06.09.2014 Views

Aanspraak december 2012 (pdf, 1,2 MB) - Svb

Aanspraak december 2012 (pdf, 1,2 MB) - Svb

Aanspraak december 2012 (pdf, 1,2 MB) - Svb

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

<strong>Aanspraak</strong><br />

Afdeling Verzetsdeelnemers en Oorlogsgetroffenen<br />

December <strong>2012</strong><br />

Beate Klarsfeld en haar<br />

strijd tegen antisemitisme<br />

Gastspreker Nooit meer Auschwitz Lezing 2013 met haar man Serge Klarsfeld


Inhoud<br />

Mag ik u even aanspreken?<br />

Beate Klarsfeld en haar strijd<br />

tegen antisemitisme. Nooit<br />

meer Auschwitzlezing 2013.<br />

3<br />

4<br />

De ‘Vergeten Holocaust’<br />

krijgt een plek. Onthulling<br />

Sinti en Roma monument<br />

in Berlijn.<br />

Verhuizing van het<br />

Nederlands Informatie<br />

Kantoor in Israël.<br />

12<br />

15<br />

Zoek<br />

Vraag en Antwoord<br />

Puzzel<br />

Adressen / colofon<br />

20<br />

22<br />

23<br />

24<br />

Wij wensen u<br />

prettige feestdagen<br />

en een gelukkig<br />

nieuwjaar<br />

Liefdesbrieven in<br />

Westerbork en Bergen-<br />

Belsen.<br />

9<br />

Kerstverhalen uit de<br />

Tweede Wereldoorlog<br />

en de Bersiap-periode.<br />

16<br />

2 <strong>Aanspraak</strong> - <strong>december</strong> <strong>2012</strong>


Mag ik u even<br />

aanspreken?<br />

Als Joodse vrouw overleefde mijn moeder samen met mijn vader de<br />

oorlog. Veel familieleden werden vermoord.<br />

In het voorjaar van 1943 bracht zij mijn zusje en mij naar het station in<br />

Rotterdam. Daar liep ze met twee peuters aan haar hand, twee meisjes<br />

van twee en drie jaar oud. Ze gaf ons over aan een man uit het verzet<br />

en liep het station uit. Telkens weer vertelt ze me dit verhaal en stelt<br />

me dan de volgende vraag: “Weet je wat ik deed toen ik uit het station<br />

kwam?” Dan vertelt ze hoe ze bij een groenteboer twee sloffen aardbeien<br />

kocht en naar huis ging om aardbeienjam te maken; “Zo had<br />

ik in iedere hand nog iets.”<br />

Na de oorlog bouwden mijn ouders een goed leven op.<br />

Vitaal, wilskrachtig, actief, maar van binnen gewond.<br />

En nu is mijn moeder een hoogbejaarde vrouw, 96 jaar. Ze woont zelfstandig<br />

in een appartement bij een Joods verzorgingshuis. Ze voelt zich<br />

veilig in deze omgeving. Bij allen die “het” ook meegemaakt hebben,<br />

die zonder woorden begrijpen. Steeds indringender komen de herinneringen<br />

naar boven. De wereld om haar heen wordt alsmaar kleiner,<br />

de oorlogswonden steeds groter.<br />

Een oudere vriendin van mij verwoordde het als volgt: “Vlak na<br />

de oorlog dacht ik dat de pijn en het verdriet zouden slijten, maar -<br />

weet je - het tegendeel is waar, het wordt voor mij steeds erger.”<br />

Hans Dresden<br />

Voorzitter Pensioen- en Uitkeringsraad<br />

3


Serge en Beate Klarsfeld op hun trouwdag, 7 november 1963.<br />

In 1960 ontmoette de Duitse Beate Künzel als au pair in Parijs de<br />

Frans-Joodse Serge Klarsfeld op een metrostation. Hij studeerde<br />

politieke wetenschappen en vertelde haar zijn levensverhaal. Serge<br />

had als kind een razzia meegemaakt waaraan hij ternauwernood was<br />

ontsnapt. Zijn vader was vermoord in Auschwitz.<br />

Beate hoorde toen pas voor het eerst over het nazi-verleden van haar<br />

land. Vanaf dat moment besloten ze actief te strijden om ongestrafte<br />

nazi’s alsnog voor het gerecht te krijgen. Zo reisde Beate bijvoorbeeld<br />

af naar Bolivia om Klaus Barbie te ontmaskeren.<br />

Over hun levenswerk zal Beate Klarsfeld de Nooit meer Auschwitz Lezing<br />

houden in het Koninklijk Instituut voor de Tropen in Amsterdam op donderdag<br />

24 januari 2013. Jaarlijks organiseren het Nederlands Auschwitz<br />

Comité, de Sociale Verzekeringsbank en het NIOD Instituut voor Oorlogs-,<br />

Holocaust- en Genocidestudies de lezing voorafgaand aan Holocaust<br />

Memorial Day. Beate Klarsfeld ontvangt voor haar strijd tegen het antisemitisme<br />

de Annetje Fels Kupferschmidt-onderscheiding, genoemd naar<br />

de oprichtster van het Nederlands Auschwitz Comité. Ter introductie van<br />

haar Engelstalige lezing een kennismaking met activiste Beate Klarsfeld.<br />

4 <strong>Aanspraak</strong> - <strong>december</strong> <strong>2012</strong>


Beate Klarsfeld<br />

en haar strijd tegen<br />

antisemitisme<br />

Beate Klarsfeld is gastspreker van de<br />

Nooit meer Auschwitz Lezing op 24 januari 2013<br />

Twee zielen, één gedachte<br />

Hebt u herinneringen aan de oorlog?<br />

Op 13 februari 1939 ben ik in Berlijn geboren en mijn<br />

ouders waren geen nazi’s, maar mijn vader diende<br />

wel als infanterist in het Duitse leger. Vanwege veel<br />

longontstekingen werd hij als boekhouder ingezet. In<br />

1945 werd hij Brits krijgsgevangene. Toen ons huis werd<br />

gebombardeerd, gingen wij naar familie op het platteland.<br />

Ik herinner me hoe de Kozakken op paarden het<br />

dorp binnenreden en het huis doorzochten op sieraden.<br />

Na de oorlog trokken wij in bij een ander gezin in<br />

Berlijn. Thuis en op school spraken we niet over het oorlogsverleden<br />

en we waren meer bezig met de Koude<br />

Oorlog. Er kwam één Joodse jongen op school terug<br />

uit Engeland, maar niemand durfde iets te vragen.<br />

Waarom wilde u naar Parijs?<br />

In 1960 vroeg een vriendin van mij of ik mee ging als<br />

au pair naar Parijs. ‘Waarom ook niet?’, dacht ik. Van<br />

mijn ouders had ik geen toestemming meer nodig,<br />

want ik was al 21. Over mijn ervaringen als Duitse<br />

au pair in Parijs schreef ik een informatieboekje dat<br />

goed verkocht. De man van mijn au pair adres raakte<br />

te geïnteresseerd in mij, dus zocht ik ander werk en<br />

werd secretaresse bij het Bureau voor Frans-Duitse<br />

Jeugdzaken in Parijs.<br />

Hoe ontmoette u uw man?<br />

Omdat ik Frans leerde bij de Alliance Française<br />

nam ik vaak dezelfde metro als Serge die politieke<br />

wetenschappen studeerde. Hij sprak me aan op<br />

het metroperron in 1960: ‘Ben je Engels?’ vroeg hij<br />

en ik antwoordde: ‘Nee, Duits.’ We raakten aan de<br />

praat en we waren al snel onafscheidelijk. In 1963<br />

trouwden we. Hij was geboren in 1935 in Boekarest.<br />

Hij vertelde me over zijn oorlogsverleden en voor<br />

mij was dit allemaal nieuw. In 1943 was zijn familie<br />

naar het veilige Italiaanse deel van Nice gevlucht,<br />

waar nog geen razzia’s waren.<br />

5


In de nacht van 30 september 1943 stond de<br />

Gestapo voor de deur. Zijn dappere vader offerde<br />

zich op in de hoop dat ze dan niet verder zochten.<br />

Zijn moeder zat met Serge en zijn zus verstopt achter<br />

een kast en zij overleefden de oorlog. Zijn vader is<br />

vermoord in Auschwitz.<br />

Wie of wat is uw inspiratie?<br />

Serge gaf me het advies: ‘Maak van je leven een<br />

gedicht, til het op naar het niveau van een inspirerende<br />

ervaring.’ Hij vertelde over de Duitse studentenverzetsgroep<br />

‘Die Weiße Rose’ uit München die<br />

streed tegen de nazi’s. Met hun pamfletten riepen zij<br />

op tot verzet om onderdrukking van minderheden in<br />

de kiem te smoren. Hún strijd tegen antisemitisme<br />

wilden Serge en ik voortzetten. Als Duitse voelde ik<br />

mij hiertoe moreel verplicht. Serge steunde mij bij al<br />

mijn acties. We zijn twee zielen met één gedachte.<br />

Nooit meer Kiesinger<br />

Beate en Serge Klarsfeld in Parijs, oktober <strong>2012</strong>.<br />

Waarom wilde u juist de toenmalige Bondskanselier<br />

Konrad Georg Kiesinger aanpakken?<br />

In 1966 werd de CDU-politicus Kiesinger gekozen<br />

tot Bondskanselier. Onvoorstelbaar want hij had een<br />

naziverleden. In de Franse krant Combat schreef ik<br />

dat Kiesinger ons land onmogelijk kon vertegenwoordigen<br />

als voormalig NSDAP-lid, omdat hij verantwoordelijk<br />

was geweest voor nazipropaganda<br />

op de radio en dus bewust aanzette tot haat en<br />

Jodenvervolging en dat ik Willy Brandt, die actief<br />

in het verzet tegen nazi’s was geweest, een betere<br />

kandidaat vond. Meteen na het verschijnen van dit<br />

artikel werd ik ontslagen, want er zaten oud-nazi’s<br />

in het bestuur.<br />

Serge en ik besloten om het er niet bij te laten<br />

zitten. We riepen in het Bondsparlement vanaf de<br />

publieke tribune: ‘nazi, nazi!’, maar helaas baarde<br />

dat geen opzien. Daarom moest ik iets drastisch<br />

doen. Op 7 november 1968 sloeg ik Kiesinger in zijn<br />

gezicht op een CDU-partijbijeenkomst en ik riep;<br />

‘nazi, nazi, aftreden!’ Met die klap wilde ik laten zien<br />

dat ook de jonge generatie Duitsers zijn naziverleden<br />

afkeurde. De foto’s van onze persfotograaf<br />

gingen de hele wereld over. Na de klap werd ik<br />

afgevoerd naar een politiecel. De bewapende politiebewaking<br />

bij de conferentie had me daar evengoed<br />

kunnen neerschieten. Toch was ik niet bang. Precies<br />

zoals Serge had voorspeld vreesden de autoriteiten<br />

spanningen tussen Frankrijk en Duitsland vanwege<br />

mijn Franse nationaliteit. De rechter gaf me een jaar<br />

voorwaardelijke straf, maar dit werd teruggebracht<br />

tot vier maanden. Toen Willy Brandt Bondskanselier<br />

werd, verleende hij mij amnestie.<br />

Heeft uw oorvijg het beoogde effect gehad?<br />

Ja, en ons doel was wereldwijd meteen helder.<br />

De schrijver Heinrich Böll stuurde mij een bos rode<br />

rozen. Vervolgens voerde hij een pennenstrijd<br />

met Günther Grass, die de klap afkeurde maar wel<br />

Kiesingers vertrek wenste. Ik kreeg veel steunbetuigingen<br />

van oorlogsgetroffenen overal ter wereld.<br />

De Duitse pers en de CDU spraken er schande<br />

van, maar dat nam ik voor lief. We probeerden zijn<br />

herverkiezing te dwarsbomen en dat is gelukt.<br />

Met medestanders riepen we overal waar hij sprak:<br />

‘Nooit meer Kiesinger!’ en: ‘nazi, nazi, aftreden!’.<br />

In 1969 werd de socialist Willy Brandt gekozen.<br />

Ons doel was bereikt. We hielpen Duitsland te<br />

veranderen. In <strong>2012</strong> werd ik voorgedragen als een<br />

van de twee kandidaten voor het Duitse Bondspresidentschap.<br />

Joachim Gauck was het symbool<br />

van de strijd voor vrijheid in Oost-Duitsland en ik<br />

was het symbool van de strijd in West-Duitsland<br />

tegen voormalige nazi’s. Hij werd gekozen.<br />

De jacht op nazi’s<br />

Hoe kreeg u nazi´s in het buitenland zonder<br />

uitlevering voor het gerecht?<br />

Hen vinden was niet het grootste probleem, maar<br />

de weigering van landen om ze uit te leveren.<br />

Foto: Ellen Lock<br />

6 <strong>Aanspraak</strong> - <strong>december</strong> <strong>2012</strong>


We verzamelden bewijsmateriaal en betrokken de<br />

internationale media bij mijn protestacties om de<br />

publieke opinie te winnen. In Duitsland probeerden<br />

we een wet af te dwingen met behulp van Franse<br />

politieke druk en de internationale media om Duitse<br />

nazi’s, die oorlogsmisdaden in Frankrijk hadden<br />

gepleegd, in Duitsland te laten berechten omdat<br />

ze niet werden uitgeleverd. Die zogenoemde ‘Lex<br />

Klarsfeld’ is er gekomen. Intussen spoorde Serge de<br />

Gestapoleider van Parijs, Kurt Lischka, in Duitsland<br />

op en bedreigde hem met een pistool op zijn hoofd.<br />

We wilden liever dat hij meewerkte dan dat we<br />

hem geweld moesten aandoen. Omdat hij dit niet<br />

deed, planden we zijn kidnapping. Helaas ontsnapte<br />

Lischka. Hiervoor zat ik vier weken vast en Lischka<br />

liep nog vrij rond. Een omgekeerde wereld natuurlijk<br />

en de internationale pers schreef er vurig over.<br />

Het duurde nog acht jaar voordat we Kurt Lischka<br />

en anderen voor het gerecht kregen.<br />

Duitsland tegen de communisten en gaf hem in 1951<br />

in Bolivia een nieuwe identiteit als ‘Klaus Altmann’.<br />

In 1972 reisde ik alleen naar La Paz en later met<br />

mevrouw Ita Halaunbrenner, een overlevende die haar<br />

familie door hem had verloren. We ketenden ons<br />

zes uur vast aan een parkbank recht voor zijn kantoor<br />

met grote actieborden in de hand. Bij de persconferentie<br />

na afloop werd ik door de Boliviaanse politie<br />

opgepakt. Serge heeft er alles aan gedaan om mij vrij<br />

te krijgen. In 1983 zorgde president Mitterand, zelf<br />

een oud-verzetsleider, voor politieke druk op Bolivia’s<br />

nieuwe regering voor de uitlevering van Barbie aan<br />

Frankrijk. Hij is uiteindelijk berecht in Frankrijk in<br />

1987. Serge, mijn zoon en dochter waren inmiddels<br />

advocaat en hadden de juiste bewijsvoering voor<br />

zijn directe betrokkenheid: een telexbericht met zijn<br />

handtekening onder het transportbevel van 41 Joodse<br />

kinderen uit een weeshuis in Izieu. Het vonnis, levenslange<br />

gevangenisstraf, was de kroon op ons werk.<br />

Wat waren de angstigste momenten in uw strijd?<br />

In 1972 werd er een pakje bij ons huis afgeleverd.<br />

Mijn schoonmoeder nam het aan en Serge maakte<br />

het open. Zij ontdekten dat er een vreemd soort<br />

suiker in zat. De politie nam het aanvankelijk niet<br />

serieus, maar het bleek wel degelijk een bom te zijn.<br />

En in 1979 vernietigde een bom onze auto in onze<br />

garage. Hierna kregen we enige politiebescherming,<br />

maar als iemand kwaad wil helpt dat toch niet. We<br />

lieten ons nooit weerhouden door onze vijanden.<br />

Wat gaf u hoop?<br />

Ons gezin, de twee kleinkinderen, onze honden en<br />

onze katten, we steunen elkaar door dik en dun.<br />

Onze kinderen Arno (1965) en Lida (1973) zijn ook<br />

advocaat geworden en streden met ons mee in de<br />

rechtszaken tegen oorlogsmisdadigers. Mijn dochter<br />

wijdt zich nu aan haar kinderen en mijn zoon is directeur<br />

van de Franse immigratie- en integratiedienst.<br />

Mijn gezin is een enorme motivatie; ik strijd voor een<br />

betere toekomst voor mijn kinderen en kleinkinderen.<br />

Waar bent u het meest trots op?<br />

Ons grootste succes was onze jacht op de Gestapoleider<br />

- de ‘Slachter van Lyon’ - Klaus Barbie. In 1947<br />

werd hij in Frankrijk bij verstek ter dood veroordeeld.<br />

De Amerikaanse geheime dienst gebruikte hem in<br />

Beate Klarsfeld met Ita Halaunbrenner in La Paz, 6 maart 1972.<br />

Hoe kijkt u terug op uw werk?<br />

Ik had nooit durven dromen dat ik - als Duitse - dit<br />

alles zou meemaken. We kregen steun uit Amerika,<br />

Israël, Frankrijk en uit de DDR. Er is een Amerikaanse<br />

televisiefilm over onze acties tegen Klaus Barbie<br />

getiteld ‘The Beate Klarsfeld Story’ (1986) met Farrah<br />

Fawcett in de hoofdrol. En in 2008 verscheen er een<br />

Franse film: ‘La traque’ met in de hoofrol Franka<br />

Potente. De Knesset nomineerde mij in 1977 en 1984<br />

voor de Nobelprijs voor de Vrede, een bijzondere eer<br />

als Duitse. We zijn altijd politiek neutraal gebleven om<br />

onze doelen te verwezenlijken en zowel met de rechtse<br />

Sarkozy als met de socialist Hollande bevriend.<br />

7


Ieder slachtoffer krijgt<br />

een naam<br />

Hoe kreeg uw man informatie uit de archieven,<br />

die nog niet allemaal openbaar waren?<br />

Serge heeft een lange adem. Hij slaagde erin<br />

om de archieven van Franse gedeporteerden te<br />

openen en ging als eerste Franse historicus ermee<br />

aan de slag. Alleen met de juiste bewijzen kregen<br />

we de oorlogsmisdadigers achter slot en grendel.<br />

Van overlevenden kregen we vaak waardevolle tips.<br />

Zo kreeg Serge het unieke Auschwitz-fotoalbum<br />

van een nazifotograaf in handen, dat als bewijsstuk<br />

diende. Hij kreeg toestemming van de eigenaresse,<br />

Lili Jacob, om het fotomateriaal te publiceren<br />

voordat ze het album aan het Yad Vashem zou<br />

overhandigen in 1980.<br />

Foto: Ellen Lock<br />

Is uw doel verschoven van nazi-jagen naar<br />

publicaties over de Franse deportaties?<br />

Nee, want we werken altijd aan meerdere doelen<br />

tegelijkertijd. In 1979 richtten we de ‘Association<br />

des Fils et Filles des Déportés Juifs de France’ op<br />

om gegevens van duizenden gedeporteerden te<br />

verzamelen. We onderzochten of hun nabestaanden<br />

recht zouden hebben op een uitkering en daar is<br />

een wet voor gekomen. Recent publiceerde Serge<br />

een symbolisch monument: ‘Mémorial de la déportation<br />

des Juifs de France’. Gedetailleerd beschrijft<br />

hij in dit gedenkboek de persoonlijke deportatiegeschiedenis<br />

van Franse en buitenlandse Joden, waaronder<br />

ook Nederlandse. Serge wil ieder slachtoffer<br />

van het nazisme zijn naam, geschiedenis en identiteit<br />

teruggeven.<br />

Waarom moeten we stilstaan bij Holocaust<br />

Memorial Day?<br />

Het is van groot belang dat mensen overal ter<br />

wereld de Holocaust herdenken. We moeten ervan<br />

blijven leren en er álles aan doen om te voorkomen<br />

dat haat tegen minderheden ooit weer dit soort vormen<br />

kan aannemen. We moeten deze haat overal<br />

actief bestrijden, want we weten hoe snel het tij kan<br />

keren, ook in een parlementaire democratie en juist<br />

in tijden van crisis.<br />

Interview: Ellen Lock<br />

Reserveren toegangsbewijzen<br />

Nooit Meer Auschwitz Lezing 2013<br />

Voor de Nooit Meer Auschwitz Lezing door<br />

Beate Klarsfeld op donderdag 24 januari 2013<br />

in het Koninklijk Instituut voor de Tropen te<br />

Amsterdam is een beperkt aantal toegangsbewijzen<br />

beschikbaar. Als u bij de lezing wilt zijn,<br />

moet u zich aanmelden vóór 1 januari 2013 via<br />

www.svb.nl/NMAlezing en als u geen internet<br />

heeft, dan kan dit telefonisch: 020-6564802. De<br />

zaal is open om 14.30 uur en de Engelstalige<br />

lezing begint om 15.00 uur. Aansluitend is er<br />

tot 18.00 uur gelegenheid om na te praten.<br />

8 <strong>Aanspraak</strong> - <strong>december</strong> <strong>2012</strong>


Liefdesbrieven in Westerbork<br />

en Bergen-Belsen<br />

In juni 1943 zagen Jaap Polak en Ina Soep elkaar<br />

voor het eerst op een verjaardagsfeest in Amsterdam.<br />

Het was voor hem liefde op het eerste<br />

gezicht, maar hij was al getrouwd. Ongelukkig in<br />

zijn huwelijk, had Jaap zijn schoonmoeder beloofd<br />

getrouwd te blijven zolang de oorlog duurde. In<br />

kamp Westerbork ontmoette hij Ina weer en sloeg<br />

de vonk echt over. Omdat hun liefde ‘onmogelijk’<br />

was, schreven zij elkaar heimelijk liefdesbrieven.<br />

Na de oorlog werd zijn huwelijk ontbonden en in<br />

1946 kon hij eindelijk met Ina trouwen. Hun dochter<br />

vond de brieven op zolder en publiceerde ze.<br />

Hier volgt zijn verhaal.<br />

Bij iedere deurbel was je doodsbang<br />

Jaap Polak vertelt: ‘Ik ben geboren op 31 <strong>december</strong><br />

1912 en kom uit een Joods-orthodox gezin.<br />

Ik ging naar de handelsschool en daarna in het<br />

Carlton Hotel werken. Mijn moeder kwam uit de<br />

bekende diamantairsfamilie Asscher. Mijn vader was<br />

accountant en wilde liever dat ik dat ook werd in<br />

plaats van diamantair. In 1939 trad ik als beginnend<br />

accountant in het huwelijk. Vanaf de eerste razzia’s<br />

in februari 1941 was de keus: onderduiken, zelfmoord<br />

plegen of het land verlaten. Bij iedere deurbel<br />

was ik doodsbang. In 1943 was ik bij een klant<br />

in Amsterdam en werd ik met 400 andere Joden bij<br />

9


een grote razzia opgepakt. We werden bij de Amstel<br />

Brouwerij tegen de muur gezet. Ik dacht dat mijn<br />

einde was gekomen maar de Duitsers schoten in<br />

de lucht. We verbleven ‘s nachts in een school en<br />

de volgende ochtend moesten er 200 man op de<br />

trein naar Westerbork. De overigen, waaronder ikzelf,<br />

werden wonder boven wonder gewoon vrijgelaten!<br />

De man van mijn zus Betty zat in het verzet en regelde<br />

een onderduikadres dat we afwezen. In juli 1943<br />

werden mijn vrouw en ik opgepakt toen we bij<br />

vrienden op bezoek waren.<br />

Brood voor uiterste nood<br />

In dit kamp kreeg je geen nummer op je arm. Je<br />

mocht je bezittingen nog even houden, waardoor<br />

je ze kon ruilen voor brood. Met mijn hotelervaring<br />

blufte ik me in de keukenploeg om maar zo dicht<br />

mogelijk bij voedsel te zitten. In het schoenencommando<br />

haalde ik schoenen uit elkaar voor hergebruik<br />

van het leer. Je had geen idee dat ze van vermoorde<br />

mensen uit Auschwitz afkomstig waren. Ook hier<br />

gaf ik les aan kinderen. Met diamanten konden ook<br />

Ina’s ouders hun stempels van 120.000 gulden voor<br />

deportatie naar Bergen-Belsen betalen, dus daar<br />

ontmoetten we elkaar weer. Tussen het harde werken<br />

door beurden wij elkaar met onze brieven op.<br />

Te laat<br />

In Westerbork probeerde ik zo snel mogelijk een<br />

baantje te krijgen, zodat ik er zou kunnen blijven.<br />

Iedereen vreesde het beruchte dinsdag-transport<br />

naar de kampen in Duitsland en Polen. Ik werd hoofd<br />

van de school en gaf les in taal en rekenen en organiseerde<br />

muziekavonden. Hier ontmoette ik opnieuw<br />

de betoverende Ina Soep. Haar vader was diamantair<br />

en met diamanten hadden zij nog enig uitstel van<br />

deportatie kunnen kopen. Ina was tien jaar jonger<br />

dan ik en ik was zeer gecharmeerd van haar. Om<br />

mijn vrouw niet openlijk in verlegenheid te brengen,<br />

begonnen we elkaar in het geheim briefjes te schrijven.<br />

In Westerbork zag ik mijn ouders voor het laatst.<br />

In een brief aan Ina schreef ik dat ik hoopte dat mijn<br />

ouders niet zo hard zouden hoeven te werken. Je<br />

had werkelijk geen idee van de vernietigingskampen.<br />

Na de oorlog ontdekte ik dat mijn ouders waren<br />

vergast in Sobibor. Slechts enkele treinen gingen<br />

naar Bergen-Belsen, een concentratiekamp waar<br />

personen met bepaalde beschermingspapieren<br />

heengingen. Mijn ouders stonden op de ‘Palestinalijst’.<br />

Een lijst met Joden die vanuit Bergen-Belsen<br />

geruild konden worden tegen Duitse Tempeliers die<br />

door de Engelsen in Palestina krijgsgevangen waren<br />

gemaakt. Helaas kwam dit Palestina-certificaat voor<br />

mijn ouders net te laat, want we kregen dit pas na<br />

hun deportatie. In februari 1944 werden mijn vrouw,<br />

mijn zus Liesje en ik met dit certificaat gedeporteerd<br />

naar Bergen-Belsen.<br />

In een brief vroeg ik haar om een potlood voor mij<br />

te stelen, want zij werkte als secretaresse voor een<br />

groep die een diamantfabriek moest gaan opzetten.<br />

Veel mensen gingen er dood door ondervoeding,<br />

ziekten en uitputting. Voor mijn tweede paar schoenen<br />

had ik brood geruild dat ik bewaarde voor uiterste<br />

nood. Mijn zus werd ziek en had brood nodig en ik gaf<br />

het haar niet. Een vriend vroeg me om brood voor zijn<br />

zieke zoon, maar ik wilde overleven en gaf het hem<br />

niet. Na de oorlog schaamde ik mij er diep voor. Toen<br />

Ina ernstig ziek werd, gaf mijn vrouw haar brood wel<br />

aan haar, zodat Ina weer op krachten kon komen.<br />

10 <strong>Aanspraak</strong> - <strong>december</strong> <strong>2012</strong>


Ik was nog maar een schim<br />

Op 9 april 1945 werden mijn vrouw en ik door de SS<br />

in veewagons gestopt, vervolgens reden we steeds<br />

dieper Duitsland in op de vlucht voor de Russen. Ina<br />

verloren we uit het oog. Veel gevangenen die onderweg<br />

stierven heb ik moeten begraven. Op de vijfde<br />

dag werd de trein gebombardeerd. De SS zei dat<br />

we ons moesten verschuilen in de bosjes. Mijn vrouw<br />

was ziek en moest in de trein blijven. Er was even<br />

een moment dat ik in de chaos had kunnen ontsnappen,<br />

maar ik ben voor mijn vrouw teruggegaan in<br />

de trein. We zijn bevrijd door het Russische leger bij<br />

Tröbitz op 23 april 1945. Ik kreeg daar meteen vlektyfus.<br />

Na twee dagen in een coma werd ik wakker.<br />

Weerzien<br />

Ina vond onderdak in Amsterdam. Ons weerzien was<br />

puur geluk. Ik zette de scheiding in werking en in<br />

1946 trouwden Ina en ik eindelijk. We kregen twee<br />

zonen, Frederick en Anthony. Ik begon een belastingadviesbureau<br />

in Amsterdam. Veel vrouwelijke<br />

cliënten die de Holocaust hadden overleefd, hielp ik<br />

met belastingpapieren, hoe hun spullen terug te krijgen<br />

en met papieren om te emigreren. We bleven<br />

vijf jaar in Amsterdam en in 1951 besloten we om naar<br />

Amerika te gaan, gedurende de Koreaanse oorlog,<br />

bang dat de Russen Europa zouden gaan bezetten in<br />

hun expansiedrift. Ina’s ouders emigreerden al eerder<br />

naar Amerika en haar vader kocht er ook een huis<br />

voor ons. Hier werd onze dochter Margrit geboren.<br />

Toen mijn schoonvader in 1953 overleed, nam ik zijn<br />

diamantzaken over die na verloop van tijd verkocht<br />

werden. Met het geld kon ik gaan beleggen en dat<br />

ging zo goed, dat ik beleggingsadviseur werd. Dat<br />

laatste vond ik eigenlijk mijn leukste beroep.<br />

Foto: Marc Seliger<br />

Neem actie tegen onrecht<br />

Ina werd actief in de Amerikaanse politiek voor de<br />

Democraten. In 1973 raakte ik betrokken bij de stichting<br />

‘Amerikaanse vrienden van Anne Frank’ waar ik<br />

directeur van werd. Later werd ik vicevoorzitter en<br />

daarna voorzitter. Nu ben ik sinds enkele jaren erevoorzitter<br />

van het Anne Frank Center in New York.<br />

In 1977 ontdekte onze dochter de liefdesbrieven op<br />

zolder die ze vertaalde in het Engels, waar een boek<br />

van kwam: ‘Steal a pencil for me’. Het boek is verfilmd<br />

en er wordt nu zelfs een opera van gemaakt.<br />

Sindsdien geven we met het boek en de documentaire<br />

overal lezingen over de Holocaust en over tolerantie.<br />

We leerden het jonge publiek om nooit een<br />

toeschouwer te blijven, maar altijd actie te ondernemen<br />

als er onrecht wordt gedaan. Op 31 <strong>december</strong><br />

<strong>2012</strong> hoop ik mijn 100e verjaardag te vieren mét mijn<br />

zussen Lies (90) uit Israël en Betty (93) uit Holland.<br />

Ik had de Holocaust overleefd. Ik was nog maar een<br />

schim van mezelf; ik woog slechts 35 kilo, was kaal<br />

en miste een aantal tanden. Mijn zus Betty zocht mij<br />

op in een ziekenhuis in Eindhoven en herkende mij<br />

niet. Ina was al eerder bevrijd door de Amerikaanse<br />

troepen die haar bij de Elbe uit de trein haalden.<br />

Interview: Ellen Lock<br />

Foto: James Keivom<br />

11


De ‘Vergeten Holocaust’<br />

krijgt een plek<br />

Zoni Weisz onthulde<br />

met Bondskanselier<br />

Angela Merkel het<br />

Sinti en Roma monument<br />

in Berlijn<br />

Zoni Weisz, lid van de Cliëntenraad voor Verzetsdeelnemers en<br />

Oorlogsgetroffenen, zet zich in voor de Sinti en Roma gemeenschap<br />

binnen en buiten onze grenzen. Op 21 juni <strong>2012</strong> ontving hij hiervoor<br />

het Bundesverdienstkreuz 1e klasse van de Duitse overheid. Namens<br />

de Europese Sinti en Roma gemeenschap hield hij bij de onthulling van<br />

het Sinti en Roma monument bij de Rijksdag in Berlijn op 24 oktober<br />

<strong>2012</strong> een toespraak. Hieronder volgt een samenvatting.<br />

Een gedenkwaardige dag<br />

Mevrouw de Bondskanselier Angela Merkel, dames en heren, ‘Latcho<br />

Dives Mare Sinti oen Roma’. Een speciaal welkom aan alle overlevenden<br />

van de genocide op Sinti en Roma. Het is juist voor u, de overlevenden,<br />

een bijzondere dag. Een dag met een dubbel gevoel, aan de ene kant<br />

de vreugde dat dit monument nu eindelijk overgedragen wordt, en aan<br />

de andere kant het onvermijdelijke terugdenken aan die verschrikkelijke<br />

naziperiode en aan onze geliefden die de waanzin niet overleefd hebben.<br />

Voor mij als overlevende is het een bijzondere eer, maar ook heel<br />

12 <strong>Aanspraak</strong> - <strong>december</strong> <strong>2012</strong>


Foto: Sandra Steins<br />

Het monument voor de Roma en Sinti slachtoffers bestaat uit een brede plaat waarop een laagje water ligt. In het<br />

midden van deze plaat bevindt zich een steen. Kunstenaar Dani Karavan wil dat op die steen altijd een bloeiende<br />

roos ligt. Rondom het water liggen stenen in de vorm van een mozaïek.<br />

emotioneel, om hier vandaag te mogen spreken.<br />

Te mogen spreken als vertegenwoordiger van die<br />

honderdduizenden Sinti en Roma die ten offer vielen<br />

aan de nationaalsocialistische rassenwaan. Na vele<br />

jaren van voorbereiding en na de vele problemen die<br />

overwonnen moesten worden is het dan zo ver. Op<br />

deze prachtige plek in het centrum van Berlijn mogen<br />

we de overdracht meemaken van ons monument ter<br />

nagedachtenis van de door de nazi’s vermoorde<br />

Sinti en Roma. Een bijzonder, interessant en mooi<br />

monument, ontworpen door de Israëlische kunstenaar<br />

Dani Karavan.<br />

Dit monument is de tastbare erkenning<br />

van ons leed<br />

Helaas is het voor veel overlevenden inmiddels te laat,<br />

maar voor die enkelen die dit nog mogen meemaken<br />

en voor hun familie beschouw ik dit monument als<br />

een vorm van ‘Wiedergutmachung’. Dit monument is<br />

de tastbare erkenning van het door ons volk doorstane,<br />

niet te bevatten, leed. Ik hoop dat net als bij het<br />

monument voor de door de nazi’s vermoorde Joden,<br />

hier op een steenworp afstand vandaan, de wereld<br />

zich zal realiseren welke verschrikkingen ons volk heeft<br />

moeten doormaken tijdens de naziperiode. Xenofobie<br />

en racisme zijn van alle tijden en voor Sinti en Roma<br />

was vervolging en uitsluiting niets nieuws. Reeds<br />

honderden jaren werden we vervolgd, maar dat de<br />

vervolging door de nazi’s deze vormen zou aannemen<br />

had niemand ooit kunnen vermoeden. Al meteen na<br />

de machtsovername door Hitler in 1933 werden Sinti<br />

en Roma naar concentratiekampen zoals Dachau en<br />

Sachsenhausen gedeporteerd. Omdat ze waren wie<br />

zij waren, Sinti en Roma. Totale waanzin! Dat het Sinti<br />

en Roma, maar ook de Joden, slecht zou vergaan<br />

was toen al duidelijk. Stap voor stap werden we van<br />

al onze rechten beroofd. We werden geïdentificeerd,<br />

geregistreerd, geïsoleerd, beroofd, gedeporteerd en<br />

uiteindelijk vermoord. Een zinloze, industriële moord<br />

was het, op weerloze, onschuldige mensen, bedacht<br />

en zorgvuldig uitgevoerd door fanatieke nazi’s en<br />

bureaucraten. Misdadigers, die hiervoor een legitimatie<br />

vonden in hun rassenwetten. Een half miljoen Sinti<br />

en Roma, mannen, vrouwen en kinderen, zijn tijdens<br />

de Holocaust vermoord. Niets, bijna niets, heeft de<br />

maatschappij hiervan geleerd, anders zou men nu op<br />

een andere manier met ons omgaan. Weinig, heel<br />

weinig weet de wereld van de volkenmoord op Sinti<br />

13


en Roma. Zelfs tijdens de Neurenbergse processen<br />

werd er maar summier over het lot van Sinti en<br />

Roma gesproken. Ik hoop dat met de onthulling van<br />

dit monument, de ‘Vergeten Holocaust’, zoals ik het<br />

noem, niet langer vergeten zal zijn en de aandacht<br />

krijgt die het verdient.<br />

Het laatste wat ik van mijn geliefden zag<br />

Vandaag kan ik hier bij u zijn omdat ik op een wonderbaarlijke<br />

manier ben ontsnapt van het zogenaamde<br />

‘Zigeunertransport’ van 19 mei 1944, vanuit<br />

kamp Westerbork naar Auschwitz. Ook ik moest, als<br />

zevenjarig jongetje, met dit transport worden gedeporteerd<br />

en stond samen met mijn tante Moezla<br />

en een kleine groep familieleden op het perron te<br />

wachten op de trein naar Auschwitz. Daar kwam de<br />

trein, waar mijn vader, moeder, mijn zusjes en broertje<br />

reeds inzaten. Ik zag onmiddellijk waar ons gezin<br />

was omdat mijn vader het blauwe jasje van mijn zusje<br />

voor de tralies van de veewagon had gehangen. Als<br />

ik mijn ogen sluit kan ik nu nog voelen hoe heerlijk<br />

zacht mijn zusjes jasje aanvoelde. Ook wij moesten<br />

bij dat transport naar Auschwitz gevoegd worden,<br />

maar met de hulp van een ‘goede’ politieagent<br />

wisten we te ontsnappen. Op het laatste moment<br />

schreeuwde mijn vader nog wanhopig ‘Moezla zorg<br />

goed voor mijn jongen!’ Dat is het laatste wat ik van<br />

mijn geliefden zag. Dit beeld zal voor altijd op mijn<br />

netvlies gebrand staan. Ik was alleen. Als kind van<br />

zeven jaar oud ben je dan alles kwijt en val je in een<br />

onpeilbaar diep gat.<br />

Ik heb het al vaak gezegd, maar juist vandaag, hier<br />

op deze plaats, moet ik er met u over spreken. Vaak,<br />

ook vandaag, moet ik aan mijn moeder denken die<br />

in het ‘Zigeunerlager’ in Auschwitz-Birkenau onder<br />

de meest verschrikkelijke omstandigheden voor mijn<br />

zusjes en broertje zorgde. We kunnen ons geen<br />

voorstelling maken van het onvoorstelbare lijden<br />

dat mijn moeder en al die andere moeders hebben<br />

doorgemaakt, waaronder de meest verschrikkelijke<br />

medische experimenten op hun kinderen.<br />

Uiteindelijk werden in de nacht van 2 op 3 augustus<br />

1944 de resterende 2.900 vrouwen kinderen en<br />

ouderen uit het ‘Zigeunerlager’ vergast, ook mijn<br />

moeder, mijn zusjes en mijn broertje. Dat is de reden<br />

waarom we vandaag hier bijeen zijn. We hebben<br />

nu een eigen plaats om onze vermoorde geliefden<br />

te herdenken.<br />

Bondskanselier Angela Merkel en Zoni Weisz.<br />

Een monument van hoop<br />

Dit is een monument van erkenning. Erkenning van<br />

het ons aangedane leed. Het is een monument van<br />

bezinning, maar ook een monument dat vragen<br />

oproept. Hoe was het mogelijk dat zoveel onschuldige<br />

mensen werden vermoord? Hoe was het mogelijk<br />

dat zoveel mensen wegkeken en dachten dat het<br />

zo’n vaart niet zou lopen? Hoe was het mogelijk dat<br />

er zoveel mensen meelopers werden en daarmee<br />

medeschuldig werden aan de grootste misdaad in<br />

de geschiedenis van de mensheid? We moeten lessen<br />

trekken uit de geschiedenis. Het kan en mag niet<br />

zo zijn dat onze geliefden voor niets gestorven zijn.<br />

We moeten, met alle democratische middelen die<br />

ons ten dienste staan, zorgen dat dit soort verderfelijke<br />

ideologieën in de toekomst geen kans meer<br />

krijgen. We hebben de opgave de voorwaarden te<br />

scheppen dat minderheden in vrede en veiligheid<br />

kunnen leven.<br />

Dit is ook een monument van hoop. Hoop dat<br />

iedereen, ongeacht afkomst, huidskleur of religie<br />

gelijke rechten en gelijke kansen heeft. Hoop dat die<br />

rechten in de praktijk ook erkend en gehandhaafd<br />

worden. Hoop dat het fascisme, racisme, antisemitisme<br />

en antiziganisme dat zich in vele landen weer<br />

manifesteert, niet de vormen aanneemt zoals in de<br />

dertiger jaren van de vorige eeuw. Hoop dat we<br />

uitingen van vreemdelingenhaat voortaan niet meer<br />

zullen tolereren. Hoop dat we de verschillen tussen<br />

culturen en volken zullen respecteren. Dames en<br />

heren, ik wil eindigen met de hoop uit te spreken<br />

dat dit monument een plek wordt van overdenking,<br />

een plaats van bezinning en dat het zal bijdragen<br />

aan meer begrip voor elkaar zodat we met elkaar in<br />

vrede en vriendschap kunnen leven. Dank u.<br />

Foto: Jef Helmer<br />

14 <strong>Aanspraak</strong> - <strong>december</strong> <strong>2012</strong>


Foto: Shavit Simons<br />

Van links naar rechts: Roosje Polak,<br />

William Veldhuijzen-van Zanten,<br />

Lea Coerman, Miriam Ludriks, John<br />

Groenendijk en Thirza Yunger.<br />

Verhuizing van het Nederlands<br />

Informatie Kantoor in Israël<br />

Door het teruglopen van de werklast van het<br />

Nederlands Informatie Kantoor (NIK) in Jeruzalem<br />

is het nodig het werk anders te organiseren om<br />

zodoende het niveau van de dienstverlening aan de<br />

cliënten in Israël op peil te houden. Onderdeel hiervan<br />

is de verhuizing van het NIK van Jeruzalem naar<br />

de Nederlandse ambassade in Ramat Gan.<br />

Het NIK onmisbaar bij de dienstverlening in Israël<br />

In 1971 kreeg Mr. Gerard Polak het verzoek van de<br />

Nederlandse ambassadeur om een ‘Bureau Israël’<br />

(het latere NIK) in Jeruzalem op te richten. Dit<br />

bureau moest bijdragen aan de uitvoering van de<br />

‘Rijksgroepsregeling Vervolgingsslachtoffers 1940-<br />

1945’, de voorloper van de Wet uitkeringen vervolgingsslachtoffers<br />

(1940-1945). Het ging om hooguit<br />

500 dossiers en zijn aanstelling zou hooguit twee<br />

jaar duren. De instroom van aanvragen was echter<br />

zo groot dat er medewerkers moesten worden aangetrokken.<br />

Het bureau werd een onmisbaar onderdeel<br />

van de dienstverlening van de Pensioen- en<br />

Uitkeringsraad/Sociale Verzekeringsbank in Israël en<br />

is dat tot op de dag van vandaag. Gerard Polak werd<br />

in 1982 opgevolgd door Elly Maoz-Drukker en eind<br />

1993 door Roosje Polak-Wajsberg.<br />

Een goed team<br />

Bureauhoofd Roosje Polak-Wajsberg: “Het NIK<br />

functioneert als voorpost van de PUR/SVB in Israël.<br />

Omdat onze oudere cliënten soms het Nederlands<br />

niet meer beheersten, stelden we een pleitbezorger<br />

aan om hun bezwaarschriften te helpen<br />

formuleren. Wij verzorgden de intake van de<br />

aanvraag- en bezwaarprocedure, organiseerden<br />

spreekuren en voorlichtingsbijeenkomsten in het<br />

hele land en begeleidden buitenlandse delegaties.<br />

Dit moeilijke, maar dankbare, werk was alleen maar<br />

mogelijk omdat we als een goed team altijd op<br />

elkaar konden rekenen.”<br />

Adreswijziging<br />

Vanaf 1 januari 2013 kunnen cliënten terecht bij de<br />

nieuwe afdeling Verzetsdeelnemers en Oorlogsgetroffenen<br />

in de Nederlandse Ambassade,<br />

Rechov Abba Hillel 14 (13e verd.), Ramat Gan 52506,<br />

Tel Aviv, tel: +972-3-7540741 / +972-3-7540742,<br />

fax: +972-3-7540757, e-mail: TEL-VenO@minbuza.nl<br />

De spreekuren blijven bestaan in Beth Joles,<br />

Beth Juliana en in Jeruzalem. Ook de pleitbezorger<br />

zal beschikbaar blijven. Onder leiding<br />

van William Veldhuijzen-van Zanten zullen de<br />

NIK-medewerkers Thirza Yunger-Cohen en John<br />

Groenendijk de dienstverlening voortzetten.<br />

Lea Coerman, Miriam Ludriks-Fischer en Roosje<br />

Polak-Wajsberg gaan het NIK verlaten, met onze<br />

grote dank en bijzondere waardering voor hun<br />

jarenlange inzet!<br />

15


Kerst in het kamp<br />

In de zoekrubriek in de vorige<br />

editie verzocht de redactie om<br />

bijzondere kerstverhalen uit de<br />

oorlog of de Bersiap-periode<br />

in Nederlands-Indië om er een<br />

bloemlezing van te maken. Er<br />

stroomden prachtige en ontroerende<br />

kerstverhalen binnen,<br />

waarvan we er helaas slechts<br />

enkelen kort kunnen weergeven.<br />

Kerst tijdens de Japanse bezetting 1942. Mijn vader was directeur<br />

van de Volks Crediet Bank in Demak en werd in maart 1942 opgepakt<br />

en geïnterneerd. Niemand wilde mijn moeder met vijf kinderen in huis<br />

nemen: te druk en teveel monden om te voeden. In een gemeubileerd<br />

huis vierden we Kerst, zonder pa en zonder kerstboom. Mijn<br />

jongste broer en ik vonden het maar een kale bedoening, dus gingen<br />

we op zoek naar een tak bij wijze van dennenboom. We vouwden<br />

rood crêpepapier om de lamp en knipten het restje in kleine sliertjes.<br />

Avonden ervoor hadden we veel vuurvliegjes in een blikje gevangen.<br />

Op kerstavond hadden we het rode licht van de lamp en we lieten het<br />

versierde ‘boompje’ oplichten door alle vuurvliegjes erin los te laten.<br />

We waren allen tot tranen toe bewogen, zelfs ik als ukkie. Dat was mijn<br />

eerste ‘Kerst’ in Japanse tijd. Uiteindelijk was het mijn mooiste kerstfeest<br />

ooit. Van: Heidie von Barnau Sijthoff, e-mail: heidie.vb@hetnet.nl<br />

Kerst in de Bersiap-periode. Uit angst waren de Belanda’s (Nederlanders)<br />

die er nog woonden op een avond bij elkaar gekropen, zittend op de<br />

grond met zo min mogelijk licht. Een jongen had een revolver met nog<br />

één kogel gevonden op zijn strooptocht naar eten. De ouderen filosofeerden<br />

over wanneer je die kogel zou moeten gebruiken. Plotseling<br />

riep iemand ‘Het is vandaag Kerstmis!’ ‘Gut ja,’ zei een ander, ‘We<br />

praten over dood en leven, terwijl we eigenlijk moeten praten en zingen<br />

over vrede op aarde en over een nieuw geboren kind.’ ‘Ja,’ zei weer<br />

een ander, ‘en over Kerst, licht en engelenhaar. Zouden wij dat feest<br />

ooit nog eens mogen beleven? Dat speciale feest met alles wat erbij<br />

hoort, ook het lekkere eten niet te vergeten.’ Het woord ‘eten’ bleek<br />

een toverwoord en iedereen bedacht een kerstmaal. Het water liep ons<br />

in de mond. En terwijl ik het allemaal aanhoorde, voelde ik dat ik wilde<br />

blijven leven. Kijkend naar de glinsterende ogen om mij heen, zag ik de<br />

kerstboodschap toen pas werkelijk. Hadden wij niet tot nu toe alles over<br />

ons heen laten komen. Hadden de bendes moordlustige jongemannen<br />

daar geen dankbaar gebruik van gemaakt? Wij besloten dat het nu toch<br />

tijd was om te ontsnappen en niet langer te wachten op de dood.<br />

Eén van ons vond een mogelijkheid om ons door een bevriende relatie<br />

op te laten halen in een vrachtauto met mitrailleurs. Alleen het hoogstnodige<br />

kon mee. Plotseling stond de vrachtauto voor het huis en<br />

moesten we plat op de bodem liggen. Zo begon onze hachelijke<br />

tocht naar Bandoeng. Het leek of wij door het licht van de Kerst beschermd<br />

werden en wij kwamen heel aan in het ‘veilige kamp’ Tjihapit.<br />

Van: mw. Antie Schurink-Regeer, Cartier van Disselstraat 64, kamer 106,<br />

4835 KP Breda, tel: 076-5607681, e-mail: antieschurink@gmail.com


Kertmis 1942. Een verzoek aan onze kampleiding<br />

om iets aan Kerst te mogen doen werd aanvankelijk<br />

abrupt afgewezen. Op het laatste moment mocht<br />

er onder scherpe bewaking een kerstviering worden<br />

gehouden, maar er mocht van de Japanners niet worden<br />

gezongen. En de binnenwacht van het kamp, die<br />

altijd geregeld werd door veertig krijgsgevangenen,<br />

moest gewoon doorgaan. Voor deze personen zou<br />

het een domper zijn om Kerst niet mee te kunnen<br />

vieren. Als commandant van de Joodse krijgsgevangenen<br />

bood ik aan dat wij én de wacht én het corvee<br />

zouden opknappen tijdens de viering. Zo konden<br />

5.000 krijgsgevangenen toch Kerst vieren. We kregen<br />

veel respect van onze medegevangenen voor ons<br />

gebaar. Terwijl niemand buiten het kamp kon komen<br />

gingen er toch enkele pakjes sigaretten rond voor<br />

de wacht. Bovendien stond ‘s nachts in de keuken<br />

koffie en extra pap gereed voor de wacht. Zelfs het<br />

normale pak slaag van de Japanse buitenwacht bleef<br />

even achterwege. Uit een brief van mijn overleden<br />

man Joost Glaser, Mw. Annie Glaser-van der Sluis,<br />

Smaragdhorst 519, Den Haag.<br />

25 December 1944, 1e Kerstdag in Kampili,<br />

Celebes. Wederom is het Kerstdag en zijn we allen<br />

samen geweest in de Kerkloods waar gepreekt werd<br />

door de dominee. Vandaag 1e Kerstdag 1944 waren<br />

er al twee begrafenissen: ‘s morgens een kindje en<br />

‘s middags een vrouw van 36 jaar. Jullie begrijpen<br />

dat de stemming erg triest is in ‘t kamp. Ik ben pas<br />

sinds twee dagen thuis (in de loods) vanuit de dysenterie<br />

barak alwaar ik drieënhalve week lag. Gedurende<br />

mijn ziekte heeft onze naaikamer 500 shorts voor de<br />

mannen in ‘t Parékamp mogen maken, waar oom<br />

Henk en nog vele andere kennissen zitten. De dag<br />

vóór Kerstmis bracht de commandant zelf de broeken<br />

naar Paré en krijgen ze dus ons kerstgeschenk.<br />

Uit het dagboek dat mijn grootmoeder, Jo Duin-<br />

Smits, heeft bijgehouden in het vrouwenkamp<br />

Kampili op Celebes. Het dagboek is geschreven in<br />

de vorm van brieven aan haar kinderen. Van: Henk<br />

Mreijen, Meteorenstraat 11, 1223 EP Hilversum,<br />

tel: 035-6854550 e-mail: h.a.mreijen@upcmail.nl<br />

Kerst in Soerabaja 1942. In 1942 waren de mannen<br />

in Soerabaja al opgesloten in provisorische<br />

jappenkampen onder andere in het H.B.S.-gebouw.<br />

Mevrouw de Bruin had die nacht een dochtertje<br />

gekregen en haar man zat opgesloten. Hoe moest ze<br />

nu aan hem laten weten dat hij vader was geworden?<br />

De dominee verzocht mijn moeder om raad, omdat<br />

zij nog contact had met mijn opgesloten vader via<br />

onze baboe die stiekem briefjes doorspeelde. Maar<br />

onze baboe durfde niet meer omdat er teveel werd<br />

geslagen door de Japanners als je werd gesnapt.<br />

Mijn moeder trok de stoute schoenen aan, stapte<br />

op de fiets en reed over een doodstille weg naar<br />

het kamp. Terwijl ze om het kamp fietste zong ze:<br />

‘Majoor de Bruin z’n vrouw heeft vannacht een baby<br />

gekregen. Moeder en dochter maken het goed.’<br />

Na drie rondjes fietste ze gauw terug en is gelukkig<br />

niet gesnapt. Jaren later hoorde ze dat hij het goede<br />

nieuws had gekregen. Mijn moeder was voor hem als<br />

een engel die de boodschap van de geboorte van<br />

zijn kind had doorgegeven. Van: Jackie Ambriola-<br />

Zagt, Badhuisstraat 76 1789 AL Huisduinen,<br />

tel: 0223-617607, e-mail: jp.ambriola@quicknet.nl<br />

Een kerstverhaal kan ik niet vertellen, ik weet namelijk<br />

niets meer van een kerstbijeenkomst in Bangkattan,<br />

al moet die er wel geweest zijn. Bangkattan is het<br />

hospitaalkamp bij Bindjei, Medan, op Oost-Sumatra,<br />

mijn eerste kamp, ik was zeven jaar. Wel heb ik nog altijd<br />

deze mooie boekomslag die ik kreeg met een boek<br />

erin ‘Lieneke’ door Enny van der Heide. Groeten,<br />

Nelly Vissers-Zipp, Zwaluwstraat 252, 3145 NH<br />

Maassluis, tel: 010-5913553, e-mail: viszip@caiway.nl<br />

Bangkattan is het hospitaalkamp bij Bindjei, Medan,<br />

op Oost-Sumatra. Deze mooie boekomslag kreeg<br />

ik voor Kerst. Nelly Vissers-Zipp.<br />

Jappenkamp Banjoebiroe 10 of 11, 25 <strong>december</strong><br />

1944. Het was niet toegestaan om op de woon- en<br />

slaapzalen te zingen. Enkele vrouwen zongen toch<br />

‘Ere zij God’ en iedereen deed mee. Er kwam direct<br />

17


een Japanse commandant op af. Deze keer echter<br />

maakte niemand een buiging in een hoek van 90<br />

graden en zongen we het lied uit. God ging voor!<br />

Daarna maakte we netjes onze buiging. De commandant<br />

moet gevoeld hebben dat dit een heilig<br />

moment was en droop af. Daarna kwamen een paar<br />

van onze kinderen bij elkaar. We moesten en zouden<br />

een kerstfeest hebben. Het was al avond. Mijn moeder<br />

had nog een stompje kaars. Wij naar buiten en<br />

allemaal om het boompje zitten. Het kaarsje aangestoken<br />

en in het boompje gezet dat gelijk in brand<br />

vloog. Dat was het einde van onze kerstviering.<br />

We hadden allemaal zo’n honger en weinig hoop<br />

dat we hier ooit uit zouden komen. Een paar moeders<br />

begonnen te zingen: ‘Komt allen tezamen,<br />

jubelend van vreugde, komt nu, o komt nu naar Bethlehem!’<br />

Na dit vers hoorden we tot onze verbazing<br />

het hele mannenkamp antwoordden met vers twee.<br />

Daarna zongen wij het derde. Dit was het mooiste<br />

kerstfeest dat ik ooit had gevierd en we kregen weer<br />

hoop. Van: Anne Rietkerk-Houthuysen, 1111-800<br />

Chieftain St., Woodstock ON N4T1T8, Canada,<br />

tel: 001-519-539-0855, e-mail: antje.riet@gmail.com<br />

Kerst Oost-Java 1943. Mijn moeder was in blijde<br />

verwachting en het afscheid van vader was heftig.<br />

Hij moest zich melden in Malang voor het 10e KNIL<br />

bataljon. Wij reisden verder het binnenland in, naar<br />

het veiliger dorp Ngandjuk in Oost-Java. Het was<br />

even voor Kerst in de namiddag, het stormde met<br />

donder en felle bliksem. Wij, opa, oma, moeder en<br />

vier kinderen zaten onder het afdak van de voorgallerij,<br />

toen - schijnbaar uit het niets in de stromende<br />

regen - een oude blinde bedelaar, met één hand<br />

steunend op de schouder van een klein meisje,<br />

verscheen. Moeder gaf hem een aalmoes. Hij zei:<br />

‘U moet niet bedroefd zijn en huilen om uw man.<br />

Ik zie hem in een gerafelde broek in een ver land<br />

hard werken, stenen klieven en sjouwen naar rails.<br />

Maar hij zal levend uit de oorlog bij u terugkomen.<br />

U krijgt bericht van hem. Zo plots als zij verschenen,<br />

zo plots verdwenen zij alsof zij waren opgelost in<br />

de storm, ons stomverbaasd achterlatend. Enkele<br />

dagen later, Tweede Kerstdag, <strong>december</strong> 1943<br />

kwam er een groezelige kaart van vader met poststempel<br />

Siam waarin stond geschreven: ‘Prisoner<br />

of War. My Christian name: Hendrik Charles, My surname:<br />

Harmanus, Nationality: Dutch. I’am working for<br />

pay. My health is excellent.’ In onze gebeden dankten<br />

wij God voor dit kerstgeschenk. Ondanks alle ellende,<br />

honger en verdriet was Kerst in <strong>december</strong> 1943 voor<br />

ons onvergetelijk. Later bleek dat vader als krijgsgevangene<br />

aan de dodenspoorweg moest werken.<br />

Van: Louis Harmanus, Couperusstraat 25, 2985 CC<br />

Ridderkerk, tel: 0180-431183.<br />

Jappenkamp Gedoeng Badak, Kerstmis 1944 in de<br />

barak. Onze derde Kerst in het kamp zonder papa.<br />

Mama probeert er voor ons toch een feest van te<br />

maken. Dagen van te voren is ze bezig. In ons kamp<br />

is een zangkoortje onder leiding van zuster Roos. Zij<br />

leert ons kerstliedjes. Het is héél bijzonder, Kerstmis<br />

buiten onder de palmen. Al die vrouwen en kinderen<br />

schamel gekleed. Maar ze zingen met overgave met<br />

schitterende ogen. Na afloop loop ik stil terug naar<br />

onze barak. Als ik binnenkom zie ik heel in de verte<br />

bij onze brits kleine lichtjes branden. Wat zijn dat<br />

voor lichtjes. Ik loop snel naar onze plaats. Voor onze<br />

brits op de vensterbank staat een tak-kerstboom.<br />

Deze ‘boom’ is prachtig versierd met zilveren ballen<br />

en brandende taartkaarsjes. Wat mooi! Alle vrouwen<br />

en kinderen uit onze barak komen heel stil kijken met<br />

glanzende ogen. Wat ben ik dankbaar en trots dat ik<br />

een moeder heb, die dit heeft gemaakt. Eén ogenblik<br />

vergeet ik dat ik in het kamp zit. Uit mijn boek:<br />

‘De klok, Het kampkind in mij spreekt nu’. Mieke<br />

Biessen-Dokman, Prof. Dumontstraat 31, 6419 BR<br />

Heerlen, tel: 045-5713194.<br />

Kerst 1945. Met mijn vader was ik vaak naar de veemarkt<br />

geweest in Solo. Mijn vader kocht er een ram,<br />

ik vond het een prachtbeest. Mijn vader was in de<br />

oorlog op verdenking van sabotage door de Japanse<br />

Kempetai opgepakt en stierf een vreselijke dood in<br />

de Penjara Sukamiskin gevangenis in Bandoeng. Toen<br />

Japan in augustus 1945 capituleerde konden wij dus<br />

niet blij zijn. Na de Japanse capitulatie werd het leven<br />

er niet beter op. De geïnterneerde Nederlanders bleven<br />

angstvallig in de Japanse kampen en vele Indo-<br />

Europeanen, vooral in Oost-Java, stond ook onverwachts<br />

een kampverblijf te wachten. Als negenjarige<br />

jongen kwam ik met mijn moeder in het jappenkamp,<br />

gevestigd in een voormalige Nederlandse jongensschool<br />

met internaat voor planterskinderen in Solo. We<br />

sliepen in de klaslokalen op matjes op de grond. Mijn<br />

doortastende moeder, Annie Bos-Soetiani, zorgde met<br />

18 <strong>Aanspraak</strong> - <strong>december</strong> <strong>2012</strong>


Kerstmis 1945 voor een feestmaal. Zij liet onze tuinman<br />

de ram naar ons kamp brengen en ze kocht ook de<br />

kampbewakers om door hen lekkere soep te beloven.<br />

Ze bereidde van de geslachte ram een heerlijke soep<br />

met rijst in een reusachtige pan. Zo kreeg iedereen een<br />

waar kerstmaal. Steeds meer hongerige ogen kwamen<br />

op de geur af en keken naar de leger wordende pan.<br />

Mijn vindingrijke moeder gooide er heimelijk water bij,<br />

zodat iedereen voldoende kreeg. Begrijpt u waarom ik<br />

dit niet vergeten kan? Van: dhr. Jo Bos, ’t Beusje 13,<br />

8381 CZ Vledder, tel: 0521-383046.<br />

Het kerstcadeau, Kerstmis 1944, de derde Kerstmis<br />

in gevangenschap. In ons vrouwenkamp Ambarawa 9<br />

op Java lag er een grote verslagenheid over de<br />

magere, uitgeteerde gezichten. Het woord Kerstmis<br />

spraken we niet meer uit en velen van ons wilden ook<br />

de kerstgedachte maar uit hun gevoelsleven bannen.<br />

Tegenover mijn brits lag een vrouwelijke arts<br />

met haar zes kinderen. Omdat hun moeder het hele<br />

kamp moest helpen, waren deze kinderen vaak alleen.<br />

Vijf meiden en Daan van drie was de jongste. Ik zal<br />

nooit de kreet vergeten van het kleine mannetje met<br />

zijn magere lijfje, de beentjes onder zich gekruist op<br />

zijn brits zittend, de blauwe ogen gericht op de deur,<br />

waardoor zijn moeder zou binnenkomen, als ze dan<br />

al kwam. De Jap deelde toch nog iets extra’s uit met<br />

Kerst: groetensoep met een aftreksel van kleine korreltjes<br />

vermalen vlees. Je zag het niet, maar proefde<br />

het wel. Apathisch wachtten we het kerstmaal af. Ons<br />

baraknummer 10 werd afgeroepen. Allen schrokten<br />

het eten naar binnen. Daantje genoot ook, maar niet<br />

zoals wij. Hij legde ieder korreltje vlees dat hij in zijn<br />

mond voelde op de rand van zijn bord. De zusjes<br />

zeiden: ‘Opeten Daan! Dat is goed voor je!’, maar hij<br />

schudde zijn hoofdje en hield zijn ogen onafgewend<br />

op het gat van de deur gericht. Toen ineens een kreet:<br />

‘Mammie, vleesje voor jou van mij, voor Kerstmis!’<br />

- Ik ben een van de vijf dochters van mevrouw Koets,<br />

de vrouwelijke arts. Mijn broer Daan is nu 72.<br />

Van: Margreet Donker van Heel-Koets, Plantijnstraat<br />

109, 2321 JH Leiden, tel: 071-5768641.<br />

Een warme Kerst, april 1945. Wij, mijn moeder, zusjes<br />

en ik zijn na vele Japanse interneringskampen in<br />

kamp Tjideng in Batavia terechtgekomen. Het leven<br />

is zwaar, veel kracht hebben we niet meer, we moeten<br />

leven van stijfselpap. Het sterftecijfer is hoog.<br />

Als we niet buigen kan dat al een reden zijn om ons<br />

te straffen. Kampcommandant Sonei is onbarmhartig<br />

en wreed. Bij volle maan is hij doodsbang voor<br />

overkomende vliegtuigen. Er gaan geruchten dat<br />

de bevrijding nabij zou zijn. Na maanden van hoop<br />

en vrees buigt Japan op 15 augustus 1945. Maar<br />

de bevrijding is voor ons niet weggelegd, de extremisten<br />

vallen ons kamp aan en we worden nu o.a.<br />

door de Japanners zelf bewaakt. Na verloop van tijd<br />

vinden we onze vader via het Rode Kruis. Wij herkenden<br />

hem na bijna vier jaar amper terug. Hij is ziek<br />

en mager, maar gelukkig omdat we allen het kamp<br />

overleefd hadden. Wij krijgen berichten van medegevangenen<br />

van wie de man of zoon zijn gestorven. Er<br />

komen steeds meer weduwen en wezen. De honger<br />

maakt plaats voor veel verdriet. De tijd verstrijkt en<br />

<strong>december</strong> staat voor de deur. Kerst komt naderbij.<br />

Ondertussen gaan er schepen met zieken, weduwen<br />

en wezen richting Holland. Wij zijn ‘gezond’ en moeten<br />

voorlopig blijven. Toch hebben we een dankbaar<br />

gevoel over ons. Het eten wordt beter en de spanning<br />

minder. Ik wil zo graag een kerstgevoel hebben.<br />

Ik sloop een grote tak uit een boom en bevestig hem<br />

aan de muur. De kerstballen zijn ramboetans (een<br />

kleine harige vrucht) die ik hier en daar ophang. Van<br />

reepjes oude stof maak ik slingers en zie ik heb een<br />

kerstboom. Mijn ouders kijken stil toe, waar denken zij<br />

aan? Ik probeer als 13-jarige hun gedachten te raden.<br />

We zingen met onze lotgenoten 'Stille Nacht' en het<br />

ontroert ons allen. We mogen weer zingen, al zitten<br />

we nog in het kamp, we voelen zoveel warmte. Het<br />

kerstverhaal wordt verteld en we zingen als slot het<br />

mooie lied 'Vrede op aarde'. Het is nu 67 jaar geleden<br />

en weer vieren we Kerst en gaan mijn gedachten<br />

terug naar 1945. ‘Vrede op aarde’. Van: An Dekkerde<br />

Bruyn, Adelaarstraat 2, 3145 AA Maasluis, tel:<br />

010-5918415, e-mail: jdekker@kabelfoon.nl


Zoek?!<br />

De redactie stelt cliënten in de gelegenheid een<br />

korte advertentie (maximaal 100 woorden) te<br />

plaatsen. Hieraan zijn geen kosten verbonden.<br />

Ontvangen oproepen kunnen niet direct worden<br />

geplaatst, omdat er veel verzoeken binnenkomen.<br />

De redactie neemt geen verantwoordelijkheid voor<br />

de inhoud van de oproepen. Alle oproepen zijn te<br />

zien op de website www.svb.nl/wvo of www.pur.nl<br />

Mijn opa heeft bij de marine gezeten, ook tijdens<br />

de Slag in de Javazee. Graag wil ik weten waar<br />

hij heeft gezeten (welke schepen, in welke kampen,<br />

wat waren de werkzaamheden en de omstandigheden<br />

daar en waar ging hij na de bevrijding naar<br />

toe). Het gaat om Reinardus Cornelis van Denderen,<br />

geboren op 19 oktober 1915 te Zeist. Hij heeft op<br />

de De Ruyter gezeten en ging begin jaren 50 naar<br />

Nieuw-Guinea. Wie kan mij helpen? Dominic<br />

Knoop, Hortensialaan 12, 3702 VG Zeist, e-mail:<br />

dominic knoop@hotmail.com<br />

Ik zoek Anna Petronella Velgersdijk, geboren op<br />

2-12-1931 en onze dochter Lorraine Astrid<br />

Reichardt geboren op 2-11-1963. Anna verliet me na<br />

38 jaar huwelijk voor een andere man en zij had altijd<br />

de kinderen, vandaar dat ik hen bijna 35 jaar niet<br />

heb gezien. Ik heb mijn dochter lang gezocht, maar<br />

kan haar niet vinden. Helaas heb ik niet lang meer<br />

te leven en ik zou graag met hen in contact willen<br />

komen. Anna heeft een broer die Harry Velgersdijk<br />

heet en nog een tijd bij ons heeft gewoond. Help<br />

me alstublieft mijn dochter terugvinden. Ik hoop dat<br />

ik iets uit Holland mag horen. Carolus Reichardt,<br />

7043 Harquahala Dr., Monave Valley, AZ 86440-9115,<br />

Verenigde Staten.<br />

Wie heeft Kees van Benthem te Surabaya (geboren<br />

in Batavia 3 augustus 1918), zijn zusje Bep en ouders<br />

Adriaan en Anna van Benthem-Lemmens gekend? Wij<br />

hebben pas uitgevonden via het Nationaal Archief<br />

dat Kees aan boord van het Japanse schip -<br />

Haruyoshi Maru - op 18 november 1944 is overleden<br />

en een zeemansgraf kreeg. Hij was mijn neef en ik<br />

kan me hem helaas niet herinneren. Wie kan mij wat<br />

over Kees vertellen? Met dank, Gerard Lemmens,<br />

2 Church Street, Wadhurst, East Sussex TN5 6AR,<br />

Engeland, tel: 0044-1892-783 171, e-mail:<br />

gerardwillemcharleslemmens@yahoo.co.uk<br />

Is er iemand die nog weet of er in de Joodse<br />

Invalide in het jaar 1943 baby’s aanwezig waren bij<br />

de moeders? Mijn moeder kwam volgens mijn gegevens<br />

na het leegruimen van het N.I.Z. hier terecht<br />

en ik was in ieder geval zéér ondervoed, veel later in<br />

de crèche te Amsterdam. Reacties graag naar: Foke<br />

Kranendonk-Waterman Sytsma, Oosterseveldweg 6,<br />

8391 MA Noordwolde fr, tel: 0561-433202, e-mail:<br />

kranendonk.waterman@xs4all.nl<br />

Ik zoek mensen, die in interneringskampen (Tjideng<br />

of Kramat?) in Semarang hebben vastgezeten en<br />

die Oma Fisher en haar kleinkinderen Diana, Bea,<br />

Bob en Dickie Gortmans hebben gekend. Graag<br />

wil ik ook informatie over de omstandigheden,<br />

waaronder zij geïnterneerd waren. Dhr. A. J. Bloch,<br />

Elburgstraat 5, 3826 BH Amersfoort, tel: 033-8880092,<br />

e-mail: a.bloch@xmsnet.nl<br />

Ik ben op zoek naar informatie over dhr. Monte,<br />

(Nederland) een burgergevangene uit het mannenkamp<br />

waar hij samen met anderen o.a. Mr. Batten<br />

(United Kingdom) in het Japans Interneringskamp<br />

Batu Lintang (Kuching - Sarawak 1942 -1945) heeft<br />

gezeten. Deze man is in het hospitaal in Kuching<br />

gestorven op 1 juli 1943/1944. Wat was zijn functie<br />

en waar woonde (werkte) hij voor de oorlog?<br />

In Borneo? Zijn naam was Monte/Monté of Monti?<br />

Graag uw reactie naar: Victor Vaessens, Europalaan 11,<br />

6226 CM Maastricht, tel: 043-3621601, e-mail:<br />

vicvae@gmail.com<br />

20 <strong>Aanspraak</strong> - <strong>december</strong> <strong>2012</strong>


Ik zoek informatie over mijn peetvader Rob<br />

Dominicus. Hij gaf mijn moeder bij mijn geboorte<br />

in 1947 een zilveren 2 shilling munt uit 1944. Hij<br />

zat aan het eind van de oorlog met mijn vader<br />

Anne ‘Tom’ Mulder in een jappenkamp op<br />

Sumatra. Rob Dominicus is waarschijnlijk na de<br />

oorlog naar Australië of Nieuw-Zeeland vertrokken.<br />

Informatie gaarne naar Rob Mulder, Frankate 5,<br />

8111 BJ Heeten, tel: 0572-382808, e-mail:<br />

robartmulder@hotmail.com<br />

Albertus de Jong zoekt overlevenden die in 1943-<br />

1944 in het Arbeitserziehungslager Spergau bei<br />

Leipzig gevangen zijn geweest. Mijn kampnummer<br />

was 6764. Contact kan worden gemaakt met:<br />

Albertus de Jong, Beukenlaan 109, 7271 JM Borculo,<br />

tel: 0545-274346.<br />

Wie kende schrijfster Diet Kramer (1907-1965)?<br />

In de periode 1933-1946 woonde zij in Nederlands-<br />

Indië. Tijdens de oorlog zat ze in Banjoebiroe-kamp<br />

11. Ook zoek ik haar boek ‘Lodewijk de rattenvanger’,<br />

dat in 1941 in Bandoeng is verschenen, en haar<br />

artikel over de inval van de Japanners in het Djokjase<br />

dagblad Mataram (vermoedelijk begin maart 1942<br />

gepubliceerd). Janneke van der Veer, Oerdijk 1c,<br />

7433 AE Schalkhaar, tel: 0570-629343, e-mail:<br />

jannekevanderveer@planet.nl<br />

In 1943 zorgde Pieter Beens voor een onderduikplaats<br />

voor mij. Ik was toen 12 jaar oud. Pieter<br />

Beens heeft vele Joodse kinderen zoals ik helpen<br />

onderduiken. Veelal via Roelof Vis in Bovenknijpe<br />

in Friesland. Momenteel ben ik bezig met een aanvraag<br />

voor een (postume) Yad Vashem erkenning<br />

voor hem. Graag wil ik in contact komen met diegenen<br />

die Pieter Beens gekend hebben en eveneens<br />

door zijn toedoen konden onderduiken. Jack<br />

de Lange, Wally Moesweg 5, 1251 AT Laren, tel:<br />

035-5311468; e-mail: jack.delange7@gmail.com<br />

Corry IJsselstijn zoekt haar vriendin Betske<br />

Meindersma. Wij woonden in Telok Betong,<br />

Lampongse district, Zuid-Sumatra. Haar vader was<br />

daar resident en mijn vader Gerrit IJsselstijn was zijn<br />

collega. Beiden werden gearresteerd en gevangen<br />

gezet door de Japanners in Tandjong Karang, Lahat<br />

en Muntok. Meneer Meindersma werd tijdens het<br />

verhoor gemarteld en onthoofd. Gerrit IJsselstijn<br />

overleed in kamp Muntok gelegen op Bangka<br />

Billiton eilanden. Betske en haar moeder overleefden<br />

de bezetting en vestigden zich in Nederland.<br />

Informatie graag naar: Mrs. C.H. Keach-IJsselstijn,<br />

12 Turanga Street, 4010 Gisborne, Nieuw-Zeeland,<br />

tel: 0064 3 332 1962, mobiel: 0064 27 383 5997,<br />

e-mail: gary@elitepestcontrol.co.nz<br />

Rachel Isaacs, een Zuid-Hollands meisje, woonde<br />

in de Tweede Wereldoorlog bij de familie<br />

Hollands te Gulpen (L). We zoeken contact met<br />

haar omdat Rachel van de zomer op zoek was<br />

naar dit onderkomen. Niemand van de familie<br />

woont meer in dit buurtschap. We zijn erg<br />

benieuwd hoe het met haar gaat. S.v.p. per<br />

brief reageren naar dhr. R.M.F.M. Leclercq,<br />

Bellefroidlunet 34 C, 6221 KN Maastricht.<br />

Misschien kan ik via deze weg informatie vinden<br />

over een kampgenoot, Ambarawa 9 en 7. Joop<br />

Pen (misschien Penn) die aanvankelijk met zijn<br />

gehandicapte moeder in kamp 9 zat en met mij<br />

naar jongenskamp 7 werd overgeplaatst. Mogelijk<br />

was hij uit Salatiga afkomstig. Nooit meer een<br />

spoor van hem gevonden. Hij was enige tijd<br />

mijn ‘slapie’ en hij was in die periode belangrijk<br />

voor me. Pieter (toen Pom) Venhuis. Reacties<br />

graag naar: Pieter Venhuis, Heikant 40, 6028 RC<br />

Gastel (Cranendonck), tel: 0495492045, mobiel:<br />

06-19622732, e-mail: venhuis.pieter@gmail.com<br />

Zoektocht verleden van Leendert van Marion,<br />

KMA/KNIL-officier, geboren 17 februari 1913<br />

te Den Haag. Kent iemand ‘het verhaal’ van mijn<br />

vader na mijn geboorte op 17 september 1941<br />

te Magelang. Wat heeft zich afgespeeld toen<br />

mijn moeder, Ruth van Marion in aanwezigheid<br />

van mevrouw Dolly Groen en mijn broer en mij,<br />

Vrouwke van Marion in Ambarawa geïnterneerd<br />

werden. Mijn vader was niet meer in Magelang.<br />

Hoe was zijn situatie op de Nichiei Maru, in de<br />

Moulmein gevangenis, als dwangarbeider aan<br />

de Birma Spoorweg en hoe kwam hij in 1946<br />

in Bangkok terecht, waar wij herenigd werden?<br />

Reacties graag naar: Vrouwke van Marion,<br />

Schouwweg 81F.34, 2243 BL Wassenaar, tel:<br />

070-5119841, e-mail: indelathyrus@gmail.com<br />

21


Vraag<br />

&<br />

antwoord<br />

Heeft de stapsgewijze verhoging van de AOWleeftijd<br />

gevolgen voor de Wbp, de Wuv of de Wubo?<br />

Bent u 65 jaar of ouder? Dan heeft de verhoging<br />

van de AOW-leeftijd geen gevolgen voor u. De verhoging<br />

van de AOW-leeftijd heeft ook geen gevolgen<br />

voor de artikel-19-toeslag bij de Wubo en het<br />

bedrag voor niet-meetbare invaliditeitskosten bij<br />

de Wuv. Bent u jonger dan 65 jaar en heeft u een<br />

verzetspensioen of een periodieke Wuv- of Wubouitkering?<br />

Dan blijft de uitkering in beginsel ongewijzigd<br />

tot u de nieuwe AOW-leeftijd bereikt. Over<br />

de wijzigingen in uw uitkering bij het bereiken van<br />

de AOW-leeftijd krijgt u van ons vooraf informatie.<br />

Uw verzetspensioen of uitkering wordt in ieder geval<br />

opnieuw vastgesteld bij het bereiken van de AOWleeftijd.<br />

Verliest u inkomsten of krijgt u er een inkomstenbron<br />

bij voordat of nadat u de AOW-leeftijd<br />

bereikt? Geef dit altijd door. Wij zullen uw uitkering<br />

dan vaststellen aan de hand van uw gewijzigde<br />

inkomenssituatie.<br />

Ik heb een beschikking gekregen waarin iets<br />

staat over beleidsregels van de Pensioen- en<br />

Uitkeringsraad. Waar kan ik die vinden?<br />

De beleidsregels die door de Pensioen- en<br />

Uitkeringsraad (PUR) zijn vastgesteld kunt u vinden<br />

via onze website (www.svb.nl/wvo). In de gepubliceerde<br />

beleidsregels kunt u bijvoorbeeld vinden<br />

onder welke voorwaarden een vergoeding of<br />

tegemoetkoming kan worden toegekend.<br />

Wordt er ook bezuinigd op verzetspensioenen en<br />

oorlogsuitkeringen?<br />

Er zijn geen plannen voor bezuinigingen bij de wetten<br />

voor verzetsdeelnemers en oorlogsgetroffenen.<br />

Naar verwachting zullen onze bruto pensioenen<br />

en uitkeringen volgend jaar ook weer iets worden<br />

verhoogd. Maar voorgestelde belastingmaatregelen<br />

(zoals het verhogen van het tarief in de eerste schijf)<br />

kunnen ongunstig uitwerken voor gepensioneerden<br />

en uitkeringsgerechtigden. De verzetspensioenen en<br />

de oorlogsuitkeringen zijn daar niet van uitgezonderd.<br />

Ik heb een aanvraag ingediend voor het Gettofonds.<br />

Mocht dat tot iets leiden, wordt dat dan<br />

gekort op mijn Wuv-uitkering?<br />

Nee, de Pensioen- en Uitkeringsraad (PUR) heeft<br />

besloten om deze uitkeringen niet te korten op<br />

verzetspensioenen en uitkeringen van de Wuv en<br />

de Wubo. Dit geldt zowel voor eenmalige als periodieke<br />

betalingen. Meer informatie over het Gettofonds<br />

en Gettopensioen geeft de Stichting Joods<br />

Maatschappelijk werk. Zo is een folder beschikbaar<br />

op de website: www.joodswelzijn.nl onder het kopje<br />

“Uitkeringen voor Joodse vervolgingsslachtoffers”.<br />

Betaaldata 2013<br />

Hieronder is aangegeven wanneer wij onze<br />

betalingsopdrachten aan de banken versturen.*<br />

Afhankelijk van uw bank kan het nog enkele dagen<br />

duren voordat het bedrag op uw rekening staat.<br />

15 januari 15 mei 16 september<br />

15 februari 14 juni 15 oktober<br />

15 maart 15 juli 15 november<br />

15 april 15 augustus 16 <strong>december</strong><br />

Voor vragen hierover belt u het telefoonnummer<br />

op de betalingsmededeling.<br />

* Betaalopdrachten voor de Wet Buitengewoon<br />

Pensioen verlopen via de Stichting 1940-1945.<br />

22 <strong>Aanspraak</strong> - <strong>december</strong> <strong>2012</strong>


1<br />

1<br />

2<br />

2<br />

3<br />

3<br />

4<br />

4<br />

5<br />

5<br />

6<br />

6 7<br />

8<br />

8<br />

9<br />

9<br />

10<br />

10<br />

11<br />

11<br />

12<br />

12<br />

13<br />

13<br />

14 14 15 16 16<br />

17 17 18 19 20 20<br />

21 21 22 22 23 23 24 24 25 25<br />

26 27 28 29 30<br />

26 27 28 29 30<br />

31 32 33 34 35<br />

31 32 33 34 35<br />

36 37 38<br />

36 37 38<br />

39 40<br />

39 40<br />

41 42 43 44 45<br />

41 42 43 44 45<br />

46 47 48 49 50<br />

46 47 48 49 50<br />

51 52 53 54 55<br />

51 52 53 54 55<br />

56 57 58 59<br />

60 56 61 57 62 58 63 64 59<br />

65<br />

60 66 67 61 62 68 63 69 64 70 65<br />

66 71 67 68 72 69 70<br />

71 72<br />

Uw oplossing:<br />

17 13 15 56 28 38 41 70 62 32 49 39 55 22<br />

17 13 15 56 28 38 41 70 62 32 49 39 55 22<br />

Horizontaal<br />

1 tegenvallende aanschaf 7 vis 14 vertrouwelijk 16 geleuter 17 lidwoord<br />

18 ogenblik 20 amfibie 21 onderricht 22 hoog bouwwerk 24 projectieplaatje<br />

26 gezet 27 ontevreden mens 29 bladgroente 31 verbruikt 32<br />

kwetsbaar 33 tafelgast 35 gereed 36 wandelen 37 flauwekul 39 land in<br />

Azië 40 hardrijder 41 Romeinse godin 44 kwaadaardig mens 46 laagtij<br />

48 vereniging 49 op enig tijdstip 50 heden 51 telwoord 53 trommelen<br />

55 deel van een schoen 56 kledingstuk 58 krantenstalletje 59 paardje<br />

61 heidemeer 63 filmlocatie 64 niet dit 66 gebakken ei 69 specerij 71<br />

veevoer 72 rivier in Frankrijk.<br />

Verticaal<br />

1 rekenteken 2 voorzetsel 3 prik van een insect 4 maaltand 5 sukkel 6<br />

voorbij 8 rivier in Rusland 9 kostbare stof 10 advies 11 moederoverste 12<br />

reeds 13 vernis 15 flink 18 boosheid 19 eetgerei 21 deel van de mond<br />

22 deel van een trap 23 rekening 25 op de manier van 26 een stortbad<br />

nemen 27 stellig 28 stuk grond 30 nadeel 32 frisdrank 34 fraai gelegen<br />

36 deksel 38 curve van de hartslag 42 knorrig mens 43 vergissing 44<br />

aantocht 45 kraaiachtige vogel 47 openbaar vervoermiddel 50 vochtig<br />

52 eren 54 fijngekookte vruchten 55 genaamd zijn 57 bloemdeel 59<br />

licht bootje 60 bergpas 62 nieuw- 64 mannelijk insect 65 drank 67 persoonlijk<br />

voornaamwoord 68 overmatig 69 bazige vrouw 70 voegwoord.<br />

PUZZEL<br />

Los het kruiswoordraadsel op<br />

en breng daarna de letters uit het<br />

diagram over naar de gelijkgenummerde<br />

vakjes van de oplossingsbalk.<br />

Uw oplossing kunt u<br />

voor 1 februari 2013 sturen naar:<br />

SVB-Vestiging Leiden<br />

Afdeling Verzetsdeelnemers<br />

en Oorlogsgetroffenen<br />

Redactie van <strong>Aanspraak</strong><br />

Postbus 9575, 2300 RB Leiden<br />

Uit de goede oplossingen<br />

worden de namen getrokken van<br />

een eerste (€ 75), een tweede<br />

(€ 50) en een derde (€ 25) prijswinnaar.<br />

In het volgende nummer<br />

van <strong>Aanspraak</strong> maken we de<br />

oplossing van deze puzzel en de<br />

namen van de drie prijswinnaars<br />

bekend. (N.B. medewerkers zijn<br />

van deelname uitgesloten).<br />

Prijswinnaars september-puzzel:<br />

De juiste oplossing was: senang,<br />

een Indonesisch woord voor een<br />

lekker, rustig en tevreden gevoel.<br />

Veel inzenders schreven dat ze<br />

zich ‘senang’ zouden voelen als<br />

ze zouden winnen. De winnaars<br />

van de september-puzzel <strong>2012</strong><br />

zijn: mw. S. de Roos-à Cohen,<br />

Nof Ayalon, Israël (1e prijs);<br />

dhr. N.H. Bodeving, Nijmegen<br />

(2e prijs); mw. V.E. Hakke, Hulst<br />

(3e prijs). Van harte gelukgewenst!<br />

U ontvangt het bijbehorende<br />

geldbedrag zo spoedig<br />

mogelijk op uw bankrekening.<br />

23


Adressen /colofon<br />

Correspondentieadres<br />

Sociale Verzekeringsbank<br />

Afdeling V&O, Postbus 9575, 2300 RB Leiden<br />

Bezoekadres<br />

Stationsplein 1, Leiden<br />

tel: 071 - 535 65 00, fax: 071 - 576 60 03<br />

e-mail: info.wvo@svb.nl of info@pur.nl<br />

website: www.svb.nl/wvo of www.pur.nl<br />

Verenigde Staten<br />

Consulate General of the Netherlands<br />

Consular Department<br />

One Montgomery Street, Suite 3100, San Francisco, CA 94104<br />

Bezoekadres (op afspraak)<br />

120 Kearney Street, Suite 3100, San Francisco, CA 94104)<br />

tel: +1 877 388 2443 (Toll free), fax: +1 415 291 2049<br />

e-mail: sfn-wuv@minbuza.nl, website: http://sanfrancisco.the-netherlands.org<br />

Israël<br />

Nederlandse Ambassade<br />

Afdeling V&O, Postbus 1967, Ramat Gan 52118<br />

Bezoekadres Rechov Abba Hillel 14 (13e verd.)<br />

Ramat Gan 52506, Tel Aviv<br />

tel: +972-3-7540741 / +972-3-7540742<br />

fax: +972-3-7540757, e-mail: TEL-VenO@minbuza.nl<br />

Indonesië<br />

Ambassade v/h Koninkrijk der Nederlanden<br />

Jl. H.R. Rasuna Said Kav. S-3 Kuningan, Jakarta 12950<br />

tel: +62 (0)21 524 8200, fax: +62 (0)21 525 0443<br />

e-mail: jak-wuv@minbuza.nl<br />

website: http://indonesie.nlambassade.org<br />

Canada<br />

Consulate General of the Netherlands<br />

War Victims Department (WUV)<br />

1, Dundas Street West, suite 2106, Toronto, Ontario M5G 1Z3<br />

tel: +1 416 595 2408, +1 877 303 3639 (Toll free), fax: +1 416 598 8064<br />

e-mail: tor-wuv@minbuza.nl, website: www.dutchmissions.com<br />

Australië<br />

Consulate-General of the Netherlands<br />

War Victims Department (WUV)<br />

Level 23, Tower 2, 101 Grafton Street<br />

(corner Grosvenor St), Bondi Junction NSW 2022<br />

tel: +61 (0)2 9387 6644, fax: +61 (0)2 9387 3962<br />

e-mail: syd-wuv@minbuza.nl, website: www.netherlands.org.au<br />

<strong>Aanspraak</strong> is een gezamenlijke uitgave van<br />

de Sociale Verzekeringsbank en de Pensioenen<br />

Uitkeringsraad.<br />

De Sociale Verzekeringsbank (vestiging<br />

Leiden) verzorgt de uitvoering van de<br />

Nederlandse wetten voor Verzetsdeelnemers<br />

en Oorlogsgetroffenen. Met al uw vragen kunt<br />

u daar terecht. Aanvragen voor deze wetten<br />

van nieuwe klanten worden beoordeeld door<br />

de Pensioen- en Uitkeringsraad. De PUR stelt<br />

ook het beleid voor deze wetten vast.<br />

Aan de inhoud van de artikelen kunnen<br />

geen rechten worden ontleend. Overname<br />

van (delen uit) dit magazine mag uitsluitend<br />

geschieden na schriftelijke toestemming<br />

van de redactie.<br />

Redactieadres<br />

SVB, t.a.v. <strong>Aanspraak</strong><br />

Postbus 9575, 2300 RB Leiden<br />

tel: 071 - 535 65 00<br />

e-mail: aanspraak.wvo@svb.nl<br />

aanspraak@pur.nl<br />

website: www.svb.nl/wvo<br />

www.pur.nl<br />

Oplage 35.000 exemplaren<br />

Interviews en tekst<br />

André Kuijpers, Ellen Lock<br />

Drukwerk<br />

MediaCenter<br />

Rotterdam<br />

Foto’s<br />

Jef Helmer, James Keivom,<br />

Ellen Lock, Marc Seliger,<br />

Shavit Simons, Sandra Steins.<br />

Coverfoto<br />

Ellen Lock<br />

Vormgeving<br />

Irene de Bruijn, Ellen Lock<br />

Voor slechtzienden is de gesproken<br />

versie van <strong>Aanspraak</strong> gratis op<br />

CD verkrijgbaar.<br />

English translations of selected articles<br />

in <strong>Aanspraak</strong> can be found on our<br />

website: www.svb.nl/wvo or www.pur.nl

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!