10 1.2.1. Motieven voor <strong>de</strong> verplaats<strong>in</strong>g Het OVG on<strong>de</strong>rscheidt 10 verschillen<strong>de</strong> verplaats<strong>in</strong>gsmotieven. Om <strong>de</strong> analyse te vereenvoudigen wor<strong>de</strong>n <strong>de</strong>ze motieven on<strong>de</strong>rver<strong>de</strong>eld <strong>in</strong> een aantal hoofdmotieven: p Werken p Zakelijk bezoek p School/on<strong>de</strong>rwijs = Werk + school p W<strong>in</strong>kelen p Diensten, zorgen = W<strong>in</strong>kelen + diensten p Ontspann<strong>in</strong>g, sport, cultuur p Bezoek p Wan<strong>de</strong>len, rondrij<strong>de</strong>n, joggen = Recreatief verkeer p Iemand/iets halen of brengen p An<strong>de</strong>re/onbepaald Tabel 1 Motieven voor verplaats<strong>in</strong>g (OVG1-2-3) Verplaats<strong>in</strong>gsmotief Recreatief verkeer <strong>in</strong> Vlaan<strong>de</strong>ren OVG1 (04.1995 > 04.1996) OVG2 (01.2000 > 01.2001) OVG3 (09.2007 >09.2008) Werken 18,6% 18,6% 14,88% Zakelijk bezoek 5,0% 2,4% 5,74% School/on<strong>de</strong>rwijs 9,1% 8,1% 6,65% Totaal werk + school 32,7% 29,1% 27,27% W<strong>in</strong>kelen 21,9% 20,4% 21,60% Diensten, zorgen 3,2% 4,2% 5,39% Totaal w<strong>in</strong>kelen + diensten 25,1% 24,6% 26,99% Ontspann<strong>in</strong>g, sport, Cultuur 12,5% 14,5% 13,26% Bezoek 14,6% 11,9% 12,44% Wan<strong>de</strong>len, rondrij<strong>de</strong>n, joggen 5,9% 3,5% 3,77% Totaal recreatie 33,0% 29,9% 29,47% Iemand/iets halen of brengen 6,2% 10,0% 11,60% An<strong>de</strong>re/onbepaald 3,1% 6,4% 4,66% Totaal aantal verplaats<strong>in</strong>gen per dag(#) 2,73 2,76 3,12 Uit <strong>de</strong>ze tabel 1 blijkt dui<strong>de</strong>lijk dat <strong>de</strong> <strong>Vlaamse</strong> mobiliteitsproblematiek veel meer is dan woon-werkverkeer alleen. Uit alle drie <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rzoeken blijkt dat recreatief verkeer <strong>het</strong> voornaamste verplaats<strong>in</strong>gsmotief is. Gemid<strong>de</strong>ld verplaatst elke Vlam<strong>in</strong>g zich ongeveer 3 keer per dag, waarvan ongeveer 1 (0,92) verplaats<strong>in</strong>g louter recreatief is. 1 In <strong>de</strong>ze analyse van <strong>het</strong> OVG3 wordt geen reken<strong>in</strong>g gehou<strong>de</strong>n met non-respons (‘geen antwoord’) op <strong>het</strong> motief van <strong>de</strong> verplaats<strong>in</strong>g. Om <strong>het</strong> procentuele aan<strong>de</strong>el van een verplaats<strong>in</strong>gsmotief te berekenen, wordt dus gerekend met een 3,12 verplaats<strong>in</strong>gen per dag <strong>in</strong> plaats van 3,14.
Grafi ek 1 Verplaats<strong>in</strong>g volgens motief <strong>in</strong> Vlaan<strong>de</strong>ren (OVG3) De drie voornaamste verplaats<strong>in</strong>gsmoti even wegen <strong>in</strong> Vlaan<strong>de</strong>ren ongeveer even zwaar door. Als we <strong>de</strong>ze <strong>Vlaamse</strong> on<strong>de</strong>rzoeksresultaten vergelijken met <strong>het</strong> MobiliteitsOn<strong>de</strong>rzoek Ne<strong>de</strong>rland uit 2008, zien we dat <strong>het</strong> resultaat voor recreati ef verkeer bijna i<strong>de</strong>nti ek is. Hieruit kunnen we alvast besluiten dat <strong>de</strong> ‘hoge’ cijfers voor recreati ef verkeer <strong>in</strong> Vlaan<strong>de</strong>ren niet veroorzaakt wor<strong>de</strong>n door <strong>de</strong> manier van bevragen of door <strong>de</strong> opbouw van <strong>de</strong> steekproef. Grafi ek 2 Verplaats<strong>in</strong>g volgens motief <strong>in</strong> Ne<strong>de</strong>rland (MON ’08) 11