Studiegids Industriële Wetenschappen Deel2 3 ABA-EM - KHLim
Studiegids Industriële Wetenschappen Deel2 3 ABA-EM - KHLim
Studiegids Industriële Wetenschappen Deel2 3 ABA-EM - KHLim
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Katholieke Hogeschool Limburg<br />
<strong>Industriële</strong> <strong>Wetenschappen</strong> en Technologie<br />
Faculteit Industrieel Ingenieur<br />
<strong>Studiegids</strong><br />
<strong>Industriële</strong> <strong>Wetenschappen</strong><br />
<strong>Deel2</strong><br />
Vakfiches met o.m.<br />
inhouden en doelstellingen<br />
3 <strong>ABA</strong>-<strong>EM</strong><br />
3 e jaar<br />
Academische Bachelor<br />
<strong>Industriële</strong> <strong>Wetenschappen</strong><br />
Elektromechanica<br />
focus Elektromechanica<br />
Academiejaar 2011-2012<br />
FI²
Identificatie opleiding<br />
Naam opleiding Academische Bachelor in de <strong>Industriële</strong> <strong>Wetenschappen</strong><br />
in Elektromechanica<br />
Graad opleiding Bachelor<br />
Kwalificatie opleiding Academisch<br />
Aantal studiepunten 180<br />
Diploma’s die toegang verlenen<br />
tot opleiding<br />
Voltijds of anders opgebouwd<br />
onderwijs<br />
Contact- en/of<br />
afstandsonderwijs<br />
Diploma secundair onderwijs<br />
Voltijds opgebouwd, maar kan deeltijds opgenomen<br />
worden<br />
Contactonderwijs<br />
Overzicht afstudeerrichtingen • Academische Bachelor in de <strong>Industriële</strong><br />
<strong>Wetenschappen</strong> in Elektromechanica, focus<br />
Elektromechanica;<br />
• Academische Bachelor in de <strong>Industriële</strong><br />
<strong>Wetenschappen</strong> in Elektromechanica, focus<br />
Automatisering en Energie.<br />
Mogelijke vervolgopleidingen • Master in de <strong>Industriële</strong> <strong>Wetenschappen</strong> in<br />
Elektromechanica;<br />
• Master in de <strong>Industriële</strong> <strong>Wetenschappen</strong> in Energie,<br />
afstudeerrichting Automatisering;<br />
• Master in de <strong>Industriële</strong> <strong>Wetenschappen</strong> in Energie,<br />
afstudeerrichting Elektrotechniek.
Stp. O.O.<br />
<strong>KHLim</strong> IWT-FI² VakkenTabellen 2011-2012<br />
3e jaar Academische Bachelor in de <strong>Industriële</strong> <strong>Wetenschappen</strong> in Elektromechanica, focus Elektromechanica<br />
3<strong>ABA</strong>-<strong>EM</strong><br />
Code Vak<br />
Docent<br />
O.O. Naam O.O./ Vak Ex Stp T O L Ex Stp T O L<br />
BEDRA Bedrijfsbeleid A 4 40<br />
Wijsbegeerte/Ethiek BEDR1 LeSy P 2 1,5 c 2 20<br />
Welzijn op het werk BEDR2 HaKo S 2 1,25 e 2 20<br />
DIGB Digitale Elektronica B 4 40<br />
Digitale Elektronica 1 DIG1 MeNe M 3 2 e 3 30<br />
Digitale Elektronica 1B Lab DIG1BL SmDi 1 1,5 c 1 10<br />
ELAAN Elek. Aandrijvingen + lab 3 ELAAN VdsGe S 3 1,5 c 3 30 30<br />
GeEr L 1<br />
ELIN Elek. Installaties + lab 4 ELIN VdsGe S 4 2,25 c 4 40 40<br />
GeEr L 1,25<br />
GA_A Geïntegr.Automatisering A 4 40<br />
Pneumatica + lab GA1 HoJo L/S 1 1,5 e 1 10<br />
PLC GA2 ClEr M 1 0,75 c 3 30<br />
LeGe P 2 1,75<br />
MSYS Meetsystemen 3 MSYS BaJo S 3 1,5 c 3 30 30<br />
GaEe 0,75<br />
ONT4 Elektrisch ontwerpen 4 3 ONT4 ClEr M 3 1 c 3 30 30<br />
MeRa P 0,75<br />
REG1 Regeltechniek 1 3 REG1 BaJo M 3 1,5 c 3 30 30<br />
GaEe 1<br />
TMAT3 Toeg.Materiaalk. 3 + lab 3 TMAT3 VaBe M 3 1 1 c 3 30 30<br />
TTHE_A Toeg.Thermodynamica A 6 60<br />
Toeg.Thermodynamica 1 TTHE1 KeJu S 2 0,75 0,5 e 2 20<br />
Toeg.Thermodynamica 2 TTHE2 RoFr M 4 2,25 1 c 4 40<br />
VERM1 Vermogenelektronica 1 3 VERM1 GeJa M 3 1,25 c 3 30 30<br />
WoDa 0,75<br />
VG+ST Vormgeving + Sterketeleer 4 40<br />
Vormgeving - <strong>EM</strong> U+T4 ThJo M 2 1,5 c 2 20<br />
Sterkteleer 5 STER5 HeKr M 2 1,5 c 2 20<br />
MTECHD Mech. Technologie D 4 40<br />
CNC - <strong>EM</strong> U+T5L BijJo P 2 2 c 2 20<br />
Mech.Meettechniek + lab MEET BijJo P 2 2 c 2 20<br />
M_ONTA Mechanisch ontwerpen A 9 90<br />
Methodisch ontwerpen ONT1 HoJo S* 1 1 c 1 10<br />
Mechanisch ontwerpen ONT2 HoJo 1 1 P/M 2 1,75 c 4 40<br />
BijJo 1 0,5<br />
Cad/Pro-Engineer ONT3 BijJo P 2 2 c 2 20<br />
Techn. communicatie - Duits COMM4 VbIv 1 1 S 1 0,5 c 2 20<br />
M_OND Machine Onderdelen 3 M_OND HeKr P/M 3 1 1 e 3 30 30<br />
Totaal 60 24 13,25 0 12,5 10,25 2,5 9,5 60 600 600<br />
Aantal Opleid.Ond./Examens<br />
15 8 7<br />
Contacturen/Sem<br />
25,75 22,25<br />
ECTS-punten/Sem<br />
31 29<br />
Gemidd. contacturen/Jaar<br />
24,0<br />
T: Theorie ; O: Oefeningen ; L : Lab --- Ex: P: permanente evaluatie ; L: lab-examen ; S: schriftelijk examen ; M: mondeling examen<br />
Contract: e: examencontract is mogelijk; c: geen examencontract mogelijk (creditcontract noodzakelijk)<br />
O.O.: Opleidingsonderdeel<br />
Semester 5<br />
Semester 6<br />
Contract<br />
Stp. Vak<br />
Punt./Vak<br />
Punt./O.O.
BEDR1_1112_LeSy<br />
Vakbenaming<br />
Vakcode<br />
Ethiek<br />
BEDR1<br />
Titularis Sylvain Leysen (LeSy)<br />
Docenten Sylvain Leysen (LeSy)<br />
Jaar 3<strong>ABA</strong>-ELO, 3<strong>ABA</strong>-<strong>EM</strong>, 3<strong>ABA</strong>-AE, 3<strong>ABA</strong>-CE, 3<strong>ABA</strong>-BIO<br />
ECTS-punten 2<br />
Doelstellingen - Een eigen mensvisie uitbouwen, argumenteren en verdedigen. AC3/AWC1<br />
- De ethische vragen in verband met het eigen vakgebied kunnen stellen.<br />
AC3/AWC1/AWC2/AWC3<br />
- Aan de hand van een ethische casus uit het eigen vakterrein kunnen aantonen en<br />
verdedigen dat de eigen mensvisie en de ethische vraagstelling geïntegreerd zijn om<br />
zo het kritische denken te stimuleren.AWC1/AWC3/AC10<br />
Inhoudsopgave Mensvisies<br />
1. De existentieel-fenomenologische mensopvatting.<br />
2. Levinas: een meervoudig persoonsbegrip<br />
3. De omschrijving van onszelf (Bart Pattyn)<br />
4. Het mensbeeld in de nieuwe natuurkunde (Willy Wielemans)<br />
Onderwijsvorm -Zelfstudie<br />
-Groepsgesprekken<br />
-Werkcolleges<br />
-Opdrachten<br />
Toegepaste ethiek<br />
I. Toegepaste ethiek<br />
1. Inleiding<br />
2. Waarom moraal?<br />
3. Normen, waarden, deugden.<br />
4. Morele vraagstukken.<br />
II. Enkele begrippen uit de toegepaste ethiek<br />
1. Rechtvaardigheid<br />
2. Vrijheid<br />
3. Verantwoordelijkheid<br />
4. Macht<br />
Toepassingen<br />
Studiemateriaal Cursus: Antropologie en ethiek S. Leysen<br />
Aanvullende leermiddelen Ethische sites op www.<br />
Filosofische en ethische tijdschriften in de mediatheek van <strong>KHLim</strong> en UH<br />
Examenvorm<br />
1 ste examenkans Permanente evaluatie<br />
Één paper per doelstelling<br />
2 de examenkans Mondeling examen
BEDR1_1112_LeSy<br />
Vakbenaming<br />
Vakcode<br />
Ethiek<br />
BEDR1<br />
Algemene Visie De ingenieurscompetentie is een geïntegreerd geheel van kennis, vaardigheden en attitudes<br />
die een sterke persoonlijkheid in staat stelt in een bedrijf en in de wereld op een professionele<br />
wijze als ingenieur te functioneren. Om die sterke persoonlijkheid te vormen heeft de<br />
ingenieur een stevig persoonlijk waardepatroon nodig op basis waarvan hij/zij ethisch kan<br />
reflecteren en handelen.<br />
Relatie met onderzoek In het vak ethiek wordt uitdrukkelijk de vraag naar de ethische aspecten van onderzoek<br />
gesteld. De student raadpleegt daarvoor primaire bronnen.<br />
Situering van het vak in<br />
het curriculum<br />
Instroom-Relatie met<br />
andere vakken<br />
Na een korte theoretische inleiding in de antropologie (Wie ben ik?) en de ethiek (Wat moet ik<br />
doen om goed te doen?) waarbij voluit verwezen wordt naar de bouwstenen die werden<br />
aangebracht in de cursus filosofie van het eerste jaar, krijgt de student een opdracht. De<br />
student moet een casus uitwerken, aan zijn medestudenten voorleggen en in een<br />
teamvormend gesprek naar de best mogelijke oplossing streven. De studenten worden hierbij<br />
voortdurend aangespoord te reflecteren over wat ze zeggen. (socratische methode).<br />
Op basis van in deze oefening verworven kennis, vaardigheden en attitudes schrijft de student<br />
drie papers. (1. Wie ben ik? 2. Hoe zie ik mezelf als ingenieur 3. Ethische casus: Wat doe ik?)<br />
Instroom:Omdat ethiek een mensvisie veronderstelt,wordt gebruik gemaakt van de in het<br />
eerste jaar ontwikkelde mensvisie in de cursus wijsbegeerte.<br />
Uitstroom: Het ethische denken en handelen van de toekomstige ingenieur vormen.<br />
Relatie met het werkveld Omdat er wordt gewerkt met ethische casussen die de studenten zelf aanbrengen vanuit hun<br />
ervaringen met het bedrijfsleven is de relatie met het werkveld duidelijk aanwezig.<br />
Aanvullende Informatie<br />
betreffende competenties<br />
en Evaluatie van de<br />
Competenties<br />
Het formuleren en onderbouwen van een standpunt inzake een ethisch probleem maakt deel<br />
uit van de toetsing via de paper. Het zelfstandig ethisch reflecteren (zien, oordelen) en<br />
handelen is de competentie waarover elke ingenieur moet beschikken.<br />
De docent treedt in dit proces eerder als coach en supporter op en zet voortdurend aan tot<br />
reflectie. In de permanente evaluatie wordt eerder het groeiproces van de student in<br />
ogenschouw genomen. Omdat de student binnen het geschetste kader zijn casus vrij mag<br />
kiezen wordt de inhoud van de gesprekken mee door de student gestuurd en wordt de<br />
zelfstandigheid en het kritische denken gestimuleerd.
BEDR2_1112_HaKo<br />
Vakbenaming<br />
Vakcode<br />
Welzijn op het werk<br />
BEDR2<br />
Titularis Koen Haagdorens (HaKo)<br />
Docenten Koen Haagdorens (HaKo)<br />
Jaar 3<strong>ABA</strong>-<strong>EM</strong>, 3<strong>ABA</strong>-AE, 3<strong>ABA</strong>-ELO<br />
ECTS-punten 2<br />
Doelstellingen Algemene begrippen van welzijn op het werk kunnen bespreken zoals gevaar, risico,<br />
preventiehierarchie, arbeidsongeval, beroepsziekte, werkvergunning, … AC1/AC2/BC7<br />
De structuur van de reglementering aangaande welzijn op het werk toelichten en kunnen<br />
opzoeken voor specifieke onderwerpen AWC4<br />
Belangrijke risico’s en typische risicoreductiemaatregelen van diverse risicovelden<br />
(brand, explosies, chemische risico’s, elektrische risico’s, mechanische risico’s,<br />
stralingsrisico’s, werken op hoogte, …) herkennen en verklaren AWC4<br />
Een risico-analyse uitvoeren op een situatie, toestel of toestand en de gevolgde<br />
methodiek en de resultaten hiervan schriftelijk weergeven<br />
AWC15/AWC3/AWC12/BC1/BC2/BC4//BC7<br />
Inhoudsopgave Veiligheidsfilosofie<br />
Risico-analyse<br />
Praktische uitwerking van een risico-analyse<br />
Arbeidsongevallen en beroepsziekten<br />
Reglementering<br />
Werkvergunningen<br />
Gevaarlijke stoffen + veiligheidssignalering<br />
Branden en explosies<br />
Machines en gereedschappen<br />
Elektriciteit<br />
Straling<br />
Ergonomie<br />
Hijsen, tillen en dragen<br />
Struikelen, uitglijden en vallen<br />
Werken op hoogte<br />
Werken in besloten ruimten<br />
Geluid<br />
Persoonlijke beschermingsmiddelen<br />
Onderwijsvorm Hoorcollege + Groepswerk (project)<br />
Studiemateriaal Cursus “Welzijn op het werk” door Koen Haagdorens<br />
Aanvullende leermiddelen Zie Toledo<br />
Examenvorm<br />
1 ste examenkans Schriftelijk examen voor 50 % van de punten<br />
Groepswerk risico-analyse voor 50 % van de punten<br />
2 de examenkans Schriftelijk examen voor 50 % van de punten<br />
Individueel werk risico-analyse voor 50 % van de punten<br />
OPMERKING: het groeps- of individuele werk “risico-analyse” kan pas gestart worden<br />
nadat de docent het onderwerp heeft goedgekeurd. Op vastgelegde tijdstippen moet de<br />
groepsindeling, het onderwerp en het werkje worden ingeleverd.
BEDR2_1112_HaKo<br />
Vakbenaming<br />
Vakcode<br />
Welzijn op het werk<br />
BEDR2<br />
Algemene Visie Het vak welzijn op het werk gebruikt als rode draad de wet welzijn op het werk van 1996. Deze wet ziet<br />
het begrip “welzijn op het werk” als een complementair geheel van 8 domeinen nl. arbeidsveiligheid,<br />
bescherming van de gezondheid, psychosociale belasting, ergonomie, arbeidshygiëne, verfraaiing van<br />
de arbeidsplaatsen, mobbing en leefmilieu.<br />
Deze cursus geeft de studenten een opstap naar het bedrijfsleven waarin het welzijn op het werk een<br />
belangrijk deel van uit maakt. Hij/zij zal immers bij het realiseren van diverse industriële projecten,<br />
rekening moeten houden met de vereisten van een economische, veilige en milieubewuste uitbating.<br />
Relatie met onderzoek In het vak ‘welzijn op het werk’ moeten de studenten actief onderzoeksgegevens verzamelen van een<br />
situatie, toestel of toestand om er een risico-analyse op uit te voeren. Dit onderzoeksproject wordt in<br />
groepjes van 4 studenten gemaakt en moet resulteren in een onderzoeksverslag, waarin op een<br />
wetenschappelijk onderbouwde wijze risicoreductiemaatregelen worden gezocht.<br />
Situering van het vak in<br />
het curriculum<br />
Instroom-Relatie met<br />
andere vakken<br />
Welzijn op het werk is gesitueerd in het domein van de bedrijfsbeheervakken. Het vak heeft de<br />
bedoeling de student in contact te brengen met het steeds groter belang van welzijn op het werk.<br />
Er is geen specifieke voorkennis van de studenten vereist.<br />
Het vak welzijn op het werk staat in relatie met andere vakken uit de ingenieursopleiding, waaronder:<br />
• Wijsbegeerte: in het vak welzijn op het werk worden humanitaire, morele en sociale redenen<br />
besproken om een welzijnbeleid uit te bouwen en toe te passen.<br />
• Recht: in het vak welzijn op het werk wordt ruime aandacht besteed aan juridische aspecten<br />
van welzijn op het werk waaronder aansprakelijkheden en verantwoordelijkheden van<br />
werkgevers en werknemers, arbeidsongevallenreglementering, beroepsziekten, …<br />
• Psychologie: in het vak welzijn op het werk wordt ingegaan op motivatie tot preventie, stress<br />
op het werk, ergonomie en coaching van werknemers om blijvende aandacht te hebben voor<br />
welzijn op het werk.<br />
• Management accounting: in het vak welzijn op het werk wordt ruime aandacht besteed aan<br />
de kostprijs voor preventie: dit komt o.a. tot uiting bij de risico-analyse waar diverse risicoreductiemaatregelen<br />
t.o.v. elkaar moeten afgewogen worden rekening houdend met o.a. de<br />
economische impact van de maatregelen (kostprijs aankopen beschermingsmiddelen, invloed<br />
op productietijden,…). Verder wordt aandacht besteed aan de economische impact van<br />
arbeidsongevallen en beroepsziekten.<br />
• Industrial engineering: in het vak welzijn op het werk komen aspecten van informatieinwinning<br />
en arbeidsanalyse aan bod voor de preventie van arbeidsongevallen.<br />
• Technische vakken (o.a. mechanische en elektrische vakken, chemie, …) : in het vak welzijn<br />
op het werk komen diverse aspecten van veilig ontwerpen en veilig werken aan installaties<br />
aan bod, o.a. de preventiehiërarchie, het uitwerken van een risico-analyse, de<br />
machinerichtlijn, de arbeidsmiddelenrichtlijn, collectieve en persoonlijke<br />
beschermingsmiddelen, chemische risico’s, het AREI, …<br />
Relatie met het werkveld Het vak welzijn op het werk staat in relatie met het werkveld omdat het o.a. te verwachten is dat een<br />
ingenieur als toekomstig lid van de hiërarchische lijn mede verantwoordelijk is voor het welzijn op het<br />
werk. Hij of zij zal moeten meewerken bij een arbeidsongevallenonderzoek, deel uitmaken van een<br />
risico-analyse team, medewerkers motiveren om veilig en gezond te werken, actief meedenken bij het<br />
opmaken van een globaal preventieplan in de onderneming, …<br />
Bij het ontwerpen van nieuwe toestellen of installaties moet de ingenieur rekening houden met de<br />
geldende normen en richtlijnen betreffende welzijn op het werk.<br />
Tijdens onderhandelingen over collectieve arbeidsovereenkomsten neemt welzijn op het werk een<br />
steeds belangrijkere plaats in omdat bekommernis omtrent welzijn op alle niveaus bijdraagt tot een<br />
betere onderlinge verstandhouding binnen de onderneming.<br />
Aanvullende Informatie<br />
betreffende competenties<br />
en Evaluatie van de<br />
Competenties<br />
Het groepswerk heeft tot doel de studenten in een multidisciplinair team te leren overleggen en aan de<br />
hand van een aantal deadlines op tijd een deel van het werk in te leveren. Tussenin kan overleg<br />
gepleegd worden met de vakdocent om tot een goed eindresultaat te komen. AC5/AWC15/AWC12/<br />
BC1/BC2/ BC7
COMM4_1112_VbIv<br />
Vakbenaming<br />
Vakcode<br />
Titularis<br />
Ivy Verbeeck (VbIv)<br />
Docent<br />
Ivy Verbeeck (VbIv)<br />
Jaar/ASR 3<strong>ABA</strong>-<strong>EM</strong>, 3<strong>ABA</strong>-AE<br />
ECTS-punten 2<br />
Doelstellingen en<br />
competenties<br />
Technische Communicatie Duits<br />
COMM4<br />
Ontwerpmethodologie is een manier van abstraherend denken in termen van mechanische<br />
functies die met werkwoorden worden aangeduid. Op basis van voor- en nadelen van<br />
uitvoeringsmogelijkheden wordt creatief naar een ideale oplossing gezocht. Op de weg naar<br />
een beslissing moet de student-ontwerper toegang hebben tot concrete informatie in het<br />
Duits over beschikbare apparatuur en componenten.<br />
Daartoe moet de student Duitse technische teksten kunnen lezen op basis van te verwerven<br />
en verworven kennis van en inzicht in de morfologisch-syntactische opbouw van de Duitse<br />
taal. AC1/WC1<br />
Hij moet in staat zijn tot correcte interpretatie van dergelijke teksten. AC2<br />
De correctheid van zijn interpretatie moet hij kunnen ondersteunen aan de hand van te<br />
verwerven en verworven lexicologische en structureel-grammatische kennis van en inzicht in<br />
de Duitse taal. AC1/WC1<br />
Hij moet in staat zijn zijn competenties m.b.t. de Duitse taal verder zelfstandig en individueel<br />
uit te breiden en in nieuwe situaties, o.a. bij het zelfstandig lezen van Duitse (technische)<br />
teksten, relevant toe te passen. AC6/AC7<br />
Inhoudsopgave De syllabus biedt inhoudelijk als uitgangspunt een set Duitstalige beschrijvingen van authentieke<br />
voorbeelden van pneumatische automatiseringsoplossingen ontleend aan het werk van Stefan Hesse<br />
uitgegeven door Festo AG & Co.<br />
Alle beschreven installaties zijn grafisch geïllustreerd, wat de tekstinterpretatie vergemakkelijkt. De<br />
teksten geven een duidelijk beeld van een technische tekst van professioneel niveau.<br />
Naast en tevens in samenhang met de beschrijvingen wordt de Duitse taal in haar systematiek belicht:<br />
grammaticale items en structuurelementen, lexicologische en syntactische gegevens worden<br />
toegelicht en dienen als uitgangspunt om kennis van en inzicht in de Duitse taal te verwerven.<br />
Onderwijsvorm De installatiebeschrijvingen worden systematisch doorgenomen: een eerste lezing aan de hand van de<br />
illustratie laat een algemene oriëntatie toe. Bijkomende toelichting van de Duitse taalsystematiek<br />
draagt bij tot verheldering van de tekstinhoud en beoogt een gestage opbouw van taalkundig inzicht.<br />
Als voorbereiding op een leszitting moet de student een aantal teksten doornemen en zich gericht op<br />
lexicale en/of grammaticale entiteiten concentreren.<br />
In de zitting wordt Duitse woordenschat opgebouwd en worden specifiek taalkundige en grammaticale<br />
structuren toegelicht.<br />
De student moet de aangeboden toelichting als kenniselement integreren en tevens kunnen<br />
aanwenden in het taalverwervingsproces.<br />
Studiemateriaal Syllabus ‘Deutsch für Maschinendesigner’ en lexica<br />
Aanvullende leermiddelen Visueel en auditief studiemateriaal van het web via ‘science-tv’<br />
Examenvorm<br />
1 ste examenkans Schriftelijk<br />
2 de examenkans Schriftelijk
COMM4_1112_VbIv<br />
Vakbenaming<br />
Vakcode<br />
Technische Communicatie Duits<br />
COMM 4<br />
Algemene visie Voor het vak ‘Technische Communicatie Duits’ is geopteerd, omdat het Duits in het werkveld<br />
van het mechanische ontwerpen een zeer belangrijke brontaal is. Toonaangevende bedrijven<br />
zoals Siemens en Festo in het Duitse taalgebied ontwikkelen producten en apparatuur<br />
waarvan de documentatie vooreerst in het Duits verschijnt.<br />
Kennismaking en samenwerking met Duitse bedrijven behoort bovendien voor afstuderenden<br />
tot de reële mogelijkheden. Daartoe strekt elementaire kennis van en inzicht in het Duits tot<br />
aanbeveling.<br />
Relatie met onderzoek Voor het vak ‘Technische Communicatie Duits’ moeten de studenten o.a. Duitstalige teksten<br />
uit vaktijdschriften lezen, bespreken en zodoende relevante info begrijpen.<br />
Vanuit die optiek voorziet het vak ‘Technische Communicatie Duits’ studieactiviteiten die<br />
gericht zijn op:<br />
- het snel en doelmatig gebruik van informatiebronnen;<br />
- een initiatie in het systeemdenken, waarbij wordt geleerd om via analyse en synthese<br />
probleemoplossend te denken.<br />
Situering van het vak in<br />
het curriculum<br />
Instroom - relatie met<br />
andere vakken<br />
Zie ‘Relatie met onderzoek’.<br />
Instromers hebben een basiskennis van wetenschappen en worden opgeleid in het praktisch<br />
toepassen van moderne technologieën.<br />
In dit kader sluit het vak ‘Technische Communicatie Duits’ inhoudelijk aan bij een kernvak van<br />
de opleiding, namelijk het mechanisch ontwerpen, en focust men pneumatische toepassingen,<br />
uiteraard in de doeltaal Duits gedocumenteerd en gepubliceerd.<br />
Ervaring leert dat slechts een kleine minderheid van de betreffende studenten in hun<br />
secundaire opleiding Duits als leervak hebben gekregen of gekozen. Het instapniveau moet<br />
dus laagdrempelig zijn en de leercontext zo activerend en realistisch mogelijk.<br />
Relatie met het werkveld Contacten met het werkveld verlopen via het vak mechanisch ontwerpen.<br />
In lessituaties worden aanvullend aan de reeds vermelde technische inhoud enkele<br />
basisfuncties geïntroduceerd voor sociaal verkeer in het Duits, o.a. m.b.t. het leggen (en<br />
onderhouden) van contacten, het voeren van een telefoongesprek.<br />
Aanvullende informatie<br />
betreffende competenties<br />
en evaluatie van de<br />
competenties<br />
De student wordt geëvalueerd in het kader van het vak ‘Technische Communicatie Duits’.<br />
Zijn kennis van technische begrippen in het Duits en zijn inzicht in taalspecifieke<br />
morfosyntactische structuren van het Duits wordt geëvalueerd op basis van concreet<br />
behandelde teksten, tekstdelen, toegelichte grammaticale en lexicale gegevens.
DIG1_1112_MeNe<br />
Vakbenaming<br />
Vakcode<br />
Digitale elektronica 1<br />
DIG1<br />
Titularis Nele Mentens (MeNe)<br />
Docenten Dirk Smets (SmDi)<br />
Jaar 3<strong>ABA</strong>-<strong>EM</strong>, 3<strong>ABA</strong>-AE<br />
ECTS-punten 3<br />
Doelstellingen De student moet:<br />
o het gedrag van logische schakelingen kunnen verklaren AC1/AC2.<br />
o de basisschema’s van de bouwblokken waaruit grotere systemen zijn<br />
opgebouwd (tellers, decoders, multiplexers, ...) kunnen tekenen en aanpassen<br />
aan specifieke noden AWC1.<br />
o zelf een logische schakeling kunnen ontwerpen die een bepaalde functie<br />
realiseert en die bovendien deze functie realiseert met de vereiste snelheid<br />
AWC1/BC2/BC4.<br />
o in staat zijn een logische schakeling te vereenvoudigen tot zijn meest<br />
eenvoudige vorm AWC1/BC4.<br />
Inhoudsopgave o Basis<br />
o Evolutie in de elektronica van analoog naar digitaal<br />
o Werking van de digitale basispoorten<br />
o Logische algebra en vereenvoudigen van Booleaanse uitdrukkingen<br />
o Sequentiële schakelingen<br />
o Latch en flipflops<br />
o Tellers en delers<br />
o Buffer- en schuifregisters<br />
o Toestandsmachines<br />
o Combinatorische schakelingen<br />
o Decoders, encoders, code-convertors<br />
o Multiplexers en demultiplexers<br />
o Rekenschakelingen, comparators en foutdetectieschakelingen<br />
o Multivibratoren<br />
o Schmitt-trigger, monostabiele en astabiele multivibrator, timer<br />
Onderwijsvorm Hoorcollege met geïntegreerde oefeningen<br />
Studiemateriaal Slides via cursusdienst en (met meest recente aanvullingen) beschikbaar op Toledo<br />
Extra informatie (teksten, presentaties, …) beschikbaar op Toledo<br />
Aanvullende leermiddelen Diverse handboeken en tijdschriften beschikbaar in mediatheek<br />
Aanbevolen: “Programmeerbare logica van 0 en 1 tot FPGA”, Vincent Himpe<br />
Examenvorm<br />
1 ste examenkans mondeling met schriftelijke voorbereiding (gesloten boek)<br />
2 de examenkans mondeling met schriftelijke voorbereiding (gesloten boek)
DIG1_1112_MeNe<br />
Vakbenaming<br />
Vakcode<br />
Digitale elektronica 1<br />
DIG1<br />
Algemene Visie Het doel van dit vak is een basisinzicht te geven in de werking van eenvoudige digitale<br />
basisblokken die voorkomen in nagenoeg eender welk digitaal systeem.<br />
De basiskennis hiervan hoort dus thuis bij de polyvalente technische achtergrond die de<br />
student in staat zal stellen om als master in de industriële wetenschappen efficiënt te<br />
communiceren met de verschillende geledingen waarmee hij contact heeft in zijn beroep<br />
Hedendaagse digitale systemen zijn zeer complexe en zeer hiërarchische systemen. Het<br />
ontwerp hiervan gebeurt vaak op zeer hoog niveau. Indien dit echter gebeurt zonder aandacht<br />
te schenken aan en een goed begrip van de basisbouwblokken die hieronder de fundamenten<br />
vormen, zal men bv. nooit een goed begrip hebben van het verband tussen complexiteit en<br />
snelheid van een schakeling en hoe het ene voor het andere kan ingeruild worden.<br />
Een goed begrip van deze basisbouwblokken is noodzakelijk om een inzicht te verwerven<br />
over de interne werking van de digitale systemen. Eens dit inzicht verworven is, kan er<br />
nagedacht worden over hoe dergelijke systemen te ontwerpen en/of hun prestaties te<br />
verbeteren. Deze cursus biedt dan ook de basisvorming en -kennis om als ingenieur te<br />
functioneren in het vakgebied van de digitale elektronica en is derhalve ook vereist om de<br />
toegang te verzekeren tot de masteropleiding elektronica.<br />
Relatie met Onderzoek In dit vak wordt verwezen naar toepassingen die aan bod komen in het wetenschappelijk<br />
onderzoek dat o.m. aan onze hogeschool doorgaat (bv. cryptografie, …).<br />
Situering van het vak in<br />
het curriculum<br />
Instroom-Relatie met<br />
andere vakken<br />
De student ingenieur elektromechanica maakt kennis met digitale technieken die niet alleen<br />
de basis zijn van de digitale elektronica, maar ook terugkomen in PLC-sturingen, pneumatica,<br />
hydraulica, robotica enz.<br />
Voor de student ingenieur elektronica vormt deze cursus de brug tussen de cursus ‘analoge<br />
componenten’ waarin de transistors bestudeerd worden en de cursus ‘ontwerpstrategieën van<br />
digitale systemen’, waarin hij de kans krijgt zelf complexe systemen te ontwerpen op basis<br />
van bestaande digitale basisbouwblokken en hardware.<br />
De behandelde bouwblokken komen uiteraard ook voor in cursussen als computersystemen,<br />
datacommunicatie, digitale regelrechniek, DSP enz.<br />
Deze cursus maakt gebruik van een aantal concepten van de vakken ELT1 (basiselektriciteit)<br />
en ANEL1 (analoge elektronica).<br />
Hierbuiten zijn er voor de beginnende student vanuit dit vak geen specifieke vereisten.<br />
Relatie met het werkveld De kennis van de basisbouwblokken van de digitale elektronica is een vanzelfsprekendheid<br />
voor elke ingenieur in het werkveld. Ze vormt de basis van een manier van denken die<br />
dagdagelijks gebruikt wordt door een ingenieur die digitale systemen gebruikt en/of ontwerpt.<br />
Aanvullende Informatie<br />
betreffende competenties<br />
en Evaluatie van de<br />
Competenties<br />
Zie onder doelstellingen
DIG1BL_1112_MeNe<br />
Vakbenaming<br />
Vakcode<br />
Digitale elektronica 1<br />
DIG1BL<br />
Titularis Nele Mentens (MeNe)<br />
Docenten Dirk Smets (SmDi)<br />
Jaar 3<strong>ABA</strong>-<strong>EM</strong>, 3<strong>ABA</strong>-AE<br />
ECTS-punten 1<br />
Doelstellingen De student moet:<br />
o eenvoudige digitale schakelingen met SSI-IC’s (TTL/HC) kunnen opbouwen en<br />
uittesten op een digitale trainer; BC2, AC2<br />
o sequentiële en combinatorische deelschakelingen met opgegeven specificaties<br />
schematisch kunnen ontwerpen en praktisch kunnen opbouwen en uittesten;<br />
BC2, AC1<br />
o door logisch te redeneren optredende fouten kunnen lokaliseren en corrigeren<br />
AC1, AWC4<br />
Inhoudsopgave Labopgaven die aansluiten bij de in de theorie behandelde bouwblokken<br />
- met SSI - IC’s op experimenteerbord :<br />
- schakelingen met basispoorten NOT-AND-OR en afgeleide poorten NAND-NOR-<br />
EXOR<br />
- latch en flipflop<br />
- tellers<br />
- schuifregisters<br />
- decoders/code-convertor<br />
- mux en demux<br />
Onderwijsvorm 6 lab-zittingen<br />
Studiemateriaal Lab-opgaven via cursusdienst<br />
Aanvullende leermiddelen Lab materiaal (componenten, experimenteerbord, kabels) wordt ter beschikking gesteld<br />
Examenvorm<br />
1 ste examenkans Permanente evaluatie + praktisch examen tijdens laatste lab-zitting (waarbij labnota’s<br />
mogen gebruikt worden)<br />
2 de examenkans Praktisch examen na het theorie-examen (waarbij labnota’s mogen gebruikt worden)
DIG1BL_1112_MeNe<br />
Vakbenaming<br />
Vakcode<br />
Algemene Visie Zie DIG1<br />
Digitale elektronica 1<br />
DIG1BL<br />
Relatie met Onderzoek De student<br />
- leert theoretische begrippen herkennen in praktijksituaties ;<br />
- leert een mogelijke oplossing (idee, logisch model) voor een gesteld probleem om te<br />
zetten naar een praktische implementatie ;<br />
- haalt hiervoor informatie uit het werkveld (gebruik van internet,…) ;<br />
- leert observeren, resultaten interpreteren en oorzaken van fouten/afwijkingen opsporen ;<br />
- leert individueel werken en waar nodig samenwerken in groep.<br />
Situering van het vak in<br />
het curriculum<br />
Instroom-Relatie met<br />
andere vakken<br />
Zie DIG1<br />
Zie DIG1<br />
Relatie met het werkveld Zie DIG1<br />
Aanvullende Informatie<br />
betreffende competenties<br />
en Evaluatie van de<br />
Competenties<br />
Zie onder doelstellingen
ELAAN_1112_VdsGe<br />
Vakbenaming<br />
Vakcode<br />
Elektrische Aandrijvingen + lab<br />
ELAAN<br />
Titularis Geert Vandensande (VdsGe)<br />
Docenten Geert Vandensande (VdsGe), Erik Geuens (GeEr)<br />
Jaar 3<strong>ABA</strong>-<strong>EM</strong>, 3<strong>ABA</strong>-AE, 3<strong>ABA</strong>-ELO<br />
ECTS-punten 3<br />
Doelstellingen<br />
De student(e)<br />
1. kent de werking van asynchrone motoren en stappenmotoren WC1 en kan het gedrag<br />
van deze motoren onder verschillende werkingsomstandigheden beschrijven AC1.<br />
2. kent de verschillende soorten frequentieregelaars WC1 en kan de juiste sturing kiezen<br />
op basis van de toepassing en de systeemvereisten. AC1/AC2<br />
3. kan eenvoudige aandrijvingen dimensioneren AWC1<br />
4. kan een aandrijfsysteem (FR motor) in dienst nemen en kan de juiste parameters van<br />
de FR verklaren i.f.v. de gewenste toepassing. AWC4/ BC2/BC3/BC4<br />
Inhoudsopgave THEORIE<br />
1. De Asynchrone motor:<br />
Aanloop / remming / toerentalregeling / beveiliging / rendementsmeting<br />
belastingstoestanden / warmteontwikkeling / gebruik info catalogen<br />
2. Stappenmotoren:<br />
Werkingsprincipe / stuurcircuits / statische koppelkarakteristiek / koppelsnelheidskarakteristiek<br />
/ werking bij hoge snelheid / open-loop control.<br />
3. Frequentieregelaars<br />
met spanningstussenkring, met stroomtussenkring, scalaire en vectorgestuurde:<br />
opbouw, werking, karakteristieken en afregeling.<br />
4. Berekening eenvoudige aandrijvingen<br />
Onderwijsvorm Hoorcollege, labozittingen.<br />
LABO: verschillende soorten aandrijfsystemen in meetopstellingen kunnen testen.<br />
Studiemateriaal Theorie- en labocursus<br />
Boek: “Stepping Motors: a guide to theory and practice”: Paul Acarnley<br />
Boek: “Aandrijftechniek in de praktijk” :SEW<br />
Boek: “Electrical Drives and Control Techniques”: Gerd Terörde<br />
Aanvullende leermiddelen Toledo<br />
Examenvorm<br />
1 ste examenkans Schriftelijk examen over theorie en labo: Het examen omvat theorievragen, oefeningen en<br />
vragen over het labo. De theorievragen peilen zowel naar kennis als inzicht en<br />
veronderstellen geen letterlijke reproductie van de cursus. Voor de oefeningen kan de<br />
student gebruik maken van een beknopt formularium en een rekenmachine. De beoordeling<br />
van de oefeningen houdt zowel rekening met het resultaat als met de aanpak van het<br />
probleem. De vragen i.v.m. het labo peilen naar praktische kennis en inzicht opgedaan<br />
tijdens de labozittingen.<br />
2 de examenkans Schriftelijk examen over theorie en labo: Het examen omvat theorievragen, oefeningen en<br />
vragen over het labo. Idem naar evaluatie en beoordeling.
ELAAN_1112_VdsGe<br />
Vakbenaming<br />
Vakcode<br />
Elektrische Aandrijvingen + lab<br />
ELAAN<br />
Algemene Visie 65% van elektrische energie gebruikt in de industrie, is nodig voor elektrische aandrijvingen.<br />
Het gebruik ervan in de tertiaire en residentiele sector wordt hier niet eens meegeteld. De<br />
belangrijkheid van deze systemen staat buiten discussie. In deze cursus worden<br />
voornamelijk aandrijvingen met asynchrone motoren en stappenmotoren bestudeerd samen<br />
met hun bijhorende sturing. Welke aandrijving is het meest geschikt gezien de toepassing<br />
en hoe moet men de aandrijving dimensioneren en afzekeren. Er wordt vooral aandacht<br />
besteed aan de dynamische processen. Kan de aandrijving snel genoeg versnellen en<br />
remmen. Kan zij de belastingstoestanden thermisch aan (belastingstypen!) Heeft ze<br />
voldoende houdkoppel, … Er wordt hierbij uitvoerig gebruik gemaakt van catalogen van<br />
constructeurs van machines en drives. Verschillende toepassingen worden meer in het<br />
detail bestudeerd.<br />
Relatie onderzoek Voor het vak “ELAAN” moeten de studenten primaire bronnen lezen en bespreken.<br />
Onderzoeksinformatie wordt beschikbaar gesteld via Toledo. Deze informatie ondersteunt<br />
kennis en inzicht en bereid de studenten voor op een houding van “leven lang leren”.<br />
Situering van het vak in<br />
het curriculum<br />
Instroom-Relatie met<br />
andere vakken<br />
Na het doorlopen van de cursus “”elektrische machines” (ELT4), volgt hier de dimensionering<br />
van eenvoudige elektrische aandrijfsystemen. Er wordt hier gesteund op de kennis van<br />
kinematica en dynamica (MECH1,2) om de krachten die inwerken op een systeem terug te<br />
rekenen naar de motoras. Het bestuderen van gespecialiseerde elektronische aandrijvingen<br />
horen thuis in de Masteropleiding in het vak ET&VA. Hier worden de aandrijvingen als standalone<br />
toepassing bestudeerd en de elektronische aandrijving wordt behandeld als primair<br />
regelsysteem. Met deze kennis moet het mogelijk zijn in het vak “mechanisch ontwerpen”<br />
(ONT2) de keuze van een eventuele elektrische aandrijving beter te verantwoorden en in het<br />
vak “geïntegreerde automatisering” (GAB) drives via communicatienetwerken vlot te<br />
parametreren.<br />
Het doorlopen van de modules ELT4 en MECH1,2 als voorbereiding op deze cursus is<br />
aangewezen.<br />
Relatie met het werkveld Beroepservaring van de docent i.v.m. elektronische aansturing van motoren wordt mee<br />
verwerkt in de cursus. Naar de toekomst wordt deze ervaring nog verder uitgebreid via<br />
contacten met de industrie. Deze contacten verlopen zowel rechtstreeks als onrechtstreeks<br />
via andere docenten van de associatie KU-Leuven. Op deze manier hopen we de cursus<br />
continue aan te vullen met realistische voorbeelden uit de praktijk.<br />
Aanvullende Informatie<br />
betreffende competenties<br />
en Evaluatie van de<br />
Competenties<br />
Naast de evidente basiskennis rond het vak elektrische aandrijvingen voor motoren<br />
zelf, (AC1, AC2, WC1) vertegenwoordigt elektrische aandrijving eveneens een<br />
ingenieursvak dat zich uitstekend leent om het ingenieursdenken en<br />
probleemoplossend vermogen van de student te ontwikkelen: Een elektrische<br />
aandrijving omvat vaak naast een afwegen tussen de verschillende gestelde eisen<br />
ook een afwegen in de keuze van de meest geschikte, kost effectieve en toekomst<br />
gerichte overbrenging, sturing en motorkeuze (AWC1, AWC2). Via een aantal<br />
verplichte labo’s kunnen de studenten zelfstandig en op eigen tempo de materie<br />
diepgaander verwerken.
ELIN_1112_VdsGe<br />
Vakbenaming<br />
Vakcode<br />
Elektrische Installaties + lab<br />
ELIN<br />
Titularis Geert Vandensande (VdsGe)<br />
Docenten Geert Vandensande (VdsGe), Erik Geuens (GeEr)<br />
Jaar 3<strong>ABA</strong>-<strong>EM</strong>, 3<strong>ABA</strong>-AE, SCH-<strong>EM</strong>, SCH-AUT, SCH-EL<br />
ECTS-punten 4<br />
Doelstellingen<br />
AC1/AC2/AC4/BC2/BC3<br />
De student(e)<br />
1. kent de opbouw en werking van elektrische generatoren, driefasige transformatoren<br />
WC1 en kan hiervan de equivalente schema‟s opstellen en hierop berekeningen<br />
uitvoeren AC1<br />
2. kent de werking van de verschillende bronnen van elektrische energie en de opbouw<br />
van ons Belgische transmissie en distributie netwerk en kan aan de hand van<br />
berekeningen bepaalde keuzes verantwoorden WC1/AC1 en alternatieven bedenken<br />
AWC3.<br />
3. kan de componenten van een elektrische installatie selecteren en dimensioneren zodat<br />
de installatie voldoet aan de gestelde werkingsvoorwaarden en de wetgeving i.v.m.<br />
elektrische veiligheid. AWC4/ BC2/BC3/BC7<br />
4. kan machines testen in meetopstellingen, equivalente schema's opstellen,<br />
karakteristieken opmeten en interpreteren AC3/AWC1/BC2/BC3<br />
Inhoudsopgave DEEL1: Installaties<br />
1. Dimensionering fabrieksinstallatie<br />
2. Driefasige transfo‟s / inschakelstroom / stootkortsluitstroom<br />
3. Elektrische generatoren / noodaggregaten<br />
DEEL 2 : Productie en distributie (situatie + toekomstperspectieven)<br />
1. Productie van energie:<br />
a. Klassieke thermische centrales / nucleaire centrale / gascentrale / STEGcentrale<br />
/ gecombineerde centrales<br />
b. Duurzame energietechniek:<br />
Windenergie / Zonne-energie / Waterkracht / Brandstofcellen<br />
2. Distributie van energie: Opbouw van het elektriciteitsnet / Smart Grids<br />
3. Werking van de vrije elektriciteitsmarkt.<br />
Labo: testen en opmeten van transformatoren, synchrone generatoren en berekenen van<br />
elektrische installaties.<br />
Onderwijsvorm hoorcollege, labozittingen, zelfstudie, bedrijfsbezoeken<br />
Studiemateriaal Theorie- en labocursus + een aantal recente publicaties i.v.m bovenstaande items.<br />
LS-gids Merlin Gerin / software CANECO BT<br />
Boek: “Elektrische energie Deel 1”: Ronnie Belmans, Geert deconinck en Johan Driesen<br />
Boek: “Productie, transport en distributie van elektriciteit”: Daniël Van Dommelen<br />
Aanvullende leermiddelen Toledo<br />
Examenvorm<br />
1 ste examenkans Schriftelijk examen: het examen omvat theorievragen en oefeningen. De examenvragen<br />
peilen zowel naar kennis als inzicht en veronderstellen geen letterlijke reproductie van de<br />
cursus. Tijdens het examen kan de student gebruik maken van een rekenmachine.<br />
Labo-examen wordt afgenomen tijdens de laatste labozitting.<br />
2 de examenkans Schriftelijk examen over theorie en labo: Het examen omvat theorievragen, oefeningen en<br />
vragen over het labo. Idem naar evaluatie en beoordeling.
ELIN_1112_VdsGe<br />
Vakbenaming<br />
Vakcode<br />
Elektrische Installaties + lab<br />
ELIN<br />
Algemene Visie In deze cursus wordt aangeleerd hoe men een industriële elektrische installatie<br />
dimensioneert. Eerst wordt de werking behandeld van alle onderdelen vertrekkende vanaf de<br />
transformator, condensatorenbatterij en noodvoeding tot aan de eindverbruikers.<br />
Vervolgens ligt de aandacht voornamelijk op de correcte dimensionering van de<br />
verschillende onderdelen en de gepaste keuze van de beveiligingsapparatuur. Veiligheid<br />
voor personen en installatie, bedrijfszekerheid en wetgeving komen hier uitgebreid aan bod.<br />
Deze cursus probeert verder uit te leggen waar de benodigde elektrische energie vandaan<br />
komt, in welke installaties ze geproduceerd wordt en hoe ze van deze zogenaamde<br />
centrales tot aan de dispersiecabines gedistribueerd wordt.<br />
De eindigheid van de fossiele brandstoffen , de milieuproblematiek en de liberalisering van<br />
de elektriciteitsmarkt hebben het elektriciteitslandschap de laatste jaren grondig veranderd.<br />
Dit vraagt naar een kritische beschouwing over de huidige situatie en een bevraging naar de<br />
verschillende alternatieven voor de toekomst.<br />
Relatie met onderzoek Het vak ELIN stelt resultaten van onderzoek zonder expliciet te verwijzen naar de<br />
onderzoeker en de onderzoekmethodes ter beschikking. Er worden onderzoeksgerelateerde<br />
opdrachten uitgevoerd. (uitvoeren + rapportering laboproeven / dimensionering reële<br />
elektrische installatie conform vereiste wetgeving).<br />
Situering van het vak in<br />
het curriculum<br />
Instroom-Relatie met<br />
andere vakken<br />
Na het aanbrengen van een initiële technologische kennis van elektrische installaties (ELT3),<br />
volgt hier de dimensionering van een industriële elektrische installatie. Deze cursus diept o.a.<br />
de theoretische achtergronden uit van kabelberekeningsprogramma‟s, die gebruikt worden in<br />
het vak „‟elektrisch ontwerpen” ONT4 in 3<strong>ABA</strong>-<strong>EM</strong> en 3<strong>ABA</strong>-AUT/ENE.<br />
Dit vak is het laatste in de reeks algemene elektrotechnische vakken. De basiskennis van<br />
elektrische verbruikers en installaties werd aangebracht. Alleen het opwekken en distribueren<br />
van deze elektrische energie om deze verbruikers en installaties te voeden ontbrak nog.<br />
Het doorlopen van de modules ELT3 en ELT4 als voorbereiding op deze cursus is<br />
aangewezen.<br />
Relatie met het werkveld Via eindwerken, bedrijfsstages en opleidingen kan de school terugvallen op concrete<br />
ervaring uit het werkveld. Het is belangrijk om deze concrete voorbeelden i.v.m de<br />
dimensionering van een LS-installatie mee te verwerken in de opleiding.<br />
De wetgeving vereist momenteel dat ieder systeem dat elektrisch gevoed moet worden, bij<br />
oplevering voorzien is van een berekening i.v.m vereiste draadsecties en beveiligingen.<br />
Het veilig stellen van de elektrische energielevering is meer dan ooit van cruciaal belang in<br />
onze maatschappij. Voor deze uitdaging zal men blijvend beroep doen op goed opgeleide<br />
ingenieurs die voorbereid zijn op de grote uitdagingen van de veranderende energiemarkt.<br />
Aanvullende Informatie<br />
betreffende competenties<br />
en Evaluatie van de<br />
Competenties<br />
Naast de uitbreiding van de basiskennis (AC1, AC2, WC1) beoogt de opleiding ook het<br />
verwerven van inzicht en het vermogen om bestaande installaties te verbeteren en om nieuwe<br />
installaties te dimensioneren conform de wetgeving over veiligheid (ACW1, AWC2).<br />
De opleiding verwacht ook een kritische houding naar de evoluties op het vlak van de<br />
veranderende energievoorziening (AWC3).<br />
Via een aantal verplichte labo‟s kunnen de studenten zelfstandig en op eigen tempo de materie<br />
diepgaander verwerken (BC2, BC3).
GA1_1112_HoJo<br />
Vakbenaming<br />
Vakcode<br />
Pneumatica + lab<br />
GA1<br />
Titularis Jos Holsteen (HoJo)<br />
Docenten Jos Holsteen (HoJo)<br />
Optie 3<strong>ABA</strong>-<strong>EM</strong>, 3<strong>ABA</strong>-AE<br />
Studiepunten 1<br />
Doelstellingen Het aanleren van een strategie om pneumatische of elektro-pneumatische<br />
besturingen te ontwerpen.<br />
De cursus is multidisciplinair opgebouwd. D.w.z. dat uitgaande van de<br />
schakelalgebra, de besturing in "hardware" kan gerealiseerd worden. Er wordt gewerkt<br />
rond 2 ontwerpstrategieën nl. klassieke schakelformules en GRAFCET.<br />
- Nieuwe besturingsopgaven van combinatorische schakelingen zowel<br />
pneumatisch als elektro-pneumatisch oplossen en opbouwen. AC1/AWC4<br />
- Nieuwe besturingsopgaven d.m.v. de schakelformulemethode zowel logisch,<br />
pneumatisch als elektro-pneumatisch oplossen en opbouwen. AC1/AWC4<br />
- Nieuwe besturingsopgaven d.m.v. het Grafcet-functiediagram in pneumatische<br />
stappenschakeling oplossen. AC1/AWC4<br />
- Aan de hand van een automatiseringsvraagstuk : AC1/AWC4<br />
- een WSS-diagramma opstellen<br />
- volgens de klassieke methode de bijhorende schakelformules opstellen<br />
- volgens de GRAFCET-methode de schakelformules kunnen opstellen<br />
- het logicaschema kunnen uittekenen<br />
- de praktische schakeling uittekenen in de 3<br />
technologieën zijnde :<br />
a. zuiver pneumatische schakeling<br />
b. elektro-pneumatische schakeling<br />
c. stappenschakeling<br />
- de schakeling opbouwen volgens de bovenstaande 3 technologieën.<br />
- De verschillende componenten die in de bovenstaande technologieën gebruikt<br />
worden herkennen, de werking ervan uitleggen en de componenten<br />
gebruiken + aansluiten in een schakeling. AC1/AC2<br />
- Beoordelen welke specifieke technologie te verkiezen is bij<br />
een bepaald automatiseringsvraagstuk en de keuze van alternatieven kunnen<br />
verantwoorden. AC3<br />
Inhoudsopgave - Inleiding in de besturingstechniek<br />
- Componenten<br />
- Symbolen en tekenregels<br />
- Combinatorische schakelingen<br />
- Tijdsfuncties<br />
- Geheugenfuncties<br />
- Volgordebesturingen met schakelformules<br />
- Volgordebesturingen met GRAPHCET<br />
Onderwijsvorm Hoorcollege en labo’s<br />
Studiemateriaal Cursus “Besturingstechnieken”<br />
Aanvullende leermiddelen Didactisch materiaal in het labo<br />
Examenvorm<br />
1 ste examenkans Schriftelijk examen + praktische proef.<br />
2 de examenkans Schriftelijk examen + praktische proef.
GA1_1112_HoJo<br />
Vakbenaming<br />
Vakcode<br />
Pneumatica + lab<br />
GA1<br />
Algemene Visie Het is belangrijk dat een ingenieur elektromechanica weet hoe de besturing van een<br />
geautomatiseerd proces werkt.<br />
Met deze cursus wordt de inleiding van de besturingstechnieken aangeleerd om zo het<br />
denkpatroon aan te leren van de automatisering van productiemachines.<br />
Deze cursus geeft kennis rond pneumatica en is ook een soort inleiding naar het redeneren<br />
om PLC-programma’s te schrijven.<br />
De student verwerft voldoende inzicht, vaardigheden en competenties om een<br />
besturingsopgave op te lossen volgens de verschillende methodes en hoort bij het<br />
algemene gedeelte van de bachelor opleiding.<br />
Relatie met onderzoek<br />
Situering van het vak in<br />
het curriculum<br />
Instroom-Relatie met<br />
andere vakken<br />
Als ingenieur wordt je vaak betrokken bij het ontwerpproces.<br />
Het besturen van een machine is daar ook een onderdeel van.<br />
Je kan onmogelijk een goed mechanisch ontwerp maken als niet op de hoogte bent van de<br />
verschillende besturingstechnieken.<br />
Dit vak belicht één van de mogelijke besturingstechnieken nl pneumatisch.<br />
Het vak legt de basis voor het denken in het vak PLC.<br />
Voor dit vak is geen voorafgaande kennis noodzakelijk.<br />
Relatie met het werkveld Vandaag worden nog zeer veel problemen pneumatisch opgelost.<br />
De relatie met het werkveld word gelegd door zo realistisch mogelijk opgaven te stellen.<br />
Aanvullende Informatie<br />
betreffende competenties<br />
en Evaluatie van de<br />
Competenties<br />
Het is bedoeling dat de studenten groeien naar het kunnen opstellen van de juiste<br />
schakelformules voor de pneumatische besturing van een systeem.<br />
De student moet in staat zijn de aangeleerde principes toe te passen, te tekenen en op te<br />
bouwen.
GA2_1112_ClEr<br />
Vakbenaming<br />
Vakcode<br />
PLC<br />
GA2<br />
Titularis Eric Claesen (ClEr)<br />
Docenten Eric Claesen (ClEr), Geert Leen (LeGe)<br />
Jaar 3<strong>ABA</strong>-<strong>EM</strong>, 3<strong>ABA</strong>-AE, 3<strong>ABA</strong>-ELO<br />
ECTS-punten 3<br />
Doelstellingen 1. De studenten moeten besturingseenheden kunnen ontwerpen waarbij ze gebruik maken van sensoren,<br />
contactors, hulprelais', timers, tellers, actuators en PLC/PC.AC2/AWC1/BC3<br />
2. De studenten moeten het functionele onderscheid kunnen herkennen en gebruiken voor het ontwerpen<br />
van geautomatiseerde processturingen met behulp van in voorgaand punt beschreven autonome<br />
besturingseenheden.AWC11/BC3<br />
3. De studenten moeten de functionele werking kunnen definiëren en beschrijven van volgende veiligheids<br />
circuits: sturing in/sturing uit, noodstopcircuits, zonebeveiligingen, beveiligingen voor overbelasting,<br />
beveiliging van personen, beveiliging voor kortsluiting. .AC2/AWC11/BC7<br />
4. De studenten moeten de opbouw en karakteristieken van programmeerbare automaten (PLC's) kun<br />
beschrijven en opsommen, rekening houdend met de norm IEC 1131.AC2/AWC1/BC4<br />
5. De studenten moeten de elektrische aansluitingen kunnen tekenen voor elektrische automaten (voeding,<br />
inputs, outputs, aardingsystemen).AC2/AWC1/BC2<br />
6. De studenten moeten de verschillende communicatiemogelijkheden van locale netwerken kunnen<br />
uitleggen, zoals Profibus en Industrial Ethernet.AC2/BC2/BC6<br />
7. De studenten moeten de programmeerbare sturingen en procescomputers kunnen programmeren met<br />
behulp van logigram, grafcet, ladderdiagramma, aanwijzingslijst. Daarbij moeten zij de relaties kunnen<br />
aangeven tussen deze verschillende programmeermethoden. Zij moeten deze programmeermethoden<br />
ook kunnen gebruiken in functie van het soort automatiseringsopgaven.AWC11/BC4<br />
Inhoudsopgave 1. Rechtstreekse sturingen<br />
. Automaten opgebouwd rond timers/tellers/relais<br />
. Sensorbesturingen<br />
. Integratiemethodes voor autonome stuureenheden in een installatie<br />
. Bewakingseenheden<br />
2. Programmeerbare sturingen (PLC, ProcesComputer based)<br />
. Opbouw en karakteristieken van de programmeerbare sturingen<br />
. De gebruikte sensoren<br />
. De gebruikte actuatoren<br />
. De communicatiemogelijkheden (ISO, Ether, ... netwerken)<br />
. Structuur van de verschillende programmeertalen<br />
. Installatiemethode van automatische installaties<br />
. Integratie van automatische installaties in een bestaande.<br />
- hardwareontwerp (elektrische schema's, installatieschema's)<br />
- softwareontwerp<br />
. Optimalisatie en foutzoekmethodes van installaties in bedrijf<br />
. Verwerking van analoge signalen door een programmeerbare<br />
sturing<br />
. Installatietechniek in ontploffingsgevaarlijke zones (EXI/EXD)<br />
Onderwijsvorm Hoorcollege en labozittingen<br />
Studiemateriaal Eigen cursus PLC-sturingen en labo met gesimuleerde industriële processen (LUCAS-NULLE)<br />
Aanvullende leermiddelen<br />
Examenvorm<br />
1 ste examenkans Hoorcollege : Mondeling examen met schriftelijke voorbereiding.<br />
Practicum : Permanente evaluatie tijdens de zittingen.<br />
2 de examenkans Hoorcollege : Mondeling examen met schriftelijke voorbereiding.<br />
Practicum : Oefening uitwerken, ingeven op PC en testen met PLC simulatie.
GA2_1112_ClEr<br />
Vakbenaming<br />
Vakcode<br />
PLC<br />
GA2<br />
Algemene Visie Het vakgebied “Geïntegreerde Automatisering” heeft tot doel om de kennis, nodig voor het ontwerpen,<br />
onderhouden en beheren van automatisch gestuurde processen te verwerven, verdiepen en verbreden.<br />
De automatiseringstechnieken duiken op alle mogelijke gebieden in onze maatschappij op. Ondanks<br />
het feit dat automatiseringstechnologie een typisch ingenieursvak is, zijn de toepassingen en kennisgebieden<br />
waarin deze technologie gebruikt wordt, vak-overschrijdend, zelfs discipline-overschrijdend.<br />
Toepassingen vinden we terug in mechanische, elektronische , chemische, pneumatische, hydraulische<br />
en thermische systemen.) Voor het realiseren van een automatische sturing maken we gebruik van<br />
verschillende vakoverschrijdende disciplines: elektrische- ,hydraulische- en pneumatische aandrijvingen,<br />
mechanische constructies, robots, handlingtechnologie, informatica-technologie, netwerktechnologie<br />
specifiek voor automatiseringstoepassingen, supervisiesystemen, sensortechnologie, regeltechnologie,<br />
computervisie met diepgaande beeldanalyse. Het vak GA2, beoogt dat de student in deze disciplines<br />
basis inzicht, vaardigheid en competentie verwerft. Daardoor kan hij mensgericht en taakgericht<br />
geautomatiseerde systemen realiseren en hierover overleggen, rapporteren en nieuwe inzichten<br />
verwerven om alzo zichzelf continue te reflecteren. Het realiseren van automatische systemen begint bij<br />
het correct definieren van het automatiseringsontwerp. In het ontwerpstadium moeten we ook rekening<br />
houden met de betrouwbaarheid, onderhoudbaarheid en beschikbaarheid van automatische installaties.<br />
Nieuwe technieken en standaardisaties laten ons toe om de doorlooptijd van nieuwe projecten drastisch<br />
in te korten, zonder daarbij de sociale en economische aspecten van deze technologie uit het oog te<br />
verliezen.<br />
Dit vak beoogt ook het ingenieursdenken en probleemoplossend vermogen van de student te<br />
ontwikkelen. Een automatiseringsontwerp vereist het afwegen tussen de verschillende gestelde eisen<br />
maar ook het afwegen van de meest geschikte ontwerptechniek<br />
Relatie met onderzoek Het vak Geïntegreerde Automatisering GA2 bespreekt resultaten van onderzoek binnen het vakdomein<br />
van automatische sturingen. Voor het vak GA2 moeten studenten primaire bronnen zoals<br />
vaktijdschriften, handleidingen en wettelijke normen raadplegen.<br />
Situering van het vak in<br />
het curriculum<br />
Instroom-Relatie met<br />
andere vakken<br />
Dit vak integreert een aantal vakken van de opleiding. De belangrijkste zijn elektrotechniek,<br />
vermogenelektronica/drives, industriële informatica; analoge elektronica (gebruik en mogelijkheden van<br />
sensoren); industriële communicatietechnologie: ontwerpen van elektrotechnische installaties.<br />
In het vak GA2 wordt de student met basiskennis voorbereid op het specialisatievak van de<br />
Geïntegreerde Automatisering GA3. Als instroomvereisten zijn de vakken basiselektronica, basis<br />
elektrotechniek, basis informatica technologie en basis communicatietechnologie te vermelden<br />
Relatie met het werkveld Voor de werkveld gaan we van volgende elementen nader de basiskennis beschouwen op theoretische<br />
grondslag, maar ook in labo-toepassingen van echte industriële installaties:<br />
PLC- en PC (Proces Computer)-gebaseerde sturingen;<br />
Automatiseringsnetwerken met Gedistribueerde Intelligentie en –Hardware;<br />
Sensortechnologie;<br />
HMI (Human Machine Interface);<br />
Netwerktechnologie.<br />
Aanvullende Informatie<br />
betreffende competenties<br />
en Evaluatie van de<br />
Competenties<br />
De cursus bestaat uit volgende delen : Het eerste deel behandeld de algemene principes van<br />
geïntegreerde automatisering en zijn toepassingsmogelijkheden. Het tweede deel behandeld de<br />
hardware van automatische sturingen. Het derde deel houd zich bezig met de industriele informatica en<br />
de norm IEC1131 die hierover handelt. Het vierde deel ten slotte handelt over alle mogelijke<br />
communicatiemogelijkheden die gebruikt worden in een automatische besturing met gedistribueerde<br />
hardware en gedistribueerde intelligentie. Met name de norm PROFIBUS en PROFINET komen hierin<br />
aan bod. Studenten moeten in staat zijn over deze materie adequate antwoorden te formuleren op<br />
gerichte vragen. In het labo worden de studenten geconfronteerd met industriële<br />
automatiseringsapparatuur. Hiermee gaan zij projectmatig reële automatiseringsopgaven oplossen en<br />
laten functioneren.
MEET_1112_BijJo<br />
Vakbenaming<br />
Vakcode<br />
Titularis<br />
Docenten<br />
Jaar<br />
ECTS-punten<br />
Mechanische Meettechniek<br />
MEET<br />
John Bijnens (BijJo)<br />
John Bijnens (BijJo)<br />
3<strong>ABA</strong>-<strong>EM</strong><br />
2<br />
Doelstellingen De student kan de begrippen en grootheden die een maat, een vorm of een oppervlakteruwheid van<br />
een werkstuk aangeven, verklaren en controleren. AC1/AC2<br />
Voor die controle is vereist dat de student de verschillende meetopstellingen en meettoestellen voor<br />
de bepaling van de maat, de vorm of de ruwheid die aanwezig zijn in het labo begrijpt en kan<br />
bedienen (eventueel m.b.v. de gebruiksaanwijzing ervan).AC2<br />
De student raadpleegt de nodige tabellen en grafieken bij het oplossen van een meetprobleem en<br />
past ze toe. AC2<br />
De student analyseert een meetprobleem. AC1/AC10<br />
De student verwerkt de uitgevoerde metingen in een verslag, interpreteert de resultaten en trekt h<br />
besluiten: voldoet een werkstuk of een meetmiddel aan de gestelde eisen en verklaar waarom (niet).<br />
AC1/AC3<br />
Voor één van de laboproeven kan de student verantwoordelijkheid opnemen en andere<br />
studenten begeleiden bij de uitvoering, het verwerken van de resultaten en de verslaggeving<br />
erover. BC3/AC3<br />
Inhoudsopgave Deel 1: Theoretische achtergrond<br />
Deel 2: Laboteksten<br />
Grondslagen van de geometrische meettechniek.<br />
Inleiding tot het meten.<br />
Het meten van hoeken.<br />
Herkennen en keuren van schroefdraad.<br />
Meetmiddelen controleren.<br />
Meten in 1 en in 2 dimensies.<br />
Meten van plaats- en vormtoleranties.<br />
Oppervlakteruwheid.<br />
Geometrische controleproeven op een draaibank.<br />
Controle van tandwielen.<br />
Het meten met een 3D-meetmachine<br />
Onderwijsvorm<br />
Studiemateriaal<br />
Aanvullende leermiddelen<br />
Labozittingen<br />
Cursus “Mechanische meettechniek”: laboteksten met theoretische achtergrond, handleidingen<br />
van de verschillende meettoestellen.<br />
Tabellenbuch Metall (EUROPA LEHRMITTEL: ISBN 3-8085-1671-2), eventueel internet en<br />
werken (boeken, CD-roms….) uit het labo of in de mediatheek<br />
Examenvorm<br />
1 ste examenkans Permanente evaluatie: Peer- en co-assessment op basis van praktisch teamwork (uitvoering<br />
van de proeven, attitude, inzet, resultaten en verslagen die na iedere labozitting ingeleverd<br />
worden).<br />
2 de examenkans Schriftelijk examen aan de hand van laboverslagen.
MEET_1112_BijJo<br />
Vakbenaming<br />
Vakcode<br />
Mechanische Meettechniek<br />
MEET<br />
Algemene Visie Mechanische meettechniek is een onmisbare schakel in het productieproces van machines en<br />
apparaten. Het is immers noodzakelijk dat de verschillende onderdelen bij de montage op de<br />
juiste manier in elkaar passen.<br />
De ontwerper zal daarom veel aandacht besteden aan de keuze van vormen, maten,<br />
toleranties en oppervlaktegesteldheid van de verschillende onderdelen. Na het vervaardigen<br />
van de verschillende werkstukken is het noodzakelijk de vormen, de maten, de toleranties en<br />
de oppervlaktegesteldheid ervan te keuren om te controleren of voldaan aan de eisen van de<br />
ontwerper. Het resultaat van de keuring heeft alleen waarde als de gebruikte meetmiddelen<br />
geijkt zijn.<br />
Dit is de enige manier om een perfecte werking van een apparaat of een machine te<br />
garanderen: METEN IS WETEN!<br />
De nadruk ligt op toepassen van theoretische kennis en aanleren van technische<br />
handelingen. Dit vergt inzicht en inzet van de student.<br />
Relatie met onderzoek De studenten verwerven de vaardigheid om zelfstandig te werken en over de resultaten<br />
duidelijk en overzichtelijk te rapporteren welke basisvoorwaarden zijn om onderzoek op te<br />
zetten en uit te voeren.<br />
Situering van het vak in<br />
het curriculum<br />
Instroom-Relatie met<br />
andere vakken<br />
Meettechniek situeert zich in het vakgebied mechanica en sluit rechtstreeks aan bij de vakken<br />
GONT, U+T en ontwerpen.<br />
Kennis van de begrippen maat, maattolerantie, plaats- en vormtoleranties en<br />
oppervlakteruwheid wordt aangereikt in het vak GONT. De opgedane kennis van optica<br />
(cursus Fysica) ziet men toegepast in verschillende optische toestellen. Voor de verwerking<br />
van meetresultaten bij enkele proeven is kennis vereist van wiskunde (o.a. goniometrie) en<br />
excel. Verslagen moeten gemaakt worden met een tekstverwerker.<br />
Relatie met het werkveld Uit contact met oud-studenten blijkt dat de opgedane kennis rechtstreeks aangewend kan<br />
worden in het werkveld: om werkstukken te meten en om meetmiddelen te controleren. Meten<br />
wordt immers toegepast in productiebedrijven, zowel in de productie als in het meetlabo waar<br />
producten en meetmiddelen gecontroleerd worden.<br />
Aanvullende Informatie<br />
betreffende competenties<br />
en Evaluatie van de<br />
Competenties<br />
De eerste labozitting wordt besteed aan een algemene inleiding, een rondleiding in het labo<br />
en een overzicht van de verschillende laboproeven. Elke proef handelt over een meetkundig<br />
probleem: hoeken meten, oppervlakteruwheid…. Vanaf de 2 de labozitting werken de<br />
studenten in groepjes van 2 (per uitzondering alleen of met 3). Gedurende de 2 de , de 3 de en<br />
de 4 de labozitting krijgt elk groepje de opdracht zich te specialiseren in één van de<br />
laboproeven, de beschikbare labotekst aan te vullen of aan te passen, te leren werken met de<br />
verschillende meettoestellen, aanvullende informatie op te zoeken en een uitgebreid verslag<br />
met meetresultaten hierover te schrijven. De ‘specialisten’ worden de opdrachtgevers en<br />
laten de studenten in een roulement de verschillende proeven afwerken, evalueren de<br />
uitvoerders tijdens de labowerkzaamheden en beoordelen een schriftelijke neerslag hiervan in<br />
de vorm van een laboverslag. Een verslag wordt afgegeven bij aanvang van de volgende<br />
labozitting. De uitvoerders evalueren op hun beurt de opdrachtgevers.
MSYS_1112_BaJo<br />
Vakbenaming<br />
Vakcode<br />
Meetsystemen<br />
MSYS<br />
Titularis Johan Baeten (BaJo)<br />
Docenten Johan Baeten (BaJo), Eelco Galestien (GaEe)<br />
Jaar 3<strong>ABA</strong>-<strong>EM</strong>, 3<strong>ABA</strong>-AE, 3<strong>ABA</strong>-ELO, SCH-AUT, SCH-ELO<br />
ECTS-punten 3<br />
Doelstellingen - Een overzicht geven van de verschillende onderdelen en eigenschappen van een meetsysteem,<br />
alsook de verschillende soorten meetsystemen met een opdeling naar meetgrootheid, meetprincipe of<br />
informatiestructuur WC1<br />
- Uitgaande van de fysische opbouw en aan de hand van de basiswetten uit de mechanica, elektriciteit<br />
of elektronica, het werkingsprincipe alsook de aansturing van de verschillende sensoren (resistief,<br />
capacitief, inductief, opto-elektrisch, piëzo-elektrisch of ultrasoon) verklaren en afleiden. AC1 / AC2 /<br />
WC1<br />
- Een vergelijking of gefundeerde keuze maken tussen de verschillende soorten sensoren voor het<br />
meten van een gegeven grootheid (positie, snelheid, versnelling, debiet, kracht, druk, niveau,<br />
temperatuur) gegeven de werkomstandigheden of economische factoren. AC2 / AWC1<br />
- De nodige interfaceschakelingen uitwerken om de gemeten grootheid om te vormen tot een meer<br />
geschikte meetwaarde voor datacommunicatie, -verwerking en visualisatie.<br />
AC1 / BC2<br />
- Op basis van de beschrijving van de sensor en het fysisch werkingprincipe de sensor correct<br />
aansluiten en het meetresultaat interpreteren. AC2 / AWC1 / AWC2<br />
Inhoudsopgave Therorie<br />
- Algemene principes (met focus op systeemeigenschappen): Opbouw, karakteristieken,<br />
ladingseffecten, signaal en ruis<br />
- Sensoren (met focus op werkingsprincipes): Binair, Resistief, capacitief, inductief, opto-elektrisch,<br />
piëzo-elektrisch, ultrasoon<br />
- Meetgrootheden (met focus op fysische meetgrootheid): Positie, debiet, (verschil-) druk, niveau,<br />
temperatuur<br />
- Gegevensverwerking en –voorstelling: Interfacing, oscilloscoop, multimeter.<br />
Lab<br />
- Incrementele en absolute digitale optische (hoek-) encoder.<br />
- Krachtmeting via rekstrookjesbrug.<br />
- Synchro- en resolverhoekmeting, demodulatie en synchrocontrolekring.<br />
- Capacitieve versnellingsopnemer en ultrasone afstandsmeting.<br />
Onderwijsvorm Hoorcollege + Lab<br />
Studiemateriaal Eigen cursus ‘Meetsystemen’ inclusief lab<br />
Aanvullende leermiddelen Toledo<br />
Examenvorm<br />
1 ste examenkans Schriftelijk examen + permanente evaluatie: Het examen bestaat uit een 17-tal korte vragen, hetzij<br />
meerkeuze of invulvragen, hetzij tekeningen om aan te vullen, hetzij open vragen. De score wordt<br />
voor 1/3 gecorrigeerd met een factor die volgt uit de permanente evaluatie tijdens het lab op<br />
basis van aanwezigheid, voorbereiding en inzet.<br />
2 de examenkans Schriftelijk examen: idem als in 1ste examenkans: Opgelet: de score-aanpassing voor<br />
permanente evaluatie blijft behouden.
MSYS_1112_BaJo<br />
Vakbenaming<br />
Vakcode<br />
Meetsystemen<br />
MSYS<br />
Algemene Visie Het vak meetsystemen is in eerste instantie een beschrijvend ingenieursvak. Naast de<br />
beschrijving van de werking van de meest voorkomende sensoren met voordelen en<br />
beperkingen, essentieel voor een correcte (toepassingsafhankelijke) keuze van een sensor,<br />
legt meetsystemen de nadruk op meetprincipes en verbanden met fysische werkingsprincipes<br />
waardoor de aangeboden kennis, sensor- en vooral fabrikantonafhankelijk is. Dit bevordert de<br />
link naar kennis uit andere vakken en moet de materie een zekere weerstand geven tegen<br />
‘erosie’ door veranderingen t.g.v. toekomstige ontwikkelingen. Het vierde en laatste deel vat<br />
kort signaalverwerkings- en weergavetechnieken weer. Dit laatste deel behoort niet tot de<br />
kerninhoud van het vak daar het meestal gaat om stukken leerstof die reeds in andere vakken<br />
afzonderlijk aan bod komen. Het biedt de student wel een overzicht aan met verbanden naar<br />
andere vakken.<br />
Samengevat vormt het vak meetsystemen een overzichtwerk dat de student in staat stelt op<br />
basis van functionaliteit en werkingsprincipe een snelle en juiste initiële keuze te maken in de<br />
zoektocht naar de perfecte sensor voor de beoogde toepassing.<br />
Het lab biedt ondersteuning voor de theorie met name door de student toe te laten het<br />
basiswerkingsprincipe van vier veel voorkomende meetsystemen in de praktijk te ervaren.<br />
Daar de labzittingen vaak eerder starten dan de theorie, moet de student de bijhorende<br />
theoretische achtergrond in eerste instantie zelfstandig verwerken in de voorbereiding van de<br />
proeven.<br />
Relatie met onderzoek Het vak Meetsystemen stelt resultaten van onderzoek voor, bvb in de vorm van nieuwe<br />
ontwikkelingen binnen de sensortechnologie, zonder expliciet te verwijzen naar de<br />
onderzoeker of het onderzoek zelf.<br />
Gezien de student(e) de labproeven zelfstandig moet uitvoeren en verwerken, zal hij/zij hierbij<br />
de basisprincipes aanleren om onderzoeksgegevens te verzamelen, te analyseren en te<br />
verwerken, ook al bevatten de labproeven geen vernieuwende materie.<br />
Situering van het vak in<br />
het curriculum<br />
Instroom-Relatie met<br />
andere vakken<br />
Op zich is meetsystemen een finaal vak. De aangeboden kennis kan meteen gebruikt worden<br />
bij ontwerp van om het even welk systeem met sensoren. Niettemin zijn er raakpunten naar<br />
andere vakken zoals regeltechniek (sensoren, digitale sturing, terugkoppeling), mechanica<br />
(CNC, trillingen), elektronica (filters, modulatie, signaalverwerking, gelijkrichters, versterkers),<br />
ontwerpen …<br />
Meetsystemen bouwt verder op basisvakken zoals fysica (magnetisme, geluid, stroming, licht,<br />
golven, piëzo-elektriciteit, laser), elektriciteit (R, C, L, transformator, Wheatstone-meetbrug,<br />
wervelstromen), elektronica (Hall-effect, opto-elektrische eigenschappen, diode, versterker),<br />
sterkteleer (rek, buiging, druk), systeemtheorie (transfertfunctie, frequentie-eigenschappen,<br />
Bode-diagram)<br />
Relatie met het werkveld Zoals eerder vermeld voorziet meetsystemen de ingenieur van een brede basiskennis over<br />
meetprincipes en mogelijke sensoren hetzij voor de keuze van een meetsysteem in een<br />
industrieel proces, hetzij bij een nieuw ontwerp.<br />
Aanvullende Informatie<br />
betreffende competenties<br />
en Evaluatie van de<br />
Competenties<br />
De evaluatie toetst naar de parate basiskennis (WC1, AC2, BC5), naar beredeneerd inzicht in<br />
werkingsprincipes en oplossingen (AC1, BC2) en naar gefundeerde vergelijkende keuzes<br />
binnen gegeven condities (AWC1, BC2). In de evaluatie wordt diepere kennis en kunde<br />
verwacht over de in het lab gebruikte sensoren en meettechnieken.
M_OND_1112_HeKr<br />
Vakbenaming<br />
Vakcode<br />
Titularis Kris Henrioulle (HeKr)<br />
Docenten Kris Henrioulle (HeKr)<br />
Jaar/ASR 3<strong>ABA</strong>-<strong>EM</strong>, SCH-<strong>EM</strong><br />
ECTS-punten 3<br />
MachineOnderdelen – Berekenen van machineonderdelen<br />
M_OND<br />
Doelstellingen De student<br />
1. kan de basisformules uit de sterkteleer toepassen op machineonderdelen. (AC1, AC2,<br />
AC3)<br />
2. heeft inzicht in de overdracht van krachten in verbindingselementen (WC1)<br />
3. kan de courante verbindingselementen dimensioneren. (AC1 / WC1)<br />
Inhoudsopgave 1. Lijmverbindingen<br />
2. Lasverbindingen<br />
3. Bouten<br />
4. Assen<br />
5. Verbindingen tussen as en naaf<br />
6. Lagers<br />
Onderwijsvorm Hoorcollege, oefeningen en een opgave die zelfstandig wordt uitgewerkt.<br />
Studiemateriaal Handboek Roloff/Matek Machineonderdelen (R/M) Theorieboek 4e druk Academic Service<br />
Aanvullende leermiddelen Elektronisch leerplatform met aanvullende informatie<br />
Examenvorm<br />
1 ste examenkans Beoordeling van projectverslag met ontwerpberekening<br />
2 de examenkans Beoordeling van projectverslag met ontwerpberekening
M_OND_1112_HeKr<br />
Vakbenaming<br />
Vakcode<br />
MachineOnderdelen – Berekenen van machineonderdelen<br />
M_OND<br />
Algemene Visie Dit opleidingsonderdeel focust op de juiste keuze en de berekening van machineonderdelen,<br />
en is daarmee complementair met andere opleidingsonderdelen die gerelateerd zijn aan<br />
mechanisch ontwerp. De ingenieur elektromechanica moet vertrouwd zijn met de standaard<br />
machineonderdelen en elementaire controleberekeningen kunnen uitvoeren.<br />
Relatie met onderzoek Een aanzienlijk deel van de kennis ontwikkeld in dit opleidingsonderdeel wordt toegepast in<br />
het onderzoekstraject dat de studenten doorlopen in het opleidingsonderdeel Mechanisch<br />
ontwerpen 2. Daarmee passen de studenten de opgedane kennis toe op een realistisch<br />
machineontwerp.<br />
Situering van het vak in<br />
het curriculum<br />
Instroom-Relatie met<br />
andere vakken<br />
Dit opleidingsonderdeel verloopt in samenwerking met het opleidingsonderdeel Mechanisch<br />
ontwerpen 2.<br />
Ook in de masterproef doet de student beroep op de kennis van dit opleidingsonderdeel.<br />
Basiskennis van Sterkteleer1 en Sterkteleer2 en Sterkteleer5 is noodzakelijk evenals<br />
materiaalkunde.<br />
Relatie met het werkveld De student past de kennis toe in samenwerking met het opleidingsonderdeel mechanisch<br />
ontwerpen2 waarin een ontwerpopdracht uit de industrie wordt uitgevoerd.<br />
Aanvullende Informatie<br />
betreffende competenties<br />
en Evaluatie van de<br />
Competenties<br />
Als evaluatie voor dit opleidingsonderdeel maakt de student een opdracht waarin hij/zij een<br />
aantal machineonderdelen berekent uit het ontwerp dat de student maakt in het<br />
opleidingsonderdeel Mechanisch ontwerpen 2. De evaluatie bestaat uit de evaluatie van een<br />
projectverslag over deze berekeningen en een mondelinge bespreking van dit projectverslag.
ONT1_1112_HoJo<br />
Vakbenaming<br />
Vakcode<br />
Methodisch Ontwerpen<br />
ONT1<br />
Titularis Jos Holsteen (HoJo)<br />
Docenten Jos Holsteen (HoJo)<br />
Jaar 3<strong>ABA</strong>-<strong>EM</strong>, 3<strong>ABA</strong>-AE , SCH-<strong>EM</strong><br />
ECTS-punten 1<br />
Doelstellingen Als inleiding op een ontwerp uit de industrie wordt deze cursus gegeven met de bedoeling<br />
de aanpak en de uitvoering van een ontwerp te structureren en te systematiseren.<br />
De student wordt een ontwerpfilosofie bijgebracht. AWC11/BC2/BC6<br />
De student moet zich bewust worden dat een ontwerpopdracht een<br />
gestructureerde en methodische aanpak vereist. AWC4<br />
Deze cursus reikt de studenten een methode aan om de ontwerpopdracht waarvoor ze<br />
staan op een gestructureerde manier aan te pakken.<br />
'Methodisch ontwerpen' biedt (toekomstige) ontwerpers en constructeurs een methodische<br />
ontwerpaanpak die in de beroepspraktijk goed toepasbaar is. De methode is ontwikkeld<br />
door wijlen professor H.H. van den Kroonenberg en diens naam is er nog altijd mee<br />
verbonden.<br />
Vaak krijgt de constructieve uitwerking van een ontwerp alle aandacht. Methodisch<br />
ontwerpen richt de aandacht juist op het proces dat daaraan voorafgaat: de behoefte<br />
inventariseren, een probleemstelling formuleren, alternatieve oplossingen bedenken en<br />
bekijken, een concept maken. Vervolgens wordt het definitieve ontwerp uitgewerkt.AWC11<br />
'Methodisch ontwerpen' biedt de helpende hand bij het genereren van ideeën en het<br />
gebruik van keuzetechnieken. Bovendien stimuleert het om kostenbewust te ontwerpen.<br />
AWC12<br />
Inhoudsopgave 1. Argumenten voor een ontwerpmethode<br />
2. Wat is ontwerpen?<br />
3. De technische inrichting in het ontwerpproces<br />
4. Een voorbeeld van methodisch ontwerpen<br />
5. Het ontwerpproces<br />
6. Oplossen van technische ontwerpproblemen<br />
7. Intuïtieve en discursieve methoden<br />
8. Keuzetechnieken<br />
9. Een nadere bezinning op het ontwerpproces<br />
10. Overzicht van aanvullende ontwerpmethoden<br />
11. Cases<br />
12. Oefeningen<br />
13. Waarde-Analyse (Capita Selecta)<br />
14. Kostenbewust ontwerpen van mechanische onderdelen (Capita Selecta)<br />
Onderwijsvorm Hoorcollege<br />
Studiemateriaal Boek”:Methodisch Ontwerpen volgens H.H.van den Kroonenberg” F.J. Siers<br />
Aanvullende leermiddelen<br />
Examenvorm<br />
1 ste examenkans Schriftelijk examen<br />
2 de examenkans Schriftelijk examen
ONT1_1112_HoJo<br />
Vakbenaming<br />
Vakcode<br />
Methodisch Ontwerpen<br />
ONT1<br />
Algemene Visie Tientallen jaren lang was men de mening toegedaan, dat men alleen door jarenlange ervaring<br />
in het ontwerpen het zo hoognodige “Fingerspitsengefühl” kon bereiken. Heden ten dage zijn<br />
er echter methodes bekend waardoor de ontwerpactiviteit in kleine goed overzienbare<br />
Arbeidstappen wordt opgedeeld. De kennis van zulk een methode maakt het mogelijk dat<br />
iedere ontwerper (in zijn vakgebied) , ook zonder jarenlange ervaring door een systematische<br />
arbeidsafloop in staat is, in zeer korte tijd, de optimale oplossing van een technisch probleem<br />
te vinden.<br />
De Ontwerpactiviteit wordt sterk gerationaliseerd door het inzetten van<br />
Ontwerpcatalogi,Oplossingsverzamelingen,Databanken,Computers CAD enz. Deze<br />
rationalisering is naast een goede werkmethode ook van zeer groot belang.<br />
Relatie met onderzoek Het vak methodisch ontwerpen leert de student een methodiek aan om op een<br />
onderzoeksgerichte manier een project aan te pakken, gegevens te verzamelen, te<br />
analyseren en te verwerken.<br />
Na deze hoorcolleges moeten de studenten dan ook zelf op zoek gaan naar een opdracht uit<br />
de industrie. Hierbij is het de bedoeling dat ze het probleem formuleren en oplossen (resultaat<br />
= technisch werktuigbouwkundig dossier) met de aangeleerde methode.<br />
Situering van het vak in<br />
het curriculum<br />
Instroom-Relatie met<br />
andere vakken<br />
Dit vak situeert zich tussen bijna alle andere vakken van de opleiding. Uiteraard zal dit vak<br />
samen met ONT2 een synthese vormen van vele vakken in het voortraject<br />
ONT1:Meth. Ontw. Gen instroomeisen. Vanzelfsprekend een grote band met Mech.<br />
Ontwerpen(ONT2/3) en indirect ook met Elec. Ontwerpen (ONT4)<br />
Relatie met het werkveld Een voorstel(of voorstellen) tot ontwerp dienen gezocht te worden in de industrie tijdens de<br />
eerste 4 weken van het academiejaar. Hiervoor beschikken ze over een begeleidingsformulier<br />
dat ze aan de eventuele opdrachtgevers moeten voorleggen. Dit voorstel(len) dient<br />
voorgelegd te worden aan de docent, die dit beoordeelt op de criteria zoals vastgelegd in het<br />
begeleidingsformulier en op basis daarvan de opdracht al of niet vrijgeeft.<br />
Aanvullende Informatie<br />
betreffende competenties<br />
en evaluatie van de<br />
Competenties<br />
De studenten moeten in staat zijn in de eigenlijke ontwerpopdracht de principes van het<br />
Methodisch Ontwerpen toe te passen. De praktische toets wordt dus eigenlijk afgenomen<br />
onder ONT2(Mech.Ontw.). Voor de theorie van het Methodisch Ontwerpen wordt er na het<br />
aflopen van de cursus een toets georganiseerd, waar de studenten getoetst worden of ze de<br />
principes van het MO beheersen om ze in ONT2 te kunnen toepassen
ONT2_1112_HoJo<br />
Vakbenaming<br />
Vakcode<br />
Mechanisch Ontwerpen 2<br />
ONT2<br />
Titularis Jos Holsteen (HoJo)<br />
Docenten Jos Holsteen (HoJo), Jos Theunissen (ThJo), Maarten De Munck (DmuMa)<br />
Jaar 3<strong>ABA</strong>-<strong>EM</strong>, SCH-<strong>EM</strong><br />
Studiepunten 4<br />
Doelstellingen Conceptuele analyse van een zelfgeïnitieerde opdracht uit de industrie op basis van een<br />
reële behoefte.<br />
Presentatie en motivatie van het gekozen concept.<br />
Uitwerken van werktuigbouwkundige tekeningen en stuklijsten.<br />
Maken van de nodige berekeningen en de geschikte materiaalkeuze.<br />
Om deze opdracht tot een goed einde te brengen kan de student beschikken<br />
over een uitgebreid documentatiecentrum, een ontwerpmap, boekwerken en<br />
internet.<br />
De student levert op het einde van het academiejaar over dit ontwerp een verslag<br />
in, dat een set van tekeningen, de nodige berekeningen (vermogen- en sterkte),<br />
documentatiegegevens, normgegevens en het verslag van de Methodische<br />
aanpak omvat.<br />
In dit vak maakt de student een synthese van de reeds opgedane kennis.<br />
AC2 / AWC4 / (AWC2) / AC6 / AC11 / AWC10 / BC1 / BC2 / BC4 / BC5 / BC6<br />
Inhoudsopgave Als voorbereiding op de opdracht krijgen de studenten van SCH-<strong>EM</strong> nog een korte<br />
oefening waarin de tekenregels, nodig voor deze opdracht, nog eens verduidelijkt worden.<br />
Een zelf te zoeken ontwerpopdracht uit de industrie onderzoeken en uitvoeren.<br />
Deze opdracht kan zowat alle facetten van de productieautomatisering omvatten, zoals manipulatie<br />
en transport van producten, pons- en buigmatrijzen, boor- en freesinrichtingen enz.<br />
Ondersteuning Pro/E.<br />
Mediatheekinstructie: Efficiënt opzoeken, bronnen raadplegen en refereren, …<br />
Onderwijsvorm Geleide oefenzittingen<br />
Mediatheekinstructie (1sessie van 2u)<br />
Studiemateriaal Cursus Methodisch Ontwerpen<br />
Low-Cost Automation : cursus ter inzage<br />
Materiaalkeuze : cursus ter inzage<br />
Berekening van aandrijvingen : cursus ter inzage<br />
Lagerconstructies : cursus ter inzage<br />
Aanvullende leermiddelen<br />
Examenvorm<br />
1 ste examenkans Mondelinge verdediging van het ontwerp<br />
2 de examenkans Mondelinge verdediging van een aangepaste opdracht
ONT2_1112_HoJo<br />
Vakbenaming<br />
Vakcode<br />
Mechanisch Ontwerpen 2<br />
ONT2<br />
Algemene Visie Nadat de studenten in 1 <strong>ABA</strong> en in 2 <strong>ABA</strong> is aangeleerd hoe ze een volledig<br />
werktuigbouwkundig dossier moeten afwerken is het nu de bedoeling dat ze die kennis in de<br />
praktijk gaan toepassen.<br />
De studenten krijgen een methodische aanpak aangeleerd om een machine te kunnen<br />
automatiseren en moeten in het werkveld op zoek gaan naar een reële behoefte/opdracht.<br />
Onder begeleiding van de leerkracht en met de kennis van alle aanverwante vakken moeten<br />
ze komen tot een volledig afgewerkt mechanisch werktuigbouwkundig dossier.<br />
De student verwerft voldoende inzicht, vaardigheden en competenties om met de nodige<br />
informatie uit aanverwante vakgebieden een mechanisch werktuigbouwkundig dossier<br />
productierijp af te werken.<br />
Relatie met onderzoek In het vak mechanisch ontwerpen voeren de studenten zelf een onderzoeksproject uit.<br />
Situering van het vak in<br />
het curriculum<br />
Instroom-Relatie met<br />
andere vakken<br />
Als ingenieur wordt je vaak betrokken bij het ontwerpproces.<br />
De mensen uit deze richting moeten in staat zijn een mechanisch probleem te automatiseren<br />
en een volledig mechanisch werktuigbouwkundig dossier op te stellen.<br />
Dit vak baseert zich op de vakken GONT1, GONT21 en GONT21A.<br />
Algemene kennis uit aanverwante vakgebieden is noodzakelijk.<br />
Relatie met het werkveld In dit vak ontstaat de relatie met het werkveld doordat de opdracht uit het werkveld komt.<br />
Op die manier leren de studenten op een technisch verantwoorde manier communiceren met<br />
specialisten in het werkveld en ze leren opgaan met strikte ‘deadlines’.<br />
Doordat de opdracht uit het werkveld komt blijft de inhoud ook steeds ‘up to date’.<br />
Het resultaat van zo’n dossier zijn afgewerkte tekeningen en stuklijsten die door aan- en<br />
verkoopsdiensten kunnen worden gebruikt.<br />
Aanvullende Informatie<br />
betreffende competenties<br />
en Evaluatie van de<br />
Competenties<br />
Het is bedoeling dat de mensen uit deze richting een structurele oplossing kunnen bieden<br />
voor een mechanisch probleem. De studenten worden gedurende het ganse jaar begeleid in<br />
het uitwerken van de oplossing Voor hun project.<br />
Het is belangrijk dat de ideeën voor de oplossingen van alle deelfuncties van henzelf komen.<br />
Op die manier worden ze verplicht om na te gaan wat er op de markt allemaal te verkrijgen<br />
is.<br />
Op het einde van de tweede semester wordt de opgedane kennis getoetst via een<br />
mondelinge toelichting hun dossier.
ONT3_1112_BijJo<br />
Vakbenaming<br />
Vakcode<br />
CAD / Pro-Engineer<br />
ONT3<br />
Titularis John Bijnens (BijJo)<br />
Docenten John Bijnens (BijJo)<br />
Jaar 3<strong>ABA</strong>-<strong>EM</strong>, SCH-<strong>EM</strong><br />
ECTS-punten 2<br />
Doelstellingen Een verantwoorde keuze maken van een CAD/CAM-systeem voor een bedrijf door :<br />
• het verschil te weten tussen Computer Aided Drafting en Computer Aided Design<br />
• het verschil te weten tussen een draadmodel, een oppervlaktemodel en een volumemodel<br />
en hun respectievelijke toepassingen<br />
• het begrip Concurrent Engineering te kennen en te kunnen toepassen<br />
• Kennis hebben van de kosten/baten-analyse van een CAD/CAM-systeem :<br />
• de kostprijs van de benodigde software kennen en inzicht hebben hoe deze kostprijs is<br />
opgebouwd<br />
• het begrip onderhoudscontract kennen met de eraan verbonden voor- en nadelen<br />
• het verschil kennen tussen de verschilende soorten licenties : node-locked licenses, floating<br />
licenses, site-licenses<br />
• Kunnen uitleggen waarom een CAD/CAM-systeem nooit zomaar bovenop een bestaande<br />
bedrijfsstructuur mag geïmplementeerd worden, maar dat de bedrijfsstructuur<br />
(bedrijfsgedachtengang) zonodig moet aangepast worden aan de filosofie van het CAD/CAMsysteem.<br />
• De opbouw van een modern 3D-CAD/CAM-pakket kennen door het tekenen van mechanische<br />
werkstukken volgens de Concurrent Engineering en Design Intent filosofie (AWC1, AWC2, AC7,<br />
AWC4, BC2, BC4)<br />
Inhoudsopgave Traditionele CAD/CAM versus systemen gebaseerd op Concurrent Engineering<br />
Opbouw van een part d.m.v. Features en parameterisatie met het accent op het flexibel<br />
kunnen aanpassen van vormelementen en afmetingen van het model.<br />
Opbouw van een samenstelling (assembly) d.m.v. het samenstellen van individuele reeds<br />
bestaande parts, creëren van nieuwe parts in een assembly, het gebruik van mechanismes<br />
(voor speciale constructies en bewegingssimulaties) met het accent op het flexibel kunnen<br />
aanpassen van deze assembly.<br />
Creëren van een afgewerkte productietekening (zgn. drawings) met de verschillende<br />
aanzichten, doorsneden, bematingen, vorm- en plaatstoleranties.<br />
Creëren van plaatstalen producten (sheetmetal).<br />
Creëren van eigen bibliotheken en functies (family tables, UDF).<br />
Inleiding tot het gebruik van eindige elementen vanuit Pro/E (Pro/Mechanica).Uitvoeren van<br />
basissterkteberekeningen m.b.v. Pro/Mechanica met als doel een automatische<br />
ontwerpoptimalisatie in ProE te bekomen.<br />
Abstractie kunnen maken van de geziene stof door toepassing op andere CAD-systemen.<br />
Onderwijsvorm Lab<br />
Studiemateriaal Website met theorie en uitgewerkte oefeningen<br />
Aanvullende leermiddelen Multimedia materiaal (Toledo + Website)<br />
Examenvorm<br />
1 ste examenkans Schriftelijk examen voor 50% van de punten<br />
Projectwerk voor 50% van de punten<br />
2 de examenkans Schriftelijk examen voor 50% van de punten<br />
Tekenen van een mechanisch werkstuk voor 50% van de punten
ONT3_1112_BijJo<br />
Vakbenaming<br />
Vakcode<br />
CAD / Pro-Engineer<br />
ONT3<br />
Algemene Visie Er wordt een vorming verzekerd met de nodige wetenschappelijke en technische kennis (in dit<br />
multidisciplinair gebied) om :-producten, machines en geautomatiseerde installaties te kunnen<br />
ontwerpen (als projectingenieur)<br />
Hij is een uitvoeringsingenieur gericht op de oplossing van concrete technische problemen, in<br />
staat om zelfstandig basistaken uit te voeren maar ook in staat om complexe problemen aan<br />
te vatten en ook op te lossen, in het begin onder leiding, maar ook zelfstandig na voldoende<br />
ervaring of zelfstudie. (AWC1, BC2, BC4, BC7)<br />
Binnen dit vak leert de student:<br />
• kennis en vaardigheden van elektromechanische toepassingsdomeinen in de informatica<br />
• het snel en doelmatig gebruiken van informatiebronnen<br />
• initiatie in systeemdenken en leren om via analyse en synthese probleemoplossend te<br />
denken<br />
Relatie met onderzoek De nieuwste ontwikkelingen in de CAD/CAM-software worden aan de hand van publicaties<br />
van de verschillende leveranciers besproken. Tevens wordt hierbij dieper ingegaan op de<br />
algoritmes die in CAD/CAM-systemen gebruikt worden.<br />
Situering van het vak in<br />
het curriculum<br />
Instroom-Relatie met<br />
andere vakken<br />
De studenten moeten :<br />
• een verantwoorde keuze kunnen maken van een CAD/CAM-systeem voor een bedrijf<br />
• kennis hebben van de kosten/baten-analyse van een CAD/CAM-systeem<br />
• kunnen uitleggen waarom een CAD/CAM-systeem nooit zomaar bovenop een bestaande<br />
bedrijfsstructuur mag geïmplementeerd worden<br />
• de opbouw van een modern 3D-CAD/CAM-pakket kennen door het tekenen van<br />
mechanische stukken volgens de Concurrent Engineering en Design Intent filosofie<br />
Dit alles in het kader van het opzetten van een zo efficiënt en economisch mogelijk<br />
productieproces.<br />
Wiskunde: parametervergelijkingen (cartesische, polaire, splines) en matrixbewerkingen<br />
Tekenen: kennis van het technisch tekenen.<br />
Ontwerpen: het CAD-gedeelte is volledig afgestemd op het vak ontwerpen.<br />
Meettechniek: toepassing en implicaties van toleranties / passingen / ruwheden ..<br />
Het is de bedoeling om tot een oefening te komen waarbij een stuk in Pro/E getekend wordt<br />
met toekenning van toleranties, het stuk ook effectief gemaakt wordt op de CNC-machine, het<br />
stuk opgemeten wordt m.b.v. de 3D-meetmachine van labo meettechniek, de meetresultaten<br />
terug worden geïmporteerd in Pro/E en het oorspronkelijk CAD-model als softwarekaliber<br />
gebruikt wordt om de werkelijke afmetingen van het gemaakte stuk te kunnen plaatsen binnen<br />
het tolerantieveld van het ontworpen stuk.<br />
Informatica: inzicht in object georiënteerd programmeren<br />
Labo trillingen: In de oefeningen Pro/Mechanica komt het berekenen van eigenfrequenties<br />
aan bod. Dit kan mede ondersteund worden door een controle van de berekeningsresultaten<br />
aan de hand van een praktische proef in het labo Trillingen.<br />
Materialenleer: Voor de oefeningen Pro/Mechanica wordt uitgegaan van een aanwezige<br />
basiskennis van materialenleer (E-modulus, coëfficiënt van Poisson, vloeigrens, treksterkte,<br />
thermisch gedrag van kunststoffen, ...)<br />
Talen: er wordt uitgegaan van een goede basiskennis van het Engels en Duits<br />
Relatie met het werkveld De inhoud van de cursus wordt steeds overlegd met een aantal bedrijven die gebruik maken<br />
van Pro/E als 3D-CAD-pakket<br />
Aanvullende Informatie<br />
betreffende competenties<br />
en Evaluatie van de<br />
Competenties
ONT4_1112_ClEr<br />
Vakbenaming<br />
Vakcode<br />
Elektrisch Ontwerpen 4<br />
ONT4<br />
Titularis Eric Claesen (ClEr)<br />
Docenten Eric Claesen (ClEr), Raf Meermans (MeRa)<br />
Jaar 3<strong>ABA</strong>-<strong>EM</strong>, 3<strong>ABA</strong>-AE, SCH-<strong>EM</strong>, SCH-AUT, SCH-EL<br />
ECTS-punten 3<br />
Doelstellingen 1. De studenten moeten een interpretatie en analyse kunnen maken van een lastenboek.<br />
AC2/AWC1/AWC11/AC6/AC11/BC1/BC2/BC4/BC6<br />
2. De studenten moeten een elektrisch schema van een geautomatiseerde installatie kunnen lezen<br />
en ontleden. AC1/AC2/BC2/BC4<br />
3. De studenten moeten een nieuwe automatiseringsopgave projectmatig kunnen uitvoeren<br />
vertrekkende van een voorontwerp.<br />
AC2/AWC1/AWC11/AC11/AWC2/AC6/BC1/BC2/BC3/BC4/BC6/BC7<br />
4. Zij moeten daarbij de verschillende stadia van een ontwerp kunnen onderscheiden, alsook de<br />
volgorde respecteren. AC2/AWC11/AC1/AC11/AWC1/BC1/BC2/BC3/BC4/BC6<br />
5. Zij moeten met behulp van berekeningen met de hand en met computer voor elk ontwerp de<br />
geschikte elektrische componenten en bedrading kunnen kiezen.<br />
AC2/AWC1/AWC2/BC2/BC3/BC4<br />
6. In de berekeningen dient rekening gehouden te worden met de factoren beveiliging van personen,<br />
beveiliging van machines, beveiliging van bekabeling, beveiliging van de bron.<br />
AC2/AWC1/AWC11/AC1/BC1/BC2/BC3/BC4/BC6/BC7<br />
7. Bij de keuze van de componenten moeten zij ook het economisch principe toepassen waardoor zij<br />
een prijsofferte voor een geautomatiseerde elektrische installatie kunnen opstellen.<br />
AC2/AWC1/AWC11/BC1/BC2/BC3/BC4/BC6<br />
8. Zij moeten een bepaalde keuze kunnen beoordelen in functie van de industriële toepassingen van<br />
de bestudeerde automatiseringsopgave, daarbij moeten zij kunnen gebruik maken van het<br />
documentatiesysteem van het labo. AC2/AWC1/AWC11/AWC15/AC11/BC1/BC2/BC3/BC4/BC6<br />
9. De studenten moeten werkdocumenten kunnen opstellen zoals kastenlayout en fieldlayout, die<br />
kunnen gebruikt worden door montagepersoneel.AC2/AC6/BC1/BC2<br />
Inhoudsopgave - Regels en normen aangaande het ontwerp van elektrische installaties voor<br />
geautomatiseerde processen<br />
- Documenten gebruikt door ontwerpers, monteurs, onderhoudspersoneel<br />
- Symboliek in gebruik bij elektrische schema’s<br />
- Dimensioneringsberekeningen voor kabels, automaten, beveiligingen<br />
- Bedienpanelen , conventionele-, programmeerbare-, SCADA-<br />
- Sensoren en aansluitmogelijkheden<br />
- Actuatoren besturings- en aansluitmogelijkheden<br />
- Veiligheidskringen, regelgeving en bedradingen<br />
- Vermogensturingen met relais, PLC en remote I/O<br />
- LAN-netwerken en hun integratie in automatische sturingen<br />
- Voorbeeldschema van geautomatiseerde installatie<br />
Onderwijsvorm Hoorcollege en lab met vakoverschrijdend project<br />
Studiemateriaal Eigen cursus, documentatie aanwezig in het lab in boekvorm of onder elektronische vorm (CD, via<br />
Internet, …)<br />
Realisatie van een elektrisch ontwerp van een reëel industrieel proces.<br />
Berekeningen aangaande veiligheidsvoorschriften, componentenkeuze aan de hand van<br />
documentatie en voorbeelden aanwezig in het lab.<br />
Aanvullende leermiddelen<br />
Examenvorm<br />
1 ste examenkans Mondeling examen met schriftelijke voorbereiding over het theoretisch gedeelte.<br />
Schriftelijk : beoordeling van het ontwerp, gerealiseerd tijdens het<br />
academiejaar.<br />
Mondeling : verdediging van het gerealiseerde ontwerp.<br />
2 de examenkans Idem (met beoordeling van verbeteringen op het ontwerp)
ONT4_1112_ClEr<br />
Vakbenaming<br />
Vakcode<br />
Elektrisch Ontwerpen 4<br />
ONT4<br />
Algemene Visie Het ontwerpen van de elektrische besturing van geautomatiseerde installaties is een zeer complex<br />
gegeven, waarin zeer vele deelaspecten van de “Project Engineering” verweven zijn. Voor het<br />
technische gedeelte moet men zich vanaf het begin voor ogen houden dat de mogelijkheden die de<br />
elektrische sturing aan een mechanische installatie geeft, bepalend zijn voor het succesvol inzetten van<br />
deze installatie. De ontwerper moet er mee rekening houden dat met de nadien gerealiseerde<br />
elektrische besturing, de installatie ook naderhand nog verschillende jaren up-to date moet kunnen<br />
blijven. We spreken met name van het consolideren van de installed-base. Met name het<br />
voedingsgedeelte, het beveiligingssysteem ,de actuatorsturing en de gekozen HMI (Human Machine<br />
Interface) zijn de ruggegraat van het systeem. De procescomputers en PLC’s die in de eigenlijke sturing<br />
gebruikt worden zijn meestal voldoende krachtig en uitbreidbaar, zodat ze meegroeien met de installatie,<br />
ze zijn met name “evolution proof”. De financiele kost afwegen in functie van de mogelijkheden van de<br />
elektrische sturing is als tegenpool van het “evolution proof” zijn even belangrijk en behoed de ontwerper<br />
voor “over-kill” ontwerp. De huidige besturingsinstallaties zijn ook in tegenstelling met hun voorgangers<br />
niet meer gecentraliseerd maar gedistribueerd. Dit zowel op het vlak van intelligentie(software) als op<br />
het vlak van hardware en bedienmogelijkheden (lokaal, draadloos, intranet, internet). Ontwerpers<br />
moeten van in de beginfase oplossingen naar voor schuiven die het mogelijk maken om installaties<br />
zowel lokaal als remote te kunnen bedienen,consulteren en parametreren.<br />
Door het projectmatig werken aan een ontwerp in een kleine groep van twee à drie studenten die<br />
rapporteren aan de opdrachtgever leert men ook in team of als verantwoordelijke van een groep te<br />
functioneren.<br />
Relatie met Onderzoek Voor het vak ONT4 voeren de studenten een onderzoeksproject uit. Voor het vak ONT4 moeten<br />
studenten primaire bronnen van onderzoek (vaktijdschriften, richtlijnen, wettelijke verordeningen)<br />
raadplegen en gebruiken. Uit de resultaten van deze bronnen gaan de studenten zelf hun<br />
onderzoeksproject aansturen/valideren.<br />
Situering van het vak in het<br />
curriculum<br />
Instroom-Relatie met andere<br />
vakken<br />
Dit vak situeert zich tussen bijna alle andere vakken van de opleiding. Dit vak vormt het voortraject van<br />
de vakken ONT5 en ONT6<br />
ONT4 vereist basiskennis van elektrotechniek, veiligheidsproblematiek, kennis en toepassing van<br />
elektrische energie distributiesystemen en indirect ook met Meth. Ontwerpen en Mech. Ontwerpen<br />
Relatie met het werkveld De studenten worden geïntroduceerd in de problematiek van het elektrisch ontwerpen (elektrische<br />
engineering). Daarna ontvangen de studenten een reële industriële ontwerpopdracht voor de<br />
elektrische sturing van een geautomatiseerde installatie. Daarbij hebben ze ook de beschikking over upto-date<br />
prijslijsten van deze componenten. Ze kunnen gebruik maken van typische in de industrie<br />
gebruikte ontwerpsjablonen waarmee men het voorontwerp kan realiseren. Elk project wordt<br />
gerealiseerd met een groepje van twee of drie studenten. Naast het voorontwerp zelf moeten de<br />
studenten een offerte maken waarin de kost van het aantal geschatte werkuren voor de realisatie<br />
inclusief het ontwerpen zelf en de kost van de gekozen materialen zijn opgenomen.<br />
Aanvullende Informatie<br />
betreffende competenties en<br />
Evaluatie van de<br />
Competenties<br />
Ze hebben de beschikking over een uitgebreid elektronisch en papieren documentatiesysteem voor het<br />
opzoeken van componenten. Deze opdracht bevat ook de verslagen van de voorvergaderingen alsook<br />
alle bij het lastenboek gevoegde extra gegevens. De docent vormt de terugkoppeling naar de<br />
opdrachtgevers. Het te realiseren voorontwerp focust zich op de sensoren, actuatoren, automatische<br />
sturing, HMI (Human Machine Interface) en veiligheid. Elke projectgroep verdedigt zijn ontwerp voor de<br />
docent, die dit beoordeelt aan de hand van de volledigheid en juistheid van het ontwerp, rekening<br />
houdend met het afgelegde traject van lastenboek tot voorontwerp. Dit voorontwerp moet voldoende<br />
theoretisch en praktisch onderbouwd zijn om als basis te dienen voor het definitief ontwerp (ONT5)<br />
Bij de realisatie van het ontwerp wordt rekening gehouden met :<br />
- symbolen en normen gebruikt bij elektrisch tekenen<br />
- soorten beveiligingen tegen overstromen en overspanningen<br />
- selectieve beveiligingscircuits<br />
- wisselstroom- en gelijkstroomregelaars<br />
- automatisering met PLC’s en Procescomputers<br />
visualisatie met bedieningspanelen en procesbeelden.
REG1_1112_BaJo<br />
Vakbenaming<br />
Vakcode<br />
Regeltechniek 1<br />
REG1<br />
Titularis Johan Baeten (BaJo)<br />
Docenten Johan Baeten (BaJo), Eelco Galestien (GaEe)<br />
Jaar 3<strong>ABA</strong>-<strong>EM</strong>, 3<strong>ABA</strong>-AE, 3<strong>ABA</strong>-ELO<br />
ECTS-punten 3<br />
Doelstellingen De student(e) kan<br />
- Voortbouwend op de kennis uit systeemtheorie, de karakteristieke eigenschappen van eerste,<br />
tweede of hogere orde systemen en van systemen met dode tijd weergeven. AC1 / AC2 / WC1<br />
- De transfertfunctie van alle klassieke continue regelaars (P, PI, PD, PID) weergeven, doel en nut<br />
van de regelaar motiveren AC1 / AC2 / WC1, de invloed van de regelaar op de regelkring<br />
uitrekenen om zo een gepaste regelaar te kiezen. AWC2 / BC2<br />
- Eenvoudige problemen (case studies), i.v.m. stabiliteit, demping, responstijd of frequentiegedrag<br />
van een systeem oplossen AC2 / AWC1 / AWC2 / BC4<br />
- De werking van verschillende speciale regelstructuren en van een aan/uit regelaar toelichten. AC1<br />
- Eenvoudige regelaars implementeren en afstellen, alsook basis systeemparameters identificeren<br />
uit metingen. AC1 / AWC1 / WC1 / BC2<br />
Inhoudsopgave 1. Analoge regeltechniek<br />
- Terugkoppeling – Stabiliteit, Nauwkeurigheid en snelheid van een regelkring<br />
- Wortellijnendiagram<br />
- Continue regelaars: P, PI, PD, PID<br />
- Toepassingen, voorbeelden en oefeningen<br />
- Regelacties, systeemidentificatie en regelaarsinstelling<br />
- Speciale regelstructuren<br />
2. Lab regeltechniek<br />
- Stap- en frequentieweergave van eerste en tweede orde systemen<br />
- Regeling met P/ PI- regelaar<br />
- Introductie MATLAB/Simulink + Oefeningen<br />
- Volledige instelling van een PI-snelheidsregeling bij een DC-motor<br />
Onderwijsvorm Hoorcollege, oefeningen tijdens hoorcollege en labzittingen<br />
Studiemateriaal Eigen cursus ‘Automatisering Regeltechniek: deel I - Basis Regeltechniek’<br />
‘Regeltechniek - Oefeningenbundel’ - ‘Labo Regeltechniek - Deel 1’<br />
Aanvullende leermiddelen Webpagina’s, handleiding Matlab, Toledo<br />
Examenvorm<br />
1 ste examenkans Schriftelijk examen / Mondeling examen met schriftelijke voorbereiding:<br />
Het examen bestaat uit twee delen. Het eerste deelt peilt in een schriftelijke proef binnen een<br />
beperkt tijdbestek naar de parate kennis en redeneervermogen over de eigenschappen van een<br />
regelkring en van regelaars aan de hand van een 11-tal korte vragen, hetzij meerkeuze, hetzij open<br />
vragen, zonder gebruik te maken van het formularium of een rekenmachine. Het tweede deel<br />
bestaat uit twee open oefeningen over het ontwerp van een regelkring waarbij formularium en<br />
rekenmachine gebruikt mogen worden. De student verdedigt de schriftelijk voorbereidde<br />
oplossingen mondeling bij de docent. De eindscore wordt voor 1/3 aangepast met een ‘permanente<br />
evaluatie’-factor op basis van aanwezigheid en inzet in het lab.<br />
2 de examenkans Schriftelijk examen / Mondeling examen met schriftelijke voorbereiding. Opgelet: de aanpassing van<br />
de eindscore voor 1/3 met een ‘permanente evaluatie’-factor op basis van aanwezigheid en inzet in<br />
het lab blijft behouden.
REG1_1112_BaJo<br />
Vakbenaming<br />
Vakcode<br />
Regeltechniek 1<br />
REG1<br />
Algemene Visie Regeltechniek is een ingenieursvak met als voornaamste inhoud het ontwerp en de instelling van<br />
regelaars en regelkringen. Elk (continu) proces dat automatisch dient te verlopen dwingt het invoeren<br />
van een vorm van controle met behulp van een regelaar af. In eerste instantie zal dit een eenvoudige<br />
klassieke (P-, PI-, PD- of PID-) regelaar of Aan/Uit regelaar zijn. Het doel van regeltechniek is de<br />
ingenieur in wording in staat te stellen zelf regellussen en regelaars te ontwerpen, bestaande<br />
regelkringen te verbeteren of op adequate wijze regelparameters aan te passen.<br />
Relatie met onderzoek Het vak Regeltechniek 1 stelt resultaten van onderzoek voor met (gedeeltelijke) verwijzing naar de<br />
onderzoeker. In het lab leren de studenten de basisprincipes om onderzoeksgegevens te<br />
verzamelen en te verwerken. Zij trainen zichzelf in het uitvoeren van onderzoek, in de analyse en de<br />
interpretatie van de gegevens en in het opstellen en valideren van modellen.<br />
Situering van het vak in<br />
het curriculum<br />
Instroom-Relatie met<br />
andere vakken<br />
Regeltechniek bestaat uit een aantal opeenvolgende vakken. Analoge regeltechniek (REG1) start met<br />
de beschrijving van de eigenschappen van de analoge regelkring qua stabiliteit, nauwkeurigheid,<br />
snelheid en robuustheid met het Bode-diagram (AM en FM) en het wortellijnendiagram als belangrijkste<br />
analyse-tools. Verder komen speciale regelstructuren en Niet-Lineaire regelaars (Aan/Uit) aan bod.<br />
Regeltechniek hoort thuis in het vakdomein automatisering. Het vormt één van de twee voornaamste<br />
peilers binnen automatisering. De andere peiler is stuurtechniek (PLC).<br />
Regeltechniek kent raakpunten met meetsystemen (gebruik van sensoren), ontwerpen en informatica.<br />
Aan de andere kant is regeltechnische basiskennis vereist in de vakken: robotica, hydraulica, vermogen<br />
sturingen (frequentieregelaars, elektrische aandrijvingen) en vermogenversterkers, elektronica en<br />
elektrische motoren.<br />
De vereiste voorkennis om regeltechniek aan te vatten is systeemtheorie en complex rekenen, naast<br />
een evidente basisbagage wiskunde (algebra, matrixrekenen).<br />
Relatie met het werkveld Regeltechniek vormt in zijn finaliteit een onmisbare basiskennis bij elk mogelijk (continu)<br />
automatiseringsproces of ingenieursontwerp in een breed gamma aan technische domeinen:<br />
bijvoorbeeld in de procesindustrie (regelen van druk, temperatuur, niveau, debiet), bij het ontwerp of<br />
afstellen van motoren (snelheid, positie, stroom, kracht), in de robotica (positie en ondermeer ook voor<br />
toepassen van externe sensoren zoals visie, afstandsmeting of kracht). Ook bij het onderhoud van zulke<br />
systemen is een zekere regeltechnische basiskennis onontbeerlijk.<br />
Aanvullende Informatie<br />
betreffende competenties<br />
en Evaluatie van de<br />
Competenties<br />
Naast de evidente basiskennis rond het vak regeltechniek zelf, (AC1, AC2, WC1) vertegenwoordigt<br />
regeltechniek eveneens een ingenieursvak dat zich uitstekend leent om het ingenieursdenken en<br />
probleemoplossend vermogen van de student te ontwikkelen (AC1, AWC1). Een regeltechnisch ontwerp<br />
omvat naast een afwegen tussen de verschillende gestelde eisen ook een afwegen in de keuze van de<br />
meest geschikte ontwerptechniek (AWC1, AWC2).<br />
De evaluatie toetst naar de parate theoretische basiskennis (WC1), naar beredeneerd inzicht (AC1) en<br />
naar toepassingsgericht oplossend vermogen om te komen tot het juiste resultaat (BC2, BC4) volgens<br />
een adequate werkwijze. (AWC1, AWC2)
STER5_1112_HeKr<br />
Vakbenaming<br />
Vakcode<br />
Sterkteleer5<br />
STER5<br />
Titularis Kris Henrioulle (HeKr)<br />
Docenten Kris Henrioulle (HeKr)<br />
Jaar/ASR 3<strong>ABA</strong>-<strong>EM</strong><br />
ECTS-punten 2<br />
Doelstellingen De student kan de knikstabiliteit van een eenvoudige staafconstructie controleren, een<br />
vakwerk analyseren, complexe statische en hyperstatische constructies analyseren met<br />
behulp van arbeidsstellingen en de beginselen van de plasticiteitsleer toepassen. (WC1)<br />
De student kan de opgedane kennis toepassen in oefeningen ( AC1).<br />
Inhoudsopgave 1. Knik van kolommen<br />
2. Berekenen van vakwerken<br />
3. Arbeidsstellingen<br />
4. Inleiding tot de plasticiteitsleer<br />
Onderwijsvorm Hoorcollege<br />
Studiemateriaal Cursustekst - handboek Sterkteleer Hibbeler R.C. Tweede editie (2007)<br />
Aanvullende leermiddelen Elektronisch leerplatform met aanvullende informatie<br />
Examenvorm<br />
1 ste examenkans Theorie en oefeningen mondeling examen met schriftelijke voorbereiding<br />
2 de examenkans Theorie en oefeningen mondeling examen met schriftelijke voorbereiding
STER5_1112_HeKr<br />
Vakbenaming<br />
Vakcode<br />
Sterkteleer5<br />
STER5<br />
Algemene Visie Dit opleidingsonderdeel reikt enkele gevorderde berekeningstechnieken aan om een<br />
onderdeel op de meest economische wijze te construeren zodat het constructiemateriaal zo<br />
optimaal mogelijk gebruikt wordt.<br />
Relatie met onderzoek Er wordt verwezen naar de voorbeelden uitgevoerd in het kader van dienstverlening aan de<br />
bedrijven en naar resultaten van onderzoek.<br />
Speciale aandacht gaat naar het opstellen van een model voor een reëel probleem.<br />
Situering van het vak in<br />
het curriculum<br />
Instroom-Relatie met<br />
andere vakken<br />
De inhoud van dit opleidingsonderdeel is noodzakelijk voor het opleidingsonderdeel<br />
sterkteleer6 in het verdere curriculum. In de bachelorproef en masterproef doet de student<br />
beroep op de basiskennis van de sterkteleer.<br />
Basiskennis van Sterkteleer1 en Sterkteleer2 is noodzakelijk<br />
Relatie met het werkveld De ingenieur gebruikt de basiskennis uit de sterkteleer bij het ontwerp en beoordeling van<br />
elke mechanische constructie. Zulke constructies komen in elke industriële sector voor.<br />
Zonder gedetailleerde berekeningen te maken kan de ingenieur toch zwakke plekken in een<br />
mechanische constructie aanwijzen.<br />
Aanvullende Informatie<br />
betreffende competenties<br />
en Evaluatie van de<br />
Competenties<br />
De student moet de opgedane basiskennis (WC1) toepassen in oefeningen en realistische<br />
constructies. (AC1)
TMAT3_1112_VaBe<br />
Vakbenaming<br />
Vakcode<br />
Titularis Bert Van Bael (VaBe)<br />
Docenten Bert Van Bael (VaBe)<br />
Jaar 3<strong>ABA</strong>-<strong>EM</strong>, 3<strong>ABA</strong>-AE<br />
ECTS-punten 3<br />
Toegepaste Materiaalkunde 3 + lab<br />
TMAT3<br />
Doelstellingen 1. De student moet materiaaleigenschappen kunnen terugvinden in databanken als<br />
'Stahlschlüssel', Campus, CES. Hij/zij moet op een gestructureerde manier een strategie<br />
kunnen opstellen om te komen tot een verantwoorde materiaalkeuze.<br />
(AC1; AC2; AC3)<br />
2. De student zal de belangrijkste methoden voor warmtebehandeling en oppervlakteveredeling<br />
van staalsoorten kunnen verklaren op het gebied van werking, doel en<br />
eigenschappen. Hij/zij zal voor een concrete staalsoort een warmtebehandeling kunnen<br />
voorstellen en verantwoorden. (AC4; AC6; BC3; BC4; BC5)<br />
3. De student zal de verschillende corrosietypen van elkaar kunnen onderscheiden en het<br />
corrosiemechanisme ervan kunnen verklaren. Hij/zij zal de indeling en eigenschappen van<br />
roestvaste staalsoorten kunnen toelichten. (AC4; BC4)<br />
Inhoudsopgave 1. Efficiënte materiaalkeuze en materiaaldatabanken.<br />
1.1 Materiaalgroepen en gestructureerde materiaalkeuze<br />
1.2 Verband tussen materiaalkeuze - verwerkingstechniek - productvorm<br />
2. Warmtebehandeling van staalsoorten<br />
2.1 Indeling van staalsoorten<br />
2.2 Warmtebehandelingen : principe, uitvoering en eigenschappen<br />
2.2 Selectieve hardingsmethoden voor oppervlakteveredeling<br />
3. Corrosie en roestvaste staalsoorten<br />
3.1 Principe en corrosietypen<br />
3.2 Indeling en gebruik van roestvast staal<br />
Onderwijsvorm Lessen, labozittingen en bedrijfsbezoeken<br />
Studiemateriaal Lespresentaties en ondersteunende teksten (verspreid in lessen, labo’s en via Toledo)<br />
Aanvullende leermiddelen Handboeken mediatheek, o.a.<br />
“Materiaalkunde voor technici”, M. Kooijman en M. Pallada, 2009<br />
“Materiaalkunde” K.G. Budinski en M.K. Budinski, 2009<br />
Databanken (o.a. Ashby-software: CES Edupack 2010) en leveranciersinfo.<br />
Examenvorm:<br />
1 ste examenkans Theorie: schriftelijk examen met mondelinge toelichting (20/30)<br />
Labo: permanente evaluatie van medewerking en verslaggeving (10/30)<br />
Alle labo’s moeten gevolgd worden. Bij gewettigde afwezigheden dient de student contact<br />
op te nemen met de docent voor afspraken rond een vervangopdracht.<br />
2 de examenkans<br />
Theorie: schriftelijk examen met mondelinge toelichting (20/30)<br />
De punten van permanente evaluatie (10/30) worden overgenomen van de 1 ste<br />
examenkans.
TMAT3_1112_VaBe<br />
Vakbenaming<br />
Vakcode<br />
Toegepaste Materiaalkunde 3 + lab<br />
TMAT3<br />
Algemene Visie Onze mechanische technologie werd groot en steunt nog zeer sterk op de mogelijkheden van<br />
staalsoorten. Vooral van een bachelor of master in de electromechanica wordt verwacht dat hij/zij weet<br />
hoe staalsoorten zich gedragen en hoe men de gewenste eigenschappen kan bekomen.<br />
Een beperkt aantal lessen moeten de labozittingen structureren zodat studenten ervaren en begrijpen<br />
hoe men eigenschappen van metalen (i.c. staalsoorten) kan sturen en optimaliseren. We bekijken dit<br />
vanuit drie invalshoeken:<br />
1. warmtebehandelingen van staalsoorten : invloed van het thermisch proces op de eigenschappen<br />
2. oppervlakteveredeling : invloed van behandelingen op de oppervlakte- eigenschappen nagaan<br />
3. concrete toepassingen : optimaliseren van materiaalkeuze i.f.v. corrosieve omgeving of matrijs<br />
Deze cursus wil een brug bouwen tussen de wetenschappelijke basiskennis rond metaalstructuren en<br />
de concrete toepassing van staalsoorten in de industriële electromechanische praktijk.<br />
In deze cursus ligt de nadruk op de redeneervaardigheden (begrijpen), en het oplossen van concrete<br />
problemen (toepassen van de kennis) : bepalen van de hardingsdiepte, opnemen van een polarisatiecurve,<br />
gebruiken van de Stahlschlüssel,..<br />
Ook het gebruik van domeinspecifieke informatiebronnen als CES-systeem (Cambridge-Engineering-<br />
Selector), brochures van grondstofle-veranciers (Uddeholm, Böhler, ..) en vakboeken (Stahlschlüssel,<br />
handboek, internet,..) nemen een belangrijke plaats in. Hier is uiteraard ook het initiëren in<br />
systeemdenken en leren om via analyse en synthese probleemoplossend te denken van groot belang<br />
Relatie met Onderzoek Het vak ‘Toegepaste Materiaalkunde 3’ is sterk gerelateerd met het fundamentele inzicht in het<br />
materiaalgedrag van staalsoorten zoals dit in allerhande (warmte-)behandelingen toegepast wordt.<br />
In de uitwerking van zowel theorie als labo-opdrachten, wordt intens gebruik gemaakt van<br />
probleemstelling en materialen zoals die in onderzoeken met STC aan bod kwamen gedurende<br />
meerdere afstudeeropdrachten. Studenten moeten onderzoeksgerelateerde opdrachten uitvoeren en op<br />
een kritische manier evalueren.<br />
Situering van het vak in<br />
het curriculum<br />
Instroom-Relatie met<br />
andere vakken<br />
Dit opleidingsonderdeel wordt duidelijk gezien als een derde stap in de materiaalkundige vorming van de<br />
bachelor electromechanica. In het eerste bachelor-jaar werden alle materialen en hun eigenschappen<br />
behandeld en in het Ashby-systeem gesitueerd. In het tweede bachelor-jaar werden de eigenschappen<br />
van de materialen op een wetenschappelijk verantwoorde manier gerelateerd aan de inwendige<br />
structuur van de materialen. In deze cursus beperken we ons tot één (belangrijke) materiaalsoort maar<br />
richten ons vooral op de vertaling van de wetenschappelijke inzichten naar de industriële praktijk.<br />
Dit opleidingsonderdeel heeft een sterke band met de inhoud van de vakken materialenleer in 1<strong>ABA</strong> en<br />
2<strong>ABA</strong>. Inhoud van de chemie- en fysica-vakken komen aan bod vanuit het electro-chemisch gedrag van<br />
corrosie (en galvaniseren) en vanuit het diffusiegedrag als basis van thermo-chemische processen als<br />
nitreren, carboneren en inductieharden. Het gehele hardingsgebeuren is uiteraard ook verbonden met de<br />
mechanische werkplaatstechnieken (U&T) en met de thermodynamica en energiebeheer.<br />
Relatie met het werkveld STC (Surface Treatement Company) is de belangrijkste harderij in de regio en beschikt over heel wat<br />
verschillende veredelingstechnieken voor staal en aluminium. De relatie met de industriële praktijk van<br />
STC te St Truiden (Surface Treatment Company) staat centraal in deze cursus. Het volledige deel rond<br />
oppervlakteverdedeling is gericht naar het bedrijfsbezoek bij STC en de materialen die in de<br />
labozittingen gebruikt worden komen vanuit de praktijk bij STC. In het labo werken we met<br />
kwaliteitskaarten van STC.<br />
Maar ook de andere topics zijn gericht en werken met materiaal van Uddeholm, Böhler, Hasco of DME.<br />
Voor de delen rond vacuümbehandelingen werken we samen met Balzers, Europlasma en IMO.<br />
Voor de galvanotechnieken en RVS verwijzen we en gebruiken we materiaal van ALZ, SIKEL en LGTB.<br />
De gerichtheid van deze cursus op de industriële praktijk wordt door de studenten en de industrie sterk<br />
gewaardeerd en bekeken als een belangrijke meerwaarde in hun opleiding.<br />
Aanvullende Informatie<br />
betreffende competenties<br />
en Evaluatie van de<br />
Competenties<br />
Een kritische terugkoppeling van de ingeleverde verslagen vormt een belangrijk leermoment en komt<br />
terug in het examen. Hierin komen zowel de groepsprestatie als de nodige technische inzichten aan<br />
bod. Het is een uitgelezen moment om de eigen resultaten in een praktijk-perspectief te plaatsen.<br />
Evaluatie van het beoogde inzicht gebeurt o.a. aan de hand van de STC-kwaliteitsfiches.
TTHE1_1112_KeJu<br />
Vakbenaming<br />
Vakcode<br />
Titularis Kenis Julien (KeJu)<br />
Docenten Kenis Julien (KeJu)<br />
Jaar 3<strong>ABA</strong>-<strong>EM</strong>, 3<strong>ABA</strong>-AE<br />
ECTS-punten 2<br />
Toegepaste Thermodynamica 1 (Pompen)<br />
TTHE1<br />
Doelstellingen Van de vele soorten pompen die gebruikt worden ,zijn de zuigerpompen en de<br />
centrifugaalpompen de meest gebruikte.<br />
- de student moet op basis van de aangeboden leerstof alle drukken en debieten van zowel<br />
de zuigerpomp als de centrifugaalpomp kan bereken.<br />
- specifiek voor de zuigerpomp berekent de student een windketel die de goede werking<br />
van de pomp verzekerd.<br />
- op basis van de verliezen die aan de zuigzijde optreden kan hij de maximale zuighoogte<br />
voorspellen.<br />
- in het indicateurdiagramma moet hij de verliezen kunnen lokaliseren en de rendementen<br />
kunnen bepalen.<br />
De werking van een centrifugaalpomp is totaal verschillend.<br />
- gebruik makend van zijn kennis van de samengestelde beweging uit de klassieke<br />
mechanica (1 bama ) kan hij alle vectoren van de snelheidsdriehoeken van deze pomp<br />
samenstellen.<br />
- vertrekkend van deze driehoeken kan hij de manometrische opvoerhoogte in relatie tot<br />
het geleverd debiet bepalen.<br />
- vergelijkend met karakteristieken aangeleverd door een fabrikant is hij in staat cavitatie<br />
van een pomp te voorspellen.<br />
De werking van deze beide pomptypen en hun prestaties worden praktisch doorgemeten<br />
worden in het labo.<br />
Met deze opgedane kennis kan de student later zelf installaties berekenen of storingen in<br />
bedrijf opsporen. AC2/AWC1/AWC3<br />
Inhoudsopgave 1. Zuigerpompen<br />
2. centrifugaalpompen<br />
3. andere soorten pompen<br />
Onderwijsvorm Hoorcollege<br />
Studiemateriaal Cursus: Pompen J.Kenis<br />
Aanvullende leermiddelen 2 laboproefstanden<br />
Examenvorm<br />
1 ste examenkans Schriftelijk examen met formularium<br />
2 de examenkans Schriftelijk examen met formularium
TTHE1_1112_KeJu<br />
Vakbenaming<br />
Vakcode<br />
Toegepaste Thermodynamica 1 (Pompen)<br />
TTHE1<br />
Algemene Visie Pompen zijn alomtegenwoordig in de industrie en zijn vaak vitale machines in een productieproces.<br />
Zowel in bedrijf als in de ontwerpfase is het van belang dat de ingenieur<br />
de correcte werking van de pomp kan beoordelen.<br />
Met de opgedane kennis in dit vak is hij later in zijn werkomgeving in staat door zelfstudie nieuwe<br />
pomptypen te kwalificeren.<br />
Dit vak laat de academische bachelor toe om later zijn opdracht zelfstandig en wetenschappelijk<br />
onderbouwd uit te voeren indien hij de omvang van een technisch probleem dient in te schatten of te<br />
voorspellen.<br />
Relatie met onderzoek Gebruik van meetresultaten en primaire bronnen uit de industrie.<br />
Situering van het vak in<br />
het curriculum<br />
Instroom-Relatie met<br />
andere vakken<br />
Dit vak slaat een brug tussen de vloeistofmechanica ( bachelor ) en de studie van de turbomachines in<br />
het masterjaar.<br />
Bovendien kan de opgedane kennis benut worden in multidisciplinaire vakken zoals het mechanisch<br />
ontwerpen en de vloeistofhydraulica.<br />
Naast de samengestelde beweging van de klassieke mechanica ( eerste jaar bachelor ) ,moet de<br />
student vóór de aanvang van dit vak een gedegen kennis te hebben van de hydrostatica en de<br />
vloeistofmechanica ( tweede jaar bachelor ).<br />
Relatie met het werkveld Gebruik makend van technische fiches ter beschikking gesteld door de pompfabrikant Sihi ( of<br />
eventueel andere fabrikanten ) kan de bachelor de goede werking van een pompinstallatie beoordelen.<br />
Dit wordt hem aangeleerd in het labo.<br />
Ook kan hij de opgedane kennis benutten in toekomstige ontwerpen of eindwerkopdrachten die lopen in<br />
samenwerking met de bedrijven.<br />
Aanvullende Informatie<br />
betreffende competenties<br />
en Evaluatie van de<br />
Competenties<br />
Vertrekkend van een leidingprofiel moet de bachelorstudent een beredeneerde keuze kunnen maken<br />
van een pomp aan de hand van karakteristieken van de fabrikant.<br />
Op het examen wordt hij meer beoordeeld op zijn praktische kennis in de vorm van oefeningen dan op<br />
reproduceren van zijn theoretische kennis.
TTHE2_1112_Xthe<br />
Vakbenaming<br />
Vakcode<br />
Titularis Xthe (Xthe)<br />
Docenten Xthe (Xthe)<br />
Jaar 3<strong>ABA</strong>-<strong>EM</strong>, 3<strong>ABA</strong>-AE<br />
ECTS-punten 4<br />
Toegepaste Thermodynamica 2 (Warmte/Motoren + lab)<br />
TTHE2<br />
Doelstellingen 1. Een verbrandingsmotor die werkt volgens een ideale cyclus kunnen berekenen,<br />
Otto, Diesel, gemengd. AC2<br />
2. De werking van een benzinemotor kunnen beschrijven, mengselvorming, injectie,<br />
ontsteking, katalysator, kleptiming, computerondersteuning. AC2<br />
3. De werking van een dieselmotor kunnen beschrijven, brandstofinspuiting,<br />
dieselklop, verbrandingskamer, directe en indirecte injectie. AC2<br />
4. De koppel toerental karakteristieken van benzine- en dieselmotoren kunnen<br />
geven en verklaren. De invloed van de versnellingsbak op deze karakteristieken<br />
kunnen beschrijven. AC2<br />
5. Kunnen uitleggen hoe de Pinch technologie kan bijdragen tot een belangrijke<br />
energiebesparing in een bedrijf. AWC4/BC3<br />
6. Een ketel met roerwerk kunnen berekenen. AC2<br />
7. De koellast van een koelcel kunnen bepalen. AC2<br />
8. Voor een gegeven koelprobleem een geschikte verdamper, compressor, condensor<br />
kunnen selecteren. AC2<br />
9. De nodige regelapparatuur voor een koelinstallatie kunnen kiezen. AWC1<br />
10. De afkoeltijd (invriestijd) van een product kunnen berekenen. AC2<br />
11. De codes van de belangrijkste koelmiddelen kunnen geven en hun belangrijkste eigen<br />
schappen opsommen. AC2<br />
12. Een tweetrap koelsysteem kunnen berekenen.AC2<br />
13. De werking van een absorptiekoelsysteem NH3/H2O kunnen<br />
verklaren. AC2<br />
Inhoudsopgave 1. Exergie als criterium voor bruikbaarheid van energie.<br />
2. Thermodynamica van de verbrandingsmotor.<br />
3. Technologie van de verbrandingsmotor.<br />
4. Krachten, koppel, vermogen bij verbrandingsmotoren.<br />
5. Energiebesparingtechnieken : Pinch technologie.<br />
6. Berekening van een ketel met roerwerk.<br />
7. Berekening koellast<br />
8. Berekening koelcircuit.<br />
9. Berekening van 2-trap systemen<br />
10. Regelsystemen voor koelinstallaties<br />
11. Absorptiekoelsystemen<br />
Onderwijsvorm Hoorcollege, oefenzitting<br />
Studiemateriaal Cursus Toegepaste Thermodynamica 2 bij de Cursusdienst en op Toledo<br />
Aanvullende leermiddelen<br />
Examenvorm<br />
1 ste examenkans Theorie en practicum: mondeling examen met schriftelijke voorbereiding<br />
2 de examenkans Theorie en practicum: mondeling examen met schriftelijke voorbereiding.
TTHE2_1112_Xthe<br />
Vakbenaming<br />
Vakcode<br />
Warmte/Motoren + lab<br />
TTHE2<br />
Algemene Visie Een ingenieur moet niet alleen een degelijke basis kennis van de thermodynamica hebben, maar hij<br />
moet deze ook kunnen toepassen in praktische situaties. In deze cursus worden enkele veel<br />
voorkomende gebieden behandeld. De ingenieur krijgt op deze manier voorbeelden aangereikt<br />
waarmee hij zelf in andere situaties creatieve oplossingen kan bedenken.<br />
De verbrandingsmotoren vormen een dankbaar onderwerp omdat praktisch iedereen ermee<br />
geconfronteerd wordt.<br />
De Pinch technologie is een relatief eenvoudige techniek die het mogelijk maakt ingewikkelde systemen<br />
van energietransport via warmtewisselaars te optimaliseren.<br />
De veel toegepaste ketels met roerwerk bieden de gelegenheid om kennis te maken met niet-stationaire<br />
processen.<br />
De student verwerft voldoende inzicht en vaardigheid om de belangrijkste begrippen uit<br />
wiskundige, fysica, mechanica, thermodynamica, fluïdomechanica en regeltechniek<br />
zelfstandig aan te wenden in praktische toepassingen van de thermodynamica.<br />
De studenten leren in de oefenzittingen hoe de theorie zelfstandig toe te passen op<br />
verbrandingsmotoren, netwerken van warmtewisselaars.<br />
Koeprocessen nemen in de industrie een aparte plaats in. Lange tijd zijn ze in de ingenieursopleiding<br />
beschouwd als een toepassingsgebied van de thermodynamica waarin de regelsystemen maar een heel<br />
beperkte rol speelden. Daarin is de laatste tijd behoorlijk verandering gekomen. De miniaturisering en<br />
de micro-elektronica maakt het mogelijk om koelsystemen nauwkeurig in te stellen zodat het<br />
energieverbruik kan verminderen.<br />
De Toegepaste Thermodynamica staat in nauw verband met de:<br />
− kennis van toegepaste mechanica, fysica, fluïdomechanica, de basis thermodynamica,<br />
werktuigkunde en regeltechniek.<br />
− kennis en toepassing van systemen voor energiebeheersing, omvorming, distributie en<br />
aanwending van energie.<br />
Relatie met Onderzoek Voor het vak TTHE2 moeten de studenten primaire bronnen (bijv. vaktijdschriften) lezen/bespreken<br />
Het vak TTHE2 stelt resultaten van onderzoek voor, zonder expliciet te verwijzen naar de onderzoeker<br />
of het onderzoek zelf.<br />
In het vak TTHE2 moeten de studenten actief onderzoeksgegevens verzamelen.<br />
Situering van het vak in<br />
het curriculum<br />
Instroom-Relatie met<br />
andere vakken<br />
De Toegepaste Thermodynamica situeert zich binnen het gebied van de basis thermodynamica, de<br />
mechanica, de fluïdomechanica. De student leert gebruik maken van de basiswetten om een praktisch<br />
probleem uit veel voorkomende industriële processen op te lossen.<br />
Een goede kennis van de theoretische thermodynamica, mechanica, fluïdomechanica, werktuigkunde en<br />
regeltechniek zijn vereist om dit vak goed te kunnen volgen.<br />
Relatie met het werkveld In eindwerken komt dit vak bijzonder veel aan bod. Heel veel bedrijven hebben problemen met<br />
bijvoorbeeld warmtewisselaars, motoren, compressoren.<br />
Bedrijven hebben ook problemen met koelen, vooral rond de hoge energierekening. Via eindwerken<br />
gebeurt het regelmatig dat studenten een oplossing helpen zoeken voor een industrieel koelprobleem.<br />
De studenten brengen elk jaar een geleid bezoek aan een grote koelinstallatie. Hierover moeten zij een<br />
uitgebreid verslag maken.<br />
Aanvullende Informatie<br />
betreffende competenties<br />
en Evaluatie van de<br />
Competenties<br />
De evaluatie van de theoretische competentie gebeurt in een mondeling examen met schriftelijke<br />
voorbereiding, gewichtsfactor 16/40.<br />
De evaluatie van het zelfstandig kunnen oplossen van thermodynamische problemen gebeurt in een<br />
schriftelijk examen, gewichtsfactor 18/40.<br />
De evaluatie van het aanleren van praktische en sociale vaardigheden gebeurt permanent en aan de<br />
hand van laboratoriumverslagen, gewichtsfactor 6/40.
U+T4_1112_ThJo<br />
Vakbenaming<br />
Vakcode<br />
Vormgeving - <strong>EM</strong><br />
U+T4<br />
Titularis Jos Theunissen (ThJo)<br />
Docenten Jos Theunissen (ThJo)<br />
Jaar 3<strong>ABA</strong>-<strong>EM</strong><br />
ECTS-punten 2<br />
Doelstellingen Een definitie geven van begrippen als snijsnelheid, hoeken, spaanparameters, vermogen,<br />
snijkracht, en moment voor draai-, frees- en slijpbewerkingen.AC2/AWC1<br />
De formule van standtijd, snijsnelheid, voedingssnelheid, snijkracht in woorden uitleggen<br />
AC2.<br />
Snijgegevens voor draai-, frees- en slijpbewerkingen berekenen en grafisch construeren<br />
d.w.v. draaidiagram, freesnomogram, slijpkaart AC2/AC10/AC12<br />
In een figuur de onderdelen van snij- en dieptrekstempels aangeven AC2.<br />
Berekeningen in verband met dimensioneren van stempels en snitindelingen verrichten<br />
AC2.<br />
Inhoudsopgave verspaningsleer<br />
- grondige studie van de verspaningswetten<br />
- opstellen van een draaidiagram<br />
- leren werken met freesnomogram en slijpkaart<br />
niet-verspanende technieken voor metalen<br />
- spaanloze bewerkingstechnieken<br />
- berekenen van stempels: snij- en dieptrekstempels<br />
Onderwijsvorm Hoorcollege en geleide oefeningen<br />
Studiemateriaal Cursus:”Verspaningsleer”<br />
Aanvullende leermiddelen Video bewerkingstechnieken<br />
Examenvorm<br />
1 ste examenkans Mondeling examen met schriftelijke voorbereiding<br />
2 de examenkans Mondeling examen met schriftelijke voorbereiding
U+T4_1112_ThJo<br />
Vakbenaming<br />
Vakcode<br />
Vormgeving - <strong>EM</strong><br />
U+T4<br />
Algemene Visie De verspanende vormgeving berust op de deelbaarheid van de materialen. Vanuit de<br />
scheidende werking bestuderen we het gehele verspaningsproces. Snijkrachten en<br />
snijvermogens bepalen de structuur en de opbouw van de machine en het gereedschap.<br />
Hierin staat de slijtage van het gereedschap centraal.<br />
Dit hele gebeuren wordt uitgewerkt voor de bewerkingen: draaien - frezen – slijpen.<br />
De technologische ontwikkelingen in de niet-verspanende sector vereist een uitgebreidere<br />
behandeling.<br />
Veel dagdagelijks voorkomende onderdelen worden aangemaakt door omvormen van<br />
uitgangsmateriaal en halffabrikaten.<br />
De daarvoor nodige stempels worden berekend en de afmetingen gedimensioneerd.<br />
Hij verwerft voldoende inzicht en vaardigheden om zelfstandig begrippen toe te passen op<br />
technische problemen, zelfstandig nieuwe informatie te verwerven, te rapporteren en te<br />
overleggen om aldus een productie werkplaats te kunnen beheren als productie-ingenieur.<br />
Relatie met onderzoek Het vak U+T4 bespreekt de resultaten van onderzoek binnen het vakdomein met een<br />
directe verwijzing naar de onderzoeksmethoden.<br />
Situering van het vak in het<br />
curriculum<br />
Instroom-Relatie met andere<br />
vakken<br />
Om een beter inzicht te krijgen van de hedendaagse machines en gereedschappen, doe je<br />
best aan beheerst verspaningsproces. Geen natte vinger problematiek, maar wel kiezen<br />
van gepaste snijparameters.<br />
Vermits er in veel technische dossiers onderdelen voorkomen die aangemaakt moeten<br />
worden via de omvormtechniek, is een diepere kennis van deze technieken wenselijk.<br />
Kennis van bewerkingstechnieken vormen de basis voor dit vak.<br />
Relatie met het werkveld Vooraleer een onderdeel kan geproduceerd worden moet er eerst een tekening gemaakt<br />
worden. Veel ingenieur hebben een “productie gerichte” functie in een bedrijf. Mogelijk als<br />
hoofd van een tekenafdeling – productielijn – of als hoofd van de engineerafdeling.<br />
Aanvullende Informatie<br />
betreffende competenties en<br />
Evaluatie van de<br />
Competenties<br />
Definities en parate kennis worden getest.<br />
Het redeneervermogen wordt geëvalueerd door vraagstukken, analoog als behandeld.
U+T5L_1112_BijJo<br />
Vakbenaming<br />
Vakcode<br />
CNC-<strong>EM</strong><br />
U+T5L<br />
Titularis John Bijnens (BijJo)<br />
Docenten John Bijnens (BijJo)<br />
Jaar 3<strong>ABA</strong>-<strong>EM</strong><br />
ECTS-punten 2<br />
Doelstellingen • De begrippen NC – CNC – DNC kunnen uitleggen<br />
• Het verschil tusssen een 2-, 2.5-, 3-, 4-assige bewerking kunnen uitleggen.<br />
• De werking en de constructie van een numeriek bestuurde werktuigmachine kunnen<br />
beschrijven.<br />
• De verschillende compensaties (lengtecompensaties, diametercompensaties) kunnen<br />
uitleggen en hier toepassingen van kunnen geven.<br />
• Nulpuntverschuivingen kunnen opmeten.<br />
• Verspaningsparameters (spindeltoerental en tafelvoeding) kunnen uitrekenen in functie van<br />
het gereedschap en het te verspanen materiaal.<br />
• Een NC-programma, op basis van ISO-codes en specifieke codes van de machine kunnen<br />
opstellen en bespreken.<br />
(AWC1, AWC2, AC7, AWC4, BC2, BC4)<br />
Inhoudsopgave Wat is NC – CNC -DNC<br />
Wat is een 2-assige, 2.5-assige, 3-assige, ... bewerking<br />
Hoe meet een CNC<br />
Nulpunten<br />
Verspaningsparameters<br />
Opbouw van een programma<br />
Verschillende CNC-codes<br />
Onderwijsvorm Lab<br />
Studiemateriaal Eigen cursus ‘CNC’ + Handleiding S840-D sturing<br />
Aanvullende leermiddelen Multimedia materiaal (Toledo + Website)<br />
Examenvorm<br />
1 ste examenkans Schriftelijk theoretisch examen voor 50% van de punten<br />
Het schrijven van een CNC-programma voor het maken van een werkstuk voor 50% van de punten.<br />
2 de examenkans Schriftelijk theoretisch examen voor 50% van de punten<br />
Het schrijven van een CNC-programma voor het maken van een werkstuk voor 50% van de punten
U+T5L_1112_BijJo<br />
Vakbenaming<br />
Vakcode<br />
CNC-<strong>EM</strong><br />
U+T5L<br />
Algemene Visie Er wordt een vorming verzekerd met de nodige wetenschappelijke en technische kennis (in dit<br />
multidisciplinair gebied) om :<br />
• producten, machines en geautomatiseerde installaties te kunnen ontwerpen (als<br />
projectingenieur)<br />
Hij is een uitvoeringsingenieur gericht op de oplossing van concrete technische<br />
problemen, in staat om zelfstandig basistaken uit te voeren, maar ook in staat om<br />
complexe problemen aan te vatten en op te lossen, in het begin onder leiding, maar<br />
ook zelfstandig na voldoende ervaring of zelfstudie.<br />
(AWC1, BC2, BC4, BC7)<br />
Binnen dit vak leert de student :<br />
• kennis en vaardigheden van de elektromechanische toepassingsdomeinen in de<br />
informatica<br />
• het snel en doelmatig gebruik van informatiebronnen<br />
• een initiatie in systeemdenken en leren om via analyse en synthese<br />
probleemoplossend te denken<br />
Relatie met onderzoek Tijdens de zittingen worden de nieuwste tendensen in de verspaningswereld besproken aan<br />
de hand van artikels in vaktijdschriften en publicaties van leveranciers.<br />
Tevens wordt er hierbij dieper ingegaan op de werking en de implementatie van algoritmes<br />
in de sturing en hun mogelijke toepassingen<br />
Situering van het vak in<br />
het curriculum<br />
Instroom-Relatie met<br />
andere vakken<br />
Dit vak is een synthese van verschillende vakken :<br />
• wiskunde en informatica voor het opbouwen van een logische structuur en<br />
algoritmen<br />
• toepassen van de verspaningstheorie zoals deze in het vak U+T is gezien<br />
CNC frezen/draaien is één van de productiemethodes om tot een efficiënt en economisch<br />
verantwoorde productie te komen.<br />
Wiskunde : kennis van poolcoördinaten, cartesische coördinaten, interpolatiemethodes<br />
(veelterminterpolatie, splines)<br />
Tekenen : voor het kunnen uitvoeren van alle oefeningen is een kennis van het technisch<br />
tekenen noodzakelijk.<br />
Meettechniek : toepassing en implicaties van :<br />
- toleranties<br />
- passingen<br />
- plaats- en vormtoleranties<br />
- ruwheden<br />
Informatica : flow logica van een programma<br />
Materialenleer : materiaaleigenschappen van kunststof, aluminium, staal<br />
Talen : er wordt uitgegaan van een basiskennis van het Engels en Duits<br />
Relatie met het werkveld De inhoud van de cursus wordt steeds overlegd met een aantal bedrijven die zelf CNCmachines<br />
hebben<br />
om de leerstof zo relevant mogelijk te houden met betrekking tot wat leeft in de bedrijfswereld.<br />
Aanvullende Informatie<br />
betreffende competenties<br />
en Evaluatie van de<br />
Competenties<br />
Evaluatie bestaat enerzijds uit een schriftelijk theoretisch examen voor 50% van de punten en<br />
anderzijds uit het schrijven van een CNC-programma voor het maken van een werkstuk voor<br />
50% van de punten
VERM1_1112_GeJa<br />
Vakbenaming<br />
Vakcode<br />
Vermogenelektronica 1 + lab<br />
VERM1<br />
Titularis Jan Genoe (GeJa)<br />
Docenten Jan Genoe (GeJa), NN(Xelo)<br />
Jaar/ASR 3<strong>ABA</strong>-<strong>EM</strong>, 3<strong>ABA</strong>-AE, 3<strong>ABA</strong>-ELO,<br />
ECTS-punten 3<br />
Doelstellingen Theorie:<br />
- de werking van de verschillende vermogenversterkers kunnen verklaren en de mogelijk<br />
hierbij optredende problemen voorzien AC1/AWC1<br />
- in staat zijn een beveiliging tegen kortsluiting en overbelasting toe te voegen aan een<br />
bestaand schema BC2<br />
- dimensionering van een bestaande vermogenversterker (vermogentransistor, beveiliging,<br />
…) aanpassen aan veranderde noden (belasting, …) BC2<br />
- een gestabiliseerde elektronische voeding kunnen ontwerpen die de nodige spanning en<br />
stroom levert voor een bepaalde schakeling BC2/AWC1<br />
Labo:<br />
- berekeningen kunnen uitvoeren om een versterker of voeding te kunnen dimensioneren<br />
AWC1<br />
- de juiste keuze kunnen maken van de elektronische componenten en hun technische<br />
gegevens kunnen interpreteren AC2<br />
- een versterker of voeding op basis van discrete elementen kunnen opbouwen, zelfstandig<br />
metingen verrichten en de werking verifiëren AWC4<br />
Inhoudsopgave Theorie<br />
Versterkers in het audio gebied<br />
(aansturen van luidsprekers, kleine servomotoren, …)<br />
o Inleiding vermogenversterkers<br />
o Klasse A versterker<br />
o Klasse B versterker, klasse G versterker<br />
Gestabiliseerde voedingen<br />
o Serie regelde voedingen<br />
o Shunt regelende voedingen<br />
o Schakende voedingen<br />
Onderwijsvorm Hoorcollege en labozittingen<br />
Labo<br />
In het lab worden proeven uitgevoerd die de theorie ondersteunen. Deze handelen over:<br />
o Gelijkspanningsvoedingen m.b.v. seriestabilisatie;<br />
o De klasse B en AB eindversterker;<br />
o Schakelende voedingen.<br />
Studiemateriaal Cursus op www.khlim.be/~jgenoe<br />
Labotekst<br />
Aanvullende leermiddelen<br />
Examenvorm<br />
1 ste examenkans Mondeling met schriftelijke voorbereiding (gesloten boek)<br />
Labo-examen al dan niet samen met theorie-examen<br />
2 de examenkans Mondeling met schriftelijke voorbereiding (gesloten boek)
VERM1_1112_GeJa<br />
Vakbenaming<br />
Vakcode<br />
Vermogenelektronica 1 + lab<br />
VERM1<br />
Algemene Visie In dit vak worden versterkers behandeld die een groot vermogen moeten kunnen leveren.<br />
Omwille van de opwarming in de transistors, die verbonden is met het leveren van vermogen,<br />
zullen deze versterkers dikwijls met discrete componenten worden uitgevoerd. Vragen zoals<br />
rendement, opwarming, beveiliging tegen kortsluiting en overbelasting zijn voor elk van deze<br />
versterkers belangrijk en worden in detail behandeld. Dezelfde thema's worden vervolgens<br />
toegepast op gestabiliseerde voedingen.<br />
De studenten wordt gevraagd om wiskundige berekeningen en redeneringen toe te passen<br />
voor het oplossen van basisopdrachten in het vakgebied. Er wordt vorming verzekerd die aan<br />
de basis ligt van het opbouwen en analyseren van verschillende industriële toepassingen.<br />
Relatie met Onderzoek In dit vak wordt verwezen naar wetenschappelijke artikels die aan de grondslag liggen van de<br />
behandelde leerstof.<br />
Situering van het vak in<br />
het curriculum<br />
Instroom-Relatie met<br />
andere vakken<br />
De voorkennis van de leerlingen bij de start van dit vak is digitale en analoge basiselektronica.<br />
Dit vak vormt het vervolg op de analoge basiselektronica.<br />
De schakelingen in VERM1 worden geanalyseerd met behulp van de kennis die werd<br />
opgedaan in het vak ANEL1.<br />
Relatie met het werkveld Vermogenversterkers worden gebruikt in verschillende praktische toepassingsgebieden zoals<br />
luidsprekers en servomotoren.<br />
Aanvullende Informatie<br />
betreffende competenties<br />
en Evaluatie van de<br />
Competenties<br />
In de schakelingen die geanalyseerd worden, is het belangrijk dat de studenten inzicht<br />
hebben in de stromen en spanningen op elke positie in de schakeling. Dit inzicht zal dan ook<br />
deel uitmaken van de evaluatie.