostenverdeelstaat. In het
algemeen kan gezegd worden dat er als gevolg van de vermindering van de subsidies en het
afnemend aantal projecten minder capaciteit hiervoor benodigd was. De inzet is gepleegd op
algemene(re) zaken en het Ondernemershuis.
Portefeuillehouder: Germaine Princen
Ambtelijk opdrachtgever: Ellen Nieuweboer

Ruimtelijk beheer
1. Welke maatschappelijke effecten wil de raad bereiken?
Beoogd effect Kwalitatieve doelstellingen Activiteiten
Een leefbare,
en daarom voor het
gewenste gebruik
voldoende ‘Hele’ en
‘Veilige’ ruimte.
Een leefbare en daarom
voor het gewenste gebruik
voldoende ‘Schone’ ruimte.
Een leefbare en daarom
voor het gewenste gebruik
voldoende ‘Goed gebruikte’
ruimte en gebouwde
omgeving.
Het programmeren van het
beheer op basis van
technische noodzaak én
beleving;
Het wegwerken van
achterstallig onderhoud aan
wegen, groen, water.
Het programmeren van het
beheer op basis van
technische noodzaak én
beleving;
Het scheiden van
afvalstromen;
Vermindering van het
zwerfvuil;
Het beperken van de stijging
van afvalstoffenheffing;
Het terugdringen van
wildplakken en graffiti.
Het programmeren van het
beheer op basis van
technische noodzaak èn
beleving;
Het optimaal gebruiken van
de ruimte met prioriteit voor
voetgangers, fietsers, groen,
openbaar vervoer, spelende
kinderen en recreatie;
Het verminderen van
beperkingen van het gebruik
van de ruimte door onjuist
gebruik met extra aandacht
voor:
1. vermindering van
beperkingen van het
gebruik van de ruimte
door het uitvoeren
van werkzaamheden;
2. vermindering van
beperkingen van het
gebruik van de ruimte
door het autoverkeer.
49
Het onderhouden (in de zin van
‘heel’ en ‘veilig’ maken en
houden) van de openbare
ruimte.
Het onderhouden (in de zin van
‘schoon’ maken en houden) van
de openbare ruimte.
Het inzamelen van afval.
Het optreden tegen vervuiling
van de openbare ruimte door
middel van handhaving.
Het behandelen van verzoeken
en het verlenen van
vergunningen om een juist
gebruik van de openbare ruimte
te waarborgen.
Het beheren, registreren en
onderhouden van erfpachten,
gebouwen en eigen bezit.
Het handhaven van de regels
m.b.t. de openbare ruimte en
de gebouwde omgeving, zoals
die in regelgeving en
vergunningen zijn neergelegd.

2. Wat heeft de raad gedaan om dit te realiseren?
Algemeen
Het systeem voor het vaststellen van de indicatoren voor “heel”, “schoon”, “veilig” en “goed gebruikt”
is in 2004 niet afgerond. Het raamwerk voor de indicatoren en het handboek beheer openbare ruimte
zijn wel af, maar moeten nog met cijfers (kengetallen en areaalgegevens gevuld).
In 2004 is Stadsdeelwerken sinds 1 maart bereikbaar op 1 telefoonnummer voor alle meldingen.
Leefbare, hele en veilige (openbare) ruimte
SGOP: 5 jaar werken aan achterstallig onderhoud heeft het volgende opgeleverd:
De kwaliteit van de verhardingen is verbeterd van 12% goed naar 38% goed. Het aandeel matig is van
38% naar 34% gegaan en het aandeel slecht van 33% naar 27% . Nog steeds is ruim een vierde deel
van de verharding in onvoldoende tot slechte staat. In de komende jaren moet hier extra worden
geschouwd in verband met aansprakelijkheid.
Voor wegverhardingen is landelijk een kwaliteitsnorm bekend en bij de meeste gemeenten in gebruik.
Hoewel dit weliswaar niet formeel is vastgesteld werken wij met normen van het Nationale
Kenniscentrum voor Verkeer, Vervoer en Infrastructuur. Deze normen zijn bekend als de CROW
normen. In het door de afdeling DBOR gebruikte rationele wegbeheersysteem vindt een afweging
plaats op basis van deze normen en ingevoerde inspectie (kwaliteit)gegevens van wegen, voet – en
fietspaden.
Uitgaven betreffen vooral aannemerskosten, wegenmateriaal en onderhoud en advies;
Voor de beschikbare gelden is in 2004 onderhoud verricht aan asfalt en straatwerk.
Daarnaast zijn de markeringen opgefrist welke bestaan uit thermoplastisch materieel of uit
schilderwerk.
Voor bruggen is in 2004 een groot gedeelte aan onderhoud verricht. De inventarisatie door DIVV is
bijna compleet en bruikbaar voor verdere planvorming en programmering. In 2004 hebben enige voor
het baggeren noodzakelijke voorbereidende maatregelen plaatsgevonden bestaande uit het
begaanbaar maken van de omgeving van de sloten en het meten van de slootdiepte evenals het
bepalen van de hoeveelheid te baggeren materiaal. In 2005 zal het uiteindelijke baggeren gaan
plaatsvinden.
Aan de hand van die inspecties bomen gesnoeid, verzorgd (ca. 4000 stuks) en vervangen (ca. 180
stuks). Kwaliteit (= veiligheid) van bomenbestand is daardoor verbeterd. Wel neemt op grond van een
recente inventarisatie het achterstallig onderhoud toe; er zijn heel wat straten waarin bomen
vervangen moeten worden.
Leefbare en schone (openbare) ruimte.
In 2004 zijn de buurten Transvaal en Weesperzijdestrook voorzien van het O.A.I.S.. Per
1 januari 2004 is er gestopt met het inzamelen van gft. Een onderzoek naar gebruik en waardering
van de afvalinzameling is uitgevoerd in het kader van de verbetering van de scheiding van
afvalstromen. Er is verder gewerkt aan het intensiveren van de stedelijke samenwerking op het gebied
van afvalinzameling.
Sinds de openstelling van het afvalpunt wordt het grofvuil afkomstig uit het stadsdeel overgeslagen op
het afvalpunt. Sinds 1 januari 2005 zijn de bezoektijden voor het afvalpunt gewijzigd. Vooral de
openstelling op zaterdag is flink uitgebreid.
In 2004 zijn de twee voormalige veegdiensten over gegaan in één veegdienst. Er is gestart om op
buurt niveau te gaan werken. Uitgangspunt hierbij was tot een efficiëntere werkwijze te komen door de
veegdienst af te stemmen op de inzameldienst.
Op de Dappermarkt zijn er een aantal metingen in 2004 gedaan naar de verhouding van marktafval en
bedrijfsafval, welke geleid hebben tot een iets andere verdeling voor het afvalstoffentarief.
50

Goed gebruikte en gebouwde leefomgeving
(Het verlenen van vergunningen en de daarbij behorende handhaving)
Gebouwde omgeving
Zoals aangekondigd zijn in 2004 meer en intensieve eindcontroles gehouden in het kader van de
inhaalslag gebruiksvergunningen.
Openbare ruimte
Met de reorganisatie van Stadsdeelwerken is de beschikbare formatie voor handhaving en vergunning
uitgebreid tot het niveau waarop adequate handhaving mogelijk is. De werktijden zijn in 2004 iets
uitgebreid. De bereikbaarheid is verbeterd. Er zijn acties gedaan t.a.v. fietswrakken, autowrakken, etc.
Veel inzet op de Dappermarkt i.v.m. de herprofilering. Op verzoek van bewoners zijn er twee acties
geweest op het gebied van hondenpoep en het aanlijngebod. Dit heeft slechts matig effect gehad
(voor vervolging is nu eenmaal heterdaad noodzakelijk).
In 2004 is de laatste van 8 geplande wildplakzuilen feestelijk geopend. Hiermee wordt voldaan aan de
plicht om bij verwijdering van wildplak toch gelegenheid te bieden tot vrije meningsuiting. Zonder deze
gelegenheid kan een wildplakker niet worden vervolgd.
Het budget voor verwijdering wildplak en graffiti bedroeg de helft van dat in 2003. Dit maakte het
periodiek schoonmaken van objecten volgens contract in 2004 nog beperkt mogelijk, maar voor het
uitvoeren van een gerichte handhavingsactie in combinatie met schoonmaken waren geen middelen
beschikbaar.
Rond Koninginnedag 2004 heeft het stadsdeel in samenwerking met de Ondernemersvereniging
Frankendael succesvol actie gevoerd om het gebruik van plakband voor het afzetten van
stoepgedeelten tegen te gaan en zonodig te beboeten.
350
300
250
200
150
100
50
0
(geregistreerde) inzet Milieupolitie 1 januari 2004 tot 1 december 2004
Meldingen totaal: 2108
Amsteldorp Betondorp Dapperbuurt De Omval Don Bosco
Frankendael Jeruzalem Julianapark Middenmeer Oosterpark
Polderweg Transvaal V.d. Kunbuurt Weesperzijde Wtcw
51

Geregistreerde verstrekte vergunningen van 1 januari 2004 tot 31 december 2004.
Totaal: 1346
1000
900
800
700
600
500
400
300
200
100
0
3. Wat heeft het gekost?
!
1
52
invalideparkeerplaatsen
kapvergunningen
uitstalling winkel
uitstalling reclamebord
oliebollenkraam
kerstbomen
OTO-ins
OTO-jaar
OTO-klt
OTO
Programma Ruimtelijk Beheer Begroting Realisatie Verschil
Uitgaven
2004 2004 2004
Leefb., goed gebr. en gebouwde omg. 6.369.223 5.931.156 438.067
Leefbare en schone ruimte 14.203.189 14.357.261 -154.073
Leefbare, hele en veilige ruimte 10.686.642 12.685.049 -1.998.407
Totaal Uitgaven 31.259.053 32.973.466 -1.714.413
Inkomsten
Leefb., goed gebr. en gebouwde omg. -5.358.337 -6.217.230 858.894
Leefbare en schone ruimte -10.711.452 -9.594.173 -1.117.280
Leefbare, hele en veilige ruimte -1.778.296 -4.687.248 2.908.952
Totaal Inkomsten -17.848.085 -20.498.651 2.650.566
Totaal Ruimtelijk Beheer 13.410.968 12.474.815 936.153
Algemeen
Per saldo geeft het programma een positief saldo. Per effect zijn de verschillen in de jaarrekening met
de begroting wel groter. In bovenstaande bedragen zijn bij effect “leefbaar, heel en veilig” ook enkele
(ontwikkel)projecten opgenomen. Deze worden gespecificeerd in de projectoverzichten in het
bijlagenboek vanaf bladzijde 51. De lasten en baten van projecten die uit fondsen worden gedekt (ISV,
Parkeerfonds, etc.) zijn bij het opstellen van de toelichtingen van de financiële afwijkingen buiten
beschouwing gelaten, omdat deze niet van invloed zijn op het rekeningsaldo (zie paragraaf 2.3 van de

algemene inleiding). Na correctie voor deze bestedingen uit fondsen resteert een nadelig resultaat op
dit programma van 914.000.
Leefbare goed gebruikte en gebouwde omgeving
• Minder uren gemaakt bij het verlenen van bouwbeschikkingen (vacature) en aanschrijvingen
(efficiëntere werkwijze): 200.000
• Meer uitgaven juridisch werk monumenten en splitsingsvergunningen: 95.000
• Op een aantal producten handhaving en vergunningen (van gebouwde omgeving) zijn kosten
(voornamelijk uren) anders geboekt dan begroot: per saldo 90.000 minder uitgegeven dan
begroot, wat wordt veroorzaakt door niet vervulde vacatures.
• Inkomsten uit huur en erfpacht zijn hoger dan geraamd 380.000
• Legesopbrengst vergunningen en bouwbeschikkingen (meer aanvragen dan verwacht). Hoewel
de verwachting was dat door wijziging wetgeving minder bouwaanvragen zouden worden
ingediend bleek het tegenovergestelde. Uiteraard zijn ook meer kosten gemaakt (voornamelijk
uren). Per saldo een voordeel 300.000.
• Een betwiste vordering inzake trambaan Oosterpark uit 1998 ad 45.000 moest helaas
ingetrokken worden en leverde een nadeel op.
• Kosten gemaakt voor realisering Goed gebruik zijn geboekt bij programma mobiliteit.
• Daarnaast zijn er minder uren gerealiseerd dan begroot bij handhaving en vergunning openbare
ruimte (o.a. milieuagenten) omdat daar vacatures openstonden en relatief veel ziekte was.
Leefbare en schone ruimte
• De inkomsten uit de afvalstoffenheffing zijn 1.100.000 lager dan begroot. De reden hiervan is
dat in 2004 een niet-voorziene teruggave aan Nuon (verrekening alleenstaanden) van 661.000
heeft plaatsgevonden. Dit komt door de overgang van Nuon naar de belastingdienst die in 2004
heeft plaatsgevonden. Het overige verschil ( 400.000) wordt veroorzaakt door het flinke verschil
tussen de niet-ontvangen heffingen door kwijtschelding ( 1.100.000) en de aanvulling die jaarlijks
– maar een jaar later – ontvangen wordt (over 2003 700.000). Dit verschil zal in 2005 weer tot
meer inkomsten dan begroot leiden.
• De inkomsten uit bedrijfscontracten zijn hoger dan geraamd (meer contracten afgesloten), de
inkomsten reinigingsrecht lager dan geraamd. Dit laatste komt deels door meer bedrijfscontracten,
deels door een grotere leegstand en hoger bedrag oninbaar dan aangenomen. Dat is weer het
gevolg van overgang Nuon-Belastingdienst.
• De uitgaven zijn ca 150.000 hoger dan begroot (1 %). Dit komt door meer uitgaven bij
veegdienst ( 60.000) veroorzaakt door hogere stortkosten dan geraamd (er is meer vuil
opgeveegd dan verwacht) en hogere uitgaven bij bedrijfsvuil- en huisvuilinzameling (idem: meer
opgehaald dan geraamd). Het gaat om kleine verschillen ten opzichte van de omgezette
bedragen.
Leefbare, hele en veilige ruimte
• Op dit effect worden onder meer de kosten en opbrengsten van werken voor derden
(opbrekingen) verantwoord. Deze activiteit sluit met een nadelig saldo van 622.000 als gevolg
van het achterblijven van het aantal opbrekingen en door het toenemend aantal bedrijven dat bij
afrekening financiële problemen blijkt te hebben waardoor inning van de gelden (deels) onmogelijk
wordt.
Portefeuillehouder: Peter Sertons, Germaine Princen
Ambtelijk opdrachtgever: Paul Kleyn
53

Ruimtelijke Ontwikkeling
1. Welke maatschappelijke effecten wil de raad bereiken?
Beoogd effect Kwal. Doelstelling Kwant. Doelstelling Activiteiten
Samenhang in
diversiteit, intensiviteit,
duurzaamheid en
leefbaarheid in
ruimtelijke
ontwikkelingen.
1. Het mengen van
wonen, bedrijvigheid,
kwetsbare functies,
onderwijs en andere
voorzieningen.
2. Het versterken van
diversiteit en ruimtelijke
verscheidenheid.
3. Intensiever en
gevarieerder gebruik
van de ruimte.
4. Het versterken van
de ruimtelijke identiteit.
5. Het werken aan een
veilige, gezonde en
leefbare leefomgeving.
2. Wat heeft de raad gedaan om dit te realiseren?
54
Het integraal afwegen
van de noodzakelijke
ruimte voor cultuur,
recreatie, sport,
mobiliteit & vervoer,
wonen, economie, zorg,
welzijn & onderwijs en
water & groen.
a. Het opstellen en
implementeren van
ruimtelijk beleid dat de
kaders vormt voor
ruimtelijke
ontwikkelingen;
b. Het opstellen van
plannen zoals
beschreven in het
Plaberum 2003;
c. Het actualiseren en
opstellen van
bestemmingsplannen;
d. Het opstellen,
begeleiden en uitvoeren
van plannen voor de
openbare ruimte;
e. Het begeleiden en
uitvoeren van ruimtelijke
projecten;
f. Het opstellen van
beleid m.b.t. het beheer;
g. Het stimuleren en
coördineren van het
milieubeleid.
Opstellen en implementeren van ruimtelijk beleid dat de kaders vormt voor ruimtelijke ontwikkeling
In 2004 heeft de raad de RES vastgesteld. De RES beschrijft de gewenste economische structuur van
het stadsdeel en de gewenste menging en concentratie van bedrijvigheid en in relatie tot andere
functies zoals wonen.
De welstandsnota die in 2004 is vastgesteld biedt het kader voor de welstandscommissie om
bouwprojecten te toetsen op aspecten van welstand. De ervaringen met de welstandsnota in het
eerste half jaar na vaststelling geven aanleiding om te komen tot een aanscherping en nuancering. De
gekozen systematiek, die aansluit op de kadernota van de gemeente Amsterdam en de eveneens in
2004 vastgestelde ordekaarten - en die verschillende ambitieniveaus kent - blijkt goed te werken.
Implementeren van ruimtelijk beleid gebeurt veelal in ruimtelijke projecten van het stadsdeel (zie
hierna). Maar er liggen ook kansen in projecten van de centrale stad, zoals het Sciencepark
(grootstedelijk) en Overamstel (E-locatie). In 2004 is voor deze twee locaties actief deelgenomen in
gezamenlijk onderzoek en zijn inhoudelijke bijdragen aan zgn. plaberurmproducten geleverd.
Ook met het bestrijden van de aanwijzing tot grootstedelijk gebied van sportvelden in Middenmeer,
wordt invulling gegeven aan de kwantitatieve doelstellingen: versterken van diversiteit, gevarieerder
ruimtegebruik en versterken van ruimtelijke identiteit.
Christiaan Huygensplein: met het maken van een programma van eisen en beeldkwaliteitsplan is eind
2004 gestart.
Grondwateroverlastbestrijding
Nieuwe wetgeving op het gebied van grondwaterbeleid is tegen de verwachting in nog niet tot stand
gekomen in 2004.Het stadsdeel volgt de ontwikkelingen, maar verwacht dat deze geen veranderingen
voor de Amsterdamse praktijk zullen hebben, waarin DWR de grondwaterzorg heeft. Nieuw in 2004

zijn de projecten Schollenbrugstraat en Linnaeusparkweg. Ze worden in nauwe samenwerking met de
dienst Water en Riolering (DWR) uitgevoerd. Het Linnaeusparkweg project is in 2004 afgerond.
Project Grensstraat – Burmanstraat is in een afrondende fase. Project Middengebied Don Bosco is
voortgezet.
Het actualiseren en opstellen van bestemmingsplannen
In 2003 heeft de VROM-inspectie geconstateerd dat het stadsdeel te veel verouderde
bestemmingsplannen heeft en heeft het stadsdeel verzocht in een plan van aanpak aan te geven hoe
deze achterstand weggewerkt zal worden.
Kern van de aanpak zou het combineren van bestaande bestemmingsplannen en het zoeken naar
een concrete aanleiding voor vernieuwing, zoals de ontwikkelen van projecten, kunnen zijn.
In 2004 is dit ook gebeurd: alleen bestemmingsplannen in ISV-gebieden die meegenomen konden
worden in projecten zijn opgepakt. Voor verouderde plannen waar dat niet van toepassing was is dat
dus niet mogelijk (geweest).
In 2004 is het bestemmingsplan voor het Polderweggebied vastgesteld.
Er zijn bestemmingsplannen voor Amstelstation en omgeving, de Parooldriehoek, de Transvaalbuurt,
de Dapperbuurt en de Oosterparkbuurt in voorbereiding genomen. Deze zullen in 2005 ter vaststelling
aan de raad worden voorgelegd. Met deze bestemmingsplannen beschikt het gebiedsdeel Oost in de
nabije toekomst over een geactualiseerd ruimtelijk juridisch kader; voor de Watergraafsmeer ligt er
een grote opgave tot 2008.
Voorts is in 2004 een voorbereidingsbesluit genomen voor de Amsteloever. Doelstelling is het
gelijkschakelen, aanscherpen en verbeteren van de handhaafbaarheid van het woonschepenbeleid
van het stadsdeel en het juridisch verankeren daarvan.
Opstellen, begeleiden en uitvoeren van plannen in de openbare ruimte
Linnaeusstraat Noord: In 2004 heeft de besteksvoorbereiding plaats gevonden. Aanvankelijk was het
de bedoeling op 20 september dit werk in uitvoering te nemen. De WWU ging echter niet akkoord met
de voorgestelde fasering. Het laatste kwartaal is dan ook besteed aan veel overleg om deze te
wijzigen. Geplande start is nu 28 mei. 2005.
Middenweg: t.h.v. Ajax-wijk en Betondorp. In overleg met DIVV, GVB, en klankbordgroep
(bewonersvertegenwoordiging) is het ontwerp gemaakt en uitgebreid met de kruising Veeteeltstraat.
De technische voorbereiding loopt nog door in 2005. De start uitvoering staat gepland voor september
2005.
Middenweg tussen A10 en Jennerstraat. In overleg met GVB, DIVV is onderzocht hoe AVOC locaties,
black spots op kruisingen en wegvakken opgelost kunnen worden. Tevens wordt bezien wat
subsidieabel is bij het ROA en/of DIVV.
Pleinenplan: de herprofilering van het Kastanjeplein en de omliggende straten is afgerond met een
feestelijke opening eind 2003, administratieve afronding 2004. De aanpak van de om de pleinen
liggende panden vordert ook. Voor het Iepenplein is gestart met het zoeken van alternatieven voor de
parkeerplekken.
Dapperstraat: door complexe en intensieve communicatie met belanghebbenden zijn tot in juli 2004
wijzigingen in het ontwerp doorgevoerd. In september 2004 is de 1 ste fase van de werkzaamheden
begonnen en is de markt verplaatst naar de Eerste van Swindenstraat. Het is gelukt de eerste fase
binnen tijd en budget af te ronden op de afgesproken datum van 6 december 2004. Medio januari
2005 start de tweede fase.
Boerhaaveplein: In de tweede helft van 2004 heeft het stadsdeel een plan van aanpak gemaakt. Begin
2005 volgt de communicatie met de buurt. Medio 2005 worden de aanpassingen uitgevoerd.
Leeuwenhoekstraat: is een autovrij straatje en zal zodanig hoogwaardig worden ingericht. De
voorbereiding is in 2004 gestart. Start uitvoering maaiveld is april 2005.
55

Weesperzijde tussen Torontobrug en Schollenbrug: in 2004 is er een (concept)visie ontwikkeld op de
gewenste inrichting, welke in 2005 de inspraak ingaat en door de stadsdeelraad kan worden
vastgesteld. De Visie op herinrichting van de Weesperzijde gaat uit van het realiseren van meer zicht
op de Amstel. Ook werd gestart met de uitwerking van een aantal projecten.
Weesperzijde tussen Schollenbrug en Omval: In 2004 zijn ontwerp en inspraaktraject afgerond en is
het plan is vastgesteld. Werkzaamheden voor het dak van het roeicentrum zijn uitgevoerd. van het De
herprofilering zelf zal vanaf februari 2005 plaatsvinden.
Groenprojecten.
Park Frankendael fase 3: In de eerste helft van 2004 is veel tijd besteed om de discussies binnen de
Begeleidingsgroep over diverse onderdelen van het in 1998 vastgestelde ontwerp tot een goed eind
te brengen. Dit heeft op 5 juli geresulteerd in een raadsbesluit, dat een nadere uitwerking is van het
besluit uit 1998. Daarna is de voorbereiding begonnen van de diverse onderdelen van het park, zoals
het maken van een ontwerp voor een nieuw scoutinggebouw en de aanvraag voor een
bouwvergunning, de engineering van een toegangsbrug en –poort aan de Nobelweg en de invulling
van een natuur- en milieu-educatie centrum.
Binnentuin achter het stadsdeelkantoor: is uitgevoerd.
Jan Bernardusstraat: aanplant straatbomen. Voorstel straatbomen is in de buurt uitgezet. Geplande
aanplant: huidig plantseizoen.
Het begeleiden en uitvoeren van ruimtelijke projecten, waaronder het opstellen van plannen zoals
beschreven in het Plaberum 2003
Er is in 2004 een groot aantal zeer diverse projecten uitgevoerd.
Projecten variëren in fysieke omvang: van het begeleiden van een renovatieproject zoals de Tweede
van Swindenstraat tot het begeleiden van een project als De Eenhoorn of de stedelijke vernieuwing
van de Oosterparkbuurt. Of ze variëren in inhoudelijke complexiteit: van project Glauberweg (realisatie
30 wibo’s en een sociaal maatschappelijk dienstencentrum) tot het project Polderweg (saneren
midden in een stedelijke omgeving en herontwikkelen tot een gebied met zeer diverse functies).
Andere projecten kenmerkten zich weer door hun maatschappelijke gevoeligheid, zoals het
Sparrendak - dat tussentijds werd stilgelegd - College de Meer, waar sprake was van twee
burgerinitiatieven en het project Amstelcampus, dat met georganiseerde belangengroepen te maken
kreeg.
Alle projecten hebben voor de planvorming en realisatie samengewerkt met externe partijen, zoals
van particuliere eigenaren die hun huis dienen te renoveren, corporaties of ontwikkelaars die een deel
van de planontwikkeling ter hand zullen nemen, en de centrale stad, diensten het stadsdeel van
adviezen voorzien en de gemeenteraad die goedkeuring dient te geven aan financieel omvangrijke
projecten.
In 2004 bleek de recessie nog steeds van invloed op ruimtelijke ontwikkelingen, op keuzes die het
stadsdeel en haar externe partners hebben gemaakt, en daarmee ook op de voortgang van
stadsdeelprojecten. Het verkrijgen óf beschikbaar stellen van financiële middelen was vaak een
moeizaam (of langdurig) proces. Het stadsdeel heeft daarom veel geïnvesteerd in het onderhandelen
met en overtuigen van externe partners, om zo zo veel mogelijk programmadoelstellingen te kunnen
realiseren.
De centraalstedelijke besluitvorming voor diverse grote projecten duurde daardoor in een aantal
gevallen aanmerkelijk langer dan voorzien. De centrale stad had aangegeven niet langer meer
akkoord te gaan met grondexploitaties met een negatief saldo. Voor het Middengebied Don Bosco
betekende dat dat het programma aangepast diende te worden. Het project Amstelcampus week af
van het gebruikelijke financiële beleid. Centraalstedelijke besluitvorming over de NvU vond daardoor
later plaats, hetgeen een vertraging voor de vaststelling van het SPVE heeft betekend. Over de
grondexploitatie van het project Parooldriehoek wordt nog steeds onderhandeld. In afwachting
daarvan is de artikel 19-procedure uitgesteld.
56

Een en ander neemt overigens niet weg dat er een groot aantal planproducten zijn gerealiseerd en
vastgesteld, zoals de NVU Middengebied Don Bosco, het SPVE Van Koetsveldschool, het SPVE
Parooldriehoek en het SP Polderweg. Het SPVE Amstelcampus is in 2004 nog afgerond om begin
2005 het bestuurlijk besluitvormingstraject in te gaan. Voor Amstelstation e.o. is in 2004 in
samenwerking met een groep marktpartijen gewerkt aan het opstellen van het SP. De
werkzaamheden verlopen conform planning.
Ook corporaties bleken soms een weerbarstige partner. De projecten Camperstraat / Tilanusstraat en
Tweede van Swindenstraat hebben vertraging opgelopen omdat de betrokken corporaties geen
haalbare aanpak konden formuleren.
Voor het project Jeruzalem was de verwachting dat voor de zomer de inspraak en besluitvorming van
het Masterplan afgerond kon worden, zodat verder zou worden gewerkt aan het SPVE. Eind 2004 is
het project echter stil komen te liggen. De corporaties gaven aan de door hen te leveren investeringen
voortkomende uit het Masterplan onaanvaardbaar te vinden. Het daaraan voorafgaande Masterplan
was voor het DB niet acceptabel, omdat het onvoldoende garanties bood voor het realiseren van de
programmadoelstellingen.
Corporaties en stadsdeel beraden zich nog op de verdere voortgang.
In het project Eenhoorn daarentegen werd voortvarend samengewerkt met de corporatie en andere
marktpartijen. In november 2004 kon daar de eerste paal in de grond voor 324 studentenwoningen.
Dit deelproject was bovendien genomineerd voor de Nico Nijmijerpluim (voor tempo, haalbaarheid,
goede verhouding tijd/geld/kwaliteit).
In de buurtgerichte aanpakken, zoals Swammerdam, Transvaal Oost, Oosterpark Zuid en
Dapperbuurt Midden Zuid, is eveneens voortvarend te werk gegaan. Hoewel voor al deze aanpakken
gold dat het vaak een moeizaam of tijdrovend proces was om eigenaren op één lijn te krijgen of
medewerking van corporaties te verkrijgen zijn er mooie resultaten geboekt. Zo bleek in de
Swammerdambuurt het particulier opdrachtgeverschap werkelijk mogelijk, hebben corporaties zelf
aanvullende middelen vrijgemaakt en onderzoeken gefinancierd en stelde de centrale stad extra
subsidie beschikbaar. Bovendien bleken ook maatschappelijk gevoelige projecten, zoals de sloop van
een bouwblok toch door de omgeving geaccepteerd te worden. In Transvaal Oost verliep de uitvoering
van aanpak van panden op basis van splitsen en verkopen boven verwachting.
Voor de Transvaal buurt en Oosterparkbuurt Zuid zijn in 2003 de stedelijke venieuwingsplannen
opgesteld. In juni 2004 gaf de Gemeenteraad groen licht aan deze plannen en kende daarmee de
benodigde financiële middelen toe.
Daarna is de start gemaakt met het voorbereiden en uitvoeren van de plannen.
Met het ontwikkelen en vaststellen van plannen als Polderweg, Parooldriehoek en Amstelcampus
heeft het stadsdeel een belangrijke stap gezet in het intensiveren en varieren van het gebruik van
ruimte. Ook beogen deze plannen een menging van wonen en bedrijvigheid. Deze menging komt ook
terug in kleinere plannen zoals deelprojecten op de Weesperzijdestrook of Oosterparkbuurt Noord.
In alle projecten is gestreefd naar het realiseren van doelstellingen uit andere programma’s,
waaronder ‘Wonen’, bijvoorbeeld door veel nadruk te leggen op voldoende sociale woningbouw.
Bovendien hebben in vrijwel alle projecten bewoners en belanghebbenden invloed kunnen uitoefenen,
doordat er veel met klankbordgroepen is gewerkt.
Het opstellen van beleid met betrekking tot het beheer
OAIS: met de Transvaalbuurt en de Weesperzijdestrook is in 2004 de invoering van het ondergronds
afvalinzamelsysteem (OAIS) in de buurten van voormalig Oost afgerond. In 2005 moeten nog op een
gering aantal locaties in de Transvaalbuurt en de Weesperzijdestrook ondergrondse containers
geplaatst worden. In 2004 is de invoering voorbereid in de resterende buurten van de
Watergraafsmeer, te weten: Middenmeer, Don Bosco, Van der Kunbuurt/De Omval en Julianapark.
Verwacht wordt dat de invoering van het systeem in de genoemde buurten in 2006 wordt afgerond..
Bij de planning van toekomstige woningbouwprojecten, zoals in het Science Park Amsterdam, zal op
voorhand al rekening worden gehouden met het plaatsen van ondergrondse containers ten behoeve
van de inzameling van huishoudelijk afval.
57

Per 1 januari 2004 is volgens het voornemen gestopt met het project Schoon is heel gewoon, en
daarmee met de inzet van extra vegers in Transvaal. De invoering van OAIS sloot wegens vertraging
in de uitvoering daar niet onmiddellijk op aan. Ten tijde van de opening van de OAIS-containers is
extra voorlichting gegeven (naast ambtelijk ook door het MDSO en bewoners) om juist gebruik van het
systeem te stimuleren; daarbij is gebruik gemaakt van andere vormen dan gebruikelijk (er is onder
meer speciaal een videofilm voor gemaakt door jongeren uit het stadsdeel, welke is vertoond bij
diverse instellingen).
Reclame: de nota ‘Reclame en Uitstallingen 2003’ werd in 2004 na een jaar ervaring met de uitvoering
van de nieuwe richtlijnen geëvalueerd en zal op basis van deze evaluatie worden geactualiseerd en
daar waar nodig gewijzigd.
Vergunningenbeleid: in 2004 is ook de stadsdeelbrede nota ‘integraal handhaven’ voorbereid en werd
met gemeente Ouder-Amstel gesproken om tot betere werkafspraken te komen.
Het stimuleren en coördineren van milieubeleid.
Eind 2004 heeft de stadsdeelraad het Amsterdamse Milieubeleidsplan 2004-2006 met een
stadsdeeleigen paragraaf vastgesteld. Het Milieuprogramma 2005 is het eerste programma daarop
gebaseerd. Voor 2004 geldt het Milieuprogramma 2004, het laatste gebaseerd op het oude
Milieubeleidsplan 2001-2004 van Oost/Watergraafsmeer.
De uitvoering van het Milieuprogramma 2004 met de tien speerpunten en de wettelijke taken is
redelijk voorspoedig verlopen, de resultaten staan uitgebreid beschreven in het Milieuverslag 2004 dat
beschouwd kan worden als onderdeel van deze Jaarrekening. Ook bevat het milieuverslag een
financieel overzicht.
Wettelijke taken: een opmerkelijk resultaat uit 2004 is de vaststelling van de bodemkwaliteitskaart met
bijbehorend beheerplan. Deze maken grondverzet makkelijker.
Eind 2004 is het stadsdeel begonnen met de voorbereidingen voor een certificeerbaar en
bedrijfsintern milieuzorgsysteem.
Beleid Milieu: duurzaam bouwen krijgt in de planfaseproducten steeds meer aandacht. Het eerste
resultaat van realisering is de nieuw- en verbouw werf Rozenburglaan. Verder is voor het
Polderweggebied een marktscan uitgevoerd naar de ontwikkeling van warmte-koude opslag in de
bodem voor de geplande stadsdeelgebouwen. Dit systeem kan een zeer grote bijdrage leveren aan
energiebesparing en bijgevolg aan CO2 –reductie.
Voorjaar 2004 is er samen met MDSO een Groene Geveltuinendag georganiseerd met infomarkt. Ook
zijn toen ongeveer 60 nestkasten voor gierzwaluwen opgehangen. In die tijd is in de media veel
aandacht geweest voor natuur en milieubeleid in het stadsdeel.
Ambtenaren van het stadsdeel hebben deelgenomen aan cursussen ecologisch groenbeheer of
rijstijltrainingen gevolgd.
Het project Energie en communicatie is volgens plan verlopen. In de periode 2003 – 2004 hebben ca.
veertien groepen van voornamelijk migrantenvrouwen het EcoTeamprogramma doorlopen.
Moties
Motie 2003 Realisatie duurzame energie op stadsdeelgebouw. Begin 2005 wordt er een windmolen
geplaatst op de nieuwbouw van de werf met een bijdrage uit het milieubudget (70514 20.000).
Motie 2004 Onderzoek naar Road Energy Systems (warmte leverend asfalt) Rapportage in
raadscommissie 2005
Motie 2004 Beleidsparagraaf Milieu. In de begroting 2005 zijn waar mogelijk de doelstellingen uit het
milieuprogramma geïntegreerd.
58

3. Wat heeft het gekost?
Programma Ruimtelijke Ontwikkeling Begroting Realisatie Verschil
Uitgaven
59
2004 2004 2004
Samenhang ruimtelijke ontwikkelingen 15.930.930 20.450.814 -4.519.884
Totaal Uitgaven 15.930.930 20.450.814 -4.519.884
Inkomsten
Samenhang ruimtelijke ontwikkelingen -1.852.724 -12.130.664 10.277.940
Totaal Inkomsten -1.852.724 -12.130.664 10.277.940
Totaal Ruimtelijke Ontwikkeling 14.078.206 8.320.150 5.758.056
Onderstaand is een beschrijving van de relevante, substantiële afwijkingen binnen het programma en
geen verklaring van bovenstaande verschillen binnen de uitgaven en inkomsten.
Het positieve saldo van 5.758.056 geeft geen restanten weer, maar zijn onder meer bedragen die nog
niet tot besteding zijn gekomen, aangezien het om meerjarige projecten gaat.
In 2003 zijn 4 bestemmingsplannen in procedure genomen of verder ontwikkeld. De onderbesteding
van 88.277 op het betreffende product is het gevolg van het zo lang mogelijk temporiseren van het
opstarten van nieuwe plannen. Voor 2005 leek een tijd lang geen geld op de begroting te worden
opgenomen. Dat zou betekenen dat plannen die nieuw opgestart zouden worden (het opstellen en
vaststellen van een conserverend bestemmingsplan duurt, inclusief alle inspraak een jaar of langer)
niet zouden kunnen worden afgerond. Toen duidelijk was dat er ook voor 2005 middelen beschikbaar
kwamen, is het bestemmingsplan voor de omgeving van het project Amstelstation opgestart.
De resterende 88.277 worden naar 2005 meegenomen om de bestemmingsplannen Transvaalbuurt
en Dapperbuurt te kunnen afronden.
Het product “beleid welstand en monumenten” laat een overschrijding zien van 33.489 in de kosten
voor personele capaciteit. Deze kan worden verklaard door de (grotere) inspanning die het heeft
gekost om de welstandsnota op te stellen, en de energie die het vervolgens heeft gekost om er samen
met de welstandscommissie mee aan het werk te gaan.
De voorlopige conclusie na 8 maanden gebruik van de nota is dat de systematiek daarvan voldoet, dat
de leesbaarheid beter zou kunnen en dat enkele bijstellingen wenselijk zijn.
Gebiedsgerichte aanpakken
Voor al deze projecten is het dit jaar zeer moeilijk gebleken om voortgang te boeken in de aanpak.
Zo is het lastig gebleken diverse particuliere eigenaren op één lijn te krijgen en een gezamenlijke
aanpak tot stand te brengen. Daarnaast zijn corporaties niet altijd in staat gebleken hun projecten
conform planning te realiseren.
Gevolg hiervan is dat een groot deel van de begrote subsidiegelden niet zijn uitgekeerd
(Swammerdam: 123.188, Transvaal Oost 526.357; Weesperzijde Midden Zuid: 48.397;
Oosterparkbuurt Noord 85.980; Dapperbuurt Midden Zuid 282.382). Deze gelden zijn
overgeheveld naar 2005 voor díe projecten die verwachten in 2005 de geplande werkzaamheden te
kunnen subsidiëren. Daarnaast is voorgesteld overige subsidiegelden te heralloceren naar andere
projecten. Zo ligt er een voorstel om de 300.000 van Transvaal Oost te heralloceren naar projecten
als de Eenhoorn en de verplaatsing van de Dapperhoeve.
Een ander gevolg van de soms moeizame aanpak is dat er voor sommige projecten aanmerkelijk
minder capaciteit nodig bleek dan voorzien. Dit geeft verschillen in de kostenverdeelstaat variërend
van 46.000 voor project Oosterparkbuurt Noord tot 74.000 voor project Tweede van
Swindenstraat.
Voor het project Wibo’s Wagenaarstraat was wél extra capaciteit nodig (een overschrijding in de
kosten voor personele capaciteit van 48.139). De extra inspanningen waren onder andere gericht op
het opzetten van een communicatietraject met de buurt.
Dat neemt echter niet weg dat er goede resultaten zijn geboekt binnen de diverse projecten. Zo loopt
in Transvaal Oost de uitvoering van aanpak van panden op basis van splitsen en verkopen boven

verwachting. En de aanpak Swammerdambuurt kenmerkt zich door een goede samenwerking met de
buurt en externe diensten, waardoor er extra geld beschikbaar is gekomen en bijvoorbeeld de sloop
van een woningblok goed is gevallen in de buurt.
Stedelijke vernieuwingsprojecten
Midden 2004 nam de gemeenteraad het besluit de stedelijke vernieuwingsaanpakken Oosterparkbuurt
Zuid en Transvaal goed te keuren en de gevraagde ISV-gelden toe te kennen. Hierdoor kon de
integrale aanpak worden opgestart. Daarmee werd ook een start gemaakt met de eerste
voorbereidende werkzaamheden ten behoeve van de uiteindelijke uitvoering. De daaruit
voortkomende onderzoeken en adviezen en subsidies en (resp. 187.966 en 179.861) zullen in
2005 worden besteed. Het voor 2004 gereserveerde (ISV) geld wordt doorgeschoven naar 2005.
Overige projecten
Deze projecten hebben in 2004 belangrijke planproducten opgeleverd, zoals bijvoorbeeld de NvU voor
voor het Middengebied Don Bosco, het SpvE voor de Van Koetsveldschool, het SPvE voor de
Parooldriehoek, en het nog vast te stellen SPvE voor de Amstelcampus (Wibauthuis Kohnstamhuis).
De realisatie van en besluitvorming over deze planproducten heeft in een aantal gevallen meer
capaciteit gevraagd dan geraamd. Voor het Amstelstation e.o. was dit het geval voor o.a. het
selecteren van marktpartijen, het opstellen van de samenwerkingsovereenkomst en het onderhouden
van het bewonersplatform (een overschrijding van 84.700 op personele capaciteit). Voor de
Amstelcampus, Parooldriehoek, Eenhoorngebied waren met name de complexe onderhandelingen
met de centrale stedelijke diensten debet aan de overschrijdingen op personele capaciteit
(respectievelijk 68.000, 108.000 en 31.000). Voor de Amstelcampus betekende de latere
besluitvorming overigens dat diverse onderzoeken en adviezen pas in 2005 kunnen worden verricht.
De financiële middelen daarvoor zijn doorgeschoven ( 22.000). Voor het Eenhoorngebied echter
waren wél aanvullende onderzoeken nodig, aangezien het SpvE veel initiatieven vanuit de markt heeft
gegenereerd. Dit heeft geleid tot een overschrijding van 30.000.
Voor het Middengebied Don Bosco is weliswaar een NvU vastgesteld en voor de Van Koetsveldschool
een SpvE; echter met vertraging. De vertraging ontstond hier omdat de Centrale stad niet langer
tekorten op de grondexploitaties toestond. Er moest dus naar een aanpassing op het plan worden
gezocht. Daardoor is een groot aantal onderzoeken en adviezen uitgesteld naar 2005 ( 113.000),
evenals de geplande werkzaamheden ( 93.000).
Café de Omval is in 2004 stilgezet, conform het besluit van het DB, om tijd te kunnen besteden aan
College de Meer. Als gevolg daarvan zijn geraamde uren niet besteed (onderschrijding op personele
capaciteit van 58.000).
Eind 2004 is het project Jeruzalem stil komen te liggen aangezien niet voldoende financiële dekking
kon worden verkregen. Corporaties gaven aan de door hun te leveren investeringen voortkomende uit
het Masterplan onaanvaardbaar hoog te vinden. Het daaraan voorafgaande Masterplan was voor het
Dagelijks Bestuur niet acceptabel, omdat het onvoldoende garanties bood voor het realiseren van de
programmadoelstellingen. De planvorming heeft enerzijds geleid tot het besteden van extra personele
capaciteit ( 31.000), anderzijds tot het uitstellen van geraamde onderzoeken en adviezen
( 123.000).
College de Meer was een bijzonder project. Nog voordat de raad een verordening op
burgerinitiatieven had genomen, hadden burgers al een dergelijk initiatief ingediend. Toen later dat
jaar de bebouwing van de sportvelden als grootstedelijk project werd aangemerkt, dienden bewoners
nogmaals een initiatief in. Eén en ander heeft geleid tot extra capaciteit ( 22.000 overschrijding op
kostenverdeelstaat). Daar staat tegenover dat er geen overige kosten gemaakt hoefden te worden,
omdat het College haar eigen schoolgebouw ter beschikking stelde voor de
klankbordgroepbijeenkomsten.
Grondexploitaties (waaronder plan realisatie grondexploitatie; eigen bijdrage grondexploitatie en de
diverse projecten)
Voor ieder grondexploitatieproject geldt dat in de beginfase van het project kosten ten behoeve van
de voorbereiding worden gemaakt waarvoor pas in de eindfase de dekking wordt gerealiseerd d.m.v.
declaratie bij de centrale stad.
Het stadsdeel heeft op dit moment veel projecten in de beginfase. Dit verklaart het nadeel van
876.285 voor het onderdeel “eigen bijdrage grondexploitatie”.
60

Voor het product Plan realisatie grondexploitaties werd 8.391.809 ontvangen dat niet begroot was.
Voor lopende grondexploitaties werd 525.857 begroot aan uitgaven en 287.000 aan inkomsten; de
werkelijke uitgaven bedroegen 11.606.299 waar 2.566.963 aan inkomsten tegenoverstonden.
Het saldo van de drie bovengenoemde producten bedraagt 1.523.812 (nadelig).
Reclame: gerealiseerde inkomsten reclame zijn 39.800 hoger dan begroot: in 2004 zijn
achterstallige inkomsten reclame uit 2003 geïnd en geboekt.
(Grond)waterbeleid: gerealiseerde uitgaven zijn 29.138 lager dan begroot. De kosten voor tijdelijke
inhuur van expertise en projectuitvoering zijn wel gemaakt conform de verwachting maar de bedragen
uitgegeven voor onderzoek en advies en overige specifieke projectkosten zijn veel lager dan
verwacht.
Projecten Ontwikkeling
HEEL
• Spaklerweg: tekort 117.962 zal door dIVV in 2005 terugbetaald worden.
• 2 de Oosterparkstraat: kosten 28.499 hadden op Kastanjeplein 70451 overgeboekt zullen worden.
• Weesperzijde Pinksterbloem: tekort compenseren uit vrijval projecten 2004. Het tekort 53.813 is
ontstaan door de fasering, extra onderzoek, verandering van plannen.
• Oosterpark wateroverlast: kosten 5.396 hadden op Oosterpark overgeboekt zullen worden.
• Linnaeusstraat zuid: tekort 146.106 zal in 2005 binnenkomen vanuit D2 en ROA/GDU
• Steve Bikoplein: kosten 14.435 overboeken naar Pretoriusstraat
• Linnaeusstraat trens: kosten 137.446 moeten betaald worden uit de Grondexploitatie
Polderweggebied.
Milieu: zowel bij de uitvoering van wettelijke taken als bij de projecten zijn minder uitgaven
gerealiseerd dan begroot. Oorzaak is dat het aantal uren besteed aan zowel uitvoering milieubeleid
als de coördinatie wettelijke milieutaken lager is dan begroot door ziekte/zwangerschapsverlof gevolgd
door vacature. In de projecten is grotendeels door overmacht vertraging ontstaan, maar ze lopen wel
door. Voor details zie het milieuverslag 2004.
Milieufonds
Met het begrote budget voor 2004, dat foutief geboekt is op 6373 in plaats op de projectrekening
70471, wijzigt het negatieve saldo van 31.636 in een overschot van 33.398. Dat saldo wordt
overgeheveld naar 2005 omdat diverse verplichtingen doorlopen en bovendien de nota’s van het
vierde kwartaal niet verwerkt zijn. Het Milieufonds is een doorlopend, structureel gevoed project.
Uitvoering van Klimaatmaatregelen
Het positieve saldo wordt overgeheveld naar 2005 ( 18.543) vanwege vertraging in de uitvoering van
voorgenomen maatregelen, het project loopt door. Deze kosten behoren tot de verplichte
cofinanciering in het kader van de BANS-subsidie.
Voortzetting Energiebureau
Zie hierboven.
Klimaat/BANS
Het eerste deel van de BANS-subsidie om energiebesparende maatregelen uit het Klimaatprogramma
2004-2008 te kunnen uitvoeren die zich niet snel terugverdienen, is geboekt op een nieuw project. Het
project loopt door tot eind 2008.
Portefeuillehouder: Germaine Princen, Peter Sertons
Ambtelijk opdrachtgever: Ellen Nieuweboer
61

Programma Wonen
1. Welke maatschappelijke effecten wil de raad bereiken?
Beoogd effect Kwalitatieve
doelstellingen
Woningaanbod dat 1. Behoud van
voldoet aan behoefte voldoende voor de
van bewoners van het lagere inkomens
stadsdeel.
bereikbare woningen.
2. Het vergroten van de
mogelijkheden om een
wooncarrière in het
stadsdeel te doorlopen.
3. Het vergroten van het
aanbod grote goedkope
woningen.
4. het vergroten van het
aanbod woningen voor
ouderen en
mindervaliden
gekoppeld aan
zorgvoorzieningen.
5. het vergroten van het
aanbod
studentenwoningen.
6. het verminderen van
de bouwtechnische
kwaliteitsachterstand in
de woningvoorraad en
het op peil houden van
de kwaliteit.
Kwantitatieve
Activiteiten
doelstellingen
1. Voor 2010 wordt een a. Het opstellen en
ondergrens van 47% als implementeren van
richtlijn voor de beleid;
kernvoorraadpluswonin- b. Terugvordering en
gen gehanteerd. verkoopbemiddeling;
Afhankelijk van c. Het verlenen van
ontwikkelingen die vergunningen;
consequenties hebben d. Het verstrekken van
voor de primaire vastgoedsubsidies;
doelgroep, kan het
percentage tussentijds
worden bijgesteld.
2. Voor 2010 wordt
gestreefd naar een
aanbod van 35%
koopwoningen en 18%
middeldure
huurwoningen en naar
een aanbod van 36%
woningen groter dan 60
m2 en 27% groter dan
80 m2.
3. Voor 2010 wordt
gestreefd naar het
vergroten van het
huidige aanbod van
18% grote kernvoorraad
woningen naar 20%.
62
4. In 2010 543 wibo's
en 60% van de te
realiseren woningen
aanpasbaar voor
bewoning door mensen
met een lichamelijke
handicap.
e. Het uitvoeren van
woningtoezicht
(klachtenbehandeling).

2. Wat heeft de raad gedaan om dit te realiseren?
Opstellen en implementeren van beleid
In 2004 is een nieuwe Nota Verkoop- en splitsingsbeleid met daarop gebaseerd een verdeelbesluit
voor het splitsingscontingent vastgesteld. Voorts heeft het bestuur opdracht gegeven om op basis van
een evaluatie een nieuwe woonruimte-onttrekkingsverordening op te stellen. Deze wordt in de eerste
helft van 2005 aan de raad voorgelegd. Doel van deze nota en verordening is om corporaties en
particuliere eigenaren te stimuleren om een gewenst woningaanbod te realiseren en ongewenste
ontwikkelingen te remmen. In december 2004 is een start gemaakt met een voortgangsrapportage
van het Wibokansenplan. Tevens is in 2004 een traject opgestart om het woningprogramma voor
ouderen en andere doelgroepen van zorg op elkaar af te stemmen in het kader van het programma
welzijn. Daarnaast is vanuit het programma Wonen een bijdrage geleverd aan het migrantenbeleid
(werkgroep voor migrantenouderen). In 2005 worden daar de eerste resultaten van verwacht.
In vele ruimtelijke ontwikkelingprojecten zijn woningen gerealiseerd of is de realisatie in voorbereiding
genomen. Daarbij is invulling gegeven aan de kwalitatieve doelstellingen van de programmabegroting
waaronder:
• In de periode 2000-2003 is in de nieuwbouw van het stadsdeel per saldo 31% sociale huur
gerealiseerd, voor de periode tot 2006 staat 52% (inclusief studentenwoningen) gepland;
• meer studentenwoningen, in onder andere het Eenhoorngebied en Amstelcampus;
• mogelijkheden voor wooncarrière, zie onder andere het woningbouwprogramma in het
Polderweggebied, de Parooldriehoek en middengebied Don Bosco;
• meer ouderenwoningen onder andere in de nieuwbouw aan de Glauberweg en in de Dapperbuurt;
Met het stilvallen van het project Jeruzalem kan met name een groot deel van de invulling van de
doelstellingen voor betaalbare grotere woningen en ouderenwoningen nog geen doorgang vinden.
Ook de kans om in een nieuwbouwsituatie een woonservicezone in te richten blijft daardoor onbenut.
Voor een overzicht van de projecten wordt verwezen naar het programma Ruimtelijke Ontwikkeling.
In 2004 hebben weer ambtelijke beleidsoverleggen met corporaties plaatsgevonden. In die overleggen
worden beleidsvoornemens en maatregelen met de corporaties voorbesproken. Uit die overleggen
kan onder andere worden geconcludeerd dat er bij de corporaties de bereidheid bestaat woningen te
bouwen voor de in de woonvisie en de programmabegroting vastgelegde aandachtsgroepen. Dit heeft
echter financiële consequenties in de vorm van wensen bij de corporaties om te kunnen verevenen.
Deze kunnen worden vastgelegd in prestatie-afspraken. Tot nu toe speelt dit vooral in de projecten
een rol.
Het verlenen van vergunningen
In 2004 zijn 23 splitsingsvergunningen verleend en 13 onttrekkingsvergunningen.
Het gering aantal woningonttrekkingsvergunningen is mede oorzaak van het onvoldoende realiseren
van grote betaalbare woningen. Corporaties beoordelen de bestaande regeling als te kostbaar.
Het verstrekken van vastgoedsubsidies
In 2004 zijn vastgoedsubsidies verstrekt voor funderingsherstel en gevelreiniging. Er zijn geen
subsidies verstrekt voor samenvoegingen tot grote betaalbare woningen.
Het uitvoeren van woningtoezicht
Het aantal klachten over de onderhoudstoestand van woningen is stabiel en lag ook in 2004 rond de
300. Een groot deel van de klachten is aangedragen met hulp van het huurteam. Het stadsdeel is er in
2004 in geslaagd klachten effectiever te behandelen.
63

3. Wat heeft het gekost?
Programma Wonen Begroting Realisatie Verschil
Uitgaven
64
2004 2004 2004
Woningaanb. dat voldoet aan behoefte 959.362 733.824 225.538
Totaal Uitgaven 959.362 733.824 225.538
Inkomsten
Woningaanb. dat voldoet aan behoefte -177.005 -358.660 181.655
Totaal Inkomsten -177.005 -358.660 181.655
Totaal Wonen 782.357 375.164 407.193
Uitgaven (voordeel 225.538)
• Omdat er weinig uitvoering van gemeentewege is geweest zijn de uitgaven 109.510 lager dan
begroot.
• De verbeterde werkwijze rondom klachtenafhandeling zorgde voor minder urenbesteding en een
onderschrijding van 80.173.
• Beleid stedelijke vernieuwing is overschreden met 27.592 door besteding van meer uren. De
oorzaak hiervan ligt overwegend in de grote hoeveelheid tijd die reacties op initiatieven als de van
der Kunbuurt, het faciliteren van contacten tussen raad en corporaties en het schrijven van
beleidsstukken en verordeningen op het gebied van woningonttrekking en splitsing vragen. De
hogere tijdsbesteding is ten koste gegaan van inbreng in projecten.
• Het onverwacht hoge aantal splitsingsaanvragen leidde tot een overschrijding ad 85.000.
• De resterende overschrijding is opgebouwd uit diverse kleine verschillen.
Inkomsten (voordeel 181.655)
• Het geringe aantal uitvoeringen van gemeentewege heeft tot een lagere opbrengst geleid van
138.571.
• Het onverwacht hoge aantal splitsingsaanvragen leidde ook tot meer inkomsten. Het verschil met
de begroting is 217.000.
• Op het product Woningmutaties kon 46.531 meer aan inkomsten worden gerealiseerd. De reden
hiervan is dat rekening was gehouden met de invoering van nieuw woonruimte-onttrekkingsbeleid
– hetgeen zou leiden tot minder aanvragen – en dat nog niet is gerealiseerd.
• Het resterende verschil is opgebouwd uit diverse uitvoeringsverschillen.
Portefeuillehouder: Germaine Princen
Ambtelijk opdrachtgever: Ellen Nieuweboer

Mobiliteit
1. Welke maatschappelijke effecten wil de raad bereiken?
Beoogd effect Kwalitatieve
Kwantitatieve Activiteiten
doelstellingen doelstellingen
Een leefbare en
Vermindering van
Het doen van onder-
(verkeers)veilige
het aantal
zoek, het nemen van
openbare ruimte voor verkeersongevallen.
maatregelen en het
iedereen, met kwaliteit: Vermindering van
(her-)inrichten van de
heel, schoon, veilig en het aantal
verkeersruimte, opdat
goed te gebruiken. verkeersslachtoffers
wordt voldaan aan de
Het bevorderen van
eisen van verkeers-
het gevoel van
veiligheid en leefbaar-
veiligheid, met
name voor
zwakkere verkeers-
Deelnemers.
In de openbare
ruimte prioriteit voor
voetgangers,
fietsers, groen,
openbaar vervoer,
spelende kinderen
en recreatie.
Vermindering van
de toename van het
aantal rijdende en
stilstaande auto's.
heid
Minder milieuoverlast Afremming van (de Het stabiliseren van Het opstellen en
door het verkeer, onder groei van) het het aantal
uitvoeren van
behoud van de
autoverkeer.
autokilometers parkeerbeleid,
bereikbaarheid.
Het bevorderen van binnen de ringweg inclusief flankerend
andere manieren op het niveau van mobiliteitsbeleid.
van vervoer dan 1998, en beperking
de particuliere auto. van de groei buiten
de ringweg tot 5%.
Voldoende
Het restrictief
parkeerruimte voor omgaan met
het noodzakelijk parkeercapaciteit;
autoverkeer (tegen Terughoudend
betaling).
omgaan met het
Voorrang voor de verminderen van
bereikbaarheid voor het aantal
het noodzakelijk parkeerplaatsen in
autoverkeer ten gebieden met een
opzichte van het
niet-noodzakelijk
autoverkeer.
hoge parkeerdruk.
65

2. Wat heeft de raad gedaan om dit te realiseren?
Een leefbare en (verkeers)veilige openbare ruimte voor iedereen, met kwaliteit ‘heel’, ‘schoon’,
‘veilig’ en ‘goed te gebruiken’.
Verkeer: aanpassingen in de infrastructuur en verkeersmaatregelen
In 2004 heeft het stadsdeel het bestaande beleid op het gebied van Duurzaam Veilig voortgezet.
De ongevallencijfers laten sinds 1998 een afname van het aantal letselongevallen zien met 10% per
jaar. In 2003 trad een stabilisatie op. Momenteel wordt een nadere analyse van de
verkeersongevallen gemaakt en wordt bekeken of de genomen maatregelen op straat een positief
effect hebben gehad op de verkeersveiligheid. Hierover in 2005 meer.
Verbeteringen voor voetgangers, fietsers en brommers
Op de volgende wegen zijn vrijliggende fietspaden aangelegd:
• Kruislaan-oost, herprofilering met aanleg vrijliggende fietspaden ( 2 keer 800 meter fietspad )
• Oosterpark, korte zijde, herprofilering met aanleg vrijliggende fietspaden ( 2 keer 150 meter
fietspad)
• Spaklerweg (inclusief rotonde), aanleg fietspaden en verbeteringen voor fiets.
De volgende fiets- en voetgangersknelpunten zijn verbeterd:
• kruising Mauritskade/KIT, verbeteren fietsoversteek en voetoversteek langs de Singelgracht.
• rotonde Rozenburglaan (nabij de werf): aanleg uitrit en verbeteren fietspaden.
• aanleg zebra Eerste Oosterparkstraat nabij Camperstraat.
• zebraoversteek met middensteunpunt op Maritzstraat nabij Tugelaweg, voorbereiding 2004,
aanleg begin 2005.
• zebraoversteek met middensteunpunt op Kamerlingh Onneslaan nabij de parkingang
Frankendaal, aanleg 2004.
• Wibautstraat, aanleg voorzieningen voor gehandicapten op diverse plaatsen.
Er zijn verdere aanpassingen gedaan in het kader van de maatregel 'Brommers op de rijbaan',
waarbij de brommers op hoofdwegen zoals Wibautstraat en Mauritskade op de rijbaan rijden en niet
meer op het fietspad.
Black spots en red routes
In 2004 is een voorstel gemaakt voor de black spot Mauritskade/Pontanusstraat; in 2005 wordt gestart
met de uitvoering. In 2004 is het zuidelijk deel van de gevaarlijke Wibautstraat (tussen Bernhardplein
en spoorviaduct) samen met de dienst IVV aangepakt.
30 km-zones
Voorstellen voor het verder inrichten van 2 buurten Middenmeer-Noord en -Zuid tot 30 km-zone zijn
gemaakt en in procedure gebracht. Met de uitvoering is in het najaar 2004 begonnen.
Herprofileringen
Voorbereiding 2 e (tussen Eiken- en Beukenplein) en 3 e (tussen Kastanje- en Eikenplein)
Oosterparkstraat. Uitvoering augustus 2005.
’s-Gravesandeplein. De plannen zijn bestuurlijk vastgesteld. Het definitieve ontwerp is afgerond. Er is
voldoende budget beschikbaar voor de geplande uitvoering van augustus 2005.
Linnaeusparkweg tussen Kruislaan en Linnaeuskade. De planvorming is in december 2004 gestart.
De plannen voor de herprofilering van de Wethouder Frankeweg, Gallileïplantsoen en Archimedesweg
zijn bestuurlijk vastgesteld. Het bestek is vastgesteld en de onderhandelingen met diensten en
bedrijven zijn afgerond. Uitvoering start in het derde kwartaal van 2005.
Vervoer
Openbaar vervoer
De wijziging van buslijn 15 is uitgesteld. Deze hangt samen met het gereedkomen van de Caroline
McGillavrylaan. De oplevering daarvan is vertraagd tot minstens medio 2005.
Autodate 2004
In 2004 werden 5 autodateplaatsen gerealiseerd ten behoeve van Greenwheels. Deze vallen binnen
het DB-besluit van 27 maart 2001, waarbij voorzien werd in 26 autodateplaatsen, te realiseren zodra
daar behoefte aan zou ontstaan.
66

Parkeren
Algemeen
In 2004 is er op het gebied van parkeerbeleid gewerkt met een beperkte beleidscapaciteit. Daardoor
konden een aantal voornemens niet worden uitgevoerd.
Dit zijn:
• voorbereiden en invoeren betaald avondparkeren Van der Kunbuurt;
• inventarisatie parkeerplaatsen op particulier terrein;
• onderzoek effecten verkleining parkeervergunninggebieden;
• nieuwe impuls geven aan flankerend vervoersbeleid;
• beleid garagevergunningen.
Parkeergarage OLVG
In 2004 is de parkeergarage onder het OLVG in gebruik genomen. Het ziekenhuis heeft 20
parkeervergunningen voor de openbare weg ingeleverd (nu nog 210 in bezit), omdat er in de garage
20 plekken voor medewerkers zijn gereserveerd.
Ondanks de parkeergarage blijft de parkeerdruk in de omgeving hoog. In het kader van de van de
parkeerevaluatie 2003-2004 (gereed 3 e kwartaal 2005) wordt deze problematiek opnieuw bekeken.
Inventarisatie parkeerplaatsen op particulier terrein: zie boven onder “algemeen”.
Motie 20AA+:Parkeeronderzoek vanaf najaar 2002 uit te breiden met een inventarisatie van het aantal
verdwenen en toegevoegde parkeerplaatsen, inclusief reden. Deze motie is uitgevoerd.
Beoogd effect: Minder milieuoverlast door het verkeer, onder behoud van bereikbaarheid
Invoering betaald parkeren
Per 1 april 2004 werd het betaald parkeren in Jeruzalem van kracht. Het voornemen tot invoeren van
betaald avondparkeren in de Van der Kunbuurt kon in 2004 niet worden uitgevoerd, niet alleen
wegens de beperkte ambtelijke capaciteit, maar ook omdat het Dagelijks Bestuur 30 maart 2004 op
unaniem advies van de raadscommissie Financiën e.a. van 16 maart 2004 besloot om de invoering
van betaald parkeren in Betondorp prioriteit te geven boven voorbereiding invoering betaald
avondparkeren Van der Kunbuurt. De reden hiervoor was zodanige parkeeroverlast dat de
bereikbaarheid in Betondorp gevaar liep. In november 2004 heeft de stadsdeelraad besloten betaald
parkeren in Betondorp in te voeren. Dit zal per 1 maart 2005 geëffectueerd worden.
Menukaart Parkeren
De herziening van het stedelijke parkeerbeleid via de zogeheten Menukaart Parkeren heeft meer
voeten in de aarde gehad dan eind 2003 werd voorzien. De gemeenteraad stelde de menukaart pas
eind november 2004 vast. De Menukaart geeft het kader waarbinnen de stadsdelen hun eigen
parkeerbeleid mogen samenstellen. In de eerste helft van 2005 legt het dagelijks bestuur de
stadsdeelraad van Oost/Watergraafsmeer hiertoe een plan voor.
Flankerend vervoersbeleid: zie hierboven onder “algemeen”.
Experimenten Amsteldorp en Middenmeer II
In Amsteldorp en een deel van Middenmeer bestaat sinds 1 september 2003 een (betaald)
parkeerregime van maandag tot en met vrijdag. Omdat de parkeerverordening dat niet toelaat is
hiertoe een experiment ex. art. 33 Parkeerverordening 2002 aangevraagd en verkregen. De
stadsdeelraad oordeelde in het voorjaar van 2004 positief over dit experiment. Met een nieuwe
parkeerverordening en een Uitwerkingsbesluit op basis van de Menukaart Parkeren kan de situatie
van experiment in een definitieve situatie gewijzigd worden.
Afschaffing wielklem
Per 1 januari 2004 werd overgeschakeld naar een nieuw systeem van parkeercontrole. Belangrijkste
wijzigingen waren het fors vergroten van toezicht en handhaving via geldboetes, onder gelijktijdige
afschaffing van de wielklem.
67

3. Wat heeft het gekost?
Programma Mobiliteit Begroting Realisatie Verschil
Uitgaven
68
2004 2004 2004
Minder milieuoverlast door verkeer 6.011.005 6.600.548 -589.543
Leefbare, verkrsveilige openb ruimte 1.677.350 865.775 811.575
Totaal Uitgaven 7.688.355 7.466.323 222.032
Inkomsten
Minder milieuoverlast door verkeer -9.905.792 -9.317.735 -588.057
Leefbare, verkrsveilige openb ruimte 0 -643.090 643.090
Totaal Inkomsten -9.905.792 -9.960.825 55.034
Totaal Mobiliteit -2.217.437 -2.494.503 277.066
Minder milieuoverlast door verkeer
Uitgaven zijn 589.000 hoger dan geraamd. Reden hiervoor: de kosten voor uivoering van de
diensten die met Stadstoezicht zijn overeengekomen zijn hoger dan verwacht en begroot.
Voornamelijk omdat Jeruzalem (per 1 maart ingevoerd) niet was begroot ( 334.000) en er een groot
aantal uren niet op dit effect is geboekt.
Inkomsten op dit effect zijn 588.000 lager dan geraamd. Reden: de hier geraamde inkomsten zijn
inkomsten betaald parkeren (ca 8 miljoen) en inkomsten subsidie GDU ( 1,8 miljoen). Deze laatste
zijn teveel begroot. Dat heeft verder geen effect in 2004 omdat de uitgaven op projecten ook lager zijn
dan begroot en er in 2005 wel een subsidie van ca 1,8 miljoen verwacht kan worden welke niet
begroot is. De opbrengsten vergunningen en inkomsten parkeergelden zijn hoger dan begroot.
Uiteindelijk is het resultaat betaald parkeren over 2004 met 2,8 miljoen 508.000 hoger dan
begroot. Ter vergelijking: in 2003 werd (gecorrigeerd naar de huidige rekensystematiek) 8,2 miljoen
omgezet. Het resultaat over 2003 was 3,3 miljoen.
2004 was niet alleen het ingangsjaar van een nieuw contract handhaving parkeermaatregelen, maar
ook van een ander soort contract: gericht op het nagestreefde resultaat en niet langer uitgaand van
een vooraf bepaalde ureninzet. Ook werd voor het eerst geen gebruik meer van de wielklem gemaakt.
In maart werd in Jeruzalem betaald parkeren ingevoerd, waardoor het contract tussentijds werd
aangepast.
Om een daling van de betalingsgraad door afschaffen van de wielklem te voorkomen werd uitgegaan
van een intensievere handhaving en werd meer capaciteit ingekocht. De doelstelling, een
betalingsgraad van 80% (vergunninghouders niet meegerekend), werd ruim gehaald.
Het aantal toegekende vergunningen bedroeg 15.500 en ligt daarmee lager dan het ‘plafond’,
waardoor het stadsdeel geen wachtlijst kent.
Leefbare en verkeersveilige openbare ruimte
Uitgaven 811.575 lager dan begroot. Reden voor circa 425.000 aan uren (verkeersmaatregelen)
zijn hier niet geboekt maar in het programma beheer, waardoor daar een vergelijkbaar tekort is.
Daarnaast zijn uitgaven op projecten lager dan begroot, bijvoorbeeld Middenmeer-zuid (± 300.000
niet gerealiseerd). Een aantal projecten heeft een negatief resultaat:
• Wibautstraat: tekort 119.464 zal door dIVV in 2005 terugbetaald worden.
• Div. Black spots: kosten hadden op Duurzaam Veilig geboekt moeten worden.
• Taxistandplaatsen: tekort 20.174 wordt door ROA/GDU in 2005 voor 15.960 gedeeltelijk
vergoed. De rest compenseren uit Duurzaam Veilig.
Portefeuillehouder: Peter Sertons
Ambtelijk opdrachtgever: Paul Kleyn

Beleidsparagraaf milieu
1. Welke maatschappelijke effecten wil de raad bereiken?
Beoogd effect Kwalitatieve
doelstellingen
Een leefbaar en gezond
stadsdeel.
Duurzaam omgaan met
energie, water en
grondstoffen.
Zie doelstellingen in het
Milieubeleidsplan 2001-
2003 en het
Milieuprogramma 2004.
2. Wat heeft de raad gedaan om dit te realiseren?
69
Kwantitatieve
doelstellingen
Zie doelstellingen in het
Milieubeleidsplan 2001-
2003 en het
Milieuprogramma 2004.
Activiteiten
Zie voor de specifieke
activiteiten het
Milieuprogramma 2004.
Dit programma wordt
gelijktijdig met de
programmabegroting
aangeboden en
vastgesteld.
Eind 2004 heeft de stadsdeelraad het Amsterdamse Milieubeleidsplan 2004-2006 met een
stadsdeeleigen paragraaf vastgesteld. Het Milieuprogramma 2005 is het eerste programma daarop
gebaseerd. Voor 2004 geldt het Milieuprogramma 2004, het laatste gebaseerd op het oude
Milieubeleidsplan 2001-2004 van Oost/Watergraafsmeer.
De uitvoering van het Milieuprogramma 2004 met de tien speerpunten en de wettelijke taken is
redelijk voorspoedig verlopen, de resultaten staan uitgebreid beschreven in het Milieuverslag 2004 dat
beschouwd kan worden als onderdeel van deze Jaarrekening. Ook bevat het milieuverslag een
financieel overzicht.
Voor de verantwoording van beleid, wettelijke taken en projecten milieu vanuit sector
Stadsdeelwerken en Milieu van wordt verwezen naar de verantwoording op programma Ruimtelijke
Ontwikkeling.
3. Wat heeft het gekost?
Voor de financiële verantwoording van beleid, wettelijke taken en projecten milieu vanuit sector
Stadsdeelwerken en Milieu van wordt verwezen naar de verantwoording op programma Ruimtelijke
Ontwikkeling.
Portefeuillehouder: Peter Sertons
Ambtelijk opdrachtgever: Paul Kleyn

Beleidsparagraaf emancipatie en integratie
Coördinatie Migrantenbeleid
De uitvoering van de nota Migranten in Beeld was in 2004 een belangrijke activiteit. Deze nota,
vastgesteld voor de uitvoering van het migrantenbeleid voor de jaren 2001 tot en met 2004, is door het
Instituut voor Migranten en Etnische Studies (IMES) geëvalueerd. Tevens is de hernieuwde visie
Migrantenbeleid opgesteld en hierover is een conferentie georganiseerd. Ook is de werkwijze van de
Werkgroepen van het Bestuurlijk Overleg Migrantenorganisaties (BOMO) veranderd.
De vijf BOMO-werkgroepen zijn in 2004 zeven keer bij elkaar gekomen. Hierin werken
vertegenwoordigers van migranten organisaties, van de welzijnsinstellingen en beleidsambtenaren
aan de beleidsvoorbereiding, monitoring van de uitvoering van beleid en (interactieve)
beleidsontwikkeling.
De vijf beleidsterreinen en besproken thema’s zijn:
Onderwijs, Jeugdbeleid, Communicatie-Participatie, BOMO en Politieke Participatie.
Welzijnswerk, Migrantenorganisaties, Kunst en Cultuur, Wijkgerichte Zorg en Welzijn en Sport.
Economische Zaken, Werkgelegenheid en Personeelsbeleid.
Vrouwenbeleid, Kinderopvang en Emancipatie.
Ouderenbeleid, Wonen en Huisvesting.
In 2004 werden volgende producten gerealiseerd: Plan van aanpak Migrantenbeleid, een notitie
aanpak huislijk geweld (“tussen wal en schip”). De familie woonstrategie, beleidsparagraaf
Emancipatie, participatie en integratie. Ook het project school contact personen.
Het BOMO kwam 8 keer bijeen en heeft een breed scala van onderwerpen behandeld. Aan de orde
kwamen onder meer: de nieuwe structuur en de resultaten van de werkzaamheden van de BOMOwerkgroepen,
het Festival De Rode Loper en de plannen van het Amsterdams Historisch Museum
voor diverse tentoonstellingen. Voorts was het BOMO direct betrokken bij de hernieuwde visie
Migrantenbeleid en de conferentie hierover.
Door middel van het BOMO heeft het stadsdeel een nauw contact met de migranten organisaties. Zo
is kort na de moord op Theo van Gogh een protestbijeenkomst georganiseerd in samenwerking met
de migrantenorganisaties. Deze bijeenkomst kreeg landelijk aandacht.
70

Beleidsparagraaf Veiligheid
In 2004 is er veel gebeurd op gebied van veiligheid. De moord op Theo van Gogh plaatste stadsdeel
Oost/Watergraafsmeer in het centrum van de (media-)aandacht. In de weken die hierop volgden
bewezen de goede contacten die het stadsdeel heeft met onder andere de politie, de
migrantenorganisaties en het welzijnswerk hun grote waarde. Naast het beheer en de versterking van
deze contacten is er in 2004 gewerkt aan de verbetering van de veiligheid op de volgende
deelgebieden. De gevolgen van deze gebeurtenis op de openbare ruimte zijn gecoördineerd en
uitgevoerd. Het betreft voornamelijk afzettingen en omleidingen direct na de gebeurtenis, het
reguleren van het verkeer rond de gedenkplek aan de Linnaeusstraat en afzettingen en omleidingen
tijdens de begrafenis op de Nieuwe Oosterbegraafplaats. De kosten hiervoor (in totaal 80.000) zijn
ten laste gebracht van de post tijdelijke maatregelen en opbrekingen en het Parkeerfonds.
Aanpak jeugdcriminaliteit/-overlast
Het stadsdeel richt zich op het gebied van jongerencriminaliteit op een preventieve aanpak. Deze
aanpak moet voorkomen dat jongeren afglijden naar de criminaliteit. Het gaat hierbij om uiteenlopende
activiteiten die zijn gericht op het bieden of vinden van een zinnige vrije tijdsbesteding, het
doorgeleiden naar school of werk en het verbeteren van de contacten tussen jongeren en de buurt.
Winkelveiligheid
In 2004 zijn er in het stadsdeel twee werkgroepen Veilig Ondernemen actief geweest. In deze
werkgroepen ontwikkelen ondernemers, politie en stadsdeel gezamenlijk initiatieven ter verbetering
van de veiligheid in het winkelgebied. Voorbeelden hiervan zijn de inzet van toezichthouders in de
Dapperbuurt en de uitvoering van de subsidieregeling Veilig Ondernemen. Verder is er geïnvesteerd
in veilige winkelgebieden door toezicht en door middel van de subsidieregeling Veilig Ondernemen.
Door deze regeling is er 113.000 geïnvesteerd in het veiliger maken van winkels in het stadsdeel.
Hiervan is 20.000 geïnvesteerd door het stadsdeel, het overige bedrag is betaald door winkeliers, de
centrale stad en door Europa. Deze investeringen maken niet alleen de winkels, maar uiteindelijk ook
de winkelgebieden veiliger.
Buurtveiligheid
De veiligheidssteunpunten spelen een belangrijke rol bij het vergroten van de veiligheid in de buurten.
Het zijn laagdrempelige locaties waar bewoners terecht kunnen met vragen over veiligheid en
leefbaarheid. Vanuit de vier steunpunten in het stadsdeel wordt er toezicht gehouden in de openbare
ruimte. Verder zijn ook het opbouwwerk en de buurtregisseurs van de politie in de steunpunten te
vinden, beiden spelen een belangrijke rol bij het vergroten van de veiligheid en van het gevoel van
veiligheid in de buurt. Ten slotte is er in samenwerking met buurtbeheer geïnvesteerd in kleinschalige
veiligheidsprojecten en in informatievoorzieningen van bewoners over veiligheid. Hiervan is de
jaarlijkse wijkveiligheidsdag een goed voorbeeld.
Verscherping van de handhaving en verbetering van de coördinatie
De centrale stad en stadsdelen hebben afgesproken het niveau van handhaving te verbeteren.
Handhaving van regels vindt plaats op meerdere beleidsterreinen en door verschillende actoren,
waaronder politie, brandweer en bouw- en woningtoezichtinspecteurs. Naast een verscherping van
het huidige handhavingsbeleid en een betere prioritering, is in 2004 integraal handhavingsplan voor
het stadsdeel opgesteld. Verder is in 2004 bij de uitgifte van vergunningen gewerkt met de wet Bibob.
Hierdoor is meer zicht ontstaan op de integriteit van de onderneming die de vergunning heeft
aangevraagd.
Afname huiselijk geweld en beperking overlast omgeving
Een afname van extreme overlast en van huiselijk geweld is niet vast te stellen. Dit is niet mogelijk
omdat niet alle gevallen van extreme overlast en huiselijk geweld de politie dan wel het Meldpunt Zorg
en Overlast bereiken.
In 2004 zijn er 30 gevallen van huiselijk geweld bij het meldpunt in behandeling genomen, 98 gevallen
van extreme overlast en 157 zorgzaken. Van het totaal van 285 zaken zijn er 212 in 2004 afgesloten.
Voor 102 zaken is er zorg geregeld. Voor 48 zaken zijn er afspraken gemaakt met de veroorzaker van
de overlast. In 12 zaken zijn er afspraken gemaakt tussen de verschillende partijen over de overlast.
Voor 50 zaken is er voor een andere oplossing gekozen, dit kan variëren van een aanpak door de
woningcorporatie, een rechterlijke maatregel, of bijvoorbeeld afspraken met de melder van de
overlast.
71

4 Algemene dekkingsmiddelen
De resultaten per programma zijn hieronder weergegeven:
Programma Begroting Realisatie Verschil
2004 2004 2004
Dienstverlening en participatie 5.162.101 5.215.107 -53.006
Onderwijs 7.719.313 7.030.482 688.831
Welzijn en zorg 12.352.559 11.950.143 402.416
Kunst en cultuur 1.672.757 961.356 711.401
Vrije tijd 6.719.971 5.832.122 887.849
Economie en werk 1.882.804 1.086.221 796.582
Ruimtelijk beheer 13.410.968 12.474.815 936.153
Ruimtelijke ontwikkeling 14.078.206 8.320.150 5.758.056
Wonen 782.357 375.164 407.193
Mobiliteit -2.217.437 -2.494.503 277.066
Totaal 61.563.599 50.751.057 10.812.542
In de begroting 2004 waren nog niet volledig alle vermogensmutaties geëlimineerd uit de ramingen
van de programma’s. Dit is alsnog aangepast zodat zowel de begroting als de rekening nu voldoen
aan het Besluit Begroting en Verantwoording.
Toelichting gevolgde systematiek inzake projecten (werkvoorraad)
Projecten zijn incidentele activiteiten, waarvoor ook incidentele middelen, uit vooral Parkeer- en ISVfonds,
ter beschikking zijn gesteld. Over projecten wordt besloten bij de vaststelling van de prioriteiten
bij de begroting. Het merendeel van de projectkosten wordt gedekt uit fondsen, voorzieningen of
reserves. Restantbudgetten van de fondsen uit voorgaande jaren gaan automatisch over naar de
lopende begroting.
Grotere projecten hebben veelal een looptijd van meerdere jaren. Dit betekent dat ook de besteding
van de projectbudgetten meerdere jaren zal beslaan. De begroting 2004 vermeldt (nog) de totaal
beschikbare projectbudgetten. Deze budgetten zijn opgebouwd uit de prioriteiten 2004 en de
restanten uit 2003 en voorgaande jaren. Met fasering van de uitgaven over meerdere jaren is ten dele
rekening gehouden. De jaarschijf 2004 is dus niet beperkt tot de in 2004 geplande uitgaven, maar
omvat ook de onderdelen die – zoals al in de rapportages over de werkvoorraad is aangegeven – pas
in volgende jaren tot besteding zullen komen.
Het nieuwe Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) beschouwt mutaties in reserves als
resultaatbestemming. Om dit zichtbaar te maken zijn alle mutaties conform de voorschriften verwerkt
via resultaatbestemming. Hier worden dus de verschillen zichtbaar tussen begrote mutatie en de
werkelijkheid.
De bijlage ‘Overzichten projecten’ in het bijlagenboek bij de rekening geeft, per financieringsbron, een
specificatie van de projectbestedingen in het jaar 2004.
Op het (totale) rekeningresultaat 2004 hebben de onderschrijdingen op de projectkosten in principe
geen effect. De onderbestedingen gaan namelijk gepaard met lagere onttrekkingen uit de fondsen. Zo
wordt het voordelig effect van lagere uitgaven volledig geneutraliseerd door minder inkomsten uit
onttrekkingen uit reserves en voorzieningen (zie ook de algemene inleiding ‘reserves en
voorzieningen’).
73

Een aantal financiële stromen zijn niet aan een programma gebonden. Deze tonen de volgende
resultaten:
Niet aan programma's gebonden Begroting Realisatie Verschil
2004 2004 2004
Uitgaven
Voormalig personeel 964.095 519.690 444.405
Belastingen 87.380 5.547 81.833
Stadsvernieuwing -4.201.651 509.641 -4.711.292
Stadsdeeluitkering 0 0 0
Liquiditeiten 7.446 102.702 -95.256
Algemene uitgaven en inkomsten -1.565.910 -301.506 -1.264.404
Vereveningsbijdrage BCF (5%) 197.247 219.995 -22.748
Resultaatbestemming 4.027.824 8.311.742 -4.283.918
Totaal Uitgaven -483.569 9.367.811 -9.851.380
Inkomsten
Voormalig personeel 0 -69.384 69.384
Belastingen -425.973 -425.973 0
Stadsvernieuwing -2.950.000 -2.960.664 10.664
Stadsdeeluitkering -43.621.378 -41.883.268 -1.738.110
Liquiditeiten -1.229.808 -802.434 -427.374
Algemene uitgaven en inkomsten -738.116 -6.688.203 5.950.087
Vereveningsbijdrage BCF (5%) 0 0 0
Resultaatbestemming -12.114.755 -8.434.446 -3.680.309
Totaal Inkomsten -61.080.030 -61.264.372 184.342
Totaal Niet aan programma's gebonden -61.563.599 -51.896.561 -9.667.038
De relevante verschillen worden als volgt verklaard:
Voormalig personeel
Dit betreft de kosten van oud DB-leden (wachtgeld), functioneel leeftijdsontslag/FWS, WWers en nietactieven
op de loonlijst. De kosten zijn lager dan begroot omdat een aantal personen gedurende 2004
van de lijst afgehaald omdat ze weer aan het werk zijn, de einddatum voor uitkering verliep of door
omzetting van FLO naar FPU.
De inkomsten waren hoger dan begroot doordat meer medewerkers die betaald werden uit de post
inactieven gedetacheerd konden worden.
Stadsdeeluitkering
Zoals in de tussenrapportage reeds is gemeld zijn de gegevens over de hoogte van de
stadsdeeluitkering pas laat beschikbaar gekomen. De uiteindelijke uitkering is lager dan begroot.
Liquiditeiten
De lage rentestand veroorzaakt een lagere rente op de rekening courant. Dit levert minder
opbrengsten op van 427.374.
74

Algemene uitgaven en inkomsten
Uitgaven (nadeel 1.264.404)
• Het resultaat van DNO was 465.000 hoger dan begroot.
• Taakstelling kapitaallasten was begroot op algemene inkomsten en uitgaven en de voordelen zijn
verdeeld over de programma’s. Nadeel 750.000.
• Het verschil tussen de werkelijke rente en de doorberekende rente in de kapitaallasten levert een
nadeel op van 117.488.
• Er werd 101.748 toegevoegd aan de voorziening dubieuze debiteuren voor een korting op de
stadsdeeluitkering inzake een belastingverrekening. Het stadsdeel is hierover nog in
onderhandeling met de centrale stad, maar gezien het risico is het bedrag toegevoegd aan de
voorziening.
• Er was een vrijval van 35.071 uit de voorziening dubieuze debiteuren mogelijk i.v.m. een andere
verdeling van het saldo debiteuren.
• Begroot bedrag voor uitbestede werkzaamheden ad 190.664 is niet uitgegeven.
• Storting in de Voorziening Doelstelling 2 gelden ad 653.924 (zie ook inkomsten).
• Storting in de Voorziening Sportvoorziening Polderweggebied ad 470.065 (zie ook inkomsten).
• Er zijn een aantal niet begrote onttrekkingen uit voorzieningen gedaan (o.a. betreffende Veld 14).
Dit heeft geleid tot een voordeel van 249.763
Inkomsten (voordeel 5.950.087)
• Wegens lage rentestand is een deel van de buffer voor renteschommelingen vrijgevallen in het
leningfonds. De centrale stad heeft dit bedrag naar rato uitbetaald aan de stadsdelen. Voor
Oost/Watergraafsmeer betekende dit een incidenteel voordeel van 919.000.
• Er is alsnog BTW teruggevorderd over voorgaande jaren. Dit heeft geleid tot een incidenteel
voordeel van 576.033.
• Uitkering 2001-2002 van Stichting Voertuigbeheer Amsterdam leidde tot een incidenteel voordeel
van 267.342.
• Verplichting nog te betalen vakantiegeld 2004 ad 831.743 is hier als incidenteel voordeel
geboekt en via de resultaatbestemming toegevoegd aan de reserve vakantiegeld.
• Vooruitontvangen Doelstelling 2 gelden ad 653.924 zijn hier verantwoord en toegevoegd aan de
voorziening D2 (zie uitgaven).
• Het verschil tussen verwerving in de grondexploitatie en de boekwaardes van de gebouwen in het
Polderweggebied is 2.780.013 en is hier als inkomsten verantwoord. Hiervan is 470.065
toegevoegd aan de Voorziening Sportvoorziening Polderweggebied en 2.309.948 via
resultaatbestemming aan de Reserve kapitaallasten nieuw stadsdeelkantoor
75

Resultaatbestemming
Zoals reeds beschreven in de algemene inleiding en bij de toelichting systematiek projecten worden
alle onttrekkingen en toevoegingen aan de reserves vanaf 2004 hier verwerkt. Uiteraard ligt de basis
van deze mutaties bij werkzaamheden die uitgevoerd worden in het kader van de programmadoelen.
Uitgaven (nadeel 4.283.918)
• Toevoeging van 2.309.948 aan de Reserve kapitaallasten nieuwe stadsdeelkantoor was niet
begroot.
• Toevoeging aan Reserve vakantiegeld ad 831.743 was niet begroot.
• Toevoeging van de BTW component van de ISV declaratie ad 150.730 was niet begroot.
• De toevoeging aan het Parkeerfonds was 831.052 lager dan begroot door lagere inkomsten en
hogere uitgaven op het product betaald parkeren (zie programma Mobiliteit).
• Door een verschil in systematiek bij de afhandeling van de afvalstoffenheffing ontstaat een nadeel
van 2.031.134 op de toevoeging aan de Reserve egalisatie afvalstoffen. Hiertegenover staat
een voordeel van 2.171.431 bij de inkomsten.
Inkomsten (nadeel 3.680.309)
• De kosten van projecten die gefinancierd worden uit het Parkeerfonds worden geraamd bij de
programma’s. Vaak gaat het hierbij om meerjarige projecten. Deze kosten worden gedekt door
een onttrekking uit het Parkeerfonds. Ook deze onttrekking wordt begroot voor het totaal van het
project. Omdat een aantal projecten nog niet voltooid is, zijn de kosten lager (voordeel zichtbaar
bij de programma’s) en de opbrengsten lager (nadeel 6.617.502 zie onderstaande tabel). Naast
de onttrekking van de werkelijke kosten is een bedrag aan BTW onttrokken ad 737.486. Dit
bedrag komt ten gunste van het resultaat. Per saldo een nadeel op onttrekking Parkeerfonds van
5.880.016.
Projecten Parkeerfonds Begroting Realisatie Verschil
2004 2004 2004
Welzijn en zorg 3.813 0 3.813
Kunst en cultuur 349.247 26.322 322.925
Vrije tijd 37.912 22.563 15.349
Ruimtelijk beheer 2.548.337 786.418 1.761.919
Ruimtelijke ontwikkeling 6.088.129 2.171.739 3.916.390
Mobiliteit 716.588 119.482 597.106
Totaal 9.744.026 3.126.524 6.617.502
• Voordeel door gewijzigde systematiek boeking Reserve egalisatie afvalstoffen ad 2.171.431.
76

5 Verplichte paragrafen
1. Inleiding
Met de inwerkingtreding van het besluit ‘Begroting en verantwoording provincies en gemeenten’ van
17 januari 2003 zijn enkele paragrafen verplicht gesteld in de programmabegroting 2004 en daarmee
ook in de programmarekening 2004 van het stadsdeel Oost/Watergraafsmeer.
Het betreft de volgende paragrafen verplicht gesteld:
• Weerstandsvermogen;
• Onderhoud kapitaalgoederen;
• Bedrijfsvoering;
• Verbonden partijen;
• Overzicht lokale lasten;
• Grondbeleid;
• Treasury paragraaf.
De laatste twee paragrafen ‘Grondbeleid’ en ‘Treasury paragraaf’ zijn niet van toepassing voor de
stadsdelen.
Deze paragrafen geven een dwarsdoorsnede van de financiële aspecten van de rekening bezien
vanuit een bepaald perspectief. Het gaat bijvoorbeeld om het aangeven van de stand van het
weerstandsvermogen. De paragrafen dienen ervoor om die informatie overzichtelijk
te maken.
2. Paragraaf Weerstandsvermogen
Het gemeentelijk weerstandsvermogen geeft de mate aan waarin het stadsdeel in staat is financiële
tegenvallers het hoofd te bieden. Wil het stadsdeel dat kunnen, dan moet zij beschikken over een
zekere mate van vrije ruimte en/of een goede vermogenspositie. Deze vrije ruimte ofwel buffer, wordt
de weerstandscapaciteit genoemd, zie paragraaf 2.1. De tegenvallers of risico’s, in paragraaf 2.2, zijn
die voorzienbare financiële nadelen waarvoor geen voorzieningen zijn gevormd of die niet tot
afwaardering hebben geleid maar die wel van materiële betekenis zijn voor het balanstotaal en de
financiële positie.
2.1 Weerstandscapaciteit
De weerstandscapaciteit bestaat uit een drietal elementen bestaat, te weten:
1. de omvang van de vrij aanwendbare reserves;
2. de omvang van de onbenutte belasting capaciteit;
3. onvoorzien.
2.1.1. De omvang van de vrij aanwendbare reserves
Voor de bepaling van de financiële positie van het stadsdeel is het eigen vermogen van groot belang.
Het
eigen vermogen bestaat uit de reserves en het resultaat na bestemming volgend uit de
programmarekening.
Het begrip resultaatbestemming kan als volgt worden omschreven. Aan het einde van het financiële
verantwoordingsjaar, na het opmaken van de jaarrekening, is er sprake van een saldo. Het is
vervolgens de stadsdeelraad die bepaalt hoe met dit saldo wordt omgegaan.
Aan een overschot wordt door de stadsdeelraad een bestemming gegeven. Bij een tekort geeft de
stadsdeelraad aan hoe dit moet worden gedekt.
Het saldo van de jaarrekening 2004 is nihil.
Er zijn twee soorten reserves, te weten:
• Algemene reserve;
• Bestemmingsreserves.
77

Algemene reserve
De algemene reserve niet zijnde een bestemmingsreserve, is voor het opvangen van risico’s in
algemene
zin. Voorbeelden hiervan zijn een tekort op de rekening en het opvangen van niet voorziene risico’s.
Bij
de evaluatie van de reserves en voorzieningen in 1999 is het minimumniveau van de algemene
reserves
bepaald op 45,38 per inwoner, zijnde 2,61 miljoen. Het minimumniveau van de algemene reserve
is
sindsdien niet aangepast aan het aantal inwoners, noch is het niveau geïndexeerd.
De algemene reserve is ten opzichte van de ultimo stand 2003 ( 3,1 miljoen) gedaald naar de stand
ultimo 2004 van 2,7 miljoen.
De algemene reserve blijft net boven het gewenste minimumniveau van 1999 van 2,61 miljoen.
In de voorjaarsnota 2005 wordt het niveau van de algemene reserve geactualiseerd.
Bestemmingsreserves
Aan bestemmingsreserves heeft de raad een bepaalde bestemming gegeven. Een specifiek type
bestemmingsreserve is de egalisatie reserve.
Egalisatiereserves dienen om ongewenste schommelingen in de tarieven die aan derden in rekening
worden gebracht op te vangen (bijvoorbeeld op het gebied van afvalstoffen).
Aan de bestemmingsreserve Egalisatie tarief afvalstoffen is 0,5 miljoen onttrokken als gevolg van de
maximale door de Raad toegestane tariefsstijging afvalstoffen mogelijk te maken. De stand van de
bestemmingsreserve Egalisatie tarief afvalstoffen ultimo 2004 is 0,5 miljoen.
Met name de algemene reserve bepaalt de weerstandscapaciteit van het stadsdeel. De overige
reserves zijn immers bestemd; zie verder de staat van reserves en voorzieningen 2004 van het
bijlagenboek van de rekening 2004.
2.1.2. De omvang van de onbenutte belastingcapaciteit
Hierover is reeds besloten bij de begroting 2004 en is als zodanig uitgevoerd bij de rekening 2004.
2.2 Risicoparagraaf
Subsidieontvangsten
Bij de begroting 2004 was het risico opgenomen van het nog niet hebben van een adequate
termijnagenda of subsidievolgsysteem in het stadsdeel. Hierdoor ontstaat het risico dat niet tijdig een
verantwoording (met bijbehorende accountantsverklaring) bij de subsidiegever wordt ingediend en dat
mogelijke baten worden misgelopen of dat het stadsdeel de reeds ontvangen subsidie moet
terugbetalen.
De Raad bij motie bij de begrotingsbehandeling 2005 op de realisatie van een subsidievolgsysteem
aangedrongen. Welnu in 2004 heeft de sectie administratieve organisatie van de sector financiën een
subsidieregistratieprocedure beschreven die op dit moment nog moet worden getoetst en
geïmplementeerd. Vervolgens ligt de keuze voor in welk systeem, een documentatie- of een financieel
systeem het subsidievolgsysteem onderdeel moet vormen.
Onderwijssubsidies
Door onduidelijkheden over de precieze afrekencriteria van de centrale stad ten aanzien van aan het
stadsdeel overgedragen middelen voor de bestrijding van onderwijsachterstanden kan een risico voor
het
stadsdeel ontstaan. Behalve de Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling spelen ook de zienswijze van
de
ACAM en de rijksoverheid hierin een rol. Ten tijde van het opstellen van deze risicoparagraaf waren
de
partijen nog niet tot een definitieve uitspraak gekomen. Inmiddels zijn er activiteiten in gang gezet
waarvan niet gegarandeerd kan worden dat die voor 100%-bekostiging in aanmerking komen.
Daarnaast bestaat het risico van wachtgeldverplichtingen indien er personeel bij scholen en
instellingen
is aangesteld ten laste van projectengeld dat door de externe financiers wordt stop gezet.
Dit risico is nog aanwezig hoewel in 2004 aan risicobeperking is gewerkt door de rechtmatigheids- en
doelmatigheidstoets door de accountant voor onderwijssubsidies vast te stellen.
78

Bestuurlijke overdracht Van Koetsveld- en W.B. Noteboomschool
De Stadsdeelraad heeft in zijn vergadering van 28 februari 2002 de intentie uitgesproken om te komen
tot een bestuurlijke overdracht van de Van Koetsveld- en de W.B. Noteboomschool aan een stichting
die
meerdere scholen voor openbaar speciaal en voortgezet speciaal onderwijs te Amsterdam in stand zal
gaan houden. In het kader van de bestuurlijke overdracht zullen alle budgetten ten aanzien van het
personele beheer en de materiële instandhouding moeten worden overgedragen, inclusief de tot de
datum van overdracht gevormde reserves ten aanzien van deze budgetten. Tevens is het de
bedoeling dat de schoolgebouwen in eigendom aan de nieuwe stichting worden overgedragen.
Voordat tot overdracht kan worden overgegaan, is het noodzakelijk om het hele financiële beheer tot
nu toe inzichtelijk te krijgen.
Er zal gekeken moeten worden naar eventueel achterstallig onderhoud en er dient rekenschap
gegeven
te worden van de mogelijkheid dat er personeel op de Van Koetsveld- en W.B. Noteboomschool
rechtstreeks vanuit middelen vanuit het stadsdeel wordt betaald. De nieuwe stichting in oprichting zal
naar
verwachting uitspraken doen over de hoogte van de middelen die zij minimaal nodig denkt te hebben
om te komen tot een verantwoord bestuur. In het traject dat leidt tot de bestuurlijke verzelfstandiging
zal
een werkgroep ‘Financiën’ zich bezig gaan houden met bovengenoemde vragen en zal er per
stadsdeel
duidelijk moeten worden welke middelen moeten worden overgedragen.
In de rekening 2004 is hiervoor een voorziening getroffen “voorziening bruidschat speciaal onderwijs”
en daarmee zijn de voorzienbare risico’s afgedekt met betrekking tot de bestuurlijke overdracht van de
va Koetsveld- en W.B. Noteboomschool.
Project Wibauthuis/Kohnstammhuis
De toekomstige bebouwingsmogelijkheden van het Rhijnspoorplein, deel uitmakend van de beoogde
herontwikkeling van de Wibauthuis-Kohnstammhuislocatie, worden beïnvloed door de aanwezigheid
van
onder meer het grootste rioolgemaal van Amsterdam. De herontwikkeling van de locatie en de
verplaatsing van de Rioolwaterzuiveringsinstallatie (RWZI) op het Zeeburgereiland naar het Westelijk
Havengebied zijn aanleiding voor verplaatsing van het huidige gemaal op het Rhijnspoorplein.
De nieuwe RWZI dient vanaf 1 juli 2005 operationeel te zijn. Dat betekent dat ook het nieuwe gemaal
op
die datum operationeel moet zijn. Rekening houdend met de planning en de nodige voorbereidingstijd
en bouwtijd van een nieuw gemaal is in april 2003 de bouwaanvraag voor het nieuwe gemaal
ingediend.
Het is niet ondenkbaar dat hiertegen een beroepsprocedure wordt ingesteld door de naburige
bewoners.
Mocht door onvoorziene omstandigheden en buiten de schuld van de Dienst Waterbeheer en
Riolering
(DWR) het nieuwe gemaal geheel niet kunnen worden gerealiseerd, dan zullen de door de DWR
gemaakte voorbereidingskosten bij het stadsdeel in rekening worden gebracht.
Met de bouw is inmiddels begonnen en het verwachte risico is niet opgetreden. Zoals elk bouwproject
kent ook dit project enkele bestuurlijk besluitvormingsmomenten. De resterende risico’s met
betrekking tot het project Wibauthuis/Kohnstammhuis zullen onderdeel uitmaken van het reguliere
besluitvormingstraject.
3. Paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen
Ten aanzien van deze paragraaf kunnen wij verwijzen naar de staat van vaste activa en de
kredietenstaat, te vinden op bladzijde 3 en bladzijde 25 van het bijlagenboek bij de
programmarekening 2004
79

4. Paragraaf Bedrijfsvoering
Algemeen
De bedrijfsvoering ondersteunt de uitvoering van de programma's. Het succesvol kunnen uitvoeren
van de verschillende programma’s is dan ook in belangrijke mate afhankelijk van de kwaliteit van de
bedrijfsvoering.
Ook deze paragraaf is ‘nieuw’ in die zin, dat er nu voor het eerst in het kader van de begroting 2004
expliciet aandacht is besteed aan de bedrijfsvoering. Voor de rekening 2004 geldt hetzelfde en ook
hierin de bedrijfsvoeringsparagraaf een nieuw fenomeen. Specifiek wordt ingegaan op de saldi van de
kostenplaatsen en verder menen wij te kunnen volstaan met te verwijzen naar het sociaal jaarverslag
2004.
Middelen
Inkoop op de kaart
In het rapport ‘Inkoopscan’, gaf het bureau Alfa Delta Professionals in 2003 een financiële analyse,
een kwalitatieve analyse en een analyse van de organisatie van inkoop binnen het gehele stadsdeel.
Uit het rapport kwam de aanbeveling dat de inkoopfunctie een meer prominente en professionele rol
moet gaan spelen dan ten tijde van het onderzoek (cijfers 2002, werkwijze 2003) het geval was.
Het plan van aanpak ‘Inkoop op de kaart’, dat na het bovengenoemde rapport is uitgebracht, richtte
zich op het optimaliseren van een aantal inkoopsegmenten, het inrichten van de inkooporganisatie en
het opstellen van nieuwe processen en procedures. Het plan wordt op dit moment door een
stuurgroep vanuit het MT uitgevoerd.
Inmiddels is de catering opnieuw aanbesteed. De kosten voor de catering zullen daardoor vanaf 2005
met ongeveer 100.000 per jaar dalen. Met het organiseren van een nieuwe aanbesteding van
schoonmaak en repro is in 2004 gestart.
Doelmatigheid en Doeltreffendheid
Op 15 december 2003 heeft de stadsdeelraad, op voordracht van het dagelijks bestuur, besloten in
het kader van de verordening Doelmatigheid en Doeltreffendheid, de interne facilitaire dienstverlening
door te lichten.
Na een aanbestedingsprocedure is in mei 2004 het onderzoeksbureau Twynstra Gudde Management
Consultants geselecteerd om, in samenwerking met de betrokken afdelingshoofden van het stadsdeel,
het onderzoek uit te voeren. Het onderzoek heeft plaatsgevonden van juli 2004 tot december 2004 en
betrof alle facilitaire afdelingen te weten Facilitaire Ondersteuning, PAD, ICT, Communicatie van
Algemene Zaken en Ondersteuning van Stadsdeelwerken. Twynstra Gudde concludeerde dat de
interne facilitaire dienstverlening niet voldoende effectief en efficiënt is, dat sprake is van
versnippering en dat centrale kaders ontbreken. In het voorjaar van 2005 zijn de betrokken
afdelinghoofden gestart met het opstellen van een verbeterplan waarin de aanbevelingen van
Twynstra Gudde zijn omgezet in concrete maatregelen. In mei 2005 zal dit plan aan het MT worden
voorgelegd.
Processen
Informatie- en communicatietechnologie
De afdeling ICT heeft in 2004 de volgende activiteiten uitgevoerd:
- Het realiseren en implementeren van het elektronisch Burgerloket en het elektronisch
Ondernemersloket.
- Eerste fase voor de realisatie van een geïntegreerde informatievoorziening door de ontwikkeling
van een buurtinformatie systeem en een centrale database voor management informatie (digitale
dashboards)
- Opstellen van een informatiebeveiligingsbeleid en een beveiligingsplan waarbij de implementatie
in 2005 zal plaats vinden (inclusief Wet Bescherming Persoonsgegevens)
- Het realiseren en implementeren van een organisatiebreed intranet voor de ondersteuning van
onze werkprocessen.
80

- Het centraliseren van de servers en het opwaarderen van het netwerk en de netwerkcomponenten
voor een efficiënter systeembeheer.
- Het extra beveiligen van het netwerk tegen virussen, ongewenste mail, spy-ware en inbraken via
het Internet.
- In 2003 en 2004 heeft de afdeling ICT de basis gelegd om van automatisering naar
informatisering te gaan en van gegevens naar informatie. In 2005 zullen dit vorm krijgen door het
ontwikkelen van informatiemanagement welke een directe relatie heeft met de visie en strategie
van het stadsdeel.
- De stadsdelen gezamenlijk hebben de vervanging van het SVIS Europees aanbesteed. Hieruit is
gebleken dat geen enkele aanbieder aan de vereisten kan voldoen. Hierdoor heeft een en ander
vertraging opgelopen.
Optimaliseren Primaire Processen
In 2004 is een traject gestart om een aantal processen te optimaliseren. Vier stadsdelen, waaronder
Oost/Watergraafsmeer, bespreken onder leiding van de bestuursdienst en het bureau
processpecialisten hoe deze processen beter gestroomlijnd kunnen worden. Deze processen zijn
onder andere het verlenen van objectvergunningen en van horecavergunningen.
Om niet allemaal zelf het wiel uit te vinden, is gekozen voor deze samenwerkingsconstructie, waarbij
iedereen van elkaar kan leren en uit de vier (mogelijk verschillende) werkwijzen, de meest optimale
geconstrueerd kan worden. In 2005 is dit traject voor een aantal processen afgerond en kunnen de
nieuwe processen geïmplementeerd worden.
Kostenplaatsen en hulpkostenplaatsen
Sector Algemene Zaken
(Hulp)kostenplaatsen begroting realisatie verschil
Algemene Zaken 2004 2004 2004
Uitgaven 7.748.162 7.663.689 84.473
Dekking (Inkomsten) 7.748.162 7.663.689 84.473
Saldo 0 0 0
Publiekszaken
De onderschrijding van 52.021 op de kostenplaats Publiekszaken wordt veroorzaakt doordat de
interne doorbelastingen van andere organisatie onderdelen lager uitvallen dan begroot. Het is niet
inzichtelijk op welke doorbelastingen dit betrekking heeft.
OOV/MEO
De onderschrijding van 21.653 wordt met name veroorzaakt door een te hoge inschatting van
salariskosten.
Communicatie algemeen
Het tekort op deze hulpkostenplaats wordt veroorzaakt door het feit dat de salarissen van de
projectmedewerkers (1,78 FTE) vanuit deze hulpkostenplaats worden betaald, terwijl de financiering
plaatsvindt vanuit projectgelden van de sectoren Wonen en Werken en Stadsdeelwerken. Dit is
doorbelast op de verschillende projecten van bovengenoemde sectoren. Het gaat hierbij om ongeveer
90.000.
Daarnaast zijn er uitzendkrachten ingehuurd in verband met personeelsverloop en het opvullen van
zwangerschapsverlof ( 20.000). Tenslotte zijn de interne doorbelastingen van andere organisatie
afdelingen 37.130 lager uitvallen dan begroot. Het is niet inzichtelijk op welke doorbelastingen dit
betrekking heeft.
Facilitaire ondersteuning
Net als voorgaande jaren is er overschreden op vaste telefoonkosten, 27.724. Naast een gewijzigd
belgedrag (er wordt meer naar mobile nummers gebeld) zijn er extra telefoonvoorzieningen getroffen
op de werf aan de Rozenburglaan. Bovendien zijn in verband met verbetering arbeidsomstandigheden
een aantal headsets aangeschaft.
81

Daarnaast was er voor mobile telefonie was geen budget gereserveerd. De kosten op dit punt
bedragen 10.434. In 2005 zullen voice- en datacommunicatiekosten nader worden bekeken en
verwachten we binnen de begroting te blijven.
De onderschrijding van 66.377 op onderhoud machines, gereedschap wordt veroorzaakt doordat
werkzaamheden het onderhoud aangaande in combinatie met kleine bouwkundige aanpassingen zijn
uitgevoerd. De kosten zijn ten laste van het krediet voor deze kleine bouwkundige aanpassingen
geboekt.
De overschrijding op afschrijvingen 26.167, zijn veroorzaakt door een verkeerde berekening in de
begroting.
Huisvesting
De onderschrijdingen op energie 14.729 en onroerende zaak belasting 25.166 zijn conform de
onderschrijdingen in 2003. De energie nota is meegevallen omdat het een zachte winter is geweest.
Voor de onroerende zaak belasting kan gesteld worden dat de begroting in 2004 te hoog was
opgenomen.
De overschrijding op huur en servicekosten van 62.208, is veroorzaakt door een éénmalige
afboeking van de claim huurrestitutie als gevolg van de asbestsanering in 2002 kantoor
Helmholtzstraat.
Externe communicatie
De post investeringen is overschreden omdat de aanschaf van het Content Management Systeem
voor de website 23.510 duurder is geworden dan begroot. De reden hiervoor is dat in de realisatie
de implementatiekosten zijn meegenomen. In de begroting was hiermee geen rekening gehouden.
In 2004 is er aan advertentie- en andere mediakosten circa 44.400 minder uitgegeven dan was
begroot. Dit komt omdat de advertentie tarieven zijn gedaald. Bovendien hebben we minder mm
ingekocht, onder andere doordat we de advertentie compacter hebben gemaakt.
ICT
De onderschrijding van 105.583 komt door een lagere afschrijving als gevolg van minder
investeringen. De investeringen zijn in het verleden lager uitgevallen door inkoopvoordelen.
Daarnaast is er vertraging ontstaan in het uitgeven van investeringen. Dit geldt voor de vervanging
van het SVIS en de realisatie van het digitaal portaal.
Sector Bestuurs & managementondersteuning
(Hulp)kostenplaatsen begroting realisatie verschil
Bestuurs & managementondersteuning 2004 2004 2004
Uitgaven 3.410.086 3.011.284 398.802
Dekking (Inkomsten) 3.410.086 3.011.284 398.802
Saldo 0 0 0
BMO STAF (voordeel 105.000)
De onderscheiding op de kostenplaats BMO staf wordt veroorzaakt door het volgende. In de begroting
is een prioriteit toegekend van 125.000 bestaande uit 60.000 voor activiteiten INK traject, 45.000
kwaliteitsverbetering financiële controlling en 20.000 voor verbetering van de financiële
verantwoording onderwijs. De hier opgenomen middelen voor verbetering financiële controlling
kunnen pas worden ingezet nadat de reorganisatie van de sector financiën heeft plaatsgevonden.
Deze reorganisatie heeft vertraging opgelopen waardoor deze middelen pas in 2005 ingezet kunnen
worden. Vanwege de activiteiten voor de ombuigingen is de ambtelijke organisatie niet toegekomen
aan de geplande activiteiten voor het INK traject
82

BMO P&O (voordeel 300.000)
Het positieve saldo van de kostenplaats P&O wordt als volgt verklaard:
De afdeling P&O is in 2004 gereorganiseerd. De toegestane formatie is gereduceerd naar 11.5 fte.
Aan salarissen is 45.000 minder uitgegeven; daar tegenover staat echter dat voor ondersteuning
van de afdeling m.n. vanwege implementatie van het nieuwe personeels-en salarissysteem en door
vervanging vanwege ziekte/zwangerschapsverlof van medewerkers van de afdeling P&O meer extern
is ingehuurd, te weten 41.884.
De post onvoorzien kent onterecht een positief saldo van 215.822 omdat deze post over de
sectoren verdeeld had moeten worden vanwege de kosten die de sectoren maken voor verkoop- en
kopen van uren volgens het cafetariamodel (fietsplan, pc-prive).
Ook is er 36.000 minder uitgegeven op de post Opleidingen en cursussen (op een budget van
165.000 waarin een incidenteel toegekend budget van 50.000 zit) omdat een aantal geplande
cursussen niet hebben plaatsgevonden. Zo is de training adviesvaardigheden voor P&O-adviseurs en
sectorcontrollers niet geëffectueerd in 2004 omdat door reorganisatie allereerst bekend moet zijn wie
op deze functies geplaatst worden.
Op de post Bedrijfsgezondheidszorg is 80.000 minder uitgegeven (op een budget van 238.000).
Omdat vanaf 1 januari 2004 gewerkt wordt met een nieuwe Arbodienst en het stadsdeel een actief
beleid voert om het ziekteverzuim te reduceren, werd voor 2004 een extra tijdelijk budget van
50.000 toegekend. De in deze post opgenomen gelden voor het verrichten van een GAPO (gericht
arbeidsdeskundig en periodiek onderzoek) voor de sector Stadsdeelwerken is niet benut omdat dit is
uitgesteld naar 2005. Tevens heeft in 2004 geen onderhoud plaatsgevonden op de in 2002 gehouden
Risico Inventarisaties & Evaluaties (RI&E’s). Verder was tijdens het opstellen van de begroting niet
duidelijk wat de kosten van de nieuwe arbodienst – waarmee ingaande 1 januari 2004 een contract is
gesloten – zouden worden. Naar nu blijkt zullen deze kosten lager zijn en hoeft de toegekende
incidentele prioriteit niet structureel toegekend te worden
Op de post Kinderopvang is 23.000 meer uitgegeven.
Iedereen die volgens de kinderopvangregeling in aanmerking komt voor een vergoeding wordt
uitbetaald. Van te voren valt niet geheel te voorzien hoe groot de uitgaven zijn.
De post kent een open eind financiering. De reis-en verblijfkosten fluctueren jaarlijks. In 2004 is, net
als in 2003, 10.000 meer uitgegeven (op een budget van 60.000). Besloten is om in 2005 een
nadere analyse te verrichten of de regels voor declaraties wel nauwlettend gevolgd worden.
Sector Financiën
(Hulp)kostenplaatsen begroting realisatie verschil
Financiën 2004 2004 2004
Uitgaven 2.674.908 2.539.540 135.368
Dekking (Inkomsten) 2.674.908 2.539.540 135.368
Saldo 0 0 0
De kosten van personele inzet is 52.000 lager dan begroot. Dit is veroorzaakt door vacatures op de
afdelingen van de sector financiën.
De algemene accountantskosten zijn 50.000 lager dan begroot. Het aantal specifieke verklaringen is
beter toegerekend aan de projecten en producten waar de verklaring voor gevraagd werd.
De doorberekende rente en afschrijvingen zijn 36.000 lager dan begroot omdat de investering in het
nieuwe financiële systeem nog niet volledig was gedaan in 2003.
Een onverwachte winstdeling van het gemeenteverzekeringsbedrijf over 2002 leverde een extra
opbrengst op van 15.000.
De kosten voor onderzoek en adviezen is overschreden met een bedrag van 30.000. Dit is o.a.
veroorzaakt door het project inkoop op de kaart en de inventarisatie van de subsidiestromen.
83

Sector Stadsdeelwerken
(Hulp)kostenplaatsen begroting realisatie verschil
Stadsdeelwerken 2004 2004 2004
Uitgaven 20.041.868 19.765.901 275.967
Dekking (Inkomsten) 20.041.868 19.765.901 275.967
Saldo 0 0 0
Per saldo laten de budgetten voor salaris- en inhuurkosten van de sector een positief resultaat van
circa 5 % zien maar zijn er grote afwijkingen tussen de kostenplaatsen onderling. Dit heeft drie
belangrijke oorzaken:
1. Met het doorvoeren van de reorganisatie van de sector per 1 maart 2004 maart is het
reorganisatie- plan van het stadsdeel Oost/Watergraafsmeer, vastgesteld door de stadsdeelraad
op 31 maart 1999, opgesteld om de fusie tussen de voormalige stadsdelen Oost en
Watergraafsmeer, formeel afgerond. Deze nieuwe indeling is nog niet volledig in de begroting van
2004 doorgevoerd, dit heeft geleid tot een andere verdeling van kosten dan oorspronkelijk
begroot.
2. Als gevolg van een tekort op de stadsdeelbegroting heeft de sector voor 2004 een taakstelling van
203.000 over de budgetten voor salaris- en inhuurkosten van de sector verdeeld.
3. De organisatie komt met voorstellen hoe de opdracht van de deelraad, om tot een structureel
sluitende begroting te komen, uit te voeren. De sector was vooruitlopend op de reorganisatie al
uiterst terughoudend geweest met het vervullen van vacatures. In afwachting van de voorstellen
voor de structureel sluitende begroting is deze strategie, van daar waar mogelijk inhuren in plaats
van medewerkers in vaste dienst aan te nemen, in 2004 voortgezet. Dit leidt weliswaar tot hogere
inhuurkosten tegenover lagere salariskosten maar voorkomt het risico van het moeten laten
afvloeien van net aangenomen personeel.
Sector Welzijn, onderwijs, sport en recreatie
(Hulp)kostenplaatsen begroting realisatie verschil
Welzijn, onderwijs, sport en recreatie 2004 2004 2004
Uitgaven 6.916.449 6.544.382 372.067
Dekking (Inkomsten) 6.916.449 6.544.382 372.067
Saldo 0 0 0
De salariskosten bij sport & recreatie zijn lager dan begroot omdat de kosten van 3 fte’s bij
sportactiviteiten en 1fte bij binnenaccommodaties flexibel ingezet (uitzendkrachten) rechtstreeks op de
betreffende beoogde effecten in het programma Vrije Tijd zijn verantwoord (± 100.000).
De doorbelaste kosten van andere afdelingen op de kostenplaatsen van de sector WOS zijn lager dan
begroot (± 315.000).
Door noodzakelijke vervanging wegens ziekte zijn de salariskosten bij de afdeling onderwijs
± 65.000 hoger dan begroot.
84

Sector Wonen en werken
(Hulp)kostenplaatsen begroting realisatie verschil
Wonen en werken 2004 2004 2004
Uitgaven 6.697.024 6.661.260 35.764
Dekking (Inkomsten) 6.697.024 6.661.260 35.764
Saldo 0 0 0
De cijfers van de sector vertonen een positief verschil van ca. 0,5%.
Aan dit saldo liggen verschillende kleinere afwijkingen ten grondslag, en een aantal meer substantiële.
Bij de kostenplaats Handhaving en Vergunningen is sprake van een voordeel 67.125 als gevolg van
niet ingevulde vacatures, waartegenover een nadeel staat van 86.366 dat veroorzaakt wordt door
inhuur van extern personeel t.b.v. de zgn. inhaalslag gebruiksvergunningen.
De kostenplaats stafafdeling laat eveneens een voordeel zien van 63.979, als gevolg van (nog) niet
ingevulde vacatures. Als gevolg van niet tijdig verwerkte correcties vertoont de post “vervanging
personeel” een nadeel van 121.489; dit is echter geen “werkelijk” nadeel aangezien hiervoor uit
andere bronnen beschikbaar gestelde budgetten tegenoverstonden.
De kostenplaats sectorstaf vertoont op de post salarissen en sociale lasten een nadeel van 44.931.
Dit wordt veroorzaakt door het feit dat de lasten van een uit te plaatsen medewerker nog hierop
drukken.
5. Paragraaf Verbonden partijen
Deze paragraaf gaat in op de doelstellingen, activiteiten en de mate van de financiële betrokkenheid
van de samenwerkingsverbanden waarin ons stadsdeel participeert en tevens een bepaalde
bestuurlijke invloed kan uitoefenen. Het gaat hierbij om banden met derde partijen, waarbij het
realiseren van een publiek belang centraal staat.
Het stadsdeel heeft zoals bij de begroting 2004 vermeld slechts één enkele verbonden partij, namelijk
het Sportfondsenbad Oost. Hierover zijn voor wat betreft de programmarekening 2004 geen
opmerkingen te maken.
6. Paragraaf Overzicht lokale lasten
Ten tijde van de begrotingsbehandeling heeft de Raad het tarievenboek 2004 vastgesteld dat een
bundeling is van de verordeningen en tarieven van het stadsdeel Oost/Watergraafsmeer. Conform de
besluitvorming zijn de tarieven geïnd en geven geen aanleiding tot opmerkingen in de
programmarekening 2004.
85

Balans per 31 december 2004 - Oost/Watergraafsmeer.
ACTIVA
ultimo 2003 ultimo 2004
A. Vaste activa 55.431.872 56.955.597
Materiele vaste activa 55.331.221 56.820.247
-Investeringen met een economisch nut
terreinen 4.859.086 4.404.017
bedrijfsgebouwen 37.065.583 36.894.235
machines, apparaten en installlaties 5.517.294 6.299.313
overige materiële vaste activa 7.889.258 9.222.682
Financiële vaste activa 100.651 135.350
-Overige langlopende leningen 75.936 113.725
-Bijdrage aan activa in eigendom
van derden 24.715 21.625
B. Vlottende activa 49.570.119 49.997.052
Voorraden 10.713.736 18.462.396
Onderhanden werk 10.715.097 18.459.027
Handelsgoederen -1.361 3.369
Vorderingen 6.294.647 5.594.084
Openbare lichamen 3.975.959 4.183.797
Overige vorderingen 2.318.688 1.410.286
Liquide middelen 24.984.016 15.208.961
Overlopende activa 7.577.720 10.731.611
C. Overige overlopende activa 7.622.780 16.873.881
Binnengemeentelijke vorderingen 1.459.927 1.945.165
Rekening-courantsaldi 6.162.853 14.928.716
Concern Financiën 3.214.331 14.633.911
ISV /SV 2.374.047 204.052
De Nieuwe Ooster 574.475 90.753
Totaal activa 112.624.771 123.826.531
86

Balans per 31 december 2004 - Oost/Watergraafsmeer.
ultimo 2003
ultimo 2004
PASSIVA
A. Vaste passiva 98.190.306 111.289.333
Eigen vermogen 21.096.569 17.849.845
algemene reserves 3.101.478 2.704.830
bestemmingsreserves om schommelingen
in tarieven op te vangen 1.122.018 537.815
bestemmingsreserves 12.001.861 13.461.697
Resultaat na bestemming 4.871.212 1.145.504
Voorzieningen 13.838.427 18.007.901
Vaste schulden 63.255.310 75.431.587
Waarborgsommen 10.132 16.967
kapitaalschuld aan de gemeente 63.245.178 75.414.620
B. Vlottende passiva 13.099.792 10.277.223
Kortlopende schulden 1.500.633 4.907.427
Overlopende passiva 11.599.159 5.369.796
C. Overige overlopende passiva 1.334.673 2.259.974
Binnengemeentelijke schulden 1.334.673 2.259.974
Totaal passiva 112.624.771 123.826.531
87

VASTE ACTIVA
TOELICHTING OP DE BALANS
De waarderingsgrondslag is de historische aanschafprijs voorzover de
aanschaffingen door het stadsdeel zelf zijn verricht, en de boekwaarden,
zoals die per afsplitsende dienst aan het stadsdeel door de Centale Stad
in rekening is gebracht.
Het netto maken van investeringen in het kader van de invoering van het
BTW-Compensatiefonds heeft nog niet plaatsgevonden.
Aanschaffingen na 1 januari 2003 zijn wel netto verwerkt voor zover van
toepassing volgens de richtlijnen van het BTW-Compensatiefonds.
Afschrijvingen vinden lineair plaats vanaf het eerstvolgende jaar na
ingebruikneming. Met restwaarden wordt geen rekening gehouden.
(M.u.v. van vier investeringen welke annuïtair worden afgeschreven, zie
Staat van Vaste Activa, kolom Afw)
Boekwaarde vaste activa per 1 januari 2004 55.431.869
Bij: Investeringen 2004 9.336.655
Af: Desinvesteringen 2004 -5.164.156
Afschrijvingen 2004 -2.648.771
Boekwaarde vaste activa per 31 december 2004 56.955.597
Voor een gedetailleerde specificatie van de vaste activa wordt verwezen naar de bijlage.
Vlottende activa
Voorraden
De post voorraden bestaat uit de volgende onderdelen:
Overige voorraden 3.369
Onderhanden werk Grondexploitaties Vereveningfonds 18.459.027
(zie hiervoor ook de bijlage Overzicht Grondexploitaties Plan 223.04,
Plan 230.03, Plan 322.10 en Plan 391.01, Plan 391.02 en Plan 481.10. 18.462.396
Totaal voorraden ultimo 2004 18.462.396
Vorderingen
Openbare lichamen
BTW-Compensatie Fonds
Exploitatie 3.669.401
Investeringen 586.887
ISV / SV 143.628
Totaal aangiften t/m 4e kwartaal 2004 4.399.916
(95% van de aangiften) 4.179.920
Nog te declareren 3.877
4.183.797
Bij boeking van de factuur is het soms nog niet duidelijk uit welke bron de financiering is. Hierdoor kunnen
er nog verschuivingen t.o.v. de declaratie BCF voorkomen. Hieronder volgt de juiste verdeling:
Exploitatie 3.662.299
Investeringen 586.887
ISV / SV 150.730
4.399.916
88

TOELICHTING OP DE BALANS
Overige vorderingen
Debiteuren 2.079.229
2.079.229
Qua ouderdom is dit bedrag als volgt te specificeren:
1999 en ouder 247.257
2000 25.592
2001 85.656
2002 136.631
2003 134.846
2004 1.449.247
2.079.229
Af: Voorziening dubieuze debiteuren -668.943
Totaal Vorderingen ultimo 2004 1.410.286
Liquide middelen
Kassen 18.385
Giro-rekeningen 13.628.401
Tussenrekening giro's -50
Rekening-courant scholen 1.562.225
Totaal liquide middelen ultimo 2004 15.208.961
Overlopende activa
Kruisposten 4.867
Vooruitbetaalde bedragen 1.178.814
Nog te ontvangen bedragen 9.475.383
Nog te ontvangen bedragen personeel 72.547
Totaal overlopende activa ultimo 2004 10.731.611
Overige vlottende activa
Binnengemeentelijke vorderingen
De vorderingen zijn, conform de gemeentelijke voorschriften, met de overige
gemeentelijke diensten per 30 september afgestemd. 1.945.165
Qua ouderdom is dit bedrag als volgt te specificeren:
1999 en ouder 2.768
2000 9.075
2001 23.496
2002 32.694
2003 190.011
2004 1.687.121
1.945.165
Totaal Binnengemeentelijke vorderingen ultimo 2004 1.945.165
89

TOELICHTING OP DE BALANS
Rek. courantsaldo met Concern financiën
Dit betreft de de mutaties 2004 in de vaste activa
en de voorraad Onderhanden werk Grondexploitaties.
- Investeringen Vaste Activa Oost/Watergraafsmeer 9.336.655
- Investeringen Vaste Activa De Nieuwe Ooster 276.954
- Investeringen grondexploitatie Vereveningfonds:
plannummer 223.04 762
plannummer 230.03 -31.422
plannummer 322.10 1.223.987
plannummer 391.01 (van vaste activa 2.824.747) 7.965.544
plannummer 391.02 10.783
plannummer 481.10 22.729
Totaal investeringen
9.192.383
18.805.992
-Desinvesteringen Vaste Activa -5.164.156
- Overdracht spec.onderwijs (verrekend via Leningfonds) 2.339.414
- Overdracht spec.onderwijs (afronding) -5
Vaste Activa naar Grondexpl. (plannummer 391.01) -2.824.747
-Desinvesteringen Grondexploitatie
- plannummer 230.03 1.005.790
- plannummer 391.02 447.546
1.453.336
- Afschrijvingen Vaste Activa Oost/Watergraafsmeer -2.648.771
- Afschrijvingen Vaste Activa De Nieuwe Ooster -151.899
Totaal Rek-crt Gemeente Amsterdam ultimo 2004 14.633.911
Stadsvernieuwing/Grondexploitatie
Saldo declaraties bij de gemeente Amsterdam voor het 204.052
uitvoeren van werkzaamheden in het kader van de stadsvernieuwing.
90

PASSIVA
TOELICHTING OP DE BALANS
Eigen vermogen
Voor een nadere specificatie en toelichting wordt verwezen naar de bijlage
"Staat van reserves en voorzieningen" en de toelichting hierop.
Voorzieningen
Voor een nadere specificatie wordt verwezen naar de bijlage
"Staat van reserves en voorzieningen" en de toelichting hierop.
Kapitaalschuld aan de gemeente Amsterdam
Kapitaalschuld per 1 januari 2004 63.245.178
Overdracht speciaal onderwijs -2.339.414
Kapitaalverstrekking wegens investeringen 9.336.655
Kapitaalmutatie in verband met grondexploitaties 7.820.972
Aflossing wegens desinvesteringen 0
Aflossing wegens afschrijvingen -2.648.771
Kapitaalschuld ultimo 2004 75.414.620
Rentelast 2004 1.979.437
Vlottende passiva
Kortlopende schulden
Crediteuren 2.640.707
Belasting en premie 1.098.772
Belasting en premie Onderwijs 734.594
Overige schulden Onderwijs 433.354
Kortlopende schulden ultimo 2004 4.907.427
Overlopende passiva
Nog te betalen kosten 3.845.301
Nog te betalen kosten Onderwijs 1.523.368
Vooruitontvangen bedragen 1.127
Overlopende passiva ultimo 2004 5.369.796
Binnengemeentelijke schulden
De schulden zijn, conform de gemeentelijke voorschriften, met de overige
gemeentelijke diensten per 30 september afgestemd. 551.826
Erfpacht 593.793
Grondexploitaties 1.114.355
Totaal Binnengemeentelijke schulden ultimo 2004 2.259.974
91

Balans per 31 december 2004 - Stadsdeel Oost/Watergraafsmeer (incl. De Nieuwe Ooster)
ACTIVA
ultimo 2003 ultimo 2004
A. Vaste activa 57.249.934 58.898.716
Materiele vaste activa 57.149.283 58.763.366
-Investeringen met een economisch nut
terreinen 4.859.086 4.471.093
bedrijfsgebouwen 38.259.388 38.137.000
machines, apparaten en installlaties 6.048.472 6.845.685
overige materiële vaste activa 7.982.337 9.309.587
Financiële vaste activa 100.651 135.350
-Overige langlopende leningen 75.936 113.725
-Bijdrage aan activa in eigendom
van derden 24.715 21.625
B. Vlottende activa 51.006.028 51.166.805
Voorraden 10.678.505 18.462.396
Onderhanden werk 10.679.866 18.459.027
Handelsgoederen -1.361 3.369
Vorderingen 6.983.295 6.238.696
Openbare lichamen 3.975.959 4.183.797
Overige vorderingen 3.007.336 2.054.898
Liquide middelen 25.150.125 15.219.858
Overlopende activa 8.194.103 11.245.856
C. Overige overlopende activa 7.048.305 16.783.128
Binnengemeentelijke vorderingen 1.459.927 1.945.165
Rekening-courantsaldi 5.588.378 14.837.963
Concern Financiën 3.214.331 14.633.911
ISV /SV 2.374.047 204.052
Totaal activa 115.304.267 126.848.649
92

Balans per 31 december 2004 - Stadsdeel Oost/Watergraafsmeer (incl. De Nieuwe Ooster)
ultimo 2003
ultimo 2004
PASSIVA
A. Vaste passiva 100.847.217 114.276.221
Eigen vermogen 22.899.715 18.489.630
algemene reserves 3.101.478 3.204.831
bestemmingsreserves om schommelingen 139.784
in tarieven op te vangen 1.122.018 537.815
bestemmingsreserves 13.805.007 13.461.697
Resultaat na bestemming 4.871.212 1.145.504
Voorzieningen 12.874.130 18.411.886
Vaste schulden 65.073.372 77.374.705
Waarborgsommen 10.132 16.967
kapitaalschuld aan de gemeente 65.063.240 77.357.738
B. Vlottende passiva 13.122.377 10.312.453
Kortlopende schulden 1.500.633 4.907.427
Overlopende passiva 11.621.744 5.405.026
C. Overige overlopende passiva 1.334.673 2.259.974
Binnengemeentelijke schulden 1.334.673 2.259.974
Totaal passiva 115.304.267 126.848.649
93

7 Alle producten en projecten onder programma's
PROGRAMMA: DIENSTVERLENING EN PARTICIPATIE
Beoogd effect: Meer beïnvloedings- en participatie mogelijkheden
Activiteiten: Het verbeteren van leefbaarheid en betrokkenheid van bewoners en gebruikers van het
stadsdeel
6336 Buurtbeheer
6372 Buurtbeheer Groepen
70472 Uitv.proj.buurtbeheer
70474 Tranvaal-Oost buurtconciërges
70475 Organisatiekst Beh.groep
70476 Buurtconciërges
70477 Nieuwe werkwijze buurtbeheer
70478 Contactambtenaar beheergroep
70479 Projecten buurtbeheer
70480 Implem.nwe werkw.buurtbeheer
70481 Eigen middel.buurtbehgroep
70521 Organisatiekstn + ondersteuning
Beoogd effect: Veilig stadsdeel voor wonen/ werken
Activiteiten: Coördinatie Veiligheid
6006 Coördinatie veiligheid
70019 Transvaal-Oost
70023 Prepar.rampenbestrijding
70024 Publ.veiligheidsbeleid
70025 Samen veilig ondernemen
Activiteiten: Het aannemen, registreren en coördineren van klachten inzake extreme overlast
6007 Meldpunt overlast
Activiteiten: Projecten op het gebied van veiligheid. Het onderhouden en uitbouwen van contacten met
de Centrale Stad en gemeentelijke en niet-gemeentelijke belanghebbenden ten behoeve
van integraal veiligheidsbeleid
6357 Veld 14
70017 Pluspunt Wibaut
70018 Kleinsch.veiligheid proj.
70021 Veiligheidssteunpunten
70022 Veiligheidsteunp.Transvaal
70026 SuppOost
70027 Veiligh.steunp.Dapperbuurt
70028 Veiligh.steunp.Betondorp
70029 Toezicht Dapperbuurt
70518 Veiligheidspakketten
Beoogd effect: Verbetering dienstverlening
Activiteiten: Het afstemmen en inrichten van het dienstenaanbod volgens de logica van de klant
70013 Project 1 loket fase 2
70035 D2 Dig.Portaal
70036 Klachten- en meldingssysteem
70517 Dienstverlening
Activiteiten: Het produceren van documenten
6015 Uittreksels
6016 Paspoorten
6017 Rijbewijzen
6018 Euro-identiteitsbewijzen
6019 Adreswijzigingen
95

6020 Verificatie
6021 Overige documenten
6356 Inzage BWT
70061 Banenpoolplek.migrantorg.
Activiteiten: Het vastleggen van gegevens burgelijke staat inwoners van de gemeente Amsterdam
6022 Burgerlijke stand
Activiteiten: Het verstrekken van de vergunningen van de sector AZ.
6008 Drank- en horecavergunningen
6009 Speelautomatenvergunningen
6010 Evenementenvergunningen
6011 Exploitatievergunningen
6012 Overige APV-vergunningen
6013 Verl.sluittijd/onth geluidseis
6014 Invalideparkeerkrt-en plaatsen
Activiteiten: Het voorbereiden en voltrekken van huwelijken en partnerregistraties
6024 Huwelijken
Beoogd effect: Vertrouwen in de volksvertegenwoordiging
Activiteiten: De raad stelt de kaders, het bestuur bestuurt en de raad controleert
6001 Bestuursorganen
Activiteiten: Het ambtelijk ondersteunen van Raad en DB
6002 Bestuursondersteuning
Activiteiten: Het organiseren van verkiezingen
6023 Verkiezingen
Activiteiten: SDS/Concernprojecten
501 Aanpassen ambitieniv programmabegr
502 Verhogen inkomsten (3e geldstromen)
503 Optimaliseren waardeketen
504 Optimaliseren bedrijfsvoering
6003 Bestuursondersteuning
6004 Aansturing sectoren
6005 Concerntaken
70003 Grote steden beleid
70012 Begel kosten nieuwe werf
70016 Groot Onderh.Linnaeusstr.
PROGRAMMA: ONDERWIJS
Beoogd effect: Aanbieden vold. openbaar onderwijs
Activiteiten: In stand houden van 11 openbare scholen
6094 Bestuur openbaar basisonderwijs
6095 Bestuur openbaar spec.onderwijs
6096 Scholen openbaar basisonderwijs
6097 Scholen openb.speciaal onderwijs
6355 Materiele instandh openb.spec.ond.
70131 Achterst.bel OBO/man.onderst.
70132 Achterst.bel OBO/uitv.scholen
70133 Achterst.bel OBO/profilering
70134 Achterst.bel OBO/cult.vorming
70135 Achterst.bel OBO/betrokkenh.
70136 Achterst.bel OBO/OALT
70138 Achterst.bel OBO/evaluatie
96

70139 VVE openbaar onderwijs
70140 VSD openbaar onderwijs
70141 Bestuurlijke krachtenbund OBO
70143 ICT Openb.Basisonderwijs
70145 Onderwijskansen De Kaap
70161 Achterst.bel OSO/man.onderst.
70162 Achterst.bel OSO/uitv.scholen
70163 Achterst.bel OSO/profilering
70166 Achterst.bel OSO/OALT
70167 Achterst.bel OSO/1e opv.leerpl
70168 Achterst.bel OSO/evaluatie
70550 Subsidie DMO personeelstekort
Beoogd effect: Onderwijs tbv. startkwal. ieder kind
Activiteiten: Consensusvoorzieningen
6085 Exploitatie schoolwerktuinen
6086 Consensus schoolzwemmen
6087 Consensus Schoolwerktuinen
6088 Consensus Cultuur en Verkeer
Activiteiten: Diverse projecten
6089 Lokale taken algemeen
70105 Onderwijsprojecten
70106 Schoolverbeteringsprojecten
Activiteiten: Doorvergoedingen
6078 Doorvergoed.basisonderwijs
6079 Doorvergoed.speciaal onderwijs
Activiteiten: Handhaven leerplicht
6080 Leerplicht wettelijke taken
6081 RMC Voortijdig schoolverlaters
Activiteiten: Huisvesten scholen
6073 Huisv.openbaar basisonderwijs
6074 Huisv.bijzonder onderwijs
6075 Huisv.openbaar spec.onderwijs
6076 Huisv.gebouwen buiten gebr.ond
70100 Bestuursakk.Verb.Ond.Huisv.
70101 Huisv.verpl.Koetsveldschool
Activiteiten: Jeugdgezondheidszorg
6083 Jeugdgezondheidszorg
Activiteiten: Leerlingenvervoer
6082 Leerlingenvervoer
Activiteiten: OALT
6091 OALT
Activiteiten: Schoolbegeleiding
6090 Schoolbegeleiding
70115 DJOP Huiswerkbegeleiding
Activiteiten: Tegemoetkoming (MZM)
6084 Tegemoetkomingen
97

Beoogd effect: Onderwijs ter voorkoming achterstand
Activiteiten: Brede school
70126 Brede School Polderweg
Activiteiten: Diverse projecten
70108 DJOP Bevo, Bewo & Tr onderwijs
70111 DJOP Exploitatie Muziekatelier
70114 Leesbevordering
70116 DJOP Ambul.onderst.4/6 jarigen
70117 DJOP Vakleerkrachtendag
70129 Schoolcontactpersonen
Activiteiten: Ouderbetrokkenheid
70112 DJOP Ouderbetrokkenheid/Criem
Activiteiten: Uitvoering geven onderwijsachterstandenbeleid
6092 Onderwijsachterstanden
70107 DJOP GOA Budget
70109 DJOP Ontwik.lokaal achterst.bel
70113 DJOP Overige activ.sover112000
70118 DJOP Ov.project.ovbwelzijn 2000
70128 Soc.vern.: Speerpunt Ond.
70130 Bestuursakk.Voor-&vroegsch.opv
Activiteiten: Verlengde schooldag
70120 VSD de Dapper
70121 VSD de Kaap
70122 VSD Linnaeus
70123 VSD 't Spectrum
70124 VSD de Kraanvogel
70125 VSD Lidwina/Palet
Activiteiten: Voor-en vroegschoolse educatie
70127 DJOP Voor en vroegschoolse educatie
PROGRAMMA: WELZIJN EN ZORG
Beoogd effect: Bevorderen emancipatie migranten
Activiteiten: Inburgerinstrajecten oud- en nieuwkomers
70068 Oudkomers trajectebegeleiding
70069 Oudkomers trajecten
70535 Oudkomers 2004
70538 Trajectbegeleiding Nieuwkomers
Activiteiten: Overleg met migrantenorganisaties
6061 Coördinatie migrantenbeleid
70008 Ambtelijke secr. BOMO
Beoogd effect: Bevorderen maatschappelijke participatie
Activiteiten: Planmatig onderhoud gebouwen
6062 Tijdsbesteding voor ouderen
6077 Permanent bezit welzijn
70104 Planmatig onderh.gebouwen
Activiteiten: Subsidieverstrekking maatschappelijke en sociale participatie
6040 Bibliotheken
6041 Vormings- en ontwikkelingswerk
98

6042 Speeltuinen
6043 Speeltuinverenigingen
6044 Buurt-en clubhuizen
6045 Vrijwilligersorganisaties
6047 Peuterspeelzalen
70050 Sociale activering
70058 Bestuursakk. ouder & kindcentrum
70059 Bestuursakk. zorg&participatie
70060 Bestuursakk.kwetsb groepen
70528 Buurt on line
Beoogd effect: Bevordering van participatie van jeugd
Activiteiten: Realiseren opvangvoorziening voor jongeren in WGM
6065 Jongerencentra
6066 Jongerenvoorzieningen
6067 Jeugd & Veiligheid
70075 Sociale Infrastructuur SHID
70076 Veilige ontmoetplts jong.
70077 Jeugdbeleid (uren)
70078 Pleinwerk
70080 Jeugd en Veiligheid
Beoogd effect: Gelegenheid ouder te werken/studeren
Activiteiten: Doelgroepenbeleid/stimuleringssubsidies
6049 NSO/BSO
Activiteiten: Invoering vraag gerichte financiering kinderopvang
6048 Kinderdagopvang
Activiteiten: Toezicht houden op naleving verordening kinderopvang
6050 Inspectie kinderopvang
Beoogd effect: Gelegenheid tot zelfst.blijven wonen
Activiteiten: Afstemming eerstelijnszorg- en welzijnsvoorzien
6053 Maatsch. voorzieningen
6056 Zorg- en welzijnsvoorzieningen
70044 Dienstc.'s-Gravensandeplein
70055 MFC Joubertstraat
70553 Preventieve gezondheidszorg
Activiteiten: Basispakket ouderen
6063 Ouderenvoorzieningen
70071 Reg.wijkverv.dr een organn
70554 Pilot Wijkvoorziening tweede lijn
Activiteiten: Zorg en welzijnsloket
70052 Wijkger.Zorg en Welzijn
Activiteiten: Prestatieafspraken met migranten en welzijnsinstel
6057 Nieuwkomers/Oudkomers
Activiteiten: subsideren/prestatieafspraken met migrantenorgan
6060 Migrantenorganisaties
70005 Coördinatie Migrantenbeleid
70007 Coörd.conc. migrantenbeleid
70062 Soc.Infrastruct. Fetim/Maarif
70063 Inc.subs.Migrantenorg.'02
70064 Huisvesting migranten
70555 Contactvaders 2005
Activiteiten: Uitvoering projecten preventie en voorlichting armoedebeleid.
99

6054 Hulpverlening
6055 Sociaal Juridische Dienstverl.
70051 Armoedebestrijding
70056 Hulpverlening O03
70057 Schulphulp en spreekuur
Activiteiten: Coördinatie platform sociale vernieuwing en subsidieverstrekking
6071 Sociale vernieuwing
6072 Opbouwwerk
PROGRAMMA: KUNST EN CULTUUR
Beoogd effect: Creëren aantrekkelijk publiek domein
6070 Beeldende kunst in openb.ruimt
6241 Kunst
6242 Beheer wijk West (kunst)
6244 Beheer wijk Noord (kunst)
6245 Beheer wijk Zuid (kunst)
70081 Culturele festiviteiten
70082 Verbouw.Muiderpoorttheater
70085 Onderhoud kunstwerken
70086 Kunsttoep.Oosterspoorplein
70087 Kunsttoep.Polderweggebied
70088 Kunsttoep.openb.ruimte
70089 Onderh.kunst openb.ruimte
70090 Verbouwing kunstaccommodaties
70091 Kunsttoep 's Gravesandeplein
70092 Kunsttoep.Steve Bikoplein
70093 Kunsttoep.Eikenplein
70094 Kleinsch.kunsttoep.
70095 Onderhoud kunstwerken
70096 Lichtplan Linnaeusstraat
70097 Kunsttoep.Park Frankendael
70098 Kunsttoep.Kinderhof DNO
70099 Kunst Park de Meer
70389 Monument slavernijverleden
70390 Hogeweg-Linnaeusparkweg kruising
Activiteiten: Faciliteren kunstuitingen
6069 Culturele voorzieningen
70529 Restauratie badhuistheater
Activiteiten: Instandhoudingkunstcentrum
6068 Artoteek
PROGRAMMA: VRIJE TIJD: SPORT EN RECREATIE
Beoogd effect: Aanbod speelvoorziening 2 < jeugd

70198 Skatebaan Amsteldorp
70206 Speelhuisje Steve Biko
70207 Voetbalkooi Wagnerstraat
70208 P.Nieuwl.s-Oost Speelplek
70209 Pontanusstraat, speelplek
70211 Dakterras Sparrenweg
70212 Leisure/ecol.beh Middenmeer
70213 Verpl.speelpl.Glauberweg
70214 Aansch.speeltoestel.Biko.
70215 Speelpl.beheer Transvbuurt
70216 Nwe speelplaats Tugelaweg
70352 Voetbalplekken in Oost
70353 Pieter Nieuwlanstraat
70354 Speelplekken in vm sd oost
70356 Oosterparkbuurt speelvoorzieningen
70539 Nwe speelplaats Tugelaweg
Activiteiten: exploitatie en beheer kinderboerderijen
6111 Kinderboerderijen
Activiteiten: overig
6100 Tarieven Sport
6102 Tarieven Sport (zie 6100)
6104 Accommodaties
70190 Speelplek Majubastraat
70202 Renovatie kleedkmr Tba
Activiteiten: Beheer en onderhoud binnenaccomodaties
6108 Roeicentrum
6112 Sporthal wethouder Verhey
6113 Sporthal Wibaut
6114 Sportfondsenbad Oost
6115 Jeu de Bouleshal
6116 Roeicentrum
6117 Kraaiennest
70533 Sportvoorzieningen Polderweggebied
6105 Sportpark Drieburg
6106 Sportpark Voorland/Middenmeer
6110 Sportveld sporthal weth.Verhey
70201 Sportparkbewaking
70203 Leisure/ecolog.beh Middenmeer
70551 Fietsparkeervoorz. sportparken
Activiteiten: leisureparkontwikkeling
6103 Recreatieve ontwikkeling
70199 Verplaatsing Dapperhoeve
70200 Sportparken/Leis&ecol.beh.
Activiteiten: jeugdsportactiviteiten
6119 Schoolzwemmen
70218 MRT Project
70506 Ontw.scoutingvereniging
70519 Risicojongeren
Activiteiten: sportstimuleringsactiviteiten
6098 Sportstimulering
6101 Subsidies
6118 Sport- en recreatie activiteit
70042 Uitbr.kinder/naschoolse opvang
101

Activiteiten: verenigingsondersteuning
6099 Verenigingen
PROGRAMMA: ECONOMIE EN WERK
Beoogd effect: Aansl. vraag/ aanbod op arbeidsmarkt
Activiteiten: Het opstellen van beleid op het gebied van werkgelegenheid
6145 Beleidsontwikk.werkgelegenheid
Activiteiten: Stimuleren werkgelegenheid
6143 Stimulering werkgelegenheid
6144 Subsidies werkgelegenheid
70240 Stimulering werkgelegenheid
70241 Inzet Oost (begeleiding)
70242 WIW Inleenvergoedingen
70245 Pluspunt Wibaut
70246 Veiligheid inform.control.
70247 Parkwachten
70248 Meerbeheer
70249 Veegproject
Activiteiten: Het initialiseren en realiseren van projecten Economische Zaken
6142 Projecten EZ
70231 SOP Koopcentrum Dapperbuurt
70234 SOP Koopcentr.Dappbuurt Veil.
70235 SOP Dappmrkt Winkelmanager
70236 Linnaeusstr.Modern.Vastg.
70237 Linnaeusstr.Winkelmanager
70238 Bedrijfsverzamelgebouw
70239 Werk ad wink.Linn/Middenweg
70525 Pilot Dapperbuurt
Activiteiten: Onderhouden bedrijfscontacten
6138 Bedrijfscontacten en overig
Activiteiten: Opstellen en implementatie economisch beleid
6140 Markt
6141 Beleidsontwikkeling EZ
70255 Vervolg RES
Activiteiten: Stimuleren Economisch klimaat
70228 Vb real.kleinsch.bedrijfsruimten
70229 Startersondersteuning
70230 Wijkconsul.ondernemersch
Activiteiten: Verstrekken subsidies Economische Zaken
6139 Subsidies economische zaken
70226 subsidies tbv ondernemers
70227 Stim.econ.klimaat
102

PROGRAMMA: RUIMTELIJK BEHEER
Beoogd effect: Leefb., goed gebr. en gebouwde omg.
Activiteiten: Het behandelen van verzoeken en het verlenen van vergunningen om een juist gebruik
van de openbare ruimte en de gebouwde omgeving te waarborgen
6122 Woonschepen
6155 Bouwbeschikkingen
6158 Monumentenvergunningen
6159 Sloopvergunningen
6160 Div.vergunningen/beschikkingen
6266 Maatsch.beheer openbare ruimte
6270 Beheer wijk Noord (vergunning)
6271 Beheer wijk Zuid (vergunning)
6325 Reclame
6337 Vergunningen
6338 Klachten
6339 Verzoeken
70432 Kastanjeweg.
70433 van de Vijverstraat
70485 Grootschalig ruimen
70486 Herinrichting gedenkpark
70487 Masterplan Deelproject 00
70489 Masterplan Deelproject 02
70490 Masterplan Deelproject 03
70495 Masterplan Deelproject 08
70497 Masterplan Deelproject 10
70502 Masterplan Deelproject 15
Activiteiten: Het beheren , registreren en onderhouden van erfpachten, gebouwen en eigen bezit
6120 Objecten permanent beheer onbelast
6121 Erfpachtbeheer
6123 Verwerving
6125 Gebouwenregistratie
6358 Objecten permanent beheer belast
Activiteiten: Het handhaven van de regels m.b.t. de openbare ruimte en de gebouwde omgeving, zoals
die in regelgeving en vergunningen zijn neergelegd
6133 Algemeen toezicht
6136 Handhaven
6280 Dappermarkt
6375 Handhaving OR/BLVC
Activiteiten: Het opstellen van beleid m.b.t. het beheer
6152 Beleid beheer
70266 Beheer meetboutennet
Activiteiten: Het optreden tegen vervuiling van de openbare ruimte door middel van handhaving
6312 Materieel Handhaving
6313 Klachten & meldingen
6315 Vergunningen OR/BLVC
6316 Handhaving:prikacties
6364 Graffity/Plak bestrijden
6365 Handhaving Markt
6366 Handhaving Milieu
6367 Handhaving Parkeren
70415 Graffitybestrijding
103

Activiteiten: Het inzamelen van afval
6281 Materieel MVI
6282 Marktafvalinzameling
6286 Materieel BVI
6287 Bedrijfsafvalinzameling
6289 Bedrijfsafval:restafval
6291 Materieel HVI
6292 Huisvuilinzameling
6293 Papier
6295 Grofvuilinzameling
6296 Glas
6297 Afvalinzameling:Ondergrondsafv
6299 KCA
6301 OAIS: Restafval
6303 OAIS: Glas
70537 Afvalinz.OWGM evaluatie + plan aanpa
Activiteiten: Het onderhouden (in de zin van "schoon" maken en houden) van de openbare ruimte
6193 Maatsch.beh.openbare ruimte
6274 Zwerfafval/veegdienst
6276 Beheer wijk Noord (veegdienst)
6277 Beheer wijk Zuid (veegdienst)
6278 Industriegebieden (veegdienst)
6279 Additioneel beh (veegdienst)
6311 Drijfvuil
70331 Aanleg geveltuinen
70334 Stormschade bomen
70335 Kappen bomen
70350 Brug 311 onderhoud
70403 Onkruidbestr.z/chem.midd.
70413 Transvaal-Oost aanpak straatvuil
Activiteiten: Het onderhouden (in de zin van "heel" en "veilig" maken en houden) van de openbare
ruimte
6187 Wegen
6188 Beheer wijk West (Wegen)
6190 Beheer wijk Noord (wegen)
6191 Beheer wijk Zuid (wegen)
6192 Beheer Industriegebied.(Wegen)
6194 Groenstroken/bomen
6195 Beheer wijk West (groen)
6196 Oosterpark Oost
6197 Beheer wijk Noord (groen)
6198 Beheer wijk Zuid (groen)
6199 Beheer Industriegebied.(Groen)
6200 Park Frankendael (groen)
6201 Bruggen
6202 Walmuren/beschoeiingen
6203 Beheer wijk Noord (Waterbouw)
6204 Beheer wijk Zuid (Waterbouw)
6205 Beh. wijk Industrie(Waterbouw)
6217 Maatsch.beh.openb.ruimte(meub)
6218 Straatmeubilair
6219 Beheer wijk West (meub)
6220 Oosterpark (meub)
6221 Beheer wijk Noord (meub)
6222 Beheer wijk Zuid (meub)
6223 Industriegebieden (meub)
6225 Voet- fietspaden
6226 Beheer wijk West (voet-en fiet
104

6227 Oosterpark (voet-en fietspaden
6228 Beheer wijk Noord (voet-en f)
6229 Beheer wijk Zuid (voet-en fiet
6230 Beh.Wijk Industrie(voet-en fie
6231 Gladheidsbestrijding
6233 Beheer wijk Noord (winter)
6234 Beheer wijk Zuid (winter)
6235 Industriegebieden (winter)
6248 Diensten & bedrijven
6250 Beheer wijk Noord (werken derd
6253 Beheer Dienst/Bedrijven(werken
6254 Werken voor derden (ov.derden)
6361 Baggeren
6363 Onkruidbestrijding
70302 Wijttenbachstraat
70305 Majubastr.ts Krugerpln
70306 P Nieuwlands.vb
70307 SGOP Linnaeusstr ts Mauritsk
70308 Pretoriusstr ts Linn.str/Bikopl hers
70309 Vaalrivierstraat
70310 Krugerplein
70311 Dapperbuurt OR
70313 2e O.p.str.ts Eiken/Beuk
70315 Linnaeusparkweg
70316 Kruislaan
70318 Middenweg ts A10-Jennerstr herprof
70320 Archimedseweg
70321 Spaklerweg
70323 Landbouwstraat
70324 Zaaiersweg
70326 Gooiseweg /Bernhardpln+A10
70327 Zaaiersweg
70328 Treublaan en omgeving
70336 Linnaeusplantsoen
70338 Herinr.binnentuin stadskantoor
70339 Aanleg bezinktank Steynpls
70340 Tugelaweg speelplek
70341 Oosterpark drainage grasvelden
70342 Oosterpark
70344 Darwinplantsoen
70345 Jan Vroegopsingel 98
70346 J.vroegopsingel 97
70347 Johan Muyskensweg
70348 Onderhoud park Frankendael
70349 Frankendael
70360 Fietsknelpunten
70361 Linnaeusstraat route noord
70362 Linnaeusplantsoen
70363 Viljoenstr ts Tugelawg-Afrikanerpl
70364 Brandstr ts Reitzstraat
70365 Commelinstraat oostelijk
70366 Linnaeusstraat
70367 Mauritskade ts Pontanusstr-Linnstr
70371 Ringdijk ts Middenwg-Beukelszstr
70372 Frankenweg weth ts Linnpwg-Middwg
70373 Galileiplantsoen ts Linnpwg-Archimwg
70375 Radioweg fietspad
70376 Linnaeuskade/Archimedes
70377 Galileïplantsoen
70378 Bunsenstraat ts Fraunhoferstr-Marumw
105

70379 Nobelweg ts Hugo de Vries-K.Onnesln
70380 Wakkerstr ts.Drebbelstraat
70381 Vrieslaan H. de ts Middenweg-Russels
70382 Vroegopsingel Jan voet-/fietspad
70383 Guerickstraat v. ts v.Liebwigwg-Reau
70384 Kochplantsoen R. ts Hofflaan-nr 12
70385 Hofflaan van 't ts Pasteurstr-Midden
70386 Frankenweg route weth.,etc
70387 Oosterringdijk
70388 Oosterringdijk ts Molukkenstr-einde
70522 Marwijk Kooystr.asfaltonderhoud
70523 Gooisewg/Bernhardpl+A1 wegen
70524 Oosterparkstr 1e opw voet-/fietspad
70527 Asfaltonderhoud Wibautstraat
70532 Opwaardering 1e Oosterparkstraat
70540 Linnaeusstraat trenswerk nuon gas
70542 Asfaltdeklaag 5 straten Amsteldorp
70548 Voetgangers knelpunten
70552 Nieuwe Utrechtseweg asfaltonderhoud
70557 Darwinpad ts Darwinplantsoen sgop'05
70558 Amstelglorie baggerwerk sgop'05
70559 Frankendael speeltuin baggerw sgop'5
70560 Voorlandpad sgop'05
PROGRAMMA: RUIMTELIJKE ONTWIKKELING
Beoogd effect: Samenhang ruimtelijke ontwikkelingen
Activiteiten: Het actualiseren en opstellen van bestemmingsplannen
6131 Juridische plannen
70220 Jur.onderst.Bestemm.plan.
Activiteiten: Het begeleiden en uitvoeren van ruimtelijke projecten
6161 Bouw- en woontechnisch onderz.
6166 Planning en programmering
6168 Verbetering
6181 Tijdelijke Expl.Grondexpl.
6182 Plan realisatie grondexpl.
6184 Eigen bijdr.grondexploitatie
70259 Oosterparkbuurt-zuid
70260 Jeruzalem
70273 Bestuursakkoord
70274 Swammerdambuurt
70275 Transvaal-oost
70276 Polderweggebied
70277 W24 Parooldriehoek
70278 Amstelstation e.o
70279 Wibauthuis/Kohnstammhuis
70280 W1301 Jan Bommerhuis e.o.
70281 Weesperzijde-midden/zuid
70282 Oosterparkbuurt-noord
70283 Transvaalbuurt-west
70284 Dapperbuurt-midden/zuid
70285 Huize Frankendael
70286 Glauberweg
70287 Scholencluster Don Bosco
70288 Eenhoorngebied
70289 Actiegebied Ringdijk
70290 Dapperbuurt-noord
70291 D1904 Tweede van Swinden
106

70292 Project O21
70294 Cafe de Omval
70295 Betondorp
70296 College de Meer
70297 Kraaipanschool
70298 Jeruzalem
70299 Bouw nieuw stadsdeelhuis
70526 WIBO Wagenaarstraat
70531 Promotiecampagne Polderweggebied
70544 2e Oosterparkstr. voorber.herprofiel
70545 3e Oosterparkstr. voorber.herprofiel
70546 Iepenplein voorber.herprofiel
70547 Kastanjeweg voorber.herprofiel
70556 SGOP 2005
810316 Bodemsanering 2e o.p.str.59
810478 Bodemsanering Burgerziekenhuis
810639 Bodemsanering Ajaxterrein
815515 Bodemsan.Luycksterrein
815516 Bodemsan.Reinwardtstr.368-414
815517 Bodemsan.Leeuwenhoekcluster
815520 Bodemsan.Polderweg/Linnaeusstr
815521 Bodemsan. Amstelstation
820801 GE Ringdijk
822304 GE Amstelstation
823003 VE Middenweg 333
830406 GE AP 6.6 Linnaeus/Mauritskade
830417 GE AP 21A/21B Wijttenbach/Linn
830421 GE AP 5.3 Pontanusstr/Mauritsk
830425 GE AP20.5/22.4 Reinwardt
831416 GE AN 23.2/23.3/34.4/35.7/38.1
831421 GE AN 32.3/35.5/35.9
831423 GE AN 16.6/Tilanus/Camperstr.
831424 GE AN 30.4 2e O.p.str.134-168
831427 GE 2e Oosterparkstraat 46 tm 52
832209 Brouwershuis (tijdelijk)
832210 VE Luycksterrein
832211 GE AM 22.3 Bernardusstr.11a-19
832213 GE Leeuwenhoekcluster Swamm.bt
832215 GE Rhijnspoorplein Swammerdambrt
833215 GE Amstelstation
839101 GE Polderweggebied
839102 GE Politiebureau Linn/Polderweg
839201 Don Bosco Middengebied
848110 GE Glauberweg
850501 GE Ajax
899999 Overboekingrekening GREX
Activiteiten: Het opstellen kaders ruimtelijke ontwikkelingen
6129 Beeldkwaliteitsplan
6146 Sociaal economisch onderzoek
6148 Beleid Ruimtelijke ordening
6151 Beleid welstand en monumenten
6153 Plan gebiedsgerichte aanpak
70006 GSB/2e doelstelling
70223 Opstellen structuurvisie
70224 Beeldkwaliteitsplannen RO
70252 Bewonersond.Structuurplan
70254 Invoeren monumentenstatus
70256 Monumen./welstandsk.WGM
70258 Actual.niet-woonbestand
107

70261 Ontwikkeling ABP
70343 Ontwikkeling waterbeleid
Activiteiten: Het opstellen van beleid t.b.v. het beheer
6327 Beheer openb.ruimte (algemeen)
6368 Beleid Heel incl.BOR algemeen
6369 Beleid Schoon
6370 Beleid Goed Gebruik
70406 OAIS Betondorp
70407 OAIS Amsteldorp
70409 OAIS Weesperzijde
70410 OAIS Transvaalbuurt
70411 OAIS Middenmeer
Activiteiten: Het opstellen van plannen voor de openbare ruimte
6329 Aanstratingen
6330 Herprofileringen
6333 Diverse werken/projecten
70418 Aanstr.Mauritsk.90-92
70419 Politiebureau/Polderweg
70420 Copernicusstr 38-40 k&l uitbr school
70421 Copernicusstr 38-40 aanstr school
70422 Nieuwb.stadsdeelwerf
70423 Reinwardtstraat Oost
70424 Swammerdamstraat
70425 Dapperstraat herprofilering
70426 Weesperzijde ts Toronto-Schollenbr
70427 Middenweg ts Jennerstr-Hogeweg
70428 Danie Theronstraat
70430 Steve Bikoplein
70434 v Musschenbroekstraat
70435 Bommerhuis Jan
70436 1e Boerh.str.28-30/Leeuw.
70437 Doelstellingen II
70438 Pleinenplan
70441 SGOP projecten 2001
70443 SGOP projecten 2002
70444 Middenmeer parkeergelegenheid
70445 Ingrepen Middenmeer Noord
70446 Ringdijk viaduct (Nobelweg)
70447 SGOP directievoering algemeen
70448 Doorbelasting expl.kstn
70449 s-Gravesandeplein
70450 Oosterpark/'s-Gravensandeplein
70451 Kastanjeplein
70452 Oosterparkstraat 2e
70453 Swammerdambuurt
70454 Spoorwegviaducten
70455 Weesperzijde v/a Omval-Schollburg
70456 Oosterpark
70457 Oosterpark verbetering park
70458 Duurzaam veilig programma
70459 Openbare verlichting
70460 Weesperzijde.
70461 Wibautstr/Vrolikstr.
70462 Preventie fietsendiefstal
70484 Leefbaarheid herstructurering
70507 Finsestr ts Helmhstr en huisnr 1
70508 J Bernardusstr boombeplanting
70509 Realisatie park Frankendael 3e fase
108

70510 Mauritskade/Zeeburgerdijk
70511 Chr huygenspln herinrichting
70512 Eisingastraat
70515 SGOP 2004
70516 Boerhaaveplein
70520 Mauritskade/Zeeburgerdijk
70530 Dapperbuurt parkeeroplossingen
70536 Hugo de Vrieslaan nabij kerk
Activiteiten: Het opstellen van plannen zoals beschreven in het Plaberum 2003
6128 Nota van Uitgangspunten
6130 Stedebouwkundig PVE
6132 Kaartmateriaal
Activiteiten: Stimuleren en coordineren milieubeleid
6334 Milieu
6335 Wettelijke taken
6373 Beleid Milieu
6374 Wettelijke taken Milieu
70465 Zonnepanelen
70469 Info/serv.p.vervoersm.WTC
70470 Energie en communicatie
70471 Milieufonds inhuur advies
70513 Energiemaatregelen
70514 Voortzetting energiebureau
70549 Klimaat/BANS
PROGRAMMA: WONEN
Beoogd effect: Woningaanb. dat voldoet aan behoefte
Activiteiten: Het opstellen van beleid
6149 Beleid stedelijke vernieuwing
70543 Monitoren wonen
Activiteiten: Het uitvoeren van woningtoezicht (klachtenbehandeling)
6134 Aanschrijvingen
6135 Diverse klachten
70257 MDSO huurteam
Activiteiten: Het verlenen van vergunningen
6126 Woningmutaties
6156 Splitsingsvergunningen
6157 Woningmutatie-beschikkingen
Activiteiten: Het verstrekken van vastgoedsubsidies
6127 Subsidieverstrekking vastgoed
70263 Kleine woningaanp.gehandicapt.
70264 Toegankelijkheid SLG
Activiteiten: Terugvordering en verkoopbemiddeling
109

PROGRAMMA: MOBILITEIT
Beoogd effect: Leefbare, verkrsveilige openb ruimte
Activiteiten: Onderzoek, maatregelen en het (her-)inrichten van de verkeersruimte
6186 Maatsch.beh.openb.ruimte(wegen
6224 Maatsch.beh.openb.ruimte(voet)
6237 Beheer openb.ruimte (verkeersm
6256 Beheer openb.ruimte (verkeersm
6257 Objecten
6362 Dagelijkse BLVC
70392 Wibaut-as
70393 Jerusalem 30 km-zone
70394 Betondorp 30 km-zone
70397 Middenmeer-Zuid 30 km
70398 Div black-spots
70399 Middenmeer scholen
70400 Verkeerslichten
70401 Middenmeer 30 km
70402 Amsteldorp PF99
Activiteiten: Opstellen en uitvoeren parkeerbeleid, inclusief flankerend mobiliteitsbeleid
6328 Parkeren
6371 Beleid Veilig
70417 Taxistandplaatsen
110