Download pdf (1,3 MB) - Henk-Jan Panneman
Download pdf (1,3 MB) - Henk-Jan Panneman
Download pdf (1,3 MB) - Henk-Jan Panneman
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
De uitkomsten waren soms verrassend. Boven alle verwachtingen<br />
bleek Lombok bijvoorbeeld een winstgevend kantoor te zijn, omdat<br />
er behoorlijke spaarsaldi waren. De prestaties van de Lange Viestraat<br />
vielen in de eerste jaren tegen. Een kantoor midden in de stad bleek<br />
minder aantrekkelijk voor bedrijven dan men dacht. Op basis van de<br />
rentabiliteitscijfers werd bepaald wat er met een kantoor moest<br />
gebeuren.<br />
Van der Mark was al sinds 1967 werkzaam binnen de Raboorganisatie.<br />
De opgedane kennis van de Rabobankcultuur kwam hem<br />
goed van pas. Het bleek dat zijn voorgangers die van buiten de bank<br />
kwamen de interne verhoudingen niet altijd even goed konden<br />
inschatten. “Ze bespraken zaken met hun klanten die je binnen een<br />
coöperatieve structuur eerst met het Bestuur besprak.” Dat Bestuur<br />
was volgens Van der Mark vrij dominant aanwezig. Bij de Rabobanken<br />
in Mijdrecht en Wateringen waar hij had gewerkt, was van<br />
een Bestuur niet zoveel te merken geweest. “Als ik er nu op terug kijk,<br />
denk ik dat het Bestuur te dominant was. Het hield Pot wel erg goed<br />
in de gaten.” Als hoofd commerciële zaken was hij verantwoordelijk<br />
voor het managen van de bijkantoren. Hij adopteerde als het ware de<br />
kindjes van Pot. “Het was niet eenvoudig voor Pot om het leiden van<br />
de kantoren los te laten”, zegt Van der Mark. “Maar hij liet me mijn<br />
gang gaan, al ging het soms wat moeizaam.”<br />
De OR maakt zich sterk<br />
Het invoeren van een managementlaag onder directieniveau leverde<br />
echter niet voldoende op. Volgens <strong>Henk</strong> de Vries, die zich in 1979<br />
verkiesbaar stelde voor een nieuwe ondernemingsraad, belandde het<br />
rapport van Bierings en Draisma in een la. Hij kan zich niet herinneren<br />
dat er op de werkvloer ook maar iets merkbaar was van de democratisering.<br />
Pot denkt daar anders over. Hij herinnert zich de vele bijeenkomsten<br />
met kantoorbeheerders op de Tiberdreef nog levendig.<br />
De onvrede over de structuur van de interne organisatie bleef<br />
bestaan. Hoe de top zou moeten functioneren was nog steeds<br />
onduidelijk. “Achteraf denk ik dat het geen goede zaak is geweest om<br />
de laag van onderdirecteuren in te voeren”, zegt Van der Mark.<br />
“De onderdirecteuren kwamen uit de organisatie, zij konden teveel<br />
op de oude voet doorgaan. Er is nooit gesproken over het stellen van<br />
nieuwe doelen. De namen van de functies veranderden, maar<br />
inhoudelijk bleef het werk hetzelfde.”<br />
In de tijd zelf is er nooit op die manier over gesproken. Het<br />
Bestuur zag het niet, wilde het niet zien of wist misschien niet hoe<br />
een ommekeer teweeg te brengen. In ieder geval werd er nog enige<br />
tijd op de oude voet doorgedacht. De Vries sprak met Lindeboom en<br />
Van der Mark over hoe het tij te keren. De Vries werd gepolst of hij<br />
eens met Pot wilde gaan praten. Dat leek een hachelijke onderneming,<br />
want De Vries vond het nodig om zich te verzekeren voor<br />
rechtsbijstand en lid te worden van een vakbond. “Als het me de kop<br />
zou kosten, wilde ik ergens verhaal kunnen halen.” De Vries besloot<br />
zich in te zetten voor een beter werkklimaat. Hij stapte op Pot af en<br />
vroeg hem in een persoonlijk gesprek na te willen denken over zijn<br />
functioneren.<br />
De Vries was niet de eerste die de arbeidsomstandigheden aan de<br />
kaak stelde. Voor hem had de OR zich vanaf zijn oprichting in 1973<br />
daar sterk voor gemaakt. Het gewenste resultaat werd echter lang<br />
niet altijd bereikt. Daarbij had de OR moeite met het optreden van<br />
92 93