NHA UITGELICHT oktober 2016 / nummer 7
NHA UITGELICHT oktober 2016 / nummer 7
NHA UITGELICHT oktober 2016 / nummer 7
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Oktober <strong>2016</strong> / Nummer 7<br />
<strong>UITGELICHT</strong><br />
06<br />
Ontstellend<br />
mooie tekeningen<br />
Conservator Alexander de Bruin<br />
over de 34 tekeningen van Frans<br />
Post die hij ontdekte in het depot<br />
van het <strong>NHA</strong>.<br />
16<br />
Het reisverslag van Hendrik Krelage<br />
Bloemist Krelage schreef een verslag<br />
van zijn eerste handelsreis naar<br />
Engeland in 1844. We reizen een stukje<br />
met hem mee.
Oktober <strong>2016</strong> / Nummer 7<br />
Colofon<br />
inhoud<br />
Eindredactie:<br />
Christine Tinssen, Ilse Kaldenbach,<br />
m.m.v. Wim de Wagt<br />
Aan dit <strong>nummer</strong> werkten mee:<br />
de beeldmarketeers/Marc Vreuls<br />
Anneke van den Bergh<br />
Helen van der Eem<br />
Paul Maessen<br />
Esther van Velden<br />
Mart van de Wiel<br />
Wim de Wagt<br />
Lieuwe Zoodsma<br />
Vormgeving:<br />
Michael Kolf, bno - PICADIA<br />
Druk:<br />
Lenoirschuring - Amstelveen<br />
Oplage:<br />
750<br />
ISSN:<br />
2352-0671<br />
Voorzijde omslag:<br />
Alpaca, Frans Post, ca. 1637-1644.<br />
5<br />
16<br />
30<br />
Uitgelicht<br />
Een woord vooraf van directeur Lieuwe Zoodsma.<br />
14<br />
Prikbord<br />
Interessant nieuws.<br />
Een reisverslag<br />
met een open<br />
einde<br />
In het omvangrijke archief van de<br />
befaamde bloemisterij E.H. Krelage<br />
& Zoon zitten tussen stukken<br />
over het bedrijf, ook persoonlijke<br />
documenten. Zoals een bijzonder<br />
reisverslag van Jacob Heinrich<br />
Krelage (1824-1901).<br />
Topstuk<br />
Janneke Hopman, een<br />
van de deelnemende<br />
kunstenaars aan de<br />
Kunstlijntentoonstelling<br />
in het <strong>NHA</strong>, koos als<br />
topstuk een foto<br />
uit de collectie van<br />
Fotopersburo De Boer.<br />
6<br />
34<br />
22<br />
Mooi<br />
geweest<br />
Terugblik op<br />
activiteiten.<br />
De wereld in<br />
kaart<br />
Tussen de oude collecties van de<br />
Stadsbibliotheek Haarlem in het<br />
depot zit een mooie verzameling<br />
antieke atlassen. Welk wereldbeeld<br />
hadden onze voorouders?<br />
24<br />
Emotioneel weerzien<br />
in de Ripperda Kazerne<br />
Begin januari 1993 vertrekt Minka met haar<br />
moeder per bus uit Zagreb. Na een lange<br />
reis komen ze aan bij de Ripperda Kazerne in<br />
Haarlem. Fotograaf Ron Pichel van Fotoburo<br />
de Boer maakt op die dag 57 foto’s.<br />
40<br />
De Ruisdael van<br />
Brazilië<br />
Conservator beeldcollecties<br />
Alexander de Bruin deed een<br />
bijzondere ontdekking: 34<br />
tekeningen uit het Noord-Hollands<br />
Archief bleken van de hand van<br />
de schilder Frans Post te zijn. Een<br />
ontdekking met grote gevolgen.<br />
Nieuwe archieven<br />
en collecties<br />
Aandacht voor diverse nieuwe<br />
archieven die de afgelopen maanden<br />
bij het Noord-Hollands Archief zijn<br />
binnengekomen.
Uitgelicht ...<br />
Een emotioneel<br />
weerzien<br />
Het zijn bijzondere tijden voor het Noord-Hollands Archief. De<br />
spectaculaire ontdekking van een 34-tal dierentekeningen van de<br />
beroemde Haarlemse schilder Frans Post in onze collecties door onze<br />
beeldconservator Alexander de Bruin trok nationaal en internationaal de<br />
aandacht. Frans Post maakte deze tekeningen in 1637 tijdens een reis<br />
door Brazilië in het gevolg van de toenmalige gouverneur Johan Maurits<br />
van Nassau. In samenwerking met het Rijksmuseum in Amsterdam en<br />
Naturalis Biodiversity Center in Leiden is een prachtige tentoonstelling<br />
tot stand gekomen die tot januari 2017 is te zien in het Rijksmuseum. In<br />
dit <strong>nummer</strong> een interview met Alexander de Bruin, waarin hij vertelt over<br />
zijn vondst.<br />
Met dit interview konden wij overigens moeiteloos<br />
aansluiten op het thema van de Maand van de Geschiedenis,<br />
dat dit jaar ‘Grenzen’ is. Maar ook de overige artikelen<br />
sluiten mooi bij dit thema aan. Zo treft u een interessant<br />
artikel aan over een bijzonder reisverslag van Jacob Heinrich<br />
Krelage (1824-1901), de zoon van de bekende Haarlemse<br />
bollenkweker Ernst Heinrich Krelage.<br />
Verder bevat dit <strong>nummer</strong> een interview met de Bosnische Minka<br />
Hodzic en haar moeder, die samen met andere vluchtelingen op 8<br />
januari 1993 arriveerden in Haarlem en wier foto, uit de fotocollectie<br />
van Fotopersbureau De Boer, destijds werd gepubliceerd in Haarlems<br />
Dagblad en 23 jaar na dato weer teruggevonden werd. Het leverde een<br />
emotioneel weerzien op.<br />
Het thema<strong>nummer</strong> sluit af met een artikel betreffende de prachtige<br />
verzameling antieke atlassen uit de OBBC (Oude Boekerij en Bijzondere<br />
Collecties) van de Bibliotheek Zuid-Kennemerland (voorheen<br />
Stadsbibliotheek Haarlem), die door het <strong>NHA</strong> worden beheerd.<br />
Ik wens u veel leesplezier bij dit nieuwe <strong>nummer</strong> van Uitgelicht.<br />
Lieuwe Zoodsma,<br />
directeur Noord-Hollands Archief<br />
Grijpstaartstekelvarken, Frans Post,<br />
ca. 1637-1644.<br />
5
# 7 | De Ruisdael van Brazilië<br />
Tekst: Wim de Wagt / beeld: de beeldmarketeers (portret) en Noord-Hollands Archief<br />
De Ruisdael van Brazilië<br />
Zelf wist conservator beeldcollecties Alexander de Bruin meteen dat hij een bijzondere<br />
ontdekking had gedaan. Maar dat de toeschrijving van 34 tekeningen uit het<br />
Noord-Hollands Archief aan de zeventiende-eeuwse schilder Frans Post tot zoveel<br />
nationaal en internationaal enthousiasme zou leiden, had hij nooit verwacht. ‘Echt,<br />
daar sta ik van te kijken.’<br />
Wat een ontstellend<br />
mooie tekeningen<br />
zijn dit!<br />
Rechts Alexander de Bruin,<br />
conservator beeldcollecties.<br />
Inmiddels is het meer dan een<br />
maand geleden dat zijn ontdekking<br />
wereldkundig werd gemaakt en is<br />
in het Rijksmuseum een tentoonstelling<br />
over Post van start gegaan.<br />
Voor veel bezoekers zal dit een<br />
eerste kennismaking zijn met het<br />
werk van deze unieke Haarlemse<br />
schilder van Braziliaanse landschappen.<br />
Voor De Bruin vormt het<br />
de climax van enkele jaren spannend<br />
onderzoek, dat uitmondde in<br />
een artikel in het tijdschrift Master<br />
Drawings, een serie lezingen en<br />
een symposium op 22 november.<br />
West-Indische Compagnie<br />
Het moment van zijn sensationele<br />
vondst, in 2012, kan hij nog zo<br />
terughalen. Eigenlijk betrof het<br />
een routineonderzoek. ‘Ik wilde<br />
grip krijgen op de tekeningencollectie,’<br />
herinnert hij zich, ‘omdat<br />
er aanwijzingen waren dat er<br />
iets niet klopte met de datering<br />
en toeschrijving van sommige<br />
tekeningen. Om daar een antwoord<br />
op te krijgen kun je maar één ding<br />
doen: linksboven bij de eerste<br />
doos beginnen en stoppen bij de<br />
laatste lade. En toen kwam ik deze<br />
tekeningen tegen.’<br />
In een map met 160 tekeningen<br />
die tot dan toe allemaal werden<br />
toegeschreven aan Pieter Holsteijn<br />
de Oudere en de Jongere, viel zijn<br />
oog op een serie gouaches en grafiettekeningen<br />
van exotische dieren.<br />
‘Mijn eerste reactie was, wat<br />
een ontstellend mooie tekeningen<br />
zijn dit!’ Niet één exemplaar was<br />
gesigneerd, maar ze bevatten wel<br />
korte beschrijvingen en opschriften.<br />
In de tekstjes kwam hij verwijzingen<br />
naar Brazilië tegen. Wat kon<br />
dat betekenen? De Republiek had<br />
6 7
# 7 | De Ruisdael van Brazilië<br />
Gezicht op Olinda, Brazilië, Frans Post,<br />
1662. Rijksmuseum, Amsterdam.<br />
tussen 1637 en 1654 een kolonie<br />
in Brazilië, die bestuurd werd<br />
door de West-Indische Compagnie<br />
(WIC). Het gebied was economisch<br />
aantrekkelijk vanwege de verbouw<br />
van suikerriet. De graaf en vorst<br />
Johan Maurits van Nassau trad er<br />
namens de WIC op als gouverneurgeneraal.<br />
Toen die in Brazilië aan<br />
land ging nam hij een heel gezelschap<br />
mee, waaronder wetenschappers<br />
en kunstenaars, die de<br />
taak hadden de nieuwe kolonie in<br />
kaart te brengen en te documenteren.<br />
Frans Post (1612-1680)<br />
was een van hen, en het resultaat<br />
van zijn verblijf (1637-1644) was<br />
een hoeveelheid schilderijen van<br />
Braziliaanse landschappen. Een<br />
serie van twaalf landschappen bevindt<br />
zich nu in het Louvre, andere<br />
werken bevinden zich onder meer<br />
in het Rijksmuseum en het Frans<br />
Halsmuseum. Om deze doeken<br />
thuis in zijn atelier te kunnen<br />
schilderen moest de Haarlemmer<br />
ter plekke natuurstudies hebben<br />
getekend, maar die waren niet<br />
bekend.<br />
De Bruin: ‘Eén keer in de zoveel tijd<br />
ga ik naar het Rijksmuseum om<br />
te kijken of er iets nieuws hangt.<br />
Ik kom daar en zie dat prachtige<br />
schilderij van Post met al die beesten<br />
op de voorgrond. En ik herkende<br />
ze allemaal, een voor een! Mijn<br />
telefoon erbij gepakt, ingelogd op<br />
het systeem van het <strong>NHA</strong> en ja<br />
hoor. De dieren op het schilderij<br />
waren zó exact hetzelfde.’<br />
Onvoorstelbaar<br />
De beeldconservator was er direct<br />
van overtuigd dat de tekeningen<br />
in het <strong>NHA</strong> de ontbrekende studies<br />
van Post waren. Maar, iets zeker<br />
denken te weten is één ding, het<br />
wetenschappelijk aantonen is<br />
een tweede. De Bruin, van huis<br />
uit kunsthistoricus, ging aan de<br />
slag. Hij sloeg de literatuur erop<br />
na, overlegde met vakgenoten<br />
(die natuurlijk moesten beloven te<br />
zwijgen), bestudeerde minutieus<br />
de tekeningen en schilderijen van<br />
Post en vergeleek die met het werk<br />
van andere kunstenaars, dat wordt<br />
bewaard in collecties in onder<br />
andere Dresden en Krakau.<br />
Een belangrijke rol speelde<br />
Jane Turner, hoofdredacteur van<br />
Master Drawings en hoofd van<br />
Er kwamen<br />
bruiklenen los,<br />
onder andere<br />
van het Louvre<br />
het Rijksprentenkabinet van het<br />
Rijksmuseum. Toen De Bruin haar<br />
een mail stuurde, kreeg hij per<br />
kerende post een enthousiaste<br />
mail terug. ‘Onvoorstelbaar wat je<br />
hier beschrijft en ik wil heel gauw<br />
komen kijken,’ schreef ze. De Bruin:<br />
‘Ik werd er een beetje verlegen van.<br />
Ze zegt dat dit de belangrijkste<br />
presentatie is die ze de afgelopen<br />
vijftien jaar heeft kunnen publiceren.’<br />
Sleutelstuk<br />
Het is ook mede aan Turner te<br />
danken dat er in het Rijksmuseum<br />
een tentoonstelling is gekomen.<br />
Dit museum liep al lang met het<br />
plan rond om een soort Brasilianatentoonstelling<br />
te maken, maar die<br />
kwam maar niet van de grond. De<br />
toeschrijving van de Post-tekeningen<br />
bracht dit in een stroomversnelling.<br />
De Bruin: ‘Juist door die<br />
tekeningen kwamen er bruiklenen<br />
Gezicht op de Rio São Francisco, Brazilië,<br />
Frans Post, 1639. Musée du Louvre, Parijs.<br />
los, onder andere van het Louvre.’<br />
Een van de Parijse schilderijen<br />
vormde het sleutelstuk in zijn<br />
onderzoek, namelijk een rivierlandschap<br />
met daarop prominent een<br />
zogeheten capibara, een reusachtig<br />
knaagdier.’ Dat beest is exact<br />
zoals op de tekening in ons archief,<br />
zelfs tot in de kleinste details, de<br />
haartjes in de nek, de licht-donker<br />
partijen van de vacht, enzovoort.’<br />
Naturalis in Leiden, waar De Bruin<br />
te rade ging voor de identificatie<br />
van de dieren, vormde de andere<br />
partner in het samenwerkingsverband<br />
dat de tentoonstelling<br />
verwezenlijkte.<br />
8<br />
9
# 7 | De Ruisdael van Brazilië<br />
Slingeraap, Frans Post, ca. 1637-1644.<br />
Dierentuin<br />
Toch, geeft hij toe, waren er vaak<br />
genoeg momenten van twijfel. Een<br />
belangrijk punt bijvoorbeeld was<br />
het verband tussen het werk van<br />
Post en dat van Albert Eckhout,<br />
een andere kunstenaar die in<br />
Nederlands-Brazilië verbleef.<br />
Waren de door De Bruin opgedolven<br />
tekeningen niet gewoon van<br />
Eckhout, een erkend visueel chroniqueur<br />
van natuurleven? De Bruin:<br />
‘De beeldvorming rond Brasiliana is<br />
het resultaat van het materiaal dat<br />
is overgeleverd aan ons, en dan zie<br />
je inderdaad dat van Post hoofdzakelijk<br />
landschappen bekend zijn en<br />
van Eckhout de Braziliaanse natuur<br />
en bevolking. Maar het een sluit<br />
Op eenzame<br />
hoogte vanwege<br />
zijn exotische<br />
schilderijen<br />
het ander niet uit! Aan Eckhouts<br />
tekeningen kun je zien dat hij een<br />
echt stilleven-schilder was.’<br />
Post heeft zijn eigen kwaliteit, zegt<br />
de conservator, en het is echt niet<br />
zo dat hij tekeningen van Eckhout<br />
kopieerde. ‘Waarom zou hij ook?<br />
Johan Maurits bezat een groot paleis<br />
in de kolonie, Vrijburg, met een<br />
eigen dierentuin. In de atelierpraktijk<br />
was het weliswaar gebruikelijk<br />
om te kopiëren naar andermans<br />
werk, maar hier bestond een<br />
andere situatie. Post had de<br />
dieren in het echt voorhanden. Dat<br />
bewijst zijn potloodtekening van<br />
de capibara. Er is een detail dat<br />
niet op het schilderij in het Louvre<br />
en evenmin op de gouache naar<br />
dezelfde tekening te zien is: een<br />
touw om zijn nek! Dat betekent<br />
dat Post het beest in gevangenschap<br />
tekende.’<br />
Onbeantwoord<br />
Met de toeschrijving en presentatie<br />
van de tekeningen zit het onderzoek<br />
er zeker nog niet op, volgens<br />
De Bruin. Er blijven genoeg vragen<br />
onbeantwoord. ‘De gouaches<br />
bijvoorbeeld hebben allemaal een<br />
<strong>nummer</strong> in zeventiende-eeuws<br />
handschrift. Alleen <strong>nummer</strong> 1 ontbreekt.<br />
De serie loopt tot 25. Wat<br />
zegt dat? Óf deze serie is gemaakt<br />
als een soort menukaart voor klanten<br />
die een tekening wilden hebben:<br />
doe mij maar een <strong>nummer</strong>tje<br />
12 of 13. Óf de serie was bedoeld<br />
voor een wetenschappelijke uitgave<br />
die niet is doorgegaan.’<br />
St. Lucasgilde<br />
Ook de vraag naar de herkomst<br />
van de tekeningen is nog open.<br />
Zesbandgordeldier, Frans Post,<br />
ca. 1637-1644.<br />
Want wat is er met de tekeningen<br />
gebeurd na Post z’n dood? De<br />
Bruin: ‘In oude veilingcatalogi en<br />
notariële akten is misschien wel<br />
nieuwe informatie over Post te vinden.<br />
Er is helaas heel weinig over<br />
zijn leven bekend, en dat is raar.<br />
Hij had een aantal hoge posities<br />
bij het Haarlemse St. Lucasgilde,<br />
waar hij thesaurier was. Hij ging<br />
dus over de centen en zat in het<br />
bestuur van dit schildersgilde. Hij<br />
10<br />
11
# 7 | De Ruisdael van Brazilië<br />
Capibara, Frans Post, ca. 1637-1644.<br />
moet een belangrijke meneer zijn<br />
geweest. Als Haarlemse landschapschilder<br />
staat hij op eenzame<br />
hoogte vanwege zijn exotische<br />
schilderijen, die een enorme<br />
zeggingskracht hebben door de<br />
weergave van het landschap. De<br />
Ruisdael van Brazilië. Maar waarom<br />
koos Johan Maurits juist hem uit?<br />
We kennen geen werk van hem<br />
uit de periode vóór zijn reis naar<br />
Brazilië. Misschien is dit verloren<br />
gegaan. Hij was de broer van de<br />
architect Pieter Post, en die was op<br />
dat moment assistent van Jacob<br />
van Campen bij de bouw van het<br />
Mauritshuis. Het moet gek zijn als<br />
En van wie zijn<br />
de opschriften<br />
op de gouaches?<br />
dát niet een connectie is met de<br />
gouverneur-generaal.’<br />
De Bruin vervolgt: ‘En van wie zijn<br />
de opschriften op de gouaches?<br />
Ik ben er heilig van overtuigd<br />
dat Post zelf de auteur is van de<br />
beverige teksten op de grafiettekeningen.<br />
Maar de gouaches zijn als<br />
een soort presentatietekeningen<br />
gemaakt. De opschriften zijn zo<br />
mooi geschreven, zo regelmatig en<br />
strak. Wie zou dat gedaan kunnen<br />
hebben? Broer Pieter soms?’<br />
Alles bij elkaar kijkt Alexander de<br />
Bruin terug op een uiterst plezierige<br />
samenwerking met het<br />
Rijksmuseum en Naturalis. ‘Het<br />
Rijksmuseum heeft er werkelijk<br />
alles aan gedaan om het voor<br />
ons zo aantrekkelijk mogelijk<br />
te maken. De gouaches waren<br />
verkleefd aan de bladen waarin<br />
ze waren opgeborgen. Die bladen<br />
zijn allemaal verwijderd en de<br />
tekeningen zijn gerestaureerd. Je<br />
weet niet wat je ziet, ze zijn zoveel<br />
mooier geworden! Ze hebben<br />
kosten noch moeite gespaard om<br />
het een toppresentatie te laten<br />
zijn. Naturalis was onmisbaar bij<br />
het identificeren van de dieren en<br />
het vaststellen van de Latijnse en<br />
wetenschappelijke namen. Na een<br />
bezoek aan hun depot bedacht ik<br />
op de terugweg in de trein: wat<br />
zou het ongelooflijk leuk zijn om<br />
die dieren op de tekeningen er als<br />
opgezette dieren bij te hebben! In<br />
een bespreking heb ik dit ingebracht<br />
en het sloeg in als een bom.<br />
Op de tentoonstelling zijn onder<br />
andere een miereneter, capibara en<br />
leguaan te zien.’<br />
Jaguar, Frans Post, ca. 1637-1644.<br />
Frans Post.<br />
Dieren in Brazilië.<br />
Van 7 okt t/m 8 jan 2017 in<br />
het Rijksmuseum, Amsterdam.<br />
Symposium op 22 november<br />
<strong>2016</strong> van 12:30-18:00 uur, met<br />
o.a. een lezing van Alexander de<br />
Bruin.<br />
12<br />
13
Prikbord<br />
Agenda<br />
•1 nov: Voorouderspreekuur<br />
• 4 t/m 11 nov: Tentoonstelling<br />
‘It Hits the Fan’<br />
• 19 nov: Voorouderspreekuur<br />
• 20 nov: Bierwandeling met<br />
proeverij<br />
• 21 nov: Historisch Café<br />
National Geographic<br />
(@NatGeoNL)<br />
Ontdekt: Braziliaanse<br />
fauna getekend door<br />
Frans Post @<strong>NHA</strong>rchief<br />
@rijksmuseum #Frans-<br />
Post<br />
8 september <strong>2016</strong><br />
Oproep: Hi8-camera<br />
Heeft u wellicht nog een goedwerkende<br />
Hi8-camera in uw bezit die<br />
u niet meer gebruikt? Hi8 is een<br />
analoog amateurvideosysteem dat<br />
tussen 1989 en 1999 werd geproduceerd.<br />
Wij kunnen hem goed gebruiken<br />
voor het digitaliseren van<br />
Hi8- en video8-bandjes. Wilt u ons<br />
er een schenken, laat het ons weten<br />
via info@noord-hollandsarchief.nl.<br />
Noord-Hollands Archief (@NatGeoNL) Kijk nou! Ons<br />
aapje van Frans Post op de gevel van het @rijksmuseum!<br />
#FransPost<br />
3 <strong>oktober</strong> <strong>2016</strong> 15:40 uur<br />
Nieuw project via VeleHanden: logboeken<br />
van Fotopersburo de Boer<br />
Ook zo nieuwsgierig naar wat de persfotografen van Fotopersburo<br />
De Boer hebben vastgelegd vanaf 1990? Met ons nieuwe<br />
project ‘via VeleHanden’ kunt u meehelpen met het invoeren<br />
van de gegevens uit de logboeken die Fotopersburo De Boer<br />
bijhield. Het doel van dit project is om de collectie van Fotopersburo<br />
de Boer voor iedereen doorzoekbaar te maken. Meedoen<br />
met dit project doe je niet voor niets! Alle invoerders krijgen<br />
aan het einde van het project een downloadlink van alle<br />
digitale foto’s die te zien waren op de tentoonstelling<br />
‘2.000.000 x Fotoburo de Boer. Een halve eeuw persfotografie’.<br />
De 20 topinvoerders worden daarnaast extra beloond. Ga naar<br />
onze projectpagina op www.velehanden.nl en help mee!<br />
Foto’s opgedoken van Martin<br />
Luther King op Schiphol<br />
Dankzij de invoer van twee deelnemers op VeleHanden<br />
zijn er bijzondere foto’s opgedoken<br />
van Martin Luther King op Schiphol. Het gaat om<br />
zes foto’s van zijn aankomst en de aansluitende<br />
persconferentie op Schiphol op 15 augustus 1964.<br />
Bekijk de foto’s via onze Beeldbank en lees meer<br />
over het bezoek van Martin Luther King via het<br />
nieuwsoverzicht op onze website.<br />
Charlotte Hartong (@museumdier)<br />
Leuke ontdekking in @<strong>NHA</strong>rchief<br />
#Haarlem. Dat bewijst maar weer<br />
de waarde van archieven<br />
8 september <strong>2016</strong> 18:09 uur<br />
Tenstoonstelling<br />
‘It Hits the Fan’<br />
Van historisch materiaal tot hedendaags<br />
kunstwerk! In het kader van de Kunstlijn <strong>2016</strong><br />
is van 4 t/m 11 november de tentoonstelling<br />
‘It Hits the Fan’ te zien in de Janskerk, het<br />
publiekscentrum van het Noord-Hollands<br />
Archief. De vijf kunstenaars Janneke Hopman,<br />
Conny Kuilboer, Louis Reith, Benjamin<br />
Verhoeven en Marianne Hotske Hamersma<br />
tonen nieuw en bestaand werk gebaseerd<br />
op historische afbeeldingen en documenten,<br />
onder andere afkomstig uit de collectie van het<br />
Noord-Hollands Archief. De uitdrukking ‘It hits<br />
the fan’ verwijst naar het effect van ‘iets’ ergens<br />
ingooien met een verwarrend, versnipperd en<br />
spannend effect tot gevolg.<br />
14<br />
15
# 7 | Een reisverslag met een open einde<br />
Tekst: Esther van Velden / beeld: Noord-Hollands Archief<br />
Een reisverslag met<br />
een open einde<br />
Het archief van de befaamde bloemisterij E.H. Krelage & Zoon is een mooi voorbeeld van<br />
een écht Noord-Hollands bedrijfsarchief. In dit omvangrijke archief zijn niet alleen stukken<br />
over het bedrijf, maar ook persoonlijke documenten te vinden. Zoals een bijzonder reisverslag<br />
van Jacob Heinrich Krelage (1824-1901).<br />
Boven Reissouvenir van de Thames Tunnel<br />
in Londen, geopend op 25 maart 1843.<br />
Onder Advertentie voor de boot van Rotterdam<br />
naar Londen, Nieuwe Rotterdamsche<br />
Courant, 18 mei 1844.<br />
‘Zoo voorbereid, uitgerust<br />
en met alle nodige<br />
papieren en vermaningen<br />
voorzien, pakte ik vrijdag<br />
morgen den 17 Mei mijnen<br />
koffer, reiszak en hoedendoos,<br />
en gebruikte een<br />
vroegtijdig middagmaal,<br />
om met den spoortrein<br />
van twee uren te kunnen<br />
vertrekken.’<br />
Jacob Heinrich Krelage - in brieven<br />
aangeschreven als Hendrik -<br />
maakt in mei 1844 zijn eerste<br />
handelsreis naar Engeland. Hij<br />
is 19 jaar eerder, op 1 november<br />
1824, geboren in Frankfurt am<br />
Main als zoon van de Duitse immigrant<br />
Ernst Heinrich Krelage en<br />
Suzanne Friederike Louise Fresenius.<br />
Gezien zijn achtergrond is de<br />
reis van Hendrik naar Engeland<br />
niet direct bijzonder. In die tijd reizen<br />
jaarlijks tientallen Hollandse<br />
bloemisten en kwekers af naar<br />
Londen en omstreken om zaken te<br />
doen. Zo ook Hendrik. Zijn vader<br />
stuurt hem op pad om bestaande<br />
en nieuwe zakenrelaties te ontmoeten<br />
maar ook om ‘de mooiste<br />
etablissementen te bezoeken die<br />
in het plantenvak bestaan’.<br />
Modieuze zomerkleding<br />
Hoewel het idee voor de reis al<br />
langer bestaat, wordt het definitieve<br />
plan een week voor de afreis<br />
vastgesteld. Er moet op het laatste<br />
moment dus nog veel in orde<br />
worden gemaakt. Zo heeft Hendrik<br />
modieuze zomerkleding nodig.<br />
Een lastige opgave, omdat het nog<br />
zo vroeg in het jaar is. Hij kiest<br />
bewust voor de fraaiste maar eenvoudigste<br />
stofstalen, om in Londen<br />
niet te veel op te vallen. Zijn kleding<br />
wordt de avond voor vertrek<br />
afgeleverd, net als de Engelstalige<br />
prijscouranten die hij bij drukkerij<br />
Joh. Enschedé heeft besteld.<br />
En dan is er nog de noodzakelijke<br />
reispas. Hij beschrijft hoe hij op<br />
vertoon van een certificaat van de<br />
stedelijke regering, op het provinciaal<br />
gouvernement een pas<br />
krijgt waarmee hij een jaar lang<br />
naar Engeland, België, Frankrijk en<br />
Duitsland mag reizen. De kosten<br />
voor dit ‘paspoort’ bedragen<br />
samen met het certificaat bijna 8<br />
gulden. Verder neemt hij enkele<br />
zogenoemde recommandatiebrieven<br />
(met aanbevelingen) mee en<br />
een open krediet van 100 Engelse<br />
sterling.<br />
Met de omnibus<br />
Op vrijdagochtend 17 mei 1844<br />
is het zover! Hendrik vertrekt<br />
vanaf huis met de omnibus<br />
(wagen getrokken door paarden)<br />
Het station van Haarlem rond 1844.<br />
naar het stationsgebouw van de<br />
Hollandsche IJzeren Spoorweg-<br />
Maatschappij in Haarlem. Na het<br />
trompetsein van de conducteur<br />
vertrekt de trein naar Den Haag.<br />
De spoorlijn tussen Haarlem en<br />
Den Haag is op dat moment pas<br />
ruim een jaar in gebruik. Onderweg<br />
komt Hendrik bij Vogelenzang<br />
langs de traliebrug over de Leidsevaart<br />
en na ruim een uur bereikt<br />
hij Leiden. Op het station ontmoet<br />
hij een oud-studiegenoot die hij<br />
de avond ervoor per nachtdiligence<br />
16 17
# 7 | Een reisverslag met een open einde<br />
Voorzijde van het geschreven reisverslag<br />
van Hendrik Krelage.<br />
heeft laten weten dat hij met de<br />
trein langs Leiden reist. Ook ontmoet<br />
Hendrik hier de Haarlemse<br />
bloemist Krusemann, met wie hij<br />
verder reist naar ‘s Gravenhage.<br />
Kruseman heeft hier nog zaken<br />
te doen, zodat Hendrik alleen de<br />
reis per omnibus naar Rotterdam<br />
voortzet. Hoewel, alleen...<br />
‘Mijn gezelschap kon geenszins<br />
aangenaam genoemd worden, want<br />
het bestond behalve uit een oud<br />
vrouwtje dat te laat kwam, en hard<br />
had moeten loopen om de wagen<br />
nog in te halen, dus al zwetende en<br />
hijgende plaats nam, ook bij onze<br />
aankomst te Rotterdam nog niet<br />
geheel van hare inspanning scheen<br />
bekomen te zijn – uit twee dames,<br />
die met een ontelbaar aantal<br />
van koffers, dozen, zakken, enz.<br />
voorzien waren en waaruit ik op<br />
het eerste gezicht niet wist wat te<br />
maken. De een was eene verbloeijde<br />
schoone, van dertig jaren, die<br />
niet de minste aanvalligheid had,<br />
en wier vrijpostige blik spoedig<br />
opgemerkt was, de ander die haar<br />
moeder of iets dergelijksch te zijn<br />
scheen, boeide nog minder mijne<br />
aandacht daar bij haar slechts een<br />
vrij sterke enbonpoint (gezetheid,<br />
red.) de genoegens van haar gezelschap<br />
geenszins vergrootte.’<br />
Uit de verdere omschrijving blijkt<br />
dat de twee dames rondtrekkende<br />
kermismuzikanten zijn.<br />
Cotelet met aardappelen<br />
Eenmaal gearriveerd in Rotterdam,<br />
wijst een kruier Hendrik de weg<br />
naar het kantoor van de (reis)<br />
agenten Smith en Van Es. Bij dit<br />
kantoor koopt hij voor ‘£2.2.0’<br />
(omgerekend nu ca. €2,55) een<br />
ticket voor een ‘main cabbin’ op de<br />
boot, inclusief kooi. Op advies van<br />
de heer Van Es besluit Hendrik te<br />
overnachten in het vooraanstaande<br />
New Bath Hotel, aan De Boompjes.<br />
Omdat hij trek heeft gekregen van<br />
al dat sporen en de drukte erna,<br />
besluit Hendrik een maaltijd te<br />
gebruiken. Hij bestelt een ‘cotelet<br />
met aardappelen’ en een halve<br />
fles wijn en schrijft daarover: ‘Het<br />
eten, hoewel van geringe qualiteit,<br />
smaakte mij vrij goed, doch den<br />
bordeaux vond ik gelijk aan den<br />
Franschen gewonen wijn in bijna<br />
alle Hollandsche logementen,<br />
zuur en slecht.’ Na het eten gaat<br />
Hendrik naar de buitenplaats van<br />
de heer Van Es. Doorweekt van<br />
Eene verbloeijde<br />
schoone, van<br />
dertig jaren, die<br />
niet de minste<br />
aanvalligheid had<br />
zijn wandeltocht door de regen<br />
komt hij bij het paviljoenachtige<br />
huis, in het oog springend door de<br />
levendige lichte kleur groen. Hij<br />
ontmoet Van Es in de tuinkamer en<br />
wandelt later nog met hem door<br />
de ‘plaisirtuin en de menagerie<br />
van pluimgedierte’. Ook bekijken<br />
ze nog enkele rozen en fuchsia’s<br />
die hij van de familie Krelage heeft<br />
gekregen.<br />
Onwelkomme reisgenoot<br />
’s Avonds gaan de heren naar<br />
een aantal sociëteiten in de stad.<br />
Eenmaal terug in het hotel laat<br />
Portret van Hendrik Krelage, 1895.<br />
Hendrik nog wat koud vlees met<br />
brood en wijn brengen op zijn kamer.<br />
Als gevolg van al het gehaast<br />
en de slechte kost en wijn, kan hij<br />
de slaap echter niet vatten. Pas<br />
nadat hij ‘duchtig gevomeerd’ heeft<br />
(flink overgegeven), voelt hij zich<br />
wat beter. De volgende morgen<br />
tegen negen uur komen de andere<br />
Haarlemse bloemisten een voor<br />
een binnen op het bureau van<br />
Smith en Van Es: de heren Bijvoet<br />
18<br />
19
# 7 | Een reisverslag met een open einde<br />
Waarschijnlijk had de jonge Hendrik Krelage<br />
zelf nog geen visitekaartjes en kreeg hij<br />
zodoende dit kaartje mee van zijn vader<br />
E.H. Krelage.<br />
en De Boom, de heren F. van Velsen<br />
jr. met zijn zoon, de heer H.D. Krusemann<br />
en de heer Jan Mooij. ‘Met<br />
de laatste was ieder eenigzins in<br />
verlegenheid, daar hij voorzeker de<br />
meest onwelkomme reisgenoot was<br />
dien we hebben konden.’ Dit vanwege<br />
frauduleuze wanpraktijken.<br />
Na de eerste begroeting ontwikkelt<br />
zich echter een aangenaam<br />
collegiaal gesprek, dat de heren<br />
afsluiten met een vaderlands bittertje<br />
als afscheid aan Nederland.<br />
De vrees voor zeeziekte ten spijt.<br />
Flinke lading zalm<br />
Op zaterdag 18 mei om elf uur is<br />
het dan toch echt de hoogste tijd<br />
voor de afvaart. De pakgoederen<br />
zijn grotendeels ingeladen en ook<br />
de passagiersbagage is inmiddels<br />
vanuit het magazijn naar de<br />
boot gebracht. Er volgt nog een<br />
flinke lading zalm, verpakt in platte<br />
vierkante manden. Hendrik hoort<br />
dat geen boot Rotterdam verlaat<br />
zonder een dergelijke lading aan<br />
boord te hebben. Zalm is tenslotte<br />
het lievelingsgerecht van<br />
de Engelsen. Ook komen er zes<br />
tot acht vette ossen aan boord,<br />
vastgemaakt op het midden van<br />
de boot. Als de scheepsbel klinkt,<br />
haast iedereen zich om afscheid te<br />
nemen van vrienden en bekenden<br />
en aan boord te gaan. Wat volgt is<br />
een uitvoerige beschrijving van de<br />
boot.<br />
De ‘main cabbin’ is vrij groot en<br />
sierlijk gemeubileerd. Langs de<br />
wanden staan diverse canapés<br />
Zes tot acht<br />
vette ossen,<br />
vastgemaakt<br />
op het midden<br />
van de boot<br />
en er zijn twee rijen tafels met<br />
daartussen een ruime gang. De<br />
kooien zijn verdeeld in kleine<br />
compartimenten zonder deur. In<br />
elke kooi staan zes bedden en in<br />
de gang is er een gelegenheid voor<br />
aankleden, wassen enzovoort. Ook<br />
is er een aparte ‘ladies cabbin’.<br />
Hendrik laat niet onvermeld dat<br />
er in elke kooi een groen gordijn<br />
hangt, zodat zij die last hebben<br />
van zeeziekte uit het zicht van hun<br />
medepassagiers blijven.<br />
Aalbezien, okker en hazelnoten<br />
Het grootste gedeelte van de ‘togtgenooten’<br />
is van Engelse afkomst,<br />
maar er is ook een aantal Fransen,<br />
Belgen en Duitsers. Verder zijn<br />
er enkele Hollanders, waaronder<br />
de zeven collega-bloemisten. Het<br />
water is laag en tegen de middag<br />
is het getij zodanig dat ze drie uur<br />
stil liggen. Het diner is volgens<br />
Hendrik ‘quite English’: ‘Het vlees<br />
was meestentijds niet gaar, en<br />
geheel ongezouten, de groenten<br />
ook zonder zout en in water<br />
gekookt. De spijzen ons voorgezet<br />
bestonden hoofdzakelijk in roastbeef,<br />
mutton boiled sammon, met<br />
aardappelen (potatoes) van een<br />
bijzonder aanmerkelijke grootte.<br />
Verder cabbage, carrots, peas,<br />
rhubarb, apple and gooseberry-pie.<br />
Het dessert was zaamgesteld uit<br />
appelen, china’s appelen (oranges),<br />
aalbezien, okker en hazelnoten.’<br />
Het vlees smaakt Hendrik door de<br />
onbekende bereidingswijze niet<br />
al te best, maar de pies (taarten)<br />
smaken hem des te beter.<br />
Het vlees was<br />
meestentijds niet<br />
gaar, en geheel<br />
ongezouten<br />
Een waar feest<br />
Wat Hendrik van Londen vond, zullen<br />
we nooit weten. Het reisverslag<br />
van Hendrik eindigt voordat hij de<br />
plaats van bestemming bereikt.<br />
Een kleine teleurstelling is op zijn<br />
plaats, want zijn reisverslag is een<br />
waar feest om te lezen. Al ruim<br />
170 jaar geleden geschreven, toch<br />
is het net alsof de lezer meereist in<br />
de ‘equipage’ van Hendrik Krelage.<br />
Helaas rest er niets anders dan de<br />
laatste woorden van zijn reisverslag<br />
te citeren: ‘Toen stoomden<br />
we de zee in, en merkten weldra<br />
aan de toenemende beweging der<br />
boot dat we ons in het ruime sop<br />
bevonden.’<br />
Binnenzijde van het geschreven reisverslag<br />
van Hendrik Krelage. Op deze pagina’s<br />
beschrijft hij de ontmoeting met de kermismuzikanten<br />
in de omnibus.<br />
Bron:<br />
Archief van de familie Krelage en de<br />
firma E.H. Krelage & Zoon te Haarlem,<br />
1785-1956. Noord-Hollands Archief,<br />
toegangs<strong>nummer</strong> 1798, inventaris<strong>nummer</strong><br />
55.<br />
20<br />
21
MOOI<br />
GEWEEST<br />
# 7 | Mooi geweest<br />
Marisa Beretta (@MarisaBeretta)<br />
Bijzonder een #wereldkeukendeluxe in het<br />
decor van mijn eigen expositie :-) #Allesgoed?<br />
@<strong>NHA</strong>rchief<br />
30 september <strong>2016</strong> 11:58 uur<br />
Fotopersburo De Boer<br />
Een sportevenement, koninklijk bezoek, protest,<br />
missverkiezing of popconcert? De persfotografen<br />
van Fotopersburo De Boer stonden altijd vooraan<br />
om het nieuws te verslaan. Tussen 1945 en 2004<br />
produceerden ze talloze foto’s van regionaal en<br />
nationaal belang, afgedrukt in vele kranten en<br />
tijdschriften. Het resultaat is een collectie van maar<br />
liefst 2.000.000 negatieven, inmiddels opgeslagen<br />
in de depots van het Noord-Hollands Archief.<br />
Afgelopen zomer was het de hoogste tijd om deze<br />
unieke collectie te delen met het grote publiek: de<br />
overzichtstentoonstelling ‘2.000.000 x Fotoburo De<br />
Boer. Een halve eeuw persfotografie’ was van 10 juli<br />
t/m 17 september te zien in de Janskerk.<br />
Open Monumentendagen<br />
Tijdens de Open Monumentendagen op zaterdag<br />
10 en zondag 11 september brachten zo’n 2.200<br />
bezoekers een bezoekje aan de monumentale<br />
Janskerk. Bezoekers konden deelnemen aan<br />
een rondleiding, genieten van de koren van<br />
het Korenlint en een bezoekje brengen aan de<br />
tentoonstelling ‘2.000.000 x Fotoburo de Boer. Een<br />
halve eeuw persfotografie’. ...<br />
Diner op hoog niveau<br />
Op donderdag 29 september organiseerde<br />
Wereldkeuken Haarlem in het Noord-Hollands Archief<br />
een viergangendiner op hoog niveau onder leiding<br />
van topkok Naresh, finalist van Masterchef Holland<br />
2015. Het diner was een speciale activiteit in het<br />
kader van de expositie ‘Alles Goed? Een blik in de<br />
Wereldkeuken Haarlem, gezien door de ogen van<br />
fotograaf Marisa Beretta’, die van 27 september t/m<br />
27 <strong>oktober</strong> te zien is in de Janskerk.<br />
In de Wereldkeuken Haarlem koken Nieuwe<br />
Haarlemmers de favoriete gerechten uit hun<br />
moederland, als een ode aan waar zij vandaan<br />
komen. De opbrengst van het diner wordt ingezet om<br />
het creëren van een broedplaats van creativiteit te<br />
verwezenlijken.<br />
Historisch Café op het<br />
Geschiedenis Festival<br />
Tijdens het Geschiedenis Festival op zaterdag<br />
8 <strong>oktober</strong> in de Philharmonie in Haarlem heeft<br />
het Noord-Hollands Archief een Historisch<br />
Café verzorgd. Het was een herhaling van het<br />
Historisch Café van maandag 26 september, met<br />
als dubbelzinnig thema ‘Haarlem hartje Europa’.<br />
Wim de Wagt, auteur van het boek Wij Europeanen,<br />
ging in op de rol van Haarlem bij het nastreven<br />
van een verenigd Europa tijdens het interbellum.<br />
Theatermaker Rieks Swarte sprak over zijn<br />
grootvader Jos de Klerk, die als Vlaamse vluchteling<br />
naar Haarlem kwam. Emeritus hoogleraar Piet de<br />
Rooij verzorgde de gesproken column en het trio<br />
Bijlsma²Hooglugt bracht gedurende het programma<br />
historische liedjes in een eigentijds jasje.<br />
Erfgoedverhaal (@Erfgodverhaal)<br />
Boek @NieuweBavo is ook zo mooi geworden<br />
dankzij historisch beeldmateriaal<br />
van ‘t @<strong>NHA</strong>rchief!<br />
12 september <strong>2016</strong> 12:41 uur<br />
Peter de Brock (@peedebe)<br />
Woeha’ Opwindende beestenboel gevonden<br />
(van de 17e-eeuwse schilder Frans<br />
Post) in het @<strong>NHA</strong>rchief via @volkskrant<br />
8 september <strong>2016</strong> 07:33 uur<br />
22 23
# 7 | Emotioneel weerzien in de Ripperda Kazerne<br />
Tekst: Mart van de Wiel / beeld: Noord-Hollands Archief<br />
Emotioneel weerzien in<br />
de Ripperda Kazerne<br />
Het is 1992 als Minka Hodzic (1984) met haar moeder Draguna, haar oma, drie zussen en<br />
een neefje de Bosnische stad Prijedor ontvlucht. Door de strategische ligging van het huis,<br />
vlak naast het spoor, raken kogels van beide zijden het huis en is achterblijven simpelweg<br />
geen optie meer. Minka’s vader zit op dat moment in een concentratiekamp.<br />
Nederland, een<br />
land waarvan ze<br />
eigenlijk alleen de<br />
naam kennen<br />
Wat volgt is een barre vlucht weg<br />
van het geweld. Tijdens deze tocht<br />
leeft het gezin in haast onmenselijke<br />
omstandigheden; op turnmatjes<br />
in gymzalen, in kartonnen<br />
dozen, onder bruggen in de kou en<br />
in grote vluchtelingenkampen. Ze<br />
worden door de Serven in bussen,<br />
waarvoor ze zelfs nog moeten<br />
betalen, als oorlogstrofeeën<br />
rondgereden door heel Bosnië.<br />
Nadat ze in Kroatië worden afgezet<br />
bij een moskee, staan ze er zonder<br />
spullen alleen voor. ‘Zoek het maar<br />
uit,’ hadden de Serviërs gezegd.<br />
Ondervoed en ziek verkeert Minka<br />
daarnaast nog steeds in het ongewisse<br />
over het lot van haar vader.<br />
Onderdak<br />
Na deze vlucht weet de familie viavia<br />
in Kroatië onderdak te vinden<br />
in een huis, samen met nog vele<br />
anderen. Draguna weet op deze<br />
manier haar jonge dochters uit de<br />
overvolle en gevaarlijke vluchtelingenkampen<br />
te houden. Dagelijks<br />
vraagt ze bij het Rode Kruis of er<br />
al iets bekend is over haar man,<br />
maar pas na zeven maanden krijgt<br />
ze eindelijk bericht: hij is nog in<br />
leven! Eenmaal herenigd kan de<br />
familie Hodzic zich richten op een<br />
vlucht naar een rustiger, veiliger<br />
en permanent verblijf. Ze hebben<br />
geluk en krijgen van het Rode<br />
Kruis te horen dat ze naar Nederland<br />
gaan, een land waarvan ze<br />
eigenlijk alleen de naam kennen.<br />
Aankomst bij de Ripperda Kazerne.<br />
Aankomst<br />
Op de vroege ochtend van 7 januari<br />
1993 vertrekt de familie per bus<br />
uit Zagreb samen met 178 lot- en<br />
landgenoten. Vijfentwintig lange<br />
uren later komen ze aan bij de Ripperda<br />
Kazerne in Haarlem, waar ze<br />
worden opgewacht door zowel de<br />
al aanwezige vluchtelingen als de<br />
aanwezige pers, die de aankomst<br />
verslaat. Fotograaf Ron Pichel van<br />
Fotoburo de Boer maakt op die dag<br />
57 foto’s.<br />
De foto’s zijn snel weer vergeten,<br />
en komen in de archieven terecht.<br />
Pas dit jaar, 23 jaar nadat ze is<br />
aangekomen en na een zoektocht<br />
van 15 jaar, vindt Minka Hodzic de<br />
foto’s van die dag weer terug. Een<br />
gesprek met Minka en haar moeder<br />
over die dag, haar zoektocht<br />
naar deze foto en haar leven sinds<br />
haar aankomst.<br />
Kun je iets vertellen over<br />
de dag dat je aankwam in<br />
Haarlem?<br />
Minka: ‘Eigenlijk weet ik helemaal<br />
niets meer van die dag zelf. Het is<br />
een blanco pagina. Het enige wat<br />
ik nog weet is dat ik zo’n mooie jas<br />
aan had.’<br />
Draguna: ‘We werden vanaf die<br />
bussen gelijk naar de zaal gebracht.<br />
Daar waren nog meer journalisten,<br />
en vanaf daar kregen we<br />
dekens, beddengoed, de kamerindeling<br />
en voedselbonnen. Toen<br />
waren we klaar.’<br />
Minka en Draguna verbleven van<br />
8 januari tot 17 december 1993<br />
in de Ripperda Kazerne.<br />
Hoe was het om in de Ripperda<br />
als vluchteling te<br />
wonen?<br />
Minka: ‘Wat ik me vooral kan<br />
herinneren als kind was, dat als<br />
de grote mensen aan het praten<br />
waren, het altijd hele droevige<br />
gesprekken waren. Er werd nooit<br />
over iets leuks gesproken. Het was<br />
24 25
# 7 | Emotioneel weerzien in de Ripperda Kazerne<br />
Boven en midden Na 25 uur reizen eindelijk<br />
uit de bus.<br />
Onder Wachten in de zaal van de Ripperda<br />
Kazerne.<br />
altijd maar DIE oorlog. Dat leefde<br />
in iedereen.’<br />
Draguna: ‘En al die mensen die<br />
daar zaten hadden allemaal<br />
hetzelfde meegemaakt, hetzelfde<br />
overleefd. Iedereen zat met dezelfde<br />
vraag: kunnen we hier blijven?<br />
We hadden verder ook geen<br />
contact meer met Bosnië, en we<br />
hoorden alleen af en toe wat van<br />
de mensen die in het Engels met<br />
de Nederlanders konden praten.’<br />
Minka, wat waren jouw emoties<br />
daar bij al deze gesprekken<br />
tussen de volwassenen?<br />
Kun je je daar nog wat van<br />
herinneren?<br />
Minka: ‘Op dat moment, zonder<br />
dat je het eigenlijk wilt, word je<br />
volwassen. Vaak begrijp je ook niet<br />
eens waar de grote mensen het<br />
over hebben, maar toch neem je<br />
dat dan ook met je mee. Dat is dan<br />
ook gelijk jouw gedachtegang: als<br />
mijn vader en moeder bang zijn om<br />
teruggestuurd te worden dan moet<br />
ik dat ook maar zijn.’<br />
Maar jullie werden niet<br />
weggestuurd en kregen een<br />
verblijfsvergunning. Wat<br />
gebeurde er toen?<br />
Minka: ‘Ik weet niet of het geluk<br />
of ongeluk is, maar wij kwamen in<br />
Uithuizen (Groningen) terecht. Er<br />
waren maar vijf andere Bosnische<br />
families in dat dorp, en voor de rest<br />
waren er geen Bosnische mensen<br />
waar je naartoe kon trekken. Er<br />
waren alleen Nederlandse mensen<br />
om ons heen. We konden ons dus<br />
snel mengen in de samenleving.’<br />
Draguna: ‘Ze kon wel gelijk goed<br />
overweg met alle kinderen uit de<br />
buurt, ze was niet ‘die afgezonderde<br />
buitenlander’. Toch was haar<br />
volwassenheid en kennis groter<br />
dan die van de Nederlandse kinderen.<br />
Ze was een stuk volwassener<br />
dan de rest.’<br />
Minka: ‘Mijn moeder heeft me in<br />
Uithuizen vrijgelaten om op te<br />
groeien. Ik had wel een bepaalde<br />
bagage, maar ik kon gelukkig ook<br />
kind zijn.’<br />
Hebben jullie ooit nog gedacht<br />
over teruggaan?<br />
Minka: ‘Ik hoef niet meer terug<br />
hoor. Op vakantie, heerlijk, beetje<br />
familie zien, prima, maar ik en mijn<br />
zussen zijn hier opgegroeid. Ik was<br />
vanochtend ook onze haren mooi<br />
aan het maken voor dit interview<br />
en ik zei tegen mijn moeder: “Mam,<br />
moet je ons nou eens zien. Als we<br />
in Bosnië waren gebleven, als die<br />
oorlog niet uitgebroken was, hadden<br />
we echt niet zo’n goed leven<br />
gehad als we nu hebben.”’<br />
Toch blijft je vluchtelingenachtergrond<br />
een onderdeel<br />
van wie je bent. Kun je<br />
iets vertellen over je zoektocht<br />
naar deze foto?<br />
Minka: ‘Ik wist van het bestaan van<br />
De foto waar Minka 15 jaar naar op zoek<br />
was.<br />
de foto omdat mijn vader ooit het<br />
artikel had uitgeknipt en opgehangen.<br />
Mijn ouders zijn toen ik<br />
twaalf was gescheiden, dus ik kon<br />
later ook niet achterhalen waar de<br />
foto was geplaatst. Ik ben al vanaf<br />
ongeveer mijn vijftiende op zoek<br />
naar deze foto. Uiteindelijk vond<br />
een vriendin van mij de foto in<br />
jullie beeldbank.’<br />
Wat betekende dat dan voor<br />
jou?<br />
Minka: ‘Ik heb van mijn jeugd in<br />
Bosnië twee foto’s. Dit was ook<br />
de eerste foto die ik tastbaar had<br />
26 27
# 7 | Emotioneel weerzien in de Ripperda Kazerne<br />
voor mezelf. Ik krijg hiermee ook<br />
niet alleen mijn foto terug, maar<br />
eigenlijk ook mijn jeugd. Bij deze<br />
foto begint mijn jeugd. Ik had verder<br />
ook nooit verwacht dat er nog<br />
zoveel foto’s achter dat krantenartikel<br />
zaten. Toen ik alle foto’s<br />
eindelijk binnen had, zat ik echt<br />
met tranen op mijn wangen naar<br />
die foto’s te kijken.’<br />
En voor u?<br />
Draguna: ‘Het was moeilijk om<br />
de foto’s te zien. Het was een<br />
moeilijke periode, en als ik die foto<br />
zie word ik herinnerd aan wat er is<br />
gebeurd.’<br />
Minka: ‘Alle herinneringen komen<br />
terug.’<br />
Draguna: ‘Ja, en dat is in mijn leven<br />
een intensieve periode geweest.’<br />
Jouw verhaal is nu ook weer<br />
relevant met de huidige<br />
vluchtelingenstroom. Als je<br />
jouw ervaringen vergelijkt<br />
met die van vluchtelingen nu,<br />
valt je dan wat op?<br />
Minka: ‘Toen wij hier waren was<br />
het nog leuk. Wij waren uniek. En<br />
nu is er gewoon zoveel ellende<br />
in de wereld. Nu zijn er zoveel<br />
mensen die zeggen: die persoon<br />
is tegen buitenlanders, dus moet<br />
ik er ook maar tegen zijn. Mensen<br />
accepteren gewoon veel minder en<br />
zijn minder vriendelijk dan 20 jaar<br />
geleden.’<br />
Als je nu terugkijkt, heb je<br />
dan adviezen voor de vluchtelingen<br />
die nu net aan zijn<br />
gekomen?<br />
Minka: ‘Ik denk dat je gewoon zelf<br />
vrij nuchter moet zijn…’<br />
Is dat niet een beetje lastig<br />
als je net uit een oorlogsgebied<br />
komt?<br />
Minka: ‘Natuurlijk, maar je moet<br />
het ook wel op een of andere<br />
manier van je af kunnen zetten. En<br />
overal heb je wel enkele rotte appels,<br />
maar er zijn ook overal goede<br />
mensen. En de goede mensen zijn<br />
er echt wel om je te helpen.’<br />
Met het vinden van deze<br />
foto’s is je zoektocht voorbij,<br />
wat nu?<br />
Minka: ‘Ik heb het de afgelopen<br />
tijd nog allemaal geheimgehouden,<br />
ook voor mijn omgeving. Nu ik dit<br />
verhaal heb verteld ga ik ze ook<br />
delen met de andere mensen die<br />
in 1993 in de Ripperda Kazerne<br />
zaten. Voor mij is het vinden een<br />
mooie afsluiting van een lange<br />
zoektocht, en ben ik blij dat ik mijn<br />
verhaal en dat van mijn moeder<br />
kan delen.’<br />
28 29
# 7 | Topstuk<br />
Tekst: Wim de Wagt / beeld: de beeldmarketeers (portret) en Noord-Hollands Archief<br />
Topstuk<br />
Janneke Hopman, een van de deelnemende kunstenaars aan de Kunstlijntentoonstelling ‘It<br />
Hits the Fan’ in het <strong>NHA</strong>, koos als topstuk een foto uit de collectie van Fotopersburo De Boer:<br />
een meisje met een vogelkooi voor een brandend schoolgebouw. ‘Niks aan de hand, gewoon<br />
even de vogeltjes halen.’<br />
Sterk en onaantastbaar<br />
en<br />
tegelijkertijd<br />
ook kinderlijk<br />
Rechts Brand in de Christiaan Huygensschool<br />
met op de voorgrond Elly Linnemann<br />
die de vogeltjes redde, Cees de Boer,<br />
1 november 1958.<br />
30<br />
Het is begin november 1958, de<br />
herfstvakantie is nog maar net<br />
achter de rug, en de Christiaan<br />
Huygensschool aan de Ohmstraat<br />
in Haarlem-West staat in de fik.<br />
Janneke: ‘Ik vind het een epische<br />
foto. Daarmee bedoel ik monumentaal,<br />
de pose van het meisje<br />
is klassiek. Dat maakt haar heel<br />
sterk. Terwijl op de achtergrond<br />
die brandweermannen aan het<br />
rommelen zijn, is zij de baas. Zij<br />
heeft de vogeltjes gered en is veel<br />
stoerder dan die mannen. Tegelijkertijd<br />
is het of ze zo, piekfijn, uit<br />
de brandende school komt lopen.<br />
Het enige wat een beetje vies aan<br />
haar is zijn haar schoentjes.’<br />
Hoewel het meisje op de foto<br />
sterk en onaantastbaar oogt, is<br />
ze tegelijkertijd ook kinderlijk,<br />
vindt Janneke. ‘Dat kooitje met die<br />
vogeltjes: als dat geen symbool<br />
van kwetsbaarheid is, weet ik het<br />
niet meer. De kostuums vind ik ook<br />
erg mooi. Ik hou van ruitjes, en die<br />
lakschoentjes wilde ik vroeger ook.<br />
Ik hou ook van brandweeruniforms,<br />
en hoe die lui daar een beetje<br />
staan te klooien op dat dak in hun<br />
stoere outfits.’<br />
Lullige dingen<br />
Toen Janneke gevraagd werd om<br />
een topstuk te kiezen uit de collectie<br />
van het <strong>NHA</strong> was ze bang<br />
dat dit een lijdensweg zou worden,<br />
want ze heeft altijd moeite om te<br />
kiezen, zegt ze. ‘Maar dat viel mee.<br />
Deze foto heeft mij misschien meer<br />
gekozen dan ik de foto.’<br />
Na haar studie Nederlands ging ze<br />
werken op een vertaalbureau, waar<br />
ze vooral handleidingen, software,<br />
brieven en dergelijke uit het Engels<br />
en Duits vertaalde. Ondertussen<br />
volgde ze een opleiding aan de<br />
Koninklijke Academie voor Beeldende<br />
Kunsten in Den Haag, waar<br />
ze in 2013 afstudeerde. Een atelier<br />
31
# 7 | Topstuk<br />
Ongetiteld, Janneke Hopman, <strong>2016</strong>.<br />
vond ze in het kunstcentrum Nieuwe<br />
Vide in Haarlem. Een duidelijke<br />
voorkeur voor een bepaald medium<br />
heeft ze niet. Zo was het ook al<br />
op de kunstacademie. ‘Schilderen,<br />
grafiek, ruimtelijke vormgeving,<br />
fotografie – als het om de inhoud<br />
gaat moet je vrij zijn om de vorm<br />
daarbij te kiezen. En ik vind heel<br />
veel dingen leuk.’<br />
In haar werk zoekt ze naar ‘lullige<br />
dingen,’ zegt ze. ‘Dat geeft me op<br />
een bepaalde manier wat troost.<br />
We klooien allemaal maar een<br />
beetje aan, en dat is prima. Het is<br />
mijn manier van naar de wereld<br />
kijken. Mensen maken er altijd<br />
maar het beste van. Hoe ze op de<br />
vensterbank van hun voorraam<br />
dingen symmetrisch neerzetten en<br />
de gordijnen tot laat in de avond<br />
openlaten, zodat iedereen het kan<br />
zien. Kamerplanten zijn ook een<br />
dankbaar onderwerp. Het is grappig<br />
en absurd hoe mensen iets van<br />
het leven proberen te maken.’<br />
‘Mensen proberen op die manier<br />
orde te scheppen in de chaos van<br />
de dingen. Neem bijvoorbeeld een<br />
berg bakstenen, die keurig wordt<br />
opgestapeld voordat de hele zooi<br />
Het is grappig en<br />
absurd hoe mensen<br />
iets van het<br />
leven proberen te<br />
maken<br />
Janneke Hopman.<br />
wordt weggehaald. Ogenschijnlijk<br />
is dat zinloos, maar voor degenen<br />
die het doen niet. Lelijke, imperfecte<br />
dingen kunnen veel over ons<br />
zeggen. Het idee dat ik nog iets<br />
kan toevoegen aan de schoonheid<br />
van de kunst heb ik intussen<br />
losgelaten. Maar door bestaande<br />
dingen met elkaar te combineren<br />
kun je toch iets nieuws toevoegen.’<br />
Illusies<br />
‘Op dit moment ben ik veel aan<br />
het observeren. Ik maak foto’s<br />
en gebruik daarvoor een analoge<br />
camera met slechts twaalf frames<br />
op een rolletje. Dat brengt een<br />
heel andere manier van kijken met<br />
zich mee. Omdat ik stilstaande<br />
onderwerpen fotografeer zijn die<br />
heel ‘traag’. En ik moet me steeds<br />
afvragen: is dit het frame wel<br />
waard? Het is bijna meditatief. Ik<br />
probeer elke dag foto’s te maken<br />
en daaruit steeds de beste te kiezen.<br />
Zo leg ik op den duur een hele<br />
verzameling aan. Ook verzamel ik<br />
oneliners van vrienden. Ik vraag<br />
hen wel of het goed is of ik ze<br />
later mag gebruiken voor een tekst<br />
of een kunstwerk.’<br />
‘Die foto van het meisje met de<br />
vogelkooi is juist helemaal niet<br />
lullig. Tot mijn eigen verbazing heb<br />
ik ook geen kleurenfoto gekozen,<br />
terwijl ik daar een enorme voorkeur<br />
voor heb. Qua beeld is de foto<br />
heel aantrekkelijk. Vaak heb ik daar<br />
weerstand tegen, omdat zoiets effectbejag<br />
kan zijn, maar hier is dat<br />
niet het geval. De foto heeft een<br />
centrale compositie, en dat mag<br />
nooit. Dat wordt je afgeleerd op de<br />
academie. Te voor de hand liggend.<br />
Dat vind ik zo’n stomme reden.<br />
Een centrale compositie werkt juist<br />
goed.’<br />
‘We weten verder niets over de<br />
situatie, als we alleen naar deze<br />
foto kijken. Dat is de grote kracht<br />
van beelden. Maar als het verhaal<br />
erbij bekend is wil ik het weten<br />
ook. Nu moet ik het doen met wat<br />
ik heb en kan ik er zelf van alles<br />
bij verzinnen. Ik denk dat mensen,<br />
ondanks mijn nogal persoonlijke<br />
verhaal erbij, veel verschillende<br />
dingen in deze foto kunnen lezen.<br />
Achtergrondkennis over een kunstwerk<br />
of een kunstenaar kan je<br />
eigen fantasie soms in de weg zitten.<br />
Dan bijt het elkaar een beetje.<br />
Foto’s zijn illusies.’<br />
Van historisch archiefmateriaal<br />
tot hedendaagse<br />
kunst!<br />
In het kader van de Kunstlijn<br />
<strong>2016</strong> is van 4 tot en met 11 november<br />
de tentoonstelling ‘It Hits<br />
the Fan’ te zien in de Janskerk,<br />
het publiekscentrum van het<br />
Noord-Hollands Archief.<br />
32 33
# 7 | De wereld in kaart<br />
Tekst: Anneke van den Bergh / beeld: Noord-Hollands Archief<br />
De wereld in kaart<br />
Wie in het depot langs de kasten met de oude collecties van de Oude Boekerij en Bijzondere<br />
Collecties dwaalt, stuit op lijvige boeken die een wereld aan erfgoed herbergen. De collecties<br />
vormen een prachtige afspiegeling van de ontwikkeling van kunsten en wetenschappen<br />
door de eeuwen heen. Een bijzonder onderdeel van deze collecties is de mooie verzameling<br />
antieke atlassen.<br />
De gravures zijn<br />
haarscherp, de<br />
platen minutieus<br />
met de hand<br />
ingekleurd<br />
Alle grote kaartenmakers zijn<br />
vertegenwoordigd. Bij nadere<br />
bestudering blijkt, dat de mens al<br />
vroeg in staat was om landschappen<br />
gedetailleerd in kaart te brengen,<br />
zonder gebruik te maken van<br />
geavanceerde hightechapparatuur.<br />
Welk wereldbeeld hadden onze<br />
voorouders?<br />
Ptolemaeus<br />
De Egyptisch-Romeinse geograaf<br />
Ptolemaeus kan als grondlegger<br />
van de westerse cartografie<br />
beschouwd worden. Hij leefde in<br />
de tweede eeuw na Christus en het<br />
is opvallend dat zijn wereldbeeld in<br />
dertien eeuwen niet ingrijpend is<br />
gewijzigd. Anders dan vaak wordt<br />
verondersteld, ging Ptolemaeus er<br />
wel degelijk van uit dat de aarde<br />
rond was. Hij greep hierbij terug<br />
op de theorieën van de wiskundige<br />
en filosoof Pythagoras uit de<br />
zesde eeuw voor Christus. Pythagoras<br />
zag dat alle waarneembare<br />
hemellichamen rond waren en<br />
stelde dat het aannemelijk was<br />
dat dit ook voor de aarde gold. Het<br />
wereldbeeld van Ptolemaeus is<br />
geocentrisch: hij ziet de wereld als<br />
centrum van het universum.<br />
Vroege cartografie<br />
In de Oudheid werd overigens aan<br />
zijn werk weinig aandacht besteed;<br />
liever bedienden klassieke<br />
geografen zich van de theorieën<br />
van Ptolemaeus’ voorganger Varro.<br />
In de late middeleeuwen leidde<br />
hernieuwde belangstelling voor de<br />
denkbeelden van Ptolemaeus tot<br />
nieuwe, uitgebreidere edities van<br />
zijn werk. Ook Ptolemaeus werkte<br />
met lengte-en breedtegraden, zij<br />
het dat hij uiteraard niet Greenwich<br />
als 0-meridiaan nam, maar<br />
aanvankelijk Alexandrië en later<br />
een nog niet-geïdentificeerde eilandengroep.<br />
Uit de kaart die naar<br />
zijn ideeën gemaakt is in 1482<br />
kunnen we - net voor de ontdekking<br />
van de Nieuwe Wereld - goed<br />
aflezen wat men kende en wat<br />
niet. Blijkbaar was Afrika ook nog<br />
niet geheel in kaart gebracht.<br />
Noordelijke sterrenhemel in Ptolemaeus’<br />
Omnia opera (Almagestum), Basel 1541.<br />
34 35
# 7 | De wereld in kaart<br />
Links Portret van Mercator en de kaart<br />
‘Russia’ uit de Atlas, Duisburg-Düsseldorf<br />
1595.<br />
Rechts De wereldkaart en de kaart van<br />
Holland uit Theatrum orbis Terrarum,<br />
Abraham Ortelius, Antwerpen 1570.<br />
Meestercartografen uit<br />
Vlaanderen<br />
In de zestiende eeuw ontwikkelt<br />
Vlaanderen zich tot het centrum<br />
van de cartografie. De kaartenmakerij<br />
betrof destijds zowel<br />
het aardoppervlak als de hemellichamen.<br />
Dit is niet verwonderlijk,<br />
aangezien de kaarten toch vaak in<br />
eerste instantie voor zeevarenden<br />
bestemd waren die de hemellichamen<br />
en sterren als kompas gebruikten.<br />
De grote voorman is Gerard<br />
Mercator, geboren in 1512 als<br />
Gerard De Kremer in Rupelmonde<br />
in Oost-Vlaanderen. Van oorsprong<br />
was Mercator als graveur opgeleid;<br />
hij maakte al snel furore met<br />
het graveren van kaarten. Kaarten<br />
moesten van een duidelijke<br />
belettering worden voorzien, en<br />
Mercator ontwikkelde het lopend<br />
schuine schrift (de cursief) tot een<br />
dusdanige graad van perfectie dat<br />
dit duidelijke, elegante schrifttype<br />
tot in de twintigste eeuw in gebruik<br />
bleef voor plaatsnamen (ook<br />
in uw oude Bosatlas!). Overigens<br />
draagt de vereniging voor kalligrafie<br />
nog steeds de naam Mercator.<br />
Mercator is bovendien de bedenker<br />
van de zogenaamde Mercatorprojectie:<br />
de methode om een<br />
gebold oppervlak (zoals de aarde)<br />
Het wereldbeeld<br />
werd daardoor<br />
steeds verder ‘opgerekt’<br />
weer te geven in een plat vlak. Het<br />
bijzondere zit ‘m vooral in het feit<br />
dat er geen hoekvervormingen<br />
optreden. Dit maakte de kaart bij<br />
uitstek geschikt voor navigatie: de<br />
zeelieden hoefden nu veel minder<br />
moeite te doen voor het uitzetten<br />
van de juiste koers.<br />
Nieuw tijdperk<br />
Na opgepakt te zijn op verdenking<br />
van Lutheranisme, verhuisde<br />
Mercator in 1522 van de Zuidelijke<br />
Nederlanden naar het tolerantere<br />
Duisburg, waar hij op hoge leeftijd<br />
in 1594 stierf. In 1569 verscheen<br />
zijn pièce de resistance: Nova<br />
et aucta orbis terræ descriptio<br />
ad usum navigantium emendate<br />
accommodata. Dit was een<br />
nieuwe wereldkaart die een nieuw<br />
cartografisch tijdperk inluidde. Na<br />
zijn dood werden de koperplaten<br />
overgedaan aan de Amsterdamse<br />
kaartenmaker Jodocus Hondius,<br />
die ze na zijn dood naliet aan zijn<br />
zoon Hendricus en zijn schoonzoon<br />
Johannes Janssonius.<br />
Handeltje<br />
Mercator was bevriend met de<br />
tweede coryfee van de Vlaamse<br />
cartografie: Abraham Ortelius<br />
(1527-1598). In 1544 zette die een<br />
handeltje op in boeken en antiquiteiten,<br />
waarvoor hij vele reizen<br />
door West-Europa maakte, onder<br />
meer naar de boeken- en prentenbeurs<br />
van Frankfurt. Zeker in het<br />
begin was handel het hoofddoel<br />
van zijn reizen. In 1560 reisde hij<br />
in het gezelschap van Mercator<br />
naar Trier, Lotharingen en Poitiers.<br />
Ortelius liet zich bijna zeker<br />
door Mercator bewegen tot een<br />
meer wetenschappelijke interesse.<br />
Mercator zou hem de suggestie<br />
hebben gedaan een wereldatlas<br />
samen te stellen. In de aanloop<br />
daarvan publiceerde Ortelius in<br />
1564 een achtbladige wereldkaart,<br />
die later in verkleind formaat ook<br />
in zijn wereldatlas opgenomen<br />
zou worden. De enig overgebleven<br />
kopie van de afzonderlijke wereldkaarten<br />
bevindt zich in de universiteitsbibliotheek<br />
van Bazel. Daarna<br />
volgde in 1565 nog een kaart van<br />
Egypte en in 1567 een van Azië.<br />
De wereldatlas<br />
Op 20 juni 1570 publiceerde hij<br />
eindelijk zijn meest invloedrijke<br />
werk, de wereldatlas Theatrum<br />
Orbis Terrarum, uitgegeven door<br />
Gilles Coppens van Diest (Aegidius<br />
Coppenius Diesth). Deze atlas<br />
bevatte nagenoeg geen eigen<br />
kaarten, maar bundelde 53 kaarten<br />
van andere meesters met bronvermelding.<br />
Vanaf 1579 worden<br />
zijn kaarten uitgegeven door zijn<br />
buurman, de firma Plantijn te<br />
Antwerpen. Na zijn dood verkreeg<br />
het drukkershuis Plantijn-Moretus<br />
uiteindelijk de koperplaten van<br />
zijn werk. Ortelius is verder bekend<br />
van de uitspraak dat de werelddelen<br />
in elkaar lijken te passen.<br />
Daarmee wordt hij de eerste die de<br />
schollentheorie of platentektoniek<br />
benoemde.<br />
Bloei wetenschappelijk leven<br />
In 1585 valt Antwerpen in handen<br />
van de Spanjaarden. Deze gebeurtenis<br />
heeft grote invloed op het<br />
36<br />
37
# 7 | De wereld in kaart<br />
culturele en maatschappelijke leven<br />
in beide Nederlanden. Intellectuelen<br />
- onder wie cartografische<br />
tekenaars - verlaten Vlaanderen<br />
en nemen de wijk, veelal naar het<br />
tolerantere Noorden. Daar bloeit<br />
het wetenschappelijke leven op.<br />
De grootste Amsterdamse kaartenmakers<br />
zijn hierdoor bijzonder<br />
schatplichtig aan hun Vlaamse<br />
voorgangers. In 1602 werd de Verenigde<br />
Oost-Indische Compagnie<br />
(VOC) opgericht, nieuwe zeeroutes<br />
werden verkend en ontdekkingsreizen<br />
leverden behalve veel geld<br />
ook nieuwe geografische kennis<br />
op. Het wereldbeeld werd daardoor<br />
steeds verder ‘opgerekt’ en<br />
verbeterd. In de ontwikkeling en<br />
verspreiding van dat wereldbeeld<br />
speelde de Amsterdamse cartografie<br />
een grote rol.<br />
De Atlas Maior<br />
Een hoogtepunt vormde de Atlas<br />
Maior of Grooten Atlas, vanaf 1662<br />
in verschillende edities en talen<br />
op de markt gebracht door de<br />
Amsterdamse drukker, uitgever en<br />
kaartenmaker Joan Blaeu. Wanneer<br />
we aan historische kaarten<br />
denken, zien we toch vooral het<br />
meesterwerk de Atlas Maior op ons<br />
netvlies. De Atlas Maior bestond<br />
uit ongeveer 580 kaarten en 3000<br />
pagina’s beschrijvingen. Het waren<br />
elf delen in kloek folioformaat,<br />
gebonden in prachtig leer en met<br />
goud bedrukt. Dit werk werd uitgegeven<br />
in drie edities, een Franse,<br />
een Duitse en een Spaanse. Het<br />
is meesterlijk in omvang, echter<br />
niet in accuratesse, in tegenstelling<br />
tot wat vaak wordt beweerd.<br />
Joan Blaeu had vooral de intentie<br />
Titelblad en de kaart van China uit de Atlas<br />
Maior van Joan Blaeu, Amsterdam 1662.<br />
om zo veel mogelijk kaartmateriaal<br />
bij elkaar te brengen, niet om<br />
zo nauwkeurig mogelijk te zijn.<br />
Janssonius probeerde Blaeu naar<br />
de kroon te steken met een eigen<br />
‘grote atlas’, maar die was minder<br />
homogeen en omvangrijk dan<br />
de Atlas Maior. Blaeu troefde zijn<br />
vakbroeders af door als eerste een<br />
compleet atlasdeel van China op te<br />
nemen.<br />
Haarscherp<br />
De uitvoering is subliem: de gravures<br />
zijn haarscherp, de platen<br />
minutieus met de hand ingekleurd.<br />
Voor elke belangrijke handelsstad<br />
werd een stip aangebracht<br />
in goudverf. De omvang en de<br />
luxueuze uitvoering van deze editie<br />
joegen de prijs evenwel hoog op.<br />
Het was de grootste atlas ooit<br />
gedrukt, en vanwege zijn spectaculaire<br />
uitgave een gewild statussymbool.<br />
Voor een complete atlas<br />
moest ruim 450 gulden neergeteld<br />
worden. Voor de Atlas Maior werd<br />
een speciale kast ontworpen,<br />
waarin de boeken zo goed mogelijk<br />
bewaard konden worden. De<br />
‘Blaeu’ in de Haarlemse bibliotheek<br />
is compleet aanwezig, maar zonder<br />
bijbehorend cabinetje helaas.<br />
De kennis over<br />
de lucratieve<br />
handelsroutes<br />
moest binnenskamers<br />
blijven<br />
De banen van de planeten en het titelblad<br />
uit Andreas Cellarius’ Harmonia Macrocosmica,<br />
Amsterdam 1660.<br />
Bedrijfsgeheim<br />
Momenteel gaan we er vanuit,<br />
dat deze atlas nooit bedoeld is<br />
geweest om mee te nemen op de<br />
vaart, maar als het eerste salontafelboek<br />
fungeerde voor de<br />
rijke reders in dienst van de VOC.<br />
Een pronkboek dus. De gewone<br />
kapitein zal enkelvoudige, niet-ingekleurde<br />
kaarten tot zijn beschikking<br />
hebben gehad, die overigens<br />
eveneens door de firma Blaeu werden<br />
geproduceerd. Alle cartografen<br />
die materiaal produceerden voor<br />
de VOC hadden geheimhoudingsplicht;<br />
de Compagnie realiseerde<br />
zich terdege dat de kennis over de<br />
lucratieve handelsroutes binnenskamers<br />
moest blijven. De kaarten<br />
waren bedrijfsgeheim.<br />
Witte vlekken<br />
Na de teloorgang van de VOC in de<br />
achttiende eeuw was het gedaan<br />
met de grote kaartenmakerij. De<br />
wereld was in feite ontdekt, al<br />
bleven er tot ver in de twintigste<br />
eeuw witte vlekken op de kaart.<br />
Wie de collectie van de bibliotheek<br />
in ogenschouw neemt, kan niet anders<br />
dan bewondering opbrengen<br />
voor de vroege landmeters, die de<br />
hele aarde in kaart brachten - met<br />
in feite niets anders dan theoretische<br />
kennis.<br />
38 39
# 7 | Aanwinsten<br />
Tekst: Helen van der Eem / beeld: Noord-Hollands Archief<br />
Nieuwe archieven<br />
en collecties<br />
Bij het Noord-Hollands Archief zijn de afgelopen maanden diverse nieuwe archieven<br />
binnengekomen. In deze rubriek aandacht voor enkele van die archieven, die ondertussen<br />
te raadplegen zijn in de studiezaal.<br />
Foto van een sketch op de afscheidsdag<br />
(boven) en een foto van het kantoor van de<br />
PPD (rechts) uit het album voor ir. Mulder,<br />
gemaakt ter ere van zijn pensionering,<br />
1981.<br />
Instellingen in de<br />
provincie<br />
Aanvullingen op de collectie<br />
van Losse Aanwinsten<br />
(verkregen vanaf 1984) van<br />
het Noord-Hollands Archief,<br />
1580-2006, inv. nrs. 131-<br />
141, 143-148, 151-156:<br />
0,55 m<br />
Inv. nrs. 138-141: Cijferboekjes van<br />
drs. Jan van de Raa als leraar oude<br />
talen aan onder meer het Kennemer<br />
Lyceum en Stedelijk Gymnasium<br />
te Haarlem, 1943/1948.<br />
Inv. nr. 143: Album met foto’s<br />
en tekeningen/ontwerpen van<br />
streekplannen uit de jaren zestig<br />
en zeventig van de twintigste<br />
eeuw, aangeboden aan ir. W.<br />
Streekplan Noord-Kennemerland, ingeplakt<br />
in het album voor ir. Mulder, gemaakt ter<br />
ere van zijn pensionering, 1981.<br />
Mulder, hoofdingenieur/chef van<br />
de afdeling Provinciale Planologie<br />
van de Provinciale Planologische<br />
Dienst (PPD) van Noord-Holland,<br />
ter gelegenheid van zijn pensionering,<br />
1981.<br />
Inv. nr. 144: Plakboek waarin de<br />
bouw, opening en ingebruikneming<br />
van de Velsertunnel, evenals de<br />
verwijdering van de Velserspoorbrug<br />
is gedocumenteerd, 1952-<br />
1958 (1968, 1982).<br />
Inv. nr. 145: Stukken van de<br />
Stichting ter bevordering van de<br />
Psychische Physica (opgericht 18<br />
juli 1850 in Den Haag), waaronder<br />
Voorkant van het dagboek van A.E. van der<br />
Niepoort, 18 mei 1942.<br />
ingekomen stukken en minuten<br />
van uitgaande stukken, jaarverslagen<br />
en stukken betreffende<br />
onderzoek naar het bestaan van<br />
paragnostische verschijnselen<br />
(telepathie, helderziendheid, enz.),<br />
wichelroede-onderzoek en studie<br />
van de persoonlijkheidsstructuur<br />
van paranormaal begaafden, 1950-<br />
1955, 1987-1988.<br />
Inv. nrs. 147-148: Genealogie van<br />
de familie Van der Niepoort over<br />
de periode 7 juli 1679 tot november<br />
1945, negentiende eeuw (met<br />
aantekeningen tot 1945) en een<br />
dagboek van Alice Eugénie van der<br />
Niepoort, geboren op 23 december<br />
1877 te Parijs en overleden op 26<br />
november 1945 te Haarlem. Het<br />
dagboek (in briefvorm en gericht<br />
aan haar overleden moeder Eugénie<br />
Caroline van der Niepoort-Heckler)<br />
beslaat de periode van 18 mei 1892<br />
tot 11 maart 1893, toen zij 14-15<br />
jaar oud was. Alice trad op 19 mei<br />
1901 in Renkum in het huwelijk met<br />
Cornelis Herman Guépin. Het echtpaar<br />
betrok Huize Spaarnberg aan<br />
de Wüstelaan 80 te Santpoort-Zuid<br />
op 3 november 1924. Na het overlijden<br />
van haar echtgenoot op 2<br />
september 1935 vertrok Alice op 13<br />
januari 1936 naar Amsterdam waar<br />
zij zich vestigde op Keizersgracht<br />
638. Zij overleed op 26 november<br />
1945 te Haarlem. Na haar vertrek<br />
uit Spaarnberg werd het gebouw<br />
tot de vordering door de Duitse<br />
bezetters nog bewoond door de<br />
familie A.J. Guépin-Seeligen.<br />
Uitkomsten van een onderzoek naar<br />
stralingen op de bovenverdieping van<br />
een huis in Eerbeek.<br />
40 41
# 7 | Aanwinsten<br />
Commissie Geluidhinder<br />
Schiphol te Haarlem, 1968-<br />
2002 (2003): 3,50 m<br />
Het Informatiecentrum Geluidhinder<br />
Schiphol is opgericht op 23<br />
september 1968 naar aanleiding<br />
van een in 1967 gepubliceerd<br />
adviesrapport van de Adviescommissie<br />
Geluidhinder van het Ministerie<br />
van Verkeer en Waterstaat,<br />
waaruit was gebleken dat positieve<br />
ervaringen waren opgedaan met<br />
een informatie- en klachtenbureau<br />
betreffende vliegtuiglawaai in de<br />
Verenigde Staten. Een soortgelijke<br />
instelling bestond toen nog niet<br />
in Nederland. De hoofdtaak was<br />
het registreren van klachten naar<br />
aanleiding van geluidsoverlast van<br />
vliegtuigen die gebruikmaakten<br />
van de Luchthaven Schiphol. Het<br />
secretariaat werd ondergebracht<br />
bij de Provinciale Griffie en de<br />
kosten werden verdeeld over de<br />
deelnemers van het Informatiecentrum<br />
Geluidhinder Schiphol. Na drie<br />
jaar werd, na een motie van Provinciale<br />
Staten, als rechtsopvolger<br />
de Stichting Geluidhinder Schiphol<br />
opgericht. De belangrijkste taken<br />
waren het bevorderen van overleg<br />
en het geven van voorlichting over<br />
de milieuhygiëne rond Schiphol;<br />
het geven van advies aan de minister<br />
over te nemen maatregelen<br />
of voorzieningen en het registreren<br />
en beantwoorden van klachten.<br />
Als gevolg van de gewijzigde Wet<br />
Luchtvaart werd op 29 mei 1986<br />
de Commissie Geluidhinder Schiphol<br />
ingesteld als rechtsopvolger<br />
van de stichting. De Wet Luchtvaart<br />
2003 betekende het einde van de<br />
commissie. Rechtsopvolger werd<br />
de Commissie Regionaal Overleg<br />
Schiphol. Het secretariaat werd niet<br />
meer door provinciale ambtenaren<br />
verzorgd.<br />
Provinciale Vereniging voor<br />
Vreemdelingenverkeer<br />
Noord-Holland (PVVV) te<br />
Haarlem, 1966-2001: 2,20 m<br />
De PVVV Noord-Holland is eind<br />
1945 opgericht. Het werkgebied<br />
strekte zich uit over de gehele<br />
provincie, met uitzondering van het<br />
werkgebied van de VVV van Amsterdam.<br />
Het doel van de stichting<br />
was het bevorderen van het vreemdelingenverkeer<br />
in de ruimste zin<br />
van het woord. In 1989 ging de<br />
PVVV over naar een nieuwe structuur<br />
waarbij er meer aandacht was<br />
voor de (inter)nationale promotie<br />
van toeristisch en recreatief Noord-<br />
Holland. In de jaren negentig werd<br />
het overleg en de samenwerking<br />
met het bedrijfsleven, Nederlands<br />
Bureau voor Toerisme (NBT) en regionale<br />
VVV’s van belang. De naam<br />
wijzigde in de stichting Promotie<br />
Drukte bij de Velsertunnel vlak na de opening<br />
op 28 september 1957, Cees de Boer.<br />
VVV Noord-Holland. Deze naam<br />
paste meer bij het marketing- en<br />
promotiebeleid van de PVVV. Het<br />
Noord-Hollands Bureau voor Toerisme<br />
nam in 2000 de taken over<br />
van de PVVV, waarmee de PVVV<br />
werd opgeheven.<br />
Aangesloten<br />
gemeenten<br />
HAARLEM<br />
Funckler, ing. C.A., te Haarlem,<br />
1932-1938: 0,10 m<br />
Ing. Carel Arie Funckler (1892-<br />
1964) was eigenaar van Technisch<br />
Bureau Funckler in Haarlem en<br />
tevens vennoot van de firma Slot<br />
en Funckler. In 1935 werd de<br />
heer Funckler lid van de NSB. Van<br />
september 1935 tot 16 maart<br />
1936 deed hij de cursus Nationaalsocialistische<br />
vorming. Hij werd in<br />
1936 benoemd tot leider van de<br />
Kringfascistenschool in de kringen<br />
4 en 49, resp. Haarlem-Zuid en<br />
Haarlem-Noord. Ook was hij kringpropagandist.<br />
Koninklijke Nederlandse<br />
Natuurhistorische Vereniging<br />
(KNNV), afdeling Haarlem en<br />
omstreken, 1901-2003: 1,75 m<br />
De Nederlandse Natuurhistorische<br />
Vereniging (NNV), afdeling Haarlem<br />
is - net als de landelijke vereniging<br />
- opgericht op 16 maart 1901.<br />
Eind 1912 fuseerde de afdeling<br />
Haarlem met de - in 1903 opgerichte<br />
- afdeling Bloemendaal e.o.<br />
tot afdeling Haarlem e.o. In 1951<br />
verkreeg de vereniging het predicaat<br />
Koninklijk. De KNNV is een<br />
vereniging voor veldbiologie en wil<br />
de natuurbeleving, natuurstudie<br />
en natuurbescherming bevorderen.<br />
Naast excursies, lezingen en cursussen<br />
worden ook natuurwerkdagen<br />
en natuurstudiedagen georganiseerd.<br />
Er wordt samengewerkt op<br />
het gebied van natuuronderzoek,<br />
-voorlichting en -bescherming<br />
met natuurbeheerders in Zuid-<br />
Kennemerland en met landelijke en<br />
regionale natuurorganisaties.<br />
Mannenkoor Die Spaerne-<br />
Sanghers te Haarlem, 1932-<br />
1941: 0,05 m<br />
Het Mannenkoor Die Spaerne-<br />
Sanghers is opgericht op 4 maart<br />
1931. Volgens de statuten uit 1935<br />
was de doelstelling de ‘beoefening<br />
van den mannenzang, het aankweeken<br />
van liefde voor de muziek<br />
en bevordering van het muzikale<br />
leven.’ Eind maart 1931 telde het<br />
koor al 100 leden, een groot deel<br />
daarvan was afkomstig van het<br />
Koninklijk Toonkunst Mannenkoor<br />
Zang en Vriendschap. Op 8 januari<br />
1934 werd tijdens een, door het<br />
bestuur van Die Spaerne-Sanghers<br />
uitgeschreven, vergadering een<br />
dameskoor opgericht met de naam<br />
‘Haarlem’s Vrouwenkoor’. Een<br />
25-tal dames werd direct lid. Het<br />
dameskoor kwam, net als het mannenkoor,<br />
onder leiding van dirigent<br />
Lieven Duvosel (1877-1956). Deze<br />
Belgische componist en dirigent<br />
woonde in de periode 1920-1940<br />
in Nederland, waar hij dirigent was<br />
van een aantal koor- en oratoriumverenigingen,<br />
zoals Zang en<br />
Vriendschap. Op 24 november<br />
1940 nam hij afscheid als dirigent<br />
van Die Spaerne Sanghers en het<br />
Haarlem’s Vrouwenkoor. Als zijn<br />
opvolger werd Karel Mengelberg<br />
(1920-1984) benoemd.<br />
Sociëteit Trou Moet Blycken<br />
te Haarlem, (1541) 1590-<br />
1611, 1698-1983 (2005):<br />
7,60 m<br />
De Haarlemse Rederijkerskamer<br />
Trou Moet Blycken, ook wel<br />
‘d’Aloude Rethorijckkamer der<br />
Pellicanisten onder de zinspreuk<br />
Trou Moet Blycken’ genoemd of<br />
kortweg ‘Kamer der Pellicanisten’,<br />
bestond al vóór 1503 en werd<br />
gevormd door een groep burgers<br />
met belangstelling voor dichtkunst<br />
en toneelspel. Men organiseerde<br />
ook wel zogenaamde ‘Landjuwelen’,<br />
waarbij rederijkerskamers uit<br />
Biljartzaal van Sociëteit Trou Moet Blycken<br />
aan de Grote Houtstraat in Haarlem,<br />
Charles Binger, 1879.<br />
verschillende steden wedijverden<br />
in het opvoeren van toneelstukken<br />
en het houden van symbolische<br />
optochten. In de tweede helft van<br />
de zeventiende eeuw begon de<br />
ontwikkeling die Trou Moet Blycken<br />
uiteindelijk veranderde in een<br />
herensociëteit, in de traditie van de<br />
Engelse ‘clubs’.<br />
HAARLEMMERMEER<br />
Supportersvereniging van<br />
Voetbal Vereniging (VV)<br />
Nieuw-Vennep, (1978)<br />
1981-2005: 0,55 m<br />
Op 18 <strong>oktober</strong> 1978 is de supportersclub<br />
van VV Nieuw-Vennep<br />
opgericht. Pas drie jaar later, op<br />
6 november 1981, werd de club<br />
officieel opgericht als supportersvereniging.<br />
Doel van de vereniging<br />
was het organiseren, stimuleren en<br />
coördineren van activiteiten rond<br />
de voetbalsport ter bevordering<br />
van de VV Nieuw-Vennep. In 2003<br />
heeft de supportersvereniging nog<br />
haar 25-jarig jubileum gevierd,<br />
maar de belangstelling voor de<br />
vereniging was tanende. In 2005<br />
fuseerde de VV Nieuw-Vennep met<br />
SV S.M.S tot Football Club Vennepse<br />
Voetbal Combinatie (FC VVC).<br />
Hiermee kwam definitief een einde<br />
aan de Supportersvereniging van<br />
VV Nieuw-Vennep.<br />
42 43
Leren schrijven met inkt en kroontjespen,<br />
foto: Bert van Voorden, Haarlem (1960-1970),<br />
collectie Noord-Hollands Archief.<br />
Noord-Hollands Archief<br />
Postbus 3006<br />
2001 DA Haarlem<br />
(023) 5172700<br />
www.noord-hollandsarchief.nl<br />
info@noord-hollandsarchief.nl<br />
www.facebook.com/nharchief<br />
www.twitter.com/nharchief