Persdossier Anw internet - Svb
Persdossier Anw internet - Svb
Persdossier Anw internet - Svb
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
De hoogte van het weduwenpensioen werd bepaald op 100% van het<br />
minimumloon. De uitkering ervan werd alleen stopgezet als de vrouw opnieuw in<br />
het huwelijk trad.<br />
Minister Suurhoff kreeg kritiek op zijn voorstel uit 1958. De voorzitter van de<br />
Vaste Commissie voor Sociale Zaken en Volksgezondheid verwachtte door de<br />
leeftijdsgrens van 50 jaar vele pijnlijke grensgevallen. In de volksmond had hij<br />
dit pensioen horen kwalificeren als een loterijpensioen. Aan deze kritiek is 3 jaar<br />
na de invoering van de AWW (in 1959) met een wetswijziging gehoor gegeven<br />
door het verlagen van de leeftijdsgrens naar 40 jaar.<br />
10. Wat ging er vooraf aan de invoering van de <strong>Anw</strong> in 1996?<br />
Simpel gezegd was de Algemene Weduwen- en Wezenwet uit 1959 uit de tijd<br />
geraakt. De wet paste bij de maatschappelijke situatie van de jaren vijftig, met<br />
mannen die het inkomen voor het gezin verdienden en vrouwen die dat gezin<br />
verzorgden – en die dus in grote problemen zouden komen als de man zou<br />
wegvallen. In de jaren negentig klopte dat beeld niet langer.<br />
De <strong>Anw</strong> sloot om diverse redenen beter aan bij de actualiteit uit de jaren<br />
negentig:<br />
• De AWW gaf een uitkering aan nabestaanden, ongeacht de vraag of die<br />
een goed eigen inkomen hadden. De praktijk werd steeds meer dat<br />
weduwen niet hulpeloos thuiszaten; zij hadden vaak zelf ook een baan<br />
waarmee ze voor hun eigen inkomen konden zorgen.<br />
• Uit een rechterlijke uitspraak uit 1988 bleek dat ook weduwnaars (de<br />
mannen dus) recht hadden op een uitkering. Terwijl hun inkomen door het<br />
verlies van hun partner nauwelijks terugliep. Daarmee was een van de<br />
belangrijkste basisbeginselen van de wet ondermijnd. Het<br />
solidariteitsbeginsel kwam onder druk te staan. Tegelijkertijd werd de wet<br />
duurder, doordat meer mensen er recht op hadden.<br />
• De jaren ’90 waren een tijd van bezuinigen en grotere eigen<br />
verantwoordelijkheid; de collectieve lasten (dus ook die van de<br />
nabestaandenregelingen) moesten omlaag. Een van de besparingen op de<br />
regeling was dat de uitkering voor nabestaanden inkomensafhankelijk<br />
werd. Een andere bezuiniging was dat de uitkering maximaal op 90% van<br />
het minimumloon werd vastgesteld. Bij de AWW was dat nog 100%.<br />
• Daarnaast bepaalde het kabinet dat niet alle nabestaanden hulpbehoevend<br />
waren. Het definieerde groepen die zelf in hun levensonderhoud kunnen<br />
voorzien, of die zich particulier kunnen verzekeren voor het<br />
overlijdensrisico. Die mensen kregen na de invoering van de <strong>Anw</strong> zelf de<br />
verantwoordelijkheid om – al dan niet samen met hun werkgever of<br />
pensioenfonds - voorzieningen te treffen voor na hun overlijden.<br />
De nieuwe nabestaandenwet (de <strong>Anw</strong>) hielp die nabestaanden van wie niet kon<br />
worden verwacht dat zij door te werken in hun onderhoud konden voorzien. Op<br />
die manier werd volgens de regering de solidariteit tussen burgers optimaal<br />
vormgegeven.<br />
Aan de invoering van de wet ging een jarenlange discussie vooraf. In maart 1991<br />
diende het toenmalige kabinet het wetsvoorstel Algemene nabestaandenwet in bij<br />
het parlement. In december 1992 strandde het wetsvoorstel in de Eerste Kamer<br />
op kritiek over de overgangsregeling voor mensen die onder de AWW vielen, en<br />
over de gelijkstelling van gehuwden met samenwonenden. De senaat eiste een<br />
aanpassing die vervolgens weer in de Tweede Kamer op grote bezwaren stuitte.<br />
Het wetsvoorstel werd ingetrokken, en daarna werden de plannen onderdeel van<br />
een nieuw regeerakkoord. Het zou tot eind 1995 duren totdat overeenstemming