Attent 2013 - CMS
Attent 2013 - CMS
Attent 2013 - CMS
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Arine Vlieger<br />
RiSiCO’S En VOORDELEn VAn ALtERnAtiEVE En<br />
COMpLEMEntAiRE gEnEESMiDDELEn in KinDEROnCOLOgiE<br />
er zijn onderzoeken gedaan naar de potentiële risico’s van alternatieve en<br />
complementaire geneesmiddelen en de mogelijke voordelen anderzijds.<br />
Hieronder enkele voorbeelden van de kennis die is opgedaan.<br />
Risico’s<br />
• Voedingssupplementen kunnen een wisselwerking vertonen met vitamineantagonisten<br />
zoals methotrexaat. Dit betekent dat gelijktijdig gebruik<br />
vermeden moet worden.<br />
• Sommige natuurproducten kunnen schadelijk zijn omdat ze een wisselwerking<br />
hebben met chemotherapie, neoplastisch weefsel stimuleren<br />
en/of giftige effecten hebben. st. Janskruid bijvoorbeeld, vermindert de<br />
werking van antikankermedicijnen zoals imatinib en irinotecan. Het versterkt<br />
de werking van het leverenzym cytochroom P450 waardoor deze<br />
geneesmiddelen sneller worden afgebroken en daardoor een geringere<br />
werking hebben. Ook van plantaardige supplementen zoals kava<br />
(Pipermethysticum) en comfrey (symphytum officinale) is bekend dat ze<br />
directe toxische effecten hebben.<br />
Voordelen<br />
• Zelfhypnose blijkt een gunstig effect te hebben op het terugdringen van<br />
pijn, angst en distress tijdens onderzoeken en procedures zoals een<br />
lumbaalpunctie.<br />
• Ontspanningstechnieken verminderen de spierspanning en helpen ook<br />
om geestelijk te ontspannen.<br />
MeDisCH<br />
Onderzoek naar CAG:<br />
• Een grote meerderheid van de<br />
ouders (86%) was positief over<br />
onderzoek naar CAG.<br />
• Bijna de helft van de ouders was<br />
geïnteresseerd in deelname aan<br />
toekomstig onderzoek naar CAG.<br />
MEER OnDERzOEK<br />
Uit dit onderzoek blijkt dat in Nederland<br />
ruim 40% van de ouders van<br />
kinderen met kanker gebruikmaakt<br />
van complementaire en/of alternatieve<br />
geneeswijzen voor hun kind. Tegelijkertijd<br />
is van veel complementaire en<br />
alternatieve geneeswijzen (nog) niet<br />
aangetoond of ze werkzaam en veilig<br />
zijn. Zo is er bijvoorbeeld nog onvoldoende<br />
kennis over de wisselwerking<br />
tussen reguliere en complementaire<br />
geneesmiddelen. Ook over het werkingsmechanisme<br />
van complementaire<br />
geneesmiddelen is weinig bekend.<br />
Tot slot is er op dit moment geen<br />
algemeen geaccepteerde standaard om<br />
bijwerkingen op te sporen en te documenteren,<br />
of ze nou uitsluitend door<br />
complementaire/alternatieve middelen<br />
veroorzaakt worden of door de interactie<br />
van deze middelen met ‘gewone’<br />
medicijnen. Wil men in de toekomst<br />
evidence-based complementaire en<br />
alternatieve geneeswijzen gebruiken<br />
in de kinderoncologie, dan is verder<br />
onderzoek dringend noodzakelijk.<br />
Annemaret Bouwman<br />
Dit is een bewerking van het<br />
artikel ‘High prevalence of<br />
complementary and alternative<br />
medicine use in the Dutch<br />
pediatric oncology population,<br />
a multicenter survey’ van<br />
Maartje singendonk, gert-Jan<br />
Kaspers, Marianne Naafs-<br />
Wilstra, antoinette schoutenvan<br />
Meeteren, Jan Loeffen en<br />
arine Vlieger dat verscheen in<br />
het european Journal of<br />
Pediatrics, september 2012.<br />
<strong>Attent</strong> 1 – <strong>2013</strong><br />
7