Annelies Bron, lid van de redactieLogopedie <strong>en</strong> Foniatrie,jaargang 73, december 2001Hilde Bosscheers, Zoek<strong>en</strong> naar informatie op hetInternetIn dit artikel wordt ingegaan op de mogelijkhed<strong>en</strong>die het Internet biedt als het gaat om het verzamel<strong>en</strong>van informatie.De auteur beschrijft op welke wijze gebruik gemaaktkan word<strong>en</strong> van on line databank<strong>en</strong> <strong>en</strong>Internetpagina's.Het Internet bevat e<strong>en</strong> schat aan informatie die voorons zinvol kan zijn. Met behulp van zoekmachineskan snel informatie word<strong>en</strong> verkreg<strong>en</strong> over bepaaldetherapieën of stoorniss<strong>en</strong>.Logopedie <strong>en</strong> Foniatrie,jaargang 73, januari 2002B.C. de Jager, Autisme <strong>en</strong> filosofie: over waarnem<strong>en</strong><strong>en</strong> betek<strong>en</strong>isverl<strong>en</strong>ing. Over de sam<strong>en</strong>hang tuss<strong>en</strong>theorieën over autisme <strong>en</strong> die van Plato, Aristoteles<strong>en</strong> Locke.Dit artikel wil aanton<strong>en</strong> dat er e<strong>en</strong> grote sam<strong>en</strong>hangbestaat tuss<strong>en</strong> de theorieën over autisme <strong>en</strong> de theorieënvan Plato, Aristoteles <strong>en</strong> Locke.BUITENLANDSE TIJDSCHRIFTENHarry Knoors, lid van de redactieJournal of Deaf Studies and Deaf Education,vol. 7, no. 1, Winter 2002In dit toonaangev<strong>en</strong>de tijdschrift op het gebied vandov<strong>en</strong>pedagogiek staat e<strong>en</strong> vijftal empirische artikel<strong>en</strong>waarvan er drie in het kader van deze rubriekaandacht verdi<strong>en</strong><strong>en</strong>.Het eerste artikel is getiteld 'Predictors of par<strong>en</strong>talstress in mothers of young childr<strong>en</strong> with hearingloss'. Het is geschrev<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> groep auteurs onderleiding van Christine Yoshinaga-Itano. Yoshinaga ise<strong>en</strong> van de toonaangev<strong>en</strong>de wet<strong>en</strong>schappers op hetgebied van de introductie van neonatale gehoorscre<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> de gevolg<strong>en</strong> daarvan. Alle auteurs zijnverbond<strong>en</strong> aan de University of Colorado, Boulder.In het onderzoek hebb<strong>en</strong> ze stressniveaus onderzochtbij 184 hor<strong>en</strong>de moeders van jonge kinder<strong>en</strong> dieofwel doof ofwel slechthor<strong>en</strong>d zijn. De onderzoekershebb<strong>en</strong> met name gekek<strong>en</strong> naar stress die inher<strong>en</strong>t isaan factor<strong>en</strong> in het kind zelf, naar stress die veroorzaaktwordt door factor<strong>en</strong> die typer<strong>en</strong>d zijn voor deouders <strong>en</strong> naar stress gerelateerd aan factor<strong>en</strong> die temak<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> met ouder-kindinteractie. Om stresste met<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> verkorte vorm van de 'Par<strong>en</strong>tal StressIndex' afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Uit het onderzoek blijkt dat deonderzochte ouders minder stress vertoond<strong>en</strong> dane<strong>en</strong> normgroep van ouders van hor<strong>en</strong>de kinder<strong>en</strong>,al bleek het verschil klein. Moeders die dagelijksebeslommering<strong>en</strong> int<strong>en</strong>s beleefd<strong>en</strong> vertoond<strong>en</strong> hogerestresspatron<strong>en</strong>. Andere voorspellers van stress bijmoeders van dove kinder<strong>en</strong> blijk<strong>en</strong> de frequ<strong>en</strong>tie vanoptred<strong>en</strong> van dagelijkse problem<strong>en</strong>, de mate vansociale ondersteuning <strong>en</strong> het gezinsinkom<strong>en</strong> te zijn.Stress die te mak<strong>en</strong> had met e<strong>en</strong> weinig optimaalverlop<strong>en</strong>de ouder-kindinteractie leek met namegerelateerd aan kinder<strong>en</strong> die naast hun gehoorverliesadditionele ontwikkelingsproblem<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong>.K<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> die op ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele wijze de mate vanbeleefde stress door de moeders blek<strong>en</strong> te voorspell<strong>en</strong>war<strong>en</strong> het geslacht van het kind, de etniciteit, de leeftijdvan onderk<strong>en</strong>ning van het gehoorverlies, de wijzevan communicatie, het opleidingsniveau van demoeder <strong>en</strong> de maand<strong>en</strong> die er lag<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de leeftijdvan id<strong>en</strong>tificatie van het gehoorverlies <strong>en</strong> hetmom<strong>en</strong>t van afname van de vrag<strong>en</strong>lijst. In het algeme<strong>en</strong>kwalificer<strong>en</strong> de onderzoekers de resultat<strong>en</strong> alsbemoedig<strong>en</strong>d, al gev<strong>en</strong> ze tev<strong>en</strong>s aan dat zo'n 16%van alle onderzochte moeders stress ervar<strong>en</strong> dieklinisch significant was. Met andere woord<strong>en</strong>,zo hoge stressniveaus dat zorg gerechtvaardigd is.Immers, hoge niveaus van ouderlijke stress word<strong>en</strong>geassocieerd met onveilige hechting <strong>en</strong> met gedragsproblem<strong>en</strong>van kinder<strong>en</strong>. Het is, aldus de auteurs,daarom van belang dat professionals die werk<strong>en</strong> metgezinn<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> doof of slechthor<strong>en</strong>d kind, zichervan bewust zijn hoe zij signal<strong>en</strong> van hoge stressniveausin ouders kunn<strong>en</strong> onderk<strong>en</strong>n<strong>en</strong> <strong>en</strong> hoe zijzelf, dan wel via verwijzing, ouders die deze niveausverton<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> ondersteun<strong>en</strong>.E<strong>en</strong> tweede artikel betreft e<strong>en</strong> bijdrage van AdamSchembri, Greg Leigh, Trevor Johnson <strong>en</strong> collega's(University of Bristol, Australische universiteit<strong>en</strong>),die rapporter<strong>en</strong> over de ontwikkeling van e<strong>en</strong>testbatterij voor de Australische gebar<strong>en</strong>taal.Het artikel heeft als titel 'Issues and developm<strong>en</strong>t ofthe testbattery for Australian Sign Languagemorphology and syntax'. Dit artikel is met name van26 VHZ JAARGANG 43 NUMMER 1 APRIL 2002
BUITENLANDSE TIJDSCHRIFTENbelang nu onlangs binn<strong>en</strong> het UniversitairExpertisec<strong>en</strong>trum Atypische Communicatieontwikkelingvan de Katholieke UniversiteitNijmeg<strong>en</strong> in sam<strong>en</strong>werking met het NederlandsGebar<strong>en</strong>c<strong>en</strong>trum te Bunnik e<strong>en</strong> project van start isgegaan waarin de ontwikkeling van e<strong>en</strong> test voor deNederlandse Gebar<strong>en</strong>taal beoogd wordt. In het artikelvan Schembri e.a. word<strong>en</strong> de beginstadia van de ontwikkelingvan e<strong>en</strong> testinstrum<strong>en</strong>t voor AustralianSign Language beschrev<strong>en</strong>. De auteurs gaan metname in op de wijze waarop e<strong>en</strong> bestaande test voorAmerikaanse gebar<strong>en</strong>taal aangepast is aanAustralische Gebar<strong>en</strong>taal. Tev<strong>en</strong>s word<strong>en</strong> data gepres<strong>en</strong>teerddie verzameld zijn bij e<strong>en</strong> groep dove nativesigners. De data lat<strong>en</strong> de grote mate van variatie zi<strong>en</strong>die optreedt bij ess<strong>en</strong>tiële grammaticale k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>van Australian Sign Language. Deze variatie zorgtvoor aanzi<strong>en</strong>lijke methodologische problem<strong>en</strong> intestontwikkeling.E<strong>en</strong> derde artikel dat van belang is, is geschrev<strong>en</strong>door Jean Lundi van het Metropolitan State College ofD<strong>en</strong>ver. Het artikel is getiteld 'Age and languageskills of deaf childr<strong>en</strong> in relation to theory of minddevelopm<strong>en</strong>t'. De auteur heeft de ontwikkeling vantheory of mind (het kunn<strong>en</strong> begrijp<strong>en</strong> van je eig<strong>en</strong> <strong>en</strong>iemands anders m<strong>en</strong>tale beleving <strong>en</strong> het inzicht in derelatie tuss<strong>en</strong> m<strong>en</strong>tale beleving <strong>en</strong> de reële werkelijkheid)met behulp van vier traditionele zog<strong>en</strong>aamdefalse believe tasks onderzocht. De onderzochte dovekinder<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> all<strong>en</strong> hor<strong>en</strong>de ouders; sommige vandeze ouders maakt<strong>en</strong> in de communicatie gebruikvan gebar<strong>en</strong>, ander<strong>en</strong> niet. Gegev<strong>en</strong>s over hetgebar<strong>en</strong>vocabulaire van de ouders kwam<strong>en</strong> uitrapportages door de ouders zelf. Uit de resultat<strong>en</strong>blijkt dat de leeftijd van het kind sterk gekoppeld isaan de ontwikkeling van theory of mind. Dove kinder<strong>en</strong>blek<strong>en</strong> in staat te zijn de false believe tak<strong>en</strong>succesvol te mak<strong>en</strong> als ze tuss<strong>en</strong> de 7 <strong>en</strong> 8 jaar oudwar<strong>en</strong>. Hor<strong>en</strong>de kinder<strong>en</strong> blijk<strong>en</strong> deze tak<strong>en</strong> al op e<strong>en</strong>leeftijd tuss<strong>en</strong> de 4 <strong>en</strong> de 5 jaar te volbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.Lundi concludeert dat dove kinder<strong>en</strong> van hor<strong>en</strong>deouders gemiddeld drie jaar achterlop<strong>en</strong> bij het bereik<strong>en</strong>van deze cognitieve ontwikkelingsmijlpaal.Opvall<strong>en</strong>d is dat de expressieve taalvaardigheid vande kinder<strong>en</strong> <strong>en</strong> de gebar<strong>en</strong>taalvaardigheid van deouders die gebaard<strong>en</strong> niet significant gerelateerdwar<strong>en</strong> aan de ontwikkeling van theory of mind bijhet kind. Dit resultaat is opvall<strong>en</strong>d, omdat in rec<strong>en</strong>teonderzoek<strong>en</strong> meerdere ker<strong>en</strong> is vastgesteld dat dovekinder<strong>en</strong> van dove ouders in de ontwikkeling vantheory of mind veel minder achterstand verton<strong>en</strong> t<strong>en</strong>opzicht<strong>en</strong> van hor<strong>en</strong>de kinder<strong>en</strong>. Dit resultaat isnogal e<strong>en</strong>s toegeschrev<strong>en</strong> aan het gebruik van gebar<strong>en</strong>taal.Lundi stelt dat veel van de onderzochteouders die gebar<strong>en</strong> gebruikt<strong>en</strong> niet in staat blek<strong>en</strong> incommunicatie met hun kind gebar<strong>en</strong> te hanter<strong>en</strong>voor zog<strong>en</strong>aamde m<strong>en</strong>tale term<strong>en</strong> als gelov<strong>en</strong>,verget<strong>en</strong>, onthoud<strong>en</strong>, begrijp<strong>en</strong> <strong>en</strong> verbaz<strong>en</strong>.Dove kinder<strong>en</strong> van gebar<strong>en</strong>de hor<strong>en</strong>de ouders blek<strong>en</strong>het overig<strong>en</strong>s op de g<strong>en</strong>oemde tak<strong>en</strong> niet slechter tedo<strong>en</strong> dan dove kinder<strong>en</strong> van hor<strong>en</strong>de ouders die voore<strong>en</strong> auditief verbale b<strong>en</strong>adering koz<strong>en</strong>. Echter, Lundivraagt zich wel af of, omdat zo weinig ouders war<strong>en</strong>die in staat blek<strong>en</strong> e<strong>en</strong> variëteit aan gebar<strong>en</strong> voorm<strong>en</strong>tale beleving uit te kunn<strong>en</strong> drukk<strong>en</strong>, de meerderheidvan dove kinder<strong>en</strong> überhaupt gesprekk<strong>en</strong> methun ouders meemak<strong>en</strong> waarin uitleg gegev<strong>en</strong> wordtover de w<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, de veronderstelling<strong>en</strong> <strong>en</strong> de int<strong>en</strong>tiesvan m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> om dove kinder<strong>en</strong> he<strong>en</strong>.American Annals of the Deaf,oktober 2001, vol. 146Shirin Antia <strong>en</strong> Kathryn Kreimeyer, verbond<strong>en</strong> aanrespectievelijk de universiteit van Arizona <strong>en</strong> deArizona State Schools for the Deaf and Blind inTucson, schrijv<strong>en</strong> in dit nummer e<strong>en</strong> interessantartikel over 'The role of interpreters in inclusiveclassrooms'. Beide onderzoekers hebb<strong>en</strong> gekek<strong>en</strong> naarde roll<strong>en</strong> die tolk<strong>en</strong> in reguliere klass<strong>en</strong>, waarin éénof meer dove kinder<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> zijn, kunn<strong>en</strong>vervull<strong>en</strong>. Ze hebb<strong>en</strong> daartoe e<strong>en</strong> kwalitatief 3-jarigonderzoek gedaan, waarin case studies van 3 tolk<strong>en</strong>in inclusieve settings c<strong>en</strong>traal staan. Data zijn verzamelddoor interviews te houd<strong>en</strong> met de tolk<strong>en</strong>,met de klass<strong>en</strong>leerkracht<strong>en</strong>, met de ambulantbegeleiders <strong>en</strong> met directieled<strong>en</strong> van de schol<strong>en</strong>.De interviewdata werd<strong>en</strong> aangevuld door middel vanobservaties <strong>en</strong> veldnotities. De resultat<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> aandat de tolk<strong>en</strong> niet alle<strong>en</strong> uiting<strong>en</strong> in gesprok<strong>en</strong>Engels vertaald<strong>en</strong> in American Sign Language ofomgekeerd, maar dat het werk van de tolk<strong>en</strong> verderging: ze legd<strong>en</strong> aanwijzing<strong>en</strong> van leerkracht<strong>en</strong> uit,faciliteerd<strong>en</strong> interactie tuss<strong>en</strong> hor<strong>en</strong>de <strong>en</strong> dovekinder<strong>en</strong>, gav<strong>en</strong> individueel onderricht aan dovekinder<strong>en</strong> <strong>en</strong> hield<strong>en</strong> hor<strong>en</strong>de leerkracht<strong>en</strong> <strong>en</strong> ambulantbegeleiders op de hoogte van de ontwikkelingvan de dove kinder<strong>en</strong>. Deze zeer brede invulling vanhet werk van de tolk<strong>en</strong> werd erg geapprecieerd doorzowel de tolk<strong>en</strong> zelf als door de klass<strong>en</strong>leerkracht<strong>en</strong>.Terwijl de ambulant begeleiders <strong>en</strong> de directieled<strong>en</strong>liever zag<strong>en</strong> dat de tolk<strong>en</strong> zich tot het vertal<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong>beperk<strong>en</strong>. De klass<strong>en</strong>leerkracht<strong>en</strong> voeld<strong>en</strong> zicherg op hun gemak bij tolk<strong>en</strong> die exact de routines inde klass<strong>en</strong> k<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, terwijl de ambulant begeleiders<strong>en</strong> de directieled<strong>en</strong> de vrees hadd<strong>en</strong> dat de tolk<strong>en</strong>afhankelijkheid bij zowel het dove kind als bij deklass<strong>en</strong>leerkracht zoud<strong>en</strong> stimuler<strong>en</strong>. De auteursbesprek<strong>en</strong> deze onderwerp<strong>en</strong> in relatie tot de ethischecode voor tolk<strong>en</strong> in Amerika <strong>en</strong> in relatie totmogelijkhed<strong>en</strong> om integratie van jonge kinder<strong>en</strong> zogoed mogelijk te ondersteun<strong>en</strong>.VHZ JAARGANG 43 NUMMER 1 APRIL 2002 27