VBC magazine opmaak maart web

België, en in het bijzonder West-Vlaanderen, heeft een sterk economisch
weefsel van lokale zelfstandigen en familiebedrijven,
KMO’s en industriële maakbedrijven. Hoe belangrijk is het om dit
weefsel intact te houden?
HC: We hebben in West-Vlaanderen inderdaad een unieke dynamiek
met heel wat sterke ondernemers die onze provincie op de kaart
zetten. Dat weefsel moeten we koesteren en ondersteunen waar
nodig. Daarom hebben we de voorbije maanden maatregelen genomen
om onze economie te stutten. Dat sterk economisch weefsel is
namelijk niet alleen van groot belang voor onze economie, zeker ook
voor de West-Vlaamse arbeidsmarkt is dat cruciaal. Het draagt bij
tot een hogere werkzaamheidsgraad en dus lagere werkloosheidscijfers.
Door een sterke lokale verankering zijn ondernemingen meer
gericht op wat hier ter plekke allemaal mogelijk is onder het motto
‘creëer lokaal’. En dat is dan weer bevorderlijk voor de lokale, regionale
en bij uitbreiding provinciale tewerkstelling.
Heeft de West-Vlaamse arbeidsmarkt een andere dynamiek dan
de gemiddelde Vlaamse arbeidsmarkt? En legt het Vlaams beleid
andere accenten voor West-Vlaanderen?
HC: Voor de coronacrisis was de arbeidskrapte in West-Vlaanderen
het sterkst, dat betekent dat er slechts een beperkt aantal kandidaten
per vacature waren. Dat heeft er wel voor gezorgd dat de impact
van de coronacrisis op het aantal werkzoekenden ook het grootst
is. Maar met 5% werkzoekenden blijft West-Vlaanderen nog steeds
onder het Vlaams gemiddelde van 6,1%.
Met de krappe arbeidsmarkt en de vele verschillende sterke sectoren
in West-Vlaanderen is het belangrijk dat er op maat gewerkt
wordt. Voor de machinebouw en de mechatronica zijn er mobiele
industriebaden op poten gezet die erop gericht zijn werkzoekenden
op te leiden en te laten kennismaken met de industrie. Door
deze mobiele aanpak komen we tegemoet aan de grote verschillen
in de arbeidsmarktreserves van Noord-West-Vlaanderen tegenover
Zuid-West-Vlaanderen en kunnen lokale en bedrijfsspecifieke vacatures
vlotter ingevuld worden.
West-Vlaanderen is bij uitstek hard getroffen door de Brexit. Zelfs
met de deal die uiteindelijk getroffen werd en die het ergste heeft
voorkomen, staan er mogelijk nog 6.500 jobs op de tocht. Dat gaat
over jobs in voeding, textiel, transport, logistiek, haven van Zeebrugge,
… De meeste van die jobs zitten op de as Brugge-Roeselare-Kortrijk.
Om die problemen op te vangen, hebben we ook de
Brexit veerkrachtsubsidie gelanceerd. Dat is een steunmaatregel
voor bedrijven die getroffen zijn door de Brexit en nieuwe markten
moeten verkennen of nieuwe producten moeten zoeken.
West-Vlaanderen is en blijft een bedrijvige provincie en iedere
ondernemer toont steevast zijn veerkracht. Ik wil als slot een
lans breken voor de lokale ondernemer. Er is tijdens de voorbije
maanden terecht opnieuw aandacht gegaan naar lokaal kopen en
consumeren. Die aandacht voor dat lokale moeten we vasthouden
en blijven stimuleren.
- 39 -