Verslag 2002 - Restitutiecommissie
Verslag 2002 - Restitutiecommissie
Verslag 2002 - Restitutiecommissie
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
3.2 Scholten<br />
De Begeleidingscommissie onderzoekfinanciële tegoeden Tweede<br />
Wereldoorlog in Nederland, de commissie-Scholten, heeft haar eindrapport<br />
met de definitieve bevindingen op 15 december 1999 gepresenteerd.<br />
De commissie kreeg bij haar installatie op 13 juli 1997 als taakopdracht<br />
mee om een onderzoekte doen naar de feitelijke systematiekrond het<br />
rechtsherstel aangaande financiële tegoeden van oorlogsslachtoffers van<br />
de Tweede Wereldoorlog bij banken en verzekeraars in Nederland. Daarbij<br />
kon de rol van banken en verzekeraars, alsmede – waar relevant – de rol<br />
van de overheid aan de orde komen. Als onderzoeksobjecten waren<br />
aanvankelijk bepaald: geld en verzekeringen. In maart 1998 werd dit op<br />
verzoekvan de Minister van Financiën uitgebreid met effecten, rechten,<br />
uitkeringen volgens sociale verzekeringen en vorderingen/debiteuren.<br />
De commissie-Scholten oordeelt dat, alhoewel het rechtsherstel een<br />
operatie is geweest die wegens zijn enorme omvang en complexiteit<br />
respect afdwingt, er toch ook kritische kanttekeningen geplaatst moeten<br />
worden. Die betreffen ten eerste de lange duur ervan waardoor het<br />
merendeel van de slachtoffers van de roof jarenlang, een deel zelfs tot<br />
halverwege de jaren vijftig, op de volledige afronding van hun zaakheeft<br />
moeten wachten. Ten tweede werd het rechtsherstel op een aantal punten<br />
gekenmerkt door een strikt bureaucratisch handelen, waarbij weinig<br />
soepelheid betracht is en vaakweinig oog geweest is voor de bijzondere<br />
positie en belangen van de slachtoffers.<br />
De kritiek van de commissie-Scholten spitst zich met name toe op<br />
aspecten van het rechtsherstel ten aanzien van de geroofde effecten. De<br />
materiële uitkomst daarvan is weliswaar bevredigend geweest, maar de<br />
totstandkoming en uitvoering van de naoorlogse regelgeving met betrekking<br />
tot effecten waren op bepaalde punten niet in overeenstemming met<br />
grondslagen van de Nederlandse rechtsorde.<br />
Zo was het volgens de commissie onjuist dat de Vereniging voor de Effectenhandel,<br />
die zich in de oorlogsjaren zo weinig eervol had gedragen, een<br />
zo grote invloed heeft gehad op het rechtsherstel en zo nauw bij het<br />
beleid werd betrokken, ook al was het zo dat de feitelijke kennis van de<br />
materie in hoge mate daar geconcentreerd was. De regering heeft op<br />
verschillende momenten de belangen van de beurs en de effectenhandel<br />
laten prevaleren boven een adequaat en voortvarend rechtsherstel van de<br />
betrokken vervolgingsslachtoffers en daarmee afbreuk gedaan aan de<br />
rechtsgang die in de herstelwetgeving was vastgelegd. Mede daardoor<br />
kwam tot 1953 van feitelijk rechtsherstel in de vorm van teruggave van<br />
effecten – zelfs waar kwade trouw bij de aankoop van joodse effecten<br />
aannemelijkwas – zo goed als niets terecht.<br />
3.3 Kordes<br />
De Commissie OnderzoekLiro-archieven, de commissie-Kordes werd<br />
ingesteld op 10 december 1997. De commissie heeft zich beziggehouden<br />
met onderzoeknaar tastbare goederen (zaken). Op 29 januari 1998 bracht<br />
de commissie-Kordes haar eerste rapport uit over de verkoop van kleinoden,<br />
afkomstig uit de kluis van Lippmann-Rosenthal omstreeks 1968.<br />
De commissie heeft op 9 december 1998 haar tweede rapport uitgebracht<br />
aan de Minister van Financiën. Daarin is uitgebreid aandacht besteed aan<br />
verschillende categorieën van joodse individuele claims. Tegelijkertijd met<br />
het rapport-Kordes is de onderzoeksgids Archieven joodse oorlogsgetroffenen<br />
verschenen. Deze onderzoeksgids is door het Algemeen Rijksarchief<br />
in samenwerking met het Ministerie van Financiën en het Rijksinstituut<br />
voor Oorlogsdocumentatie op verzoekvan de commissie-Kordes<br />
opgesteld.<br />
Het onderzoekvan de commissie-Kordes naar de daarmee verband<br />
houdende archieven heeft geleid tot uiteenlopende conclusies over het<br />
Tweede Kamer, vergaderjaar 1999–2000, 25 839, nr. 13 5<br />
Bijlage 3