17.05.2014 Views

Externe analyse - Pearson Education

Externe analyse - Pearson Education

Externe analyse - Pearson Education

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Hoofdstuk 3<br />

<strong>Externe</strong> <strong>analyse</strong><br />

De externe <strong>analyse</strong> is opgedeeld in een macro- en meso-omgevings<strong>analyse</strong>. De <strong>analyse</strong><br />

zorgt voor een overzicht van kansen (waarschijnlijkheid waarmee een situatie zal voorkomen<br />

en een positieve voorspelling wordt gedaan, afgekort tot O = Opportunity) en<br />

bedreigingen (waarschijnlijkheid waarmee een situatie zal voorkomen en een negatieve<br />

voorspelling wordt gedaan, afgekort tot T = Threat). De macro-omgevings<strong>analyse</strong> omvat<br />

de <strong>analyse</strong> van factoren die voor de onderneming niet of nauwelijks beheersbaar<br />

zijn. Desalniettemin zijn deze factoren van belang, daar ze wel invloed uitoefenen op<br />

alle ondernemingen in deze markt en direct invloed hebben op de marktgrootte en<br />

aantrekkelijkheid. De meso-omgevings<strong>analyse</strong> omvat de factoren die de winstgevendheid<br />

van de bedrijfstak bepalen. De bedrijfstak wordt concreet in kaart gebracht aan<br />

de hand van het basismodel van Porter. 8 Aan het einde van dit hoofdstuk wordt een<br />

beknopte samenvatting van de externe <strong>analyse</strong> gemaakt.<br />

In deze <strong>analyse</strong>fase voor de case ReadSupport wordt uitgegaan van de onderzoeksgegevens<br />

voor het testland Nederland. De macro-omgevings<strong>analyse</strong> omvat de maatschappij<br />

als geheel, de meso-omgevings<strong>analyse</strong> omvat de bedrijfstak waarin ReadSupport<br />

actief is.<br />

3.1 Macro-omgevings<strong>analyse</strong><br />

In de <strong>analyse</strong> van de macro-omgeving zullen achtereenvolgens de volgende factoren<br />

worden besproken:<br />

· demografische factoren: bevolkingskenmerken zoals leeftijd en opbouw;<br />

· economische factoren: koopbereidheidskenmerken van de consument zoals inkomen<br />

en koopkracht;<br />

· politieke en juridische factoren: overheidsbeleid zoals belastingen en wetgeving;<br />

· ecologische en ethische factoren: klimaat en natuurlijke bronnen door bijvoorbeeld<br />

geografische ligging;<br />

· sociale en culturele factoren: leefgewoonten binnen de maatschappij zoals normen<br />

en waarden en geloof;


28 | Productmanagement<br />

· technologische factoren: ontwikkelingen op het gebied van R&D, internet, weblogs<br />

en mobiele communicatie.<br />

Deze factoren zijn niet te beïnvloeden en niet te beheersen. Per onderdeel worden ze<br />

in het case-overzicht besproken om een duidelijk beeld te geven van hoe deze <strong>analyse</strong><br />

in de praktijk werkt.<br />

RS<br />

Praktijk: Macro-omgevings<strong>analyse</strong><br />

Demografische factoren<br />

Hier volgen de belangrijkste demografische kenmerken (leeftijd en opbouw van<br />

de bevolking):<br />

· afnemende snelheid van de bevolkingsgroei in Nederland, 9 zie figuur 3.2 (T);<br />

· omvang jongerendoelgroep neemt af, 10 ontgroening, zie figuur 3.2 (T);<br />

· omvang ouderen in Nederland neemt toe, 11 vergrijzing, zie figuren 3.1 en 3.2<br />

(O);<br />

· het aantal uren dat men leest is gemiddeld 3,9 uur per week, maar neemt toe<br />

naarmate men ouder wordt, 12 zie figuur 3.3 (O);<br />

· vrouwen lezen meer dan mannen 13 (zie ook figuur 3.3) (O/T);<br />

· het aantal 50-plussers groeit van 4,9 miljoen in 2003 naar 7 miljoen in 2007 14<br />

(O);<br />

· senioren besteden de meeste vrije tijd aan lezen. Dit is de favoriete vrijetijdsbesteding,<br />

15 zie figuur 3.4 (O).<br />

16<br />

14<br />

12<br />

10<br />

%<br />

8<br />

6<br />

4<br />

2<br />

0<br />

1950 1960 1970 1980 1990 2000<br />

Figuur 3.1 Aandeel 65-plussers in percentage van de Nederlandse bevolking tussen<br />

1950 en 2000<br />

Bron: CBS, 2003


<strong>Externe</strong> <strong>analyse</strong> | 29<br />

Bevolking; kerncijfers<br />

Onderwerpen Bevolking naar geslacht<br />

Totale<br />

bevolking<br />

Mannen Vrouwen<br />

Bevolking naar burgelijke stand<br />

Ongehuwd Gehuwd Verweduwd Gescheiden<br />

Perioden<br />

1950<br />

1955<br />

1960<br />

1965<br />

1970<br />

1975<br />

1980<br />

1985<br />

1990<br />

1995<br />

2000<br />

2001<br />

2002<br />

2003<br />

2004<br />

Absoluut<br />

10 026 773<br />

10 680 023<br />

11 417 254<br />

12 212 269<br />

12 957 621<br />

13 599 092<br />

14 091 014<br />

14 453 833<br />

14 892 574<br />

15 424 122<br />

15 863 950<br />

15 987 075<br />

16 105 285<br />

16 192 572<br />

16 258 032<br />

4 998 251<br />

5 320 759<br />

5 686 152<br />

6 099 529<br />

6 465 081<br />

6 771 613<br />

6 994 280<br />

7 149 620<br />

7 358 482<br />

7 627 482<br />

7 846 317<br />

7 909 855<br />

7 971 967<br />

8 015 471<br />

8 045 914<br />

5 028 522<br />

5 359 264<br />

5 731 102<br />

6 121 740<br />

6 492 540<br />

6 827 479<br />

7 096 734<br />

7 304 213<br />

7 534 092<br />

7 796 640<br />

8 017 633<br />

8 077 220<br />

8 133 318<br />

8 177 101<br />

8 212 118<br />

5 284 496<br />

5 481 327<br />

5 730 715<br />

6 025 009<br />

6 104 254<br />

6 099 415<br />

6 190 940<br />

6 285 610<br />

6 464 971<br />

6 735 614<br />

7 048 699<br />

7 138 972<br />

7 241 077<br />

7 321 665<br />

7 389 408<br />

4 232 241<br />

4 658 053<br />

5 103 163<br />

5 547 842<br />

6 121 941<br />

6 626 364<br />

6 835 014<br />

6 869 619<br />

6 956 510<br />

7 081 536<br />

7 071 202<br />

7 079 502<br />

7 063 982<br />

7 052 176<br />

7 034 504<br />

435 532<br />

459 762<br />

495 131<br />

549 790<br />

616 504<br />

688 197<br />

751 355<br />

808 543<br />

853 599<br />

875 647<br />

882 071<br />

882 162<br />

881 876<br />

879 742<br />

877 579<br />

74 504<br />

80 881<br />

88 245<br />

89 628<br />

114 922<br />

185 116<br />

313 705<br />

490 061<br />

617 494<br />

731 325<br />

861 978<br />

886 439<br />

918 350<br />

938 989<br />

956 541<br />

Onderwerpen Bevolking naar leeftijd<br />

1950<br />

1955<br />

1960<br />

1965<br />

1970<br />

1975<br />

1980<br />

1985<br />

1990<br />

1995<br />

2000<br />

2001<br />

2002<br />

2003<br />

2004<br />

In % van de totale bevolking Levendgeborenen Overledenen Migratiesaldo<br />

Jonger<br />

incl. saldo<br />

dan 20<br />

adm. cor.<br />

jaar<br />

37,3<br />

37,5<br />

37,9<br />

37,9<br />

35,9<br />

34,2<br />

31,5<br />

28,3<br />

25,7<br />

24,4<br />

24,4<br />

24,4<br />

24,5<br />

24,5<br />

24,5<br />

20<br />

tot<br />

40<br />

jaar<br />

29,4<br />

28,1<br />

27,1<br />

26,4<br />

28,2<br />

29,6<br />

31,5<br />

33,2<br />

33,0<br />

32,3<br />

30,0<br />

29,6<br />

29,1<br />

28,6<br />

28,0<br />

40<br />

tot<br />

65<br />

jaar<br />

25,6<br />

26,1<br />

26,0<br />

26,1<br />

25,8<br />

25,5<br />

25,6<br />

26,6<br />

28,6<br />

30,1<br />

32,0<br />

32,4<br />

32,8<br />

33,2<br />

33,6<br />

65<br />

tot<br />

80<br />

jaar<br />

6,7<br />

7,2<br />

7,6<br />

8,0<br />

8,4<br />

8,8<br />

9,3<br />

9,4<br />

9,9<br />

10,1<br />

10,4<br />

10,4<br />

10,4<br />

10,4<br />

10,4<br />

80<br />

jaar<br />

of<br />

ouder<br />

1,0<br />

1,2<br />

1,4<br />

1,5<br />

1,7<br />

1,9<br />

2,2<br />

26<br />

2,9<br />

3,1<br />

3,5<br />

3,5<br />

3,6<br />

3,4<br />

3,4<br />

Bevolkingsgroei<br />

Perioden % Absoluut<br />

229 718<br />

229 222<br />

239 128<br />

245 216<br />

238 912<br />

177 876<br />

181 294<br />

178 136<br />

197 965<br />

190 513<br />

206 619<br />

202 603<br />

202 083<br />

200 297<br />

75 929<br />

81 708<br />

87 825<br />

98 026<br />

109 619<br />

113 737<br />

114 279<br />

122 704<br />

128 824<br />

135 675<br />

140 527<br />

140 377<br />

142 355<br />

141 936<br />

Figuur 3.2 De bevolkingsgroei en -opbouw van Nederland in kerncijfers<br />

Bron: CBS, 2005<br />

19 905<br />

-5 198<br />

-12 819<br />

18 764<br />

33 454<br />

72 055<br />

50 556<br />

19 887<br />

48 411<br />

13 904<br />

53 873<br />

50 838<br />

24 332<br />

-317


30 | Productmanagement<br />

Conclusie<br />

De samenstelling van de Nederlandse bevolking verandert. Het aantal senioren<br />

neemt toe. De favoriete vrijetijdsbesteding van senioren is lezen. Het aantal 50-<br />

plussers is gegroeid van 4,9 miljoen in 2003 naar 7 miljoen in 2007. Dit biedt<br />

kansen voor ReadSupport.<br />

1975 1980 1985 1990 1995 2000<br />

Allen 6,10 5,70 5,30 5,10 4,60 3,90<br />

Man 6,00 6,10 5,50 4,90 4,40 3,80<br />

Vrouw 6,20 5,30 5,20 5,40 4,80 4,10<br />

12-19 jaar 4,60 4,00 2,90 2,80 1,80 1,40<br />

20-34 jaar 5,40 4,90 4,10 3,60 2,60 2,10<br />

35-49 jaar 5,60 5,40 5,20 5,40 4,70 3,40<br />

50-64 jaar 7,90 6,70 7,00 6,80 6,50 5,40<br />

vanaf 65 jaar 8,00 8,50 8,50 8,30 8,60 7,40<br />

Figuur 3.3 Lezen in gedrukte media in de vrije tijd naar sekse en leeftijd tussen 1975<br />

en 2000 in aantal uren per week<br />

Bron: SCP, 2003<br />

Vrijetijdsbesteding %<br />

Lezen 65,8%<br />

Sporten 56,3%<br />

Radio/muziek luisteren 53,3%<br />

Familie/vrienden opzoeken 53,3%<br />

Puzzelen 47,8%<br />

DHZ/knutselen 40,5%<br />

Computer/internetten 36,8%<br />

Dagtochten maken 28,5%<br />

Kleinkinderen opvangen 21,5%<br />

Muziek maken 9,0%<br />

Figuur 3.4 Vrijetijdsbesteding in percentage van belangrijkheid<br />

Bron: Acajes seniorenonderzoek, 2003<br />

Economische factoren<br />

Hier volgen de belangrijkste economische koopbereidheidskenmerken, gebaseerd<br />

op het introductiejaar 2006 (inkomen en koopkrachtelementen hebben ook op<br />

dit introductiejaar betrekking):<br />

· matige economische situatie (hoge werkloosheid, laagconjunctuur met loonstops<br />

en beperkte vooruitzichten op economisch herstel). De prijs gaat een belangrijkere<br />

rol spelen bij keuze uit alternatieven (T);<br />

· het besteedbaar inkomen neemt af 16 (T);<br />

· de relatief sterke euro. Maakt ReadSupport voor (dollarproductie) buitenland<br />

aantrekkelijker. Sterke groei Oost-Europese en Chinese economie (O);<br />

· het aantal uren vrije tijd neemt af (44,8 uur per week in 2000, 47,3 uur in<br />

1995) 17 (T);


<strong>Externe</strong> <strong>analyse</strong> | 31<br />

· de huidige politieke discussie over langer werken kan sterker worden. Als gevolg<br />

hiervan heeft men sinds 1995 flink bezuinigd op vrijetijdsbesteding buitenshuis<br />

(O);<br />

· Nederlanders kopen gemiddeld 36,8 miljoen boeken per jaar 18 (O);<br />

· per huishouden geeft men gemiddeld 244 euro uit aan boeken en per hoofd is<br />

dit 106 euro 19 (O);<br />

· 30 procent van de Nederlanders leest nooit en geeft dus geen geld uit aan boeken<br />

20 (O/T);<br />

· de jaaromzet van algemene boeken bedroeg 333 miljoen euro in 1990, 410<br />

miljoen in 1996, 544 miljoen in 1997, 748 miljoen in 2001 en 850 miljoen in<br />

2003. 21 Zie ook figuur 3.5 voor aantallen uitgebrachte boektitels (O).<br />

Conclusie<br />

De omzet van boeken neemt jaarlijks toe. Het gaat om een enorme toename van<br />

het aantal boektitels van 15.000 in 1990 tot ruim 17.000 in 1999. Bestedingen per<br />

jaar per huishouden aan boeken: 244 euro. In Nederland heerst een matige economische<br />

situatie en het besteedbaar inkomen neemt af.<br />

Forse groei verkoop boeken<br />

De verkoop van algemene boeken – literatuur,<br />

non-fictie en kookboeken – is afgelopen<br />

jaar met 6,4 procent gestegen.<br />

Het is het derde jaar op rij dat de afzet<br />

van boeken in Nederland stijgt. In 2002<br />

was de groei nog beperkt met 0,4 procent,<br />

in 2003 volgde een stijging van<br />

4,9 procent. Het gaat daarbij om het<br />

aantal verkochte boeken, niet om de<br />

omzet in euro's.<br />

Dit blijkt uit het Boekenindex-onderzoek<br />

van Speurwerk, de stichting die in opdracht<br />

van de Koninklijke Vereniging van<br />

het Boekenvak (KVB) marktonderzoek<br />

doet. Uitgesplitst naar verkoopkanalen –<br />

zoals boekhandels, warenhuizen en internet<br />

– blijkt dat de boekhandels het<br />

meest hebben geprofiteerd van de gestegen<br />

boekenverkoop. Zij verkochten 11,7<br />

procent meer boeken dan vorig jaar,<br />

waarmee hun marktaandeel steeg van<br />

64,8 procent in 2003 naar 68 procent<br />

nu. Het marktaandeel daalde (1,5 procent)<br />

bij de boekenclubs – zoals de ECI –<br />

en bij internetboekhandels (0,3 procent,<br />

na jaren van stijging) zoals Bol.com.<br />

Grote bestsellers in 2004 waren Dan<br />

Browns De Da Vinci code (meer dan<br />

225.000 exemplaren), Geert Maks In<br />

Europa en de Nieuwe Bijbelvertaling<br />

(beide ruim 175.000 exemplaren). Dan<br />

Brown verkocht ook nog 250.000<br />

exemplaren van Het Juvenalis Dilemma<br />

en Het Bernini Mysterie. De bestverkochte<br />

Nederlandse roman was De eetclub<br />

van Saskia Noort. Daarvan gingen<br />

tussen de 150.000 en 175.000 stuks<br />

over de toonbank.<br />

De totale omzet aan algemene boeken<br />

voor 2004 is door de KVB nog niet vrijgegeven.<br />

In 2003 verkochten de Nederlandse<br />

uitgeverijen voor 304 miljoen<br />

euro aan 'A-boeken': 148 miljoen nonfictie,<br />

109 miljoen euro fictie en 47 miljoen<br />

euro kinderboeken. Ook de verdeling<br />

van de omzet tussen de verschillende<br />

uitgevers is niet bekend. De grote<br />

drie – PCM, Nijgh en Van Ditmar en<br />

Veen, Bosch en Keuning – hebben wel<br />

veel auteurs zien vertrekken. Nieuwe<br />

uitgevers als Nieuw Amsterdam en Pimento<br />

doen het goed.


32 | Productmanagement<br />

Het Boekenindex-onderzoek bestaat uit<br />

een wekelijkse telefonische enquête<br />

over het boekenkoopgedrag onder vierhonderd<br />

Nederlanders. Het onderzoek<br />

is in november 2000 begonnen. Speurwerk<br />

brengt de verkoopstijging in verband<br />

met de teruggang van de economie.<br />

Boeken kunnen een alternatief<br />

vormen voor dure zaken: men koopt<br />

geen reis door Zuid-Amerika, maar een<br />

boek van Gabriel García Márquez. Ook<br />

2005 lijkt een goed jaar te worden, getuige<br />

bijvoorbeeld het succes van de<br />

Boekenweek dit jaar. De omzet van de<br />

boekhandels lag tien procent hoger dan<br />

vorig jaar.<br />

Bron: NRC Handelsblad, 15 mei 2005<br />

20.000<br />

15.000<br />

10.000<br />

5.000<br />

0<br />

1900<br />

1910 1920 1930 1940 1950 1960 1970 1980 1990 2000<br />

Totaal Nieuw Herdruk Schatting<br />

Figuur 3.5 Aantallen uitgebrachte boektitels per jaar in de periode 1900-1999 door<br />

Nederlandse uitgeverijen<br />

Bron: Vereniging van Nederlandse boekhandels en uitgevers/Stichting Speurwerk (www.<br />

speurwerk.nl), 2000<br />

Politieke en juridische factoren<br />

Hier volgen de belangrijkste politieke en juridische factoren:<br />

· politieke discussie over sociaaleconomische onderwerpen als verlenging van de<br />

arbeidsduur, het verhogen van de pensioenleeftijd en dergelijke kan ervoor<br />

zorgen dat aantal uren vrije tijd nog verder afneemt (T);<br />

· overheden zijn op zoek naar initiatieven om ondernemerschap in technologieën<br />

(kenniseconomie) met subsidies te stimuleren (O);<br />

· wetgeving en vergunningen:<br />

· Arbowetgeving voor verbetering leeshouding. Ergotherapeuten adviseren betere<br />

leeshouding (O);<br />

· ReadSupport als merk is beschermd met Europees merkenrecht (O);<br />

· er geldt een vaste boekenprijs; het wetsvoorstel tot handhaving van de vaste<br />

boekenprijs tot 2011 is inmiddels door de Tweede Kamer aanvaard (O/T);


<strong>Externe</strong> <strong>analyse</strong> | 33<br />

Conclusie<br />

De genoemde politieke en juridische factoren zorgen voor nieuwe initiatieven,<br />

aandacht voor Arbowetgeving en een goed ondernemersklimaat.<br />

Ecologische en ethische factoren<br />

Hier volgende belangrijkste ecologische en ethische factoren:<br />

· spanning tussen milieu en gebruik van verpakkingsmaterialen (verpakkingsconvenant<br />

doelt op milieuvriendelijke verpakkingen/der Grüne Punkt in<br />

Duitsland) (O);<br />

· de consument verwacht juist van aanbieders in toenemende mate aandacht<br />

voor milieuvriendelijk ondernemen, bijvoorbeeld op het gebied van milieubeheer<br />

(recyclebare materialen) (O);<br />

· onzeker klimaat in West-Europa, waardoor producten grotendeels binnenshuis<br />

worden gebruikt gedurende een groot deel van het jaar (O);<br />

· seizoensinvloed van ‘De boekenmarkt’ en ‘Boekenweek/Boekenweekgeschenk’<br />

(O);<br />

· van fabrikanten wordt een maatschappelijk verantwoorde productiewijze verwacht<br />

(O).<br />

Conclusie<br />

Ecologische factoren spelen een steeds belangrijkere rol voor aanschaf van het<br />

product. Daarnaast verwacht de consument een maatschappelijk verantwoorde<br />

productiewijze van een product.<br />

Sociale en culturele factoren<br />

Hier volgende belangrijkste sociale en culturele factoren:<br />

· door toenemende individualisering neemt voorspelbaarheid van consumentengedrag<br />

af. Dit vraagt om juiste kennis van de doelgroepen, onder meer om<br />

succesvol nieuwe initiatieven te lanceren (T/O);<br />

· men gaat steeds korter op vakantie of op reis, maar men gaat er wel vaker<br />

tussenuit (O);<br />

· de consument houdt zich meer bezig met zijn gezondheid (O);<br />

· de consument van de toekomst stelt steeds meer eisen aan de invulling van<br />

zijn vrije tijd; ook tijdens kortere vakanties wil de consument het allemaal zo<br />

comfortabel en gemakkelijk mogelijk hebben met lezen (O);<br />

· toenemende behoefte aan individualisering van aanbod (zelf modulair kunnen<br />

bepalen) dat turnkey moet zijn (O);<br />

· trends zijn: emotie, natuur, leisure (zee/strand/zwembad), gezondheid (O);<br />

· cocooning, lekker op de bank hangen met een boek/tijdschrift neemt toe (O).<br />

Conclusie<br />

De consument wil ontspanning, gemak, comfort, betere gezondheid en vooral relaxen<br />

(cocooning).


34 | Productmanagement<br />

Technologische factoren<br />

Hier volgende belangrijkste technologische factoren:<br />

· internet is het medium dat de consument toegang geeft tot een groot aanbod,<br />

wat leidt tot een breder, flexibeler en transparanter aanbod (O);<br />

· meer prijs- en margedruk door meer transparantie (toename belang schaalvoordelen)<br />

(O);<br />

· meer druk op onderscheidend vermogen (via onder meer internet) (O);<br />

· steeds meer kranten gaan over op tabloidformaat (O);<br />

· gebruikte materialen moeten goed beschermd zijn tegen weersomstandigheden,<br />

zoals zand, stof, corrosie, hagel, regen (O);<br />

· consument verwacht nieuwe communicatietechnologieën ook te kunnen gebruiken<br />

tijdens vakantie of ontspanning (O);<br />

· ruim 3 procent van alle boeken wordt via online boekhandels verkocht. 22 Zie<br />

figuur 3.6 (T).<br />

Conclusie<br />

Technologie in het algemeen en internet in het bijzonder gaan een steeds grotere<br />

invloed krijgen op het zoek- en koopgedrag. Het merendeel van de boeken wordt<br />

nog steeds verkocht via traditionele boekhandels en boekenclubs.<br />

Totale afzet in stuks is 100%<br />

Totale verkoop boeken<br />

Verschil 2003<br />

ten opzichte van:<br />

2001 2002 2003 2002 2001<br />

Boekhandel 61,6% 64,0% 64,8% 0,8% 3,2%<br />

Boekenclub 17,3% 16,1% 13,8% -2,3% -3,5%<br />

Warenhuis 8,2% 7,1% 6,7% -0,4% -1,5%<br />

Internet 2,5% 2,2% 3,2% 1,0% 0,7%<br />

Supermarkt 2,4% 1,8% 2,5% 0,7% 0,1%<br />

Elders 7,9% 8,5% 8,8% 0,3% 0,9%<br />

Weet niet 0,2% 0,2% 0,2% - -<br />

Figuur 3.6 Verkoopkanalen van algemene boeken in 2001, 2002 en 2003<br />

Bron: BoekenIndex-onderzoek van Stichting Speurwerk (veldwerk Interview-NSS), 2004<br />

RS<br />

Praktijk: Conclusie macro-omgeving<br />

De macro-omgevings<strong>analyse</strong> laat duidelijke kansen en bedreigingen zien. De samenstelling<br />

van de Nederlandse bevolking verandert. Het aantal senioren neemt toe. Het<br />

aantal 50-plussers is gegroeid van 4,9 miljoen in 2003 naar 7 miljoen in 2007. Vrijetijdsbesteding<br />

nummer een van senioren is lezen. In Nederland wordt gemiddeld 3,9<br />

uur per week gelezen. Met de leeftijd stijgt ook het aantal uren lezen per week.<br />

De omzet van boeken neemt jaarlijks toe. Bestedingen per jaar per huishouden<br />

aan boeken bedragen 244 euro. In Nederland heerst in het introductiejaar 2006<br />

een matige economische situatie en het besteedbaar inkomen neemt af. De ge-


<strong>Externe</strong> <strong>analyse</strong> | 35<br />

noemde politieke en juridische factoren zorgen voor een goed ondernemersklimaat.<br />

Met name ecologische factoren gaan een steeds belangrijkere rol spelen. De<br />

consument wil ontspanning, gemak, comfort, betere gezondheid en vooral relaxen<br />

(cocooning). Technologie in het algemeen en internet in het bijzonder gaan een<br />

steeds grotere invloed krijgen op het zoek- en koopgedrag.<br />

3.2 Meso-omgevings<strong>analyse</strong><br />

De meso-omgevings<strong>analyse</strong> omvat de <strong>analyse</strong> van de bedrijfstak. Zie ook kader 3.2<br />

met trends en ontwikkelingen binnen de bedrijfstak. De meso-omgeving is niet beheersbaar,<br />

maar in meer of mindere mate wel beïnvloedbaar. In de <strong>analyse</strong> van de<br />

meso-omgeving <strong>analyse</strong>ren we, nadat we de definitie van de markt en marktvorm<br />

hebben bepaald, de belangrijkste ‘krachten’ in de bedrijfstak. Dit doen we aan de<br />

hand van het vijfkrachtenmodel van Porter. 23 Hierin draait alles om vijf concurrerende<br />

krachten, zie figuur 3.7. Naast deze vijf krachten is het raadzaam ook de vaak<br />

‘vergeten’ factor van invloed, namelijk de overheid, in de <strong>analyse</strong> mee te nemen. De<br />

vijf factoren samen met de invloed van de overheid bepalen de structuur en de winstgevendheid<br />

van de bedrijfstak, alsmede de intensiteit van de concurrentie. Op de volgende<br />

pagina’s worden de volgende factoren uitgewerkt:<br />

· concurrentie tussen bestaande organisaties;<br />

· onderhandelingspositie van afnemers;<br />

Overheid<br />

Potentiële<br />

toetreders<br />

Macht van de overheid<br />

Dreiging van nieuwe<br />

toetreders<br />

Concurrenten<br />

Leveranciers<br />

Onderhandelingskracht<br />

van leveranciers<br />

Rivaliteit tussen bestaande<br />

ondernemingen<br />

Afnemers<br />

Onderhandelingskracht<br />

van afnemers<br />

Substituten<br />

Dreiging van substituen<br />

Figuur 3.7<br />

Overzicht van de vijf concurrentiekrachten en de invloed van de overheid


36 | Productmanagement<br />

· onderhandelingspositie van leveranciers;<br />

· bedreiging substituten of diensten;<br />

· bedreiging nieuwe toetreders;<br />

· invloed van de overheid.<br />

Kader 3.2 Trends en ontwikkelingen in de boekenbranche<br />

Trends in de boekhandelsbranche:<br />

· verdergaande concentratie en schaalvergroting;<br />

· toenemende specialisatie;<br />

· de gespecialiseerde boekverkoper in de educatieve markt wordt steeds professioneler.<br />

· jongeren besteden minder tijd aan lezen;<br />

· de boekhandel blijft onverminderd dominant waar het de verkoop van algemene boeken<br />

betreft;<br />

· de boekhandel is een belangrijke leverancier van multimediaproducten;<br />

· verdere concentratietendens in de schoolboekenmarkt.<br />

Perspectief in de boekenbranche<br />

De bestedingen in de boekenbranche zullen naar verwachting in 2004/2005 niet veel<br />

veranderen. De gevolgen van de zwakke economische ontwikkelingen voor de consumentenafzet<br />

van algemene boeken zijn beperkt gebleven. Er is zelfs nog een groei gerealiseerd.<br />

Daartegenover staat dat de afzet wetenschappelijke boeken en schoolboeken<br />

onder druk staat.<br />

De concurrentie neemt toe<br />

Het feit dat de totale bestedingen op niveau blijven, wil overigens nog niet zeggen dat<br />

daarmee het perspectief voor de individuele boekhandel onverdeeld positief is. Naar verwachting<br />

zal de concurrentie verder toenemen, vooral vanuit het branchevreemde kanaal,<br />

zoals supermarkten en cd-winkels. Bij deze branchevreemde aanbieders staan de<br />

boeken als product namelijk steeds meer in de belangstelling.<br />

Eigen kracht<br />

De boekhandel zal vooral moeten uitgaan van zijn eigen kracht en zich nadrukkelijk<br />

moeten etaleren als het verkoopkanaal van een breed aanbod boeken, tijdschriften, multimediaproducten<br />

en aanpalende productgroepen als papierwaren, kantoorartikelen en<br />

spelletjes. Assortimentsopbouw, presentatie, vakbekwaam personeel en service zijn hierbij<br />

kernbegrippen.<br />

Internet<br />

Daarnaast moet de boekhandel zich nog verder toeleggen op de verkoop en informatievoorziening<br />

via internet en de mogelijkheden van dit medium verder benutten. De internetboekhandels<br />

weten immers geleidelijk hun marktaandeel te vergroten. Het brancheinitiatief<br />

www.boekbalie.nl, met voor het publiek toegankelijke uitgebreide databases,<br />

lijkt daarbij een steeds belangrijker hulpmiddel voor de boekhandel te worden. Om de<br />

toenemende concurrentie – zowel binnen als van buiten de branche – het hoofd te kunnen<br />

bieden, kan voorts een verdergaande samenwerking binnen de branche (automatisering,<br />

assortimentsbeheer, commerciële formule, inkoopvoordelen) een oplossing zijn,<br />

zeker voor de kleinere zelfstandig opererende boekhandel.<br />

Bron: Rabobank, 2004


<strong>Externe</strong> <strong>analyse</strong> | 37<br />

3.2.1 Kenmerken van de markt<br />

Hier bespreken we separaat de marktdefinitie, marktvorm, marktomvang, marktgroei,<br />

consumentengedrag, concurrentie, merken en differentiatiemogelijkheden.<br />

Marktdefinitie<br />

De marktdefinitie is een beschrijving van de markt waarin het product wordt aangeboden.<br />

Het gaat erom een duidelijk kader te scheppen waarin eenduidig wordt vermeld<br />

welke producten in welke geografische markten aan welke afnemers worden<br />

aangeboden.<br />

RS<br />

Praktijk: Marktdefinitie<br />

Onder de markt van ReadSupport vallen alle leesondersteuningsmiddelen voor<br />

het lezen van een boek, tijdschrift of dagblad. Hierbij concentreert ReadSupport<br />

zich in eerste instantie op de lezers van boeken. Met deze leesondersteuningsmiddelen<br />

moet een boek of tijdschrift zittend of liggend, in een stoel, bank of bed,<br />

zowel binnen als buiten kunnen worden gelezen.<br />

Marktvorm<br />

De marktvorm kan worden herleid uit het aantal aanbieders (aanbodkant) in de<br />

markt en de mate waarin zij onderscheidende (mate van heterogeniteit) producten<br />

aanbieden. Er bestaan op hoofdlijnen vier marktvormen, te weten:<br />

1. volledig vrije mededinging: homogene producten (geen onderscheid), veel aanbieders;<br />

2. monopolie: homogene of heterogene producten, één aanbieder;<br />

3. oligopolie: homogene of heterogene producten, enkele aanbieders;<br />

4. monopolistische concurrentie: heterogene producten, veel aanbieders.<br />

RS<br />

Praktijk: Marktvorm<br />

De marktvorm van leesondersteuningsmiddelen is monopolistische concurrentie.<br />

Er zijn veel vragers, veel aanbieders en er is sprake van heterogene producten. Als<br />

productgroep ReadSupport heb je te maken met productvorm concurrentie. Het<br />

boek kan namelijk op tafel, op de stoel, op de grond, in de handen of op een<br />

kussen worden gelegd. Dit is de situatie nu. Er zijn namelijk nog geen echte hulpmiddelen<br />

zoals ReadSupport. De potentiële markt moet daarom worden ingeschat,<br />

wat bij ‘marktomvang en marktgroei’ wordt gedaan.<br />

Marktomvang en marktgroei<br />

De marktdefinitie bepaalt mede de marktomvang en de mogelijke vraag. Het is daarom<br />

van belang een duidelijk kader te scheppen, waarin eenduidig wordt vermeld welke<br />

producten in welke hoeveelheid, binnen welk tijdspad, in welke landen, aan welke


38 | Productmanagement<br />

afnemers worden geleverd en welk gedrag hierbij komt kijken. Ook komt in deze paragraaf<br />

de te verwachten groei en het bijpassende consumentengedrag aan de orde.<br />

De omvang van de markt bepalen is afhankelijk van de feitelijke vraag en potentiële<br />

vraag die moet worden geschat aan de hand van ervaringscijfers of het berekenen van<br />

de vraag aan de hand van beschikbare bronnen, zoals het CBS of branchegegevens.<br />

Kader 3.3 Potentiële marktomvang lezers<br />

De potentiële marktomvang van lezers is groot. Lezers kunnen lezers van boeken zijn,<br />

maar ook van tijdschriften, dagbladen en weekbladen. Daarnaast zijn er ook nog de<br />

huis-aan-huisbladen en ten slotte nog de reclamefolders. ReadSupport concentreert zich<br />

in eerste instantie op de boekenlezers. In dit kader is een overzicht gegeven van de verdeling<br />

in leestijd van gedrukte media. In figuur 3.8 wordt de verdeling van de leesuren<br />

over de gedrukte media zichtbaar. Ook is in dit kader een samenvatting met de belangrijkste<br />

conclusies van het grootste tijdsbestedingsonderzoek van Cebuco onder Nederlandse<br />

lezers opgenomen.<br />

Lezen in gedrukte media 1975-2000 (uren per week)<br />

1975 1980 1985 1990 1995 2000<br />

Alle 6,10 5,70 5,30 5,10 4,60 3,90<br />

Boeken 1,60 1,60 1,30 1,50 1,20 0,90<br />

Tijdschriften 1,50 1,30 1,20 1,10 1,00 0,80<br />

Dag- en<br />

2,70 2,50 2,50 2,30 2,00 1,80<br />

nieuwsbladen<br />

H-a-h en folders 0,20 0,30 0,30 0,30 0,30 0,30<br />

Figuur 3.8 Leesuren verdeeld over gedrukte media<br />

Bron: SCP 2004<br />

Belangrijke conclusies uit ‘Een week telt acht dagen’:<br />

· Twaalf- tot zestienjarigen lezen weinig tot niet.<br />

· Drie kwart van de mensen leest een of meer tijdschriften, gemiddeld twee uur per<br />

week. Op zondag wordt de hele dag door gelezen. Pieken vallen tussen 11.00 en<br />

12.00 uur en tussen 19.00 en 23.00 uur.<br />

· 50-64 jaar en 65+ lezen beide op woensdag en in het weekend het meeste. 50-plussers<br />

lezen doordeweeks een dagblad een uur per dag, in het weekend twee uur.<br />

· Vrouwen lezen veel vaker tijdschriften en boeken dan mannen. De helft van de vrouwen<br />

neemt wekelijks een boek ter hand, tegen een derde van de mannen. Vrouwen<br />

lezen gemiddeld een halfuur langer dan mannen. Degenen die boeken lezen trekken<br />

daar gemiddeld 3,5 uur per week voor uit. Het lezen van boeken hangt sterk samen<br />

met leeftijd. Tot 35 jaar leest 33 procent van de bevolking minstens een keer per<br />

week een boek, gedurende 2,5 uur. Van de mensen tussen de 35 en 65 jaar leest 40<br />

procent minstens een keer per week een boek, gemiddeld gedurende 4 uur. Van de<br />

mensen ouder dan 65 jaar leest meer dan de helft minstens een keer per week een<br />

boek, gemiddeld gedurende 4,5 uur.<br />

Bron: Tijdsbestedingsonderzoek Cebuco


<strong>Externe</strong> <strong>analyse</strong> | 39<br />

RS<br />

Praktijk: Marktomvang en marktgroei<br />

De potentiële marktomvang (zie ook kader 3.3) voor ReadSupport bestaat primair<br />

uit personen van 40 jaar en ouder, omdat zij over de meeste vrije tijd beschikken<br />

en het langst lezen.<br />

In figuur 3.9 staat een overzicht van het aantal mensen in Nederland boven de<br />

40 jaar. Vervolgens wordt het percentage lezers bepaald. Daarna wordt hieruit het<br />

percentage actieve lezers gefilterd. Ten slotte wordt verondersteld dat van deze actieve<br />

lezers de helft ReadSupport ervaart als ‘urgent’ (heavy readers) voor verbetering<br />

van de leeshouding en/of gezondheid. Uiteindelijk blijft er een doelgroep<br />

over van 1.177.000 personen, waarop ReadSupport zich concentreert.<br />

Conclusie<br />

De totale doelgroep voor ReadSupport in Nederland bestaat uit 1.177.000 mensen.<br />

Jaar Bevolking Totale doelgroep ReadSupport<br />

40 tot 65 65+ Totaal<br />

2000 15863 5185 2157 7342<br />

2005 16292 5556 2280 7836<br />

2010 16462 5524 2481 8005<br />

2020 16800 5412 3189 8601<br />

Totale doelgroep ReadSupport NL (*1000) 40 tot 65 65+ Totaal<br />

2005<br />

Lezers 70% *<br />

Actieve lezers ** (40-65, 40%) (65+, 50%)<br />

Urgent (niet latent) 50% ***<br />

5556<br />

3889<br />

1556<br />

778<br />

2280<br />

1596<br />

798<br />

399<br />

7836<br />

5485<br />

2354<br />

1177<br />

* 30% van de bevolking geeft aan nooit te lezen, bron: NRC Handelsblad dossier lezen<br />

** Actieve lezers zijn lezers die minimaal 1 x per week een boek ter hand nemen.<br />

Tijdsbestedingsonderzoek van Cebuco geeft aan dat van de 35-65-jarigen 40% minstens 1 x per<br />

week een boek ter hand neemt. Ouder dan 65 jaar is dit percentage 50%.<br />

*** Verondersteld wordt dat 50% van de actieve lezers de leessteun niet zal ervaren<br />

als latent en vanuit gezondheidsbesef en gemak zal overgaan tot aanschaf.<br />

Figuur 3.9 Overzicht marktomvang en potentiële kopers per segment (*1000)<br />

Bron: CBS Bevolking en bevolkingsontwikkeling Nederland (Eurostat)<br />

Consumentengedrag<br />

Het consumentengedrag wordt omschreven aan de hand van het model van<br />

Henry Assael. 24 Dit model deelt aankoopgedrag in twee dimensies in: mate van<br />

verschil in merkwaarde (groot of klein) en betrokkenheid (hoog of laag). Dit alles<br />

vanuit klantoogpunt. De tabel verduidelijkt het mogelijke gedrag. Verschil in<br />

merkwaarde wordt bepaald door merkbekendheid, imago, kwaliteit en merktrouw.<br />

Betrokkenheid wordt bepaald door consequenties en risico’s die de koper ervaart<br />

na aanschaf. Zie figuur 3.10.


40 | Productmanagement<br />

KLANT<br />

Verschil in merkwaarde<br />

Mate van betrokkenheid<br />

HOOG<br />

LAAG<br />

GROOT<br />

COMPLEX<br />

MERK<br />

AFWISSELEND<br />

KLEIN<br />

DISSONANTIE<br />

REDUCEREND<br />

ROUTINE<br />

MATIG<br />

Figuur 3.10<br />

Consumentengedragmodel van Assael<br />

ReadSupport kan in dit model worden geplaatst onder de noemer ‘dissonantie reducerend<br />

zoek- en koopgedrag’. De consument wil zoveel mogelijk (vooraf) bevestigd<br />

hebben dat hij een goed product heeft gekocht. Dit komt voort uit het<br />

feit dat ReadSupport een onbekend merk is. Het product geniet een hoge betrokkenheid,<br />

doordat de gepercipieerde risico’s hoog zijn. Er is een grote mate van<br />

onzekerheid over het gebruik, het is een nieuw product en men is onzeker over<br />

de functies. Er zullen aarzelingen optreden voor de koop, maar de kopers zullen<br />

ook vraagtekens hebben als ze het nieuwe product hebben gekocht. Dit vraagt extra<br />

aandacht voor de communicatie bij de introductie. Het merk en de functies<br />

van het product moeten daarin centraal staan.<br />

Uiteraard is de markt van consumenten een andere markt wat betreft koopgedrag<br />

dan de markt van retailers. Retailers zijn geringer in aantal, maar machtiger in volume.<br />

Het consumentengedrag in het retailermodel kan aan de hand van het eerdergenoemde<br />

model van Assael ook worden bepaald. ReadSupport zal door retailers<br />

worden beoordeeld aan de hand van de positie in het schap, omloopsnelheid, marges,<br />

direct product profitability (dpp) en perceived risk. In figuur 3.11 is het potentieel<br />

uitgewerkt van retailklanten. Er is zoals in de business definition aangegeven onderscheid<br />

gemaakt in de groep structurele kopers (continu in assortiment) en de<br />

groep incidentele kopers. Actiematig als giveaway bij uitgeverijen (bijvoorbeeld met<br />

Sanoma of een andere uitgeverij) of actiematig bij een discounter.<br />

Conclusie<br />

Boekhandels spelen, ondanks de veranderende traditionele vorm, een dominante<br />

rol als afzetkanaal van boeken, maar ook voor bladen. De andere outlets (kiosken<br />

en warenhuizen) spelen vooral een rol in de distributie van bladen.<br />

De distributie naar deze retailers zal plaatsvinden via RS BV. Deze levert aan op<br />

centraal distributiecentrum van de ketens. Binnen deze ketens blijkt een groot<br />

deel van de boekhandels nog onafhankelijk te kunnen opereren wat betreft het assortiment.<br />

In figuur 3.12 is een overzicht opgenomen van de belangrijkste ketens.


<strong>Externe</strong> <strong>analyse</strong> | 41<br />

Boekhandels<br />

Boekenclubs<br />

Warenhuis & kiosk<br />

overig<br />

Uitgeverijen/acties<br />

(premium)<br />

Discounters<br />

Omzetaandeel<br />

Structureel<br />

Boekhandel 64% 1500<br />

Boekenclub 14%<br />

10<br />

Warenhuis & kiosk 7%<br />

350<br />

Internet boekensites<br />

Overig (ANWB)<br />

3%<br />

3%<br />

2<br />

11<br />

Incidenteel<br />

Premium bij dagblad-/tijdschriftabonnement<br />

2%<br />

2<br />

Aanbieding bij discounter 7%<br />

3<br />

TOTALEN<br />

100%<br />

Figuur 3.11 Overzicht potentiële contactpunten (retailers)<br />

Bronnen: Hoofd Bedrijfschap, 2004, Distrifood, Supermarktoverzicht, 2004<br />

Rabobank Cijfers en Trends, 2005, BoekenIndex-onderzoek van Stichting Speurwerk<br />

(veldwerk Interview-NSS), 2004<br />

Omzetontwikkeling:<br />

De omzet van boeken steeg tussen 1990 en 2001 van 333 miljoen euro naar 748<br />

miljoen euro. In 2003 werd een omzet gerealiseerd van 850 miljoen euro. Ook de<br />

afzet van het aantal boeken stijgt. 25<br />

Conclusie<br />

De markt voor boeken is een groeimarkt (O).<br />

Kader 3.4 Distributie<br />

De Koninklijke Vereniging van het Boekenvak (KVB) registreert 1500 erkende boekhandels.<br />

Van alle winkels in de branche maakt 43 procent als filiaal of franchisenemer deel<br />

uit van een keten, 10 procent is aangesloten bij een inkooporganisatie en 47 procent behoort<br />

tot de ongebonden zelfstandigen. Boekhandels en uitgeverijen kunnen zich laten<br />

registreren of erkennen door de afdeling handelsverkeer van de KVB en krijgen vanuit<br />

een centraal distributiecentrum geleverd. Ruim de helft van alle winkels (inclusief kiosk<br />

en warenhuis) in de boekenbranche maakt deel uit van een keten of samenwerkingsverband.<br />

Ruim 40 procent is als franchisenemer of filiaal aangesloten bij een keten (met minimaal<br />

7 vestigingen). De grootste keten in de branche is Bruna. Daarnaast werkt 10<br />

procent samen via een inkooporganisatie. Iets minder dan de helft van de winkels behoort<br />

tot de zogenoemde ongebonden zelfstandigen.<br />

Concurrentie, merken en differentiatie<br />

Om de meso-omgeving compleet te maken is ook een beschrijving van de concurrentie<br />

uit marktonderzoek wenselijk. Daarnaast is een opsomming van aanwezige merken


42 | Productmanagement<br />

en de mate van differentiatie belangrijk, zodat er een goed beeld ontstaat van de concurrentie.<br />

Percentage van de winkels naar samenwerkingsvorm, 2003<br />

47% geen samenwerking<br />

10% inkoopsamenwerking<br />

43% filiaal- en/of<br />

franchisebedrijven<br />

Figuur 3.12 Samenwerkingsvormen<br />

Bron: KVB 2004<br />

Winkelketens, 2003<br />

100 EN MEER VERKOOPPUNTEN<br />

BRUNA<br />

50 TOT 100 VERKOOPPUNTEN<br />

AKO<br />

BOEKENVOORDEEL*<br />

DE BOEKELIER<br />

THE READ SHOP<br />

VROOM & DREESMANN BOEKHANDEL<br />

MINDER DAN 50 VERKOOPPUNTEN<br />

BGN (o.a. Donner, Scheltema, Scholtens<br />

Wristers en Broese)<br />

CLUBCENTER* (winkels van boekenclub ECI)<br />

DE BIJENKORF BOEKHANDEL<br />

DE SLEGTE*<br />

DE WITTE BOEKENMARKT*<br />

PLANTAGE BOEKHANDELS<br />

* niet door de KVB erkende verkooppunten<br />

Figuur 3.13 Overzicht ketens in de boekenbranche<br />

Bron: KVB 2004<br />

RS<br />

Praktijk: Concurrentie, merken en differentiatie<br />

ReadSupport is een uniek product. Onderzoek wijst uit dat er (bijna) geen concurrenten<br />

zijn met een invulling van de behoefte zoals dit product, zeker niet<br />

voor de toepassing van boeken. Enkele producten, zo blijkt uit onderzoek (onder<br />

andere bij boekhandels, boekenclubs, kantoorinrichters, supermarkten, woninginrichters),<br />

bieden enige functionaliteit voor het ‘statisch rechtop positioneren’ van


<strong>Externe</strong> <strong>analyse</strong> | 43<br />

een boek of het ‘ondersteunen op een flexibele arm van een tot vier A4’tjes’. Artikelen<br />

die in de buurt komen, worden hierna beschreven, samen met de merknaam<br />

en de differentiatiemogelijkheden:<br />

· Boekbutler<br />

De ‘Boekbutler’ (Able2.com) is een houten boekenhouder die boeken bijna<br />

rechtop positioneert. Het is een statische houder. Prijs: 41 euro.<br />

· Flex arm<br />

De ‘Flex arm document holder’ (leftright.com) is een houder voor A4-papier<br />

met clip. Prijs: 26,95 dollar. Zie figuur 3.14.<br />

· Lessenaar<br />

De ‘lessenaar’ (Overtoom ergonomische catalogus) kan gebruikt worden om<br />

boeken te positioneren tegen een helling. Het is een statische houder. Prijs:<br />

39,95 euro.<br />

· Tarifold<br />

De ‘Tarifold’ (Manutan) is een laptopsteun met flexibele arm. Prijs: 99 euro.<br />

· Concepthouder<br />

De zogenoemde ‘Concepthouders’ (Officepro.nl) zijn plastic houders waarin<br />

folders geplaatst kunnen worden. Prijs: 29,95 euro.<br />

· Copy holder<br />

De ‘Copy holder’ (ergonomics.co.uk) is een houder met een flexibele arm.<br />

Prijs: 28,97 pond. Zie figuur 3.15.<br />

Figuur 3.14 ‘Flex arm’ Figuur 3.15 ‘Copy holder’<br />

Conclusie<br />

Er zijn enkele kleine aanbieders van leesondersteuningsmiddelen, het zijn relatief<br />

onbekende merken. Aanbieders bieden lichtgewicht ondersteuningsmiddelen (A4-<br />

papier) of statische ondersteuningsmiddelen. Geen enkele aanbieder biedt een


44 | Productmanagement<br />

mogelijkheid tot het ondersteunen van een veelvoud aan bladzijden (boek) of om<br />

bladzijden ‘om te slaan’ (O).<br />

3.2.2 Afnemers(macht)<br />

Voor een goede inschatting van de markt is de afnemer van groot belang. In deze paragraaf<br />

is het belangrijk zo goed mogelijk inzicht te krijgen in de behoeften van de<br />

afnemer. De wensen en het vertoonde marktgedrag van de afnemers moeten hier in<br />

kaart gebracht worden. Belangrijk hierbij is het vermelden of het finale afnemers<br />

(consumenten) zijn of industriële afnemers. Ook is het van belang te weten of de afnemers<br />

profit of non-profit georiënteerd zijn.<br />

RS<br />

Praktijk: Afnemers<br />

Door de opkomst van internet heeft de afnemer, zowel consument als zakelijk<br />

(distributeur), meer inzicht in het totaalaanbod. Daarnaast heeft de consument<br />

meer macht over de manier waarop hij de vrije (lees)tijd invult. De markt van<br />

ondersteuningsmiddelen is beperkt ontwikkeld. Afnemers zijn zich niet direct bewust<br />

van deze behoefte. Afnemers moeten overtuigd worden (awareness). Als deze<br />

latente behoefte zich snel ontwikkelt, zullen aanbieders eerder geneigd zijn aan de<br />

(hoge) eisen van de afnemer tegemoet te komen met een nieuw product of oplossing.<br />

Te denken valt aan uitgeverijen die het product mee op de markt helpen<br />

zetten door cross selling (gratis bij abonnement). Voor ondersteuning van het lezen<br />

heeft de consument keuze uit weinig producten. Een lessenaar is vrijwel het<br />

hoogst haalbare, maar statisch van aard. Minder gezond en ontspannen zijn ook<br />

ondersteuning door tafel of bureau. Onbewust neemt men daarbij een verkeerde<br />

houding aan die leidt tot lichamelijke (ergonomische) klachten.<br />

De finale afnemers zijn in aantal niet geconcentreerd en over het algemeen klein<br />

in omvang. Zakelijk (boekhandels, clubs, kiosken) kan de distributeur middels<br />

een inkoopcombinatie van een keten inkopen. Dan is er sprake van meer macht<br />

met betrekking tot leverings- en betalingscondities. Zeker als het gaat om nieuwe<br />

producten en ‘kleinere’ aanbieders. Anderzijds is uit gesprekken gebleken dat zakelijke<br />

afnemers ‘eager’ zijn voor nieuwe en verwante producten, die het lezen<br />

van boeken en bladen stimuleren.<br />

Conclusie<br />

De kennis van de consument neemt toe door beter beschikbare informatiebronnen,<br />

zoals internet. Hij is beter voorbereid en de keuze is overzichtelijker. Er is bij<br />

afnemers sprake van een latente behoefte. De zakelijke afnemer kan een machtsblok<br />

vormen als hij deelneemt aan een inkooporganisatie, men staat echter wel<br />

open voor nieuwe producten die het lezen van boeken en bladen stimuleren (O).


<strong>Externe</strong> <strong>analyse</strong> | 45<br />

3.2.3 Leveranciers(macht)<br />

Zonder toelevering van leveranciers kunnen producten en diensten niet gemaakt of<br />

verleend worden. Te denken valt aan materialen en arbeid. Het is cruciaal om als onderneming<br />

niet te afhankelijk te worden van leveranciers. Het verdient dan ook aanbeveling<br />

de risico’s te spreiden over enkele leveranciers en regelmatig inkoopprijzen te<br />

benchmarken.<br />

RS<br />

Praktijk: Leveranciers<br />

Het aantal leveranciers van materiaal voor lees- en ondersteuningsmiddelen is beperkt.<br />

Leveranciers van materiaal zijn er in overvloed. Wel is er een beperkt aantal<br />

met een omvangrijke schaalgrootte, zoals spuitgietbedrijven. Deze bedrijven bevinden<br />

zich met name in China, Azië en Polen, landen met sterke groei-economieën.<br />

De beschikbare productiecapaciteit is hierbij van belang, dit moet men periodiek<br />

monitoren, zodat leveringen gewaarborgd zijn. Concentratie van leveranciers<br />

vindt men ook voornamelijk in genoemde continenten. Het onderscheidend vermogen<br />

in leveranciersproducten is gering. Vaak gaat het bij het onderscheid om<br />

het gebruik en de duurzaamheid van materiaal. Belangrijk is echter om de materialen<br />

die grote invloed hebben op de kostprijs, zoals olie en staal, goed te volgen.<br />

Het kostenaandeel voor de afnemer is beperkt. Ook de overstapkosten naar een<br />

andere leverancier zijn laag, omdat het machinale productie is die door meerdere<br />

leveranciers wordt aangeboden.<br />

Conclusie<br />

De macht van leveranciers is gering (O).<br />

3.2.4 Kans op substituten<br />

De kans op substituten kan worden verwoord met het totaal aantal ‘alternatieven’ dat<br />

beschikbaar is in plaats van ReadSupport.<br />

RS<br />

Praktijk: Substituten<br />

Er zijn een aantal alternatieve leesondersteuningsmiddelen. De afnemer heeft geen<br />

binding met de aanbieder, er zijn geen overstapkosten. Op het niveau van behoefteconcurrentie<br />

zijn ook diverse substituten aanwezig. Hierbij zijn vooral televisie<br />

en computerspelletjes substituten die uit onderzoek naar voren komen, evenals alternatieve<br />

vormen van vrijetijdsbesteding (digitale vormen).<br />

Conclusie<br />

Het gevaar van imitatie is groot omdat het product eenvoudig te kopiëren is.<br />

Daarnaast zijn er minder gezonde, minder flexibele, minder eenvoudige substituten<br />

op productniveau. Overstappen is eenvoudig (T).


46 | Productmanagement<br />

3.2.5 Potentiële toetreders<br />

Potentiële toetreders zijn het aantal verwachte nieuwe aanbieders op korte termijn en<br />

lange termijn binnen de markt en het distributienetwerk.<br />

RS<br />

Praktijk: Potentiële toetreders<br />

Het aantal leesondersteuningsmiddelen is beperkt, zeker voor de markt van boeken.<br />

De productie van veel leesondersteuningsmiddelen kan men met relatief weinig<br />

kapitaal beginnen; soms zijn productievergunningen nodig. De grootste belemmering<br />

is de schaalgrootte en de kans op imitatie. Potentiële toetreders zijn te verwachten<br />

bij een succesvolle introductie. Hoge winsten en volumes kunnen nieuwkomers<br />

aantrekken. Een ‘stay out-policy’ kan potentiële toetreders weerhouden<br />

om de markt te betreden. Stabiele en goede relaties en samenwerking in het distributienetwerk<br />

zullen eenzelfde effect hebben op de toegankelijkheid.<br />

Conclusie<br />

Hoge winsten trekken nieuwkomers aan. Bij succes kunnen potentiële toetreders<br />

– in de groeifase – worden verwacht (T).<br />

3.2.6 Toetredingsbarrières<br />

Toetredingsbarrières zijn belemmeringen of drempels voor nieuwe spelers in de<br />

markt. Deze drempels kunnen aanwezig zijn in de vorm van kapitaal, octrooien, patenten,<br />

registraties of wetgeving.<br />

RS<br />

Praktijk: Toetredingsbarrières<br />

Toetreding tot de markt van leesondersteuningsmiddelen is moeilijk voor nieuwkomers<br />

als ReadSupport op korte termijn een intensieve distributie en marktaandeel<br />

opbouwt. Concurrenten kunnen met relatief weinig kapitaal wel (kleinschalig)<br />

beginnen. Toetreding tot het retailkanaal is in ieder geval complex, zeker om<br />

de juiste partijen te vinden en te overtuigen van opname in het assortiment. Awareness<br />

is nog niet aanwezig in de hoofden van de uiteindelijke lezers. Dit betekent<br />

dat ook retailers hiervoor niet snel schapruimte vrijmaken. Voor retailers is opname<br />

in het schap dan ook een zeker risico (perceived risk). Het merk ReadSupport<br />

is beschermd met Europees merkenrecht.<br />

Conclusie<br />

De toetredingsbarrières zijn aanwezig als ReadSupport een groot deel van de<br />

markt snel heeft opgebouwd (O).


<strong>Externe</strong> <strong>analyse</strong> | 47<br />

3.2.7 Uittredingsbarrières<br />

Uittredingsbarrières kunnen worden omschreven als drempels die een onderneming<br />

ervaart als ze een markt verlaat waarin ze niet langer actief wil zijn. Drempels om<br />

markten te verlaten kunnen ontstaan in de vorm van achterblijvend kapitaal, machineparken,<br />

gebouwen, octrooien, patenten of andere kostbare registratie of wetgevingsvraagstukken.<br />

RS<br />

Praktijk: Uittredingsbarrières<br />

Voor de meeste aanbieders van leesondersteuningsmiddelen zijn de uittredingsbarrières<br />

laag, tenzij men heeft gekozen voor eigen productie. Uitstapkosten beslaan<br />

zonder eigen productie alleen de marketing, verkoop en distributiekosten die men<br />

heeft gemaakt. Zeker als grote toetreders in de markt toetreden en op prijs gaan<br />

concurreren. Als men wel eigen productie heeft, dan heeft men de vaste kosten<br />

van het onroerend goed (productiehallen), machines, en kapitaal.<br />

Conclusie<br />

De uittredingsdrempels kunnen laag zijn (T).<br />

3.2.8 Overheid<br />

De rol van de overheid en haar beleid en wetgeving dienen hier in ogenschouw te<br />

worden genomen. Vaak beperkt zich de rol van de overheid tot subsidies en wetgeving.<br />

RS<br />

Praktijk: Overheid<br />

Overheidsmaatregelen werken kostenverhogend (productie en milieuvergunning<br />

en speciale aanpassingen) en beperkend. Maar, de overheid is vaak bereid om<br />

voor speciale gezondheidsverbeterende (in het kader van de Wet Bijzonder Ziektekosten)<br />

initiatieven of vernieuwende producten subsidies te verlenen om een start<br />

mogelijk te maken.<br />

Conclusie<br />

Overheidmaatregelen maken de bedrijfsvoering veelal complexer door administratieve<br />

regelgeving (T).<br />

RS<br />

Praktijk: Conclusie meso-omgeving<br />

De omzet en afzet van boeken nemen al jaren toe. De boekhandel en boekenclub<br />

zijn nog steeds verantwoordelijk voor het merendeel van de distributie. Internetverkoop<br />

omvat ongeveer 3 procent, waarbij het traditionele kanaal nog steeds de<br />

voorkeur heeft. Het aantal aanbieders van leesondersteuningsmiddelen van boeken


48 | Productmanagement<br />

is beperkt. Het betreft kleine, onbekende merken op het gebied van lessenaars, ergonomie<br />

en statische ondersteuningsmiddelen zoals een boekensteun. Internet<br />

wordt door de afnemer en leverancier vooral gebruikt voor oriëntatie en informatie.<br />

De macht van de afnemer is beperkt, omdat hij niet geconcentreerd (in aantal)<br />

inkoopt (consument). De zakelijke afnemer kan middels inkoopcombinaties<br />

meer druk uitoefenen op prijs en marge. De macht van de leveranciers van leesondersteuningsmiddelen<br />

is niet groot. Ze kunnen weinig invloed uitoefenen en<br />

productie geschiedt vaak machinaal in lagelonenlanden. Het gevaar van imitatie<br />

bij een succesvolle introductie is groot. De entree en uittredingsdrempels zijn laag<br />

en de overstapkosten zijn eveneens laag. Snelle en hoge winsten trekken vaak<br />

nieuwkomers aan.<br />

3.3 Samenvatting externe <strong>analyse</strong><br />

De samenvatting van de externe <strong>analyse</strong> geeft de hoofdlijnen van de macro- en meso<strong>analyse</strong><br />

weer in kansen en bedreigingen.<br />

RS<br />

Praktijk: Samenvatting externe <strong>analyse</strong><br />

Hier staan de voor ReadSupport belangrijkste omgevingsfactoren weergegeven in<br />

de vorm van kansen (O) en bedreigingen (T).<br />

Kansen (O):<br />

Macro-omgeving:<br />

· De omvang van de groep ouderen neemt absoluut en relatief toe. Momenteel<br />

is 46 procent van de Nederlandse bevolking ouder dan 50 en dit neemt de komende<br />

jaren alleen maar toe. 26 In 2007 zullen er in Nederland 7 miljoen 50-<br />

plussers zijn (O1).<br />

· Relatief zwakke dollar (cirkelt rond historisch dieptepunt) (O2).<br />

· Sterke groei van de Oost-Europese en Chinese economie (O3).<br />

· Senioren besteden de meeste vrije tijd aan lezen. De totale leestijd van de gemiddelde<br />

Nederlander bedraagt 3,9 uur per week. Per huishouden wordt op<br />

jaarbasis gemiddeld 244 euro uitgegeven aan lezen. De consument van de toekomst<br />

stelt steeds meer eisen aan zijn uitgaven en de invulling van zijn vrije<br />

tijd (O4).<br />

· Cocooning, lekker op de bank hangen met een boek/tijdschrift, wordt populairder<br />

(O5).<br />

· Toenemende individualisering (O6).<br />

· Toenemend gezondheidsbesef (O7).


<strong>Externe</strong> <strong>analyse</strong> | 49<br />

Meso-omgeving:<br />

· De markt voor boeken is een groeimarkt (O8).<br />

· Geen enkele aanbieder biedt een alternatief (ofwel mogelijkheid tot het ondersteunen<br />

van een veelvoud aan bladzijden (boek) of om bladzijden ‘om te<br />

slaan’) (O9).<br />

· De zakelijke afnemer kan een machtsblok vormen als hij deelneemt aan een<br />

inkooporganisatie, echter het merendeel van de afnemers is nog onafhankelijk<br />

(O10).<br />

· De macht van leveranciers is gering (O11).<br />

· De toetredingsbarrières worden opgebouwd als ReadSupport al een groot deel<br />

van de markt snel opbouwt (O12).<br />

Bedreigingen (T):<br />

Macro-omgeving:<br />

· Weinig rooskleurige economische situatie (T1).<br />

· Vrije tijd wordt steeds schaarser, waardoor het aantal uren vrije tijd afneemt<br />

(T2).<br />

· Wetgeving die ervoor zorgt dat er aan steeds meer technische eisen moet worden<br />

voldaan (T3).<br />

· Ontwikkeling van het internet (T4).<br />

Meso-omgeving:<br />

· Latente behoefte (T5).<br />

· Het gevaar van imitatie is groot (T6).<br />

· Overstappen is eenvoudig (evenals alternatieven voor vrijetijdsbesteding) (T7).<br />

· Hoge winsten trekken nieuwkomers aan. Bij succes eventueel potentiële toetreders<br />

te verwachten (T8).<br />

· De uittredingsdrempels kunnen laag zijn (T9).<br />

· Overheidsmaatregelen maken de bedrijfsvoering veelal complexer door administratieve<br />

regelgeving (T10).<br />

In de SWOT-<strong>analyse</strong> zullen we deze omgevingsfactoren benoemen als kans dan<br />

wel bedreiging.<br />

Vragen<br />

1. Geef een definitie van de macro<strong>analyse</strong> en geeft de specifieke kenmerken<br />

van macrofactoren aan.<br />

2. Benoem de zes macrofactoren en beschrijf enkele elementen die hierbij een<br />

rol spelen.<br />

3. Vul de macro<strong>analyse</strong> voor ReadSupport BV in en benoem per factor de drie<br />

belangrijke kenmerken voor ReadSupport BV.


50 | Productmanagement<br />

4. Geef een definitie van de meso<strong>analyse</strong>.<br />

5. Beschrijf het vijfkrachtenmodel van Porter en beschrijf per kracht wat er ge<strong>analyse</strong>erd<br />

wordt en geef een voorbeeld uit een andere branche.<br />

6. Welke factoren kenmerken marktvorm en hiermee de concurrentie?<br />

7. Beschrijf de marktvormen en wat is het onderscheid?<br />

8. Vul de meso<strong>analyse</strong> in voor ReadSupport BV.<br />

9. De overheid is vaak een ‘vergeten’ factor in de meso<strong>analyse</strong>. Geef aan welke<br />

consequenties deze factor heeft voor ReadSupport.<br />

10. Formuleer voor ReadSupport een conclusie naar aanleiding van de bedrijfstak<strong>analyse</strong><br />

van Porter over de marktaantrekkelijkheid.<br />

11. Geef een definitie van een kans/opportunity.<br />

12. Formuleer vanuit de macro- en meso-omgeving de meest relevante kansen<br />

voor ReadSupport.<br />

13. Geef een definitie van een bedreiging/threat.<br />

14. Formuleer vanuit de macro- en meso-omgeving de meest relevante bedreigingen<br />

voor ReadSupport.<br />

Checklist<br />

Na het lezen van dit hoofdstuk kun je:<br />

q formuleren, <strong>analyse</strong>ren, herkennen en toepassen van de macro-omgevingsfactoren;<br />

q formuleren, <strong>analyse</strong>ren, herkennen en toepassen van de meso-omgevingsfactoren;<br />

q formuleren en ten uitvoer brengen van Porters vijfkrachtenmodel voor de bedrijfstak;<br />

q formuleren en herkennen van marktvormen met kenmerken;<br />

q formuleren en herkennen van afnemers en concurrenten met kenmerken;<br />

q formuleren en <strong>analyse</strong>ren van kansen en bedreigingen voor de onderneming;<br />

q formuleren en opzetten van een totale externe <strong>analyse</strong> van de onderneming.<br />

Case BeerTender ® : <strong>Externe</strong><br />

<strong>analyse</strong><br />

In de externe <strong>analyse</strong> voor de case BeerTender ® is uitgegaan van de onderzoeksgegevens<br />

voor introductie die in 2004 in Nederland plaatsvindt. De macro-omgeving<br />

geeft een beeld van de maatschappij als geheel, de meso-omgeving omvat de bedrijfstak<br />

van Heineken en Krups voor BeerTender ® .


<strong>Externe</strong> <strong>analyse</strong> | 51<br />

3.1 Macro-omgevings<strong>analyse</strong><br />

Binnen de macro-omgevings<strong>analyse</strong> zullen achtereenvolgens demografische, economische,<br />

politieke en juridische, ecologische, sociale en technologische factoren worden<br />

besproken.<br />

Demografische factoren<br />

Onderstaand de belangrijkste demografische factoren in 2004, het jaar van introductie<br />

van de BeerTender ® :<br />

· Ouderen gedragen zich steeds meer als jongeren, terwijl jonge consumenten het<br />

liefst zo snel mogelijk oud willen worden. Bedrijven die producten ontwikkelen<br />

die inspelen op de leeftijdsaspiratie van consumenten hebben de toekomst (O).<br />

· Jonge consumenten hebben een steeds groter zelfstandig budget en ontwikkelen<br />

op steeds vroegere leeftijd merkloyaliteit. Ouderen willen producten die aansluiten<br />

bij een maatschappij waarin ouderdom wordt uitgebannen (O).<br />

· Relatief groot aantal drinkers in de groep mannen 25-55 jaar 27 (O).<br />

· Relatief groot aantal medium/heavy users in de groep mannen 25-55 jaar 28 (O).<br />

· Toename aantal personen in de groep 40+ 29 (O).<br />

· Nederland heeft 8 500 000 vrouwen en mannen in de leeftijdscategorie 25-55 jaar (O).<br />

· In de leeftijdscategorie 25-55 jaar wordt gemiddeld 23 minuten per dag besteed in<br />

café, discotheek of restaurant 30 (O).<br />

Gebruikt alcoholhoudende dranken<br />

Drinkt<br />

nooit<br />

alcohol<br />

Zware<br />

drinker<br />

Gemiddeld<br />

3 of meer<br />

glazen per<br />

dag<br />

Gemiddeld<br />

aantal<br />

glazen<br />

p.d.p.p<br />

bevolking<br />

Gemiddeld<br />

aantal<br />

glazen p.d.<br />

per drinker<br />

Kenmerk gebruikers<br />

in %<br />

Totaal kenmerk gebruikers 19,4 11,9 8,7<br />

Mannen 13,8 19,6 14,6<br />

Vrouwen 24,7 4,6 3,0<br />

Lft. cat. 2: 0-14 jaar 75,8 0,8 0,0<br />

Lft. cat. 2: 15-24 jaar 15,7 18,8 9,3<br />

Lft. cat. 2: 25-44 jaar 14,9 12,2 7,2<br />

Lft. cat. 2: 45-64 jaar 13,6 13,5 12,1<br />

Lft. cat. 2: 65 jaar en ouder 27,9 5,0 7,5<br />

Lft. cat. 5 x gesl: Man, 0-14 jaar 79,3 1,0 0,0<br />

Lft. cat. 5 x gesl: Man, 15-24 jaar 12,8 30,5 17,7<br />

Lft. cat. 5 x gesl: Man, 25-44 jaar 9,2 20,2 12,4<br />

Lft. cat. 5 x gesl: Man, 45-64 jaar 8,2 21,6 18,7<br />

Lft. cat. 5 x gesl: Man, 65 jaar e.o. 16,5 9,9 12,7<br />

Lft. cat. 5 x gesl: Vrouw, 0-14 jaar 71,9 0,5 0,0<br />

Lft. cat. 5 x gesl: Vrouw, 5-24 jaar 18,4 8,2 1,6<br />

Lft. cat. 5 x gesl: Vrouw, 25-44 jaar 20,4 4,6 2,0<br />

Lft. cat. 5 x gesl: Vrouw, 45-64 jaar 19,2 5,4 5,2<br />

Lft. cat. 5 x gesl: Vrouw, 65 jaar e.o. 37,0 1,1 3,0<br />

Casefiguur 3.1 Gebruik van alcoholische dranken naar leeftijd<br />

Bron: Centraal Bureau voor de Statistiek, Voorburg/Heerlen<br />

in aantallen<br />

1,1<br />

1,5<br />

0,7<br />

0,1<br />

1,1<br />

1,0<br />

1,4<br />

0,9<br />

0,1<br />

1,6<br />

1,4<br />

1,7<br />

1,3<br />

0,1<br />

0,7<br />

0,7<br />

0,9<br />

0,6<br />

1,4<br />

1,7<br />

1,0<br />

0,5<br />

1,3<br />

1,2<br />

1,6<br />

1,4<br />

.<br />

1,8<br />

1,6<br />

1,9<br />

1,6<br />

.<br />

0,8<br />

0,9<br />

1,2<br />

1,1


52 | Productmanagement<br />

Economische factoren<br />

Casekader 3.1 Nederlander drinkt meer bier<br />

Nederlander drinkt minder bier<br />

In 2004 dronken alle Nederlanders samen bijna 1,3 miljard liter bier. Omgerekend per<br />

hoofd van de bevolking is dit 78 liter. Een jaar eerder was deze gemiddelde bierconsumptie<br />

nog 80 liter. Hiermee daalde de bierconsumptie met 2 procent.<br />

liter<br />

100<br />

80<br />

60<br />

40<br />

20<br />

0<br />

1990 1995 2000 2001 2002 2003 2004<br />

Casefiguur 3.2 Bierconsumptie per hoofd van de bevolking<br />

Bron: Productschap Dranken, CBS<br />

Minder bier, meer wijn<br />

Al jarenlang daalt het hoofdelijke verbruik van bier in Nederland. In 1990 werd nog 91<br />

liter bier per hoofd van de bevolking geconsumeerd. Dit was in 2004 met 78 liter ruim<br />

14 procent minder. In diezelfde periode steeg de wijnconsumptie met ruim 40 procent<br />

van 14,5 tot 20,6 liter.<br />

Bier populair in Europa<br />

Bier blijkt vooral in de Europese landen erg gewild. Bierland bij uitstek is Tsjechië. Hier<br />

wordt jaarlijks 157 liter per inwoner gedronken. Wereldwijd staat de Nederlander op een<br />

veertiende plaats. In landen als Ierland, Duitsland, Luxemburg en België ligt de gemiddelde<br />

bierconsumptie per inwoner nog fors hoger dan in Nederland.


<strong>Externe</strong> <strong>analyse</strong> | 53<br />

Slowakije<br />

Australië<br />

Denemarken<br />

België<br />

Verenigd Koninkrijk<br />

Luxemburg<br />

Oostenrijk<br />

Duitsland<br />

Ierland<br />

Tsjechië<br />

Nederland<br />

0 25 50 75 100 125 150 175<br />

Casefiguur 3.3 Bierconsumptie wereldwijd, 2003<br />

Bron: Productschap Dranken, CBS<br />

Nederland, grootste bierexporteur<br />

Nederlandse brouwerijen hebben in 2004 bijna 24 miljoen hectoliter bier geproduceerd.<br />

Dit volume bleef iets achter bij dat van het jaar daarvoor. In 2003 was de bierproductie<br />

nog ruim 25 miljoen hectoliter.<br />

In 2004 is ruim 14,5 miljoen hectoliter geëxporteerd, met een waarde van bijna 1,3 miljard<br />

euro. Nederland blijft daarmee onbetwist de grootste bierexporteur ter wereld. De VS was<br />

de belangrijkste afnemer. In 2004 is 7,2 miljoen hectoliter bier naar de VS geëxporteerd.<br />

mln hectoliter<br />

15,0<br />

14,5<br />

14,0<br />

13,5<br />

13,0<br />

12,5<br />

12,0<br />

1999 2000 2001 2002 2003 2004<br />

Casefiguur 3.4 Export van bier<br />

Bron: WEBMAGAZINE, 12 september 2005


54 | Productmanagement<br />

Samenvatting economische factoren:<br />

· De Nederlandse bierconsumptie neemt af van 80 naar 78 liter per hoofd van de<br />

bevolking in 2004 31 (T).<br />

· Daling bierconsumptie is een trend, wijnconsumptie neemt toe 32 (T).<br />

· Nederland is de grootste bierexporteur ter wereld 33 (O).<br />

· Besteedbaar inkomen neemt af 34 (T).<br />

· Matige economische situatie in 2004 (hoge werkloosheid, laagconjunctuur met<br />

loonstops en beperkte vooruitzichten op economisch herstel). Prijs gaat een belangrijke<br />

rol spelen bij keuze uit alternatieven (T).<br />

· In 2004 is er een jaaromzet behaald van 1,266 miljoen euro aan bier (incl. malt)<br />

in Nederland (O).<br />

· De gemiddelde besteding aan bier per huishouden is in Nederland 178 euro over<br />

2004.<br />

· In Nederland is over het jaar 2004 voor 650 miljoen euro besteed aan kleine huishoudelijke<br />

apparaten, wat uitkomt op 91 euro gemiddeld per huishouden (O).<br />

· Consumenten gaan nog meer dan nu op zoek naar tijdsbesparing. Van de consumenten<br />

in West-Europa en Noord-Amerika zegt 82 procent dat tijdsbesparingen<br />

een prioriteit zijn. Naar verwachting verdubbelt de consumptie van kant-en-klaarmaaltijden<br />

in de komende tien jaar (O).<br />

· Discussies over de drankprijzen hebben de horeca een duur imago bezorgd 35 (O).<br />

· Een jaarlijkse toename van eenpersoonshuishoudens; de groep dertigers en veertigers<br />

wordt steeds kapitaalkrachtiger 36 (O).<br />

Politieke en juridische factoren<br />

Casekader 3.2 Concurrentie op komst<br />

Er woedde in Nederland een bierruzie die bijna niemand kan zijn ontgaan: BeerTender ®<br />

tegen de PerfectDraft, oftewel Heineken en Krups tegen InBev (voorheen Interbrew) en<br />

Philips.<br />

Volgens Heineken werden er met de komst van de PerfectDraft octrooien geschonden<br />

van BeerTender ® . Heineken eiste dat de PerfectDraft niet op de markt zou komen. Maar<br />

de rechter besliste eind 2005 voorlopig anders; de zaak bleek te complex om in een<br />

kort geding te worden beslist. De voorzieningenrechter beslist na voorlopige beoordeling<br />

van de octrooien van Heineken (NL1019526, NL1019562 en NL1006950) dat er<br />

geen sprake is van inbreuk. Sommige octrooien kunnen mogelijk zelfs nietig worden verklaard.<br />

Bij de uitspraak speelt ook mee dat Heineken aan Philips in het voortraject niet<br />

ondubbelzinnig heeft laten weten dat er sprake was van dreigende inbreuk. Ook heeft<br />

de rechter gelet op de grote commerciële belangen. De rechter heeft Heineken verboden<br />

om te verkondigen dat Philips en Interbrew inbreuk maken op hun octrooien.


<strong>Externe</strong> <strong>analyse</strong> | 55<br />

Casefiguur 3.5 Octrooi van BeerTender ® . Afbeelding op te vragen bij het Octrooicentrum<br />

Bron: Octrooicentrum<br />

Geheimhouding<br />

Daarnaast werd Heineken een verbod opgelegd te suggereren dat Philips geheimhoudingsafspraken<br />

met Heineken heeft geschonden bij de ontwikkeling van de PerfectDraft<br />

met Interbrew. Heineken heeft in eerste instantie met Philips samengewerkt aan de Beer-<br />

Tender ® , maar Philips heeft deze samenwerking in 2002 beëindigd. Heineken is vervolgens<br />

gaan samenwerken met Krups. Philips koos voor InBev en samen ontwikkelden zij<br />

de PerfectDraft. Heineken laat het er niet bij zitten en heeft hoger beroep aangetekend<br />

tegen de kortgedinguitspraak. Inmiddels hebben beide partijen een schikking getroffen.<br />

Ecologische en ethische factoren<br />

Onderstaand zijn de belangrijkste ecologische en ethische factoren samengevat:<br />

· Mannen zoeken in toenemende mate naar gezonde voeding en laten daarmee het<br />

traditionele machogedrag achter zich. Aan de andere kant blijft de verkoop van<br />

typische machoproducten als bier wel goed lopen (O).<br />

· Consumenten zijn op zoek naar producten met een meer intensieve beleving.<br />

Daarbij zijn ze bereid meer te experimenteren met nieuwe producten. In 2003-<br />

2004 probeerde 60 procent van de consumenten in de VS en Europa levensmiddelen<br />

die ze nog nooit eerder hadden gebruikt (O).<br />

· Warmere zomers komen steeds vaker voor 37 (O).<br />

· Van fabrikanten wordt steeds vaker een verantwoorde manier van produceren verwacht,<br />

onder meer met milieuvriendelijke materialen (O).


56 | Productmanagement<br />

Sociale en culturele factoren<br />

Onderstaand zijn de belangrijkste sociale en culturele factoren samengevat:<br />

· De verandering van drinkgedrag ‘uit flesjes en blikjes’ naar het drinken van ‘een<br />

vers biertje uit een thuistap’ vraagt veel aandacht. Het is de vraag of deze gedragsverandering<br />

echt te realiseren is (T).<br />

· Door toenemende individualisering neemt de voorspelbaarheid van consumentengedrag<br />

af. Dit vraagt om juiste kennis van doelgroepen om succesvol nieuwe initiatieven<br />

te lanceren (T).<br />

· De consument van de toekomst stelt meer eisen aan de invulling van zijn vrije tijd<br />

en wil het allemaal zo snel en comfortabel mogelijk hebben (O).<br />

· Toenemende behoefte aan individualisering van aanbod. De consument wil zelf<br />

kunnen bepalen en alles het liefst turnkey (O).<br />

· Cocooning, lekker op de bank thuis of in de tuin in de zon liggen met een<br />

drankje, wordt populairder (O).<br />

· Meer bezoekers van horeca gaan eerst thuis iets drinken voordat de horeca bezocht<br />

wordt, wat vaak resulteert in het uiteindelijk niet meer uit huis gaan 38 (O).<br />

Technologische factoren<br />

Onderstaand zijn de belangrijkste technologische factoren samengevat:<br />

· Internet is de manier voor de consument om inzicht te krijgen in het totaalaanbod,<br />

wat leidt tot een breder, flexibeler en transparanter aanbod (O).<br />

· Meer prijs- en margedruk bij fabrikanten door transparantie aanbod (T).<br />

· Meer druk op de noodzaak van onderscheidend vermogen door unieke technologieën<br />

van producten, waardoor toegevoegde waarde ontstaat (O).<br />

· Multifunctionaliteit van technologie op elke plaats is een voordeel (O).<br />

· Gebruikte materialen moeten duurzaam zijn en goed beschermd tegen stof, water<br />

en andere invloeden (O).<br />

· Online verkoop neemt grote vlucht 39 (O).<br />

3.2 Meso-omgevings<strong>analyse</strong><br />

Kenmerken van de markt<br />

De West-Europese biermarkt werd de afgelopen jaren geconfronteerd met een afnemende<br />

consumptie. Door middel van lijnextensies probeerde Heineken deze trend te<br />

keren, maar dat bleek geen sinecure. Duidelijk werd dat het tijd was voor een echte<br />

innovatie binnen de biermarkt zoals die door Heineken wordt gedefinieerd. Een compleet<br />

nieuw concept dat een nieuwe impuls zou geven aan de bierconsumptie en voor<br />

hogere marges voor Heineken zou zorgen. BeerTender ® wordt in 2004 op de markt<br />

geïntroduceerd. Geen enkele andere aanbieder had dit concept en het voorziet in een<br />

behoefte. De afzet na vijf jaar wordt door TU Delft geschat op 475.000 stuks (zie kader).<br />

De marktomvang van bierdrinkers is enorm. Het aantal mensen binnen de doelgroep<br />

dat alcoholische drank (bier) nuttigt is aanzienlijk (zie ook de cijfers van het<br />

CBS). Mensen willen meer gemak en de behoefte aan onderscheid is groot (O). Beer-<br />

Tender ® is een uniek product. Onderzoek in 2004 wijst uit dat er geen concurrent is


<strong>Externe</strong> <strong>analyse</strong> | 57<br />

met een gelijksoortige invulling. Wel zijn er initiatieven (zie ook potentiële toetreders)<br />

om met een vergelijkbare uitvinding de markt te betreden (T).<br />

Afnemers(macht)<br />

Door de opkomst van internet heeft de afnemer (zowel consument als zakelijke afnemer)<br />

meer inzicht in het totaalaanbod. Daarnaast heeft de consument alle macht over<br />

zijn consumptiemoment en welke drank of versnapering hij daarbij kiest. Afnemers<br />

in de vorm van consumenten stellen steeds hogere eisen. Een vers zelfgetapt biertje<br />

past daar uitstekend in. Daarnaast wordt het ‘genietmoment’ steeds belangrijker, zowel<br />

alleen als met een groepje vrienden. Keuzes die de consument maakt voor dit<br />

soort momenten en de daarbij benodigde producten worden steeds transparanter. De<br />

macht van de afnemer is aanzienlijk. Eindafnemers zijn niet geconcentreerd en de<br />

groepen zijn over het algemeen klein in omvang.<br />

Zakelijke afnemers kopen veelal centraal in via een inkoopcombinatie, of via het<br />

hoofdkantoor van een keten. De zakelijke afnemer zal gezien de volumes en mogelijke<br />

afname van gerelateerde vaatjes meer macht kunnen uitoefenen op de leverings- en<br />

betalingscondities.<br />

Tot op heden kenden consumenten voor het nuttigen van bier thuis een aantal mogelijkheden:<br />

flesjes, blikjes of een vat bier met kraantje waarmee glazen gevuld kunnen<br />

worden.<br />

Door de komst van de BeerTender ® wordt er gehoor gegeven aan het ‘beleefmoment’<br />

van een versgetapt biertje. Hiervoor hoeft de consument niet meer naar het café. De<br />

thuisbeleving of ‘experience’ zoals Gilmore en Pine 40 beschrijven, zorgt voor de toegevoegde<br />

waarde bij de afnemer (O).<br />

Casekader 3.3 Marktomvang en groei<br />

In het vak New Product Economics werd aan studenten gevraagd om een verkoopvoorspelling<br />

te maken voor de BeerTender ® . Op basis van het bekende diffusiemodel werd<br />

geconcludeerd dat het apparaat vooral in de eerste vijf jaar goed zou verkopen, dat men<br />

door de jaren heen maximaal 475.000 apparaten in Nederland zou afzetten, maar dat<br />

het grootste deel van de consumenten gewoon bier uit fles of blik blijft drinken, of naar<br />

de kroeg gaat.<br />

Het diffusiemodel van Rogers uit casefiguur 3.3 (bekend van de productlevenscyclus en<br />

de fasen hiervan) verdeelt de afnemers in de acceptatiesnelheid van nieuwe producten.<br />

Per product zijn afnemers in de adoptiecurve te plaatsen. De indeling van afnemers<br />

wordt gehanteerd, waarbij de afnemers (innovators, early adopters, early majority, late<br />

majority en laggards) achtereenvolgens het acceptatieproces volgen. Door dit te koppelen<br />

aan de productlevenscyclusindeling (introductie-groei-volwassen-stabilisatie-eindfase)<br />

kan men per fase van het product het type afnemer aflezen. Uiteindelijk kan hier de<br />

marketingcommunicatie per afnemersgroep op worden afgestemd (O).


58 | Productmanagement<br />

80000<br />

70000<br />

60000<br />

50000<br />

40000<br />

30000<br />

20000<br />

10000<br />

0<br />

Casefiguur 3.6 Adoptiecurve BeerTender ®<br />

Consumentengedrag<br />

2004<br />

2006<br />

2008<br />

2010<br />

2012<br />

2014<br />

2016<br />

2018<br />

2020<br />

2022<br />

2024<br />

2026<br />

2028<br />

BeerTender ® wil met name de omschakeling van ‘krat’ naar vers pils uit de thuistap bewerkstelligen.<br />

Heineken geniet qua merkwaarde een hoge voorkeurspositie bij de huidige<br />

afnemers. De betrokkenheid van de huidige klanten is hoog en zal daardoor zorgen<br />

voor een grote groep ‘geïnteresseerden’ die van ‘krat naar thuistap’ willen omschakelen.<br />

Bron: TU Delft 2004<br />

Leveranciers(macht)<br />

Het aantal leveranciers van het revolutionaire thuistapsysteem is nihil. Daar heeft<br />

Krups een goede onderhandelingspositie ten opzichte van Heineken. Wel zijn er veel<br />

leveranciers van materiaal voor de fysieke BeerTender ® en voor het materiaal van de<br />

vaatjes. Deze kunnen beperkt invloed uitoefenen op de prijs. Onderscheid in leveranciersproducten<br />

buiten de specifieke onderdelen is gering. De overstapkosten van Krups<br />

naar andere leveranciers zijn laag. De overstapkosten van Heineken voor de technische<br />

vaatjes zijn aanzienlijk. Daarom zijn goede afspraken met Krups gemaakt (T).<br />

Kans op substituten<br />

Er is een aantal substituten of alternatieven. Dit zijn met name het drinken van een<br />

vers pilsje in het café en het thuis drinken van een flesje of blikje bier. Ook zijn uiteraard<br />

frisdrank en wijn alternatieven die steeds meer opkomen (T).<br />

Potentiële toetreders<br />

De introductie van de nieuwe thuistap zal als revolutionair worden gezien voor de<br />

biermarkt. Gezien het geringe aantal alternatieven zal de populariteit grote vormen


<strong>Externe</strong> <strong>analyse</strong> | 59<br />

aannemen. Dit betekent dat schaalgrootte van belang is. Toetredings- en uittredingsdrempels<br />

moeten vooral worden gezocht in de nodige octrooien, technische kennis<br />

en de netwerken voor distributie en logistiek van beide partners. BeerTender ® beschikt<br />

zelf over de nodige patenten. De hoge verwachte volumes en de aanwezige<br />

marges zullen nieuwkomers aantrekken. Na introductie van de BeerTender ® verwacht<br />

men zeker een aantal concurrenten dat tot de markt zal toetreden (T).<br />

Overheid<br />

Overheidsmaatregelen in het geval van de BeerTender ® liggen vooral op het vlak van<br />

productie- en milieuvergunningen, en het toezicht houden op de samenwerking zodat<br />

er geen prijsafspraken of monopoliepositie ontstaat (T).<br />

Casefiguur 3.7<br />

Bier wordt vooral vers van de tap gedronken<br />

3.3 Samenvatting externe <strong>analyse</strong><br />

Hieronder staan de voor BeerTender ® belangrijkste omgevingsfactoren weergegeven in<br />

de vorm van kansen (O) en bedreigingen (T).<br />

Kansen (O)<br />

Macro-omgeving:<br />

· Relatief groot aantal drinkers, waarvan een relatief groot aantal medium/heavy<br />

users, in de groep mannen 25-55 jaar (O1).<br />

· In de leeftijdscategorie 25-55 jaar wordt gemiddeld 23 minuten per dag besteed in<br />

café, discotheek of restaurant (O2).<br />

· De gemiddelde besteding aan bier per huishouden is in Nederland 178 euro over<br />

2004 (O3).<br />

· In Nederland is over het jaar 2004 voor 650 miljoen euro besteed aan kleine huishoudelijke<br />

apparaten, wat uitkomt op 91 euro gemiddeld per huishouden (O4).


60 | Productmanagement<br />

· Consumenten gaan nog meer dan nu op zoek naar tijdsbesparing. Naar verwachting<br />

verdubbelt de consumptie van kant-en-klare producten in de komende tien<br />

jaar (O5).<br />

· Jaarlijkse toename van eenpersoonshuishoudens; de groep dertigers en veertigers<br />

wordt steeds kapitaalkrachtiger (O6).<br />

· Verkoop van typische machoproducten als bier blijft wel goed lopen (O7).<br />

· Consument van de toekomst stelt meer eisen aan de invulling van zijn vrije tijd<br />

en wil het allemaal zo snel en comfortabel mogelijk hebben (O8).<br />

· Toenemende behoefte aan individualisering van aanbod. Consument wil zelf kunnen<br />

bepalen en alles het liefst turnkey (O8).<br />

· Meer druk op de noodzaak van onderscheidend vermogen door unieke technologieën<br />

van producten, waardoor toegevoegde waarde ontstaat (O9).<br />

· Online verkoop neemt grote vlucht (O10).<br />

Meso-omgeving:<br />

· De marktomvang van de BeerTender ® is groot (O11).<br />

· Discussies over de drankprijzen hebben de horeca een duur imago bezorgd (O12).<br />

· Het ‘beleefmoment’ – zoals het tappen van een vers biertje al dan niet in een café –<br />

wordt belangrijker voor de afnemer (O13).<br />

· Toetredingsdrempels voor partijen zonder distributie of logistieke netwerken zijn<br />

hoog (O14).<br />

Bedreigingen (T)<br />

Macro-omgeving:<br />

· Nederlandse bierconsumptie neemt af van 80 naar 78 liter per hoofd van de bevolking<br />

in 2004 (T1). De daling van de bierconsumptie is een trend, de wijnconsumptie<br />

neemt toe (T1).<br />

· Matige economische situatie in 2004 (hoge werkloosheid, laagconjunctuur met<br />

loonstops en beperkte vooruitzichten op economisch herstel). Besteedbaar inkomen<br />

neemt af. Prijs gaat een belangrijke rol spelen bij keuze uit alternatieven<br />

(T2).<br />

· Gedragverandering van drinken uit blikje of flesje naar vers thuis getapt biertje is<br />

een grote uitdaging (T3).<br />

· Door toenemende individualisering neemt voorspelbaarheid van consumentengedrag<br />

af. Dit vraagt om juiste kennis van doelgroepen (T4).<br />

Meso-omgeving:<br />

· Er is een aantal substituten of alternatieven. Dit zijn met name het drinken van<br />

een vers pilsje in het café en het thuis drinken van een flesje of blikje bier. Ook<br />

zijn uiteraard frisdrank en wijn alternatieven die populairder worden (T5).<br />

· De introductie van de nieuwe thuistap zal als revolutionair worden gezien voor de<br />

biermarkt. Bij succes zijn nieuwe toetreders te verwachten (T6).


<strong>Externe</strong> <strong>analyse</strong> | 61<br />

Casefiguur 3.8<br />

Imitatie uit het buitenland<br />

· Gevaar van imitatie vanuit het buitenland (T7).<br />

· Uittredingsdrempels kunnen laag zijn partijen (T8).<br />

· Overheidsmaatregelen (productie- en milieuvergunningen) en toezicht op de samenwerking<br />

zodat er geen prijsafspraken of monopoliepositie ontstaat (T9).<br />

· Het aantal leveranciers van het revolutionaire thuistapsysteem is nihil (T10).<br />

· Meer prijs- en margedruk bij fabrikanten door transparantie aanbod (T11).<br />

VRAGEN<br />

T<br />

A<br />

S<br />

E<br />

K<br />

I<br />

Zoek bij het CBS de meest actuele kenmerkende gegevens op van alcoholgebruikers.<br />

Noem zelf naast de in de tekst genoemde demografische kenmerken nog eens<br />

tien extra demografische kenmerken die op dit moment van invloed kunnen<br />

zijn op de bierconsumptie.<br />

Welke van de door andere studenten genoemde demografische kenmerken<br />

vind jij niet relevant?<br />

Gebruik bij deze vraag de opsomming van economische factoren. Benoem<br />

naast de belangrijkste economische factoren uit de tekst voor dit moment nog<br />

eens vijf actuele economische factoren voor de BeerTender ® .<br />

Gebruik bij deze vraag de opsomming van ecologische en ethische factoren.<br />

Waarom worden ecologische en ethische factoren vaak bij elkaar genoemd?<br />

Waarom zijn sociale factoren de belangrijkste factoren voor het gebruik van de<br />

BeerTender ® ?


62 | Productmanagement<br />

A<br />

S<br />

E<br />

Gebruik de opsomming van sociale en culturele factoren. Zijn de genoemde<br />

factoren een kans (O) of een bedreiging (T)?<br />

Gebruik de opsomming van de meso<strong>analyse</strong>. Schrijf een memo van één A4<br />

aan de directie van Heineken, waarin je uitlegt waarom BeerTender ® een succes<br />

zal worden.<br />

Gebruik de samenvatting van de externe <strong>analyse</strong>. Deze samenvatting is in 2004<br />

gemaakt. Noem drie recente ontwikkelingen die toegevoegd moeten worden<br />

aan de externe <strong>analyse</strong> om een completer beeld te krijgen.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!