24.01.2015 Views

Leefbaarheid door de tijd - Rigo

Leefbaarheid door de tijd - Rigo

Leefbaarheid door de tijd - Rigo

SHOW MORE
SHOW LESS
  • No tags were found...

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

5. Convergentie of divergentie<br />

Na jaren van beleid om <strong>de</strong> wijken met leefbaarheidsproblemen aan<br />

te pakken, dient <strong>de</strong> vraag zich aan of het verschil in leefbaarheid<br />

tussen gebie<strong>de</strong>n met veel en gebie<strong>de</strong>n met weinig leefbaarheidsproblemen<br />

groter wordt, of dat <strong>de</strong> kloof juist afneemt. Met an<strong>de</strong>re<br />

woor<strong>de</strong>n: convergeert of divergeert <strong>de</strong> leefbaarheid in Ne<strong>de</strong>rland<br />

In <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rstaan<strong>de</strong> figuur staat per leefbaarheidsklasse in 1998<br />

weergegeven hoe groot het aan<strong>de</strong>el inwoners is dat <strong>de</strong> leefbaarheid<br />

in <strong>de</strong> woonomgeving tussen 1998 en 2008 positief of negatief heeft<br />

zien veran<strong>de</strong>ren.<br />

Figuur 5.1 Ver<strong>de</strong>ling positieve en negatieve ontwikkeling leefbaarheid tussen 1998 en<br />

2008 vanuit uitgangssituatie in 1998<br />

Ne<strong>de</strong>rland<br />

uiterst positief<br />

zeer positief<br />

positief<br />

matig positief<br />

matig<br />

negatief<br />

zeer negatief<br />

Grote negatieve ontwikkeling<br />

-10% -24% 3%<br />

-7% 17% 5%<br />

-1% -8% 10% 1%<br />

-4% 20% 3%<br />

-1% -5% 29%<br />

11%<br />

-1%-4%<br />

30%<br />

26%<br />

-1% 32%<br />

32%<br />

35% 50%<br />

-40% -30% -20% -10% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90%<br />

Aan<strong>de</strong>el inwoners<br />

Beperkt negatieve ontwikkeling Beperkt positieve ontwikkeling Grote positieve ontwikkeling<br />

Het aan<strong>de</strong>el mensen dat <strong>de</strong> leefbaarheid in <strong>de</strong> woonomgeving<br />

positief heeft zien veran<strong>de</strong>ren, is groter geweest in gebie<strong>de</strong>n waar<br />

<strong>de</strong> leefbaarheid in <strong>de</strong> uitgangssituatie min<strong>de</strong>r gunstig was. Zo heeft<br />

85 procent van <strong>de</strong> bewoners van een buurt met een zeer negatieve<br />

leefbaarheidsscore in 1998 <strong>de</strong> leefbaarheid positief zien veran<strong>de</strong>ren<br />

in <strong>de</strong> tien daaropvolgen<strong>de</strong> jaren. Daar staat tegenover dat slechts<br />

drie procent van <strong>de</strong> bewoners met een uiterst positieve leefbaarheidsscore<br />

in 1998 <strong>de</strong> leefbaarheid positief heeft zien veran<strong>de</strong>ren.<br />

Het aan<strong>de</strong>el inwoners dat <strong>de</strong> woonomgeving negatief heeft zien<br />

veran<strong>de</strong>ren is groter geweest in buurten waar <strong>de</strong> leefbaarheid in<br />

1998 gunstig was. Van <strong>de</strong> buurten die in 1998 uiterst positief<br />

scoor<strong>de</strong>n, heeft 34 procent van <strong>de</strong> bewoners <strong>de</strong> leefbaarheid<br />

negatief zien ontwikkelen, terwijl dat voor min<strong>de</strong>r dan één procent<br />

van <strong>de</strong> bewoners van een buurt met een zeer negatieve leefbaarheid<br />

in 1998 geldt. Ter nuancering dient daarbij wel te wor<strong>de</strong>n opgemerkt<br />

dat <strong>de</strong> meeste van <strong>de</strong>ze gebie<strong>de</strong>n ondanks die verslechtering<br />

dan nog steeds uiterst of zeer positief scoren.<br />

Er lijkt dus convergentie van <strong>de</strong> leefbaarheid te hebben plaatsgevon<strong>de</strong>n<br />

waar<strong>door</strong> buurten in Ne<strong>de</strong>rland qua leefbaarheid meer op elkaar<br />

zijn gaan lijken. De mo<strong>de</strong>lschattingen (zie bijlage A) bevestigen dat<br />

beeld: een gunstige leefbaarheidsscore in 1998 hangt sterk negatief<br />

significant samen met <strong>de</strong> ontwikkeling van <strong>de</strong> leefbaarheidssituatie<br />

tussen 1998 en 2008. Er is in <strong>de</strong> perio<strong>de</strong> tussen 1998 en 2008 over het<br />

algemeen dan ook sprake geweest van convergentie: goe<strong>de</strong> wijken<br />

zijn gemid<strong>de</strong>ld genomen verslechterd, slechte wijken zijn over het<br />

algemeen verbeterd.<br />

On<strong>de</strong>rstaan<strong>de</strong> figuur geeft daarvan een illustratie. De grafiek toont het<br />

verband tussen <strong>de</strong> score op <strong>de</strong> Leefbaarometer in 1998 en <strong>de</strong> ontwikkeling<br />

van die score in <strong>de</strong> tien jaar daarna. Uit <strong>de</strong> figuur blijkt dat dat<br />

verband negatief is: hoe lager <strong>de</strong> score in 1998 (hoe meer leefbaarheidsproblemen<br />

dus), hoe gunstiger gemid<strong>de</strong>ld genomen <strong>de</strong> ontwikkeling<br />

van <strong>de</strong> leefbaarheidssituatie tussen 1998 en 2008 is geweest.<br />

De grafiek laat ook zien dat er nauwelijks gebie<strong>de</strong>n met een lage score<br />

op <strong>de</strong> Leefbaarometer in 1998 zijn die tussen 1998 en 2008 ver<strong>de</strong>r<br />

zijn verslechterd (het kwadrant linkson<strong>de</strong>r in <strong>de</strong> figuur). Er zijn wel<br />

veel gebie<strong>de</strong>n die in 1998 al positief scoor<strong>de</strong>n en het daaropvolgen<strong>de</strong><br />

<strong>de</strong>cennium nog ver<strong>de</strong>r verbeterd zijn (het kwadrant rechtsboven).<br />

Ver<strong>de</strong>r blijkt uit <strong>de</strong> grafiek dat het gevon<strong>de</strong>n verband ogenschijnlijk<br />

lineair is: er is geen dui<strong>de</strong>lijk punt waarneembaar waar zich een versnelling<br />

van <strong>de</strong> verbetering of verslechtering inzet, en er zit ook geen<br />

‘knik’ (omslagpunt) in <strong>de</strong> lijn. Deze grafiek levert dan ook geen bewijs<br />

voor het i<strong>de</strong>e dat <strong>de</strong> leefbaarheidsproblemen in een wijk boven een<br />

bepaald niveau versneld toenemen. Dit wordt mogelijk me<strong>de</strong> veroorzaakt<br />

<strong>door</strong>dat het beleid juist is gericht op <strong>de</strong> zwakkere wijken.<br />

Figuur 5.2 Convergentie of divergentie Het verband tussen <strong>de</strong> score op <strong>de</strong><br />

Leefbaarometer in 1998 en <strong>de</strong> ontwikkeling daarvan tussen 1998 en 2008 op 4ppc<br />

veran<strong>de</strong>ring<br />

score leefbarometer<br />

(1998-2008)<br />

grote positieve ontwikkeling<br />

positieve ontwikkeling<br />

geen onwikkeling<br />

negatieve ontwikkeling<br />

grote negatieve ontwikkeling<br />

negatief<br />

maar verbetering<br />

negatief<br />

en verslechtering<br />

negatief matig matig<br />

positief<br />

positief<br />

zeer<br />

positief<br />

positief<br />

en verbetering<br />

positief<br />

plus verslechtering<br />

score Leefbarometer (1998)<br />

uiterst<br />

positief<br />

!<br />

<strong>Leefbaarheid</strong> <strong>door</strong> <strong>de</strong> <strong>tijd</strong> | 25

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!