december 2018 nummer 6
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Afb. 9: Epithelantha micromeris met zaadbesjes<br />
de areolen nog dichter op elkaar staan en<br />
meer doorntjes bevatten (35 - 60) dan bij<br />
E. micromeris (20 - 26). Het plantenlichaam<br />
wordt zo geheel aan het gezicht onttrokken<br />
en de plant lijkt hierdoor nog witter dan E.<br />
micromeris. Vergelijk maar eens de afbeeldingen<br />
11 en 12 met elkaar voor de algehele<br />
indruk en de afbeeldingen 13 en 14 voor<br />
de bedoorning. Te zien is hier ook dat bij<br />
E. bokei de doorntjes fijn getand zijn en in<br />
laagjes ingeplant staan. Bij E. micromeris zijn<br />
de doorntjes duidelijk kamvormig (pectinaat)<br />
gerangschikt. Dit alles geldt voor nog niet<br />
bloeibare planten. Overigens verschilt ook<br />
de bloeitijd op de groeiplaatsen: E. micromeris<br />
van januari tot april en E. bokei van maart<br />
tot juli. De bloemen van E. bokei gaan pas in<br />
de loop van de middag open. De bloemen<br />
van E. micromeris zijn dan al aan het sluiten.<br />
Glass & Foster erkenden in 1978 weer<br />
slechts één soort (E. micromeris) met een<br />
aantal subspecies. Hunt, in 2006, erkende<br />
deze subspecies niet en gaf aan dat er eerst<br />
nader onderzoek moet plaatsvinden.<br />
Afb. 10: Close-up van de rijpe zaadbesjes<br />
Dat onderzoek kwam er. In 2010 publiceerden<br />
Davide Donati en Carlo Zanovello in<br />
het Italiaanse blad Piante Grasse een artikel<br />
waarin ze het geslacht Epithelantha verdeelden<br />
in maar liefst zeven soorten. In 2011<br />
voegden ze er nog een soort (E. cryptica)<br />
aan toe. Met de ondersoorten (subspecies)<br />
erbij komt het totaal daarmee op dertien.<br />
Zij baseren de indeling voor een groot deel<br />
op de kenmerken van de nog niet bloeiba-<br />
Succulenta jaargang 97 (6) <strong>2018</strong> 261