frieslands hoogeschool rijks athenaeum te franeker. - Tresoar

459
Voorwaar een vereerend getuigenis uit den mond van een collega, die
eene andere rigting was toegedaan! De Groningsche hoogleeraar van
Velzen, een geestverwant des overledenen, gaf Uitgezogte Leerredenen over
plaatsen des O. en N. T. van hem uit (Utr. 1746).
Laan liet eene weduwe na, namelijk Christina Clara Borrebach, van
'sHage, met wie hij den 23 Jannarij 1725 in den echt was getreden. Zij behoorde
tot eene familie, die in der tijd uit de Paltz naar ons herbergzaam
vaderland was gevlugt. Een zoon en eene dochter beweenden
met de moeder hun verlies. Hunne oudste dochter Cornelia was hem
den 22 Jan. 1741 in de eeuwigheid voorgegaan.
P. Conradi, Orat. fan. in memoriam Petri Laan , Pran. 1743 , ook vertaald door P. Hofstede
; Sti-odtmann, I, 233-235; Vriemoct, 835—840, add. 16; Glasius, II, 321, 322;
Sepp, Joh. Stinska en zipi tijd, II, 35, 36; Zg/cdichien ter gelegenheid van het èeklachelgk
stervgeval van den heer 'Petras Laan, Fran. 1743; Joh, Kalkoen, Aen — den Heer Petrus
Laan — en Mevrouw, Bij gelegentheid van het Overlijden van Sun Oudste Dochter Cornelia
Laan (1741).
Christiaan Hendrik Trotz. Met de hervatting Van het benoemingswerk
zuimde men na den dood van d'Arnaud aanvankelijk niet.
Curatoren hebben reeds den 21 Julij 1740, „sonder consequentie in
absentie van S. F. Doorlt. als Curator magniiicentissimus, met welke (zij)
volgens Hare instructie gehouden zijn communicative te gaan", aan Ged.
Staten voorgesteld eene keuze te doen uit Heineccius, toen hoogleeraar
te Halle, Houck, te Deventer, en Sieben , te Amsterdam. Dat men er
iets voor over had om der academie door een groot man luister bij te
zetten, bewees de herbenoeming van den eerste op een tractement van
ƒ 2500. Gelijktijdig werd prof. Jablonski van Frankfort beroepen om
Melchioris op te volgen. Een tractement ván ƒ 2000 was hem toegezegd :
s Sed nimium vobis Frisioram fausta propago
Visa fuit superi, tamnc invida pectora Divom?
Talia si nostro fulsissent sidera coelo.
Nam, tibi quos gremio missura Borrnssia, verax
Fama tulit proprios aliis proferre penates l).
Toen het gebleken was, dat Heineccius niet herwaarts mogt of wenschte
terugtekeeren, werden (8 Maart 1741) prof. xl. Cannegieter, rector te
Arnhem , en .prof. Houck, met den beroemden Amsterdamschen advocaat
i) J. Schrader, Acad. Frisior. insiaurata, vocatis — P. Conradi, C.H. Trotz,
L. C. Vakkenaer, Fran. 1741, 7.