MEDEDELINGEN (april 2009) - Het Amsterdams Lyceum

Wie Het Parool leest, wordt om de paar dagen voorgelicht
over de laatste hot items in het Amsterdamse onderwijs.
Sommige artikelen zijn buitengewoon droevig,
zoals over de steekpartij op het schoolplein van de drie
basisscholen bij het Hilton Hotel aan de Apollolaan, dus
erg dicht bij onze school. Andere berichten gaan vooral
over de toegenomen belangstelling voor categoraal
vwo-onderwijs in Amsterdam. Over onze bezwaren
tegen de voorrangsregels die de gymnasia onderling
hanteren heb ik in deze Mededelingen al eerder geschreven
en in dit kader verscheen onze school de afgelopen
tijd zelfs drie keer in Het Parool. Maar de laatste tijd
krijgt een ander onderwerp meer aandacht. Centraal
staat de vraag: moeten Amsterdamse leerlingen bij aanmelding
voorrang krijgen boven leerlingen van de
omliggende plaatsen? Een groep ouders heeft hierover
zelfs een proces aangespannen tegen een paar scholen.
Dit heeft geleid tot een schikking, omdat enkele scholen
op het laatste moment nog een extra eerste klas vormden.
Jammer, want daardoor zullen we niet snel weten
wat de rechter zou besluiten over deze zaak.
Waar gaat het nu eigenlijk over? Jaarlijks zoeken zo’n
7300 achtstegroepers een school voor voortgezet
onderwijs. Verreweg het grootste deel van deze leerlingen
woont in Amsterdam en 900 leerlingen wonen in
omliggende plaatsen. In de meeste omliggende plaatsen
(Diemen, Baambrugge, Ouderkerk, Abcoude,
Badhoevedorp, Zwanenburg, Landsmeer, Monnickendam)
is geen voortgezet onderwijs met vwo-niveau,
alleen in Weesp en Amstelveen wel. Uit die laatste
twee gemeenten krijgen wij altijd heel weinig of geen
aanmeldingen dus ik neem aan dat dat ook voor de
andere scholen geldt. Dus naar mijn gevoel gaat het
bijna nergens over, om het maar eens in modern jargon
te zeggen.
VAN DE RECTOR
AMSTERDAMMERS EERST?
2
Het echte probleem is van een heel andere orde: in toenemende
mate kiezen ouders voor categoraal onderwijs
en dat past niet geheel in het aanbod. Er zijn meer
dan voldoende plaatsen op vwo-havo-scholen voor de
leerlingen die op de categorale vwo-scholen worden
uitgeloot, al is dat vaak niet direct een school waarvoor
de ouders gekozen zouden hebben. Het is dus geen
kwestie van voldoende aanbod, maar verschillen tussen
de scholen in sfeer, aanbod aan extra activiteiten en
omgevingsfactoren die deze situatie veroorzaken. Er
zijn geen kwalitatief slechte vwo-havo-scholen in
Amsterdam, daarvoor biedt het Nederlandse systeem
behoorlijke garanties. Natuurlijk is het begrijpelijk dat
ouders een school kiezen voor hun kind die goed past bij
het karakter en de mogelijkheden van dat kind. Maar de
hysterie die er hier en daar bij ouders blijkt te bestaan
over de schoolkeuze zou best eens wat gerelativeerd
kunnen worden. Op 10 maart hadden wij de onplezierige
taak 12 kinderen te moeten uitloten. Onmiddellijk na de
loting aan het eind van de ochtend hebben wij de ouders
van de uitgelote leerlingen gebeld met het droevige
nieuws. Aan het eind van de middag belde een ouder mij
op om te vertellen dat ze het slechte nieuws niet durfde
te vertellen aan haar dochter. Ik begrijp ook dat het moeilijk
is, maar uiteindelijk waren we het er toch over eens
dat het bij de opvoeding hoort dat je kinderen leert slecht
nieuws te accepteren, en dat je moet voorkomen je eigen
onzekerheid op je kind over te brengen. En de ervaring
van andere jaren leert dat kinderen die zijn uitgeloot een
andere school vinden, en dat ze daar snel wennen en
eigenlijk niemand na een jaar van school wil veranderen.
Kinderen zijn flexibel, gelukkig maar.