Flexibel Pensioen voor het Kartonnage - PensioenfondsPGB
Flexibel Pensioen voor het Kartonnage - PensioenfondsPGB
Flexibel Pensioen voor het Kartonnage - PensioenfondsPGB
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
<strong>voor</strong> kiezen een deel van <strong>het</strong> ouderdomspensioen uit te ruilen <strong>voor</strong> extra<br />
partnerpensioen.<br />
Wanneer er na beëindiging van de deelname aan PGB sprake is van een loongerelateerde<br />
WW-uitkering, wordt bij overlijden van de deelnemers geboren<br />
<strong>voor</strong> 1 januari 1950 70% van <strong>het</strong> opgebouwde ouderdomspensioen aan<br />
partnerpensioen uitbetaald. Bij overlijden van deelnemers geboren op of na<br />
1 januari 1950 of geboren <strong>voor</strong> 1 januari 1950 en pas op of na 1 januari<br />
2006 in dienst van de werkgever wordt 57% van <strong>het</strong> opgebouwde ouderdomspensioen<br />
aan partnerpensioen uitbetaald.<br />
Is ook partnerpensioen verzekerd als ná pensionering een relatie wordt<br />
aangegaan<br />
Als de deelnemer ná pensionering ongehuwd gaat samenwonen, trouwt<br />
of partnerschap laat registreren, heeft de partner geen recht op partner -<br />
pensioen.<br />
Krijgt een gewezen partner ook partnerpensioen<br />
Als er bij huwelijk of scheiding niets anders is afgesproken, heeft een gewezen<br />
partner ook recht op een deel van <strong>het</strong> partnerpensioen. Het pensioenfonds<br />
heeft <strong>het</strong> dan over een ‘bijzonder partnerpensioen’. Bij <strong>het</strong> beëindigen<br />
van de relatie stelt <strong>het</strong> fonds vast hoeveel aan partnerpensioen is opgebouwd.<br />
Alleen op opgebouwde aanspraken berekent <strong>het</strong> fonds <strong>het</strong> bijzonder<br />
partnerpensioen. Na de scheiding of <strong>het</strong> verbreken van de samenwoning<br />
worden <strong>voor</strong> de gewezen partner geen aanspraken meer opgebouwd.<br />
Als de deelnemer opnieuw een ‘officiële’ relatie aangaat, komen de aanspraken<br />
van de eerste partner in mindering op <strong>het</strong> partnerpensioen van de<br />
nieuwe partner. Het hoofdstuk ‘Bijzondere situaties en uw pensioen’ gaat<br />
uitgebreider in op de gevolgen van een scheiding <strong>voor</strong> <strong>het</strong> pensioen.<br />
Ontvangt de achterblijvende partner naast PGB-partnerpensioen ook nog een<br />
pensioen van de overheid<br />
Naast <strong>het</strong> partnerpensioen van PGB kán <strong>voor</strong> een achterblijvende partner<br />
die de AOW-gerechtigde leeftijd nog niet heeft bereikt, recht bestaan op<br />
een uitkering op grond van de Algemene nabestaandenwet (Anw). Daar<strong>voor</strong><br />
moet de partner geboren zijn vóór 1950, arbeidsongeschikt zijn of kinderen<br />
onder de 18 jaar verzorgen. Als hij of zij aan één van deze <strong>voor</strong>waarden<br />
voldoet, heeft de partner recht op een uitkering. Of die uitkering ook wordt<br />
25