09.12.2012 Views

Generatie IV 8. Nikolaas van der Woude, geb. - Nico van der Woude

Generatie IV 8. Nikolaas van der Woude, geb. - Nico van der Woude

Generatie IV 8. Nikolaas van der Woude, geb. - Nico van der Woude

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

februari 1732 f 187:18 te betalen. Gedaagde had beloofd hem dit<br />

bedrag met 5% rente terug te betalen. Omdat gedaagde nalatig blijft<br />

te betalen, spreekt eiser hem nu aan. Gedaagde wordt conform de eis<br />

veroordeeld d.d. 28 juli 1732 (ORA Az Civ Processen 165; DS 22).<br />

Op 27 juni 1732 dragen de erfgenamen <strong>van</strong> Maijken Gijsbertse de Noo,<br />

gewezen huisvrouw <strong>van</strong> Gijsbert Antonisse Kakebeen hun rechten op de<br />

erfenis over aan Kakebeen voor f 200. On<strong>der</strong> de erfgenamen zijn o.a.<br />

Jan Gijsbertse de Noo en Marike Hen<strong>der</strong>ische Kelle, echtelieden, en<br />

Laurens Gijsbertse de Noo en Johanna <strong>van</strong> den Bogaerd, echtelieden<br />

(ORA Zl LS 681).<br />

Op 1 september 1732 koopt Jan Gijsbertse de Noo voor f 115 <strong>van</strong><br />

Arien Cornelisse en Adriana <strong>van</strong> Gen<strong>der</strong>e 1 morgen bouwland den<br />

Berentrechter, op Delwijnen (ORA Zl LS 681).<br />

Op 27 oktober 1732 hebben schepen Jan Gijsbertse de Noo cooperatief<br />

geadjudiceert in goe<strong>der</strong>en voor non-voldoening <strong>van</strong> de verschuldigde<br />

f 187:18 (ORA Az DS 21).<br />

Op 29 oktober 1733 doet Jan Gijsbertse de Noo aanspraak op goe<strong>der</strong>en<br />

<strong>van</strong> Aert <strong>van</strong> Gen<strong>der</strong>en te Ne<strong>der</strong>hemert en aan hem competerende<br />

volgens erfrecht uit de nalatenschap <strong>van</strong> Gerrit Dirkse <strong>van</strong> Gen<strong>der</strong>en<br />

en speciaal op seecker stuck leengoet genaamd Schnij<strong>der</strong>shoff, en<br />

dat wegens een somma <strong>van</strong> f 200 en daerboven spruitende ter causa<br />

<strong>van</strong> geleende penningen, intrest, onkosten (ORA Nh DS 37).<br />

Op 11 september 1734 renuntieert hij <strong>van</strong> de gedane aanspraak op<br />

goe<strong>der</strong>en <strong>van</strong> Aart <strong>van</strong> Gen<strong>der</strong>en (ORA Nh DS 39).<br />

In januari 1735 ontfangen voor het begraven <strong>van</strong> Jan de Noo in de<br />

kerck <strong>van</strong> Well f 6 (AHGW1 Rek kv 1735).<br />

Op 8 september 1736 koopt Maria Keilen, weduwe <strong>van</strong> Jan Gijsbertse<br />

de Noo,<br />

voor f 1700 9 1/2 morgen weiland on<strong>der</strong> Delwijnen, afkomstig <strong>van</strong><br />

Walraven <strong>van</strong> Haatten, heer <strong>van</strong> Ophemert en Zonnewijnen c.s. (ORA Zl<br />

LS 681; Oud Aren Zb charter nr 7262/201).<br />

20 februari 1737. Kin<strong>der</strong>en en erfgenamen <strong>van</strong> Jan Gijsbertse de Noo<br />

krijgen bij na<strong>der</strong>e scheiding en deling ie<strong>der</strong> een zevende deel <strong>van</strong><br />

de helft <strong>van</strong> de nalatenschap <strong>van</strong> hun va<strong>der</strong> (ORA Az LS 254).<br />

Op 21 maart 1738 koopt Marike Keilen, weduwe <strong>van</strong> Jan Gijsbertse de<br />

Noo, voor f 550 <strong>van</strong> Lourens de Noo et uxor 3 morgen weiland den<br />

Berentregter op Delwijnen. Met de kooppenn wordt hun crediteur<br />

<strong>Nico</strong>laas <strong>van</strong> Ravesteijn schadeloos gesteld (ORA Zl LS 682).<br />

Op 25 juli 1746 testeert Marike Hendrick Keilen en bepaalt, dat<br />

"haere ongeluckige<br />

en onwijse doghter Elisabeth de Noo bij haer comparant overlijden<br />

voor en in plaats <strong>van</strong> haer gerechte kintsgedeelte en erffportie sal<br />

trecken en genieten 17 hont land genaamd den langen Engh; 4 hont<br />

boomgaard genaamd Teeuwkenshoff; 3 morgen weiland genaamd den<br />

Beerentrechter, afkomstig <strong>van</strong> Laurens de Noo, alle op Delwijnen<br />

gelegen, mitsga<strong>der</strong>s nog een kapitaal <strong>van</strong> f 453, "soo comparant te<br />

laste <strong>van</strong> het dorp Delwijnen is hebbende, omme <strong>van</strong> ´t een en an<strong>der</strong><br />

de revenues haar leven langh te trecken. Komt Elisabeth te<br />

overlijden dan komen deze goed aan comparants an<strong>der</strong>e kin<strong>der</strong>en en<br />

erfgenamen. Zij machtigt haar zoon Peter de Noo om voor schepen te<br />

compareren (ORA Az Zl LS 256; ORA Zl LS 683).<br />

25 juli 1746. Tevens bepaalt zij, dat haar zoon Willem Jansse de<br />

Noo uit haar na te<br />

laten goe<strong>der</strong>en zal trekken huis en hof aan het Wellseind door haar<br />

bewoond, groot 5 1/2 hont met berg, schuur en hopest; "item 1 hont<br />

op ´t Welseijnt genaamd Geertruije stuck, den bogert met het bos<br />

daer aen steeckende", alles on<strong>der</strong> deze voorwaarde, dat comparant<br />

dochter Elisabeth de Noo haar leven lang in dat huis zal mogen<br />

blijven wonen of bewaard worden, alsook dat comparant dochter<br />

Maeijke de Noo almede haar leven lang of zo lang zij zal willen "in<br />

voors huijs en op die camer bij Willem de Noo zal mogen blijven<br />

wonen, zon<strong>der</strong> dat beide dochters daarvoor aan Willem enige betaling<br />

hoeven te doen (ORA Az LS 256).<br />

Op 10 maart 1752 gelast het gericht <strong>van</strong> Ne<strong>der</strong>hemertt Wouter voor de<br />

Wijnt uit naam <strong>van</strong> Gerart <strong>van</strong> Dieden en Marike weduwe <strong>van</strong> Jan de<br />

No, erfgenamen <strong>van</strong> Neeltie de Cocq, gewezen huisvrouw <strong>van</strong> Wouter

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!