Vergroening Warmtevoorziening Vlaamse Huishoudens
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
17_06_BBL<br />
17_06_03 versie C p. 118/150<br />
Het <strong>Vlaamse</strong> premiebeleid is de afgelopen jaren een belangrijke driver voor vermindering van de<br />
warmtevraag en vergroening van de warmtevoorziening geweest, bij afwezigheid van een sterk<br />
verplichtend eisenkader voor bestaande bouw. (<strong>Vlaamse</strong> overheid, 2015)<br />
De afgelopen jaren werden steeds stappen gezet om het premiebeleid te optimaliseren, onder impuls<br />
van het renovatiepact of inzichten uit de gedragseconomie. (Vlaams Energieagentschap, 2015):<br />
• De “burenpremie” en de “totaalrenovatiepremie” zijn hiervoor exemplair. De komende jaren<br />
zullen moeten uitwijzen hoe succesvol deze formules zijn en welke bijsturingen nodig zijn;<br />
• De koppeling van de premies aan kwalitatieve uitvoering van de werken via STS-normen of een<br />
RESCERT-gecertificeerde installateur.<br />
Op basis van het premiestelsel anno 2017 lijkt de volgende uitbreiding zinvol:<br />
• De toekenning van een premie voor de aansluiting op een warmtenet van een bestaande<br />
eengezinswoning of bestaand appartementsgebouw. Dit lijkt een maatregel met groeiend<br />
belang en potentieel gezien de beleidsintenties van Vlaanderen enerzijds en de geprojecteerde<br />
groei van bestaande <strong>Vlaamse</strong> warmtenetten de komende jaren anderzijds. Belangrijk hierbij is<br />
om minimum kwaliteitseisen te stellen aan de gebouwzijdige aansluiting en minimum<br />
duurzaamheidseisen voor de warmtebron(nen). Anderzijds dient voldoende nuance gemaakt<br />
in het premiebedrag tussen de verschillende gebouw- en installatietechnische typologieën. De<br />
aansluiting van een appartementsgebouw met collectieve CV-ketel kent gevoelig andere<br />
warmteaansluitkosten dan eenzelfde gebouw met individuele CV-ketels. Bijvoorbeeld een<br />
aansluitkost van € 5000 op een restwarmte- of hernieuwbaar gevoed warmtenet voor een<br />
bestaande eengezinswoning met gemiddeld warmteverbruik van 17.500 kWh zou de premie<br />
efficiëntie in termen van klimaatimpact (t.w.v. 40% van het factuurbedrag zoals nu het geval is)<br />
gevoelig hoger kunnen liggen dan bijvoorbeeld bij een zonneboiler.<br />
Europees onderzoek toonde eerder aan dat het verstrekken van aansluitpremies voor potentiële<br />
warmteklanten één van de topmaatregelen is in de opzet van een succesvol duurzaam warmtebeleid.<br />
(Wiltshire, 2010)<br />
Het loont daarnaast algemeen de moeite om ter versterking van de impact rekening te houden met:<br />
• Duidelijk een trapsgewijs 57 afbouwpad 58 vooropstellen en breed communiceren van de<br />
verschillende premiecategorieën, gekoppeld aan een verplichtend eisenpakket 59 voor de<br />
betreffende woning. De beperking in de tijd en de perspectief van de verplichting anderzijds<br />
zorgt voor een schaarste en urgence to act. Dergelijke effecten waren ook zichtbaar bij de<br />
geleidelijke afbouw van subsidies voor bijvoorbeeld zonnepanelen of de <strong>Vlaamse</strong> premie voor<br />
dakisolatie;<br />
• Op termijn een geografische afhankelijkheid toe te voegen aan het premiebeleid waarin geen<br />
premies meer verstrekt zouden worden in die gebieden waar de gesubsidieerde maatregel<br />
strijdig zou zijn met de <strong>Vlaamse</strong>- of lokale visie op energie en ruimtelijke ordening. Dit zal<br />
57<br />
Om economische schokken bij installatiebedrijven te beperken<br />
58<br />
Niettegenstaande dat sociale correcties nodig blijven<br />
59<br />
Individuele eisen voor de gebouwschil of overkoepelende energieprestatie-eis