31.08.2013 Views

Thesis Dennis Santbulte.pdf

Thesis Dennis Santbulte.pdf

Thesis Dennis Santbulte.pdf

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

wordt (beide 50% van de totaal te verdienen score). Er zijn 4 inschrijvers (A,B,C en D) en op basis van<br />

hun inschrijvingen is de volgende tabel te maken:<br />

Inschrijver Prijs Score op prijs 26 Score op<br />

kwaliteit<br />

Totaal score<br />

A 100 40 5 45<br />

B 150 20 27 47<br />

C 160 16 32 48<br />

D 170 12 35 47<br />

Kijkende naar de tabel hierboven is het duidelijk dat inschrijver C gewonnen heeft (hij heeft immers<br />

de hoogste score). Indien om een of andere reden A uiteindelijk toch ongeldig verklaard wordt<br />

(misschien zelfs na een procedure van een andere inschrijver die hier baat bij heeft) dan lijkt in<br />

eerste instantie er niets te gebeuren, want A was nu toch al niet de beste inschrijver. Maar indien er<br />

op basis van de nieuwe stand van zaken een nieuwe score berekening zou plaatsvinden zou dit het<br />

volgende plaatje opleveren:<br />

Inschrijver Prijs Score op prijs 27 Score op<br />

kwaliteit<br />

Totaal score<br />

B 150 40 27 67<br />

C 160 37 32 69<br />

D 170 35 35 70<br />

Op basis van deze tabel (na herberekening) is niet meer C maar juist inschrijver D de winnaar. Door<br />

het wegvallen van het ijkpunt (in eerste instantie inschrijver A) is er een nieuwe rangorde ontstaan.<br />

Dit fenomeen wordt de rangordeparadox genoemd. De relatief lage inschrijvingsprijs van A kan ook<br />

met een samenspanning (paragraaf 3.3) verband houden.<br />

Een simpeler voorbeeld zou zijn bij drie inschrijvers met prijsinschrijvingen van 2,1mln., 2,2 mln. en<br />

2,3 mln. De scores zouden hier dus 10, 5,5 en 1 zijn. Bij het wegvallen van de inschrijving van 2,1 mln.<br />

zouden de scores 1 en 10 worden.<br />

Het grootste probleem bij dit soort rangorde paradoxen is dat indien een aanbestedende dienst<br />

bijvoorbeeld de ongeldigheid van inschrijver A in het voorbeeld niet opgemerkt zou hebben (en dus<br />

aan inschrijver C zou gunnen) of indien de daadwerkelijke controle van geldigheid pas geschiedt na<br />

voorlopige gunning (bv. indien er pas redenen naar boven komen om aan referentie eisen te<br />

controleren na voorlopige gunning 28 ) het maar de vraag is of deze ongeldigheid van inschrijver A<br />

überhaupt boven water gekomen zou zijn. Dit in verband met het feit dat aanbestedende diensten<br />

(in eerste instantie) niet alle informatie met betrekking tot andere inschrijvingen aan alle verliezende<br />

inschrijvers behoeven te geven. Artikel 41 van het Besluit Aanbestedingsregels voor<br />

Overheidsopdrachten (Bao) bepaalt namelijk dat in eerste instantie de aanbestedende dienst al<br />

voldoet aan haar motiveringsplicht indien deze zich ertoe beperkt de betrokkenen onmiddellijk op de<br />

hoogte te stellen van de afwijzing van hun inschrijving door een eenvoudige, niet gemotiveerde<br />

mededeling, en later aan de inschrijvers die uitdrukkelijk hierom verzoeken binnen een termijn van<br />

26 Op basis van de criteria is hier de volgende formule voor gebruikt: Score= 80 – 40 x P / LP<br />

27 Op basis van de criteria is hier de volgende formule voor gebruikt: Score= 80 – 40 x P / LP<br />

28 Het volledig controleren van alle inschrijvers in verplicht ingevolge art. 44 van het Bao, echter kan<br />

het zo zijn dat bepaalde opgegeven gegevens slechts van de voorlopig winnaar gecontroleerd worden<br />

(al dan niet in verificatiegesprekken) terwijl van de andere wordt aangenomen dat het klopt.<br />

15

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!