6 | 2020 Europoort Kringen Magazine

I N D U S T R I E E L M A N A G E M E N T M A G A Z I N E
THEMA: INDUSTRIËLE ISOLATIE,
CORROSIE & COATING
nr. 6 - juni 2020, 59ste jaargang
WIM GROENENDIJK
(DELTAPORT DONATIEFONDS)
GOEDE BUUR
30 CENTIMETER
MEER LADING
HANS KOOLE (VIB):
‘NA DE ZOMER WORDT
HET SPANNEND’

A CLIMATE NEUTRAL COMPANY
360° VERTROUWDE VEILIGHEID
Betrouwbare bescherming bij het werken met gevaarlijke vloeistoffen:
Falcon fijndoseerkannen in: HDPE, gelakt en verzinkt staal, en RVS
Werken met gevaarlijke stoffen vergt bijzondere
voorzieningen en veel specialistische kennis op de
werkvloer. Bedrijven die hiermee werken hebben die
kennis uiteraard in huis. Meestal verspreid over verschillende
disciplines. Communicatie en alertheid zijn daarbij van
groot belang. Ieder risico kan potentieel grote gevolgen hebben.
DENIOS hanteert de 360° veiligheidsfilosofie en verzorgt een vrijblijvende
risico-inventarisatie, rapporteert en adviseert conform
de actuele wet- en regelgeving. Als producent en leverancier van
ruim 10.000 gecertificeerde producten kunnen wij vrijwel altijd de
juiste oplossing bieden. DENIOS levert, installeert en zorgt met
een eigen onderhoudsteam dat uw bedrijfsmiddelen up-to-date
blijven. Het veiligheidsniveau blijft daardoor gewaarborgd en uw
medewerkers beschermd.
Ga voor meer informatie naar: www.denios.nl
of bel ons: 0172 - 50 64 66 03 312 00 87
9

I N D U S T R I E E L M A N A G E M E N T M A G A Z I N E
COLOFON
UITGEVER
Waterfront Media Concepten b.v.
BINK 36, Binckhorstlaan 36 unit C1 14-16
NL-2516 BE Den Haag
E-mail: info@waterfrontmedia.nl
REDACTIE
E-mail: redactie@europoortkringen.nl
HOOFDREDACTEUR
Jiří Hartog
jiri.hartog@europoortkringen.nl
Telefoon: 06 112 15 996
VASTE MEDEWERKERS REDACTIE
Kim de Booij, Marcus Draaisma, Onno de Jong, Jaap Luikenaar,
Rob Nijman, Erik Stroosma, Fred Verstegen, Pieter de Vries,
Joan van Winsen
ONTWERP & VORMGEVING
VormPro, René Peereboom
KLANTENSERVICE
E-mail: info@europoortkringen.nl
COVERFOTO EUROPOORT KRINGEN
Pierre Crom
ADVERTENTIES
Remco Rooij, Sales Director
Telefoon: +31 (0)70 221 19 43
Mobiel: +31 (0)6 53 22 08 22
E-mail: remco.rooij@europoortkringen.nl
NIEUWE ABONNEMENTEN
Waterfront Media Concepten b.v.
E-mail: info@waterfrontmedia.nl
ABONNEMENTSPRIJS
€ 99,00 (incl btw). per jaar. Abonnementen kunnen elk
moment ingaan en worden na een jaar automatisch verlengd.
Opzeggen kan tot twee maanden voor het einde van de
abonnementsperiode.
VERSCHIJNING
Europoort Kringen verschijnt 12 x per jaar.
ISSN 1568 - 881X
INHOUD
Column Onno de Jong 19
Van onder een steen
De verbinder 22
Materialen en methodes
voor het beperken van de
risico’s 25
Hans Koole (VIB): ‘Na
de zomer wordt het
spannend’ 28
Econtras breidt JetBlackproductlijn
verder uit 33
Winst op isolatie 36
Isolatiespecialist 38
Column Jaap Luikenaar 47
Waarde en waardering
vanwerk
Werkbak in de ban 48
Biodivers zonnepark 50
Webnieuws 53
Waterstof: groene keten
krijgt vorm 54
Twitterij 61
Productnieuws 67
Agenda 71
Mensen in Bedrijf 73
SmartPort 75
Column Marcus Draaisma 77
Mixen is geen gemakzucht
Copyright © 2020 Waterfront Media Concepten b.v.
Niets uit deze uitgave mag op enigerlei wijze worden
overgenomen zonder uitdrukkelijke toestemming van
de uitgever.
Dit vakblad is uitsluitend gericht op vakbeoefenaren en
anderen die op grond van hun professie belang hebben bij
de in dit blad gepubliceerde vakinformatie. Sinds eind 2011
is er een gewijzigde abonnementenwet van kracht voor
consumenten. Deze is niet van
toepassing voor abonnementen
op vakinformatie, die uit
hoofde van beroep of bedrijf
zijn aangegaan.
ADVERTENTIELIJST
Denios2
Metaalhandel Ketting 4
Compressor Products International 6
President Safety 8
Huikeshoven10
RVO.nl 12, 18
Foamglas20
Muehlhan24
Bos Nieuwerkerk 32
Garfield Aluminium 40
Altisol46
Eco Ketelservice Verhuur 52
Mees van den Brink 52
Econtras58
Gizom60
Van Mossel Autolease Rotterdam 61
Hogeschool Utrecht 66
Helmke68
Hi-Force Nederland 68
Vinçotte Nederland 70
Stichting PHOV 70
Korpershoek Autoverhuur 71
Europoort Industrie Diensten 72
Travaini Pompen Benelux 74
Maskate76
SIG78
CRI Rope Access 80
Insulcon82
Van Ginkel Concerns 83
Van der Linden & Veldhuis Isolatie 84

METAALHANDEL
W. Ketting & Zn B.V.
Samen op weg naar
een duurzame wereld
Inkoop van:
■ metalen
■ ijzer
■ non-ferro
■ kabels
■ accu’s
Metaalhandel W. Ketting & Zn B.V.
60 JAAR
IJZERSTERK
Metaalhandel W. Ketting & ZN B.V.
Bakkersoordsekade 4-16, Havennr. 2918
Postbus 674
3195 ZH Pernis Rotterdam
T +31(0)10 416 92 96
E info@metaalhandel-ketting.com
W www.metaalhandel-ketting.com

I N D U S T R I E E L M A N A G E M E N T M A G A Z I N E
THEMA: INDUSTRIËLE ISOLATIE, CORROSIE & COATING
EUROPOORT KRINGEN
juni - 2020 5
INHOUD
6 - juni 2020 - 59ste jaargang
Goede buur
Het DeltaPORT Donatiefonds dacht dit jaar zijn vijftigjarig
bestaan te vieren met een extra grote donatie, maar de
coronacrisis gooide roet in het eten. Nu zet het fonds zijn
‘verjaardagsgeld’ in voor corona-gerelateerde projecten
in de directe omgeving van het Rotterdamse haven- en
industriecomplex. Voorzitter Wim Groenendijk van het
DeltaPORT Donatiefonds geeft tekst en uitleg over
het belang van een goede relatie met je omgeving, de
meerwaarde van burgemeesters in het bestuur en het
belang van de juiste balans.
13
Een lastig te vangen
sluipmoordenaar
Nee, het probleem van corrosie onder isolatie is er niet door
opgelost. Maar het project Corrosie onder Isolatie heeft wel een
aantal nuttige best practices opgeleverd, die handvatten bieden om
dit probleem eerder op te sporen en te beheersen. “Die methodieken
bestonden nog niet. Nu komt het erop aan dat ze worden gebruikt”,
zegt projectleider Rob de Heus van World Class Maintenance.
42
30 centimeter meer lading
Zonder dat er grote investeringen aan te pas zijn
gekomen, kunnen olietankers met een grotere diepgang
dan vroeger uit het Calandkanaal vertrekken. Pieter
Nordbeck, werkzaam voor de divisie Havenmeester bij
het Havenbedrijf Rotterdam, is de bedenker van deze
vondst. Hierdoor kunnen olietankers duizenden tonnen
meer lading vervoeren, wat een besparing van enkele
tienduizenden euro’s aan vrachtkosten oplevert.
62

Cultivating our line of eco-friendly
compressor solutions
New EMISSIONGUARD packing rings significantly reduce your packing case emissions
As environmental regulations tighten, CPI is committed to engineering new solutions to keep compressors
operating efficiently and compliantly. The new EMISSIONGUARD TR² packing ring is of a unique construction
which increases reliability while providing improved sealing efficiency, reducing leakage and emissions—
because compliance today means a greener tomorrow.
Learn more about EMISSIONGUARD products at cpicompression.com/EMISSIONGUARD
EMISSIONGUARD TR 2

EUROPOORT KRINGEN
juni - 2020 7
VOORWOORD
DE ONZICHT-
BARE VIJAND
JIRI HARTOG
Hoofdredacteur Europoort Kringen
jiri.hartog@europoortkringen.nl
Stel dat je een probleem wilt oplossen
dat niet zichtbaar is. Hoe pak je dit aan?
Dan moet je eerst een stapje terug doen
en ervoor zorgen dat het op de agenda komt te
staan. Dit deed Rob de Heus van World Class
Maintenance met het onderwerp corrosie onder
isolatie. Hij bracht voor het project Corrosie
onder Isolatie een twintigtal partijen bij elkaar
om zich over dit probleem te buigen.
Het project had niet tot doel om in een
sneltreinvaart allerlei nieuwe tools te fabriceren.
Daarvoor heb je veel meer tijd nodig dan het
jaar dat hiervoor was gereserveerd. In plaats
hiervan zijn best practices verzameld die door
de verschillende asset owners beschikbaar zijn
gesteld. Dit is al een hele stap vooruit, vindt
Rob, wiens verhaal je vanaf pagina 42 in deze
Europoort Kringen kunt lezen.
Want een probleem, dat is het. En wel om een
aantal redenen. Allereerst omdat je het niet
kunt waarnemen. Het zit tenslotte onder een
flinke laag isolatie, waar het in combinatie met
water flink kan broeien. Ook komt het nogal
eens voor op moeilijk bereikbare plaatsen.
En als derde doet de corrosie zich vaak voor
op plaatsen waar je het niet verwacht. Rob
vergeleek corrosie onder isolatie met een
sluipmoordenaar, iemand die je besluipt op een
plaats waar je dat niet verwacht.
De afronding van dit project om een onzichtbare
vijand te bestrijden, werd op het eind overigens
gehinderd door een andere onzichtbare vijand
waar we tegenwoordig mee te maken hebben:
het coronavirus. De eindbijeenkomst kon vanwege
de epidemie niet doorgaan in maart; in plaats
hiervan werd eind juni een webinar gehouden.
Een bijkomend voordeel hiervan is de laagdrempeligheid,
zei Rob. Wie weet zorgen de naweeën
van de aanval van de ene sluipmoordenaar dus
voor een grote awareness van de andere.

Import, verkoop en distributie van
persoonlijke beschermingsmiddelen
arm- en handbescherming ademhalingsbescherming werkkleding gehoorbescherming
President Safety legt zich toe op de import, verkoop en
distributie van Persoonlijke Beschermings Middelen.
Met 150 jaar ervaring en kennis, spelen we snel, flexibel
en klantgericht in op de vaak specifieke vragen uit de markt.
Wij staan onze klanten bij door op een goede, veilige en rendabele
manier de PBM vraagstukken in te vullen en op te lossen.
Ons assortiment bestaat uit een eigen lijn PBM artikelen
onder de naam PSP ® en een zorgvuldig gekozen en selectief
portfolio A-Merken.
Bezoek www.presidentsafety.nl of neem contact op met onze
afdeling Sales. Onze medewerkers staan voor u klaar!
wij leveren uitsluitend aan de wederverkoop
T +31 (0)181 878 000
E sales@presidentsafety.nl
0655904202 WA Business
WWW.PRESIDENTSAFETY.NL
Hoofdkantoor: President Building, 5e etage | Curieweg 19, 3208 KJ Spijkenisse
Postbus 100, 3220 AC Hellevoetsluis | Logistiek centrum: Marconiweg 16a, 3225 LV Hellevoetsluis

hoofdbescherming oog- en gelaatsbescherming valbeveiliging been- en voetbescherming
your supplier in safety
www.presidentsafety.nl

INDUSTRIAL HEATING SOLUTIONS:
APPLICATIONS:
ENGINEERING
HEAT TRACING
PROCESS HEATERS
INSTALLATION & SERVICE
PIPES & TANKS
TANKCONTAINERS
TANKTERMINALS
OFFSHORE PLATFORMS

Huikeshoven BV
Robijnstraat 6
7554 TB Hengelo
+31 (0)88-2034200
info@huikeshoven.nl
www.huikeshoven.nl
MARKETS:
BUSINESS PARTNER OF:
FOOD
CHEMICALS
TRANSPORT
SEMICONDUCTOR
ELTHERM
(www.eltherm.com)
SCHNIEWINDT
(www.schniewindt.de)

Kennisgeving Voorbereidingsbesluit Porthos Transport
en opslag van CO 2
besluit wordt voor bereid. Het gaat om een zone waarbinnen het tracé van
de transportleiding zal worden bestemd.
Waarom is dit project nodig?
De overgang van de huidige op fossiele grondstoffen gebaseerde economie
naar een duurzame economie inclusief een andere grondstoffenbasis
neemt geruime tijd in beslag. Om de klimaatdoelstellingen te halen zijn
maatregelen nodig die CO 2 -uitstoot op korte en middellange termijn
beperken. CO 2 -afvang en -opslag is een technologie die hiervoor ingezet
kan worden. Door CO 2 bij de industrie af te vangen en ondergronds op
te slaan, wordt een toename van broeikasgassen in de atmosfeer tegengegaan.
Van vrijdag 12 juni 2020 tot en met donderdag 23 juli 2020 ligt het
Voorbereidingsbesluit ter inzage voor Porthos Transport en opslag van
CO 2 (hierna: Porthos).
Het project Porthos is een initiatief van het Havenbedrijf Rotterdam N.V.
(HbR), Energie Beheer Nederland (EBN) en N.V. Nederlandse Gasunie voor
de aanleg van een CO 2 -leiding door het Rotterdamse havengebied naar
een opslaglocatie onder de Noordzee waarin CO 2 vanuit de Rotterdamse
industrie wordt opgeslagen. Porthos wil in 2022/2023 operationeel zijn.
Het project valt onder de rijkscoördinatieregeling (RCR), waarbij het
Ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK) de besluitvorming
coördineert.
Wat gaat er gebeuren?
Het Porthos-project is gericht op het aanleggen, het beheer en
de exploitatie van een CO 2 -transport infrastructuur in het Rotterdamse
Havengebied in combinatie met opslag in de diepe ondergrond onder zee.
Het project is opgebouwd uit de volgende onderdelen:
- Het transport van CO 2 met behulp van een ondergrondse transportleiding
vanaf de CO 2 -producerende industrie. De transportleiding
bestaat uit een landdeel, gelegen in het Rotterdamse havengebied, en
een zee-deel, vanaf de Maasvlakte tot het platform P18-A in het westen,
circa 20 kilometer van de kust.
- De compressie van CO 2 , tot de gewenste druk voor injectie, in een
compressorstation op land.
- CO 2 -opslag in gasreservoirs (P18-2, P18-4 en P18-6) onder de Noordzee.
Van deze onderdelen bevindt een deel zich buiten gemeentelijk ingedeeld
gebied. Daarvoor is geen wijziging van een bestemmingsplan nodig.
Dit betreft de opslag onder de Noordzee en het grootste deel van de zeeleiding.
Voor de transportleiding op land, het compressorstation en een
klein deel van de transportleiding op zee (de kruising van de Maasmond)
wordt een wijziging van het bestemmingsplan voorbereid. Voor dit deel
van het Porthos-project is als voorkeurs alternatief gekozen voor een tracé
via de leidingstrook langs een noordelijke route in het havengebied
(het ‘noordelijke tracé alternatief’) met een compressorstation gelegen aan
de Aziëweg.
Het voorkeursalternatief is met de gemeente Rotterdam en de provincie
Zuid-Holland besproken en men is akkoord met het voorgestelde tracé
van de initiatiefnemer.
De minister van Economische Zaken Klimaat en de minister van Binnenlandse
Zaken en Koninkrijksrelaties bereiden een (rijks)inpassingsplan
voor waarin het leidingtracé op land, de kruising van de Maasgeul en
de locatie van het compressorstation van Porthos worden vastgelegd.
In een inpassingsplan of projectbesluit legt het Rijk de bestemming van
grond vast en de regels voor het gebruik ervan.
De ministers hebben voor Porthos een voorbereidingsbesluit genomen.
Dit betekent dat is bepaald voor welk gebied het inpassingsplan of project-
Het Rotterdamse havengebied draagt voor 17% bij aan de totale CO 2 -emissie
van Nederland. Het totale Rotterdamse havengebied heeft in het kader van
het klimaatbeleid een opgave om te verduurzamen en te komen tot een
CO 2 -arme haven en tegelijkertijd internationaal competitief te blijven.
Het Havenbedrijf Rotterdam heeft transitiepaden ontwikkeld die de basis
vormen om samen met de bedrijven in het havengebied, ‘In drie stappen
CO 2 -neutraal’ te komen tot reductie van de CO 2 -uitstoot. Uit onderzoek is
gebleken dat afvang en opslag van CO 2 hierin een onmisbare schakel is en
een belangrijke, kosteneffectieve maatregel om relatief grote hoeveelheden
CO 2 -emissies te voorkomen.
Het kabinet beschouwt CO 2 -opslag als een belangrijk onderdeel in de mix
van maatregelen om de CO 2 -uitstoot terug te dringen in industriële
sectoren waarvoor geen kosteneffectief alternatief is. Het project Porthos
past daarmee binnen de afspraken in het regeerakkoord (2017) en
het Klimaatakkoord (2019).
Wat houdt het voorbereidingsbesluit in?
Als de gemeente een aanvraag ontvangen voor een omgevingsvergunning
voor het bouwen of voor het uitvoeren van overige werken en werkzaamheden
in dit gebied, dan moet rekening worden gehouden met dit voorbereidingsbesluit.
Dat kan betekenen dat de aanvraag wordt aangehouden.
Om te voorkomen dat het gebied minder geschikt wordt voor Porthos,
kunnen nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen bovendien alleen nog maar
plaatsvinden als hiervoor een specifieke omgevingsvergunning is verleend.
Het gebied waarvoor deze beperking geldt, is aangegeven op de kaart bij
het voorbereidingsbesluit.
Het voorbereidingsbesluit is op 11 juni 2020 in werking getreden.
Waar kunt u het voorbereidingsbesluit inzien?
Het voorbereidingsbesluit is gepubliceerd op www.ruimtelijkeplannen.nl
en op www.bureau-energieprojecten.nl. Op papier kunt u het voorbereidingsbesluit
tijdens de reguliere openingstijden van vrijdag 12 juni
2020 tot en met donderdag 23 juli 2020 bekijken op het Ministerie van
Economische Zaken en Klimaat, Bezuidenhoutseweg 73, 2594 AC
Den Haag. Hiervoor kunt u een afspraak maken via telefoonnummer
070 - 379 89 79. U kunt op vertoon van uw legitimatiebewijs de stukken
inzien.
Het is niet mogelijk om tegen het voorbereidingsbesluit bezwaar te maken
of beroep in te stellen. Dit volgt uit artikel 8:5, eerste lid, van de Algemene
wet bestuursrecht, in samenhang met artikel 7:1, eerste lid, en artikel 1
van bijlage 2 van de Algemene wet bestuursrecht.
Wilt u meer weten?
Meer informatie over Porthos Transport en opslag CO2 en alle bijbehorende
stukken vindt u op:
www.bureau-energieprojecten.nl. Heeft u naar aanleiding daarvan nog
vragen? Dan kunt u Bureau Energieprojecten bellen via telefoonnummer
070 - 379 89 79.

Wim Groenendijk, voorzitter DeltaPORT Donatiefonds
GOEDE BUUR
Foto’s: Pierre Crom
INTERVIEW
Het DeltaPORT Donatiefonds dacht dit jaar zijn vijftigjarig bestaan te vieren met een
extra grote donatie, maar de coronacrisis gooide roet in het eten. Nu zet het fonds zijn
‘verjaardagsgeld’ in voor corona-gerelateerde projecten in de directe omgeving van het
Rotterdamse haven- en industriecomplex. Voorzitter Wim Groenendijk van het DeltaPORT
Donatiefonds geeft tekst en uitleg over het belang van een goede relatie met je omgeving,
de meerwaarde van burgemeesters in het bestuur en het belang van de juiste balans.

14
EUROPOORT KRINGEN
juni - 2020
Hoe is het om tijdens de coronacrisis een
jubileum te vieren?
“Vijftig jaar is een mooi, rond getal en indrukwekkend
bovendien. We hadden een jubileum gepland met
feestelijkheden er omheen. Ook wilden we bovenop de
bestaande aanvragen een groot project honoreren en
dat wellicht via een soort competitie insteken. Daarvoor
hadden wij 50.000 euro gereserveerd. Kortom, we
hadden allemaal leuke dingen bedacht en vervolgens
kwam de coronacrisis. Toen bedachten we dat je het
geld maar één keer kunt uitgeven. Waar is dat het
beste aan besteed? Het fonds is ingesteld om onze
buren in het havengebied zoveel mogelijk te helpen.
We worden ook wel het burenfonds van de haven
genoemd, wat niet voor niets is natuurlijk. De aan het
fonds deelnemende bedrijven doen zelf ook allerlei
dingen, maar je wilt ook iets gemeenschappelijks doen.
We geven jaarlijks zo’n drie ton ton weg aan allerlei
projecten op het gebied van cultuur, sport, recreatie,
welzijn, maatschappelijk werk. Maar ja, in zo’n crisis
ontstaan er gevallen waar dat geld goed gebruikt
kan worden. Het gaat ons er niet om economische
schade als gevolg van de coronacrisis te vergoeden.
We zijn er niet om lokale ondernemers bij te staan
die omzet missen. Daar zijn overheidskanalen voor en
dat mogen we ook niet als ANBI-organisatie. We zijn
er wél om onze buren door deze moeilijke tijd heen
te helpen. Dus we hebben onze jubileumdonatie opzij
gezet voor projecten die een link met de coronacrisis
hebben. Ook hebben we die 50.000 euro opgehoogd
naar 75.000 euro. Vervolgens is er een aanvraag
opengesteld. Bij de beoordeling ervan kijken we of
het project daadwerkelijk een steentje bijdraagt op
het gebied van de zorg, welzijn, sport, onderwijs of
cultuur. Als er lokale ondernemers betrokken bij kunnen
worden, dan heeft een project een streepje voor. Dat is
het verhaal.”
Is er veel behoefte aan deze coronahulp?
“Ja, we hebben het persbericht op 10 april uitgestuurd,
waarna er meteen behoorlijk wat reacties op kwamen.
We hebben heel wat aanvragen in behandeling
genomen, waarbij wij beloven de aanvragers binnen
twee weken uitsluitsel te geven. Na de eerste ronde
hebben wij op 8 mei een nieuw persbericht over
opgesteld, waarin een aantal van de projecten staat
genoemd waaraan we een donatie hebben toegekend.
Stuk voor stuk zijn dat hartstikke goede projecten.
Maar er is nog geld over.”
Na hoeveel rondes zal de pot van 75.000 euro
leeg zijn, verwacht je?
“Maximaal drie rondes, verwacht ik. We willen niet te
lang op het geld blijven zitten. Er is nu grote behoefte

EUROPOORT KRINGEN
juni - 2020 15
“Het gaat ons er niet om
economische schade als
gevolg van de coronacrisis
te vergoeden”
VAN 23 JUNI 1970
De oorsprong van het DeltaPORT Donatiefonds
voert terug naar 23 juni 1970, toen op initiatief
van de stichting Europoort/Botlek Belangen
(EBB) de stichting Fonds Voorne, Putten
en Rozenburg werd opgericht. De eerste
voorzitter was de toenmalige burgemeester
van Spijkenisse, P.J. Bliek. De gelden die de
stichting bijeenbracht, kwamen ten goede aan
allerlei verenigingen in de regio. Dit gebeurde
meestal via lokale stichtingen. Het ging daarbij
om projecten van plaatselijke stichtingen op
sociaal, cultureel en recreatief gebied die
‘aan de gehele bevolking ten goede komen’.
In 1978 werd het Fonds Grote Projecten
ingesteld, voor de financiering van ‘grotere
projecten van meer dan lokale betekenis’. Zo
werd dankzij een bijdrage van 50.000 gulden
de Hervormde Kerk in Geervliet gerestaureerd.
EBB ‘moderniseerde’ het fonds in 1997 met
de uitbreiding van het werkingsgebied met
Hoogvliet, Hoek van Holland, Maassluis en
Vlaardingen. De naam werd toen omgezet naar
EBB-donatiefonds. Na de fusie van EBB en
Scheepvaart Vereniging Zuid tot Deltalinqs
werd het EBB-fonds ondergebracht in een
gezamenlijke stichting van Deltalinqs en het
Havenbedrijf Rotterdam.
aan. Toch zal het zal mij verbazen als wij in de tweede
ronde al het beschikbare geld uitgeven. Het mag van
mij, begrijp mij goed, als er voldoende goede aanvragen
binnenkomen. Theoretisch zou er een vierde ronde
kunnen volgen, maar ik hoop eerlijk gezegd dat we
het geld snel aan goede projecten kunnen uitgeven.
Daarnaast lopen de reguliere aanvragen nog gewoon
door. Elk kwartaal komen wij als bestuur samen om
te besluiten over het toekennen van de reguliere
aanvragen.”
Vergaderen jullie op afstand of normaal, fysiek
aan een vergadertafel?
“Het gaat op de nieuwe normale manier, op afstand. Ik
merk dat iedereen daar meer aan gewend raakt. Ik vind
dat videovergaderen niet slecht; dat gaat best efficiënt.
We hebben dat nu een paar keer gedaan. Zelf zit ik
vanuit mijn functie voor de Gate Terminal ook de hele
dag te videobellen, want daar werken we eveneens
zoveel mogelijk thuis. Het is een beetje het nieuwe
normaal geworden.”
Hoe lang ben je al voorzitter van het fonds?
“Sinds januari 2019. Toen het aanbod kwam hoefde
ik er niet lang over na te denken. Ik vind het een heel
mooie taak. Wat is er nou mooier dan iets te kunnen
doen voor de mensen in je omgeving? Het zijn mooie
projecten, die echt iets betekenen voor de mensen

16
EUROPOORT KRINGEN
juni - 2020
“Duidelijk is dat
het DeltaPORT
Donatiefonds een
prachtig idee is; het
zou ook in andere
industriegebieden goed
kunnen werken”
in de regio. Ongelofelijk veel tijd kost het mij niet;
het is een beetje avonden- en weekendenwerk. Het
versterkt ook de band met de omgeving. Voor mij
persoonlijk was het een heel goede kennismaking met
de omgeving, want ik kom oorspronkelijk niet uit deze
regio. Het was fantastisch om op die manier te zien
wat er hier speelt, waar mensen zich mee bezighouden
en hoe je hen daarbij kunt helpen. We zijn maar een
klein fonds. Drie ton is niet een wereldbedrag. Maar
toch maken wij met de bedragen die we geven net het
verschil of een project slaagt of niet. We kijken altijd
wat we als extraatje kunnen bijdragen om ervoor te
zorgen dat zo’n project kan doorgaan. Elk jaar houden
wij een bijeenkomst met de beneficiaries, zeg maar de
mensen die de bedragen hebben ontvangen. Dan hoor
je hoe de donaties worden gebruikt. Het is prachtig om
op die manier een bijdrage te kunnen leveren.”
Heb je zelf een say in wie wat krijgt?
“Dat bepalen we als bestuur. We hebben specifieke
criteria waar we ons aan moeten houden. Allereerst
de criteria vanuit onze status als ANBI-organisatie, die
je beperkingen opleggen waaraan je kan schenken.
Daarnaast hebben we zelf een aantal richtlijnen. We
willen het geld een beetje evenredig verdelen over
de regio rondom de haven. We hebben daar ook
een bepaalde verdeelsleutel voor. Een gemeente die
heel dicht bij de haven ligt, zoals Rozenburg, staat
wat hoger in de verdeelsleutel dan bijvoorbeeld
Hellevoetsluis. Vier keer per jaar krijgen we een hele
lijst van aanvragen, waar we stuk voor stuk doorheen
gaan. We bespreken in welke vorm en welk bedrag
toegekend wordt. We hebben er allemaal individueel
onze invloed op, maar besluiten worden als bestuur
genomen. In het bestuur zitten ook drie burgemeesters
van omliggende gemeenten.”
Hoe is het samenwerken met een bestuurder als
je afkomstig bent uit het bedrijfsleven?
“Heel interessant. Bestuurders kijken er toch anders
naar dan vanuit wij vanuit het bedrijfsleven. Dat maakt
het ook goed; die diversiteit heb je echt nodig. De
burgemeesters weten heel goed wat er in hun regio
speelt. Zij brengen ook het ownership en draagvlak
mee vanuit die regio’s. Verder kunnen zij dit soort
mogelijkheden binnen hun regio goed onder de
aandacht brengen. Ik zie het als een soort two-waystreet.”
Is je de afgelopen tijd een mooie of speciale gift
in het bijzonder bijgebleven?
“Dat is een moeilijke vraag, want ieder project heeft
wel iets wezenlijks. Ze zijn allemaal ook verschillend.
Het is de diversiteit die het zo mooi maakt. Je ziet
projecten met een link naar de gezondheidszorg, weer
andere met het verenigingsleven. Ze zijn allemaal
belangrijk.”

EUROPOORT KRINGEN
juni - 2020 17
WIE IS WIM GROENENDIJK?
Wim Groenendijk studeerde
wiskunde aan de Universiteit
Utrecht. Hij werkte lange tijd voor
Shell, in verschillende functies
in Nederland en Australië. Na
een ruim negen jaar durend
dienstverband voor Gasunie trad
Groenendijk in november 2018
aan als managing director bij
Gate Terminal in Rotterdam. Sinds
januari 2019 combineert hij deze
functie met het voorzitterschap
van het DeltaPORT Donatiefonds.
Verder zitten in het bestuur: Carlo
Eijkels (BP), Gerrit Peekstok
(Regio Rotterdam-Rijnmond
Nederlands Loodswezen), Bas
Janssen (Deltalinqs), Matthijs
Verhagen (Havenbedrijf
Rotterdam), Foort van Oosten
(burgemeester Nissewaard), Edo
Haan (burgemeester Maassluis),
Jolanda de Witte (burgemeester
Albrandswaard) en Alexander
Bakker (pr).
Waarom geven bedrijven - toch geen charitatieve
instellingen - en het Havenbedrijf Rotterdam
eigenlijk zomaar elk jaar drie ton weg?
“Dat doen bedrijven natuurlijk niet alleen via dit fonds.
Ze doen ook zelf al veel. En, het is natuurlijk geen
kwestie van ‘zomaar weggeven’. Het idee van een fonds
als dit is dat bedrijven te midden van een gemeenschap
werken. Het is ook de gemeenschap waar veel van
onze medewerkers wonen en leven. Daar moet je je
heel bewust van zijn. Je creëert als bedrijf soms wat
overlast, zoals dat gaat met buren. Je hebt soms wat
gemak en soms wat last van elkaar. De relatie met
onze buren is heel belangrijk. Die wil je gewoon goed
hebben. Het fonds helpt ervoor te zorgen dat die relatie
op peil blijft. Wel moet je er voorzichtig mee opereren
en een balans in acht houden. Je moet niet de indruk
wekken dat je mensen wilt afkopen. Dat is helemaal
niet de bedoeling.”
En werkt dat? Komen de donaties de relatie met
de buren inderdaad ten goede?
“Ik weet wel dat de donaties buitengewoon door de
betrokkenen worden gewaardeerd. Wij proberen met
onze donaties een zo groot mogelijke doelgroep in de
regio’s te bereiken, dus we gaan er vanuit dat wij met
die donaties een heleboel mensen een plezier doen.
Het is moeilijk direct een verband te leggen of dat de
relatie verbetert. Misschien moeten we dat maar als
aanname geloven. We gaan dat niet checken ook. We
hebben het gevoel dat dit goed is om te doen vanuit
onze maatschappelijke verantwoordelijkheid. Het is ook
gewoon een kwestie van een gezonde relatie met je
omgeving hebben. Net als thuis met je buren. Je maakt
eens een praatje en als je elkaar kunt helpen door even
een boodschapje te doen, dan doe je dat ook. Je gaat
je niet afvragen wat voor benefit je dit direct oplevert.”
Verwacht je dat het fonds in de huidige formule
nog jarenlang kan worden voortgezet?
“Wat mij betreft wel. Wel bekijken we regelmatig hoe
het nog beter kan. Dat gaat om kleine zaken; zo zijn
we bezig met een nieuwe website en een modernere
manier van aanvragen. Maar we kijken ook meer
structureel, of de huidige opzet nog past in de tijd en
of we het efficiënter kunnen maken. Je wilt tenslotte
dat zoveel mogelijk geld zijn bestemming bereikt. We
hebben nu bijvoorbeeld aparte adviescommissies
die lokaal adviseren. In totaal zijn er zo’n zeventien
gebiedscommissies. Misschien zou dat wat
gestroomlijnder kunnen. Naar dat soort vragen
kijken wij wel. Maar duidelijk is dat het DeltaPORT
Donatiefonds een prachtig idee is. Het zou ook in
andere industriegebieden goed kunnen werken.”

Reactiemogelijkheid en persoonlijk contactmoment
Integrale effectenanalyse ‘Net op zee IJmuiden Ver Beta’.
Het ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK) en de landelijk
beheerder van het hoogspanningsnet TenneT willen een ondergrondse
hoogspanningsverbinding realiseren van het windenergiegebied
IJmuiden Ver in de Noordzee naar de Maasvlakte op het vasteland.
Er zijn meerdere tracés (routes) op zee en op land op de Maasvlakte
onderzocht, net als een drietal locaties voor een converterstation op
de Maasvlakte. Er is besloten om het tracéalternatief naar Simonshaven
op basis van het onderzoek naar de milieueffecten af te laten vallen
voor het Net op zee IJmuiden Ver Beta.
Proces keuze kabelroute
Voor het Net op zee IJmuiden Ver Beta zijn in het milieueffectrapport
(MER) kabeltracés en locaties voor converterstations op de Maasvlakte en
naar Simonshaven onderzocht. Op basis van de resultaten van het MER is
Simonshaven afgevallen.
De afgelopen maanden is veel informatie verzameld in de omgeving en
onderzoek gedaan naar de effecten van het mogelijke kabeltracé op milieu,
omgeving, techniek, kosten en toekomstvastheid. De resultaten van dat
onderzoek zijn beschreven in de Integrale effectenanalyse (IEA).
Op 12 juni 2020 wordt de IEA op de website van Bureau Energieprojecten
gepubliceerd.
Eind 2020 kiest de minister van Economische Zaken en Klimaat welk
tracéalternatief de voorkeur heeft. Dit is het voorkeursalternatief.
De minister maakt in overleg met het ministerie van Binnenlandse Zaken
en Koninkrijksrelaties hiervoor een keuze uit de onderzochte tracéalternatieven
(kabelroutes) en locaties voor een converter station. Dit doet de
minister op basis van de IEA, de reacties op de IEA uit de omgeving,
het advies van de regionale overheden en het advies van de Commissie
voor de milieueffectrapportage. Na keuze van het voorkeursalternatief
wordt dit alternatief verder onderzocht en uitgewerkt in een ruimtelijk
plan en worden vergunningen aangevraagd.
Aanmelden voor telefonisch spreekuur
Vanwege het coronavirus (COVID-19) kunnen fysieke inloopbijeenkomsten
niet plaatsvinden. Het ministerie van Economische Zaken
en Klimaat biedt daarom de mogelijk heid om op 23 juni 2020 tussen
16.00 uur en 21.00 uur uw vragen te beantwoorden tijdens een persoonlijk
telefonisch gesprek. Medewerkers van het ministerie van EZK en TenneT
beantwoorden uw vragen.
U kunt zich tot en met 22 juni 2020 aanmelden voor een telefonische afspraak
en eventueel uw vragen alvast doorgeven via telefoonnummer 070 379 89 79
(tijdens kantooruren) of een e-mail sturen naar:
bureauenergieprojecten@minezk.nl.
Inzien van de documenten
U kunt de IEA en MER vanaf 12 juni 2020 inzien.
Digitaal op de website van bureau-energieprojecten onder Project
‘IJmuiden Ver Beta’. Op papier kunt u deze stukken in dezelfde
periode bekijken (tijdens reguliere openingstijden) bij het Ministerie van
Economische Zaken en Klimaat, Bezuidenhoutseweg 73, 2594 AC Den Haag.
Voor het inzien van de papieren versie van de IEA kunt u telefonisch een afspraak
maken met het ministerie van EZK door te bellen via telefoon 070 379 89 79.
Waarom dit project?
Door het gebruik van olie, kolen en aardgas warmt de aarde op en
verandert ons klimaat. Om dit tegen te gaan, stapt Nederland over op
duurzame energie uit wind, zon en aardwarmte. Voor deze overstap
zijn aanpassingen aan ons elektriciteitsnet nodig.
Het windenergiegebied ‘IJmuiden Ver’ is onderdeel van de Routekaart
windenergie op zee 2030 waarbij verschillende windparken op zee worden
aan gesloten op het landelijke hoogspanningsnet en groene stroom gaan
leveren.
Indienen van een reactie
Wilt u een reactie indienen op de IEA? U kunt bijvoorbeeld laten
weten of er volgens u nog belangrijke informatie ontbreekt in de
onderzoeken en wat voor u de belangrijkste effecten zijn. Dat kan van
12 juni 2020 tot en met 10 juli 2020. U krijgt per brief een ontvangstbevestiging.
Digitaal via het reactieformulier op: www.rvo.nl/net-op-zee-ijmuiden-ver-beta.
Als u uw reactie telefonisch wilt indienen, kan hiervoor een afspraak worden
gemaakt door te bellen met telefoonnummer 070 379 89 79.
Meer informatie
Wilt u meer informatie over het project of over de
procedure van besluitvorming, kijk dan op de volgende
websites: www.rvo.nl/net-op-zee-ijmuiden-ver-beta of
www.netopzee.eu/ijmuidenverbeta.
Of bel met Bureau Energieprojecten via telefoonummer
070 379 89 79.

EUROPOORT KRINGEN
juni - 2020 19
COLUMN
VAN ONDER
EEN STEEN
ONNO DE JONG,
consultant Transport,
Infrastructuur & Mobiliteit
bij Ecorys
Vorige maand heb ik voor wat betreft
havenzaken een klein beetje onder een
steen geleefd. Nu mijn meewerkstage
bouwlogistiek en minor supply chain
management voor aannemers er weer opzit, en
de verbouwing (en verhuizing) thuis geslaagd is,
was het tijd om weer bij te lezen, te kijken en te
luisteren.
Interessant was een interview van drie kwartier
dat een van de redacteuren van collega-medium
Nieuwsblad Transport had met Allard Castelein.
Nu de gezondheidscrisis van het coronavirus
voorlopig in ieder geval onder controle lijkt
te zijn, is het tijd om de balans voor de korte
termijn op te maken. In mijn vorige column
vertelde ik u al over de verwachte effecten op de
goederenoverslag in Rotterdam en naastgelegen
havens. De schattingen lijken redelijk overeen te
komen met wat er in de eerste twee kwartalen
daadwerkelijk gebeurde. Het eerste kwartaal
kende een min van negen procent en de
verwachtingen voor het tweede kwartaal gaan
uit van een mogelijke min van dertig procent.
Over heel 2020 is de verwachting ook slecht met
een score ergens tussen de 10 en 20 procent
minder volume dan vorig jaar.
Een terechte vraag ging dan ook over de
snelheid van herstel. En dat raakt dan weer
aan de meer fundamentele uitdagingen waar
het havenindustrieel cluster mee te maken
heeft. De aloude stikstofdiscussie blijft een
uitdaging bij het realiseren van de infrastructuur
voor de vergroening van het havencomplex.
Projecten waar het milieu baat bij heeft, mogen
niet gerealiseerd worden omdat er geen
stikstofruimte is. Wij zien hetzelfde overigens
ook gebeuren bij terminalprojecten; modal shift
wordt beperkt vanwege de stikstofproblematiek.
Nogal krom als je het mij vraagt.
De andere uitdaging, beroepsmatig sowieso
een interessante, blijft de betaalbaarheid
van de vergroening van de hele industrie. Vijf
miljard euro voor de komende ronde van de
SDE++ regeling klinkt als een flinke pot, maar
wanneer je kijkt wat er allemaal uit gefinancierd
kan worden, zal het geld snel verdeeld zijn.
Concrete bedragen zijn altijd lastig boven tafel
te krijgen in dit soort discussies, maar goedkoop
zal een electrolyser niet zijn.
Vanuit Brusselse hoek is er misschien wel
wat te verwachten. We mogen immers niet
terug naar de economie van de jaren ’50
en Eurocommissaris annex ‘klimaatpaus’
Timmermans wil de Europese begroting
inzetten voor crisisherstel en verduurzaming
van de Europese economie. Benieuwd of de
Rotterdamse plannen en de Brusselse ambities
elkaar in een concrete businesscase kunnen
vinden.
Leuke vraag om ondertussen over te filosoferen
is of we het begrip peak oil, dus het moment
waarop de olieproductie op zijn hoogst is om
daarna af te nemen, ook op de havens kunnen
toepassen. Gaan we in een post-coronawereld
inderdaad meer dichter bij huis produceren,
vaker vanuit huis werken en minder in het
vliegtuig stappen? Eens kijken of daar een
voorspelling op los te laten valt.

CORROSIEBESCHERMING,
MET MET FOAMGLAS ® ® ISOLATIE SYSTEMEN
Het beperken Het beperken van corrosie van corrosie onder onder isolatie isolatie en het en buiten het buiten houden houden
van water van water is van is cruciaal van cruciaal belang belang om je om installaties je installaties operationeel, operationeel,
veilig veilig en performant en performant te houden. te houden. FOAMGLAS FOAMGLAS ® isolatie ® isolatie de is de
duidelijke duidelijke keuze keuze en biedt en biedt ondoordringbaarheid voor water voor water en en
damp, damp, superieure superieure druksterkte druksterkte en constante en constante thermische thermische efficiëntie. efficiëntie.
Deze Deze eigenschappen helpen helpen om uw om installaties uw installaties efficiënt efficiënt te laten
laten
functioneren functioneren en als en u een als u specifieke een specifieke applicatie applicatie nodig nodig heeft, heeft, zijn wij zijn wij
er om er u om te helpen u te helpen het juiste het juiste systeem systeem vinden. te vinden.

Pittsburgh Pittsburgh Corning Corning NL NL
+31 (0) +31 6 (0) 22 6542206542306 23
industry@foamglas.nl
Voor online Voor online contact contact en en
technische technische informatie informatie kan je kan je
ons vinden ons vinden op: op:
WWW.FOAMGLAS.COM

22
EUROPOORT KRINGEN
juni - 2020
INDUSTRIËLE ISOLATIE
SIG Benelux
DE VERBINDER
Als business-to-business distributeur van onder andere technische
isolatiematerialen neemt SIG Benelux een cruciale positie in de waardeketen in.
Het bedrijf bevindt zich tussen de producenten en afnemers in; een positie waar
het zich onderscheidt met zijn kennis, logistiek, digitalisering en assortiment.
zijn onze klanten. Wij verkopen
uitsluitend aan professionele, utiliteits- en
“Isolatiebedrijven
industriële isoleerders, niet aan particulieren”,
maakt Michel Jacobs direct duidelijk. Hij is business
unit manager technische isolatie bij SIG Benelux. Het
- nu nog, zie kader - in Tilburg gevestigde bedrijf is een
dochteronderneming van het Britse, beursgenoteerde
SIG (Sheffield Insulation Group) uit Londen. SIG
Benelux is twintig jaar in Nederland actief en richt zich
op drie segmenten. Ten eerste wat ‘afbouw nat’ wordt
genoemd; dit zijn materialen die door stucadoors,
maar ook schilders, tegelzetters en klusbedrijven
worden gebruikt. Het tweede segment ‘afbouw droog’
richt zich op materialen voor wanden en plafonds en
het derde segment - waar Jacobs dus commercieel
verantwoordelijk voor is - is technische isolatie.
Michel Jacobs
Logistiek onderscheiden
“Onze klanten krijgen van hun opdrachtgever een
specificatie voorgelegd. Bijvoorbeeld een leidingentracé
dat moet worden geïsoleerd. Zij bekijken welke
materialen toegepast moeten worden en leggen
mogelijke technische vragen voor aan ons. Wij proberen
die dan, al dan niet in overleg met de fabrikanten, te
beantwoorden. Van daaruit maakt men een keuze en
worden de materialen besteld. Wij leveren die just-intime
op de gewenste locatie”, vertelt Jacobs over de
werkwijze. Met dit laatste roert hij een van de punten
aan waarmee SIG Benelux zich onderscheidt, op deze
belangrijke positie als verbinder in de waardeketen

EUROPOORT KRINGEN
juni - 2020 23
“Wij willen
logistiek uitblinken
door oplossingen
te bieden
waardoor klanten
graag zaken met
ons blijven doen”
NIEUW DC IN WAALWIJK: DE KERS OP DE TAART
Een twintig jaar jong bedrijf, vol ambitie. Zo omschrijft algemeen directeur Ronald Hoozemans SIG Benelux.
Wil je groeien, dan moet je investeren, vindt hij. Er staan grote uitbreidingsplannen op stapel. Zo wordt in
het eerste kwartaal niet alleen een nieuw centraal magazijn voor natte afbouw in Nieuwegein geopend,
maar ook een nieuw, groot distributiecentrum en hoofdkantoor in één in Waalwijk. “Daarmee verdubbelen
we de capaciteit van ons magazijn. Door alle hoofdkantoorfuncties samen te brengen, creëren wij echt een
plek waar centrale expertise zit. Het dc in Waalwijk wordt de kers op de taart van alle vernieuwingen die
we aan het doorvoeren zijn.” Ook is SIG Benelux van zins zijn vestigingen - waaronder die in Nieuwerkerk
aan de IJssel - zodanig in te richten, zodat er niet alleen zoals nu natte afbouw kan worden afgehaald, maar
ook technische isolatie en droge afbouw.
tussen afnemer en producent in. “Wij willen logistiek
uitblinken door oplossingen te bieden waardoor klanten
graag zaken met ons blijven doen.” Hij haalt het
voorbeeld aan van 26 trailers met isolatiemateriaal,
die tijdig op de site van een plant moesten worden
geleverd. Dit zodat de werkzaamheden tijdig konden
beginnen. Een uitdagende klus, die naar tevredenheid
werd afgerond. “Fijn als zo’n project goed loopt”, blikt
hij terug. “Voor ons, maar zeker voor de klant.”
Digitale verbeteringen
Het tweede uitgangspunt voor SIG Benelux om waarde
toe te voegen vanuit de verbindersrol, is het bieden van
kennis. “Wij hebben veel kennis en expertise in huis.
Alle mensen die bij ons werken hebben naast de nodige
passie veel inhoudelijke kennis over hun vakgebied.”
Een derde, actueel element waar veel aandacht aan
wordt geschonken, is digitalisering. Het is niet zo, legt
Jacobs uit, dat hiermee wordt beoogd de menselijke
maat uit de keten te halen. Wel moeten digitale
verbeteringen het bestellen makkelijker maken, door
zaken als het vinden van producten in de webshop, de
orderbevestiging en facturatie te vereenvoudigen. “Zo is
er minder afleiding, wat het menselijk contact juist ten
goede komt”, zegt Jacobs. Ten vierde onderscheidt SIG
Benelux zich met zijn assortiment. “Deze component
hebben we recent toegevoegd. Onze voorraadpositie
was al goed, maar we merken dat het voeren van
het juiste assortiment in de breedte en diepte een
belangrijke manier is om meer relevant te zijn, en echt
die rol van verbinder op ons te kunnen nemen.”
Akoestiek en brandwering
“Verder zijn wij sterk in het bieden van confectie, het
op maat snijden van isolatiemateriaal ten behoeve van
HVAC- en industriële toepassingen”, aldus Jacobs.
Het totaalpakket zorgt ervoor dat het bedrijf een flinke
schare vaste klanten heeft. “Als je jaren samenwerkt,
kun je elkaar goed bij grote projecten ondersteunen.
Je weet wat je van elkaar verlangt, waardoor je snel
kunt schakelen en je kunt aanpassen aan de wensen
van de klant.” Hoewel SIG Benelux met het segment
technische isolatie actief is in wat Jacobs als een
nichemarkt beschouwt, ziet hij ruimte voor groei.
“Wij onderzoeken voortdurend hoe wij klanten extra
toegevoegde waarde bieden. Dit gaan wij bijvoorbeeld
doen op het gebied van akoestiek en brandwering.
Akoestiek doen we al op een beperkt niveau, maar
dat willen we uitbreiden, zodat we ook daarvoor
specialisten hebben lopen die alles hierover weten en in
samenspraak met de contractors passende oplossingen
kunnen bieden. Ook gaan wij een nieuw logistiek
centrum bouwen in Waalwijk. Je ziet, er staat van alles
te gebeuren!”

EEN
MAN
EEN
MAN
EEN
WOORD
EEN
WOORD
Muehlhan belooft en maakt waar
Specialisten in staalconservering, steigerbouw en rope access
Interesse in een afspraak? Bel 010-4264960
www.muehlhan.nl
staalconservering – steigerbouw – rope access

EUROPOORT KRINGEN
juni - 2020 25
Het beheersen van corrosie onder isolatie
MATERIALEN EN
METHODES VOOR
HET BEPERKEN
VAN DE RISICO’S
Tekst: Jente Quintens
INDUSTRIËLE ISOLATIE
Leidingen en apparaten die water, stoom, gas en petrochemische stoffen
verwerken of transporteren, moeten betrouwbaar kunnen functioneren onder
alle mogelijke omstandigheden.

26
EUROPOORT KRINGEN
juni - 2020
Ondanks de vele mogelijkheden voor de bescherming
(isolatie, coatings, etc.) van deze vitale onderdelen
van de infrastructuur, zijn leidingen en apparaten
toch voortdurend kwetsbaar voor corrosie. Onder
deze lagen van bescherming kan corrosie zich, vaak
ongemerkt, uitbreiden. Wanneer corrosie onder isolatie
(CUI) optreedt, komt niet alleen het leidingwerk en de
apparaten, maar ook de productiviteit van de processen
en de veiligheid van het personeel, in het gedrang.
Hoe ontstaat CUI? CUI is een veelvoorkomend
probleem bij geïsoleerde leidingen en apparatuur in
bijna elke industrie. De ideale omstandigheden voor
de ontwikkeling van CUI zijn echter vaak kenmerkend
voor gas- en petrochemische procesomgevingen. De
aanwezigheid van warmte, vochtigheid, chemische
stoffen en bepaalde weersomstandigheden die
bijdragen aan corrosie kunnen zich sneller ontwikkelen
en dus ook sneller en meer schade veroorzaken.
CUI kan ontstaan wanneer vocht het isolatiesysteem
binnendringt en wordt meestal gevoed door vier factoren:
water, zuurstof, een corrosieve chemische stof en
de juiste temperatuursomstandigheden. Vocht onder de
isolatie is moeilijk te detecteren en kan gedurende een
lange periode in contact zijn met een leiding, waardoor
corrosie volledig onopgemerkt blijft totdat een leiding
begint te lekken of faalt.
Alle corrosie begint met vocht. Vocht is overal aanwezig
en het is onvermijdelijk. Enkele van de belangrijkste
vochtbronnen en risicofactoren zijn:
- Regenwater/omgevingsvocht: regenwater of vocht
dat in de lucht gecondenseerd is, kan op zichzelf
al corrosief zijn. Wanneer dit vocht in contact
komt met coatings, cladding, sealants, of andere
omgevingselementen, kan het nog meer corrosieve
eigenschappen aannemen.
- Sprinklersystemen: wanneer deze systemen worden
geactiveerd, kunnen ze vaak grote hoeveelheden
water op een kleine oppervlakte concentreren
waardoor de isolatie kan doordrenken.
- Onderhoud: regelmatige onderhoudsprocedures
kunnen corrosierisico's met zich meebrengen door
het gebruik van water en/of reinigingsmiddelen.
- Koude temperaturen: leidingen waarbij de
servicetemperaturen ver onder het vriespunt liggen,
lopen over het algemeen weinig risico op corrosie
(vanwege het gebrek aan zuurstof), maar leidingen
(of bepaalde delen) die vaak bevriezen en smelten
zijn bijzonder kwetsbaar voor corrosie.
- Warmere temperaturen: -20°C tot +175°C is het
belangrijkste temperatuurbereik met betrekking tot
het corrosierisico voor de meeste metalen buizen .
Deze temperaturen zijn doorgaans niet heet genoeg
om alle vocht te laten verdampen, waardoor de
doorlaatbare isolatie mogelijk doordrenkt raakt met
water en voortdurend in contact komt met de leiding.
- Systemen met een hoge temperatuur in rust: bij
leidingen waarin stoffen met een hoge temperatuur
worden vervoerd, is het corrosierisico over het
algemeen lager vanwege de verdamping. Maar
Sealants spelen een
belangrijke rol bij het
behoud van de integriteit
van de isolatielaag
wanneer deze systemen worden stilgelegd, kan er
vocht binnendringen en dus corrosie optreden.
Isolatiematerialen
Het beschermen van leidingen tegen vocht is cruciaal.
Toch kan het indringen van vocht nooit volledig
geëlimineerd worden. De keuze van het isolatiemateriaal
en -systeem kan het risico van vocht dat in contact
komt met leidingen helpen te verminderen en is daarom
van fundamenteel belang. Veel ingenieurs en aannemers
wenden zich tot cellulair glasisolatie wanneer problemen
met leidingwerk als gevolg van corrosie veel meer dan
maar gewoon een ongemak zijn en het gevaar bestaat
dat de werkzaamheden moeten worden stilgelegd of dat

EUROPOORT KRINGEN
juni - 2020 27
kunnen aanvullen (of aantasten). Bijvoorbeeld, zelfs met
een ondoordringbaar materiaal als cellulair glas, is het
mogelijk gebruik van extra dampscherm een belangrijk
onderdeel en kan het helpen om de schade aan de
isolatielaag te beperken. Daarnaast spelen sealants
een belangrijke rol bij het behoud van de integriteit van
de isolatielaag. FOAMGLAS®-isolatiesystemen maken
gebruik van neutraal uithardende sealants en lijmen die
geschikt zijn voor hogere temperaturen (tot 260 °C) en
ervoor zorgen dat de FOAMGLAS®-celglasisolatie rond
de leidingen of apparaten volledig wordt afgesloten.
Beschermen tegen CUI
Zelfs de beste isolatiematerialen helpen niet om CUI
te beperken als ze niet goed worden geïnstalleerd. Het
opvolgen van de aanbevelingen van de fabrikanten
is van cruciaal belang, maar dat geldt ook voor het
onderzoek naar specifieke isolatiesystemen die
kunnen helpen om vocht te beperken. Joints vormen
punten van kwetsbaarheid, waardoor effectieve
afdichtingsmiddelen van cruciaal belang zijn.
Het FOAMGLAS® Sealed System maakt gebruik
van de ondoordringbaarheid van FOAMGLAS®
isolatie in combinatie met onze gepatenteerde joint
sealant om zo vocht buiten het systeem te houden.
De neutraal uithardende, joint sealant is ontwikkeld
voor gebruik met FOAMGLAS®-isolatiesystemen,
draagt niet bij aan corrosie en geeft de mogelijkheid om
compartimentering in je isolatiesysteem te voorzien om
de verspreiding van de corrosie te beperken.
Als vocht toch zou binnendringen, kunnen
afstandssystemen een extra beschermingsniveau
bieden waardoor vocht afgevoerd kan worden.
Idealiter zouden afstandhouders en buisisolatie deel
moeten uitmaken van een totaalsysteem, zodat
ze samenwerken voor maximale effectiviteit. Het
FOAMGLAS® Spacer-systeem maakt gebruik van
gepatenteerde spacer-technologie om een luchtspleet
van 12 mm te creëren tussen de isolatie en de buis. Dit
helpt te voorkomen dat water in contact blijft met de
buis. Als de integriteit van het systeem aangetast zou
zijn, helpt het gecompartimenteerde ontwerp van het
systeem met het kanaliseren van vocht, weg van de
buis naar punten waar het uit het systeem kan worden
afgevoerd.
er een aanzienlijk veiligheidsrisico ontstaat.
Zand, natriumcarbonaat en kalksteen zijn de
belangrijkste ingrediënten voor de productie van
FOAMGLAS® cellulair glasisolatie. Bij verhitting
tot extreme temperaturen ontstaat een chemische
reactie die miljoenen hermetisch afgesloten glascellen
produceert. Deze glasmatrix met gesloten cellen is
volledig ondoordringbaar voor vocht en vloeistoffen in
vloeibare en gazeuse staat.
De isolatie op zich is slechts een deel van het verhaal.
Systeemontwerpers moeten zich ervan bewust zijn
hoe andere componenten in het systeem, waaronder
coatings en sealants, de vochtbarrière van het systeem
Conclusie
CUI is een kostbare en altijd aanwezige uitdaging in de
gas- en petrochemische industrie. Hoewel de grootste
oorzaak van corrosie (vocht) nooit volledig uit deze
werkomgevingen kan worden geëlimineerd, kunnen
de risico's en de kosten van CUI worden beperkt door
de omstandigheden te begrijpen die CUI bevorderen
en te zoeken naar materialen en installatietechnieken
die helpen de gevolgen te beperken. Dit zodat de
installaties veilig en efficiënt kunnen blijven draaien.
Jente Quintens is werkzaam als verantwoordelijke voor
marketing & communication voor industry business bij
Owens Corning FOAMGLAS® isolatie.

28
EUROPOORT KRINGEN
juni - 2020
INDUSTRIËLE ISOLATIE
Hans Koole, voorzitter VIB
‘NA DE ZOMER
WORDT HET
SPANNEND’
De Nederlandse Vereniging van Ondernemingen in het thermisch isolatiebedrijf
(VIB) vroeg haar leden eind maart al naar de gevolgen die zij van de coronacrisis
ondervinden. “Iedereen krijgt zakelijk gezien wel een tik mee, maar het doet ook
mentaal wel het een en ander”, zegt voorzitter Hans Koole over de uitkomsten. Hij
ziet dat werk gewoon doorgaat en hoopt dat de orderportefeuille van zijn leden ook
na de zomer gevuld zal blijven.

EUROPOORT KRINGEN
juni - 2020 29
Vorig jaar riep je jullie achterban op om meer trots
te tonen op de toegevoegde waarde die de sector
biedt. Komt dat al een beetje op gang?
“Ja, langzaam maar zeker wordt dat meer. Bijvoorbeeld
op LinkedIn laten bedrijven en medewerkers steeds
meer zien waarmee ze bezig zijn. Ze maken foto’s
van het werk dat ze doen en dan zie je dat ze er
heel erg trots op zijn. Daar komen ook weer goede
reacties op van diverse collega’s. Dat zit al goed in het
vakmanschap ingebakken, wat ik ontzettend leuk vind.
Voor het tonen van de toegevoegde waarde naast het
vakmanschap - denk aan het leveren van een bijdrage
aan de energiebesparing en CO2-reductie - merk je
dat isolatiebedrijven contractors zijn, die afhankelijk
zijn van de ruimte die de asset owner hen geeft. Door
de maatschappelijke druk wordt die discussie over de
waarde van isolatie steeds meer gevoerd, al wordt die
nu een beetje minder belicht door de coronacrisis.”
Je gaf destijds een check op corrosie als
voorbeeld. Gebeurt dit in de praktijk al?
“Ja, medewerkers van isolatiebedrijven lopen natuurlijk
vanwege het werk dat ze doen op de site. Als zij
isolatiemateriaal van bijvoorbeeld leidingen afhalen,
zou het helemaal niet onverstandig zijn de informatie te
delen die zijn opdoen. Bij de grote leden gebeurt dit al,
maar ik weet niet of dit een standaard procedure is. Het
is een uiting dat de sector bereid is de samenwerking te
zoeken met alle bedrijven die op een plant actief zijn bij
bijvoorbeeld een turnover of het reguliere onderhoud.
Het gebeurt steeds vaker, maar ze roeren er dan niet de
trom mee. Terwijl dat meedenken juist een uiting is van
het kwaliteitsbesef dat de VIB-leden hebben.”
Zit isolatie nog altijd achteraan in de keten, qua
prijs en tijd?
“Kijk, veel installaties in de industrie zijn niet meer
de jongste. Bij het onderhoud ervan komen soms
onverwachte dingen tegen aan het licht. Als je dan
zoals wij aan het eind van onderhoudsprocessen zit,
komt daar als het ware alle druk bij elkaar. Zeker
bij grootschalige projecten hoor je van behoorlijke
tijdsoverschrijdingen. Als je dit op een andere manier
zou organiseren, door ons er vroegtijdiger bij te
betrekken, moet er winst te behalen zijn. Dat verandert
een beetje, maar ik hoor niet terug van de bedrijven dat
daar al dé slag is gemaakt.”
“De samenwerking met andere
sectoren moet intensiever”
‘STABIELE SECTOR’
“Het ledenaantal is een beetje
gegroeid. Niet met tientallen
procenten. Het is een vrij stabiele
sector”, schetst voorzitter Hans
Koole van de VIB de ontwikkeling
die de in 1931 opgerichte
Nederlandse Vereniging van
Ondernemers in het Thermisch
Isolatiebedrijf het afgelopen jaar
heeft doorgemaakt. De VIB telt nu
ruim tachtig leden, te weten ongeveer
vijftig isolatiebedrijven en dertig
toeleveranciers en fabrikanten.
De aangesloten isolatiebedrijven
vertegenwoordigen zestig procent
van alle onder de cao vallende
werknemers. In totaal zijn er in
de isolatiesector 270 bedrijven
actief. “Alle grote industriële
isolatiebedrijven zijn lid. Maar de
kleinere bedrijven, die veelal in
de utiliteit werken, zijn ook goed
vertegenwoordigd.”
Hoe raakt de coronacrisis jouw eigen
werkzaamheden?
“Het bestuurlijke werk is toegenomen, want we
proberen onze leden vanuit de VIB en de OOI
[Opleidings- en Ontwikkelingsfonds voor de
Isolatiebranche, red.] zo goed mogelijk te informeren.
Wij hebben de behoeften van de leden in kaart
gebracht en proberen waar mogelijk invloed uit te
oefenen bij beleidsinstanties en werkgeversorganen.
Daarom hebben wij nauw overleg met koepels als
MKB-Nederland en VNO-NCW en met de aanpalende
branches. Wij zijn immers maar een kleine branche en
kijken daarom goed naar wat er in aanpalende branches
als de bouw en installatietechniek wordt ontwikkeld.
Die hebben bijvoorbeeld het protocol ‘Samen veilig
doorwerken’ ontwikkeld, waarop wij ons hebben
aangesloten.”
In hoeverre worden de isolatiebedrijven door de
crisis geraakt?
“Eind maart hebben wij een enquête bij de leden
uitgezet om te meten wat de impact van de crisis was.
De resultaten maakten duidelijk dat er een onderscheid
moet worden gemaakt tussen isolatiebedrijven in
de industrie en in de utiliteitssector. “Iedereen krijgt
zakelijk gezien wel een tik mee, maar het doet ook
mentaal wel het een en ander. Als je kijkt naar de
omzet, werkgelegenheid en orderportefeuille zie je
dat er bij de industrie aanvankelijk een omzetterugval
was. Asset owners maakten eerst een pas op de plaats
met het onderhoud, wat nu weer een beetje bijtrekt.
Isolatiebedrijven konden dit deels met de flexibele schil
opvangen. Het helpt enorm dat er protocollen worden
gemaakt, door Shell bijvoorbeeld. Het is ook mooi dat
de turnaround bij Shell Pernis doorgaat. Ook de VNPI
is bezig te kijken wat de best practices zijn, om ervoor

30
EUROPOORT KRINGEN
juni - 2020
GEEN LEVERINGS­
PROBLEMEN
In een enquête van
Bouwend Nederland
spraken bouwbedrijven de
verwachting uit dat er een
tekort aan bouw- waaronder
ook isolatiemateriaal zou
zijn. Dat is niet juist, stelt
voorzitter Hans Koole van
de VIB. “Wij hebben dit bij
alle producenten onder onze
leden nagevraagd, maar ze
kunnen nog prima leveren.
Ook aan de industrie. Wij
zien het als een van onze
taken om ontwikkelingen
in aanpalende sectoren te
signaleren en verifiëren.”

EUROPOORT KRINGEN
juni - 2020 31
Hans Koole
“We zullen in 2020
een demonstratie van
het vakmanschap gaan
neerzetten”
te zorgen dat de productie en het onderhoud gewoon
door kunnen gaan. Wij juichen dat van harte toe. Hoe
de orderportefeuille er over een tijdje uitziet? Duidelijk
is dat onze sector in een afhankelijkheidspositie
verkeert. Als de asset owners, opdrachtgevers en
gebouweigenaren zeggen er even mee te stoppen,
hebben we een serieus probleem. Dat zou kunnen.
Op dit moment is de verwachting dat het werk
doorgaat, maar na de zomer wordt het spannend.”
Belangrijk voor de sector waren de internationale
vakwedstrijden, die in oktober op de
Energievakbeurs zouden worden gehouden.
“De voorbereidingen van deze kampioenschappen
vinden uiteraard nog steeds plaats, maar we zullen in
2020 een demonstratie van het vakmanschap gaan
neerzetten, met minder accent op het wedstrijddeel.
Dat laatste zal in 2021 verder worden uitgerold, om
alle kandidaten gelijke kansen te bieden. We weten
immers dat niet alle trainingen doorgang konden
vinden in de huidige omstandigheden. Ons doel is nu
en volgend jaar om er meer innovatie in te brengen.
Naast het handmatige vakmanschap zie je dat zeker
de grote bedrijven meer met prefab materialen
werken. Installaties worden digitaal opgemeten,
waarna de meting online naar de fabriek gaat, waar de
isolatiematerialen worden gemaakt. Vervolgens gaat dit
via een nauwgezette logistiek naar de fabriek, waar het
wordt gemonteerd. Dat principe willen wij terug laten
komen in de vakwedstrijden. Op dit moment gaan wij
ervan uit dat de Energievakbeurs doorgaat. Dus met
het demonstreren van het vakmanschap is een mooie
koppeling te leggen met de nieuwe richtlijn ISSO 64.”
We hebben het nog niet gehad over de
arbeidsmarkt. Hoe gemakkelijk of moeilijk vinden
jullie leden nieuwe mensen?
“Voor alle bedrijven is dat zeker een ding. Leden die
actief zijn in de industrie hebben een flinke flexibele
schil. Veel werkzaamheden worden door mensen die
op uitzendbasis werken uitgevoerd. De zoektocht
naar goede krachten gaat door, ook in het buitenland.
Tegelijkertijd zie je in Nederland een redelijke vergrijzing
onder werkenden in de isolatie. Het opleidingsfonds
onderzoekt hoe we beter op het onderwijs kunnen
aansluiten. Zelf bekijken we de mogelijkheid om
trajecten op te zetten of ondersteuning aan bedrijven
te bieden, zodat het isolatievak meer zichtbaar wordt.
Het is een issue, maar we hebben niet de oplossing.
Dat heeft ook te maken met de positionering van het
isolatiewerk. Ten opzichte van ander technisch werk
staan wij niet bovenaan in de keten.”
Hoe staat het er met de ISSO 64-norm voor, die
jullie bezig waren te ontwikkelen?
“Het is belangrijk dat we met elkaar aan een hoger
kwaliteitsbewustzijn werken, en dan helpt het dat we
daar een norm voor hebben. In de industrie heb je de
CINI-norm. Er kan energie in worden gestopt om die
nog beter onder de pet te krijgen bij opdrachtgevers,
installateurs en misschien ook bij de isolatiebedrijven. In
de utiliteitsbouw bestaat zo’n norm niet; daarom hebben
wij het initiatief genomen tot het actualiseren van de
twintig jaar oude ISSO 64-norm. Dit hebben wij samen
met de installatiesector en onze opleidingsfondsen
gedaan . De nieuwe versie, die ook uitgebreider is dan
de oude, is zo goed als klaar. Hij gaat bijna naar de raad
van beheer van ISSO. Als die hem goedkeurt, wordt
hij openbaar en kunnen wij hem gaan implementeren.
Waarschijnlijk gaan wij hem in de tweede helft van dit
jaar uitrollen.”
Je bent in 2014 begonnen als voorzitter en zit nu
in je tweede termijn die tot 2020 loopt. Wat wil je
voor die tijd nog gedaan krijgen?
“Dat de normeringen nog breder en steviger in het
hele werkveld worden omarmd. Niet alleen bij de
isolatiebedrijven, maar ook bij de opdrachtgevers.
Ook zou ik graag willen dat de normen in de
overheidsomschrijvingen worden opgenomen, en dat het
kennisniveau op een hoger plan komt, in de sector, maar
ook erbuiten. De samenwerking met andere sectoren
moet intensiever. Vanuit dat perspectief kunnen wij een
bijdrage leveren aan de energietransitie en de CO2-
reductie. Juist door samen te werken kunnen wij tot
slimme oplossingen komen om beide mogelijk te maken.
Maar het zijn moeizame trajecten; zo’n crisis verlegt
de focus en dan mis je zo een paar maanden. Aan de
andere kant kan het ook een katalysator zijn op het
moment dat je weer gaat beginnen.”

SCHOORSTEENTECHNIEK ...EN MEER...
Wij zijn al 45 jaar Bos Nieuwerkerk, een familiebedrijf dat wereldwijd
actief is. Wij doen meer dan alleen schoorstenen produceren. Wij zijn ook
specialist op het gebied van rook- en procesgassen, zoals benutting
door middel van warmteterugwinning en reiniging met behulp van ltertechnieken.
Hoog in de lucht, maar met beide benen op de grond!
Hoogeveenenweg 5, Postbus 224 - NL-2910 AE Nieuwerkerk a/d IJssel - TEL +31(0)180 312388 - SITE www.schoorsteen.nl

EUROPOORT KRINGEN
juni - 2020 33
Econtras breidt JetBlack-productlijn verder uit
‘DE GROEI ZIT
VOOR ONS IN DE
INDUSTRIE’
Tekst: Erik Stroosma
INDUSTRIËLE ISOLATIE
Econtras Isolatie vierde vorig jaar zijn 65-jarig bestaan. Dat jubileum bereikte
het bedrijf door steeds weer in te spelen op behoeften in de markt. Een goed
voorbeeld daarvan is JetBlack Passive Fire Protection, een flexibel isolatiesysteem
dat bescherming biedt bij onder meer jet fires en pool fires.

34
EUROPOORT KRINGEN
juni - 2020
Van de coronacrisis heeft Econtras tot nu toe nog
niet veel last, geeft directeur Paul Roodenburg
aan. “Dat is vooral te danken aan de veelzijdige
oplossingen die wij bieden en het grote aantal sectoren
dat wij bedienen. Wij zijn gespecialiseerd in thermische
en akoestische isolatie en passieve brandbescherming
en leveren aan de industrie, petrochemie, energiesector,
offshore, scheepvaart en utiliteitsbouw. Door het brede
scala aan producten en afnemers zijn wij minder gevoelig
voor schommelingen in de economie.”
“Als bedrijf richten wij ons op het van A tot Z
uitvoeren van projecten. Wij geven advies, meten
isolatietoepassingen op locatie op, verzorgen de
fabricage en montage van de materialen en kunnen
tevens de projectengineering en het onderhoud aan
isolatiesystemen uitvoeren. Bij een aantal grote
bedrijfscomplexen, zoals Shell Moerdijk, BASF en Gate
terminal, hebben we langjarige onderhoudscontracten.
Die dragen bij aan de continuïteit van het werkaanbod.
We zijn blij dat we er daarvan steeds meer in
portefeuille hebben.”
“Wij zijn gespecialiseerd in
thermische en akoestische isolatie
en passieve brandbescherming”
C.J. van Waas
Wie het isolatiebedrijf aan de Zwaalweg in Barendrecht
bezoekt, ziet op de gevel Econtras Isolatie staan.
Op alle uitingen van de onderneming staat daar in
kleine letters onder ‘made by isolatiebedrijf C.J. van
Waas BV’. “Econtras is eigenlijk de naam van het
merk waarmee het bedrijf groot is geworden”, geeft
Roodenburg aan. “Onder die naam produceren,
leveren, monteren en onderhouden we onze
gecertificeerde isolatiematrassen. Door de bekendheid
in de markt, en omdat hij internationaal beter inzetbaar
is, zijn we Econtras ook steeds meer als bedrijfsnaam
gaan voeren. De officiële naam verwijst naar Cees van
Waas, die vlak na de oorlog samen met zijn broer RAMI
(Rotterdamse Asbest Matrassen Industrie) oprichtte.
In de jaren vijftig ging Cees zijn eigen weg om op
maat gemaakte afneembare isolatiematten voor de
scheepvaart te maken.”
Industrie en petrochemie
In de jaren die volgden is C.J. van Waas/Econtras
zich in toenemende mate op andere sectoren gaan
richten. “Isolatiebedrijven die voor de industrie werken
zijn inmiddels onze belangrijkste afnemers”, vertelt
commercieel directeur Rutger van Dijk. “Zeventig
procent van onze omzet is afkomstig uit de industrie en
petrochemie. Veel van onze klanten zitten in de havens
van Rotterdam en Antwerpen.”
Hoewel het bedrijf in de afgelopen 66 jaar een enorme
ontwikkeling doormaakte, bleef de basis hetzelfde.
“Speciaalproducten op het gebied van isolatie die je
zonder hulpmiddelen kunt verwijderen, daar draait
het nog altijd om bij ons”, aldus Van Dijk. “Klanten
kunnen daarbij kiezen uit een groot aanbod aan
isolatiedoeken en -vullingen, die bescherming bieden
aan temperaturen die uiteenlopen van -198 °C tot 1.350
°C. We hebben er tientallen op voorraad en daarmee
onderscheiden we ons van de concurrentie.”

EUROPOORT KRINGEN
juni - 2020 35
JetBlack-producten zijn onder de zwaarste
omstandigheden getest bij DNV GL Spadeadam in
Engeland door engineer surveyors van Lloyd’s Register.
Het JetBlack-product na de test.
Research en development
Wat Econtras ook altijd gebleven is, is een
familiebedrijf. “Mijn schoonvader Bob Simons werkte
bij C.J. van Waas en nam halverwege de jaren zeventig
het bedrijf samen met een paar collega’s over”, vertelt
Roodenburg. “Later werd hij volledig eigenaar. In 1998
deed hij zijn aandelen over aan mijn twee zwagers
en mij. Zij besloten die op een gegeven moment aan
mij te verkopen en sindsdien ben ik alleen eigenaar.
In het bedrijf houd ik mij veel bezig met research en
development. We werken altijd aan productverbetering
en -ontwikkeling. De markten die we bedienen houden
we scherp in de gaten, zodat we snel kunnen inspelen
op nieuwe behoeften op isolatiegebied.”
Jet fires
Zo ontstond een kleine tien jaar terug ook een nieuw
product voor brandwerende isolatie: JetBlack. Dochter
Joyce werkte dat idee van Paul uit, wat resulteerde
in een meerlagig, asbest- en RCF-vrij isolatiematras
dat bescherming biedt bij jet fires (fakkelbranden) en
pool fires (koolwaterstofbranden). “JetBlack Passive
Fire Protection (PFP) is een heel flexibel product dat
op maat geleverd wordt en makkelijk afneembaar en
herplaatsbaar is. Het is zeer geschikt voor het beschermen
van bijvoorbeeld aandrijvingen, afsluiters,
ESDV-kleppen, kabelgoten, leidingen, leidingdoorvoeringen
en mangaten bij raffinaderijen, bedrijven in de
chemische en petrochemische industrie en de offshore.
JetBlack-producten zijn onder de zwaarste omstandigheden
getest bij DNV GL Spadeadam in Engeland door
engineer surveyors van Lloyd’s Register. Een van de
daar geteste JetBlack-isolatiesystemen beschermt een
installatie 120 minuten lang tegen een jet fire van 1.150
graden Celsius. Andere JetBlack PFP-matrassen van
ons slaagden daar op die testlocatie respectievelijk 30,
60 en 90 minuten in. Met dat brede aanbod komen we
aan veel wensen tegemoet.”
Nieuwe varianten
Om aan nóg meer vragen vanuit de markt te kunnen
voldoen werkt Econtras hard aan het uitbreiden van
de JetBlack-productlijn. Roodenburg: “In de industrie
zit voor ons de meeste groei. Het verder aanscherpen
van de veiligheid in de sectoren waarvoor wij werken
biedt kansen voor onze bestaande JetBlack-matrassen
en nieuwe varianten. In het vierde kwartaal willen we
er een op de markt brengen die bescherming biedt
bij branden met vloeibare koolwaterstof (UL 1709).
Daarnaast komen we in de tweede helft van volgend
jaar met een JetBlack-matras dat ontwikkeld is voor
lekkages met cryogene stoffen, zoals waterstof.
Dat product moet, conform ISO-norm 20883, eerst
een kou van -198 graden Celsius kunnen weerstaan
en vervolgens een jet fire van 180 minuten met
temperaturen die oplopen tot 1.100 graden Celsius.”

36
EUROPOORT KRINGEN
juni - 2020
INDUSTRIËLE ISOLATIE
Huikeshoven Industrial Heating
WINST OP
ISOLATIE
Kijk met een kritische blik naar de isolatie van industriële installaties. Dit
raadt managing director Bart Nijhuis van Huikeshoven aan. Zijn ervaring is
dat daar in veel gevallen winst te behalen valt. “Des te beter functioneert
de heat tracing en draai je efficiënter.”
Bart Nijhuis

EUROPOORT KRINGEN
juni - 2020 37
Bart Nijhuis is sinds het begin van dit jaar
mede-eigenaar van Huikeshoven Industrial
Heating uit Hengelo, de specialist in industriële
verwarmingsoplossingen waarvoor hij al acht jaar werkt.
“De toenmalige directeur - Bas Spekreijse - is nog medeeigenaar,
maar bemoeit zich niet meer met de dagelijkse
leiding. We hadden hier de laatste twee jaar al naartoe
gewerkt. Ik had eerst de verkoop onder mijn leiding en
vorig jaar was ik min of meer bedrijfsleider, dus ik ben er
naartoe gegroeid.”
Warmteverlies
“Wij zijn geen isoleerder, maar we kunnen het wel
faciliteren”, stelt Nijhuis. “Huikeshoven bestaat al meer
dan tachtig jaar en is gespecialiseerd in industriële, puur
en alleen elektrische verwarmingssystemen. Bij klanten
zien wij vaak dat installaties beter geïsoleerd kunnen
worden, waardoor er onnodige verliezen zijn in de
installatie. De kwaliteit en nauwkeurigheid van isoleren
is dus cruciaal om heat tracing en uiteindelijk de gehele
installatie efficiënt te laten werken. Regelmatig treffen
wij op bochtstukken, flenzen en appendages minimale
isolatie aan, terwijl dit juist de kritische punten in het
leidingtraject zijn als het gaat om warmteverlies.”
Het advies van Nijhuis luidt om kritisch te zijn op de
isolatie van industriële installaties. “Daar valt veel
winst te behalen. Hoe beter een installatie geïsoleerd
is, des te beter functioneert de heat tracing en draai je
efficiënter.”
Elthern en Schniewindt
Heat tracing, Nijhuis noemde het al, is een van de
twee takken van sport waarin Huikeshoven Industrial
Heating is gespecialiseerd. Heat tracing wordt aan
de buitenzijde van tanks en leidingen geplaatst
om deze te verwarmen en bij process heating - de
tweede activiteit van Huikeshoven - gaat het om
heaters die in leidingen of tanks worden geplaatst.
Het Twentse bedrijf biedt zijn diensten onder meer
aan in de halfgeleider-, chemie-, olie- en gas- en
voedingsmiddelensector aan. “We hebben zowel
eindgebruikers als FrieslandCampina en Shell als
klant, maar ook installateurs en isolatiebedrijven”, zegt
Nijhuis. Voor heat tracing biedt Huikeshoven producten
aan van Elthern, een Duits bedrijf dat volgens hem tot
de top-drie wereldwijd behoort. Schniewindt, eveneens
MOGELIJK VERLAAT CORONA-EFFECT
“We hebben nu geen last van de coronacrisis; het is erg druk”, zegt
Bart Nijhuis van Huikeshoven. “Ook voor de komende maanden
is er voldoende continuïteit. Wel hoor ik van investeringen in de
olie- en gas- en halfgeleiderindustrie die worden uitgesteld. Dat
zou betekenen dat daar over zo’n drie jaar een dip komt. Maar het
is lastig daarop vooruit te lopen. Scherp en pro-actief in de markt
blijven, meer kun je niet doen. En tijdig anticiperen op situaties.”
“Als een klant een heater
in beton wil hebben gegoten,
dan kan dat”
Duits, is de producent die Huikeshoven voor process
heaters vertegenwoordigt.
Net wat verder
Laat één ding duidelijk zijn, Huikeshoven is niet van
wat Nijhuis de ‘copy-paste-opdrachten’ noemt. “Wij
gaan voor een totaaloplossing en willen de klant van
A tot Z ontzorgen. Als een klant een opdracht bij ons
neerlegt, dan is ons doel om waar mogelijk het proces
te verbeteren.” Hij geeft een voorbeeld, dat betrekking
heeft op heat tracing en waarbij vorstbewaking wordt
ingezet om de leidingen vorstvrij te houden. “Soms zie
je dat de vorstbewaking al inschakelt als het buiten
rond het vriespunt is. Maar het kan zijn dat je dan
gaat verwarmen als het nog niet nodig is. Je moet
gebruikmaken van - uiteraard - de isolatie, maar ook
de restwarmte die in de leidingen zit. Ik ken gevallen
waarbij de vorstbewaking bijvoorbeeld pas bij min vijf
graden hoeft te worden ingeschakeld.” Hij noemt het
een stuk energiebesparing, dat Huikeshoven sinds jaar
en dag toepast. Ook is het bedrijf volgens hem creatief
in het bedenken van specifieke verwarmingsoplossingen
en is leverancier Schniewindt in staat om high spec
heaters te bouwen. “Als een klant een heater in beton
wil hebben gegoten, dan kan dat. Soms krijgen wij de
meest specifieke vragen, bijvoorbeeld verwarming als
tooling om aluminium te lassen. Daar denken wij serieus
over na. We gaan daarin net wat verder.”
Power2Heat
Een trend waar Huikeshoven uitstekend voor
is gepositioneerd, is de energietransitie. “Veel
bedrijven kijken op wat voor manier zij hun processen
kunnen elektrificeren. Onze heaters zijn niet voor
alle vraagstukken geschikt, in veel gevallen blijken
warmtepompen of elektroden boilers de beste optie
met het meeste rendement. Maar er zijn ook punten
in het proces waar je niet anders kan dan met gas of
een elektrische heater te verwarmen. En omdat men
het gas graag wil elimineren, kunnen wij dit elektrisch
aanbieden.” Huikeshoven is in staat process heaters
te bouwen van 500 watt tot 5 à 10 megawatt. Een
brede range dus, legt Nijhuis uit. “Waar wij vijf jaar
geleden nog een heel enkele keer de vraag kregen
voorgelegd voor een heater van 250 of 500 kilowatt
heater, is dit nu aan de orde van de dag.” Dezelfde
ontwikkeling ziet hij ook bij heat tracing. Bedrijven die
stoom tracing gebruiken - dat zijn dunne stoomleidingen
die om de procesleiding zijn gelegd - kiezen nu veel
sneller voor elektrisch. “Al is dit maar een klein deel van
hun energieverbruik, het is soms een eerste stap tot
elektrificatie.”

38
EUROPOORT KRINGEN
juni - 2020
INDUSTRIËLE ISOLATIE
Van der Linden & Veldhuis
ISOLATIESPECIALIST
Coronacrisis of niet, de vestiging van Van der Linden & Veldhuis heeft de komende
maanden zijn handen vol aan de isolatie van opslagtanks, cacaofabrieken en ook
wacht er een onderhoudsstop van een afvalenergiecentrale. Vestigingsleider
Richard Hout vertelt wat er hier allemaal bij komt kijken.
Richard Hout

EUROPOORT KRINGEN
juni - 2020 39
Het magazijn van Van der Linden & Veldhuis
in Wormerveer is tot de nok toe gevuld met
isolatiemateriaal. “Vlak voor de Kerst hebben
wij de opdracht voor een groot project binnengehaald”,
vertelt vestigingsleider Richard Hout. “Daarvoor hebben
wij materiaal moeten kopen om te prefabben. Dat staat
hier nu; het is inderdaad behoorlijk wat. Het project is
in maart gaan lopen en duurt tot als het goed is tot in
december. Het gaat om de isolatie van 71 opslagtanks
en is een van de grootste opdrachten in de Benelux op
dit moment. Wij zijn er heel content mee.”
Opslagtanks en cacaofabrieken
‘Wormerveer’ is een van de drie vestigingen van Van
der Linden & Veldhuis in Nederland. De specialist in
thermische, akoestische en brandwerende isolatie voor
de industrie is verder gevestigd in Vlaardingen - dit is
de hoofdvestiging - en Sas van Gent. “Wormerveer
is de kleinste vestiging. Onze vaste groep bestaat uit
circa twintig medewerkers, inclusief kantoorpersoneel
en ingeleenden”, zegt Hout. De vestiging bestaat uit
een kantoor, magazijn, werkplaats, ‘lashok’ en een
kantine. Vanuit de locatie bedient Van der Linden &
Veldhuis industriële klanten boven de denkbeeldige
lijn die tussen Wormerveer en Maastricht loopt. “De
hoofdmoot van onze activiteiten bestaat uit de isolatie
van opslagtanks. Daarnaast voeren wij veel onderhoud
uit bij cacaofabrieken. Daar zijn er nogal wat van in
de Zaanstreek en Amsterdam.” Opslagtanks worden
door Van der Linden & Veldhuis geïsoleerd en beplaat,
voordat die naar de eindklant gaan. Bij de isolatie
van cacaofabrieken komt er veel tracing aan te pas.
“Er wordt daar met boter gewerkt, dat moet worden
warm gehouden. Wij verpakken de tracers in steenwol,
waarna wij beplaten met rvs of aluminium.”
Van A tot Z
Hout is bijna 27 jaar werkzaam bij Van der Linden
& Veldhuis. Sinds drie jaar is hij vestigingsleider in
Wormerveer. “Hiervoor was ik al een jaar of vijftien
uitvoerder/projectleider, dus op zich is er voor
mij niet zo heel veel veranderd. Ik heb alleen nu
verantwoording af te leggen aan onze hoofdvestiging
en het moederbedrijf [VINCI Energies, red.]. De rol
van vestigingsleider is niet zo heel veel anders, omdat
ik vroeger ook al van A tot Z projecten deed. Ik ben bij
het totaalpakketje betrokken vanaf het klantcontact,
de offerte, het opmeten van de objecten tot aan het
bestellen van het materiaal en de uitvoering.” Hout
zegt het meeste plezier uit zijn werk te halen als een
project goed loopt. “Zoals nu dus”, zegt hij. “Als de
cijfers goed zijn en we iedereen aan het werk hebben.
Want nu met de corona-uitbraak is het natuurlijk
een lastige tijd, om het zo maar eens te zeggen. Het
isoleren van voedingsmiddelenfabrieken draait gelukkig
door. Bij ongeveer negentig procent van de klanten
kunnen we gewoon terecht. Onze orderportefeuille
is dit jaar goed gevuld. Dat komt ook door onze
onderhoudscontracten. We hebben bijvoorbeeld
een groot contract bij de afvalenergiecentrale in
Amsterdam. Daar doen we de buitenisolatie, en ook de
“Wij kunnen klanten in
berekeningen laten zien
wat de beste keuze is”
steigers gaan via ons. Dat gaat vanaf augustus volop
draaien.”
Uitdagingen
“Wij onderscheiden ons in de markt door onze
kwaliteit”, zegt hij. “We horen soms dat we ietsje
duurder zijn, maar daar staat tegenover dat niets minder
dan Mercedes-kwaliteit onze standaard is. Dat geldt
ook voor onze service”, aldus Hout, die merkt dat zijn
klanten hem en zijn collega’s als echte vakprofessionals
beschouwen. “Wij kunnen klanten in berekeningen
laten zien wat de beste keuze is. Maar weinig mensen
hebben kennis van isolatie. Vooral bij het isoleren van
voedingsmiddelenfabrieken - waar ze nogal eens last
van verstopping hebben als het product stolt - vragen
ze ons er nog eens naar te kijken. Dan maken wij een
berekening inclusief de tracing en isolatiedikte en
bekijken we wat het beste is.” Voor de komende jaren
ziet Hout het vinden van nieuwe medewerkers als
een van de grootste uitdagingen. “Die zijn bijna niet
te vinden. Bij Van der Linden & Veldhuis is er gelukkig
weinig verloop. Als we een nieuwe vaste medewerker
vinden, kan je erop aan dat die eigenlijk de rest van
zijn leven hier werkt, haha. Het is een heel goede en
sociale werkgever. Er valt altijd wat te regelen als je iets
dwars zit, kan je gewoon uitspreken. Verder zijn zaken
als gereedschap en kleding goed geregeld. Natuurlijk
heb je als isoleerder in de buitendienst ook vrijheid. Als
dat vertrouwen niet wordt geschonden, heb je een heel
mooie werkgever aan Van der Linden & Veldhuis.”

Garfield Aluminium B.V.
’s-Gravelandseweg 244 | 3125 BK Schiedam
+31(0)10 238 28 88 | schiedam@garfield.nl | www.garfield.nl

Online bestellen bij
Garfield Aluminium
Het doen van online bestellingen is inmiddels niet meer weg te denken uit
ons dagelijks leven. We zetten de belangrijkste voordelen van uw eigen online
omgeving hieronder voor u op een rijtje;
∙ 24/7 Open, overal en altijd !
∙ Persoonlijke prijzen en calculatie binnen 1 minuut.
∙ Eenvoudig zoeken via zoekbalk, tegels of webshop.
∙ Duidelijke accountoverzichten, offertes, bestellingen en facturen.
∙ Alle productinformatie direct bij de hand
Zien we u snel in onze webshop?

42
EUROPOORT KRINGEN
juni - 2020
Corrosie onder isolatie
MAINTENANCE
EEN LASTIG
TE VANGEN
SLUIPMOORDENAAR
Foto’s: World Class Maintenance
Nee, het probleem van corrosie onder isolatie is er niet door opgelost. Maar
het project Corrosie onder Isolatie heeft wel een aantal nuttige best practices
opgeleverd, die handvatten bieden om dit probleem eerder op te sporen en te
beheersen. “Die methodieken bestonden nog niet. Nu komt het erop aan dat ze
worden gebruikt”, zegt projectleider Rob de Heus van World Class Maintenance.

EUROPOORT KRINGEN
juni - 2020 43
“De best
practices
gaan tot
leven worden
gewekt”
Rob de Heus, in het dagelijks leven werkzaam
bij Sitech op Chemelot, zegt vaak genoeg
de schadelijke effecten van corrosie onder
isolatie te hebben meegemaakt. “Potentieel is het
een groot probleem in de procesindustrie. Ik noem
het wel eens een sluipmoordenaar”, aldus De Heus.
Hij licht toe: “De leidingen van installaties hebben
vaak met wisselende temperaturen te maken. Zeker
bij hogere temperaturen zijn ze vaak geïsoleerd. Er
zit aluminium beplating omheen, daaronder heb je het
isolatiemateriaal, vervolgens kom je al dan niet een
coating tegen en uiteindelijk bij het kale staal. Als er bij
wisselende temperaturen, zeg tussen 0 en 175 graden,
vocht bijkomt, ontstaat een broeierige atmosfeer.
Corrosie gedijt daar heel goed.”
Dure trajecten
Het vervelende is dat je dit niet kunt zien, want de
corrosie zit immers onder de isolatie. De Heus noemt
het een raar fenomeen. “Ik ken genoeg gevallen
waarbij een plek wordt geïnspecteerd waar de isolatie
openstaat. Dan kan er vocht zijn binnengekomen en
je zou verwachten daar absoluut corrosievorming
aan te treffen. Toch vind je er soms niet of nauwelijks
iets. Dat valt te verklaren doordat het water over de
leidingen wegloopt. Het veroorzaakt corrosie op de
plek waar het blijft staan. Hierdoor is het moeilijk te
traceren.” Bedrijven die dit probleem erkennen en er

44
EUROPOORT KRINGEN
juni - 2020
“Er zal meer onderzoek moeten worden verricht
naar het gedrag van coatings onder isolatie”

EUROPOORT KRINGEN
juni - 2020 45
geld in durven te investeren, maken leidingstukken vrij
om die te inspecteren. Het risico dat zij daarbij nemen
is dat in 80 procent van de gevallen de leidingen er
nog prima uitzien. En dat op ‘maar’ een aantal plaatsen
schade wordt gedetecteerd. “Dan is er veel geld
geïnvesteerd. Je hebt iets gevonden, maar soms is het
ook zo dat het wel meevalt. Er zijn heel wat bedrijven
die niet staan te trappelen om miljoenen uit te geven
aan inspecties die in misschien maar 20 procent van de
gevallen een treffer oplevert. Vergeet ook niet dat veel
leidingen op hoogte moeten worden geïnspecteerd,
waar steigers bij aan te pas komen. Het stralen en
conserveren van de coating zijn dure trajecten.”
Start project
In 2015 was De Heus de initiator van een project dat
bedrijven meer bewust van het probleem moest maken.
Dit liep via World Class Maintenance, de stichting
die smart asset management in Nederland wil helpen
bevorderen. De Heus: “Dit project kwam niet van de
grond, maar later kwam een aantal partijen met de
vraag of we toch iets met dit probleem zouden kunnen
doen. Daarop volgde een vrij lange aanloop, waarin
we een projectvoorstel
bij WCM deden, subsidie
aanvroegen en andere
partijen probeerden te
interesseren.” In januari
DEELNEMERS
PROJECT
CORROSIE
ONDER
ISOLATIE
AkzoNobel
BASF
Borealis Group
BP
Cuijpers Services
Dow Benelux
DSM
FLUOR
ION
Kennis- en
Innovatiecentrum
KicMPi
KINT
OCI Nitrogen
Sabic
Shell
ShinEtsu
Sitech
Stork a Fluor
Company
TEMATI
VENKO
VIB
VNCI
World Class
Maintenance
2019 ging het project
Corrosie onder Isolatie van
start, dat tot doel heeft dit
probleem te voorkomen
en beheersen. Het bestaat
uit drie deelprojecten: het
vinden van best practices
voor non-destructief
onderzoek (ndo),
coatings en risk based
inspections (rbi). “Het
doel was niet een nieuwe
tool of instrumentatie
te ontwikkelen. Dat zijn
trajecten die erg lang duren.
Wij zijn bij elkaar gaan zitten
en hebben methodieken
opgesteld, de best practices
van wat de grote bedrijven
nu al gebruiken. In de drie
werkgroepen zijn daar
‘deliverables’ uitgekomen
die nu beschikbaar
zijn op de website
Worldclassmaintenance.
com/project/corrosieonder-isolatie/.”
Geïntegreerd systeem
De Heus zegt geen best
practice eruit te kunnen
lichten die hem specifiek
enthousiast heeft gemaakt.
Dat komt doordat het een geïntegreerd systeem is,
legt hij uit. “De rbi-methodiek is een matrix waarin je
de kansen en gevolgen voor al je installatiedelen in
kaart brengt. Zo kun je zien waar het grootste risico
op lekkage of corrosie zit. Je komt erachter door
de resultaten van de best practices uit de andere
werkgroepen hierin te integreren. Als je de kans op
falen wilt proberen te bepalen, speelt de coating een
heel belangrijke rol. Is je inschatting dat die coating
zeer waarschijnlijk honderd procent intact is, dan is de
kans op corrosie nul. Hetzelfde geldt voor het ndoonderzoek.
Stel dat je tegen niet al te hoge kosten een
scanning kunt doen. Dan weet je met een bepaalde
betrouwbaarheid waar je corrosie hebt. Zo heb je ook
weer meer zekerheid over het totale risico dat je loopt
en de plekken waar je moet kijken.”
Meer onderzoek
Dat neemt niet weg dat er een aantal bevindingen
is, die De Heus bereid is te delen. “In de
coatingwerkgroep hebben we ontdekt dat er nog heel
weinig bekend is van de degradatie van coating en de
omstandigheden waarin dit gebeurt. Dat was een eye
opener in negatieve zin. Daar is te weinig onderzoek
naar gedaan. Wij hebben een methodiek gevonden
waarmee je beter dan voorheen weet waar te kijken.
Maar er zal meer onderzoek moeten worden verricht
naar het gedrag van coatings onder isolatie. Hetzelfde
geldt voor de ndo-technieken.Er bestaat geen
methodiek die op een goedkope manier even door de
isolatie heen holt en aangeeft waar er corrosie onder
isolatie is. Wij hebben zelf een selectiemethodiek
ontwikkeld die van grof naar fijn vaststelt hoe
waarschijnlijk het is of er al dan niet schade zou kunnen
zijn. Vroeger hadden wij niets; nu is er wel wat. Maar
in beide gevallen hebben we geen ei van Columbus
gevonden. Er is geen revolutie. ”
Gebruik stimuleren
Naast de ontwikkelde methodieken schuilt volgens De
Heus de grootste winst van het project in de goede
samenwerking tussen de industriële deelnemers.
“Daar ben ik erg tevreden mee. Ook hebben wij de
interesse gewekt van de VNPI en VNCI, die meedoen
in de stuurgroep. We hebben daarnaast contact met
de European Federation of Corrosion (EFC) waarmee
we gaan samenwerken. Wij gaan onze expertise en
best practices inbrengen voor de EFC-richtlijn 55, die
een beschrijving geeft van het gedrag van corrosie
onder isolatie en aanbevelingen geeft hoe je dat kunt
voorkomen en beheersen.”
De komende periode wil De Heus benutten om de
toepassing van de best practices te stimuleren.
“Betrokken bedrijven als Shell, Dow, BP en OCI
hebben toegezegd dat ze betrokken willen zijn bij
vervolgimplementaties en het vervolgproject. We zijn
bezig een omgeving te creëren waarin we op basis
van verzamelde feedback best practices kunnen
aanpassen. De best practices gaan tot leven worden
gewekt. Nu komt het erop aan dat ze worden gebruikt.”

EUROPOORT KRINGEN
juni - 2020 47
COLUMN
WAARDE
EN WAARDERING
VAN WERK
JAAP LUIKENAAR,
communicatie/lobby-advies
& journalistiek, in haven en
achterland
Uit een studie eerder dit jaar van de
WRR (Wetenschappelijke Raad voor
het regeringsbeleid) blijkt dat ‘werk’
na ‘gezin’, ‘vrienden’ en ‘vrije tijd’ op de vierde
plaats staat in het leven. Binnen het werk
scoren waarden als ‘leuk werk’, ‘een goed
salaris’ en ‘goede werktijden’ verreweg het
hoogst. Meer dan vrouwen vinden mannen
een goed loon en baanzekerheid belangrijk.
Vrouwelijke werknemers hechten vaker waarde
aan leuk en zinvol werk en aan goede werktijden
en een dito vakantieregeling. Meer dan vroeger
proberen mensen hun werk met andere rollen
(gezin, vrije tijd, maatschappelijk werk) te
combineren.
Werk lijkt niet langer het ‘werk, werk, werk’,
de bekende verkiezingsleus uit de tijd van de
‘paarse‘ kabinetten Kok uit de jaren negentig.
Zingeving, het is een term die ik steeds
vaker hoor. Zin willen geven aan je leven en
daarmee ook aan je werk . Een groeiende groep
werknemers vind het verrichten van zinvol,
zinnig en waardevol werk zelfs belangrijker
dan de hoogte van hun inkomen. Zingeven is
betekenis geven. Via je werk iets betekenen
voor anderen of voor de wereld. Hoe mooi
is dat. Helaas (of misschien moet ik zeggen:
vreemd genoeg) is mooi werk niet synoniem
aan werk met een hoge status of hoog aanzien.
Integendeel .
Het mooie van de coronatijd is dat die
tegenstelling vervaagt .Veroorzaakt door
een bijvoeglijk naamwoordje dat deze tijd
allesbepalend lijkt voor de status van je beroep:
vitaal. Wie vandaag de dag geen vitaal beroep
heeft nog nauwelijks aanzien, doet niet meer
mee.
Zelf hebben ze er niet om gevraagd, maar
plotseling bleken ze ineens in een heel vitale
sector te werken: de schoonmakers. De
minister-president gaf een voorzet en daags
daarop kopte Koning Willem-Alexander
hem zelf in, tijdens in zijn coronatoespraak.
Letterlijk: “We beseffen ook maar al te goed
hoe onmisbaar de mensen zijn die voorkomen
dat onze samenleving stilvalt. Mensen in de
logistiek, de supermarkten, de schoonmaak
(daar heb je ze!), de ICT, het onderwijs, de
kinderopvang, het openbaar vervoer, de politie...
U draagt ons door deze moeilijke tijden heen.
Zonder u gaat het simpelweg niet. Heel veel
dank.”
Piet Adema, de voorzitter van de
Ondernemingsorganisatie Schoonmaak- en
Bedrijfsdiensten OSB moet die avond voor
de tv een rondedansje hebben gemaakt. In
het interview in het aprilnummer van met
Europoort Kringen maakt hij zich sterk voor
een positievere beeldvorming van zijn sector.
“Schoonmakers verdienen meer respect en zijn
dat waard, want zijn ruimen onze rommel op.”
Ik geef hem groot gelijk. Ze doen hun werk
vaak zonder dat iemand het ziet. Aan het eind
van de dag doe je de deur van je werkkamer
achter je kont dicht en de volgende ochtend
ruikt het er weer fris en ziet alles er spic & span
uit. Schoonmakers leer je vaak pas kennen als
je óf ‘s ochtends heel vroeg op je werk komt, of
’s avonds een paar uurtjes doorwerkt , omdat
je anders toch maar in de file staat. Bij het
havenbedrijf, herinner ik me, verzamelt zich
aan het eind van de middag een grote groep
schoonmakers (meestal vrouwen) in de hal van
het World Port Center. Van alle nationaliteiten.
Een gekwebbel van jewelste. Klokke vijf (meen
ik) verspreiden ze zich over de etages en even
later kom je door het hele pand stofzuigers,
snoeren, emmers, handdoeken, wasmiddelen,
spuitbussen en plastic handschoenen tegen.
Ik werk er niet meer, maar in coronatijd zal dat
de variatie aan gereedschap alleen maar zijn
toegenomen.
De schoonmaakster. In gedachten zie ik haar
weer voor m’n bureau staan Mijn werkblad is
altijd een opeenstapeling van papier waarin
alleen ik orde kon scheppen. Een chaos in de
ogen van collega’s. Zorgvuldig en zonder ook
maar één boek of een A4-tje aan te raken aan
te raken, neemt ze de weinige nog zichtbare
plekjes op mijn bureaublad af met een vochtige
doek. Vervolgens telefoon, toetsenbord en het
scherm van de pc. Vrijwel altijd vrolijk en tijd
voor een praatje, soms met handen en voeten
om duidelijk te maken wat ze bedoelt.
Zinvol, zinnig en waardevol werk. Hoe zal het
haar nu vergaan, daar in de frontlinie?

48
EUROPOORT KRINGEN
juni - 2020
Branchevereniging zint op gang naar rechter
VEILIGHEID
WERKBAK
IN DE BAN
Het werken met werkbakken geldt als veilig. De afgelopen jaren heeft er vrijwel
geen ernstig ongeval mee plaatsgevonden. Toch wordt de wet aangescherpt, wat
volgens de Vereniging Verticaal Transport tot ongevallen en hogere kosten zal
leiden. “Veiligheid is niet het uitgangspunt.”

EUROPOORT KRINGEN
juni - 2020 49
Voor de installatie van industriële schoorstenen
maakt Bos Nieuwerkerk uit Nieuwerkerk aan
den IJssel gebruik van een werkbak. “Bij de
installatie van een schoorsteen moeten wij drie of
vier flensverbindingen op elkaar stapelen, waarna
wij die met bouten en moeren vastmaken. Dit doen
wij met behulp van een werkbak, die 360 graden om
de schoorsteen heen draait. Je moet je voorstellen
dat wij achtereenvolgens de noord-, dan de zuid-,
west- en oostkant installeren”, legt directeur Martine
Goedegebuure van het bedrijf uit.
Toch aanscherping
Het is volgens Goedegebuure een veilige en efficiënte
manier van werken, die zich in de loop der jaren heeft
bewezen. “Wij hebben nog nooit een ongeluk gehad.
Onze mensen zitten geharnast in de werkbak, die
aan een 80 ton wegende kraan hangt. Die stoot je
niet zomaar om.” Gerke Kleinsmit van de Vereniging
Verticaal Transport sluit zich hierbij aan. “Jaarlijks
wordt 30.000 tot 35.000 keer een werkbak gebruikt.
Wij weten dat er in de laatste twintig jaar nog nooit
iemand is uit gevallen.” Hoewel toenmalig demissionair
minister Asscher van SZW nog niet zo lang geleden
concludeerde dat er geen enkele aanleiding of noodzaak
was om de regelgeving aan te scherpen, gebeurde dit
toch. Aanleiding hiervoor waren misstanden die in de
asbestverwijderingssector met werkbakken zouden zijn
gesignaleerd. Gebruikers zouden op hoogte hebben inen
uitgestapt, wat niet is toegestaan.
Veiligheidskundige
Er werd onderzoek ingelast, dat leidde tot een
wijziging in het Arbobesluit 7.23d werkbakken. Volgens
Kleinsmit ten onrechte, omdat de risico’s op vallen
en beknelling door de onderzoekers te groot zouden
zijn ingeschat. “Toen ik deze klus kreeg, dacht ik al:
hier klopt iets niet”, aldus Kleinsmit. “De nieuwe wet
bepaalt dat een werkbak alleen mag worden ingezet
als er geen geschikte middelen, zoals een hoogwerker,
OOK TELECOMSECTOR
GERAAKT
De gevolgen van het nieuwe
Arbobesluit 7.23d werkbakken
doen zich voelen in onder meer de
petrochemie, de energiesector, maar
vooral ook de telecomsector. Gerke
Kleinsmit houdt rekening met hevige
consequenties. “In de telecomsector zal
de schade richting de vijftien miljoen
euro gaan. Storingen aan zendmasten
zullen niet snel, tijdig en makkelijk
kunnen worden verholpen. Er zullen
zendmasten gaan uitvallen.”
“Als wij de plaatsing van
een schoorsteen met
een hoogwerker moeten
doen, zouden wij er vier
nodig hebben”
voorhanden zijn. Dit is in strijd met de arbo- en
Europese regels. Veiligheid moet altijd het uitgangspunt
zijn.” Goedegebuure ziet de bui ook hangen: “Als
gevolg van het arbobesluit zouden wij een externe
veiligheidskundige moeten inschakelen. Als mkb-bedrijf
hebben wij die niet zelf in dienst en moeten wij die
inhuren. Dan ben je al 1.400 euro verder. Die komt ter
plaatse en maakt een plan, waar hij zijn handtekening
onder moet zetten. Pakt dit niet goed uit, dan is hij
zijn licentie kwijt. Wij verwachten daarom dat hij niet
snel zal zeggen dat dit alleen met een werkbak zal
kunnen worden gedaan. Als wij de plaatsing van een
schoorsteen met een hoogwerker moeten doen, zouden
wij er vier nodig hebben. Dat zijn extra kosten, bovenop
die van de veiligheidskundige.”
Aan het lijntje
Kleinsmit voorziet ongelukken als niet de veiligheid,
maar ‘de geschiktheid van een arbeidsmiddel’ leidend
zal zijn. “Ik verwacht dat hierdoor meer ernstige
ongevallen gaan gebeuren. Dat kan nooit de bedoeling
zijn. Daarbij stijgen de kosten. Voor het inschakelen
van veiligheidskundigen zullen de kosten totaal per jaar
uitkomen op tussen de veertig en vijftig miljoen euro.”
Daarbij komen nog de kosten voor het inschakelen van
meerdere hoogwerkers in plaats van één werkbak, zoals
bij werkzaamheden die Bos Nieuwerkerk uitvoert. De
wetswijziging gaat 1 juli a.s. in. Samen met een aantal
andere organisaties, waaronder Bouwend Nederland,
heeft de VVT input kunnen geven voor de praktische
invulling van de aankomende wijziging. “We zijn aan het
lijntje gehouden. Twee maanden geleden hebben we
te horen gekregen dat er niets met onze input wordt
gedaan.” Nu bereidt de VVT zich voor op een gang
naar de rechter. Kleinsmit: “We zijn hierover in gesprek
met andere brancheorganisaties en bedrijven. Er is
voor een andere sector onderzoek gedaan, terwijl de
wet en de onterecht aangescherpte maatregelen ook
voor andere sectoren gelden. Dat is in strijd met het
evenredigheidsbeginsel.”

50
EUROPOORT KRINGEN
juni - 2020
ENERGIE
BIODIVERS
ZONNEPARK
Voor insecten, vogels en plantjes is het goed toeven op het zonnepark
van Shell Moerdijk. Onderzoek wijst uit dat de biodiversiteit er groter is
dan op industriële complexen en landbouwgrond.

EUROPOORT KRINGEN
juni - 2020 51
Onderzoekers troffen
103 soorten planten aan
In maart vorig jaar werd het 39 hectare grote
zonnepark bij Shell Moerdijk in gebruik genomen. Het
terrein biedt ruimte aan 76.000 zonnepanelen, die
samen goed zijn voor een capaciteit van 27 megawatt.
Hiermee zouden 11.000 huishoudens van elektriciteit
kunnen worden voorzien, maar Shell kiest ervoor de
energie voor haar eigen productieprocessen aan te
wenden. De zonnestroom is voldoende om in 3 procent
van de benodigde energie te voorzien.
Niet alleen de mens heeft baat bij het zonnepark, ook
de flora en fauna gedijt er. Dit blijkt uit onderzoek van
Naturalis Biodiversity Center, dat tussen en naast de
zonnepanelen verschillende zadenmengels inzaaide.
Gedurende het voorbije jaar bleek dat, vooral op de
zonnige delen van het terrein, de planten er floreerden.
Onderzoekers troffen 103 soorten planten aan, waarvan
de meeste waren ingezaaid. De meest voorkomende
plantensoorten dragen namen als Bezemkruiskruid,
Canadese fijnstraal, Middelste teunisbloem, Gewone
zandbloem en Muurpeper.
De planten blijken aantrekkelijk te zijn voor insecten en
vogels. De onderzoekers troffen een groot aantal vogels
aan op het zonnepark, waaronder de veldleeuwerik en
tapuit. Ook waren er veel zweefvliegen, hommels en bijen
te vinden. In totaal werden er 54 insectensoorten aangetroffen,
waaronder 37 bijensoorten. Hieronder bevonden
zich ook vijf soorten bijen die op de lijst van bedreigde bijensoorten
staan vermeld. Een van de conclusies van het
onderzoek is dat er vooral meer bijen maar ook hommels
op het terrein zijn aangetroffen dan normaal gesproken op
landbouw- en industrieterrein zijn te vinden.
Het heeft er dus alle schijn van dat een zonnepark een
aantrekkelijke plek is voor de nodige biodiversiteit,
concluderen de onderzoekers. Maar dan moet er
wel aan een aantal voorwaarden worden voldaan,
waarschuwen zij. Zo hebben niet alleen de
zonnepanelen, maar ook de planten zon nodig. Verder
is het zaak niet te vaak te maaien. In Moerdijk is twee
keer per jaar voldoende, liefst in oktober oordelen zij,
en dan bij voorkeur met een machine die de aanwezige
vegetatie niet te zeer vernielt.

Verhuur stoom- en
heetwaterketels
Eco Ketelservice Verhuur bv
www.eco-steamandheating.com
+31 (0)13 583 94 40 | info@eco-steamandheating.com
"Build a flexible connection, by expertise, innovation and
passion." is ons motto. Wij willen met een gedegen advies,
een snelle en efficiënte levering van kwaliteitsvolle
(customized) producten tegen een goede prijs streven naar
het hoogste klant succes. Met onze in-house las-, montageen
testafdelingen kunnen wij u voorzien van oplossingen
op maat. Dankzij onze vestigingen in Ridderkerk,
Drachten, Nijkerk, Veenendaal, Haaksbergen,
Stabroek (BE), Hamburg, (DE) Marl (DE) en Miskolc (HU)
hebben wij een internationale dekking.
2
1
35.000 M2
voorraad
Internationale
dekking
Wij streven er naar om
binnen 24 uur onze
producten te leveren.
Wij hebben een grote voorraad
verspreid over onze 12 vestigingen door
heel Europa. Van deze 12 vestigingen
zijn er 6 dochterondernemingen.
3
Eigen las-, montageen
testafdelingen
Dankzij onze eigen lasmontage-
en
testafdelingen kunnen wij
assemblages razendsnel
fabriceren
BEZOEK ONZE
WEBSITE
VOOR MEER
INFORMATIE

EUROPOORT KRINGEN
juni - 2020 53
WEB­
NIEUWS
BRON VAN DIT NIEUWS IS DE WEBSITE EUROPOORTKRINGEN.NL. HIEROP STAAT
EEN OVERZICHT VAN DE LAATSTE ONTWIKKELINGEN IN HET ROTTERDAMSE.
RECORDDRUKTE BIJ GATE TERMINAL
“Wij zien op dit moment geen effect van de
coronacrisis op de aantallen schepen die
binnenkomen en vrachtwagens die komen laden”,
zegt managing director Wim Groenendijk van Gate
Terminal. Sterker nog, de eerste vier maanden van
dit jaar was er een recorddrukte op de terminal.
“Wij hebben op maximale capaciteit gedraaid, zowel
met de aantallen schepen en vrachtwagens die
langskwamen als het gas dat wij het pijpleidingnetwerk
hebben ingestuurd. Wij hebben dit jaar allerlei nieuwe
records gevestigd ten opzichte van 2019. Dat terwijl
wij vorig jaar ook al records braken. Het is gewoon erg
druk geweest.” Of deze recorddrukte gaat aanhouden,
weet Groenendijk niet. “Dat zullen we moeten zien.
Wel heeft de coronacrisis natuurlijk invloed op de
manier waarop wij werken. Wij luisteren goed naar de
adviezen van de overheid. Waar mogelijk werken wij
thuis. We hebben bij de terminal geen ernstig zieke
collega’s gehad. Tot dusver zijn we gelukkig de dans
ontsprongen, maar we blijven goed opletten.”
GESLAAGDE PLAATSING TWEEDE BRUG
De tweede brug van het Theemswegtracé is tijdens
het Pinksterweekend op zijn plaats gezet. Mammoet
wist het gevaarte ruim binnen de afgesproken tijd te
installeren.
De boogbrug moest over de Thomassentunnel, de
A15 en N15 worden geplaatst. Op zaterdagavond
30 mei stond de brug op zijn plaats. De brug heeft
een totaalgewicht van 4.100 ton, alleen al aan de
staalconstructie, en is 269 meter lang, bijna 14 meter
breed en 28 meter hoog. De brug is gebouwd door
Hollandia uit Krimpen aan den IJssel. Bouwcombinatie
SaVe bouwt de onderbouw van het Theemswegtracé,
een vier kilometer lang traject bestaande uit een
betonnen viaduct en twee stalen boogbruggen. In SaVe
werken de volgende bedrijven samen: BESIX, Dura
Vermeer, Mobilis, Hollandia en Iemants.
De aanleg van het Theemswegtracé vergt een
investering van 300 miljoen euro. Het traject moet een
oplossing vormen voor de verkeersproblematiek van de
Calandbrug bij Rozenburg. (Foto: Danny Cornelissen)
MOEDERBEDRIJF MAASTANK WIL
CAPACITEIT VERDUBBELEN
Dekker Group is van zins om fors uit te breiden
in de haven van Rotterdam. Het heeft de
erfpachtcontracten voor het dochterbedrijf Maastank
met 25 jaar verlengd en de aanpalende percelen
verworven.
Het familiebedrijf uit Oudekerk aan de IJssel kan
dankzij deze uitgifte de capaciteit van de tankterminal
aan de Welplaatkade in de Botlek op termijn
verdubbelen. Doel is om er 140.000 kubieke meter
plantaardige oliën, oleochemicaliën en biobrandstoffen
te kunnen opslaan. Ook kondigt Dekker aan de
nautische infrastructuur in de haven uit te breiden.
Vorige maand heeft Maastank een kantoor aan de
Welplaatkade 9 in gebruik genomen. “Wij willen met
het afsluiten van de nieuwe erfpachtovereenkomst
op de huidige en nieuw verworven percelen onze
marktpositie op deze strategische diepzeelocatie
verder verstevigen en uitbreiden. Als dé aanbieder
van gespecialiseerde tankterminal-dienstverlening
voor hoogwaardige speciale vegoils, oleochemicals en
biofuels”, licht directeur Jan Duel toe. Hij benadrukt
dat de huidige Maastank-organisatie ongewijzigd blijft.

54
EUROPOORT KRINGEN
juni - 2020

EUROPOORT KRINGEN
juni - 2020 55
Waterstof
GROENE
KETEN
KRIJGT
VORM
Foto’s: Danny Cornelissen
ENERGIE
In de Rotterdamse haven worden de contouren
van de groenewaterstofeconomie langzaam
maar zeker duidelijk. Het begint met het
opwekken van elektriciteit op zee, aan land
zet een electrolyser de stroom om in groene
waterstof en via een waterstofpijpleiding wordt
dit naar afnemers getransporteerd. In 2023
moet het zover zijn. Met in de hoofdrol: Shell,
Gasunie en het Havenbedrijf Rotterdam.
Als een drietrapsraket kwam het nieuws vorige
maand naar buiten van het Havenbedrijf
Rotterdam, Gasunie en Shell, waarin de drie
aankondigen een aantal concrete stappen te zetten
om zich klaar te maken voor de waterstofeconomie.
Allereerst maakt Shell bekend dat het samen met Eneco
deelneemt aan de aanbesteding voor het offshore
windpark Hollandse Kust (noord), dat 18,5 kilometer
voor de kust van Egmond aan Zee wordt gebouwd.
Beide bedrijven doen dit via de joint venture Crosswind.
Het windpark krijgt een geïnstalleerd vermogen van
759 megawatt en zal ongeveer 3,3 TWh stroom per
jaar leveren. Shell en Eneco kondigen aan te investeren
in ‘verschillende innovaties’ in windenergie om het
elektriciteitsnet te ontlasten. In de woorden van Kees-
Jan Rameau, chief strategic growth officer bij Eneco:
“Met Crosswind willen wij ons inzetten voor de realisatie
van het eerste offshore windpark met innovaties gericht
op systeemintegratie.”
Nivelleren
Tegelijk met het nieuws van de aanbesteding, laat
Shell weten dat het nog iets anders van plan is, wat

56
EUROPOORT KRINGEN
juni - 2020
nauw aansluit op het eerste. Het wil op de Tweede
Maasvlakte een electrolyser bouwen met een
vermogen van 200 megawatt. Hij moet in 2023 klaar
zijn, wanneer ook het windpark Hollandse Kust (noord)
operationeel zou moeten zijn. “Dat betekent dat we dan
tegelijk operationeel worden, als we de aanbesteding
winnen”, zegt woordvoerder Marc Potma van Shell.
“Een gedeelte van de elektriciteit van Hollandse Kust
(noord) gaan wij gebruiken om groene waterstof te
maken.” De elektrolyser gaat met behulp van groene
windstroom water splitsen in zuurstof en waterstof.
Dagelijks zal er tussen de 50.000 en 60.000 kilo groene
waterstof worden gemaakt. “Het wordt een heel grote”,
duidt Potma. “Om je een beeld te geven: de grootste
electrolyser die nu in Nederland staat, heeft een
vermogen van 1 megawatt.” Potma zegt dat een van de
doelen is het netwerk zoveel mogelijk te balanceren.”
Een van de problemen van het huidige energienetwerk
is dat het koper hier en daar te dun is. Waterstof, dat
als energiedrager in pijpleidingen kan worden vervoerd,
kan daar een heel goede rol in spelen. Het is een
ontwikkeling die nog in de kinderschoenen staat, maar
die wij wel serieus bekijken. We willen zoveel mogelijk
nivelleren.”
Gemeenschappelijke voorzieningen
Shell is aan de vroege kant met deze mededeling
- zeker voor een oliemaatschappij - aangezien de
definitieve investeringsbeslissing nog moet volgen.
Die staat voor het eerste kwartaal van 2021
gepland, laat Potma weten. “We zijn vroeg met de
aankondiging. Maar de timing was mooi omdat we
eveneens het nieuws konden mededelen over de
aanbesteding van Hollandse Kust (noord). Ook kwam
het havenbedrijf ermee naar buiten.” Potma duidt op
het tegelijkertijd naar buiten gebrachte bericht van
het Havenbedrijf Rotterdam, dat samen met Gasunie
een waterstofpijpleiding in de haven wil aanleggen.
Het startpunt van de leiding wordt het conversiepark
op de Tweede Maasvlakte. Dit is een 15 hectare
groot terrein, ten zuidwesten van De Slufter op de
Tweede Maasvlakte, waar ruimte wordt geboden
aan electrolysers. Behalve Shell heeft het project
H2-Fifty - waarin Nouryon, BP en Havenbedrijf
Rotterdam samenwerken - kenbaar gemaakt er een
elektrolyser te willen bouwen. Die van H2-Fifty krijgt
een vermogen van 250 megawatt. “Ga ervan uit
dat je op deze 15 hectare minimaal 1 gigawatt kwijt
kunt”, rekent woordvoerder Sjaak Poppe van het
havenbedrijf voor. Met de tot nu toe aangekondigde
elektrolysers heb je het samen over maximaal 0,5
gigawatt en houd je nog 0,5 gigawatt over. “Het hangt
er een beetje vanaf hoe de lay-out van de installatie
eruit komt te zien, maar ik denk dat Shell ongeveer
drie of vier hectare voor haar elektrolyser nodig
zal hebben.” Het samenbrengen van verschillende
elektrolysers biedt volgens hem het voordeel dat
van gemeenschappelijke voorzieningen gebruik kan
worden gemaakt. “Ze hebben allemaal zuiver water
nodig. Dus als je dat kunt combineren, druk je de
kosten en heb je minder ruimte nodig.”
TRANSPORTEREN
OF BUFFEREN
Het Havenbedrijf Rotterdam heeft een
Waterstofvisie opgesteld, waarin valt te
lezen dat het in 2050 een grootschalige
import van waterstof verwacht om
aan de behoefte te voldoen. De
waterstofpijpleiding kan behalve voor
transport ook voor het bufferen van
waterstof dienen. Woordvoerder Sjaak
Poppe hierover: “Als je de pijpleiding
met een flinke diameter aanlegt, heeft
die natuurlijk ook een bufferfunctie
in opslag. Mede gezien de lengte van
veertig kilometer kun je er heel wat in
bufferen. Maar als we tien jaar verder
zijn, zal er dusdanig veel waterstof
doorheen gaan dat die rol minder is.”
Poppe verwacht dat de import van
waterstof zeker na 2030 zal toenemen.
Net als voor olie en olieproducten
zullen hiervoor opslagfaciliteiten nodig
zijn. “Maar waterstof is een ander
product. Om het in vloeibare vorm te
transporteren moet je het koelen tot
onder de min 253 graden. Dat vergt
veel energie. Een alternatief is om het
in een scheikundige verbinding op te
slaan, zoals ammoniak of mierenzuur.
Dan kun je het weer uitpakken als je
de waterstof nodig hebt. Er is nu veel
opslag voor olie en olieproducten.
Het is een beetje koffiedik kijken hoe
snel waterstof opkomt en wanneer je
bestaande tankterminalcapaciteit moet
aanpassen of nieuw bouwen.”
“Het wordt
een heel grote”
Marc Potma, Shell

EUROPOORT KRINGEN
juni - 2020 57
“Ga ervan uit dat je
op deze 15 hectare
minimaal 1 gigawatt
kwijt kunt”
Sjaak Poppe, Havenbedrijf Rotterdam
Versnellen
De waterstofpijpleiding wordt zo’n veertig kilometer
lang; hij loopt tot aan tot de raffinaderij van Shell
in Pernis. Daar wordt de groene waterstof gebruikt
voor het verduurzamen van de productie van benzine
en diesel. De dagelijkse 50.000 tot 60.000 kilo
groene waterstof die de elektrolyser gaat produceren
is bij lange na niet voldoende om in de volledige
waterstofbehoefte van de raffinaderij te voorzien, maakt
Potma duidelijk. “Nee, dit is een fractie, maar wel één
die welkom is.” Shell beoogt met de groene waterstof
vooral het zware wegtransport te verduurzamen.
Volgens Potma is er sprake van een kip/ei-situatie die
hiermee kan worden doorbroken. “Fabrikanten bouwen
nog geen waterstofvrachtauto’s en auto’s omdat er nog
niet veel grijze, blauwe of groene waterstof beschikbaar
is. Ook is er nog geen waterstofinfrastructuur bij gebrek
aan aanbod. Wij zijn in de gelukkige situatie dat wij de
waterstof altijd kunnen toepassen in de verduurzaming
van onze raffinageprocessen. Ondertussen kijken wij
of de ontwikkeling valt te versnellen. Vertraagt dat een
jaartje, dan maakt dat niet uit. We gebruiken de groene
waterstof immers graag in onze raffinaderij. Maar zodra
er een markt in het zwaar wegtransport ontstaat, is de
waterstof ook beschikbaar.” Dit betekent niet dat het
vergroenen van Shell Pernis op een tweede plan staat,
benadrukt Potma. “Zeker niet. Elektrificeren is ook een
mogelijkheid. We hebben onlangs al een compressor
geëlektrificeerd.”
Volledig publiek
Het besluit voor de bouw van de waterstofpijpleiding is
ook nog niet definitief genomen. Dit staat in de eerste
helft van volgend jaar gepland. De investering zal
een kleine 100 miljoen euro bedragen. In vergelijking
met projecten als Porthos valt dat mee, legt Poppe
uit. “Bij Porthos hebben we het over een investering
van tussen de 400 en 500 miljoen euro. Dat is een
veel groter project dan sec de pijpleiding; er moeten
ook een fors compressorstation, de leiding op zee
en een injectie-installatie worden gerealiseerd.” Als
de waterstofpijpleiding eenmaal is aangelegd zal
deze worden aangesloten op de landelijke waterstof-
’backbone’ van Gasunie, waarmee het havenbedrijf
samenwerkt. Volgens Poppe is het een logische partner
voor een project als dit. “Gelet op de kennis die het
heeft en het feit dat het een publieke organisatie is. Wij
op onze beurt kennen het gebied goed en de klanten
die hier zijn gevestigd. Vandaar dat wij het 50/50
gaan ontwikkelen en exploiteren.” In tegenstelling
tot de meeste leidingen die nu door het havengebied
lopen, wordt dit een volledig publieke entiteit.
Poppe trekt de vergelijking met een netbeheerder.
“Producenten, toeleveranciers, maar ook importeurs
kunnen met afnemers een contract sluiten. De
waterstof wordt vervolgens via het publieke net, net
als het elektriciteitsnet, getransporteerd.” Twijfel over
doorgang van het project heeft hij niet. “Een organisatie
als Shell is voorzichtig in het aankondigen van plannen.
Juist als we weten dat er een economische dip
aankomt, klinkt dit voor mij hoopvol.”

Bespaar tot 85% energie dankzij
flexibele isolatiematten
Vermindering van CO 2
-uitstoot
De terugverdientijd ligt tussen de zes
maanden en twee jaar
Wij verzorgen ook uw susidieaanvraag
T +31(0)180 55 78 44 E info@econtras.nl W www.econtras.nl

Passive Fire Protection systems
PFP30‐90‐120min
Branden in de olie en gasindustrie is meestal een catastrofe,
resulterend in het verlies van levens en van kapitaal, tevens
schaden deze catastrofen ook het milieu.
Gevaar en schade van branden en/of explosies op raffinaderijen,
petrochemische en offshore installaties kunnen voorkomen worden
door een efficiënte bescherming van de essentiële systemen en
zijn componenten, welke een plant of delen gecontroleerd kunnen
uitschakelen. Het blijven functioneren van deze systemen zoals ESDV
(Emergency Shut Down Valves) afsluiters en aansturingen kunnen
worden beschermd tegen een Jet Fire van 120 min dit door middel
van een door isolatie bedrijf C.J. van Waas ontworpen, gecertificeerd
en op maat gemaakt Jet Fire beschermingssysteem, welke op de
markt wordt gebracht, onder het merknaam Jetblack® PFP‐15‐120min
brandwerend.
JetBlack® JF30‐90‐120min, de flexible oplossing
voor uw brandbeschermingsproblematiek
Het op maat vervaardigde flexible JetBlack systeem, is getest onder
vlamtemperaturen van 1150 ˚C en bied een brandbescherming van
120 minuten onder extreme Jet Fire condities. De JetBlack® PFP
systemen behouden gedurende deze extreme omstandigheden
zijn vorm en de isolerende werking zorgt voor een zo laag mogelijke
temperatuur stijging aan de te beschermen binnenzijde. Door een
weldoordachte en bewezen keuze van de gebruikte materialen is de
toepassing onder extreme weersomstandigheden een beproefd en
gewaardeerde oplossing. Het door de firma Isolatiebedrijf C.J. van
Waas Isolatie ontwikkeld systeem is reeds sedert 2012 op de markt en
is al veelvuldig toegepast op olie productie platforms en raffinaderijen.
Jet Black PFP
Zwaalweg 7
2991 ZC Barendrecht
The Netherlands
T +31 180 557844
E info@jetblack‐pfp.com
W www.jetblack‐pfp.com

GIZOM: SPECIALIST
IN NON-FERRO
Gizom in Veendam heeft al meer
dan 120 jaar ervaring op het
gebied van non-ferro standaarden
maatwerk producten. We ont -
wik kelden ons van koperslager
tot toonaangevend leverancier
van de meest uit eenlopende
producten in cunifer, koper,
aluminium, brons, messing
en RVS plus toe be horen, zoals
flenzen en fittingen. Onze
producten worden gemaakt
volgens de door u gewenste
specificaties en kunnen desgewenst
geleverd worden met
certificaat. Gizom levert wereldwijd
aan bedrijven in onder
meer de apparatenbouw, de
scheeps- en jachtbouw, de
offshore, constructiewerk,
installatie techniek, (nucleaire)
energie en (petro)chemische
industrie. Daarvoor beschikken
we niet alleen over een zeer uitgebreid
leverings programma,
maar ook over een uit gekiend
logistiek systeem. Veelal kunnen
we direct uit voorraad leveren.
Kijk voor meer informatie op
www.gizom.nl of neem contact
op via (0598) 61 57 38 of
info@gizom.nl.
Transportweg 30
9645 KX Veendam
Telefoon: (0598) 61 57 38
Fax: (0598) 61 23 52
E-mail: info@gizom.nl
www.gizom.nl

Twitterij
Milieuclubs en industrie eensgezind in afwijzing CO2-heffing, alleen
Shell en BP omarmen het. Energeia.nl/energeia-artik… #Energeia
#nieuws
Hans Grünfeld
Provincie stimuleert duurzame energie-infrastructuur op
industrieterreinen. Lees hier meer: Bit.ly/2AfWDRv @Baljeuj
Provincie Zuid-Holland
Onze onderhoudsstop in volle gang. Nieuwe fabrieksonderdelen
worden met een uiterste precisie geplaatst. Dank aan alle collega's
en aannemers die deze klussen veilig en secuur uitvoeren!
Shell Pernis
Mooi nieuws. Vattenfall heeft de definitieve investeringsbeslissing
genomen voor de bouw van windpark op zee Hollandse Kust Zuid
met een capaciteit van ruim 1500 MW door 140 windturbines van
11 MW.
Jasper Vis
Welkom, het nieuwste grootste containerschip ter wereld HMM
Algeciras in @HavenRotterdam! Ik begon in 1996 met de Regina
Maersk als nieuwste grootste containerschip. Die had 6.000 TEU
aan boord. Deze kan er bijna 24.000 TEU torsen.
Tie Schellekens
Nou, binnen ons kantoor zijn we er klaar voor. #corona
#anderhalvemeter
Richard van der Eijk
De chemie. Gezonde bedrijven die normaal belasting betalen, stevig
investeren in R&D, miljarden uitgeven in Nederland. En in Europa
vaak voorop lopen in milieuprestaties. Misschien toch geen gek idee
om beter ons best te doen die cruciale maakindustrie in Nederland
te behouden?
Bart Vermeulen
”
thuis in Rotterdam
Van Mossel Autolease Rotterdam
Christiaan Huygensweg 14, Hellevoetsluis
Overtuig uzelf en bel naar 010 211 20 11
www.vanmosselautolease.nl
Adv 1-2 Autolease Rotterdam Havenmagazine.indd 1 04-01-18 08:45

62
EUROPOORT KRINGEN
juni - 2020

EUROPOORT KRINGEN
juni - 2020 63
Vergrote maximale diepgang voor
vertrekkende olietankers
30 CENTIMETER
MEER LADING
Foto’s: Danny Cornelissen
INFRASTRUCTUUR
Zonder dat er grote investeringen aan te pas zijn gekomen, kunnen olietankers
met een grotere diepgang dan vroeger uit het Calandkanaal vertrekken.
Pieter Nordbeck, werkzaam voor de divisie Havenmeester bij het Havenbedrijf
Rotterdam, is de bedenker van deze vondst. Hierdoor kunnen olietankers
duizenden tonnen meer lading vervoeren, wat een besparing van enkele
tienduizenden euro’s aan vrachtkosten oplevert.
Op 6 april startte de proef bij de afmeerpalen 82, 83
en 84 in het Calandkanaal, waarbij vertrekkende
olietankers niet meer de maximale diepgang van
21,50 meter maar van 21,80 meter mogen aanhouden.
“Bij deze afmeerpalen kunnen schepen afmeren en
boord-boord-overslag doen”, legt Pieter Nordbeck over
de locatie uit. “Daarbij komen kleine schepen langszij
die de lading overpompen op het grotere schip. De
allergrootste liquid bulk-schepen ter wereld meren er af,
die very large crude carriers (VLCC) worden genoemd.
Van daar af gaan ze de hele wereld over, vooral naar
Singapore.” Dat deze reusachtige olietankers sinds
begin april met 30 centimeter meer diepgang mogen
vertrekken, danken zij aan het scherpe oog van
Nordbeck, die samen met zijn collega Ab Kamman een
mogelijkheid voor een verruiming zag, daarop sprong en
dit wist uit te werken tot wat nu nog als een proef geldt,
maar vrijwel zeker een verbeterde propositie voor de
haven van Rotterdam zal opleveren.
Altijd hetzelfde
De aanleiding hiervoor was een idee van Nordbeck
van ongeveer twee jaar geleden, waarbij hij zich
afvroeg waarom voor vertrekkende schepen altijd
dezelfde maximale diepgang van 21,50 meter
wordt aangehouden. Hij vertelt: “Rijkswaterstaat
is verantwoordelijk voor de berekening van de
tijpoorten voor de zeehavens in Nederland. Voor
de geul in de haven van Rotterdam berekenen wij
de veilige tijpoorten zelf, maar voor de vaargeul van
de allergrootste schepen doet Rijkswaterstaat dat.
Hiervoor huurt zij Charta Software in. Dit is een
Rotterdams bedrijf dat software ontwikkelt - dit
heet ‘Protide’ - om die tijpoorten te berekenen.”
Nordbeck zegt zich erover te hebben verbaasd dat
de vertrekdiepgang altijd hetzelfde is, ongeacht de
zeegang. “Je kunt je voorstellen dat je meer lading
kunt meenemen als de zee glad is dan wanneer er veel
golfslag is omdat het schip dan beweegt. Dat heeft zijn
weerslag op de diepgang. Het schip heeft dan meer
ruimte onder de kiel nodig.”
Bevindingen
Nordbeck ging in gesprek met agenten en rederijen.
Hij vroeg waar zij behoefte aan hadden. Daaruit kwam
de wens of er iets aan die vertrekdiepgang van 21,50
meter kon worden gedaan, die altijd hetzelfde was.
Kon die niet iets worden opgerekt? Nordbeck vroeg
daarop aan Charta Software om aan de hand van de
tijpoorten van de laatste twee jaar te onderzoeken
met welke diepgang schepen hadden kunnen
vertrekken. Nordbeck: “Zij hebben alle data bekeken
en concludeerden dat je in 99 procent van die getijden
met 21,80 meter of meer had kunnen vertrekken. Dat
is dertig centimeter meer dan we hadden toegestaan.
Dat vond ik superinteressante informatie.” Nordbeck
legde de bevindingen voor aan het Haven Coördinatie
Centrum en de loodsen, die zich erachter schaarden.

64
EUROPOORT KRINGEN
juni - 2020
“Het aspect ‘proef’ zit vooral in die
afstemming en het doorrekenen met
de nieuwe software”

EUROPOORT KRINGEN
juni - 2020 65
“Wel onder de voorwaarde dat we met een proef
zouden starten.”
Ervaring opbouwen
“De proef zit hem er in dat de software is uitgebreid”,
zegt Nordbeck. “De tijpoortberekening wordt nu
gedaan voor zowel het buiten- als het binnengebied.
Het Havenbedrijf Rotterdam is verantwoordelijk voor
het binnengebied en het buitengebied valt onder
verantwoordelijkheid van Rijkswaterstaat. Die twee
zijn in de software aan elkaar geknoopt.” Hij verklaart
dat het er ook om gaat hiermee ervaring op te bouwen.
“De loodsen zijn nog nooit met een schip van 21,80
meter diepgang naar buiten gevaren. Verder komt er bij
deze proef meer afstemming kijken. De aanvraag om
te vertrekken moet 24 uur van tevoren worden gedaan,
waarna een voorlopige tijpoortberekening wordt
gemaakt. 6 uur van tevoren volgt een gedetailleerde
tijpoortberekening. Het aspect ‘proef’ zit vooral in
die afstemming en het doorrekenen met de nieuwe
software.”
Veiligheid
Ondanks de benaming ‘proef’ komt de veiligheid
volgens Nordbeck niet in het geding. “We gebruiken de
tijpoortsoftware al jaren. De trackrecord is ook goed.
Er is nog nooit een schip aan de grond gelopen. We
zijn ook niet gaan sleutelen aan de veiligheidsmarges
van de software zelf. Die rekenmethode blijft hetzelfde.
Sterker nog, we houden in eerste instantie voor
vertrekkende schepen een extra veiligheidsmarge
aan omdat we verwachten dat ze iets trager op gang
komen. Mocht het zo zijn dat een schip met 21,80
meter wil vertrekken en de tijpoortberekening laat
zien dat het schip geen tijpoort heeft, dan vertrekt het
ook niet. Dan moet hij een tij overslaan. Dat is niet zo
rampzalig; dan moet hij twaalf uur wachten. Het zal
nooit zo zijn dat we hiermee een onveilige situatie in de
vaargeul gaan opzoeken. De veiligheid in de vaargeul
staat altijd op één.”
Liniaallengte
Een vergrote bereikbaarheid is volgens Nordbeck
het grootste voordeel van de proef. “En we zijn
qua diepgang al de meeste toegankelijke haven in
Noordwest-Europa.” In de regio zijn twee andere
plekken waar schepen zo diep kunnen afladen:
voor de kust van Engeland en Denemarken. “Beide
zijn onbeschutte laadplekken op volle zee. In het
Calandkanaal liggen die schepen helemaal beschut. In
Rotterdam bieden we nu én meer diepgang bij vertrek
én een beschutte plek waar ze kunnen afladen.” En
dat zonder extra te hoeven baggeren of de geul te
hoeven verdiepen. Alleen door slimmer om te gaan met
die tijpoortberekenningen. Het gehele traject kostte
volgens Nordbeck ongeveer 30.000 euro met dus
dertig centimeter extra diepgang als resultaat. Dat is
de lengte van een liniaal en lijkt niet veel. Toch zijn de
commerciële collega’s van Nordbeck er volgens hem
content mee. “Want per centimeter dieper afladen
kan er 150 ton lading extra mee. Schepen kunnen dus
meer lading vervoeren, tegen min of meer hetzelfde
brandstofverbruik. Uiteraard proberen we hiermee
extra handel naar Rotterdam te trekken.”
IN- EN UITVAREN: HET VERSCHIL
VERKLAARD
De Rotterdamse haven is bereikbaar voor
inkomende schepen tot een diepgang van 22,50
meter en uitgaande schepen tot een diepgang
van 21,50 meter. Dit verschil van een meter
valt volgens Pieter Nordbeck van de divisie
Havenmeester vooral te verklaren doordat deze
schepen door een geul varen. “We noemen ze
‘geulers’”, legt hij uit. “Daarbij komt dat deze
schepen van het tij gebruikmaken. Ze komen op
de hoogwatergolf naar binnen varen en meren aan
op een ligplaats waar een pocket is gegraven. Hier
kunnen ze veilig in zakken zonder dat ze aan de
grond komen. Een inkomend schip kan op het topje
van de hoogwatergolf varen en die dus met een
maximale diepgang benutten. Als een schip naar
buiten vaart, maakt het ook gebruik van hoogwater,
maar dan vaart het tegen de getijgolf in. Aan het
einde van de geul heeft het te maken met meer
afgaand water en waterverlaging dan wanneer het
naar binnen vaart. Dat verklaart het verschil.”
Geen schepen
De proef loopt tot het eind van het jaar, waarna een
evaluatie volgt. Als het aan Nordbeck ligt, wordt de
proef na bewezen succes onderdeel van het standaard
toelatingsbeleid in de hele haven van Rotterdam.
“Jammer genoeg hebben wij alleen nog geen schip
gehad dat met 21,80 meter is vertrokken”, zegt
Nordbeck, die dit aan de huidige, ‘beetje gekke’
economische situatie wijt. “De olieprijs is gekelderd
en het vervoer ervan over de wereld is gestagneerd.
Met de lage olieprijs hebben handelaren snel veel
olie ingekocht, daarbij uitgaand van het vooruitzicht
dat de prijs weer zou stijgen. Daardoor hebben wij
in Rotterdam een piek gezien van de import van olie.
Maar nu zitten alle tanks en schepen voor de kust
helemaal vol. Er kan geen olie meer bij en er gaat
bijna niets meer weg. Dat heeft niets met deze pilot
te maken. We hopen dat er meer olie weggaat als
het weer aantrekt. En dan het liefst zo diep mogelijk
afgeladen.” Terugblikkend zegt Nordbeck het leuk te
vinden dat zijn hypothese bleek te kloppen. “Maar
het wordt pas écht leuk als je een schip straks met
een diepgang van 21,80 meter kunt zien vertrekken.
En uit mijn onderzoek blijkt dat er nog meer ruimte
zit. In 98 procent van de gevallen kun je ook tot 22
meter diepgang afladen. Maar daar willen wij zeker nu
nog niet aan. Zo’n sprong in de vertrekdiepgang is te
spannend.”

KENNIS MOET JE
OOK ONDERHOUDEN.
• Wat is Asset Management?
• Hoeveel onderhoud is juist genoeg?
• Kunnen we met de onderhoudsfunctie waarde creëren?
• Wat is de rol van onderhoud binnen het Asset Management?
• Wat is Predictive Maintenance en hoe geef ik dit vorm?
WAARDECREATIE DOOR GOED ONDERHOUD
Een onderhoudsopleiding bij Hogeschool Utrecht helpt u in uw eigen bedrijf de
antwoorden te vinden op deze vragen. Aan de hand van kaders gesteld door het Institute
of Asset Management (IAM) en de European Federation of National Maintenance Societies
(EFNMS) zijn vele mooie resultaten en forse besparingen bereikt bij de deelnemende
bedrijven. Door de brede scope op zowel Materiaalkunde, Engineering, Inspectie als
Maintenance Management bieden onze opleidingen op het gebied van Onderhoud
precies die (integrale) kennis die nodig is om verder te kunnen kijken dan het eigen
vakgebied, en daardoor aantoonbaar betere resultaten te boeken.
• Post-MBO Onderhoudstechniek (OTK) Start 30 september 2020
• Post-HBO Onderhoudstechnologie (OT) Start 1 oktober 2020
• Post-HBO Onderhoud en Asset Management Start 8 oktober 2020
• Master of Engineering in Maintenance & Asset Management Start september 2020
Alle genoemde opleidingen kunnen naar wens in-company (op maat) verzorgd worden.
Informeer naar de mogelijkheden.
Meer weten? Bel 088 481 88 88, mail naar info@cvnt.nl of kijk op www.cvnt.nl.
DEZE OPLEIDINGEN
ZIJN IN TE BRENGEN
IN DE BACHELOR
WERKTUIGBOUWKUNDE
DEELTIJD.
INFORMEER!
EXTRA START
JUNI 2020
ONDERHOUDSTECHNOLOGIE
IN HOOGEVEEN.
INFORMEER!
ER VALT NOG GENOEG TE LEREN

EUROPOORT KRINGEN
juni - 2020 67
PRODUCT­
NIEUWS
GERECYCLEDE LAPTOPSTANDAARD
De laptopstandaard van OPnieuw! is gemaakt van gerecycled PET-Vilt. Dit
is een milieuvriendelijk materiaal, gemaakt van gerecyclede petflessen.
PET-Vilt staat bekend om zijn stevigheid, lichte gewicht en goede
geluidsdemping. Voor werkzaamheden op een laptop is een laptopstandaard
bijna ondenkbaar. Een standaard plaatst het scherm op een ergonomische
hoogte, waardoor nek- en schouderklachten worden voorkomen. De
OPnieuw! Laptop standaard is compact mee te nemen en kent een licht
gewicht van 80 of 120 gram. Er zijn verschillende hoogtes en kleuren op
voorraad. De lage variant is 10,3 cm hoog en de hoge variant van 16,7 cm
hoog. Standaard is de kleur donkergrijs. Andere kleuren zijn mogelijk, neem
hiervoor contact op met info@opnieuw.nl of bel op (088) 2400072.
TOEKOMSTBESTENDIGE
VERDEELKASTEN
De vraag naar slimme en ‘connected’ building
automation-oplossingen neemt volgens ABB
in rap tempo toe. De mogelijkheden op het
gebied van communicatie- en media-apparaten
in de thuis- en werkomgeving zijn legio, en
woningen, commerciële gebouwen en industriële
panden zijn steeds meer met elkaar verbonden.
Hierdoor worden elektrische installaties
ingewikkelder en bovendien moet de installatie
klaar zijn voor de toekomst. Snel en gemakkelijk
te installeren en samen te stellen oplossingen
bieden installateurs de mogelijkheid om met
de veranderende vraag mee te groeien. Een
goed voorbeeld daarvan is ABB’s nieuwste
serie verdeelkasten die flexibiliteit combineert
met meer installatiecomfort. Onder het motto
‘ComfortLine - de toekomst is nu’ versnellen
en vereenvoudigen de kasten niet alleen
het werk voor de installateur maar zorgen
ze ook voor een flexibelere, efficiëntere en
toekomstbestendige elektrische installatie.
Méér dan verbonden dus, aldus het bedrijf.
ELEKTRISCHE POWERPACK
HydrauRent, de verhuurdivisie van Hydrauvision, heeft een nieuwe, volledig
elektrische powerpack aan de vloot toegevoegd. De HydrauPack 1500E
is een elektrisch aangedreven hydraulische powerpack met een kleine
footprint in vergelijking tot het geïnstalleerde vermogen, en is beschikbaar
voor verhuur en verkoop. De nieuwe 1.500 kW powerpack bevat zes pompmotorcombinaties.
Dat betekent dat het hydraulisch vermogen automatisch
wordt aangepast aan het benodigde debiet door het in- of uitschakelen van
de motoren. Zo kan het energieverbruik worden geminimaliseerd. De zes
units zijn verdeeld in twee systemen van drie pompen met één hydraulische
tank, waarbij elk systeem is uitgerust met eigen koelers en aansluitingen.
Het totale vermogen kan worden gecombineerd, of de unit kan worden
gebruikt als twee afzonderlijke systemen, waarbij de tweede set pompen te
gebruiken is als back-up of een redundante unit.

EUROPOORT KRINGEN
juni - 2020 69
PRODUCTNIEUWS
CONTACT TRACER
De Ahrma Groep lanceert de Infloow Contact Tracer: een apparaatje dat
werkgevers helpt de gezondheid van hun medewerkers te beschermen en
een uitbraak van het Covid-19-virus binnen de eigen organisatie zo snel
mogelijk te stoppen. De Contact Tracer meet automatisch de afstand tot
andere tracers en maakt een registratie als twee tracers binnen anderhalve
meter van elkaar zijn. Ook wordt opgeslagen hoe lang dit contactmoment
duurt. Het slimme apparaatje kan om de nek of aan de broekriem gehangen
worden. Wanneer een medewerker ziek wordt en bij zijn werkgever aangeeft
dat het een mogelijke coronabesmetting betreft, heeft de werkgever
de mogelijkheid om de tracer van de zieke werknemer uit te lezen om zien
met wie hij of zij in contact is geweest. Deze personen worden direct gewaarschuwd
en eventueel gevraagd om thuis in quarantaine te gaan.
OVERNAME
Rockwell Automation heeft nieuwe ArmorBlock I/O-modules van Allen-Bradley
op de markt gebracht. Daarmee kunnen fabrikanten de ontwerp- en
productiviteitsvoordelen van On-Machine I/O-modules inzetten voor slimme
machines die in veeleisende toepassingen worden gebruikt. De nieuwe Allen-Bradley
ArmorBlock I/O-modules kunnen in een breed temperatuurbereik
werken en zijn IP69K-gecertificeerd voor de toepassing in zware omstandigheden
zoals de automotive industrie, bij material-handling, verpakken en
laswerkzaamheden. De nieuwe ArmorBlock I/O-opties kunnen overal op een
machine worden gemonteerd om kortere kabels en lagere bedradingskosten te
realiseren. De universele Ethernet/IP digitale I/O modules hebben een behuizing
van gegoten, nikkel geplateerd zink; hebben Quick Connect-functionaliteit
en beschikken over diagnostiek om de tijd die nodig is voor inbedrijfstelling en
het zoeken van storingen tot een minimum te beperken.
GPS-TRACKER
Dantracker GPS is ontwikkeld om eigendommen
terug te vinden. Deze GPS-trackers zijn
bedoeld voor apparatuur die geen eigen
stroombron hebben. Hierbij valt te denken aan
aan containers, boten, aanhangers, trailers,
vrachtauto’s en heftrucks; volgens de aanbieder
alles wat waarde heeft en verplaatst kan
worden. Dantracker GPS is de enige GPStracker
die nooit opgeladen hoeft te worden
en afhankelijk van het model, vijf tot tien
jaar meegaat. Dekkingsgebied is naar keuze
heel Europa of de hele wereld. De GPStracker
kan met de app of via het webportaal
worden gevolgd. De hoge nauwkeurigheid
van de trackers zorgt voor het eenvoudig
terugvinden van de tracker. Installatiekosten
zijn er nauwelijks omdat de trackers
makkelijk zijn te verbergen. Er is een houder
ontwikkeld waarin de tracker goed vastgezet
kan worden. Een Dantracker GPS-tracker
gebruikt het GSM-netwerk om de posities te
verzenden. Daarom is een abonnement op de
tracker nodig om te kunnen werken. Er zijn
verschillende abonnementenlooptijden: van
een maand tot en met 120 maanden en er zijn
bundelmogelijkheden.

Alles onder
controle.
Samen op weg naar
veiligheid en efficiëntie
Uw inspectiepartner voor Industrial Services
Vinçotte is uw partner in iedere fase van de levensduur van uw installatie.
Onze mensen kunnen u bijstaan vanaf de ontwerpfase tot en met het beheer.
Samen zorgen we voor een meerwaarde voor uw bedrijfsvoering, uw mensen
en uw installaties. We bieden onze services aan bij alle partijen binnen
hoogwaardige industriële sectoren.
www.vincotte.nl
Wil jij werken aan een veiligere procesindustrie?
Volg dan de opleiding Procesveiligheid!
Werk jij in de chemische procesindustrie en wil jij meer weten over de specifieke risico’s? Volg dan
nu de opleiding Procesveiligheid. Tijdens de opleiding behandelen we natuurlijk de procesveiligheid,
maar ook de organisatie en uitvoering van grote projecten in de chemische procesindustrie.
Tijdens de opleiding komen de volgende onderwerpen aan bod:
• Procesveiligheid
• Uitvoering grote projecten/turn arounds
• Procestechnologie en installaties
• Externe veiligheid/BRZO/PGS6
• Processchema’s, P&ID’s
• Kwalificeren en kwantificeren van risico’s
• Mechanische veiligheid, PED
• Explosies
• Maintenance
• Gevaarlijke stoffen
• Consequentie kwantificering (QRA, Safeti)
• Incidentenonderzoek
• Instrumentele beveiliging
• ATEX
Data: 19 maart, 26 maart, 2 april, 9 april, 16 april, 14 mei,
11 juni 2020 en tentamen op 25 juni 2020.
Schrijf je snel in, deze
opleiding zit altijd snel vol!
T 030 231 82 12 | www.phov.nl | info@phov.nl
PHOV_190801_Adv Procesveiligheid_190x130_wt.indd 1 01-08-19 10:58

EUROPOORT KRINGEN
juni - 2020 71
AGENDA
29
9 JULI ONLINE
ITANKS PITCH ONTBIJT
www.itanks.eu/events
10 SEPTEMBER UTRECHT
ATEX & PROCESS SAFETY CONGRES
www.heliview.nl/atex-process-safety
10 SEPTEMBER UTRECHT
ENGINEERING FOR SAFETY
www.heliview.nl/engineering-for-safety
29 SEPTEMBER ROTTERDAM
HAVENCONGRES ROTTERDAM
www.managementproducties.nl
30 SEPTEMBER EN 1 OKTOBER ROTTERDAM
SAFETY&HEALTH@WORK
www.safetyandhealthatwork.nl
15 EN 16 OKTOBER ROTTERDAM
TANK T.O.P. FETSA ANNUAL
CONFERENCE
www.fetsa2020.nl
29 OKTOBER UTRECHT
NATIONAAL CONGRES BRZO
www.iir.nl
1 T/M 3 DECEMBER GORINCHEM
MAINTENANCE GORINCHEM
www.maintenance-gorinchem.nl
1 T/M 3 DECEMBER GORINCHEM
WORKSAFE GORINCHEM
www.worksafe.nl
SEPTEMBER
HAVENCONGRES
ROTTERDAM
We gaan ervoor: een ambitieuze,
concurrerende en slimme
Rotterdamse haven. Dat doen
we door samen te werken, te
investeren en mee te bewegen.
Weten we wat er aan komt, wat de
impact is van global developments?
Het is een tijd waarin veel op
ons afkomt en waarop we ons
moeten voorbereiden. Wat gaan
de twenties ons brengen? De
38e editie van het Havencongres
Rotterdam zoomt in op de (inter)
nationale ontwikkelingen met een
forse impact op de haven, om
vervolgens naar binnen te kijken
en de strategie te bepalen om de
komende tien tot dertig jaar waarde
te blijven creëren. Er is onder meer
aandacht voor digitalisering, de
impact van politieke verschuivingen
in de wereldhandel, transitiepaden
en de herijkte havenvisie. (Dit
evenement is vanwege de coronauitbraak
verplaatst van 21 april naar
29 september.)
1 T/M 3 DECEMBER
WORKSAFE GORINCHEM
Worksafe Gorinchem is onderdeel
van een serie Europese beurzen
op het gebied van veilig en gezond
werken. Tegelijkertijd met deze
beurs vindt Maintenance plaats
in Evenementenhal Gorinchem.
Volgens organisator Easyfairs
bieden deze beurzen bezoekers
samen alle trends en technologieën
op het gebied van veilig onderhoud
om klaar te zijn voor de toekomst.
“Raak geïnspireerd door
componenten, vindt oplossingen
en schud de hand met vertrouwde
zakenpartners om zo uw netwerk uit
te breiden”, aldus de organisatie.
Onderdeel van de evenementen is
ook een kennisprogramma dat in
samenwerking met toonaangevende
kennispartners is samengesteld.
Er wordt aandacht besteed aan
de vragen hoe processen veiliger
kunnen worden uitgevoerd en
hoe de veiligheidscultuur valt te
verbeteren. Maintenance, dat
gelijktijdig met Worksafe Gorinchem
wordt gehouden, staat volledig in
het teken van industrieel onderhoud
en assetmanagement. (Dit
evenement is vanwege de coronauitbraak
verplaatst van 21 t/m 23
april naar 1 t/m 3 december.)
30 SEPTEMBER EN 1 OKTOBER
SAFETY&HEALTH@
WORK
Safety&Health@Work is het
onafhankelijke kennisplatform
en de netwerkbijeenkomst voor
3.500 professionals voor wie
veilig en gezond werken op
nummer één staat. De vakbeurs in
Rotterdam Ahoy biedt bezoekers
niet alleen de laatste trends en
ontwikkelingen op het gebied van
veilig en gezond werken, maar is
een onmisbare schakel in het delen
van kennis en het beïnvloeden van
gedrag. Processen, technieken en
procedures rond veiligheid mogen
vaak op orde zijn, maar routinematig
werken blijkt de belangrijkste
oorzaak in geval het misgaat. Hoe
krijg je werknemers zover dat ze
hun gedrag willen veranderen?
Hoe creëer je een bedrijfscultuur
waarin veiligheid en gezondheid
belangrijke gedragswaarden
zijn? Safety&Health@Work gaat
daarom dieper in op werken met
(gevaarlijke) stoffen, preventie,
duurzame inzetbaarheid van
medewerkers en gedrag en
bewustwording rondom veilig
werken. Daarnaast is er aandacht
voor innovaties, nieuwe technologie
en robotisering en wordt er
stilgestaan bij wet- en regelgeving.
www.korpershoek-autoverhuur.nl

Industrial Service & Rental BV
méér dan alleen Rental
Industrial Service & Rental BV verhuurt precies de machines en
materialen die u nodig heeft voor de chemische- en petrochemische
industrie van vacuümwagen tot ademlucht.
Industrial Service & Rental BV ondersteunt daarbij door u alles rond
de inhuur van machines en materieel uit handen te nemen.
Van transport, kostenefficiency, instructie op locatie tot de complete
training van uw medewerkers zorgt ervoor dat u praktisch en veilig
werkt en voorziet u van het certificaat dat u nodig heeft.
Onze maatwerkoplossing zorgt steeds voor de juiste apparatuur
conform de geldende veiligheidsnormen en keuringseisen.
U wilt zich bezighouden met uw werkzaamheden en elke dag weer zo
productief mogelijk zijn.
Met onze services zorgen we ervoor dat uw werk altijd kan doorgaan.
U neemt contact met ons op zoals u dat het prettigst vindt en kiest
voor de huuroplossing die bij u past. We denken met u mee en gaan
verder dan welke verhuurder ook om u te ontzorgen.
ISR BV
Eendrachtsdijk 1
3251 AG Stellendam
T +31 85 80 81 065
T +32 48 52 25 331
E info@isrbv.com
W www.isrbv.com
OPBOUW BEKKERLAGRAM
Slibtank
Materiaal:
RVS 316 L
Inhoud:
14.000 liter
Tankcode:
S4AH, L4AH
Achterdeksel
JC kranen:
2 stuks 4” afsluiters,
stalen huis, RVS kogel,
P.T.F.E. afdichtingen
Koelwatertank
Materiaal:
RVS 304
Inhoud:
± 1,5 m 3
Zadeltastank
Materiaal:
RVS 304
Inhoud totaal:
1000 liter
Bordes met Klapleuning
Materiaal:
RVS 304
Bediening:
Pneumatisch bediend
Vacuümpomp
Type:
CVS wr 3100
Capaciteit:
3000 m 3 /h
Voorinlaat:
ja
Niveau aanduiding
Type:
Wijzer constructie
Hogedruk-pomp
Capaciteit:
30l/min bij 200bar
Haspel klein
Uitvoering:
30 meter 1/2” HD-slang
Compressor
Type:
CVS, VacuStar L 400
Capaciteit:
345 m 3 /h
Werklamp
Type:
LED uitvoering
Aantal:
2
Positie:
Achterzijde
+ tankinspectielamp
Slangenbak
Materiaal:
RVS 304
Gereedschapskast
Uitvoering:
Gesloten
Materiaal:
RVS 304
Bedieningspaneel
Type:
IFM besturing
Uitvoering:
Met display
Voorzien in:
- Diverse elektrische
bedieningselementen
- Waterdruk op/af
- Uitschakelen niveau
claxon
- Ontluchting / beluchting
tank
- Noodstop
- HD-pomp in/uit
- Stopcontact 24V
- K1/K2 regeling
- Vacuümmeter
- Toerenteller
Afstandsbediening
Type:
Kast plus kabel
Functie:
Noodstop
Achterbumper
Type:
Terberg bumper
Uitvoering:
Hydraulisch
ADR

EUROPOORT KRINGEN
juni - 2020 73
MENSEN
MONIQUE ZEEDIJK-VAN HOUT
heeft op 11 juni jl. afscheid
genomen bij Rotterdam Ahoy,
waarvoor zij bijna negentien jaar
heeft gewerkt. Als laatste was zij
er actief in de rol van marketingen
communicatiespecialist. Per
1 juli a.s. treedt zij bij Deltalinqs in
dienst als communicatieadviseur.
De werkzaamheden van Zeedijk-
Van Hout bij Rotterdam Ahoy
zijn overgenomen door NINA
MEEUWES.
Bij de Van Mourik Group is
ADRIAAN VAN DEN BERKHOF
per 1 mei jl. aangesteld als ceo. Hij
volgt MARCO VAN MOURIK op.
PAUL UIJTEWAAL is 23
maart jl. benoemd tot ceo ad
interim van de Tecqgroup,
gespecialiseerd in de bemiddeling
van technisch personeel.
Uijtewaal was eerder werkzaam
in seniormanagementfuncties
bij Oracle, Genesys
Telecommunications en
Conclusion.
Zij bekleedde deze functie sinds
september 2017, maar kan haar
commissariaat niet combineren
met het voorzitterschap van VNO-
NCW. RUUD SONDAG neemt
haar plaats in als commissaris
bij het Havenbedrijf Rotterdam.
Hij is voor een periode van drie
jaar benoemd. Van april 2017
tot mei 2018 was Sondag ook al
commissaris bij het havenbedrijf.
Hij studeerde rechten aan de
Rijksuniversiteit Utrecht, was ceo
bij de Van Gansewinkel Groep en
ceo bij Eneco.
Ingrid Thijssen
het roer van de International
Freight Forwarding-activiteiten
overgedragen aan RIK PEK,
managing director International
Freight Forwarding en Breakbulk
Terminals. Hoek zal bij het bedrijf
betrokken blijven in de rol van
exclusive senior consultant. Pek
is sinds 15 jaar werkzaam bij
Broekman Logistics, waarvan de
afgelopen vijf jaar in de rol van
managing director Breakbulk
Terminals. Nu neemt hij de rol
van managing director voor beide
entiteiten waar.
CHANTAL DE GROOT is bij
eWorks aan de slag gegaan als
account manager. Hiervoor werkte
zij bijna vijf jaar bij Rotterdam
Ahoy in een soortgelijke functie.
Begin april is DOMINIQUE DIJK-
HUIS benoemd tot bestuurder en
voorzitter van de beleggingscommissie
bij Pensioenfonds Metaal
en Techniek. Zij is ook bestuurder
en portefeuillehouder op vermogensbeheer
bij pensioenfonds
DNB. Bij hetzelfde Pensioenfonds
Metaal en Techniek is ROELIE
VAN WIJK diezelfde maand
aangesteld als extern lid van de
commissie beleggingen.
Paul Uijtewaal
Op 13 april jl. is JEROEN
OVERDUIN begonnen aan een
nieuwe functie als head of global
marketing & communication bij
Mammoet. Daarvoor werkte hij
onder meer bij Siemens en de
Rotterdamse energie-scale-up
PowerQ.
INGRID THIJSSEN is per 1 mei
jl. teruggetreden als commissaris
bij het Havenbedrijf Rotterdam.
Ruud Sondag
Avantium maakt de voordracht
bekend van dr. CYNTHIA
ARNOLD en dr. TRUDY
SCHOOLENBERG voor een
benoeming in de Raad van
Commissarissen. Die zal de
benoemingen voorstellen aan
een Buitengewone Algemene
Vergadering, die komend najaar
wordt gehouden.
Bij Broekman Logistics heeft
een leiderschapswijziging
plaatsgevonden. Op 30 april jl.
heeft ALBERT HOEK formeel
FEMKE BRENNINKMEIJER is op
1 juni gestart als nieuwe ceo van
binnenvaartcoöperatie NPRC.
Daarvoor was zij hoofd energy,
cargo & offshore bij Port of
Amsterdam.
Essent heeft in HENRIËTTE SETZ
een nieuwe directeur operations
gevonden. Ze is er op 1 mei
begonnen. De laatste vier jaar was
zij werkzaam bij Menzis.
HERMAN EXALTO is per 11 mei jl.
aangesteld als programmamanager
geo-energie bij Energie Beheer
Nederland. Eerder werkte hij als
commercieel directeur bij warmtebedrijf
Ennatuurlijk.

EUROPOORT KRINGEN
juni - 2020 75
GAAT JOUW
INNOVATIE
SLAGEN?
Test je slagingskans met de
innovatietools van INDEEP!
Er is veel aandacht voor innovaties in de haven van
Rotterdam. Een start-up initiatief zoals PortXL
heeft daar onder meer een grote bijdrage aan
geleverd. Maar niet alle innovaties komen van start-ups.
Veel innovaties ontstaan bij bestaande bedrijven in de
haven of vanuit universiteiten. Toch blijkt dat veel van
deze innovaties niet, of slechts beperkt, geadopteerd
worden in de haven. Hoe kan dat? Deze vraag was de
aanleiding voor SmartPort om het onderzoeksproject
INDEEP te starten met partners TU Delft, Deltalinqs,
Erasmus Universiteit, TNO, RSM en Havenbedrijf
Rotterdam. Doel van het onderzoek was concrete
hulpmiddelen op te leveren om innovaties in de markt te
doen slagen.
Voordat deze tools ontwikkeld konden worden, was
het van belang om te begrijpen welke oorzaken er zijn
waardoor innovaties, die op het eerste gezicht bijzonder
nuttig lijken, niet worden geadopteerd door de markt.
Al snel werd duidelijk dat een focus op de innovatie
niet voldoende is. Er moet aandacht gaan naar de
stakeholders die betrokken zijn bij de innovatie én dan
vooral de partijen die getroffen worden de innovatie.
Uiteindelijk moet elke stakeholder in het ecosysteem
positief, of in ieder geval niet negatief, staan tegenover
de innovatie. Zelfs als er slechts één speler in het
ecosysteem is dat benadeeld wordt, kan dat de adoptie
van de innovatie in de weg staan.
Het is dus van grote toegevoegde waarde om, voor de
marktintroductie, bewust te zijn van de stakeholders
in het ecosysteem en idealiter zelfs per stakeholder
te weten wat zijn/haar positie is ten opzichte van de
innovatie. Als deze negatief is moet er een oplossing
gevonden worden hoe de stakeholder neutraal, maar
idealiter positief, tegenover de innovatie kan komen te
staan. Dit inzicht heeft geleid tot de ontwikkeling van
twee ‘innovatietools’ voor het bedrijfsleven.
Met de INDEEP game kan je ervaren hoe het
adoptieproces van innovaties beïnvloed kan worden.
De game laat zien dat je bij de introductie van een
innovatie afhankelijk bent van andere partijen. Partijen
die moeilijk te beïnvloeden zijn of waar besluitvorming
traag kan verlopen. De game toont de sense of urgency
om het ecosysteem in kaart te brengen zodat je met de
juiste strategie de slagingskans van de innovatie kan
vergroten.
Voor een analyse van het ecosysteem is er een self
assessment tool ontwikkeld. Hier wordt door de
Erasmus Universiteit Rotterdam de laatste hand aan
gelegd. Zo wordt het voor elk bedrijf mogelijk om op
een eenvoudige manier te analyseren wat er nodig is
om de slagingskans van een innovatie te vergroten.
Deze tools worden gratis beschikbaar gesteld door
SmartPort. Samen kennis delen, zo versnellen wij
innovatie in de haven van Rotterdam.
Op deze pagina in Europoort Kringen bericht
SmartPort over interessante projecten, lopend
onderzoek en nieuwe ontwikkelingen. Meer
informatie vind je op www.smart-port.nl.

AUTOMATISCH
HANDGEREEDSCHAP
Verwisselbare
gereedschapskoppen
Automatische
terugtrekking
Veilig en ergonomisch
gebruik
901350
WZ-AKT-150
klemko.nl

EUROPOORT KRINGEN
juni - 2020
77
COLUMN
MIXEN IS GEEN
GEMAKZUCHT
Nu even geen corona-gerelateerd stukje.
MARCUS DRAAISMA,
advocaat bij Palthe Oberman
Advocaten. Reageren?
draaisma@paltheoberman.nl
In januari van dit jaar schreef ik over de WAB
en een makkelijkere ontslaggrond, ook wel
de ‘i’-grond of cocktail-grond genoemd,
ingevoerd sedert januari 2020. Wanneer een
werkgever een beetje d-grond (disfunctioneren),
een beetje e-grond (verwijtbaar handelen)
en/of een beetje g-grond (verstoorde
arbeidsverhouding die zodanig is dat van de
werkgever in redelijkheid niet gevraagd kan
worden de arbeidsovereenkomst te laten
voortduren) heeft, kan hij voor de i-grond gaan.
De i-grond is geen reparatie-grond, als er niets
in de andere gronden zit om een cocktail te
mixen. De kantonrechter kan dus niet zeggen:
je levert me niet een beetje van deze gronden,
dus zal ik het gebrek hieraan wel repareren
door op de i-grond de arbeidsovereenkomst te
ontbinden. Ook niet omdat het een rechtszaak
is geworden en dat is natuurlijk altijd slecht voor
de arbeidsverhouding. Dan krijg je enkel een
leeg cocktailglas.
Door de Amsterdamse kantonrechter is hierover
op 8 mei jl. een mooie uitspraak gedaan.
Er waren allerlei verwijten aan het
adres van een legal counsel van een
internationaal concern omdat een bepaalde
aandelentransactie in de soep was gelopen.
Er werd een extern onderzoeksbureau
ingeschakeld en de legal counsel werd
geschorst. De zaak was kortom goed op
scherp gezet en geëscaleerd (soms een
werkgeverstactiek om de werknemer onder
druk te zetten voor een regeling). Maar
deze legal counsel verroerde zich niet en de
werkgever moest wel naar de kantonrechter
om het gewenste ontslag te bewerkstelligen.
Dan moet het ontslag worden onderbouwd. De
werkgever koos voor de e-grond (verwijtbaar
handelen), voor de g-grond (verstoorde
arbeidsverhouding) en de i-grond voor het
geval ‘e’ en ‘g’ geen voldragen gronden waren.
Wat zei de kantonrechter? Die zag niet dat er
verwijtbaar is gehandeld. Er was niet aangetoond
dat de legal counsel een verwijt kan
worden gemaakt voor een rol bij de misgelopen
zaken. Er zit dus niets in de e-grond, vindt de
kantonrechter. Dan gaat de kantonrechter naar
de aangevoerde g-grond. Ook daar ziet de
kantonrechter niets in. De verhoudingen zijn niet
zodanig verstoord dat deze niet meer kunnen
worden opgelost. De werkgever heeft daartoe
geen enkele poging ondernomen, terwijl de legal
counsel juist wel tot overleg bereid is.
De kantonrechter wijst dan ook de i-grond af:
er zit niets in deze cocktail omdat er niets kon
worden gemixt. Een heldere uitspraak. Dat deze
zaak toch naar de kantonrechter is gebracht,
is waarschijnlijk omdat de werkgever zichzelf
vooraf te veel gelijk had gegeven, een tunnelvisie
had en niet meer zag dat er niet genoeg of
geen argumenten voor het ontslag waren, ook
niet met het externe onderzoek. Het onderzoeksbureau
heeft mogelijk te optimistisch over
verwijten aan het adres van de legal counsel
geschreven, omdat een onderzoeker niet graag
wil opschrijven dat er geen voldoende verwijten
zijn jegens het ‘subject’ van het onderzoek. Om
na werkzaamheden waarvoor een factuur is
verstuurd van 70.000 euro, op te schrijven dat er
nog geen ontslaggrond is, is geen goede boodschap.
Je wilt als onderzoeker wel wat positievers
te vertellen hebben aan de klant. Daarom
vind ik dat een onderzoeker zo min mogelijk dure
rapporten moet schrijven. Een onderzoeker moet
feitenonderzoek doen en daarvan verslag doen.
De conclusies van de onderzochte feiten moet
een onderzoeker aan de advocaat overlaten. Die
weet of de feiten voldoende zijn voor een verwijt
dat in rechte stand houdt. En als dat niet zo is,
vraagt de advocaat aan de onderzoeker of hij
nog meer feiten boven water kan krijgen, waarbij
hij ook aangeeft welke feiten dat moeten zijn.

Toonaangevend
in technische
isolatieoplossingen
SIG is Nederlands grootste en meest toonaangevende
producent, leverancier en distributeur van thermische en
akoestische isolatiematerialen.
Onze materialen worden onder andere toegepast bij de isola
en procesindustrie, off-shore olie- en gaswinning, (industriële
gebouwen en OEM.
Op maat gemaakt
SIG is specialist in het bewerken van alle mogelijke isolatiema
materialen die naadloos op iedere ondergrond aansluiten. Z
PIR- en hardschuim, steenwol, EPS en polystyreen.
SIG Technische IsolatieSpecialist
Zijlweg 2
5145 NR Waalwijk
+31 (0)41 656 51 11
waalwijk@technischeisolatiespecialist.nl
SIG Technische Isola
Touwbaan 26
2352 CZ Leiderdorp
+31 (0)71 541 55 03
leiderdorp@technisch
www.technischeisolatiespecialist.nl

“Wij zijn uw partner voor
al uw vragen rondom
thermische en
akoestische isolatie”
tie van de (petro)chemische
) koeltechniek, scheepvaart,
terialen. Wij maken isolatieagen,
lijmen, frezen uit o.a.
tieSpecialist
eisolatiespecialist.nl

CRI - Rope Access
Industrial Services
• Maintenance
• HP-cleaning
• Coating
• Construction
• Insulation
• NDT
• Work at Height Consulting & Assistance
• IRATA Training level 1-2-3
CRI - Rope Access
Polderstraat 68
B-2800 Mechelen
T: +32 (0)15/ 26 05 91
info@cri-ropeaccess.com
www.cri-ropeaccess.com

www.cri-ropeaccess.com

I N D U S T R I E E L M A N A G E M E N T M A G A Z I N E
IN DE JULI EDITIE
Bastiaan van der Knaap, managing
director van het Rotterdam Port Fund,
vertelt hoe het fonds ervoor staat en welke
meerwaarde het de industrie biedt.
Hoe gaan aanbieders van
trainingen en opleidingen om met
de restricties waarvoor zij zich door de
corona-uitbraak zien gesteld? Hoe flexibel
zijn zij, en op welke manieren slagen zij erin
mensen onder deze nieuwe omstandigheden
te trainen en op te leiden? Ria van ’t
Klooster, directeur van de NRTO (de
branchevereniging voor trainen en opleiden)
schetst in gesprek met Europoort Kringen
het bredere perspectief, de rol van de
vereniging in deze branche en gaat in op het
belang van een keurmerk.
Hoe is het Ivy Global vergaan sinds de
oprichting in 2016? Managing director Jorn
van der Schaaf geeft inzicht in de laatste
stand van zaken, en argumenteert waarom
het goed is studenten in te zetten.
Directeur Jan Duel van Dekker
Groep licht een tipje van de sluier
op over de aankomende, ambitieuze
uitbreidingsplannen van de Maastank
Terminal in Rotterdam.
In iTanks Innovation Masterclass
belicht Cor van de Linde van iTanks
opnieuw een interessant innovatieproject.
En nog veel, heel veel meer!
Wearflex® compensatoren
Altijd in
beweging
Procesleidingen, lucht- en rookgaskanalen zijn onder invloed van
trillingen en temperatuurwisselingen altijd in beweging. Wearflex®
compensatoren zijn expansiestukken die deze bewegingen opvangen.
Als marktleider in Nederland ontwerpen en produceren we al decennialang
een totaalpakket van kwalitatief hoogwaardige weefselcompensatoren
en andere hoogtemperatuur textielafdichtingen.
Hierdoor kunnen wij bijvoorbeeld energiecentrales, vuilverbrandingsinstallaties,
(petro)chemische installaties of ertsverwerkers supersnel
ontzorgen. Volgens een uniek multi-diciplinair serviceconcept verzorgen
we projecten van planning en engineering tot uitvoering, QA/QC
en nazorg, waarbij we veiligheid uiteraard niet uit het oog verliezen.
Kwalitatief
hoogwaardig
product
Multidisciplinair
serviceconcept
Waarom Wearflex®
compensatoren?
www.wearflex.com
24/7
bereikbaar
Competitieve
prijsstelling
Zeer snelle
dienstverlening
Experts
met groot
oplossend
vermogen
Meer weten? Neem gerust contact met ons op voor een afspraak of
een vrijblijvende inspectie.
LEADER IN HIGH TEMPERATURE SOLUTIONS
T : +31 (0)167 565750
E : info@insulcon.com
W : www.insulcon.com
T : +32(0) 3 711.02.78
E : sales@keramab.com
W : www.keramab.com

• Van Ginkel Concerns
• Sprinklerservices Europoort
• Van Ginkel Marine Service
• VG Beheer en Onderhoud
• NF Industrial Fire Pumps
Gecertificeerd en
gespecialiseerd op
het gebied
Bezoekadres:
Seggelant-Zuid 12 a
3237 ME Vierpolders
Postadres:
Postbus 133
3230 AC Brielle
• Sprinkler
• Foam
• Fire detectie
• Blusgassen
T +31 (0)181 212 100
E info@ginkel-services.nl
I www.ginkel-concerns.nl

VAN DER LINDEN & VELDHUIS
● INDUSTRIËLE ISOLATIE
● BRANDBESCHERMING
● TRACING
● STEIGERBOUW
Isolatie als tweede natuur
Van der Linden & Veldhuis Isolatie B.V., Edisonstraat 5, 3133 KG Vlaardingen
Postbus 232 - 3130 AE Vlaardingen, Telefoon 010 - 445 66 00, Telefax 010 - 435 64 80
Vestigingen: Sas van Gent en Wormerveer
www.lindveld.nl