10.02.2015 Views

Verslag 2002 - Restitutiecommissie

Verslag 2002 - Restitutiecommissie

Verslag 2002 - Restitutiecommissie

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

4. De commissie verricht de adviestaak, bedoeld in het eerste lid, met inachtneming<br />

van het rijksbeleid ter zake.<br />

5. De commissie verricht de adviestaak, bedoeld in het tweede lid, naar maatstaven<br />

van redelijkheid en billijkheid.<br />

2.7 Algemeen Overleg met de vaste commissie voor OCenW, 22 november 2001<br />

Op verzoek van de vaste commissie voor OCenW vond op 22 november 2001 een Algemeen<br />

Overleg plaats met staatssecretaris Van der Ploeg (OCenW) over de aanbevelingen van de<br />

Commissie Ekkart, de regeringsreacties hierop zoals verwoord in de brieven van 29 juni<br />

en 16 november 2001 en het Instellingsbesluit Restitutie Commissie. 19 Woordvoerders<br />

van het CDA, D66, Groen Links, PvdA en VVD maakten tijdens dit overleg onder andere<br />

kritisch opmerkingen over de traagheid van de afwikkeling van restitutieclaims en<br />

spraken zich uit voor een ruimhartig teruggavebeleid, zoals verwoord door de Commissie<br />

Ekkart in haar aanbevelingen. Hierbij uitten zij de wens om ook in aangehouden zaken,<br />

waarbij met name de zaak Gutmann werd aangehaald, tot een snelle en ruimhartige<br />

afwikkeling te komen.<br />

De woordvoerders plaatsten ook kritische kanttekeningen bij de coördinerende rol die<br />

krachtens artikel 2 van het Instellingsbesluit aan het ministerie van OCenW is<br />

toebedeeld. Hierop antwoordde de staatssecretaris dat niet de indruk mag ontstaan dat de<br />

commissie niet onafhankelijk is. Verzoeken tot teruggave van voorwerpen uit de<br />

rijkscollectie worden ingediend bij het Rijk, dat wordt geacht daarvan de eigenaar te zijn.<br />

De minister maakt geen gebruik van zijn discretionaire bevoegdheid inzake het niet of wel<br />

vragen van advies. Door verzoeken via de minister te laten lopen, wordt de Restitutie<br />

Commissie niet onnodig belast met verzoeken die niet tot haar taakopdracht horen en<br />

weet de minister welke claims de commissie in behandeling heeft. De bepaling dat de<br />

minister uiteindelijk beslist over het wel of niet teruggeven van een voorwerp uit de<br />

rijkscollectie, heeft eveneens te maken met het feit dat de Staat der Nederlanden als<br />

eigenaar daarvan kan worden beschouwd. Alleen in de gevallen waarin de Restitutie<br />

Commissie zich bij haar advisering evident niet gehouden heeft aan het gestelde<br />

beleidskader, kan er voor de staatssecretaris reden zijn om van een advies af te wijken.<br />

Waar de staatssecretaris zeggenschap heeft, is hij van mening dat voorwerpen direct<br />

moeten worden teruggegeven. Over de samenstelling van de commissie zei hij dat het<br />

uitgangspunt daarbij was dat zij het vertrouwen zou hebben van de betrokkenen, zonder<br />

als vertegenwoordiger van in het geding zijnde belangen te worden gezien, en dat hij de<br />

inhoudelijke capaciteit en reputatie van de aangezochte leden van een uitzonderlijk hoog<br />

niveau achtte.<br />

19 <strong>Verslag</strong> van een Algemeen Overleg, vastgesteld 3 januari <strong>2002</strong>, Tweede Kamer, vergaderjaar<br />

2001-<strong>2002</strong>, 25 839, nr. 28.<br />

17

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!