OP DE ONTSLAGEN - Aclvb

Brussel
NIEUW GEWESTELIJK PLAN VOOR DUURZAME ONTWIKKELING
Het nieuw Gewestelijk Plan voor Duurzame Ontwikkeling, afgekort GPDO, is in de maak. Met dit ambitieuze
plan wil de Brusselse gewestregering haar prioriteiten vastleggen tegen 2020 en een referentiekader
creëren voor al haar keuzes en beslissingen. In haar intentieverklaring voorziet de
regering “een participatieve bottom-up benadering”. Mooie woorden … De Liberale Vakbond waakt
erover dat ze ook werkelijkheid worden door ervoor te zorgen dat de sociale partners van bij het
begin geconsulteerd worden.
Wat komt er zoal aan bod in het GPDO ? Een eerste
grote uitdaging in Brussel betreft de bevolkingsaangroei.
Het Nationaal Planbureau verwacht op
korte termijn (2020) een aangroei van maar liefst
170.000 personen door een combinatie van een stijgend
geboortecijfer en een sterke migratiestroom.
Een aangepast beleid op het vlak van huisvesting,
uitrustingen en infrastructuur zal dan ook noodzakelijk
zijn om een zekere leefkwaliteit voor de inwoners
te verzekeren. Als we bovendien weten dat één kind
op drie geboren wordt in een gezin zonder inkomsten
uit arbeid, kunnen we maar beter proberen anticiperen
op deze problematiek. Ook de uitdagingen verbonden
aan tewerkstelling, beroepsopleiding en
onderwijs zijn groter dan ooit door de effecten van
de economische crisis in combinatie met de sterke
bevolkingsaangroei die steeds meer jongeren op de
Brusselse arbeidsmarkt brengt.
Duurzaamheid gaat natuurlijk ook over het leefmilieu
en de Brusselse doelstellingen op dat vlak zijn
niet bescheiden. Zo staat te lezen dat Brussel “moet
uitgroeien tot een toonbeeld op het vlak van duurzame
ontwikkeling en mobiliteit en tot de stad van de
toekomstige generaties”. Als Europese hoofdstad
draagt Brussel de verantwoordelijkheid om het
goede voorbeeld te geven. Deze groene uitdaging
kan bovendien heel wat jobs creëren.
De vierde doelstelling is de strijd tegen de dualisering
van de stad en tegen de armoede. Een groot
deel van de problemen concentreert zich in het wes-
ten van het Gewest rond het kanaal, de zogenaamde
“arme sikkel”. Via nieuwe programma’s voor
stadsherwaardering en de specifieke aanpak
beschreven in het armoederapport hoopt Brussel
deze problemen aan te pakken. Brussel moet ernaar
streven een veilige stad te worden (label “safe
city”).
Een laatste uitdaging is om van Brussel een stad
met internationale uitstraling te maken. De aanwezigheid
van de Europese instellingen in Brussel
is een belangrijke troef voor het Gewest maar aan
haar imago en aantrekkelijkheid kan nog gewerkt
worden. De laatste hype op dit vlak is de ontwikkeling
van een “city marketing strategie”, waar de
positionering van Brussel op het internationale
niveau beschreven wordt : de ontwikkeling van de
grote strategische gebieden, bouw van grote uitrustingen,
enz.
Van woorden naar concrete acties
Laat ons duidelijk zijn : het GPDO zal de Brusselse
problemen niet eensklaps oplossen. En een plan
heeft geen zin als het in de schuif blijft liggen. Pas
als de uitdagingen op economisch, sociaal en
milieuvlak omgezet worden in concrete acties, zal de
Liberale Vakbond tevreden zijn. De huidige situatie
van budgettaire moeilijkheden mag er niet toe leiden
dat we onze ambities opbergen. Wel integendeel : we
moeten de krachten bundelen en een visie en een
plan ontwikkelen die getuigen van creativiteit,
BEHEER VAN GEBOUWEN, VASTGOEDMAKELAARS EN DIENSTBODEN (PC 323)
ERVARINGSBAREMA’S
Tot vorig jaar gold in (onder meer) de bedrijven
die ressorteren in PC 323 het principe van de
leeftijdsbarema’s. Europese en Belgische antidiscriminatiewetgeving
bracht daar verandering
in. Loonschalen mogen nu geen rekening
meer houden met de leeftijd van de werknemer,
gezien dat volgens de wetgever discriminerend
is. De sociale partners in het PC 323 ondertekenden
daaromtrent een cao op 15 december
2009. Het criterium leeftijd heeft plaatsgemaakt
voor ervaring.
Wie sedert 1 januari 2010 als bediende in dienst
treedt, ontvangt een minimummaandloon dat
gebaseerd is op een van de vier functieklassen en
op het aantal jaar beroepservaring. Daartoe behoren
tevens de prestaties die de bediende vroeger
geleverd heeft als loontrekkende, zelfstandige of
statutair bediende, ook in een andere sector.
Worden eveneens meegerekend als effectieve
beroepsprestatie : alle niet-gewerkte periodes
wegens ziekte, arbeidsongeval, tijdskrediet, moe-
derschaps- en borstvoedingsverlof en in bepaalde
mate de verschillende vormen van uitkeringsgerechtigde
werkloosheid.
Ook voor de nieuwkomers onder de arbeiders, conciërges
en dienstboden wordt het loon vastgelegd
in functie van de ervaring. In deze categorie is het
groeitraject om tot het hoogste barema te komen,
beperkt tot 12 maanden. Als compensatie tellen
hier, in tegenstelling tot bij de bedienden, álle
niet-gewerkte periodes als effectieve beroepsprestaties.
Voor de bedienden die al in dienst waren voor 1
januari 2010, werd op 1 januari een fictieve
beroepservaring vastgelegd. “In het nieuwe
beroepservaringsbarema komt dat overeen met
het loon dat van toepassing was op 31 december
2009”, verduidelijkt Kurt Marysse, Nationaal
Sectoraal Verantwoordelijke ACLVB. Voor de arbeiders,
conciërges en dienstboden die al in dienst
waren, verandert er in de praktijk evenmin iets. Als
het nieuwe barema nadeliger blijkt, behouden zij
hun oude barema.
25
samenhang en doeltreffendheid om zo iedereen mee
te krijgen, ongeacht de achtergrond en de actualiteit
van de dag.
Wens je meer informatie over het GPDO, hou dan
zeker de website van de Brusselse Regionale in de
gaten (www.aclvb-brussel.be).
Ellen CHRISTIAENS
Parken en Tuinen (PC 145.04)
BEHAAL UW ERVARINGSBEWIJS
ALS HOVENIER AANLEG OF
HOVENIER ONDERHOUD
Werkt u al een tijdje in de sector tuinaanleg,
maar hebt u geen diploma ? Bent u op zoek
naar werk in tuinaanleg of tuinonderhoud en
hebt u veel ervaring, maar geen diploma ? Dan
is er nu een document dat u hierbij kan helpen.
Sinds een jaar kunt u een ervaringsbewijs voor
de beroepen hovenier aanleg en hovenier onderhoud
behalen. Het ervaringsbewijs is een officieel
document van de Vlaamse Gemeenschap.
Mensen die het beroep van hovenier aanleg
en/of hovenier onderhoud onder de knie hebben,
maar over geen diploma beschikken, kunnen op
die manier een officiële erkenning krijgen van
hun vakkennis. Het document kan u helpen als
u op zoek bent naar een job in de sector tuinaanleg
of tuinonderhoud.
U krijgt een ervaringsbewijs als u met succes
een praktische proef hebt afgelegd. Tijdens deze
proef voert de kandidaat een aantal opdrachten
uit waarbij hij of zij bewijst over een gedegen
vakkennis en werkervaring te beschikken. Als u
slaagt, wordt het ervaringsbewijs thuis afgeleverd.
In 2009 zijn er 16 ervaringsbewijzen hovenier
aanleg en hovenier onderhoud uitgereikt. Als u
geïnteresseerd bent om een ervaringsbewijs te
behalen, neem dan contact met EDUplus (tel.
09-388.76.96 – Stephan Wullaert) of met het
VDAB-kantoor in uw gemeente. U kunt ook alle
informatie en een inschrijvingsformulier terugvinden
op www.eduplus.be onder de rubriek
‘ervaringsbewijs’.
WAT IS EDUPLUS ?
EDUplus organiseert en coördineert de vormingen
in Vlaanderen voor de werknemers uit de
paritaire comités voor Tuinbouw (PC 145),
Landbouw (PC 144) en Technische Land- en
Tuinbouwwerken (PC 132).
EDUplus is te bereiken op volgende
coördinaten :
EDUplus, ’s Gravenstraat 195,
9810 Nazareth. Tel. 09-245.28.40
e-mail : info@eduplus.be
website : www.eduplus.be .
VRIJUIT/MAART 2010
KD