02.09.2013 Views

Zelfstandig leren rekenen met het digibord - Kennisnet

Zelfstandig leren rekenen met het digibord - Kennisnet

Zelfstandig leren rekenen met het digibord - Kennisnet

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

3.3.3 Onderzoekende houding<br />

De <strong>digibord</strong>arrangementen zouden de leerlingen moeten aanzetten tot een<br />

onderzoekende houding. In de context van de opvattingen en bedoelingen van de<br />

leerkracht en de arrangementen zoals die zijn ontwikkeld, interpreteren we de<br />

onderzoekende houding als <strong>het</strong><br />

- actief op zoek gaan naar mogelijkheden, strategieën en oplossingen;<br />

- <strong>het</strong> reflecteren op gevolgde strategieën en oplossingen;<br />

- <strong>het</strong> samen overleggen over strategieën.<br />

Het materiaal op <strong>het</strong> <strong>digibord</strong> biedt de leerlingen structuur voor <strong>het</strong> oplossen van de<br />

opgaven. De leerlingen moeten daarbij zelf ontdekken op welke manier zij <strong>het</strong><br />

rekenprobleem <strong>met</strong> gebruik van de hulpmiddelen op <strong>het</strong> <strong>digibord</strong> kunnen oplossen. Het<br />

onderzoekende zit dus ook in de interactie <strong>met</strong> <strong>het</strong> <strong>digibord</strong>.<br />

In alle arrangementen hebben we in de praktijk aspecten van de onderzoekende houding<br />

bij de leerlingen aan <strong>het</strong> <strong>digibord</strong> gezien. Hiervoor hebben we al gesc<strong>het</strong>st hoe de<br />

leerlingen voortdurend <strong>met</strong> elkaar interacteren, overleggen en reflecteren op de opgave,<br />

<strong>het</strong> antwoord en de werkwijze. Dat zijn uitingen van <strong>het</strong> samen onderzoekend bezig zijn.<br />

Op basis van de observaties en de analyse kunnen we verder drie momenten in de<br />

arrangementen onderscheiden waarop de onderzoekende houding <strong>met</strong> name zichtbaar<br />

wordt:<br />

- bij de start van <strong>het</strong> arrangement;<br />

- bij <strong>het</strong> gebruik van de hulpmiddelen op <strong>het</strong> <strong>digibord</strong>;<br />

- bij de controle van de antwoorden en <strong>het</strong> vervolg daarop.<br />

Als de leerlingen aan <strong>het</strong> bord komen en geconfronteerd worden <strong>met</strong> <strong>het</strong> rekenprobleem,<br />

bekijken de leerlingen meestal de opgave eerst goed en lezen die hardop voor. Ze<br />

overleggen <strong>met</strong> elkaar hoe ze <strong>het</strong> aan kunnen pakken.<br />

Lise leest de som voor. “Welk getal komt ervoor en erna?” Zoë zegt: “Nu doe ik erna en<br />

jij ervoor. Het moet omstebeurt anders doen we steeds <strong>het</strong>zelfde.”<br />

Tess leest de opdracht hardop, ze gaat op <strong>het</strong> podium staan en nodigt Roos uit. Ze<br />

snappen in eerste instantie de opdracht niet goed. Ze overleggen.<br />

Tess en Pauline komen naar <strong>het</strong> bord gelopen. Pauline pakt de pen. Tess leest de<br />

opdracht voor: “2 km is hoeveel <strong>met</strong>er”. Pauline kijkt goed op <strong>het</strong> bord wat er allemaal<br />

staat. Ze wijzen naar de linialen. Tess zegt: “Oh wacht, 1 km dat is …..” Pauline zegt<br />

dan: 1 km is 1000 <strong>met</strong>er. Tess kijkt goed naar <strong>het</strong> bord en zegt: “Nee, dit zijn<br />

centi<strong>met</strong>ers.”<br />

Bij de start kijken de leerlingen wat er op <strong>het</strong> bord te doen valt. Ze proberen uit of er iets<br />

te bewegen of te slepen valt.<br />

Lise zegt “We moeten eerst kijken of er iets kan bewegen.” De pen wisselt naar Zoë. Ze<br />

proberen samen of er iets kan bewegen. Lise zegt tegen Zoë “Misschien dat je deze kunt<br />

bewegen.” Ze wijst. Zoë zegt: “Nee. Schrijven denk ik.” Lise zegt: “dat moet je zo doen”.<br />

Ze pakt de pen van Zoë en selecteert de penfunctie op <strong>het</strong> bord. Ze selecteert eerst een<br />

dikke pen. Zoë zegt: “Nee, dat is veel te dik.”<br />

De hulpmiddelen nodigen de leerlingen uit om een bepaalde rekenstrategie te gebruiken<br />

en leiden vaak tot reflectie op de strategie. Ook als <strong>het</strong> hulpmiddel de leerlingen niet<br />

direct lijkt te helpen. Ook als <strong>het</strong> hulpmiddel de leerlingen niet direct lijkt te helpen, zoals<br />

in <strong>het</strong> geval van de versleepbare boogjes op de getallenlijn.<br />

17

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!