Tiecelijn - Reynaertgenootschap
Tiecelijn - Reynaertgenootschap
Tiecelijn - Reynaertgenootschap
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
<strong>Tiecelijn</strong> 21<br />
Talking animals<br />
In 1993 verscheen een belangwekkend boek van Jan Ziolkowski, hoogleraar in<br />
Harvard, over de geschiedenis van middeleeuws-Latijnse dierenpoëzie: Talking animals.<br />
Medieval Latin Beast Poetry, 750-1150. Het eerste jaartal markeert het begin<br />
van de Karolingische renaissance, het tweede het verschijnen van de Ysengrimus, in<br />
de renaissance van de twaalfde eeuw, wanneer de Latijnse letteren terrein verliezen<br />
aan de volkstalige literatuur. Teksten als de Speculum stultorum, Ysengrimus abbreviatus<br />
en Reynardus Vulpes vallen dus buiten de boot. Ik zal me hier beperken tot de<br />
Ysengrimus.<br />
Ziolkowski benadert de lastig te duiden satire via de metafoor van de wolfsmonnik;<br />
hij ziet de wolfsmonnik en bijbehorende parodie op monastieke riten en de liturgie<br />
als de spil waar de afzonderlijke verhalen omheen draaien. Enerzijds is de satire gericht<br />
op niet nader genoemde monniken en geestelijken in de top van de kerkelijke<br />
hiërarchie, anderzijds op tijdgenoten van de dichter die wel met name worden genoemd.<br />
Ziolkowski mengt zich ook in de discussie omtrent de vraag hoe het portret<br />
van Walter van Egmond en Boudewijn van Liesborn beoordeeld moet worden en<br />
scheert uiteindelijk deze beide abten, Anselm van Doornik en paus Eugenius III over<br />
één kam. Deze werkelijk bestaande geestelijken zijn veel succesvoller in het verwezenlijken<br />
van hun doelen dan Isegrim, die keer op keer het onderspit delft tegen zijn<br />
tegenspelers. Zij krijgen de wolfsmonnik klein door de liturgie en kloostergebruiken<br />
als wapens tegen hem in te zetten. Hoe dat in zijn werk gaat, bespreekt Ziolkowski<br />
per episode in een hoofdstuk met de fraaie titel The liturgy strikes back. Niet toevallig<br />
is in de verhalen waarin de wolf niet optreedt (De vos en de haan; Reynaert en de wolvin)<br />
deze liturgische parodie vrijwel afwezig. Uit de dood van Isegrim, door toedoen<br />
van de liturgie, blijkt het vertrouwen van de dichter in de religieuze instituties en<br />
rituelen, aldus Ziolkowski.<br />
Deze benadering sluit mooi aan bij een twistpunt uit de controverse tussen Cluny<br />
en Cîteaux. Zoals eerder gezegd, vertoont Isegrim nogal wat cisterciënzertrekjes.<br />
Met het argument dat hun uitvoerige liturgie in dienst stond van de strijd tegen<br />
Satan verdedigden de cluniacenzers zich tegen de kritiek van de cisterciënzers. Het<br />
lijkt erop dat de dichter van de Ysengrimus de Cluny zo dierbare liturgie heeft ingezet<br />
om de cisterciënzers op een komische manier van repliek te dienen.<br />
De Ysengrimus in breder perspectief<br />
In Van Aiol tot de Zwaanridder. Personages uit de middeleeuwse verhaalkunst en hun<br />
voortleven in literatuur, theater en beeldende kunst wordt uiteraard ruim aandacht<br />
besteed aan Reynaert, maar er is ook een artikel over de wolf opgenomen van de<br />
hand van Paul Wackers, die wijst op de grote rol die is weggelegd voor het gesproken<br />
~ 38 ~