30.09.2013 Views

Nieuwsbrief - Politieacademie

Nieuwsbrief - Politieacademie

Nieuwsbrief - Politieacademie

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

december 2012<br />

<strong>Nieuwsbrief</strong><br />

Lectoraat Criminaliteitsbeheersing & Recherchekunde<br />

In dit nummer<br />

Voorwoord<br />

door Nicolien Kop en Willem Schutte<br />

Onderzoeksnieuws<br />

Houd de dief?<br />

door Renate Klein Haneveld<br />

Actieonderzoek ZSM<br />

door Renate Klein Haneveld<br />

M.-waarde onderzoek afgerond<br />

door Mariëtte van Kuik<br />

KVDB update<br />

door Mariëtte van Kuik<br />

Opsporing bij evenementen<br />

door Ronald van der Wal<br />

Tackling radicalisation in dispersed societies (Tardis)<br />

door Ronald van der Wal<br />

Mentale weerbaarheid binnen de opsporing<br />

door Henk Sollie<br />

Terugblik op het seminar over Cocreatie in de opsporing (11 september 2012)<br />

door Luuk van Spijk<br />

CCV Congres 'Laboratorium van de Zintuigen (11 oktober 2012)<br />

door Nicolien Kop<br />

Europese criminologen naar Spanje<br />

door Alan Kabki<br />

Themadag Financieel Rechercheren (23 november 2012)<br />

door Alan Kabki<br />

Recent in de media<br />

Uitnodiging seminar over woninginbraken (8 januari 2013)<br />

Mededelingen<br />

Publicaties<br />

Mediatheek<br />

1<br />

Jaargang 7<br />

7


Voorwoord<br />

(door Nicolien Kop & Willem Schutte)<br />

In deze laatste nieuwsbrief van 2012 kijken we graag met u vooruit naar 2013. Met de lectorale rede van<br />

Nicolien Kop zijn we een herkenbare richting ingeslagen en hebben we een goed kompas voor de eerstkomende<br />

jaren. 'Van opsporing naar criminaliteitsbeheersing' is daarmee niet alleen een mooie titel maar zet werkelijk de<br />

koers uit. We mogen ons verheugen op een veelheid van activiteiten waaraan wij een bijdrage mogen leveren en<br />

moeten daarin soms keuzes maken. Activiteiten zoals wetenschappelijke onderzoek (waaronder peer reviews en<br />

actieonderzoeken), deelname aan innovatieve projecten en workshops, organiseren van seminars en themadagen<br />

maar ook het verzorgen van colleges en begeleiden van studenten.<br />

Vanaf 2013 willen we onze koers ondersteunen door keuzes te maken op basis van een bijdrage aan de vijf<br />

strategische implicaties uit de lectorale rede:<br />

1. Intensieve samenwerking tussen de zuilen binnen de politie (handhaving, noodhulp, opsporing, intake).<br />

2. Effectieve samenwerking en afstemming tussen politie en OM.<br />

3. Samenhangende aanpak tussen politie, OM en partners (bijv. bestuurlijk, fiscaal en strafrechtelijk).<br />

4. Meer en beter betrekken van burgers door politie, OM en partners.<br />

5. Sturen op effect (niet alleen op politiecijfers).<br />

Om deze koers zo goed mogelijk te ondersteunen zijn we inmiddels gestart om, in samenwerking met onder<br />

andere de afdeling Communicatie & Marketing, onze communicatie te innoveren en uit te breiden. Verder willen we<br />

onze rol oppakken in de clustering van de vijf opsporingslectoraten Cybersafety, Financieel Economische<br />

Criminaliteit, Forensisch Onderzoek, Milieucriminaliteit en Criminaliteitsbeheersing & Recherchekunde.<br />

Natuurlijk is een en ander afhankelijk van de inrichting van de <strong>Politieacademie</strong> de komende jaren en de<br />

positionering van de lectoraten hierin, maar dat houd ons niet tegen om ons, juist nu, op de inhoud van het<br />

politiewerk te richten en daarmee op de behoefte van de collega's in het werk- en onderwijsveld.<br />

In deze nieuwsbrief nemen we u graag mee naar de inhoud van enkele onderzoeken die juist afgerond zijn of een<br />

afronding naderen en de onderzoeken die net van start zijn gegaan. Het is een uitvoerige nieuwsbrief geworden<br />

waaruit blijkt dat we op tal van fronten actief zijn. In de conclusies en aanbevelingen van de onderzoeken willen we<br />

het lerend vermogen van de politie ondersteunen. Dat houdt in dat we vaak kritisch zijn maar altijd constructief en<br />

zonder mensen persoonlijk aan te willen spreken. Uiteindelijk is ons gezamenlijk doel een veiliger Nederland<br />

waarbij de politie zo goed mogelijk geholpen wordt haar verantwoordelijkheid te nemen.<br />

Bezoek Nine Kooiman (SP) aan het lectoraat (12 november):<br />

(Nine Kooiman tijdens het teamoverleg van het lectoraat)<br />

2<br />

Op 12 november jl. heeft Nine Kooiman (Tweede<br />

Kamer lid, SP) het lectoraat bezocht. Zij heeft o.a.<br />

politie in haar portefeuille. Doel van dit bezoek was<br />

een goede indruk te krijgen van wat er binnen de<br />

<strong>Politieacademie</strong> en specifiek binnen de lectoraten<br />

gedaan wordt. Nadat zij bij het werkoverleg aanwezig<br />

was geweest en met enkele personen in kleiner<br />

verband had gesproken, bleek ze erg enthousiast<br />

over de zinvolle bijdragen die het lectoraat aan de<br />

veiligheid in Nederland levert en over de betrokken<br />

wijze waarop lector, programmamanager en<br />

onderzoekers hun werk doen. Ze gaf aan regelmatig<br />

het contact met de lectoraten te willen leggen om<br />

voorgenomen beslissingen in de 2e Kamer vanuit een<br />

ander perspectief te beschouwen en nodigde ons uit<br />

ook zelf hiertoe het initiatief te nemen.


Onderzoeksnieuws<br />

Houd de dief!<br />

(door Renate Klein Haneveld)<br />

3<br />

Het onderzoek naar de State of the Art kennis over<br />

woninginbraken en de wijze waarop de landen om<br />

ons heen het probleem aanpakken is afgerond. Het<br />

rapport is met enthousiasme ontvangen door<br />

opdrachtgever Frans Heeres. De conclusies en<br />

aanbevelingen in het rapport zijn opgebouwd volgens<br />

de vier lijnen van het Landelijk Plan van Aanpak<br />

Woninginbraken, te weten Preventie, Toezicht en<br />

Handhaving, Repressie en Opsporing en Innovatie.<br />

Uit het onderzoek blijkt dat woninginbraken een vorm van criminaliteit is die steeds meer (politieke) aandacht krijgt<br />

en ook verdient omdat het een delict is dat enorm veel invloed heeft op de slachtoffers. Slachtoffers worden<br />

bedreigd in hun meest veilig gewaande plaats, namelijk hun huis. Slachtofferschap van woninginbraken kan<br />

uiteindelijk leiden tot vervelende psychische gevolgen.<br />

Op basis van de internationale vergelijking kan gezegd worden dat er in Nederland op alle bovengenoemde sporen<br />

nog de nodige winst te behalen valt. Om tot een succesvolle en effectieve aanpak van woninginbraken te komen is<br />

het van belang – naast de vier sporen – dat men komt tot een integrale en gefocuste aanpak, waarbij alle partijen<br />

(politie, justitie, overheden , bedrijven en burgers) hun eigen verantwoordelijkheden nemen en zich samen sterk<br />

maken in de strijd tegen inbrekers. Verder blijkt dat er in het buitenland goede preventiemogelijkheden te vinden<br />

zijn, waarbij de burger meer verantwoordelijkheid krijgt en er zeer gericht voorlichting wordt gegeven. Met<br />

betrekking tot toezicht en handhaving, maken de vergeleken landen gebruik van cameratoezicht. In Nederland is<br />

dit in verband met de huidige privacywetgeving echter nog niet mogelijk. Qua opsporing heeft Nederland een<br />

slechte naam, wat veroorzaakt wordt door het lage ophelderingspercentage. Wanneer echter het aantal<br />

opgehelderde zaken per FTE opsporing worden vergeleken, dan blijkt dat Nederland het vergelijkbaar doet met de<br />

andere landen. Het lage ophelderingspercentage is enerzijds te wijten aan een te kleine capaciteit voor het<br />

vraagaanbod en anderzijds door de slechte manier waarop er in Nederland geregistreerd wordt. Het is voor de<br />

diender niet helder wanneer een zaak in BVH als opgehelderd moet worden beschouwd, processen-verbaal van<br />

aangifte worden onzorgvuldig en onvolledig ingevuld en er is niet duidelijk wie de verantwoordelijkheid heeft om de<br />

zaken administratief goed af te handelen.<br />

Al met al blijven woninginbraken een type delict waar ook in de toekomst voldoende aandacht voor dient te zijn en<br />

wat enkel succesvol en effectief kan worden aangepakt als er door alle belanghebbenden goed wordt<br />

samengewerkt.<br />

Het onderzoeksrapport "Woninginbraken. Een onderzoek naar het fenomeen woninginbraken en mogelijke aanpak<br />

hiertegen" (Klein Haneveld, Boes en Kop, 2012) is te downloaden via de website van de <strong>Politieacademie</strong> en<br />

beschikbaar via PKN en de Mediatheek van de <strong>Politieacademie</strong>.<br />

Dinsdag 8 januari 2013 organiseert het lectoraat een avondseminar over woninginbraken, met daarin bijdragen van<br />

het landelijk programma woninginbraken, een inbreker en de gemandateerd portefeuillehouder woninginbraken. In<br />

het Tijdschrift voor de Politie (2012 - nummer 9) is een artikel verschenen over het onderzoek.<br />

(NB: In dit artikel wordt 7,4 % als oplossingspercentage van 2010 genoemd. Dat percentage is later officieel<br />

gecorrigeerd naar 9,0 %).


Actieonderzoek ZSM<br />

(door Renate Klein Haneveld)<br />

De Nederlandse politie staat – met het oog op de invoering van de Nationale Politie – voor een grote<br />

veranderopgave. Echter is het overgaan naar de Nationale Politie niet het enige. Ook het afdoen van veel<br />

voorkomende criminaliteit (VVC) wordt compleet veranderd. Men gaat namelijk over op de werkwijze ZSM. Hierbij<br />

staat ZSM niet alleen voor zo snel mogelijk, maar ook voor zo samen, slim, samenlevingsgericht en simpel<br />

mogelijk. Het idee is dat de diender – die net een verdachte (op heterdaad) heeft gearresteerd – vanaf de straat<br />

belt naar de intake op het Selectie- en Coördinatie Centrum (1 SCC per eenheid). Deze zoekt in samenwerking<br />

met de administratieve medewerkers van het OM de bijbehorende gegevens van de verdachte erbij en de zaak<br />

gaat direct door naar de aanwezige dienstdoende ZSM-Officier van Justitie. Deze neemt een voorlopige<br />

routeringsbeslissing – eventueel in overleg met de politiefunctionaris. Vervolgens wordt eventueel aanvullend<br />

onderzoek uitgevoerd door de politie en op basis daarvan wordt door de Officier of beoordelaar een<br />

afdoeningbeslissing genomen. Dit kan een transactie zijn, maar kan ook uiteindelijk een dagvaarding worden.<br />

Ondertussen is de agent met de verdachte op de afhandeleenheid in de regio gekomen, waar hij een<br />

terugkoppeling krijgt over de beslissing en de verdachte bijvoorbeeld de transactie kan betalen en direct weer terug<br />

op straat kan. Hierdoor is er veel minder documentatie nodig, is de doorlooptijd een stuk korter en is er<br />

meerwaarde voor zowel dader, slachtoffer als agent.<br />

Het doel van dit onderzoek – welke in samenwerking met AEF Onderzoeks- en Adviesbureau uit Utrecht wordt<br />

uitgevoerd – is het in kaart brengen van hoe de verschillende eenheden de ZSM-werkwijze implementeren en ze te<br />

helpen bij eventuele problemen waar men tegen aanloopt. Doordat de onderzoekers alle regio’s in het land<br />

bezoeken, krijgen zij een goed overzicht en kunnen ze een mooie vergelijking maken, waarbij sterke en zwakke<br />

punten naar voren komen. Naast de gesprekken met de projectleiders over de implementatie, worden er ook<br />

meerdere bezoeken aan de SCC’s gebracht, waarbij er gepraat wordt met alle verschillende rollen. De uitkomsten<br />

hiervan worden samengevoegd en op basis daarvan wordt er binnenkort een workshopsessie voor alle<br />

projectleiders georganiseerd met als doel om de dialoog op gang te brengen, zonder dat men bang is om een<br />

slechte indruk te maken. De tweede fase van het onderzoek zal zich meer richten op de ervaringen van de<br />

dienders op straat. Er zullen bezoeken worden gebracht aan de afhandeleenheden en enkele dienders op straat<br />

zullen ook gevraagd worden naar hun mening. Hieruit zal wederom een workshopsessie uit voortvloeien.<br />

M.-waarde onderzoek afgerond<br />

(door Mariëtte van Kuik)<br />

In het voorjaar van 2011 startte het Lectoraat met een onderzoek naar de waarde van meldingen van Meld<br />

Misdaad Anoniem (M.) voor de politiële opsporing. Zoals Nicolien in haar rede al aanhaalde, is samenwerking een<br />

van de kernbegrippen van criminaliteitsbeheersing. De burger is van oudsher een van de belangrijkste<br />

samenwerkingspartners van de politie. Naast de “gebruikelijke” rollen als getuige, slachtoffer of aangever, wordt de<br />

burger ook op andere manieren steeds vaker bij de opsporing betrokken. Voorbeelden hiervan in Nederland zijn<br />

SMS-alert, Opsporing Verzocht, Meld Misdaad Anoniem en TGO.nl dat op dit moment door het Lectoraat wordt<br />

onderzocht. Opvallend is dat van veel van dergelijke initiatieven een systematische opbrengstenregistratie<br />

ontbreekt. Met het onderzoek naar de waarde van M.-meldingen voor de politie is getracht hierin enige verandering<br />

te brengen.<br />

Het onderzoek had tot doel inzichtelijk te maken op welke wijze de politie tips van M. gebruikt worden en welke<br />

bijdrage deze tips leveren aan opsporingsonderzoeken. Het onderzoek werd uitgevoerd in opdracht van het<br />

Programma Politie en Wetenschap, in samenwerking met Bureau Beke en het Lectoraat Intelligence van de<br />

<strong>Politieacademie</strong>.<br />

4


Ten behoeve van dit onderzoek werden in vier verschillende politieregio’s in totaal 200 dossiers, waarin een M.melding<br />

was opgenomen, geanalyseerd. Door middel van dit onderzoek werd de weg die meldingen binnen de<br />

politie afleggen in kaart gebracht, de verschillende rollen die meldingen kunnen hebben beschreven en de<br />

resultaten hiervan op een rijtje gezet.<br />

Belangrijkste conclusie van het onderzoek is dat het lastig is de bijdrage van M.-meldingen exact te duiden. Een<br />

van de redenen hiervoor is dat de informatie wordt samengevoegd met andere informatie en hiermee zicht op de<br />

unieke bijdrage van deze informatie aan het proces, verdwijnt. Een andere reden is dat politiedossiers voor een<br />

ander doel dan wetenschappelijk onderzoek worden opgemaakt en informatie die wel aanwezig was niet altijd werd<br />

vastgelegd. Dit betekent dat de cijfers die omtrent de bijdrage van M.-meldingen aan opsporingsonderzoeken<br />

kunnen worden genoemd, waarschijnlijk slechts een beperkt beeld van de werkelijkheid weerspiegelen. Er is om<br />

deze reden in het onderzoek voor gekozen ons niet alleen te baseren op de resultaten die uit het dossieronderzoek<br />

naar voren komen, maar ook informatie te verzamelen via verdiepende interviews met betrokkenen en een<br />

vragenlijst. Aanvullend op de “kille” cijfers kwam hieruit een beeld naar voren van de gevoelswaarde die M.meldingen<br />

voor de opsporing hebben.<br />

Als Lectoraat zijn we er trots op te kunnen melden dat de rapportage van dit onderzoek zal worden uitgegeven in<br />

de reeks Politiekunde van het programma Politie en Wetenschap en zeer binnenkort zal verschijnen. In deze<br />

rapportage wordt onder andere ingegaan op de verschillende facetten van het onderzoek en worden de resultaten<br />

gedetailleerd beschreven.<br />

Opsporing bij evenementen<br />

(door Ronald van der Wal)<br />

(zomercarnaval in Rotterdam)<br />

In het kader van het meerjarig onderzoek 'Monitoren van<br />

Evenementen' is het lectoraat afgelopen evenementenseizoen<br />

gestart met het deelonderzoek Opsporing bij evenementen. Dit<br />

deelonderzoek is tot stand gekomen op nadrukkelijk verzoek<br />

van de Raad van Korpschefs. Gesteld werd dat de verbetering<br />

van het opsporingsresultaat van de bij grote evenementen veel<br />

voorkomende delicten, van belang is. Tegelijk constateerde zij<br />

dat in de praktijk de focus vooral op handhaving ligt. Gegeven<br />

het grote aantal delicten en de vaak forse handhavingcapaciteit<br />

blijven opsporing- vervolgingresultaten vaak ver achter. Mede<br />

hierdoor ontbreekt een basis voor adequate correcties, inclusief<br />

schadeverhaal, en is er geen drempel voor recidive.<br />

Vanuit het lectoraat is gesproken met meerdere chefs opsporing (SGBO), officieren van justitie en particuliere<br />

beveiligers. Daarnaast zijn het afgelopen evenementenseizoen verschillende evenementen bezocht, waaronder<br />

risicowedstrijden, dance-events en grootschalige feesten zoals de Nacht van Assen, het Rotterdamse<br />

Zomercarnaval en de Nijmeegse Vierdaagse. Er is gevraagd naar opsporingsdoelen, inzet en het<br />

opsporingsproces dat na een evenement plaatsvindt.<br />

In de eerste fase van ons onderzoek hebben wij ons hoofdzakelijk gericht op de Arrestantenafhandeling (ARAF) en<br />

dan met name op de overdracht van de straat naar de recherche. Gebleken is dat in de hectiek van de<br />

gebeurtenissen de aanhoudingskaarten niet altijd even zorgvuldig worden ingevuld. Het gevolg hiervan is dat men<br />

op de ARAF onvoldoende bewijs kan verzamelen, met soms als gevolg dat de verdachte moet worden<br />

heengezonden.<br />

Dit probleem wordt onderkend. In verscheidene regio’s wordt gekeken hoe dit probleem kan worden aangepakt.<br />

Een aantal varianten zijn van dichtbij bekeken: de briefings, het fotograferen van arrestanten en Fobo (Frontoffice<br />

Backoffice), waarbij de collega’s op straat de gegevens van de verdachten doorbellen of mailen aan de ARAF.<br />

Inmiddels ondersteunt het lectoraat de vts-PN bij de bouw van een aanhoudingsapplication die volgend<br />

evenementenseizoen kan worden getest.<br />

5


Tackling radicalisation in dispersed societies (Tardis)<br />

(door Ronald van der Wal)<br />

In 2013 gaat het project Tackling Radicalisation in Dispersed Societies van start. Dit project is een initiatief van de<br />

Universiteit van Cardiff, de Metropolitan Police en de gemeente Sutton, een deelgemeente van Greater Londen.<br />

Het onderzoek zal zich richten op de vroegtijdige signalering van radicalisering binnen de Moslimgemeenschap.<br />

Het lectoraat Criminaliteitsbeheersing & Recherchekunde zal in dit project participeren. Meer bijzonderheden over<br />

dit project worden in de volgende nieuwsbrief bekend gemaakt.<br />

Mentale weerbaarheid binnen de opsporing<br />

(door Henk Sollie)<br />

Medio 2012 ben ik begonnen met mijn promotieonderzoek getiteld ‘Mentale weerbaarheid in de opsporing’. Dit<br />

project is geïnitieerd vanuit het lectoraat Criminaliteitsbeheersing en Recherchekunde van de <strong>Politieacademie</strong> in<br />

samenwerking met de vakgroep Organisatiepsychologie van de Katholieke Universiteit Leuven. Ik zal kort<br />

uitleggen wat de achtergrond en doelstelling van dit project is.<br />

Succesvolle aanpassing<br />

Het versterken van professionele weerbaarheid staat hoog op de agenda van de Nederlandse politie. Dit sluit aan<br />

bij een maatschappelijke trend in de Nederlandse samenleving, waarbij oog voor langdurig en gezond werken van<br />

belang is. Professionele weerbaarheid is namelijk een essentiële vereiste om in moeilijke omstandigheden op<br />

duurzame en effectieve wijze te kunnen werken. In mijn onderzoek richt ik mij hoofdzakelijk op de mentale<br />

component van professionele weerbaarheid: welke factoren zorgen er voor dat professionals zich op succesvolle<br />

wijze kunnen aanpassen aan de psychische belasting die de werkcontext veroorzaakt.<br />

Van negatieve naar positieve factoren<br />

Het kijken naar succesvolle aanpassing is relatief nieuw binnen de wetenschap. Vanuit de traditionele psychologie<br />

werd vooral gekeken naar negatief en afwijkend gedrag evenals problemen en knelpunten van mensen. Sinds de<br />

jaren ’90 van de vorige eeuw komt er echter meer aandacht voor de positieve psychologie die de krachten in plaats<br />

van de klachten centraal zet. Psychologen benadrukken sindsdien de sterke kanten van de mens. Dankzij deze<br />

stroming binnen de psychologie is er meer aandacht voor positieve emoties en de invloed die dit heeft op iemands<br />

functioneren.<br />

Over het onderzoek<br />

Gezien de contextafhankelijkheid van het concept mentale weerbaarheid, wordt binnen de studie onderscheidt<br />

gemaakt naar de impact van verschillende recherchefuncties op het mentaal welzijn. Zo wordt specifiek gekeken<br />

naar opsporingsfunctionarissen binnen een TGO-verband, naar forensisch-technische medewerkers en naar<br />

familie- en kinderpornorechercheurs. Vragen daarbij zijn onder andere met welke mentale belasting dergelijke<br />

rechercheurs worden geconfronteerd en wat precies onder succesvolle aanpassing moet worden verstaan.<br />

Overkoepelend doel van dit promotieonderzoek is om te definiëren wat mentale weerbaarheid binnen de<br />

opsporingscontext inhoudt, welke processen daaraan ten grondslag liggen en in hoeverre met<br />

interventies/trainingen deze weerbaarheid structureel op peil gehouden kan worden binnen de Nederlandse politie.<br />

KVDB (Kennisprogramma Veiligheid Digitaal Betalingsverkeer) update<br />

(door Mariëtte van Kuik)<br />

De onderzoeken binnen het KVDB worden door promovendi vanuit de lectoraten Criminaliteitsbeheersing &<br />

Recherchekunde en Cybersafety (NHL/PA) uitgevoerd. Afgelopen oktober was het voor hen een spannende<br />

maand. Op de tiende van deze maand presenteerden zij aan de opdrachtgevers hun eerste bevindingen. Een<br />

belangrijk moment omdat deze notities de basis vormden voor een besluit over de voortgang van het programma.<br />

In deze notities werd door de promovendi op basis van literatuuronderzoek en een reeks verkennende interviews<br />

gerapporteerd over de eerste resultaten van de verschillende deelonderzoeken. Alle notities werden positief<br />

ontvangen en de onderzoekers kunnen het komende jaar verder op het ingeslagen pad.<br />

6


Terugblik op het seminar over Cocreatie in de opsporing (11 september 2012)<br />

(door Luuk van Spijk)<br />

Het lectoraat Criminaliteitsbeheersing & Recherchekunde organiseerde op 11 september jongstleden het seminar<br />

‘Cocreatie in de opsporing.’ Een druk bezochte bijeenkomst met vertegenwoordigers uit de politiepraktijk, het<br />

politieonderwijs en – inherent aan het thema – burgemeesters, gemeenteraadsleden en vertegenwoordigers van<br />

andere partners in de veiligheidsketen. In de maandelijkse seminars van de <strong>Politieacademie</strong> delen lectoraten hun<br />

visie en onderzoeksresultaten met politiepraktijk en -onderwijs. Conclusie van deze avond: cocreatie kan de politie<br />

veel brengen, maar vraagt ook veel. Kansen en risico’s, dilemma’s, opbrengsten, randvoorwaarden en succesvolle<br />

voorbeelden: het lectoraat zal een belangrijke bijdrage hebben door deze in kaart te brengen.<br />

Cocreatie is een van de speerpunten van het lectoraat, zo maakte lector Nicolien Kop al duidelijk in haar lectorale<br />

rede op 21 juni “Van opsporing naar criminaliteitsbeheersing” (http://www.youtube.com/watch?v=3ArP6d0SBh0).<br />

Volgens Kop moet de politie van een incidentgerichte, reactieve werkwijze naar een meer proactieve, op<br />

problemen gerichte aanpak van criminaliteit. De samenwerking met burgers, veiligheidspartners en publiek-private<br />

samenwerking is daarin onontbeerlijk. Kop: “Het is niet effectief om de politie alleen verantwoordelijk te stellen voor<br />

het opsporen van daders van gepleegde misdrijven. Willen we echt wat doen aan de veiligheid in Nederland dan<br />

moeten we meer inzetten op het voorkomen van misdrijven en zowel burgers, bestuur als bedrijfsleven daarbij<br />

betrekken.” Nicolien verwees daarbij naar enkele actuele voorbeelden uit de praktijk, onder meer bij de politie<br />

Rotterdam (zie www.helpmonikavinden.nl).<br />

Vermaatschappelijking<br />

Na de inleiding van Nicolien Kop was het woord aan Pieter Tops, portefeuillehouder kennis en onderzoek binnen<br />

het College van Bestuur van de <strong>Politieacademie</strong>. Hij sprak over “vermaatschappelijking van de opsporing” als<br />

verbijzondering van de vijfentwintig jaar geleden ingezette vermaatschappelijking van de politie als geheel. Tops<br />

sprak in navolging van Kop van een onvermijdelijke ontwikkeling, maar wees ook op de ‘geboortepijnen’ die ermee<br />

gepaard gaan. In dat kader benadrukte hij het belang van wederkerigheid. “Cocreatie is niet een kwestie van over<br />

de schutting gooien van taken. Het vraagt van de politie dat zij ook informatie deelt en terugkoppelt wat zij doet met<br />

informatie. Om vrijblijvendheid te voorkomen is het van het grootste belang om betrouwbaar te zijn als politie, om<br />

afspraken na te komen. Dat vraagt om het nadrukkelijk uitspreken van verwachtingen tussen de samenwerkende<br />

partijen.” De <strong>Politieacademie</strong> gaat onderzoek uitvoeren naar de invoering van de Nationale Politie. Dat onderzoek<br />

zal zich onder meer toespitsen rondom de robuuste basisteams en de rechercheteams. Tops deed hierbij een<br />

oproep aan de aanwezige recherchechefs om zich hiervoor aan te melden.<br />

Cultuurverandering<br />

Albert Meijer van de Universiteit Utrecht, ging vervolgens dieper in op de kenmerken en het ontstaan van cocreatie<br />

en het gebruik van nieuwe media voor cocreatie in de opsporing. Ook hij benadrukte dat het veel verder gaat dan<br />

het benutten van de burger als informatiebron. De relatie moet wederkerig zijn en de burger is nadrukkelijk bezig<br />

met het bedenken van creatieve ideeën. Volgens Meijer past het versterken van burgerparticipatie bij een ‘strong<br />

democracy’ en zijn er indicaties voor positieve opbrengsten voor de politie. Wel zijn er ook ongewenste effecten,<br />

maar dat is geen reden om het niet te doen. Volgens Meijer vraagt cocreatie wel om een cultuurverandering bij de<br />

politie.<br />

Opbrengsten en randvoorwaarden<br />

De volgende spreker, Martin van Bochove van het Centrum Versterking Opsporing, gaf aan dat in zijn optiek<br />

cocreatie onvermijdelijk is en derhalve niet om een cultuurverandering bij de politie vraagt maar die<br />

cultuurverandering zelf zal brengen. Hij ging verder in op cocreatie als een van de drie hefbomen die een<br />

dreigende crisis in de opsporing moet bezweren. Naast cocreatie zijn dat netwerkend werken en directe aanpak &<br />

afhandeling. Arnout de Vries van TNO ging vervolgens in op Burgeropsporing online: van crowdsourcing naar<br />

online cocreatie. Met een pakkende presentatie wist hij de aanwezigen mee te nemen in de nabije toekomst waar<br />

de politie in haar netwerken effectief is als gelijkwaardige partner in het proces naar criminaliteitsbeïnvloeding. De<br />

avond werd afgesloten met een paneldiscussie tussen de sprekers en het publiek. Een van de aanwezige<br />

burgemeesters zei de politie in de praktijk als een ‘gesloten bastillon’ te ervaren, met weinig oog voor de<br />

verantwoordelijkheid voor veiligheid van het openbaar bestuur. Een tweede aanwezige burgemeester had daar<br />

weer heel andere ervaringen mee. Beiden erkenden het belang van cocreatie voor de politie. Er lijkt nog een<br />

wereld te winnen.<br />

(De presentaties van Albert Meijer, Martin van Bochove en Arnout de Vries zijn te downloaden via de website van<br />

de <strong>Politieacademie</strong>.)<br />

7


CCV Congres 'Laboratorium van de Zintuigen (11 oktober 2012)<br />

(door Nicolien Kop)<br />

Op 11 oktober jl. vond het CCV Congres 'Laboratorium van de Zintuigen: anders werken met veiligheid' plaats.<br />

Onderzoeksresultaten over de rol die zintuigen hebben op zowel de fysieke veiligheid, als het veiligheidsgevoel<br />

werden gepresenteerd.<br />

Ap Dijksterhuis maakte als keynote speaker, vanuit zijn kennis en expertise over ons onbewuste brein, duidelijk<br />

welke rol daarin is weggelegd voor zintuiglijke beïnvloeding. Mark van Hagen (NS), Garmt Dijksterhuis (Unilever),<br />

Maarten Hartveldt (componist muziek de Efteling) en Corien Pompe (Volvocars) legde de link tussen hun<br />

ervaringen met zintuigbeïnvloeding in het bedrijfsleven en de veiligheidspraktijk. Tot slot presenteerde Marnix<br />

Eysink Smeets de resultaten van een recent afgerond onderzoek over de rol van zintuiglijke beïnvloeding in de<br />

dagelijkse veiligheidspraktijk.<br />

Interessante inzichten passeerden de revue. Zo worden bijvoorbeeld door het gebruik van vanillegeur contacten<br />

als vriendelijker ervaren, hebben kunstdessins in metrovoertuigen een positief effect op gedrag en beleving en<br />

blijkt dat lichtkleur de keuze van jongeren voor een bepaalde hangplek beïnvloedt. Het zijn met name de jonge<br />

mannen die roze licht als onaantrekkelijk ervaren. Voor verdere bevindingen zie ook: www.veiligheidspercepties.nl<br />

De conclusie van de dag was dat zintuigbeïnvloeding in de veiligheidspraktijk een veelbelovende aanvullende<br />

interventie kan zijn waar nog tal van kansen liggen.<br />

Europese criminologen naar Spanje<br />

(door Alan Kabki)<br />

In Bilbao vond afgelopen september de dertiende jaarlijkse conferentie van the European Society of Criminlology<br />

(ESC) plaats. Centraal thema dit jaar was het noodzakelijke evenwicht tussen vrijheid en veiligheid. Er waren 785<br />

deelnemers en er werden ruim 600 presentaties gegeven. Het werd goed kiezen en ook veel missen.<br />

Het betoog van prof. Robert Weisberg van Stanford Law School in California was zeer boeiend. De kern van zijn<br />

verhaal was dat het definiëren van corruptie binnen witteboordencriminaliteit niet alleen een juridische maar ook<br />

een filosofische uitdaging is. Wat de herkenning en bestrijding van witteboordencriminaliteit betreft, zijn we er nog<br />

lang niet. Er gebeurt zoveel wat niet door de beugel kan. Zo durfden vele toezichthouders en autoriteiten de<br />

welbekende Madoff, lange tijd niet als een witteboordencrimineel te zien. Hij genoot per slot van rekening veel<br />

aanzien in de “toch niet onbevlekte” financiële wereld. Professor Weisberg zette goed uiteen hoe de<br />

fraudebestrijders in de VS alles op alles hebben gezet om Madoff voor een federale rechter te slepen om hem<br />

harder te straffen. De hoge straf van 150 jaar gevangenisstraf zou hij niet hebben gekregen als hij niet door een<br />

federale aanklager was aangeklaagd.<br />

Themadag Financieel Rechercheren (23 november 2012)<br />

(door Alan Kabki)<br />

Ondermijning was het thema van dit jaar. Aangezien financieel economische systemen wereldwijd op vertrouwen<br />

zijn gebaseerd, is het vanzelfsprekend dat we financieel economische criminaliteit als ondermijnend ervaren en<br />

bestempelen. Tijdens de plenaire presentaties en de workshops kwamen wat betreft de bestrijding van<br />

winstgerelateerde misdaad twee punten duidelijk naar voren. Ten eerste dat we in deze strijd ons meer moeten<br />

richten op het afpakken van crimineel vermogen. En ten tweede dat de politie, het OM en de bijzondere<br />

opsporingsdiensten deze strijd niet kunnen winnen zonder samenwerking met de overige (potentiële) partners.<br />

Burgers, bedrijven, toezichthouders, banken, verzekeringsmaatschappijen, zelfstandige bestuursorganen<br />

enzovoort zouden vaker als partner moeten worden gezien en worden betrokken bij de bestrijding van<br />

ondermijnende criminaliteit.<br />

8


Recent in de media<br />

Meer inbrekers oppakken 'niet reëel'<br />

Nederlands Dagblad, 23 november 2012<br />

De politie wil de komende vier jaar 25 procent meer woninginbrekers oppakken, maar deze doelstelling is 'niet<br />

reëel' met de huidige aanpak en recherchecapaciteit. Dat stellen onderzoekers van de <strong>Politieacademie</strong> in een<br />

studie die is uitgevoerd in opdracht van de politie. De constatering is een tegenvaller voor de politie, die in mei van<br />

dit jaar een offensief aankondigde tegen het toenemend aantal inbraken. Hoofdcommissaris Frans Heeres zei toen<br />

namens de Raad van Korpschefs dat iedere aangifte weer nauwkeurig wordt onderzocht. Maar daar is met de<br />

huidige werkwijze en inzet simpelweg de mankracht niet voor, concluderen de onderzoekers. Hoeveel<br />

rechercheurs moeten worden vrijgemaakt, meldt de studie niet. Uit politiecijfers blijkt dat in 2011 criminelen iets<br />

meer dan 88.500 inbraken pleegden, meer dan voorgaande jaren. Het oplossingspercentage ligt gemiddeld tussen<br />

de 7 en 9 procent, dat is volgens de onderzoekers lager dan in landen als Groot-Brittannië (10 tot 12 procent) en<br />

Duitsland (18 tot 20 procent). 'In Duitsland is gewoon meer capaciteit', zegt onderzoeker Nicolien Kop. 'Het is niet<br />

zo dat de Nederlandse recherche minder effectief is.' Een Nederlandse rechercheur lost net als zijn Duitse collega<br />

gemiddeld 42 zaken per jaar op. Nederland telt bijna 11.700 rechercheurs, maar zij worden voor een breed scala<br />

aan zaken ingezet. Enkele regiokorpsen werken met speciale teams die zich alleen met woninginbraken<br />

bezighouden, wat zorgt voor hogere oplossingspercentages.<br />

Voorkom de dief!<br />

Het Tijdschrift voor Politie – jaargang 74/ nr. 9/12<br />

Artikel over onderzoek woninginbraken.<br />

'Elke moordzaak krijgt gelijke zorg'<br />

Trouw, 21 november 2012<br />

Politie-expert: Media-aandacht voor gruwelijke zaken hoort niet uit te maken, wel risico op haastwerk<br />

De moord op Marianne Vaatstra heeft jarenlang veel aandacht gekregen in de media. Heeft dat ertoe bijgedragen<br />

dat de politie extra aandacht aan de zaak heeft gegeven, of behandelt de recherche iedere moordzaak op dezelfde<br />

manier? Zeker is dat een moord op een prostituee minder aandacht krijgt van media dan die op een lerares, omdat<br />

de eerste een minder eerzaam beroep heeft, stelt psychologe Nicolien Kop, lector criminaliteitsbeheersing en<br />

recherchekunde aan de <strong>Politieacademie</strong>. Nog meer attentiewaarde heeft een moord op een kind, of een tiener,<br />

zoals Marianne Vaatstra die zestien was toen ze de dood vond. Maar niet van de politie, want die heeft evenveel<br />

aandacht voor elke moordzaak. "Althans, dat zou de politie moeten hebben", aldus Kop. "Bij de vraag waarom een<br />

moordzaak geruchtmakend wordt zoals die van Marianne Vaatstra, is de maatschappelijke verontwaardiging heel<br />

belangrijk. Hoe groter die boosheid, hoe meer maatschappelijke onrust. De media springen er dan ook eerder op<br />

en spinnen zo'n zaak breder uit." De gruwelijkheid van een zaak heeft wel enige invloed, maar niet per se, zegt<br />

Kop. "Een relatief eenvoudige moord op een kind veroorzaakt veel meer ophef dan op een volwassene. Een<br />

afrekening in het Amsterdamse criminele circuit creëert ook minder onrust. Hoe onschuldiger het slachtoffer, hoe<br />

geruchtmakender de zaak." Maar dat wil niet zeggen dat de politie harder werkt bij de moord op een kind dan op<br />

een crimineel. "Het rechercheteam moet altijd zorgvuldig blijven, om wat voor slachtoffer het ook gaat. Dat is<br />

belangrijk, want anders kan het misgaan, zoals bij de Schiedammer Parkmoord. Daar werden op een gegeven<br />

moment fouten gemaakt (in die zaak werd een onschuldige opgepakt en veroordeeld, red.). Sindsdien bestaan er<br />

bij de politie zogenaamde tegensprekers, mensen van buiten die meekijken en het onderzoek toetsen of het wel<br />

goed is gedaan." Een ander voorbeeld van een zaak onder druk was de schietpartij in Alphen aan den Rijn, vertelt<br />

Kop. "De burgemeester wilde de dode lichamen zoveel mogelijk weg uit dat winkelcentrum en het publiek wilde zo<br />

snel mogelijk horen wat er aan de hand was. Maar ondertussen moesten de rechercheurs onder die zware druk<br />

wel de sporen veilig stellen. Later bleek de dader alleen te handelen, maar vlak na de moordpartij wist de politie<br />

dat natuurlijk nog niet. Haastwerk door de maatschappelijke, bestuurlijke en politieke druk had tot fouten kunnen<br />

leiden en daar is niemand bij gebaat." In de Vaatstra-zaak is nu een verdachte aangehouden in het Friese dorp<br />

Oudwoude. Door de media-aandacht lijkt het erop alsof de dader al is gevonden, maar hij blijft verdachte. Dat is<br />

een risico voor de politie, zegt Kop. "Het gevaar ligt op de loer dat de focus te veel komt te liggen op de uitkomst:<br />

'we hebben hem!' Terwijl er nog steeds voldoende bewijs tegen hem moet worden verzameld om de zaak goed<br />

voor de rechter te brengen en om een eerlijk proces te kunnen voeren. Ook voor het publiek lijkt de moordenaar<br />

gepakt, maar juridisch is dat nog niet bewezen. Lezers, kijkers en dorpsgenoten kunnen dan nog voor verrassingen<br />

komen te staan, want de definitieve uitkomst is nog niet bepaald, want uiteindelijk bepaalt de rechter."<br />

9


Lector Nicolien Kop op radio 5 over woninginbraken<br />

Vrijdag 23 november jl. sprak lector Nicolien Kop op radio 5 in “Dichtbij Nederland” over een effectieve aanpak van<br />

woninginbraken. Dit naar aanleiding van een recent onderzoek van het lectoraat Criminaliteitsbeheersing &<br />

Recherchekunde. Een link naar het radiofragment vind je hier:<br />

http://dichtbijnederland.ntr.nl/page/detail/794899/'Woninginbraken+terugdringen+met+preventie'<br />

Optreden in TV programma Altijd Wat- NCRV (13 november 2012)<br />

NCRV tv-programma “Altijd wat” ging op dinsdag 13 november jl. over de samenwerking tussen politie en burgers.<br />

De samenwerking lijkt steeds meer toe te nemen, bijvoorbeeld door gebruik te maken van nieuwe technieken en<br />

social media (bijv. amber alert). Wat zijn kansen, wat zijn risico’s en randvoorwaarden, waar ligt de grens?<br />

Nicolien Kop, lector Criminaliteitsbeheersing & Recherchekunde aan de <strong>Politieacademie</strong> is een van de<br />

deskundigen die in het item aan het woord komt. Samenwerking tussen politie, burgers, bestuur en bedrijven is<br />

een van de centrale thema’s van het lectoraat.<br />

De uitzending is terug te kijken via Uitzending Gemist (fragment begint na ca. 12 minuten).<br />

http://altijdwat.ncrv.nl/ncrvgemist/13-11-2012/altijd-wat-13-november<br />

In Secondant, nummer 5 oktober 2012:<br />

Interview met Nicolien Kop over "Van Opsporing naar criminaliteitsbeheersing". In Secondant, nummer 5 oktober<br />

2012: "Mensen willen zelf graag bijdragen aan veiligheid".<br />

via de website van zowel het CCV als de <strong>Politieacademie</strong> is het volledige interview te lezen:<br />

http://www.hetccv.nl/publicaties/secondant/2012/2012-5<br />

http://www.politieacademie.politie.nl/kennisenonderzoek/Lectoraten/criminaliteitsbeheersingrecherchekunde/Pages<br />

/artikelenenpresentaties.aspx<br />

Machtkampf der Rocker<br />

Op 15 oktober zond de Duitse zender ARD de reportage Machtkampf der Rocker uit. Deze reportage belicht de<br />

werkwijze van de Duitse 1% motorclubs, met in het bijzonder de Hells Angels. Er wordt een beeld gegeven van de<br />

organisatie, de internationale verwevenheid en de activiteiten van de Duitse chapters. De reportage laat onder<br />

meer zien hoe de chapters zich mengen in het Duitse uitgaansleven en in de prostitutie en hoe zij er in geslaagd<br />

zijn om een deel van deze branche over te nemen. Zo laat de reportage zien hoe in Flensburg horecaondernemers<br />

werden bedreigd en gedwongen om portiersdiensten van de lokale Hells Angels af te nemen.<br />

Aandacht is er ook voor de PR van de clubs, die er op gericht is een zo positief mogelijk beeld van de Hells Angels<br />

naar buiten te brengen. In de reportage komen verscheiden vertegenwoordigers van het Landeskriminalamt aan<br />

het woord. Zij vertellen over de vaak moeizame strijd tegen de chapters.<br />

De reportage is te vinden op de website ARD Mediathek:<br />

http://www.ardmediathek.de/das-erste/reportage-dokumentation/die-story-im-ersten-machtkampf-derrocker?documentId=12123860<br />

10


UITNODIGING seminar over woninginbraken – 8 januari 2013<br />

Het lectoraat Criminaliteitsbeheersing & Recherchekunde organiseert op dinsdag 8 januari 2013 het<br />

seminar ‘woninginbraken' op de Concernlocatie van de <strong>Politieacademie</strong> in Apeldoorn.<br />

Nederland kende in 2011 meer dan 89.000 geregistreerde woninginbraken en slachtoffers ondervinden hiervan<br />

vaak materiële en immateriële schade. Politie en politiek kennen een hoge prioriteit toe aan deze vorm van high<br />

impact crime. Toch steeg het aantal woninginbraken de laatste twee jaren met 18% (2010) en 8% (2011) en<br />

tegelijkertijd daalde het ophelderingspercentage van 12,1 in 2005 naar 9,0 % in 2010. Het lectoraat<br />

Criminaliteitsbeheersing & Recherchekunde deed in opdracht van de Raad van Korpschefs onderzoek naar het<br />

fenomeen woninginbraken en de mogelijke aanpak. De aanbevelingen uit het onderzoek zijn met name gericht op<br />

meer aandacht voor preventie, een grotere eigen verantwoordelijkheid van burgers, meer heterdaadkracht en een<br />

regierol voor de gemeente. Frans Heeres, portefeuillehouder vermogenscriminaliteit, adviseert de aanbevelingen<br />

uit het onderzoek mee te nemen in het programma high impact crime, waar de aanpak van woninginbraken deel<br />

van uitmaakt.<br />

Centraal thema van de avond is de aanpak van verschillende vormen van diefstal uit woningen. Hierbij worden<br />

enkele 'best practices' voor het voetlicht gebracht. Tijdens de avond zijn bijdragen van de lector en onderzoekers,<br />

het landelijk programma woninginbraken, een ex-inbreker, een gemeente en de gemandateerd portefeuillehouder<br />

woninginbraken. Ook wordt een nieuw onderzoek van het lectoraat gepresenteerd, 'Politieregistraties<br />

woninginbraken, het ophelderingspercentage en het gebruik van koppelzaken/schakelbewijs.'<br />

Het seminar vindt plaats op de <strong>Politieacademie</strong>, Concernlocatie, Arnhemseweg 348 in Apeldoorn. Deelname aan<br />

het buffet en het avondprogramma zijn geheel kosteloos.<br />

Aanmelden<br />

U kunt zich aanmelden via het digitale registratiesysteem van het Congres- en Evenementenbureau<br />

<strong>Politieacademie</strong> middels de volgende link wr.politieacademie.politie.nl Hier kunt u inloggen met uw inlognaam en<br />

wachtwoord van Politie Kennis Net; heeft u deze nog niet, dan kunt u zich hiervoor eerst registreren. Nadat u bent<br />

ingelogd, gaat u naar de pagina “Mijn Gegevens”. Wanneer u deze heeft ingevuld, kunt u zich inschrijven voor het<br />

seminar op de pagina “Congressen”.<br />

Voor vragen mail naar congres@politieacademie.nl of bel met 055-5397497.<br />

Mededelingen<br />

Jan Struijs naar Nationale Politie<br />

Jan Struijs, voormalig hoofd kennis bij de <strong>Politieacademie</strong> en directeur van het programma versterking<br />

weerbaarheid, zal een bijdrage gaan leveren aan de vorming van de Nationale Politie. Jan is door Leon Kuijs en<br />

Dineke Oldenhof gevraagd om bij de ontwikkeling van het HRM domein van de nationale politie een bijdrage te<br />

leveren. Jan gaat zich inzetten bij de totstandkoming van een sterkere verbinding tussen het HRM beleid en de<br />

politieprofessie. Daarnaast werkt Jan mee aan het opzetten van het benodigde professionele netwerk van<br />

strategische partners zoals de <strong>Politieacademie</strong>, de vakbonden en het ministerie van V&J. Jan zal hiermee een<br />

bijdrage leveren aan de ontwikkeling van een aanpak die de professionele inzetbaarheid van de politie verhoogt,<br />

optimaal is afgestemd op de politiepersonele en maatschappelijke vraag en recht doet aan het politiewerk.<br />

11


Publicaties<br />

N. Kop, R. van der Wal & G. Snel (red.) (2012) Opsporing Belicht. Over strategieën in de opsporingspraktijk.<br />

Tweede druk. Den Haag: Boom Lemma.<br />

Leukfeldt, E.R. & W.Ph. Stol (red.) (2012) Cyber Safety: an Introduction. The Hague: Eleven International<br />

Publishers.<br />

Sollie, H., Svensson, J., &Sawitri, S. (2012). Leidt proactieve handhaving tot ongelijke behandeling van jongeren?.<br />

Tijdschrift voor de Politie, 74 (7), pp. 34-38.<br />

Sollie, H., Jochoms, T., Jacobs, G., Bayerl S. & Horton, K. (2012). Experience with Joint Investigation Teams in the<br />

Netherlands: a pragmatic approach. in:<br />

Birdi, K, Allen, K., Turgoose, C., Macdonald, I. &Vössing, J. 2nd Cross-country comparison on knowledge sharing<br />

capabilities and best practice in police organisations (Deliverable 3.3),Project: Comparative Police Studies In The<br />

EU (COMPOSITE), United Kingdom: University of Sheffield.<br />

Mediatheek<br />

Titel: Police investigative interviewing. : a new training approach.<br />

Auteur: Lotte Smets<br />

Uitgave: Antwerpen: Maklu (2012)<br />

ISBN 9789046605325<br />

Based on an empirical study this book explains how two newly developed training methods, individual coaching<br />

and one-day group training, can be used to optimise daily police interview practices by coaching interviewers at<br />

work. Coaching police interviewers gives them the opportunity to acquire insight into their personal interview<br />

strengths and weaknesses. Consequently developing personal awareness will help to optimise the interview<br />

practices of individual police officers by instilling a process of self-reflection and giving the interviewers insight into<br />

how to use certain techniques. Working with interview coaches also has the advantage that police interviewers can<br />

not only reflect on their personal practice, but they also can seek advice and guidance when preparing for and<br />

conducting complex interviews. On this level coaching is more focused on the content of the case than on<br />

interpersonal capacities – which will increase job satisfaction and can prevent tunnel vision when working on a<br />

criminal case. Our main findings are that 52% of individually coached interviewers further developed their personal<br />

interview competences significantly, and 17% of the interviewers who received only a one-day group coaching<br />

session with their peers, showed progress after seven months on four of the five main interview competences<br />

measured by the Police Interview Competency Inventory. Based on the principles of coaching, a new way of<br />

policing will be explained when describing the two newly developed training methods, a way that will change the<br />

practical organisation of criminal investigations for good and will enhance the quality of investigative interviews.<br />

Titel: Radiostilte... : de suïcide van een politieman.<br />

Auteur: Roely Boer ; Geertje Spijkerman<br />

Uitgave: Dokkum : MaWiMa Uitgeverij (2012)<br />

Suïcide. Zelfdoding. Het roept allemaal vragen op. Nabestaanden blijven achter met gevoelens van boosheid en<br />

schaamte. Onbegrip overheerst, maar vooral ook schuldgevoel. Maar wie zijn wij om daarover te oordelen? Wat<br />

weten wij van de eenzame strijd, van de worsteling die iemand doormaakt? Hoe het voelt om moederziel alleen in<br />

een 'donkere tunnel' te zitten, verlangend naar het licht aan het eind? Dit boek vertelt het verhaal van een<br />

politieman die zichzelf om het leven bracht, en van de emoties die dit heeft losgemaakt bij zijn vrouw en kinderen,<br />

bij collega’s en leidinggevenden. Ook een psychiater, een psycholoog en een docente verlieskunde komen aan het<br />

woord. Het biedt handvatten voor iedereen die met zelfdoding te maken heeft of heeft gehad en wil het taboe<br />

rondom suïcide doorbreken.<br />

12


Colofon<br />

Uitgegeven door Lectoraat Criminaliteitsbeheersing & Recherchekunde, <strong>Politieacademie</strong><br />

www.politieacademie.nl/lectoraatcriminaliteitsbeheersing<br />

Redactie<br />

Lectoraat Criminaliteitsbeheersing & Recherchekunde<br />

Contactgegevens<br />

Nicolien Kop (lector), Nicolien.Kop@politieacademie.nl<br />

Willem Schutte (programmamanager), Willem.Schutte@politieacademie.nl<br />

Jan Struijs (adviseur), Jan.Struijs@politieacademie.nl<br />

Walter Hilhorst (projectleider), walter.hilhorst@politieacademie.nl<br />

Ronald van der Wal (onderzoeker), ronald.van.der.wal@politieacademie.nl<br />

Alan Kabki (promotie onderzoeker), alan.kabki@politieacademie.nl<br />

Henk Sollie (promotie onderzoeker), henk.sollie@politieacademie.nl<br />

Mariette van Kuik (promotie onderzoeker), mariette.van.kuik@politieacademie.nl<br />

Renate Klein Haneveld (junior onderzoeker), renate.kleinhaneveld@politieacademie.nl<br />

Monique Wiltink (managementassistente), monique.wiltink@politieacademie.nl<br />

Mediatheek<br />

Concernlocatie Apeldoorn<br />

Arnhemseweg 348<br />

7334 AC Apeldoorn<br />

T (055) 539 71 33<br />

E apeldoorn.mediatheek@politieacademie.nl<br />

www.politieacademie.nl/mediatheek<br />

Contactpersoon:<br />

Anouk Eimers-Nijland, Mediathecaris, Anouk.Eimers-Nijland@politieacademie.nl<br />

13

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!