voorontwerp - Gemeente Coevorden
voorontwerp - Gemeente Coevorden
voorontwerp - Gemeente Coevorden
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
<strong>voorontwerp</strong><br />
Facet - bestemmingsplan paardenbakken<br />
gemeente <strong>Coevorden</strong><br />
afdeling Publieksservice<br />
team Vergunningen<br />
december 2009
Inhoudsopgave<br />
1 Inleiding<br />
1.1 Aanleiding<br />
1.2 Definities<br />
2 Beleidskader<br />
2.1 Provinciaal beleid<br />
2.2 <strong>Gemeente</strong>lijk beleid<br />
2.2.1 Houden van paarden<br />
3 Het plan<br />
3.1 Wijze van aanpak<br />
3.2 Ruimtelijke randvoorwaarden toepassen ontheffingenbeleid<br />
3.3 Te verrichten onderzoeken<br />
4 Plangebied en juridische aspecten<br />
4.1 Plangebied/reikwijdte bestemmingsplan<br />
4.2 Juridische aspecten<br />
5 Uitvoerbaarheid<br />
5.1 Maatschappelijke uitvoerbaarheid<br />
5.2 Economische uitvoerbaarheid<br />
6 Procedure<br />
6.1 Inspraak<br />
6.2 Vooroverleg<br />
6.3 Zienswijzen<br />
7 Regels<br />
gemeente <strong>Coevorden</strong>, facet-bestemmingsplan paardenbakken 2
1 Inleiding<br />
1.1 Aanleiding<br />
Door de afnemende agrarische functie komen steeds meer boerderijen en weidegrond<br />
beschikbaar voor particulieren. Daarnaast richten boeren zich geheel of gedeeltelijk op<br />
het (recreatief) houden van paarden. Het aantal mensen met een eigen paard is<br />
toegenomen en de behoefte aan een accommodatie waar deze paarden afgericht en<br />
getraind kunnen worden is sterk toegenomen.<br />
Overal in de gemeente <strong>Coevorden</strong> is een ontwikkeling waarneembaar van het houden<br />
van paarden tot stand komen. Naast de gespecialiseerde bedrijven kennen we ook de<br />
hobbymatige activiteiten. Het houden van één of meerdere paarden betekent bijna<br />
automatisch de behoefte aan een paardenbak. De verschillende vormen van het houden<br />
van paarden zijn in hoofdzaak te onderscheiden in hobbymatig (vrije tijdsbesteding) en<br />
bedrijfsmatig (productie- en gebruiksgericht).<br />
De meeste bestemmingsplannen hebben geen adequate regeling voor paardenbakken.<br />
Daarom is een beleidsnota nodig waarmee een goede beoordeling van aanvragen, dan<br />
wel van paardenbakken die zonder (bouw)aanvraag zijn aangelegd, gemaakt kan<br />
worden. In dit bestemmingsplan wordt nader ingegaan op de diverse vormen van het<br />
houden van paarden en worden criteria gegeven voor het verlenen van een ontheffing<br />
ten behoeve van het aanleggen van paardenbakken. De regeling dient de natuur- en<br />
landschappelijke waarden te ontzien en de kans op hinder voor woningen van anderen<br />
zo klein mogelijk te maken.<br />
Een eerste oriënterende inventarisatie laat zien dat er in de gemeente <strong>Coevorden</strong><br />
ongeveer 100 paardenbakken verspreid over de hele gemeente zijn gelegen. Om<br />
wildgroei te voorkomen is het van belang om criteria op te stellen op basis waarvan de<br />
gemeente ontheffing verleend waarbij rekening wordt gehouden met de inpassing in het<br />
landschap en het voorkomen van overlast voor de directe (woon) omgeving.<br />
1.2 Definities<br />
Het is uit ruimtelijk oogpunt wenselijk om - alvorens een keuze te maken op welke<br />
locaties het wenselijk is om via het verlenen van een ontheffing paardenbakken toe te<br />
laten - op basis van definities duidelijkheid te scheppen over het begrip paardenbak en<br />
hieraan gerelateerde onderwerpen.<br />
paardenbak<br />
Een paardenbak ook wel buitenrijbaan of buitenrijbak wordt als volgt gedefinieerd.<br />
Een door middel van (bouwkundige) afscheiding afgezonderd stuk grond, kennelijk<br />
ingericht voor het africhten en/of trainen van paarden, dan wel het uitoefenen van<br />
paardensport.<br />
gemeente <strong>Coevorden</strong>, facet-bestemmingsplan paardenbakken 3
Met deze definitie wordt aansluiting gezocht bij de omschrijving van paardenbak in het<br />
geldende bestemmingsplan Buitengebied Dalen. De afscheiding van een perceel gebeurt<br />
meestal door een omheining - bouwwerk geen gebouw zijnde - en daarbinnen een<br />
bodem van zand, hout, boomschors of ander materiaal om de bodem te verstevigen.<br />
Verreweg de meeste paardenbakken worden zeer eenvoudig uitgevoerd. Daarnaast is<br />
het denkbaar dat deze omheining “groene” aankleding krijgt om deze op een goede<br />
manier in het landschap in te passen.<br />
In dit facet-bestemmingsplan wordt voor het gemak alleen gesproken over paarden.<br />
Hiermee worden ook pony’s en veulens bedoeld.<br />
omheining<br />
In de zin van de Woningwet zijn paardenbakken aan te merken als bouwwerken. Een<br />
bouwwerk wordt als volgt gedefinieerd als “elke constructie van enige omvang van hout,<br />
steen, metaal of enig ander materiaal, welke hetzij direct of indirect met de grond<br />
verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond”. Paardenbakken zijn<br />
aan te merken als bouwwerken omdat ze omheind zijn. Er is sprake van een constructie<br />
van enige omvang die op de plaats van bestemming direct met de grond verbonden is.<br />
Op grond van artikel 40 van de Woningwet is het verboden te bouwen zonder of in<br />
afwijking van een vergunning van burgemeester en wethouders. In de Woningwet is<br />
bepaald dat onder bouwen wordt verstaan: “het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk<br />
oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk".<br />
Uit de jurisprudentie blijkt dat paardenbakken vergunningplichtige bouwwerken zijn. Dit<br />
betekent dat voor de bouw van een paardenbak een bouwvergunning moet worden<br />
aangevraagd. Op grond van artikel 44 van de Woningwet dient een bouwvergunning te<br />
worden geweigerd als het bouwwerk niet voldoet aan het bouwbesluit, niet voldoet aan<br />
de bouwverordening, in strijd is met het bestemmingsplan, niet voldoet aan redelijke<br />
eisen van welstand of als er sprake is van een monument waarvoor geen<br />
monumentenvergunning is verleend.<br />
In een situatie dat een paardenbak omheind is, is deze omheining in het merendeel van<br />
de gevallen bouwvergunningplichtig.<br />
Artikel 3.3 Wet ruimtelijke ordening geeft de mogelijkheid om in het bestemmingsplan<br />
een aanlegvergunningstelsel op te nemen. Zo kan voor het uitvoeren van de in de<br />
voorschriften omschreven werken, geen bouwwerken zijnde, of het uitvoeren van<br />
werkzaamheden een aanlegvergunning van het burgemeester en wethouders nodig zijn.<br />
Voor het aanleggen van een paardenbak buiten het bouwperceel kan een<br />
aanlegvergunning vereist zijn. Dit is echter afhankelijk van de criteria, zoals die in de<br />
voorschriften van het bestemmingsplan zijn vastgelegd. Hierbij moet er rekening mee<br />
worden gehouden dat als er dieper dan 30 centimeter wordt afgegraven, er in sommige<br />
gevallen archeologisch onderzoek nodig is. Hierbij zal met betrekking tot de af te graven<br />
grond wel met de regelgeving in het Bouwstoffenbesluit rekening moeten worden<br />
gehouden. De criteria in de voorschriften maken een afweging van belangen van geval<br />
tot geval mogelijk.<br />
gemeente <strong>Coevorden</strong>, facet-bestemmingsplan paardenbakken 4
open constructie<br />
Hiermee wordt bedoeld een omheining van de paardenbak die in visueel opzicht in zo<br />
open mogelijke constructie moet worden uitgevoerd.<br />
welstand<br />
De omheining van de paardenbak moet voldoen aan de eisen van welstand zoals deze<br />
zijn vastgelegd in de welstandsnota van de <strong>Gemeente</strong> <strong>Coevorden</strong>. De welstandsnota<br />
gaat uit van een ingetogen materiaalgebruik en uitvoering in gedekte tinten. De kleuren<br />
dienen te harmoniëren met de natuurlijke omgeving. Deze omschrijving is echter niet<br />
voldoende om uit welstandsoogpunt (nieuw te realiseren) paardenbakken te beoordelen.<br />
Vandaar dat hiervoor aanvullende criteria zijn geformuleerd. Deze worden juridisch<br />
geborgd in den bij dit bestemmingsplan behorende Regels.<br />
lichtmasten<br />
Een paardenbak wordt ook vaak in de avonduren gebruikt. Regelmatig worder dan ook<br />
bij paardenbakken lichtmasten geplaatst. In de zin van de Woningwet is een lichtmast<br />
aan te merken als een bouwwerk. Op grond van artikel 40 van de Woningwet is verboden<br />
te bouwen zonder of in afwijking van een vergunning van burgemeester en wethouders.<br />
Een lichtmast is dus een bouwvergunningplichtig bouwwerk. Per geval zal moeten<br />
worden bekeken of en in hoeverre lichtmasten zijn toegestaan, ook bij het hobbymatig<br />
houden van paarden. In hoofdstuk 3.2 worden de ruimtelijke randvoorwaarden hiervoor<br />
gegeven.<br />
overige voorzieningen<br />
Naast een paardenbak kan er behoefte bestaan aan aanverwante voorzieningen, zoals<br />
een longeercirkel, een paddock – dit is een klein vaak omheind weiland, meestal met een<br />
zandbodem, geschikt om het paard in los te laten lopen wanneer hij op stal staat – een<br />
stap- of trainingsmolen of een uitloop. Sommige van deze voorzieningen zijn<br />
bouwvergunningplichtig - zoals een paddock vanwege het omheinde karakter ervan - en<br />
moeten binnen het op de plankaart van het bestemmingsplan aangegeven bouwperceel<br />
of bouwvlak worden gerealiseerd.<br />
gemeente <strong>Coevorden</strong>, facet-bestemmingsplan paardenbakken 5
2 Beleidskader<br />
2.1 provinciaal beleid<br />
In het Provinciaal Omgevingsplan II van de provincie Drenthe is geen beleid voor<br />
paardenbakken geformuleerd. Daarom staat het de gemeente vrij om naar eigen inzicht<br />
op ruimtelijke overwegingen ruimtelijke voorwaarden te formuleren die alsdan de basis<br />
vormen voor het verlenen van een ontheffing.<br />
2.2 gemeentelijk beleid<br />
Uit ruimtelijk oogpunt wordt in dit facet-bestemmingsplan alleen het hobbymatig houden<br />
van paarden geregeld. Er zijn echter ook andere vormen voor het houden van paarden.<br />
Hierbij valt te denken aan het bedrijfsmatig houden van paarden te onderscheiden in het<br />
productiegericht houden van paarden en het gebruiksgericht houden van paarden.<br />
Hiervoor gelden in de meeste gevallen echter meer specifieke bestemmingen zoals<br />
“manege” of “dierenpension”.<br />
2.2.1 houden van paarden<br />
Het hobbymatig houden van paarden vindt veelal plaats bij burgerwoningen in het<br />
buitengebied of bij agrarische- en tuinbouw bedrijfswoningen, maar ook binnen<br />
dorpskernen worden hobbymatig paarden gehouden.<br />
Deze activiteit kenmerkt zich onder andere door het ontbreken van een winstoogmerk en<br />
de beperkte omvang van het aantal paarden, welke strekt tot persoonlijk gebruik door de<br />
bewoners.<br />
In dit bestemmingsplan wordt wat betreft het hobbymatig houden van paarden aansluiting<br />
bij de Wet Milieubeheer gezocht. Men houdt hobbymatig paarden als men niet wordt<br />
gezien als een inrichting in de zin van artikel 1.1 van deze wet. Dit is het geval bij het<br />
houden van maximaal 5 paarden binnen de bebouwde kom en maximaal 10 paarden in<br />
het buitengebied.<br />
Bepalend is voorts of de uitstraling zodanig is dat deze nog in overeenstemming met de<br />
woonfunctie van het betreffende perceel is.<br />
Vanzelfsprekend wordt het een andere situatie op het moment dat paarden van derden,<br />
eventueel tegen vergoeding worden gestald en de voorziening ten behoeve van de<br />
hippische sport ter vergoeding beschikbaar wordt gesteld. In dat geval is er sprake van<br />
een bedrijfsmatige activiteit (zoals bijvoorbeeld bij een pensionstalling voor paarden). Bij<br />
een zeer klein aantal kan al sprake zijn van een commerciële bezigheid, terwijl er ook<br />
situaties denkbaar zijn van grote gezinnen met een fors aantal paarden voor eigen<br />
gebruik.<br />
gemeente <strong>Coevorden</strong>, facet-bestemmingsplan paardenbakken 6
3 Het plan<br />
3.1 wijze van aanpak<br />
Voor de opzet van dit bestemmingsplan is ervoor gekozen om aansluiting te zoeken bij<br />
de nu geldende bestemmingsplannen Buitengebied zoals die gelden voor <strong>Coevorden</strong>,<br />
Dalen, Oosterhesselen, Sleen en Zweeloo. Deze bestemmingsplannen bestaan uit<br />
- voor zover hier relevant - de volgende bestemmingen en aanduidingen:<br />
• Beekdalen; in de bestemmingsplannen buitengebied voor Dalen, Zweeloo en<br />
Oosterhesselen wordt hierbij onderscheid gemaakt tussen de bestemmingen<br />
Beekdalen 1, 2 en soms 3<br />
• Veenontginningen<br />
• Veenontginningen Oranjekanaal<br />
• Jonge veldontginningen<br />
• Essen en Oude veldontginningen<br />
• Essen en Oude veldontginningen Kymmelsstukken<br />
• Landelijk gebied,onderverdeeld in de aanduidingen Beekdal Schoonbekerdiep,<br />
Boerderijenzwerm, Beekdal Kleine Vecht, Es en Oude Veldontginning Padhuis en<br />
Gebied met wijken<br />
• Veenoord<br />
• Natuurgebied<br />
• Agrarisch gebied met landschappelijke waarde<br />
Voorts is in de hier gekozen opzet een belangrijk uitgangspunt het in het<br />
bestemmingsplan Buitengebied Dalen opgenomen paardenbakkenbeleid. Dit beleid kent<br />
qua methodiek en systematiek een algemene verbodsbepaling binnen de bestemming<br />
“Beekdalen” met de mogelijkheid dat burgemeester en wethouders hiervan binnen een<br />
aantal voorwaarden vrijstelling verlenen.<br />
3.2 ruimtelijke randvoorwaarden, toepassen ontheffingen<br />
3.2.1 beleid voor het niet toestaan van paardenbakken in het buitengebied<br />
In de diverse bestemmingsplannen voor het Buitengebied zijn bestemmingen<br />
opgenomen die in meer of mindere mate het beschermen van de aanwezige<br />
landschappelijke kwaliteiten tot doel hebben. Het gaat om de volgende<br />
bestemmingsplannen en de volgende bestemmingen:<br />
gemeente <strong>Coevorden</strong>, facet-bestemmingsplan paardenbakken 7
Bestemmingsplannen Buitengebied voor Sleen, Zweeloo en Oosterhesselen binnen de<br />
bestemmingen Beekdalen en in de bestemmingsplannen Buitengebied voor Zweeloo en<br />
<strong>Coevorden</strong> binnen de bestemming Beekdalen 1. De bestemmingsplannen Buitengebied<br />
voor Sleen, Zweeloo, Oosterhesselen, <strong>Coevorden</strong> en Dalen binnen de bestemmingen<br />
Essen en Oude veldontginningen Kymmelstukken, Natuurgebied, Agrarisch gebied met<br />
landschappelijke waarde en Landelijk gebied met nadere aanduiding: Beekdal<br />
Schoonbekerdiep en Beekdal Kleine Vecht.<br />
Uit ruimtelijk oogpunt - in verband met de hier aanwezige verhoogde landschappelijke<br />
waarden - zullen deze paardenbakken in de hierboven genoemde bestemmingsplannen<br />
en bestemmingen niet worden toegestaan. Dit om te voorkomen dat het realiseren van<br />
paardenbakken het ter plaatse aanwezige landschap verstoort.<br />
3.2.2 beleid voor het (wel) toestaan van paardenbakken in het buitengebied<br />
Als tegenhanger van de hiervoor weergeven onwenselijkheid paardenbakken te<br />
realiseren, zijn binnen de hierna te noemen bestemmingsplannen en bestemmingen<br />
deze paardenbakken in beginsel wel toelaatbaar. Deze zijn:<br />
1<br />
Bestemmingsplannen Buitengebied voor Dalen, Zweeloo en Oosterhesselen, binnen de<br />
bestemmingen Beekdalen 2 en Beekdalen 3,<br />
2<br />
Bestemmingsplannen Buitengebied voor <strong>Coevorden</strong>, Dalen, Zweeloo, Oosterhesselen en<br />
Sleen, binnen de bestemmingen Veenontginningen Oranjekanaal, Jonge<br />
veldontginningen, Landelijk gebied bij de aanduidingen Boederijenzwerm, Es en Oude<br />
Veldontginning Padhuis en Gebied met wijken en Veenoord.<br />
Dit toestaan - dat zijn beslag moet krijgen in de vorm van een te verlenen ontheffing - is<br />
echter alleen mogelijk wanneer een op te richten paardenbak aan een aantal ruimtelijke<br />
randvoorwaarden voldoet. Deze ruimtelijke randvoorwaarden zijn voor de<br />
overzichtelijkheid in een 3-tal rubrieken van (hoofd) bestemmingen verdeeld, zoals deze<br />
voorkomen in de diverse bestemmingsplannen voor het buitengebied en in de<br />
woonkernen.<br />
• Wonen; deze aanduiding omvat tevens de aanduiding: woongebieden;<br />
• Agrarisch bouwblok; deze aanduiding omvat tevens de aanduidingen agrarisch<br />
bedrijf, grondgebonden agrarisch bedrijf, grondgebonden agrarisch bedrijf met<br />
bestaande intensieve veehouderij, agrarisch bedrijf annex zuivelboerderij;<br />
• Agrarische gronden, voor zover gesitueerd buiten het op een plankaart aangegeven<br />
agrarisch bouwblok en voor zover deze agrarische gronden niet worden<br />
gekwalificeerd als agrarisch gebied met landschappelijke waarde;<br />
Deze ruimtelijke randvoorwaarden worden vervolgens in een tabel nader omschreven.<br />
Hierbij wordt met betrekking tot deze (hoofd) bestemmingen een relatie gelegd met de<br />
aspecten paardenbak, omheining en lichtmasten.<br />
gemeente <strong>Coevorden</strong>, facet-bestemmingsplan paardenbakken 8
3.2.3 beleid voor het al dan niet toestaan van paardenbakken in woonkernen<br />
Het gaat hier om in de bestemmingsplannen van de diverse woonkernen opgenomen<br />
bestemmingen met als omschrijving “wonen”, “woongebied” of soortgelijke benamingen.<br />
Binnen deze bestemmingen wordt het in beginsel toegestaan hier paardenbakken te<br />
realiseren. Hierbij moet aan dezelfde ruimtelijke voorwaarden worden voldaan zoals die<br />
voor de bestemmingsplannen voor het buitengebied gelden.<br />
Hierbij moet worden aangetekend dat in het merendeel van de gevallen het oprichten van<br />
een paardenbak - gelet op het geringe bebouwingsvlak van de betreffende<br />
woonbestemming - niet tot de mogelijkheden behoort. Er zijn echter situaties denkbaar,<br />
onder andere bij zeer ruime bouwpercelen - met een oppervlaktemaat van 1000 m² of<br />
meer - dat het realiseren van een paardenbak ruimtelijk wel aanvaardbaar is.<br />
3.3 Te verrichten onderzoeken<br />
De hiervoor via een ontheffing mogelijk te maken (bouw) mogelijkheden kunnen in<br />
sommige situaties best ingrijpend zijn, dat hieraan medewerking verlenen alleen mogelijk<br />
is wanneer bepaalde onderzoeken worden gedaan die met een positief resultaat worden<br />
afgerond. Hierbij valt te denken aan onder andere een onderzoek naar de flora- en fauna<br />
en een archeologisch onderzoek.<br />
Dit betekent dat in dit bestemmingsplan niet in elke (bouwkundige) situatie alle hiervoor<br />
genoemde onderzoeken noodzakelijk zijn, maar dat per situatie nader wordt bekeken. In<br />
de Regels bij dit bestemmingsplan wordt dit dan ook als zodanig geformuleerd.<br />
gemeente <strong>Coevorden</strong>, facet-bestemmingsplan paardenbakken 9
4 Plangebied en juridische aspecten<br />
4.1 Plangebied / reikwijdte bestemmingsplan<br />
Dit facet-bestemmingsplan kan worden omschreven als een soort overkoepelend<br />
plan. De hier geïntroduceerde ontheffingsmogelijkheden zullen worden<br />
opgenomen in expliciet met name genoemde vigerende bestemmingsplannen van<br />
de gemeente <strong>Coevorden</strong>. Deze bestemmingsplannen zijn in een Bijlage 1 bij dit<br />
facet-bestemmingsplan gevoegd. De situaties genoemd in 3.2 zijn vertaald in<br />
regels en vormen zodoende de juridisch “regeling” voor de (bouwkundige)<br />
situaties die in beginsel voor een ontheffing in aanmerking komen. Hierbij vormt<br />
de in de Regels opgenomen tabel het juridisch toetsingskader voor het al dan niet<br />
toestaan van paardenbakken.<br />
4.2 Juridische aspecten<br />
Wat betreft de procedure voor het verlenen van een ontheffing, is aansluiting<br />
gezocht bij de openbare voorbereidingsprocedure zoals omschreven in afdeling<br />
3.4 van de Algemene wet bestuursrecht. Dit betekent dat het ontwerp besluit tot<br />
het verlenen van een ontheffing voor 6 weken voor belanghebbenden ter inzage<br />
wordt gelegd en dat hen de gelegenheid wordt geboden hiertegen zienswijzen in<br />
te dienen.<br />
gemeente <strong>Coevorden</strong>, facet-bestemmingsplan paardenbakken 10
5 Uitvoerbaarheid<br />
Bij het verlenen van een ontheffing kan in zijn algemeenheid onderscheid worden<br />
gemaakt tussen de maatschappelijke uitvoerbaarheid en de economisch<br />
uitvoerbaarheid. Bij het eerste gaat het er om hoe de realisering door de<br />
maatschappij - overheid en burgers samen - wordt gedragen. Bij het tweede gaat het<br />
om de kosten en andere economische aspecten die met de realisering van (bouw)<br />
project waarvoor ontheffing wordt verleend samenhangen.<br />
5.1 maatschappelijke uitvoerbaarheid<br />
Op basis van de van toepassing verklaarde afdeling 3.4 van de Algemene wet<br />
bestuursrecht zal dit bestemmingsplan zes weken ter inzage worden gelegd.<br />
Uit het verdere verloop van deze procedure moet vervolgens de haalbaarheid<br />
van dit (facet) bestemmingsplan.<br />
5.2 economische uitvoerbaarheid<br />
Over het aspect economische uitvoerbaarheid kan worden gezegd, dat het<br />
verlenen van een ontheffing in het merendeel van de gevallen een particulier<br />
initiatief betreft, waarmee de gemeente in feite geen financiële bemoeienis<br />
heeft.<br />
gemeente <strong>Coevorden</strong>, facet-bestemmingsplan paardenbakken 11
6 Procedure<br />
7.1 Inspraak<br />
Het <strong>voorontwerp</strong> van het facet-bestemmingsplan heeft vanaf ..tot en met ..voor<br />
de inspraak ter inzage gelegen. Tijdens deze periode zijn er wel/geen<br />
inspraakreacties ontvangen.<br />
7.2 Vooroverleg<br />
Gelet op de beperkte omvang van het <strong>voorontwerp</strong> van dit bestemmingsplan<br />
wordt dit overleg beperkt tot de in artikel 3.1.1 Besluit ruimtelijke ordening<br />
genoemde overlegpartners rijk, provincie en waterschap.<br />
7.3 Zienswijzen<br />
p.m.<br />
gemeente <strong>Coevorden</strong>, facet-bestemmingsplan paardenbakken 12
7 Regels<br />
VOORZIE-<br />
NINGEN<br />
Artikel 1 Werkingsgebied<br />
Dit bestemmingsplan is een aanvulling op en maakt een onderdeel uit van de<br />
begrips-, gebruiks-, ontheffings- en overgangsbepalingen van de in de Bijlage 1<br />
genoemde bestemmingsplannen;<br />
Artikel 2 Begrippen<br />
Een paardenbak is een door middel van afscheiding afgezonderd stuk grond,<br />
kennelijk ingericht voor het africhten en/of trainen van paarden, dan wel het<br />
uitoefenen van paardensport.<br />
Artikel 3 Ontheffingsregels<br />
3.1<br />
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd om ontheffing te verlenen voor het<br />
realiseren van een paardenbak voor hobbymatige doeleinden.<br />
3.2<br />
Een verzoek hiertoe toetsen burgemeester en wethouders aan de hierna omschreven<br />
ruimtelijke randvoorwaarden van onderstaande tabel en de daarin genoemde<br />
aspecten “paardenbak”, “omheining” en “lichtmasten”.<br />
WONEN ZOWEL BINNEN<br />
DE BEBOUWDE KOM<br />
ALS IN HET<br />
BUITENGEBIED<br />
Paardenbak Verbod met ontheffing.<br />
De maximale oppervlakte<br />
1200 m², de gezamenlijke<br />
oppervlakte van<br />
bijgebouwen inclusief<br />
paardenbak 50% en de<br />
minimale afstand tot de<br />
woning van derden 50 m<br />
bedragen.<br />
AGRARISCH<br />
BOUWBLOK<br />
Verbod met<br />
ontheffing.<br />
De maximale<br />
oppervlakte 1200<br />
m2 en de minimale<br />
afstand tot de<br />
woning van derden<br />
50 m bedragen en<br />
de paardenbak niet<br />
in combinatie met<br />
een bedrijfsmatige<br />
paardenhouderij<br />
wordt gerealiseerd.<br />
AGRARISCHE<br />
GRONDEN<br />
Verbod met ontheffing.<br />
Dit onder de volgende<br />
voorwaarden.<br />
1.De gronden direct<br />
grenzen aan het<br />
bouwperceel.<br />
2.De gevolgen voor de<br />
omgeving en de kwaliteit<br />
van het landelijk gebied en<br />
het woongenot niet<br />
worden aangetast.<br />
3. Aan de milieuwetgeving<br />
wordt voldaan.<br />
4. De maximale<br />
oppervlakte 1200 m²<br />
bedraagt.<br />
gemeente <strong>Coevorden</strong>, facet-bestemmingsplan paardenbakken 13
Omheining Verbod met ontheffing<br />
Er sprake is van een open<br />
constructie, de maximale<br />
hoogte 1.50 m bedraagt<br />
en het kleur- en<br />
materiaalgebruik passend<br />
in het buitengebied is,<br />
conform de in Bijlage 2<br />
opgenomen<br />
welstandscriteria.<br />
Lichtmasten<br />
Verbod met ontheffing<br />
De minimale afstand tot<br />
woning van derden 75 m<br />
is, de hoogte maximaal 4<br />
m en het aantal maximaal<br />
4 bedragen en de<br />
verlichting van de<br />
lichtmasten uitsluitend<br />
functioneert als er<br />
activiteiten plaatsvinden<br />
tot uiterlijk 23:00 uur. De<br />
masten moeten in verband<br />
met het verspreiden van<br />
licht zodanig zijn afgesteld<br />
dat geen hinder voor de<br />
directe (woon) omgeving<br />
ontstaat.<br />
Artikel 4 milieubepaling<br />
Verbod met<br />
ontheffing.<br />
Er sprake is van een<br />
open constructie, de<br />
maximale hoogte<br />
1.50 m bedraagt en<br />
het kleur- en<br />
materiaalgebruik<br />
passend in het<br />
buitengebied is.<br />
Verbod met<br />
ontheffing<br />
De minimale afstand<br />
tot woning van<br />
derden 75 m is en<br />
de hoogte maximaal<br />
6 meter en het<br />
aantal maximaal 4<br />
bedragen. De<br />
masten moeten in<br />
verband met het<br />
verspreiden van licht<br />
zodanig zijn<br />
afgesteld dat geen<br />
hinder voor de<br />
directe (woon)<br />
omgeving ontstaat.<br />
5. De minimale afstand tot<br />
de woning van derden 50<br />
m bedraagt<br />
6. De paardenbak niet in<br />
combinatie met een<br />
bedrijfsmatige<br />
paardenhouderij wordt<br />
gerealiseerd.<br />
Verbod met ontheffing<br />
Dit onder de volgende<br />
voorwaarden.<br />
Er sprake is van een open<br />
constructie, de hoogte<br />
maximaal 1.50 m bedraagt<br />
en het kleur- en<br />
materiaalgebruik passend<br />
in het buitengebied is.<br />
Verbod met ontheffing<br />
Dit onder de volgende<br />
voorwaarden.<br />
1. De minimale afstand tot<br />
woning van derden 75 m<br />
bedraagt.<br />
2. De hoogte maximaal 4<br />
m bedraagt.<br />
3. Het aantal maximaal 4<br />
bedraagt.<br />
4. De verlichting van de<br />
lichtmasten uitsluitend<br />
functioneert als er<br />
activiteiten plaatsvinden<br />
tot uiterlijk 23:00 uur. De<br />
masten moeten in verband<br />
met het verspreiden van<br />
licht zodanig zijn afgesteld<br />
dat geen hinder voor de<br />
directe (woon) omgeving<br />
ontstaat.<br />
Een ontheffing als bedoeld in artikel 3 wordt niet verleend, wanneer deze tot gevolg<br />
heeft dat op basis van de milieuaspecten bodem, geluid en hindercirkels van nabij<br />
gelegen bedrijven, deze bedrijven in hun bedrijfsvoering worden beperkt en/of<br />
belemmerd.<br />
Artikel 5 onderzoeksverplichting<br />
1<br />
Burgemeester en wethouders kunnen bepalen dat een verzoek om ontheffing<br />
gepaard gaat met door hen nader te bepalen, door belanghebbende uit te voeren<br />
onderzoeken, die de ruimtelijke kwaliteit van het (bouw) project waarborgen.<br />
gemeente <strong>Coevorden</strong>, facet-bestemmingsplan paardenbakken 14
2<br />
Burgemeester en wethouders beslissen, op basis van de resultaten van de onder<br />
lid 1 genoemde onderzoeken, over de wenselijkheid van de te verlenen ontheffing.<br />
Artikel 6 procedureregels<br />
Op de voorbereiding van een besluit tot het verlenen van een ontheffing is afdeling<br />
3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing.<br />
Artikel 7 Slotregel<br />
De regels kunnen worden aangehaald onder de titel “Facet-bestemmingsplan<br />
paardenbakken”.<br />
gemeente <strong>Coevorden</strong>, facet-bestemmingsplan paardenbakken 15
Bijlage 1<br />
Overzicht vigerende bestemmingsplannen<br />
naam bestemmingsplan vaststelling<br />
gemeenteraad<br />
goedkeuring<br />
GS<br />
Erm 24/03/76 17/05/77<br />
De Kiel 27/02/79 18/03/80<br />
Wezuperbrug 13/07/81 14/09/82<br />
Erm, plan van wijziging 1982 12/05/82 06/07/82<br />
Binnenstad 12/07/82 04/10/83<br />
Wezuperbrug, plan van uitwerking art. 11 WRO 22/04/86 09/06/86<br />
B.p. Beschermd dorpsgezicht Oud Aalden 09/02/87 15/09/87<br />
Nieuwlande 12/07/88 15/11/88<br />
Partiële herziening De Kiel 26/07/88 29/11/88<br />
Beschermd dorpsgezicht Oud Aalden, partiële herziening 10/10/88 28/02/89<br />
Kerkweg Zuid 12/12/88 25/07/89<br />
Geesbrug 09/02/93 23/03/93<br />
Meppen, omgeving Veentiesweg/Mepperdennenweg 10/05/93 20/07/93<br />
Steenwijksmoer 21/03/94 03/08/94<br />
't Haantje 1989 26/09/95 28/11/95<br />
Buitengebied Sleen 27/02/96 08/10/96<br />
Buitengebied <strong>Coevorden</strong> 13/05/96 17/12/96<br />
Buitengebied Oosterhesselen 08/10/96 15/05/97<br />
Beschermd dorpsgezicht Gees 11/03/97 10/06/97<br />
De Knieplanden 30/06/97 23/09/97<br />
Beschermd dorpsgezicht Benneveld 30/06/97 23/12/97<br />
Buitengebied Zweeloo 11/08/97 10/03/98<br />
Erm 1997 22/12/98 14/09/99<br />
Sleen centrum 16/03/00 11/07/00<br />
<strong>Coevorden</strong> beschermd stadsgezicht 09/09/03 28/11/03<br />
Sleen 14/10/03 16/03/04<br />
Sleen de Schoel 14/10/03 11/05/04<br />
<strong>Coevorden</strong> Centrum Markt en omgeving 16/02/04 03/07/07<br />
De Hare, partiële herziening woningbouw Krimweg 14/09/04 23/03/05<br />
Oosterhesselen 12/10/04 25/01/05<br />
Buitengebied Dalen 14/12/04 21/05/05<br />
Zweeloo-Aalden 12/04/05 15/11/05<br />
<strong>Coevorden</strong> Centrum, Bogasterrein 11/04/06 11/07/06<br />
Oosterhesselen, wijzigingsplan uitbreiding De Etgaarde 11/04/06 12/06/06<br />
Dalen, woningbouwlocatie Dalerveensestraat 09/05/06 15/08/06<br />
<strong>Coevorden</strong> Woongebieden 10/10/06 19/06/07<br />
Schoonoord 10/10/06 02/10/07<br />
gemeente <strong>Coevorden</strong>, facet-bestemmingsplan paardenbakken 16
Overzicht vigerende bestemmingsplannen<br />
naam bestemmingsplan vaststelling<br />
gemeenteraad<br />
goedkeuring<br />
GS<br />
Dalerpeel, uitbreiding Steigerwijk 13/02/07 24/04/07<br />
Noord-Sleen, uitbreiding Kampakkers 13/02/07 27/06/07<br />
<strong>Coevorden</strong> centrum Markt en omgeving, uitwerkingsplan<br />
Weeshuisweide fase 1<br />
06/03/07 02/05/07<br />
Dalen 03/07/07 11/12/07<br />
Ossehaar, uitwerkingsplannen fase B en C 02/10/07 16/11/07<br />
Dalerpeel 09/10/07 18/12/07<br />
Dalerveen 09/10/07 01/04/08<br />
Wachtum 09/10/07 21/12/07<br />
Meppen 10/06/08 11/11/08<br />
Noordsleen 10/06/08 13/01/09<br />
Zwinderen 10/06/08 07/1008<br />
Wezup 24/06/08 27/01/09<br />
Gees 09/12/08 20/03/08<br />
gemeente <strong>Coevorden</strong>, facet-bestemmingsplan paardenbakken 17